xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Je tijd is daar om in je fameuze boek te zeggen, wat je te zeggen hebt. Herlees wat Bernardus
hierover vertelt, je hebt het wel ergens opgetekend in een van je dagboeken, toen
Bernardus je aanzette tot schrijven, en je hem opzocht, niet in de kerk van
Vézelay waar hij de kruistocht predikte, dat was een andere Bernardus, maar in de
abdijkerk van Fontenaye waar je hem ontmoette in de schemerstilte, toen je de
kapiteelversiering zag op de eerste kolommen, links bij het binnenkomen in die
groot donkere ruimte met het lichtpunt in het oosten. Je hebt toen begrepen dat
daar waar de versiering van de kapitelen ophield, met de tekening van de halve
cirkel nog klaar gegrift om te worden uitgebeiteld, Bernardus is langs gekomen
en gezegd moet hebben aan de beeldhouwer die het kapiteel een meer speelse vorm
wou geven:
Stop ermee, geen versieringen die ons gebed kunnen
storen, de ruimte hier is van Hij die is, van Hij die de totaliteit is van het
Zijn, van Hij die ons levend houdt en het is in zijn geest dat we ons verliezen
moeten.
Jij ook heb geen nood aan versieringen, geen
nood aan boeiende gebeurtenissen, er zijn er trouwens geen geweest in je leven, die buiten het normale vielen - de dood eigen aan het leven zijnde -
en je wenst er geen dramatische aan toe te voegen, zoals het meermaals gebeurt;
teken op wat je te binnen valt of het nu echt is of fictief, van het ogenblik
dat het geschreven staat zal het geweest zijn.
|