Het gebeurt dat hij
boodschappen doet, dat hij het Carrefour- warenhuis aandoet, even aarzelt aan
de boekenafdeling en het soms waagt een boek in de hand te nemen om er enkele
lijnen in te lezen, maar het is nog nimmer gebeurt dat hij op een zin valt die
blijft hangen.
Ofwel bladert hij in het
verkeerde boek ofwel schrijft hij als een eenzaat weg van de realiteit en lopen
zijn woorden verloren in het landschap van de geest waar niemand hem volgt.Zijn conclusie is vlug
getrokken, als hij ooit een boek wil liggen hebben in de Carrefour dan moet hij
over andere dingen gaan schrijven dan de dingen die nu zijn aandacht krijgen. Hij
weet nu al lang en met grote zekerheid, dat wat hij schrijft geen hapklare
lectuur is.
Hij is dus een verwittigd man wat zijn stijl, deze van een vorige generatie, en
wat zijn inhoud betreft, deze van iemand die vindt dat het leven al genoeg roman
is om er nog een aan toe te voegen, een ingesteldheid die eigen is aan zijn
ouderdom.
Een ouderdom waar hij soms zelf
verschiet van het cijfer dat hij bereikte, en waaraan hij denkt als hij bemerkt
met welke tegemoetkoming het warenhuispersoneel hem behandelt.
Zijn tijd wat het schrijven van
een boek betreft is voorbij, hij had het veel vroeger moeten doen, hij had
moeten kiezen voor het avontuur in plaats van zich vast te hechten aan de
veilige haven die het werk in de centrale bank betekende.
Wat niet belet dat hij toch zal
blijven trachten zijn manuscript te voltooien zelfs als hij er nu al van
overtuigd is dat geen enkele uitgever er zich zal over ontfermen, in elk geval
niet bij leven.
Ik hoor van een vriend dat hij
het dagboek van zijn grootvader heeft omgewerkt tot een roman, zoals Kirmen
Uribe het leven van Robert Mussche heeft uitgespit.
Misschien valt het manuscript
ooit in de handen van een van de kleinkinderen en bloeit het open.
|