xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
In 1935
overleed in Lissabon, en la flor de
ledad, Fernando Pessoa. Een van de grootste schrijvers van de XXste
eeuw. Hij
was 47 jaar oud. Onder vele andere zaken, is van hem geweten dat zijn laatste
woorden waren: dadme mis gafas,
geef me mijn bril.
Niemand,
schrijft José Saramago, heeft zich ooit de vraag gesteld wat ik betwijfel
waarom hij, juist voor het sterven, naar zijn bril vroeg, want er hing geen
spiegel in de kamer. En ook, no le dio el tiempo la parca, de schrikgodin liet hem de tijd niet.
Ik denk hierover
dat Pessoa in een laatste helder ogenblik, ons een afdruk van zijn schalksheid
heeft willen nalaten door naar zijn bril te vragen. Wat ik echter niet denk, is
dat hij naar zijn bril vroeg om die mee te nemen in zijn andere leven en er als
een gebrilde man te verschijnen.
Maar je
weet maar nooit met hem. Want nu lees ik dat dadme mis gaffas, niet het laatste was dat we van Pessoa konden
verwachten. Zo werden, op 15 oktober van het jaar 1985, vijftig jaar na zijn
overlijden, zijn stoffelijke resten opgegraven om overgebracht te worden naar el Monasterio de los Jerónimos, en er
geplaatst te worden in een zuil, op te richten in de centrale patio van het
klooster.
Het is Emiliano
Monge die
het verhaal van de opgraving doet in El
País,
onder de titel Exhumación, en ik
neem, in verband hiermee, de essentie van zijn woorden (vertaald) over.
Op de
bewuste dag, toen het graf werd geopend en het lichaam te voorschijn kwam, verbleekten
de gezichten van de aanwezigen en puilden hun ogen uit, toen ze in plaats van
een hoop beenderen tot hun wilde verbazing Fernando Pessoa te voorschijn zagen
komen uit zijn graf zoals ze er hem in gelegd hadden, blozend en met de
glimlach yacía impoluto, incluso coloreado
y sonriente - en dit zonder dat het lichaam, bij de ter aarde bestelling,
ook maar de minste chemische behandeling had ondergaan.
De kist
die klaar stond om de resten te ontvangen diende vervangen te worden en de zuil
waar de kist zou opgeborgen worden aangepast, zodat er terug enkele tijd verliep
de beslissing het lichaam op te graven was zes jaar vroeger genomen -
vooraleer hij op zijn nieuwe rustplaats kon worden neergezet.
Hij was
er aldus in geslaagd zich opnieuw te laten opmerken voldoende opdat nu, naast
zijn naam, Fernando Pessoa, ook de diverse namen die hij tijdens zijn leven had
aangenomen: Bernardo Soares, Ricardo Reis, Alvaro de Campos en Alberto Caeiro,
gebeiteld zoiuden worden in de zuil op de centrale patio van el Monasterio de los Jerónimos in
Lissabon.
Zeg het
voort aan allen die Lissabon bezoeken dat er voortaan twee plaatsen zijn waar
ze Pessoa kunnen vinden. Namelijk in de rua Garrett, gezeten aan een tafeltje,
en in el Monasterio de los Jerónimos.
Ik neem aan
dat Emiliano Monge de waarheid vertelt. En dan verbaast het me dat ik tot 9
oktober van 2011 heb moeten wachten om dit te vernemen. Wat indien het
opgegraven lichaam het lichaam ware geweest van een paus, een monnik, een non?
|