xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Omdat
in het licht
ik ademend
lig, de ogen dicht
van in den
beginne al, omdat het licht zo
sprekend is,
en ik
erover verhalen wil.
En tot het eind,
een vadem
lang,
de woorden
die ik
schreef en niet schreef,
die ik dacht
en niet dacht,
die ik sprak
en niet sprak,
een vadem
lang,
een kraal
van tekens
en van
niet-tekens
uit mijn
hand gevloeid
of weg
gebleven.
Tegenwoordig
nog
in het
stoffelijke ondergebracht,
nog even
verblijvend.
Wat ik ben
daarna,
wat blijven
zal van mij,
wat is en
blijven zal,
van mij:
de geest van
mij,
open zwaaiend,
open
zwermend,
je rakend,
met mijn
voelhorens.
Je weet het
niet misschien.
maar in het
licht,
ik de ogen
dicht.
En niet de
dood je sterft,
het eeuwig licht
je halen komt.
Een vreemd gedicht dat ik schreef, mijn nalatenschap aan woorden die meer dan woorden zijn: gedachten die ik nog gevangen houd voor een tijd om er later over te beschikken. Onder de sterren zijn de nachten koel in dit land, je weet het en toch laat je je verleiden. Je weet ook dat al deze blogs nutteloos zijn en toch voeg je er elke dag een aan toe, hoe lang nog?
|