Zo,
als regel na regel uit je pen vloeit, - zoals een ander tekeningen op papier
zet - uur en ruimte vergetend, is het onvermijdelijk dat we het wagen te denken
dat er op dat ogenblik in ons een binding bestaat met hetgeen Umberto Eco
noemt, het ene vaste punt waaraan de slinger van Foucault is opgehangen.
En
Hubert Reeves
uit het rek halend zijn we niet verbaasd te lezen dat:
De slinger van Foucault, bewust van de hiërarchie van
de kosmische massas, de aanwezigheid van onze kleine planeet ignoreert, pour aligner son comportement sur la
confrérie des galaxies qui renferment la majorité de la matière universelle.
En
Reeves verwijst zelfs naar Ernst Mach om bij hem deze verbazende zin te gaan
halen:
Tout lunivers est mystérieusement présent à chaque endroit et à chaque
instant du monde.
Waar
heb ik zo nog iets gehoord sprekend dan over Iemand anders?
En
eigenlijk, alles samen genomen, wie zijn we, en waar staan we, en hoe zijn we,
als levend wezen en levende geest, verweven met deze kosmische massas?
|