Zoals
dit bij Saramago het geval was wordt wat ik schrijf, opgetekend in de schaduw
van de dood en van de eeuwigheid. En zelfs al weet ik, dat wat ik geschreven
heb of nog schrijven zal uiteindelijk geen belang heeft toch heb ik de wil en
zoek ik de kracht te volbrengen wat ik me voorgenomen heb.
(Ik
volg hierin Saramago die vindt dat het belang van zijn woorden minimaal is, dat
het maar wat gezoem is van bijen in hun korf, maar dan toch het bewijs is dat
hij geleefd heeft en, voegt hij hier nog aan toe, wat nut heeft het eigenlijk
voor een appelaar te weten of zijn vruchten verkocht of gegeten worden).
Welke
betekenis er ook aan mijn woorden zal gegeven worden, deze zijn uit mij
ontstaan, uit de zoekende die ik was en gebleven ben. Ze zijn het bewijs dat ik
levend was, dat ik urenlang aan mijn tafel heb gezeten, schrijvend om en ik
herhaal me - zoals Vergilius het zegt tot Dante: het niet onder de wol is of
liggend op de sofa dat je eer verwerft;
te zijn wat ik wou zijn, de appelaar die leefde omwille van de appels die hij
voortbrengen zou, zelfs al vielen ze achteraf in het gras om er te rotten of
doorprikt te worden door de wespen.
Telkens
ik neerzat voor mijn dagboek dat me overal vergezelde, heb ik gehandeld als
iemand die zich afvroeg waarom hij leefde als het niet zou geweest zijn om
creatief te zijn, om meer te zijn dan een slaper, een eter, een
languitgestrekte tv-kijker.
Ik
weet dat al deze dagboeken en geschriften van mij, zullen verdwijnen onder het
stof, in het beste geval op een zolder, om uiteindelijk toch terecht te komen
op de Sint-Jacobsmarkt wanneer mijn geschrift nog amper zal te lezen zijn,
omdat er niet meer met de hand geschreven wordt, of vergaan tot as op een
brandstapel, zoals mijn lichaam zal vergaan tot as.
Maar
in een zeer belangrijk opzicht verschillen mijn geschriften van deze van
Saramago. Zijn boeken, zijn dromen en gedachten werden gedrukt, vertaald en
verspreid over de ganse wereld, en werden gelezen; die van mij zullen enkel
als ik ze tenminste bundelen zal terecht gekomen zijn bij mijn kinderen en
kleinkinderen, bij enkele vrienden en bekenden om ongeopend, of even
doorbladerd, onbesproken terzijde te worden gelegd. Ik zal er tenminste vreugde
aan beleefd hebben, de vreugde van het schrijven en erover te dromen.
Dit
alles is echter geen reden om op te houden met schrijven, want dan kan ik even
goed ophouden met leven.
José
Saramago, zeg me dus niet dat je woorden, onbelangrijk zijn, integendeel zonder
je idee je gedachten te verspreiden onder de vorm van een blog, ware ik droog
gebleven, had ik me beperkt tot mijn dagboek terwijl ik nu, gedurende al die
tijd getracht heb die prestatie van jou na te volgen, op mijn manier, met mijn
gedachten die niet altijd stroken met die visie van jou.
En
er is nog een heel belangrijk verschil, terwijl mijn appelen zullen vergaan in
het gras, worden de appelen van jou gegeten en het zaad verspreid over de
aarde. Pitten ervan die op hun beurt nieuwe pitten zullen voortbrengen. Zeg dus
niet dat de woorden die je schreef, finaal geen enkele waarde hebben, ze hebben me wakker geschud en blijven
me wakker houden, wakker van geest en wakker van slaap.
|