xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
En nog Psalm 139.
Ik heb deze morgen mijn blog van 2 februari opgezocht en
heb begrepen dat mijn verwijzingen naar psalm 139 iets irreëels hadden, iets
fatalistisch.
Als ik het gedaan heb dan was het enkel en alleen om
erop te wijzen dat alles verloopt in het leven zoals het moet verlopen, om de
eenvoudige reden dat altijd komt wat komt en dat, wat de film van het leven
betreft, deze niet kan teruggedraaid worden of anders gemonteerd of met andere
filmmuziek of in andere kleuren. Alles is wat is. En als het leven niet is verlopen
zoals we verhoopt hadden dan is dit te wijten aan omstandigheden die maakten dat
gebeurde wat niet anders kon dan te gebeuren zoals het gebeurde.
Je steekt de straat over, een fractie van een ogenblik
onoplettendheid en je wordt gegrepen door een auto. Waarom, wat liep je te doen
op die plaats; aan wat dacht je zodat je onoplettend waart en waarom? Dit is
wat jou betreft, maar de chauffeur dan, wat maakte dat hij precies op dat
ogenblik voorbij kwam en niet een fractie vroeger of later?
De drie meisjes op de fiets die op een doodgewone
morgen, weggemaaid werden op de weg in Oosterzele ik kom er regelmatig
voorbij - waarom waren ze vertrokken op een ogenblik dat ze iets later of iets
vroeger hadden kunnen/moeten vertrekken, waarom reden ze niet iets trager/iets
vlugger, om op dat precieze diabolische ogenblik op die even duivelse plaats te
zijn waar ze beter niet waren,
En dan het geval van de chauffeur, waarom was hij niet
op een ander ogenblik op de plaats waar hij wel uit de bocht mocht gaan, maar
niet op dat precieze ogenblik dat de meisjes er waren?
Stond het geschreven in het Boek van Psalm 139, wel neen
natuurlijk, maar het stond wel geschreven in de massa omstandigheden die waren
wat ze waren.
Maar toch, alles overwogen, blijven we ons de vragen
stellen, waarop de auteur van Psalm 139 meende het antwoord te kennen.
Mijn forget it
van mijn vorige blog en mijn vermelding dat het geschreven stond moet
geïnterpreteerd worden dat er eveneens, omheen de aarde, een stroom van
gedachten drijft die nu en dan gecapteerd wordt en meegedeeld.
Carl Gustav Jung zou dit misschien synchronisatie
hebben genoemd. Ik weiger het in elk geval toeval te noemen.
|