Een zin in
de Standaard van gisteren van een groot schrijver van bij ons, Stefan Hertmans,
die ik noteerde:
Schrijven blijft voor mij een gevecht. Het
moeilijkste vind ik dat je telkens terug moet naar het naakte punt waar niets
is en van waaruit de woorden moeten komen.
Ik ken dit
gevoel maar al te goed, op het einde van mijn blog val ik telkens in een
woordeloos dal van waaruit ik terug moet opklimmen om op zoek te gaan naar
nieuwe woorden.
Ik dacht er
ook aan nu ik al dagen vast zot in de poëzie van Paul Auster. Ik heb begrepen
dat je in deze poëzie niets moet zoeken omdat ere niets te vinden is en zeker
niet enige wijsheid of enige filosofie. De poëzie ligt hier in de verrassing
van het woord en de beknoptheid van de zin. Het is, zoals George Steiner het
uitdrukte: het contract dat er is tussen het woord en de wereld is verbroken.
Paul Auster
zelf noemt zijn gedichten de orakels van Delphi, ga dan maar eens zoeken naar
enige betekenis.
Zoals de
vertaler van de collected Poems naar het Spaans, Jordi Doce hij zou eraan
gewerkt hebben van 1996 tot 2012 het in zijn inleiding zegt : De gedichten beginnen immer met een gebazel,
daarna een paar woorden en een korte zin, welke ook, er tussenin geschoven die
de poort opent naar een autistisch wazig betoog, dat tezelfdertijd de taal is
en wat hij er zal mee aanvangen.Het is niet
mijn gewoonte gedichten te schrijven die niets zeggend zijn, maar ik zou er me
in de toekomst wel eens kunnen op toeleggen, je weet maar nooit.
|