Foto
Foto
Blog als favoriet !

Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres:

http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/

Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto


"Trans-atheïsme"

Download dit boek als PDF:

Jan Bauwens - Transatheïsme.pdf (3.6 MB)   

Foto
Foto
Foto
Foto
Foto



Download dit boek als PDF:

"Het einde der tijden"



Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Tisallemaiet
Alle rechten voorbehouden
Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres: http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/
31-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe Europa groot en rijk werd - Aflevering 5: Haïti, wereldproducent van suiker en koffie 'gratis'...





Hoe Europa groot en rijk werd


Aflevering 5: Haïti, wereldproducent van suiker en koffie 'gratis'...

Het racisme heeft deels religieuze wortels ("mensen met een zwarte huid hebben geen ziel"; "wij zijn het uitverkoren volk"...) maar is vaak een gevolg van de slavernij: racisme en slavernij zijn elkaars oorzaak en gevolg en vandaar is het niet alleen zo dat de Afrikaanse slavernij wordt goedgepraat met het argument dat zwarten minderwaardig zijn maar, andersom, worden zwarten door blanken als minderwaardig beschouwd precies omdat zij hun slaven zijn. En soms zijn inzake racisme zowel religie als slavernij in het geding, zoals in het requerimento van paus Adrianus VI: hij eist de onderwerping van de Indianen én omdat hij zich als zelfverklaard goddelijk vertegenwoordiger meer waard acht dan hen, én omdat zij Spaanse oorlogsbuit zijn. Weliswaar werkt de beschaving het recht van de sterkste tegen maar het blijft jammer genoeg vaak de regel dat mensen neerkijken op hun zwakkere soortgenoten: "[Het grootschalig gebruik van slavenarbeid (op Jamaica, "een van de grootste en meest authentieke slavengemeenschappen die ooit hebben bestaan" (1))] kleurde de hele cultuur en legde de basis voor sociale ongelijkheid en racistische overtuigingen, die ook tegenwoordig nog wijdverspreid zijn". (2)

Het is niet overbodig om iets te zeggen over de concrete leefomstandigheden van de slaven teneinde een beeld te krijgen van de menselijke wreedheid en het kennelijk volstrekte onvermogen tot empathie bij de uitbuiters - alles werd overigens minutieus opgetekend. Op een suikerplantage waar zowat 80 slaven werkten, stonden een kasteeltje waar de blanke oversten verbleven, de barakken voor de slaven, de pakhuizen en de molen. Het werk in de molen, waar het suikerriet geplet werd en verhit voor de productie van muscovado (ruwe suiker), melasse en rum, was het zwaarst en eiste de meeste mensenlevens. In het seizoen werd dag en nacht gewerkt en kregen de slaven niet meer dan vier uur slaap per etmaal. "[Het werk bij de molen] was zo gevaarlijk dat als - door slaperigheid of door onvoorzichtigheid - een uiteinde van een vinger tussen de palen blijft steken, de rest van het lichaam onvermijdelijk volgt. Om dit te voorkomen, heeft de volgende neger altijd een kleine bijl klaar om zijn arm af te hakken, in het geval van een dergelijk ongeluk". (3) Volgens de codex van Barbados uit 1661 "moesten de zwarten worden beschouwd als gevaarlijke heidenen. De eigenaar had geen onbeperkte macht over hen, maar bijna. Hij mocht de slaaf naar eigen goeddunken straffen en ontsnapte zelf aan straf als hij hem per ongeluk mishandelde of doodde. In het geval een slaaf werd betrapt, bijvoorbeeld omdat hij stal, vluchtte of een vluchteling verborg, was de straf hard, inclusief zweepslagen of brandmerking". (4) In Jamaica waar begin achttiende eeuw slechts zevenhonderd blanken woonden maar in 1768 al zeventienduizend, liep tegen 1775 het aantal slaven op tot 350.000. Slavenkinderen gingen al vanaf de leeftijd van 3 à 4 jaar aan het werk en ook oude slaven moesten aan de slag blijven. De eigenaars van de plantages verbleven meestal in Engeland. Ook op de Franse kolonie Saint-Domingue (het huidige Haïti) was de toestand onmenselijk. Haïti leverde 40 pct. van alle suiker en 50 pct. van alle koffie in de wereld. In 1731 tekende een bezoeker op dat de slaven dom en volgzaam waren, niet in staat om voor zichzelf te zorgen: "Sommigen (...) kunnen niet tot meer dan drie tellen en het gebed van de Heer niet leren. Ze bedenken nooit iets uit zichzelf, en het verleden is voor hen even onbekend als de toekomst. Het zijn machines (...)" (5)

(Wordt vervolgd)

(J.B., 31 december 2019)

Verwijzingen:

(1) Dick Harrison, De geschiedenis van de slavernij van Mesopotamië tot moderne mensenhandel, Uitgeverij Omniboek, Utrecht 2019. (Oorspr.: Slaveriets historia, Historiska Media, Zweden 2015), p. 325.

(2) Dick Harrison, o.c., p. 327.

3) Dick Harrison, o.c., p. 332.

(4) Dick Harrison, o.c., p. 340.

(5) Dick Harrison, o.c., p. 345.

                                           










29-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe Europa groot en rijk werd - Aflevering 4: De wreedaardigste handel ooit




Hoe Europa groot en rijk werd


Aflevering 4: De wreedaardigste handel ooit

Meer dan vier eeuwen lang heeft zich de meest wreedaardige uitbuiting uit de hele geschiedenis voltrokken over de Atlantische oceaan tussen de continenten, een uitbuiting van mensen door mensen met meer dan tien miljoen slachtoffers en kennelijk in een volstrekte afwezigheid van ook maar een greintje menselijkheid of geweten, meer nog: een wreedheid onder initiatief en toezicht van de zelfverklaarde vertegenwoordiger van God zelf op aarde: de paus. Een uitbuiting waaraan het Westen zijn exuberante rijkdom dankt en nog steeds dankt, want in enigszins verdoken vormen gaat de slavernij vandaag gewoon door.

Het begon met de ontdekking van Amerika door Christoffel Columbus, een Genuees die ook thuis was in Portugal en Spanje en die voer onder Spaanse vlag. Tot zijn dood heeft hij geloofd Azië ontdekt te hebben maar het ging om de Amerikaanse continenten en direct zag het Westen brood in de 'Nieuwe Wereld': paus Adrinanus VI stuurde in 1513 een brief naar de 'Indianen' (het beruchte 'requerimento') waarin hij duidelijk maakte dat hij het goddelijke gezag was op aarde en dat zij hem bijgevolg gehoorzaamheid verschuldigd waren. Zij moesten zich laten dopen en onderdaan worden van de Spaanse vorst, op straffe van verslaving en dood.

Het opzet was om de hele bevolking van roodhuiden te laten werken op aldaar aan te leggen plantages van vooral suikerriet. Toen de inheemsen verzet boden, dreigden zij allemaal te worden uitgemoord, edoch de meesten van hen stierven binnen de kortste keren ingevolge westerse ziektes waartegen zij geen weerstand hadden. De plantages van de Spanjaarden geraakten bijna onbemand en daarom deden zij een beroep op de Portugezen die handel dreven aan de Afrikaanse kustgebieden. Daar kochten de Portugezen slaven van de grote Afrikaanse koningen die jacht maakten op hun eigen volk en zij transporteerden hen met zeilschepen naar Amerika. De slaven werden betaald met geweren. De vloot reisde aldus in driehoeksvorm: van Europa naar Afrika geladen met geweren, van Afrika naar Amerika geladen met slaven en van Amerika naar Europa geladen met suiker.

Na Spanje en Portugal gingen ook Frankrijk, Engeland, Nederland en de Scandinaviërs in slaven (maar ook in specerijen, ivoor en goud) handelen en de tol aan menselijk leed en aan mensenlevens was enorm: vele slaven stierven nog voor zij inscheepten en soms meer dan de helft van hen kwamen om op zee ingevolge dorst, scheurbuik, besmettelijke ziekten en wreedheden. In zijn Transformations in Slavery geeft Paul E. Lovejoy de cijfers inzake de Trans-Atlantische slavenhandel: tussen 1450 en 1900 werden 11.313.000 zwarten, door hun eigen Afrikaanse koningen buit gemaakt en verkocht, als slaven naar Amerika verscheept. En het was niet een of andere mentaliteitsverandering die hieraan een einde dreigde te maken, maar de slavenopstanden zelf.

De Afrikaanse koningen moesten contractueel, in ruil voor geweren, jaarlijks vele tienduizenden slaven leverden voor het transport naar de Amerikaanse plantages omdat de slaven al binnen de paar jaar crepeerden en vervangen moesten worden en het Afrikaanse binnenland geraakte ontvolkt. In tegenstelling tot de slaven uit de oudheid, die een relatief comfortabel leven leidden en vaak ook in hoge functies werkzaam waren en gezag droegen, werden in dit tijdperk de slaven als verwaarloosde dieren behandeld: zij werden veracht.

Congo was een grote leverancier van slaven en sprak zich uiteindelijk tegen de slavenhandel uit maar de Portugese koning antwoordde leugenachtig dat Congo daar wel moest mee doorgaan omdat het niets anders te verkopen had. Uiteindelijk viel Congo uiteen en het is toen dat de charismatische hervormster Beatrix Kimpa Vita opstond: "Ze verklaarde zich geïnspireerd door Sint-Antonius en werd krachtig gesteund door Congolese boeren, die haar prezen als heerser in een herbouwd Sao Salvador. De poging eindigde in een tragedie. Als een Afrikaanse Jeanne d' Arc eindigde Beatrix in 1706 op de brandstapel." (1)

Maar de grootste wreedheden speelden zich af op de suikerrietplantages, en dan vooral in Jamaica, waar men de afgedankte slaven, vastgebonden op een plank, in de ravijn wierp. Zoals in de latere concentratiekampen en dat alles naar het voorbeeld van het kleed van Christus, toont zich de meedogenloosheid in het hergebruik van de kleren van de ongelukkigen, getuige dit slavenlied:

Breng hem naar de geul! Breng hem naar de geul!

Maar breng de kleren en de plank terug.

O! Meester, meester! Ik nog niet dood!

Breng hem naar de geul! Breng hem naar de geul!

Draag hem weg! (2)


(J.B., 29 december 2019)


Verwijzingen:


(1) Dick Harrison, De geschiedenis van de slavernij van Mesopotamië tot moderne mensenhandel, Uitgeverij Omniboek, Utrecht 2019. (Oorspr.: Slaveriets historia, Historiska Media, Zweden 2015), p. 309.

(2) Dick Harrison, o.c., p. 326.

                                         












22-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe Europa groot en rijk werd - Aflevering 3: Intermezzo



Hoe Europa groot en rijk werd


Aflevering 3: Intermezzo

De media berichten dat Melania Trump de lichtjes van haar kerstboom heeft opgestoken - of beter: de duizenden lichtjes van haar tientallen kerstbomen - terwijl haar echtgenoot die dankzij de macht van het gouden kalf de wereld leidt - of misleidt - de vluchtelingen het land uit jaagt. Weten de Trumpen dan niet dat het Kerstfeest het feest is van de vluchtelingen die nergens onderdak vinden of varen Trump en zijn gade elk een andere koers? Of is het vandaag inderdaad zo ver gekomen dat alle dingen van hun inhoud zijn ontdaan en dat wij alleen nog te maken hebben met oppervlakkige verschijningen, uitzichten, spookbeelden die opkomen en weer vergaan, sferen zonder ook maar de minste betekenis zoals de warrige emoties die worden geconsumeerd bij de inname van allerlei medicijnen of drugs?

Voor de laatst genoemde verklaring valt wel wat te zeggen, gezien het quasi eindeloze bedrog waarin de wereld wordt gedrenkt bij de aanvang van 2020. Moordenaars van journalisten die het nog aandurven om de waarheid te schrijven, worden door de huidige wereldleiders beschermd. Afzichtelijke neoliberalen die hun slogans van "het zal onze tijd wel duren" met mooie praatjes verkappen, beledigen kinderen die zich genoopt weten tot verzet omdat zij nog voor hun volwassenheid in het vuilnis van de rijken zullen stikken. En de tijd dat er nog uilenspiegels, artiesten en filosofen waren om die wantoestanden aan de kaak te stellen, ligt allang in de mist van een ver verleden want zoals iedereen weet produceren dictators hun eigen 'kritiek'.

"In alle bescheidenheid ben ik van mening", zo vangen zij met spreken aan en geen mens kan hen er nog van beschuldigen dat zij zo onbescheiden zijn om hun ongevraagde mening op te dringen - wat zij overigens doen via opgekochte kanalen waartoe eerlijke en derhalve arme mensen de toegang missen. Zo vindt men hier te lande bij de aanvang van 2020 in alle prullenmagazijnen waar schaduwen van mensen ronddolen op zoek naar cadeautjes voor de kerst, de dikke boeken van de naar zijn eigen zeggen "grootste denker van deze tijd", Yuval Noah Harari. Boeken die luisteren naar ronkende titels zoals Homo Deus, Sapiens en 21 lessen voor de 21ste eeuw waarin de 'futuroloog' al na enkele bladzijden de wenkbrauwen doet fronsen. Meer dan tweeduizend jaar geleden werd Socrates voor het spreken van de waarheid ter dood veroordeeld maar vandaag krijgen de Socratessen (die er ongetwijfeld in overvloed zijn) zelfs geen kans meer om uit te kijken naar een heldendood omdat hun plaats werd ingenomen door flink betaalde leugenaars van het heersende neoliberale regime dat onze wereld in sneltempo naar de afgrond drijft. In de joodse krant Haaretz noemt de eminente filosofieprofessor Danny Gutwein van de universiteit van Haifa, Harari de huisideoloog van de neoliberale elite (1) en in Liberation klinkt het als volgt: "Pour l’ historien Dany Gutwein, sous couvert d’ apolitisme, la «mythologie» émanant des best-sellers de l’ auteur israélien [Harari] légitime en réalité les règles néolibérales et les élites de la Silicon Valley." (2) En wij weten allen heel goed dat Silicon Valley, die goudmijn van de allernieuwste technologie, gesponsord wordt door olieleveranciers die er hun hand niet voor omdraaien om wie de waarheid vertellen ook letterlijk in mootjes te hakken.

De geschiedenis wordt verdraaid, het toekomstoptimisme is een groteske leugen, de gangbare economie maakt de wereld kapot en de huidige welvaart is geen product van arbeid en vernuft doch het bittere loon van wreedheid, ontmenselijking en slavenhandel. Wij weten hoe de zogenaamde 'Nieuwe Wereld' groot en rijk werd én onleefbaar en die geschiedenis moet verteld worden, ook als daar geen oren meer naar zijn. Het verhaal immers zal de oren scheppen, precies zoals het licht ooit huidcellen omvormde tot ogen.

(J.B., 22 december 2019)

Verwijzingen:

(1) https://www.haaretz.com/us-news/MAGAZINE-how-yuval-noah-harari-became-the-pet-ideologist-of-the-liberal-elites-1.6673776 

(2) https://www.liberation.fr/debats/2019/03/20/dany-gutwein-dans-le-monde-intellectuel-harari-est-l-anti-piketty_1716408 

                              










20-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe Europa groot en rijk werd - Aflevering 2: De plundering van de zwarten en de roodhuiden (vervolg)


Hoe Europa groot en rijk werd


Aflevering 2: De plundering van de zwarten en de roodhuiden (vervolg)

Nog wat betreft de trans-Atlantische slavenhandel volgden in het spoor van de Portugezen en de Spanjaarden, de Hollanders die, met hun Oost-Indische Compagnie uit 1602 al specerijen verscheepten: met een nederzetting in 1612 in Mori aan de Afrikaanse Goudkust hadden zij het eerst op goud gemunt maar alras volgde in 1621 de West-Indische Compagnie (heropgericht in 1674) voor een volleerde slavenhandel, in de periode tussen 1658 en 1729 goed voor de verhandeling van 97.000 slaven. Ook de Britten (met onder meer in 1624 hun kolonie in Saint Christopher of Saint Kitts, in Barbados en in 1655 in Jamaica) betraden het toneel en bij gebrek aan slaven lokten zij arme landbouwers naar hun plantages in Barbados die daar eerst jarenlang gratis moesten werken om hun overtocht te kunnen betalen, zodat zij op die manier slaven werden - 46.000 in 1685. Ook Frankrijk werkte met slaven en Franse nederzettingen waren Nevis, Montserrat, Antigua, Saint-Martin, Guadeloupe, Martinique en Saint- Domingue (Haïti). Maar het waren de Britten die van op hun oninneembaar eiland met hun vloot allen overtroefden: in het British Empire ging de zon nooit onder en tussen 1701 en 1800 vervoerden de Britten 2,46 miljoen Afrikaanse slaven. De Portugezen werden verdrongen naar de tweede plaats met een Afrikaanse slavenexport van 1.888.000 'stuks'. In de achttiende eeuw kwam de slavenhandel dan in handen van particulieren. (1)

Hoe was de werkelijkheid voor de slaven? Zij werden buit gemaakt in een jacht van een machtige Afrikaanse koning die hen geboeid in karavanen of in kano's naar de kust bracht waar zij verkocht werden en ingescheept. De ongelukkigen wisten niet wat hen te wachten stond, zij zagen voor het eerst blanken, ze verstonden hun talen niet, zij zagen voor het eerst de wijde oceaan. Zij panikeerden wanneer het schip van wal stak want "de wijdverspreide perceptie was dat Europeanen zeewezens waren, kannibalen uit het Land van de Doden. Het gerucht ging dat het leer van hun zwarte schoenen de huid was van dode en opgegeten Afrikanen. (...) De meeste opstanden op de schepen (...) vonden plaats in deze fase van de overtocht" (2)

Maar die paniek was heel terecht: de slaven leden erg onder dorst, stank en wreedheid en tot een derde van de slaven stierven aan dysenterie, pokken en scheurbuik. (3) Wat betreft de wreedheid: bekend is het tragische lot van het op 1 januari 1738 in een storm bij Oost-Suriname vergane Hollandse schip Leusden: "Zich er goed van bewust dat er niet genoeg reddingsboeien waren voor iedereen aan boord, hield de bemanning de luiken stevig op slot en liet de slaven verdrinken (...). Van de oorspronkelijk 716 slaven die op 19 november de kust van Afrika verlieten, waren er [nog] slechts 14 in leven". En nu komt het: "Dezen hebben, net als de 73 overlevenden van de bemanning, op 4 januari Paramaribo bereikt, waarna ze volgens plan werden verkocht"! (4)

(J.B., 20 december 2019)

Verwijzingen:

(1) Dick Harrison, De geschiedenis van de slavernij van Mesopotamië tot moderne mensenhandel, Uitgeverij Omniboek, Utrecht 2019. (Oorspr.: Slaveriets historia, Historiska Media, Zweden 2015), p. 255v. Omstreeks 1850 had zendeling Sigismund Koelle 177 interviews met vrijgelaten mannelijke slaven zodat historici goed geïnformeerd zijn over hun lot.

(2) Dick Harrison, o.c., p. 280.

(3) Dick Harrison, o.c., p. 278-279.

(4) Dick Harrison, o.c., p. 281.      

    










15-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe Europa groot en rijk werd - Aflevering 1: De plundering van de zwarten en de roodhuiden

Hoe Europa groot en rijk werd


Aflevering 1: De plundering van de zwarten en de roodhuiden

Volgens de Conventie van de Volkerenbond uit 1926 is een slaaf sociaal gezien dood en dus geen mens doch een eigendom. Inzake slavernij wordt altijd geweld gebruikt, anders zouden slaven vluchten naar hun vrijheid. Een bijzondere vorm van slavernij is de schuldslavernij waarbij schulden (vaak eindeloos) afgelost worden door werk. Omdat slaven geen mensen zijn en dus geen mensenrechten hebben, is dwangarbeid eigen aan slavernij.

Een bron van slavernij is de oorlog waar krijgsgevangenen worden gemaakt wiens leven gespaard wordt in ruil voor slavernij en een andere bron is de armoede die mensen dwingt om zichzelf of hun arbeid te verkopen teneinde in leven te kunnen blijven; in de beide gevallen worden mensen minderwaardig aan de overwinnaar en de rijke: "De overwinnaar en de rijke ervaren meer waarde dan de andere partij: ze hebben een onoverbrugbaar sociaal leiderschap verworven. De ervaring van ongelijkheid, van triomfantelijke superioriteit, is de basis van alle menselijke onvrijheid. De ultieme vernedering van een verslagen persoon - afgezien van hem ter dood te veroordelen - is hem tot een ding te reduceren." (1)

De geschiedenis van de slavernij begint waar men dit onrecht aanvaardt of moet aanvaarden omdat verzet van de zwakkere met geweld de kop wordt ingedrukt. Er bestaat namelijk een minachting voor zwakkeren zonder welke slavernij ondenkbaar zou zijn. (2)

Slavernij is van alle tijden en culturen: In een lijvig boek over de geschiedenis van de slavernij begint de Zweedse professor Harrison met de prehistorie en de oudheid en hij gaat door tot in onze eeuw. Slavernij werd gezien als een natuurlijk gegeven en zelfs het christendom heeft geen kritiek geleverd op het bestaan van de slavernij: "De kerkslaven waren zo talrijk dat een synode bepaalde dat elke parochiekerk minstens honderd slaven moest hebben, anders was de kerk niet belangrijk genoeg om een eigen priester te krijgen." (3) Maar ongeëvenaard in de geschiedenis was de trans-Atlantische slavenhandel die zich voltrok gedurende drie eeuwen.

In 1492 ontdekte Columbus Amerika en met het requerimento - een bevelschrift van de paus - werd van de autochtone bevolking - de 'Indianen' - geëist zich over te geven, wat inhield dat men zich liet dopen en onderdaan werd van de Spaanse vorst - op straffe van verslaving of dood. Echter, alras kwam vrijwel de ganse autochtone bevolking van Amerika om door ziekten die de Europese veroveraars - de conquistadores - meebrachten en waartegen de inboorlingen geen immuniteit hadden. De Spanjaarden vonden in de zogenaamde 'Nieuwe Wereld' landbouwgrond voor de teelt van vooral suikerriet maar zij misten nu de mankracht om de grond te bewerken en daarom gooiden ze het op een akkoord met de Portugezen: zoals de Spanjaarden onder het voorwendsel de wereld tot het christendom te gaan bekeren, Amerika onderwierp, zo engageerde Portugal zich met de verovering van Afrika en de Portugezen kochten van de koningen van de Afrikaanse landen slaven die zij met hun vloot naar Amerika transporteerden om daar op de plantages te gaan werken. (4) De afgewerkte producten werden dan naar Europa gevaren en aldus bestond er een verkeersdriehoek over de Atlantische Oceaan: ambachtelijke producten reisden van Europa naar Afrika, slaven werden van Afrika naar Amerika gebracht en suiker van Amerika naar Europa - waar het geraffineerd werd: "De Atlantische Oceaan, vroeger weinig meer dan een groot, koud, met water gevuld graf tussen de Oude en de Nieuwe wereld, werd in de zeventiende eeuw het toneel van een van de beruchtste en winstgevendste handelsactiviteiten van alle tijden". (5) 

Hier moet worden aan toegevoegd dat de grootscheepse slavenhandel van Afrika naar Amerika, waarbij miljoenen mensen als werkdieren verkocht werden, aanvankelijk onmogelijk zou geweest zijn indien de koningen van de Afrikaanse landen hun mensen niet aan de Portugese slavenhandelaars verkochten. Toen echter de Afrikaanse koningen hoge belastingen gingen heffen, verhuisden de Portugezen hun handel en de meest rendabele havens voor slavenexport werden de in 1576 gestichte handelspost Sao Paulo de Luanda (in het huidige Angola), in 1617 gevolgd door Sao Filipe de Benguela. (6)

(J.B., 15 december 2019)

Verwijzingen:

(1) Dick Harrison, De geschiedenis van de slavernij van Mesopotamië tot moderne mensenhandel, Uitgeverij Omniboek, Utrecht 2019. (Oorspr.: Slaveriets historia, Historiska Media, Zweden 2015), p. 43.

(2) In Slavernij was er altijd en overal - zijn bespreking van Dick Andersons boek - vat Bart Funnekotte het als volgt samen: "Minachting. Dat is de basis voor elke vorm van slavernij. Aldus slavernij-onderzoeker Dick Harrison. „Het is het dédain van de winner voor de loser. Als je een ander mens zijn vrijheid wilt ontnemen, moet je hem verafschuwen, én die afschuw rechtvaardigen en institutionaliseren. Dat doe je door te zeggen dat die persoon zijn lot aan zichzelf te wijten heeft, bijvoorbeeld omdat hij een oorlog heeft verloren, of arm is. Alleen als je op zo’n manier een psychologische barrière opricht tussen jou en de ander, kan slavernij bestaan.” (Zie: https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/18/slavernij-was-er-altijd-en-overal-a3977235

(3) Dick Harrison, o.c., p. 103.

(4) Pas later ontdekten de Portugezen Brazilië, het enige Amerikaanse land dat niet door de Spanjaarden gekoloniseerd was.

(5) Dick Harrison, o.c., p. 242.

(6) Dick Harrison, o.c., p. 242.                     












09-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cervantes, de jager en de prooi

           

Cervantes, de jager en de prooi


El ingenioso hidalgo Don Quixote de la Mancha is een van de beroemdste verhalen uit de wereldliteratuur maar minder bekend is dat zijn auteur, Miguel de Cervantes Saavedra, die op 24-jarige leeftijd aan de oorlog tegen de Ottomanen bij Lepanto een verlamde hand overhield (vanwaar zijn bijnaam el manco de Lepanto), in 1575 werd buitgemaakt door Barbarijse zeerovers en als slaaf werd meegenomen naar Algiers waar hij na verschillende vergeefse ontsnappingspogingen in 1580 werd vrijgekocht. Deze 'Barbarijse zeerovers' - 'Barbarijs' of 'Berbers' - waren 'renegaten' of 'afvalligen', door Cervantes zelf getypeerd als gewetenloze, dubbel spel spelende criminelen: zij gaven zich uit voor eerbiedwaardige burgers terwijl zij leefden van het losgeld van door hen in de boeien geslagen christenen. (1)

            Vanaf die tijd tot 1830 was de slavernij 'in volle bloei' en niet alleen particulieren verdienden de kost met het schaken en verkopen van mensen - bij voorkeur op zee doch ook door het overvallen van dorpen - maar ook de staten beoefenden deze onmenselijke doch meestal zeer winstgevende praktijk. Zo maakten Algerijnse piraten tussen 1520 en 1830 zowat 760.000 Europeanen tot slaaf. De Sultan van het Ottomaans rijk (dat eigenlijk het midden hield tussen een piratenbende en een staat) eiste belastingen in de vorm van kinderen ('devºirme') die dan werden klaargestoomd voor zijn leger. (2) De eigenlijke staten tenslotte maakten miljoenen slaven buit, vaak onder het patronaat van de Heilige Stoel, zoals ten tijde van de Spaanse conquistadores in Latijns-Amerika met het zogenaamde requierimento. (3)

            Deze praktijken gaan vandaag onverminderd door, bijvoorbeeld in Saoedi-Arabië waar massaal Indiërs onderbetaald worden tewerkgesteld zodat zij in feite eeuwig aan de slag moeten blijven om de terugreis naar hun land van herkomst te kunnen financieren en hetzelfde gebeurt in het rijke noorden met de handel in seksslavinnen en evenzeer in de massale uitbuiting van mensen in hun eigen (ontwikkelings)land door allerlei Westerse bedrijven die op die manier fortuin maken en grote sier. Onlangs werd berekend dat elke westerling zijn levensstandaard dankt aan ongeveer vijftig slaven in de zogenaamde derde en de vierde wereld. Los daarvan zouden vandaag wereldwijd zowat 36 miljoen mensen als (echte) slaaf worden uitgebuit. (4)

            Het is een vreemde paradox dat onze wereld bijzonder moeizaam wordt opgebouwd door talloze dag in dag uit hardwerkende mensen die aan hun labeur maar net genoeg overhouden om in leven te kunnen blijven en er tenslotte aan creperen terwijl de meest winstgevende activiteiten - zoals de slavenhandel - helemaal niets toevoegen aan de wereld maar daarentegen veel vernielen en alleen maar ellende brengen. Een vrachtschip volgeladen met slaven maakt van de handelaar in kwestie in een mum van tijd een rijk en invloedrijk persoon, klaar om naar het presidentschap te dingen en hetzelfde doen alle fabrieken in (meestal door dictators gerunde) gebieden waar niemand ooit over sociale bescherming of minimumlonen heeft gehoord. Van moordende drugs worden alleen de handelaren rijk, zoals de Kennedy's met hun handel in verboden alcohol destijds (om met dit voorbeeld maar in het veilige verleden te blijven) terwijl de gebruikers vaak worden getypeerd als "slachtoffers op het altaar van het gouden kalf". Sluwe en gewetenloze lui verslaven breinen aan harddrugs zodat de slachtoffers in kwestie tot alles bereid zijn om die drugs te kunnen bemachtigen: ze verkopen lichaam en ziel, organen en overtuigingen, beroven wie ze kunnen, liegen en moorden. De handelaren maken in geen tijd gigantische fortuinen maar de eigenlijke opbrengst van die bezigheden is nul: drugs voegen niets toe aan onze wereld, behalve dan ellende. Alleen noeste en uitputtende arbeid kan de wereld beter maken terwijl wie hem vernietigen en oorlog voeren, fortuin maken in geen tijd.

            Het ene dier eet het andere op en als het genoeg gegeten heeft, staakt het de jacht en het rust maar het verzamelen van rijkdom kent geen rust. De volle maag geeft een signaal aan de hersenen dat zij mogen slapen maar een geldbeugel lijkt wel het tegenovergestelde te doen: hij geraakt niet vol want geld is slechts een getal en de verzadiging blijft uit: naarmate het getal op de bankrekening groeit, nemen ook de honger toe en het gevoel van leegte. De geldbeugel blijkt niet vergelijkbaar met een maag maar veeleer met een bodemloze put, zoals elke zucht of verslaving: zij komen niet tegemoet aan een reële behoefte, zij maken de nood slechts groter. Maar boven alles brengen zij mensen in een vreemde waan.

            De waan dat altijd meer mogelijk is, is dezelfde waan uit de Antieke Spelen ter ere van de goden op de Olympusberg: citius, altius, fortius, of: sneller, hoger, sterker. Het is de waan van nooit genoeg die zich echter te pletter rijdt op de paradox van Achilles en de schildpad van de wijsgeer Zeno van Elea, die leefde van 490 tot 430 voor Christus: Achilles kan de schildpad nooit inhalen want eenmaal hij bij de schildpad gekomen is, zal die telkens al een beetje verder gekomen zijn. Maar wie zo redeneren, zijn ten prooi aan een denkfout, zoals de realiteit zelf laat zien. Zal men de muur nooit bereiken als men telkens met 'slechts' de helft van de afstand dichterbij komt? Kan men het record op de honderd meter eindeloos blijven verbeteren totdat men die in geen tijd uitloopt? Vloekt het verlangen om oud te worden niet met de afkeer om oud te zijn? Vergissen wij ons niet als onze zekerheid dat we morgen opnieuw zullen ontwaken, toeneemt naarmate wij vaker mochten ervaren dat wij effectief ontwaakten? Onze hebzucht is in hetzelfde bedje ziek als de ziekte als zodanig omdat zij geen honger is doch een zucht: haar voorwerp is geen voedsel dat een maag kan vullen maar een loutere fictie die verzadiging onmogelijk maakt omdat zij najaagt wat geen lijf heeft en derhalve niet bestaat in deze wereld en hoe vaker zij toehapt, des te groter worden de leegte en het gat: het niets wordt voelbaar van zodra het daar is waar iets werd verwacht en op die wijze treedt de dood - het niet-zijn - naar binnen in het leven, en holt hij het ook uit.

            En verpersoonlijkt Don Quichot niet deze zucht waar hij datgene nastreeft wat altijd onbereikbaar zal blijven omdat het nu eenmaal niet bestaat, en niet in het minst zijn teerbeminde Dulcinea? Steekt Cervantes dan niet de draak met de zaken waarvan alle weldenkende lieden aannemen dat zij wél bestaan, en niet in het minst de teerbeminde als zodanig? Want is daar waar de prooi fictief is, de eigenlijke prooi dan niet de jager?

            In de waan van de vrijheid jagen wij op prooien die in onze wereld helemaal niet bestaan en die ons daarom zelf tot prooien maken: het geld dat ons beloofd werd, heeft geen andere waarde dan wat de ijdele hoop ons biedt en blijft ook fictie omdat er geen beurs denkbaar is die het verzadigen kan. De ultieme jager is ons onbekend, zijn bestaan wordt door ons slechts verondersteld om ons aldus te behoeden voor het gevoel dat alleen complete onverschilligheid heerst in het heelal.

(J.B., 9 december 2019)

Verwijzingen:

(1) Cervantes' beschrijving van de renegaten staat in het veertigste hoofdstuk van het eerste deel van zijn Don Quichot. Zie: Dick Harrison, De geschiedenis van de slavernij. Van Mesopotamië tot Moderne mensenhandel, Uitgeverij Omniboek, Utrecht 2019 (Oorspronkelijke uitgave: Zweden 2015), p. 160.

(2) Zie het artikel: "Zal de kerk de Amazonevolkeren redden?" 

(3) Voor een Nederlandse vertaling van de tekst van het requierimento, zie het artikel onder de verwijzing "(2)".

(4) Zie: Knack magazine d.d. 18 november 2014: https://www.knack.be/nieuws/wereld/wereld-telt-35-8-miljoen-moderne-slaven-rapport/article-normal-511735.html            

                     











07-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen."De paus trachtte meermaals met exorcisme op afstand de duivel uit Adolf Hitler te drijven"


           

"De paus trachtte meermaals met exorcisme op afstand de duivel uit Adolf Hitler te drijven"


Op 27/01/2020 zal het 75 jaar geleden zijn dat de Russen het nazi-vernietigingskamp van Auschwitz-Birkenau in Polen hebben bevrijd waar meer dan een miljoen mensen de dood vonden. Het boek Pius XII en de vernietiging van de Joden uit 2008 van Dirk Verhofstadt verklaart de rol van de kerk in die nooit geziene massaslachting. Hier volgt een samenvatting van het eerste deel van het vijfhonderd bladzijden tellende geschrift.


"In het christelijke Europa hebben zich de grootste moordpartijen uit de geschiedenis voorgedaan, aangericht door mensen die in naam van God en van hun vermeende superioriteit ten strijde trokken tegen de andersdenkenden, de ongelovigen, de volksvreemden of de zgn. 'Untermenschen'" - aldus Dirk Verhofstadt in de aanvang (p. 12) van zijn Pius XII. (1) Met de opkomst van de rede zag de kerk haar macht tanen en klampte zich vast aan fascistische regimes. In Duitsland was dat het nazisme dat leidde tot de holocaust. Men kan vaststellen dat de kerk met aan het hoofd de paus, in casu Pius XII, niet alleen niets gedaan heeft om de moord op zes miljoen mensen - voornamelijk joden - te voorkomen maar dat zij bovendien aan de basis ligt van deze tragedie.


In 1933 sloot Eugenio Pacelli, secretaris van Vaticaanstand, een overeenkomst met het naziregime om de rechten van de kerk in Duitsland te vrijwaren en deze overeenkomst resulteerde in de pauselijke bescherming van het moorddadige regime: toen in 1939 Pacelli verkozen werd tot paus Pius XII, verhinderde deze meteen de publicatie van een brief tegen het racisme en het antisemitisme van zijn voorganger, Pius XI. Deze brief werd de 'verborgen encycliek' genoemd en Pius XII, de 'oorlogspaus' of de 'paus van Hitler'.


Dirk Verhofstadt toont overtuigend aan dat het onmogelijk was dat het Vaticaan niets afwist van de uitroeiingskampen - integendeel was het Vaticaan de eerste en ook de best geïnformeerde instantie. Nochtans protesteerde de paus niet, hij weigerde een veroordeling van de geallieerden m.b.t. de uitroeiing der Joden te ondertekenen, reageerde niet toen de Joden vanuit Rome naar Auschwitz gedeporteerd werden en nu nog weigert het Vaticaan bepaalde documenten uit die tijd vrij te geven.


Edoch, sinds 1933 waren quasi alle Duitsers getuigen van de Jodenvervolging: Joden waren de zondebok voor alles wat fout ging, van het zedenverderf tot de pest. Zij verdwenen massaal en keerden nooit terug, hun honderdduizenden huizen met inboedels werden openbaar aan de Duitsers voor een habbekrats verkocht. Ook het regime stak niets onder stoelen of banken: op 20 maart 1933 opende Himmler het concentratiekamp van Dachau met een persconferentie. Op 25 maart 1933 schreef Hermann Hesse over de gevangenneming van en de moord op 30.000 tot 40.000 Joden - deportaties gebeurden openlijk overdag. Ook Heinrich Böll verklaarde dat sinds 1933 iedereen op de hoogte was van het bestaan van de concentratiekampen. Ernst Weiss schreef in 1938: "Duitsland stonk naar moord en verraad en allen ademden die lucht in als was het rozengeur."


Op 10 november van dat jaar werden onder gejuich van het volk 267 synagogen in brand gestoken, Joodse gebouwen en kerkhoven verwoest en meer dan honderd joden vermoord: Kristallnacht. In Regensburg werden de Joden in stoet de straat op gedreven en uitgejouwd, verplicht tot het dragen van een plakkaat: "Uittocht der Joden" - de 'schandmars'. De deportaties gingen door, alleen al in Wenen pleegden 680 Joden zelfmoord om aan de nazi's te kunnen ontkomen.


Joden werden behandeld alsof zij misdadigers waren, zij werden 'preventief' opgepakt door de Gestapo en op school werd aan kinderen de plicht bijgebracht om 'volksvijanden' te verklikken. Duizenden opgepakten moesten hun eigen graf delven en werden er dan in doodgeschoten. Onder meer het vernietigingskamp Majdanek was goed zichtbaar vanuit de stad Lublin maar het volk bleef onverschillig.


De Duitsers wisten niet alleen van het regime maar werkten er bovendien aan mee: grote bedrijven zoals Volkswagen, BASF en Siemens zetten Joden in als slaven. Topf & Söhne leverde ovens aan het regime en perfectioneerde ze. Iedereen zweeg, kennelijk uit lijfbehoud, de kerk incluis. Toch hielpen sommigen op gevaar voor eigen leven, Joden onderduiken.


De Joden werden gedemoniseerd, ze waren de belichaming van alles wat gehaat, gevreesd en veracht werd, er werden mythen gefabriceerd die hen in een slecht daglicht stelden: het fabeltje van 'de protocollen van de wijzen van Zion', rituele moorden op kinderen, hostieschendingen...


Christenen hebben zich altijd tegen de Joden gekeerd, zo betoogt het boek, vanaf de heilige Chrisostomos (345-407) die de Joden 'Christusmoordenaars' noemde. In 38 was er de Jodenvervolging van Alexandrië; in 379 vernielde keizer Theodosius de synagogen; tijdens de kruistochten werden de Joden uitgemoord in heel Europa; in 1348-1350 moordden de Duitsers vrijwel alle Joden in Duitsland uit; eind veertiende eeuw werden de Joden verdreven uit Spanje en Portugal; in 1543 vervloekte Luther de Joden en riep hij alle wereldleiders op hen te doden; vanaf 1556 zaten alle Joden in Rome achter muren, in 1569 werden ze uit het Vaticaan verwijderd. De Franse Revolutie gaf in 1797 de Joden rechten maar na de val van Napoleon stuurde Pius VII hen terug naar de getto's, de inquisitie werd hersteld en katholieke geschriften waarschuwden voor het 'gevaar' der Joden; het Vaticaan prees de antisemitische rellen. Omstreeks 1918-1921 werden 100.000 Joden vermoord in de pogroms in Rusland en Polen, de katholieke liturgie noemt Joden 'dienaren van de duivel'.


Edoch, de kerk blijft haar aandeel in het antisemitisme, dat leidde tot de holocaust, ontkennen: in 1998 verklaarde Joannes-Paulus II dat de kerk niet verantwoordelijk is voor de Jodenhaat, terwijl de nazi's voltrokken wat de kerk gedurende eeuwen verkondigde. Elie Wiesel schrijft: "Toen alle slachtoffers Joden waren, waren alle moordenaars Christenen". Vandaag worden de katholieken hierin afgelost door de islam, vooral dan in Iran.


Dat de paus niets wist, is een leugen, zo stelt Verhofstadt: naast het feit dat de clerus alom beter geïnformeerd was dan ongeacht wie, publiceerden de kranten wereldwijd over de massamoord op de Joden. The Manchester Gardian publiceerde op 11/08/1938 het artikel Forest Concentration Camps for German Jews. Where They Are Send To Die Quickly. Op de voorpagina van The Illustrated London van 22/03/1941 staat een fotoreeks met Duitse soldaten die Joodse burgers verzamelen en doodschieten. De frontpagina van The New York Journal American van 13/11/1941 brengt een verslag van de moord op 25.000 Joden in Odessa. The Christian Science Monitor meldt op 29/11/1941 dat de nazi's de Joden volledig willen uitroeien. Op 18/05/1942 bericht de New York Times over de moord op 400.000 Joden in de Baltische Staten en ook de Internationale Gemeenschap wordt hierover officieel ingelicht. De hoofdredacteur van de Volkszeitung, Szmul Zygielbojm, bericht op 02/06/1942 over de massamoord op 700.000 Poolse joden op BBC radio en op 11/06/1942 bericht de New York Times over de lijsten met de dodentallen zoals door de regeringen in ballingschap werden doorgegeven aan het Vaticaan - ook over het gebruik van gaskamers en crematoria wordt bericht.


Een gezamenlijke verklaring over de uitroeiing van de Joden werd wereldwijd uitgezonden in 23 talen, ook de paus kreeg de tekst. Thomas Mann sprak op de BBC over de aan de gang zijnde moord op miljoenen mensen. De aartsbisschop van Riga schreef aan de paus dat er van de 50.000 Joden in het getto van Riga nog amper enkele duizenden overbleven. Kortom, alle wereldlijke en geestelijke leiders (incluis president Roosevelt en het Vaticaan) wisten wat gebeurde maar keken de andere kant op. De enige reactie van de paus was het slot van zijn saaie kerstboodschap van 1942 waarin hij het in bijzonder vage bewoordingen had over niet nader genoemde daders en slachtoffers van misdaden alom. Op de vraag waarom de paus zweeg, antwoorden zijn verdedigers dat hij zich wel degelijk heeft ingespannen en zo schrijft Michael Hesemann: "De paus probeerde meerdere keren tijdens de Tweede Wereldoorlog door middel van exorcisme op afstand de duivel uit Adolf Hitler te drijven"!


Onder meer de vrees voor het goddeloze communisme zal een rol gespeeld hebben telkenmale waar de kerk de kant van de fascisten koos, die zij omarmde "als een door God gezonden bolwerk tegen het grote socialistische gevaar", zoals sommigen betogen. Ook vreesde de kerk haar klanten onder de katholieke nazi's in Duitsland te zullen verliezen. Maar het zwijgen van de paus heeft de nazi's ongetwijfeld gesterkt in de overtuiging dat ze moreel juist handelden. Op de riemen van de Duitse moordenaars stond de tekst: "Gott mit uns"; veldbisschop Josef Rarkowski zei: "Duitsland is de redder van Europa. De oorlog tegen Rusland is een Europese kruistocht (...) Een kruistocht tegen het bolsjevistisch Untermenschentum".


Tot slot nog een onthutsend citaat (pp. 89-90): "In hun memorandum van 10/12/1941 verklaarden alle katholieke bisschoppen dat zij met voldoening de strijd van de Duitse katholieken tegen de macht van het bolsjevisme volgden. Bisschop Franz Bornewasse van Trier zette de gelovigen ertoe aan om de nazistaat te dienen (geestelijken overtuigden de jeugd zich aan te sluiten bij de Waffen-SS) en verklaarde bombastisch: 'Met opgeheven hoofd en kordate stap zijn we in het Nieuwe Rijk binnengetreden en zijn we bereid hem (Hitler) te dienen met inzet van alle krachten van ons lichaam en onze ziel'. De Duitse soldaten en SS'ers werden in hun moordpartijen door de protestantse en katholieke geestelijken dus niet afgeremd, maar juist aangespoord".


(J.B., 7 december 2019)


Verwijzingen:


(1) Dirk Verhofstadt, Pius XII en de vernietiging van de Joden, Houtekiet/Atlas, Antwerpen 2008, pp. 17-93: deel 1: 'Strategie'.


           

           

    

 


01-12-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HET LEZEN WAARD: Walter Zinzen over het huidige Vlaamse cultuurbeleid



HET LEZEN WAARD:

klik:

Walter Zinzen over het huidige Vlaamse cultuurbeleid


    

 


25-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? (Delen 1 tot 8)
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Fundeert het katholicisme onze beschaving? (Delen 1 tot 8)



22-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeerthet katholicisme onze beschaving? - Deel 8: Een conclusie




Fundeert het katholicisme onze beschaving?

 

Deel 8: Een conclusie

Wellicht was de ellende waarin de mensheid altijd ondergedompeld zat, een goede voedingsbodem voor het geloof - het is immers geen geheim dat in tijden van rampspoed alle mensen zich naar de kerk haasten om te bidden. De wetenschappelijke, technische en economische vooruitgang zorgde voor een draaglijker aards bestaan en de kerk werkte die vooruitgang alleen maar tegen: zij veroordeelde Galilei en zij predikte eenvoud en armoede terwijl zij zelf in rijkdom leefde en op macht belust was. Zelfs de elementaire morele christelijke principes loochende zij metterdaad waar zij zogenaamde ketters ombracht en ook op politiek vlak kende zij slechts de dictatuur, de 'securitate' van de inquisitie, de onverdraagzaamheid, de jodenvervolging, de achterstelling van vrouwen, de veroordeling van homoseksuelen, het racisme en de xenofobie, vooral met betrekking tot andere geloofsovertuigingen en atheïsme.

Voor vrijheid - en dus voor menselijke waardigheid - was er geen plaats in de kerk, ofschoon de Bijbel (waarvan de clerus met de catechismus een eigen herkauwde versie maakte) vertelt dat God de mens schiep als een vrij wezen - en dit zeer tegen de zin van Lucifer. Dostojevski zijn Grootinquisiteur van Sevilla laat de kerk zien als het instrument bij uitstek van de duivel waarmee hij het plan dat volgens de Bijbel God met de mens heeft, onmogelijk probeert te maken.

De geschiedkundige feiten liegen er niet om en wie kennis nam van de boekwerken die de kerkgeschiedenis tot onderwerp hebben, kan er niet omheen dat het zogenaamde verrezen lichaam van Christus maar weinig met de heiland te maken kan hebben. Als het Vaticaan zichzelf dan nog beschouwt als het hoofd van dat lichaam, dat gehoorzaamheid eist van alle ledematen (welke de 'gewone' gelovigen vertegenwoordigen), moet men veeleer vrezen dat het instituut in kwestie een parasiet is die de plek inneemt en ook bezet wil houden die toekomt aan de ware kerk.

Edoch, het rijk Gods is niet van deze wereld en heeft derhalve evenmin een plek als Christus zelf die immers geen steen had om zijn hoofd op neer te leggen. De steenrots waar de kerk op rust is niet van steen omdat haar fundament niet stoffelijk kan zijn: zij is van zuiver geest en niet inneembaar door wereldlijke heersers die in koffers goud en zilveren kruisen opsparen, belegd met diamanten en robijnen.

De vraag of het katholicisme onze beschaving fundeert, is niet zo moeilijk te beantwoorden eenmaal men de moed opbrengt om te erkennen dat de term 'beschaving' niet per se iets voortreffelijks betekent. Een exhaustieve opsomming ligt allerminst in de bedoeling van deze tekst maar niemand kan ontkennen dat het voorbeeld van de clerus duchtig nagevolgd werd in het seculiere: de onfeilbaarheid van de paus weerkaatst zich in de onschendbaarheid van de parlementairen, de onaantastbare theologie vindt haar gelijke in de heilige huisjes van de wetenschappen, de idolatrie rond de heiligen wordt ijverig nagevolgd in de verering van de alomtegenwoordige televisiesterren, de biechtvader van weleer is nu de huisarts en waar men eertijds alle heil verwachtte van de hostie, rekent men nu voor al zijn kwalen op een pil.

Uiteraard valt het christendom niet als de katholieke kerk de geest geeft of wordt opgegeven maar de figuur van Jezus krijgt er wel een ander aanschijn door. In zijn De terugkeer van de Nazoreeër schildert de Vlaamse auteur en kenner van dat 'andere niveau' van de werkelijkheid, Ludo Noens, een realistischer en aannemelijker beeld van de wijze en ook goede man van Nazareth, die 'een man van god' was, wat wil zeggen: een mens met buitengewone gaven die het ook goed met ons meende en die zijn medemensen hielp en onderrichtte. En zonder ook maar enige twijfel heeft deze wijze mens van tweeduizend jaar geleden ons een toegangsweg tot het goddelijke aangeboden. Het christendom is niet de kerk en de kerk heeft overigens meer met politiek te maken dan met religie. En wij weten hoezeer die twee in schril contrast staan tot elkaar. Waar wij dan van beschaving spreken in de authentieke zin van het woord, is het ongetwijfeld wél terecht om de rol van het christendom te erkennen. Maar dat is uiteraard stof voor een tekst apart.

(J.B., 22 november 2019)

Verwijzingen:

(1) Ludo Noens, De terugkeer van de Nazoreeër. Fabuleuze lotsbestemming van een bliksemsjamaan, Aspekt, 2016.


 

       


21-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? - Deel 7: Bijgeloof, ketterij en inquisitie



Fundeert het katholicisme onze beschaving?


Deel 7: Bijgeloof, ketterij en inquisitie


De kerkleer belijdt een ander niveau van de werkelijkheid, zo schrijft Michael Hebeis in zijn Zwartboek, waarin onze zielen samen met God, de engelen, de heiligen (martelaren en andere heiligen) maar ook de duivels, in de tijdloze eeuwigheid bestaan. Hij merkt op dat van de ongeveer 14.000 zaligen en heiligen, er slechts 807 personen na 1588 heilig verklaard zijn; bovendien werden 482 personen heilig verklaard door paus Joannes Paulus II. Van hen worden relikwieën bewaard op plaatsen waar bedevaarders deze gaan aanbidden, wat de economie begunstigt. Heiligen verrichtten wonderen (bloedwonderen, hostieverkleuringen, verschijningen, stigmata...) en de volksvroomheid dwingt de vaak niet overtuigde kerkelijk overheid die alsnog te erkennen en zo wordt kennelijk uit opportunisme het paard achter de kar gespannen. Soms fabriceert de kerk verschijningen om politieke redenen.

Ook de wereld van de duivelen maakt deel uit van het andere werkelijkheidsniveau en het Vaticaan heeft dan ook haar exorcisten: Gabriële Amorth, de jongste huisexorcist van Rome, verrichtte naar eigen zeggen zo'n 70.000 duiveluitdrijvingen. Dit alles naar het voorbeeld van Christus zelf die, als we de evangelisten Mattheüs, Marcus en Lucas mogen geloven, de boze geesten uitdreef uit mensen en die dan in een kudde varkens overplaatste die zich daarop in de afgrond stortten, iets waarvoor de veeboeren uiteraard beducht waren. (1)

Reeds in de eerste eeuwen ontwikkelden de kerkvaders een theologie of een leer van het goddelijke en wie het daarmee niet eens waren, bestreden zij niet alleen met het woord: nadat het christendom in 380 door de keizers tot staatsgodsdienst werd uitgeroepen, besliste het concilie van Constantinopel in 381 dat wie daar anders over dachten, hun burgerrechten verloren. In 385 werd de eerste geloofsafvallige - Priscillianus - in Trier ter dood gebracht, wat eigenlijk het vroegste begin was van de inquisitie, de kruistocht tegen de 'ketters', zo genoemd naar de afwijkende leer van de katharen, ook Albigenzen genaamd.

Vooraanstaande theologen (zoals de heilige Alanus van Rijsel) beslisten wie ketters waren en zij droegen die dan over aan de staat die hen daarop ter dood bracht. Katharen maar ook waldenzen, humiliaten, begijnen, arnoldisten en andere groepen wantrouwden de vaak immorele clerus die hen de lectuur van de Bijbel verboden, opgelegd in 1199 door paus Innocentius III die zich 'plaatsvervanger van Christus' liet noemen. De eerste verbrandingen van (door waldenzen) vertaalde bijbels geschiedde in 1200 in Metz en zo bijvoorbeeld werden in Bézier en Carcassonne alle burgers uitgemoord door pauselijke troepen, de ketters belandden op de brandstapels.

De Dominicaner orde werd speciaal opgericht om de katharen te bestrijden. Verdenking van ketterij volstond voor vervolging. In 1252 stond de paus officieel de folterpraktijk toe en de grootste katholieke 'wetenschappelijke theoloog', de Dominicaan Thomas van Aquino, rechtvaardigde in 1273 de doodstraf voor de ketters; wie eenmaal gedoopt was, kon het christendom nooit meer afzweren. De celestijnse monnik Petrus Zwicker verbrandde na 1390 zelfs kinderen, hij verbrandde duizenden ketters. Met die terreur behield de kerk haar macht maar zij verloor haar geloofwaardigheid.

In 1415 werd hervormer Jan Hus op de brandstapel gezet met als gevolg de Hussietenoorlog die twintig jaar duurde: Bohemen werd verwoest, velen sneuvelden. De sterfdag van Jan Hus werd in 1926 tot nationale feestdag van Tsjechoslowakije uitgeroepen.

Ter dood veroordeelden door de inquisitie werden verbrand; kregen ze op 't laatste nog berouw, dan werden ze gewurgd voor ze op de brandstapel werden gezet.

De opkomst van de boekdrukkunst resulteerde in steeds meer publicaties en vanaf 1542 werden die door de inquisitie gecontroleerd: er werd een lijst van verboden boeken opgemaakt die tweejaarlijks ververst werd... tot 1965. Op dat ogenblik telde de 'index' 6000 auteurs onder wie Kant, Luther, Walschap en Maeterlinck.

Zeer bekend inzake de inquisitie is de zaak Giordano Bruno, een dominicaan die wegens ketterij zeven jaar opgesloten werd in de Engelenburcht in Rome; op 17 februari 1600 werd hij verbrand "terwijl de toeschouwers tijdens zijn doodsstrijd vrome liederen zongen". (2) Galilei werd om gelijkaardige redenen veroordeeld maar omdat hij zijn leerstellingen afzwoer, werd de terechtstelling niet voltrokken maar hij kreeg wel levenslang huisarrest.

De inquisitie duurde tot pakweg honderdvijftig jaar geleden maar in feite bleef zij bestaan in haar administratie en zij heet nu Congregatie voor de Geloofsleer. Zo bijvoorbeeld ontnam zij in 1979 de theoloog Hans Kung zijn onderwijsbevoegdheid omdat hij de onfeilbaarheid van de paus in twijfel trok. In 1985 (onder het voorzitterschap van Ratzinger) kreeg bevrijdingstheoloog Leonardo Boff spreek- en onderwijsverbod. In 1986 werd moraaltheoloog Charles Curran zijn leerstoel aan de Catholic University of America ontnomen. De Congregatie gelooft zich te moeten moeien met het leven en in het bijzonder met de seksualiteit van iedereen, ook van niet-katholieken. De inquisitie gaat met andere woorden gewoon door; de kerkleiding is zo arrogant dat zij niet beseft dat zij haar geloofwaardigheid allang verspeeld heeft. Dat sinds 2001 de Congregatie ook de gevallen van kindermisbruik door geestelijken moet onderzoeken, laat uitschijnen dat de kerk niet door heeft dat zij zelf de grote schuldige is.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 21 november 2019)

Bronnen:

Michael Hebeis, Zwartboek Katholieke Kerk. En leid ons niet in bekoring, Standaard uitgeverij 2011, pp. 179-236. (Oorspronkelijke titel: Swarzbuch Kirche, Bastei Lübbe 2010).

Verwijzingen:

(1) Zie: Mattheüs 8:30, Marcus 5:11 en Lucas 8:32. Vertaling volgens het NGB: Mattheüs 8: "30Nu werd er ver van hen een grote kudde zwijnen gehoed. 31De boze geesten smeekten Hem en zeiden: Indien Gij ons uitdrijft, laat ons dan in de kudde zwijnen varen. 32En Hij zeide tot hen: Gaat heen! Zij voeren uit en gingen in de zwijnen; en zie, de gehele kudde stormde langs de helling de zee in en zij kwamen om in het water. 33En de hoeders namen de vlucht en kwamen in de stad en berichtten alles, ook van de bezetenen."; Marcus 5: "8Want Hij zeide tot hem: Onreine geest, ga uit van deze mens. 9En Hij vroeg hem: Hoe is uw naam? 10En hij zeide tot Hem: Mijn naam is legioen, want wij zijn talrijk. En hij smeekte Hem dringend hen niet buiten het land te zenden. 11Nu werd daar bij de berg een grote kudde zwijnen gehoed. 12En zij smeekten Hem, zeggende: Zend ons in de zwijnen, dat wij daarin varen. 13En Hij stond het hun toe. En de onreine geesten gingen uit en voeren in de zwijnen; en de kudde, ongeveer tweeduizend, stormde langs de helling de zee in en zij verdronken in de zee. 14En die ze hoedden, namen de vlucht en berichtten het in de stad en op het land. En de mensen gingen zien, wat er gebeurd was."; Lucas 8: "27Toen Hij aan land gegaan was, kwam Hem een man uit de stad tegemoet, die door boze geesten bezeten was (...) 28Toen hij nu Jezus zag, stiet hij een kreet uit en hij viel aan zijn voeten en sprak met luider stem: (...) Ik smeek U, dat Gij mij niet pijnigt. 29Want Hij gaf de onreine geest bevel van de man uit te varen. (...) 30En Jezus vroeg hem: Wat is uw naam? Hij zeide: Legioen; want vele geesten waren in hem gevaren. 31En zij smeekten Hem, dat Hij hun niet gelasten zou in de afgrond te varen. 32Nu werd op de berg een talrijke kudde zwijnen gehoed; en zij smeekten Hem, dat Hij hun zou toestaan daarin te varen. En Hij stond het hun toe. 33En de geesten voeren uit die mens en voeren in de zwijnen en de kudde stormde langs de helling het meer in en verdronk. 34Toen de hoeders zagen wat er gebeurd was, namen zij de vlucht en berichtten het in de stad en op het land. 35En de mensen liepen uit om te zien wat gebeurd was, en zij kwamen bij Jezus en vonden de mens, van wie de boze geesten uitgevaren waren, aan de voeten van Jezus zitten, gekleed en goed bij zijn verstand, en zij werden bevreesd. (...) 37En de gehele bevolking van de streek der Gerasenen vroeg Hem, of Hij van hen wilde weggaan, want zij waren door grote vrees bevangen."

(2) Michael Hebeis, o.c., pag. 227.




           

       


20-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? - Deel 6: De mammon


                                             

Fundeert het katholicisme onze beschaving?


Deel 6: De mammon


De misbruikschandalen liggen nog vers in het geheugen, zij werden uitgediept door Frédéric Martel in zijn Sodoma. (1) Maar de kast van Rome herbergt nog een ander lijk, het is er nog niet uitgevallen maar de stank belooft. En het gaat om geld, de afgod van de wereld die de weg verspert naar de vrede en het geluk waarvoor de kerk zich borg stelt voor wie haar in het hart dragen...

Toen op 15 april l.l. de Nôtre-Dame van Parijs afbrandde, viel godzijdank geen enkel dodelijk slachtoffer te betreuren maar de aartsbisschop van Parijs reageerde met de woorden "dankbaar te zijn dat de uiterst waardevolle relikwieën die in de schatkamer van de kathedraal worden bewaard, zijn gered." (2) Ook in de recente misbruikschandalen blijkt de hoofdzorg van de kerk niet de slachtoffers te betreffen maar de gerechtskosten. De katholieke realiteit contrasteert schril met de inhoud van de evangeliën die de armoede prediken en die deze als voorwaarde stellen voor het christelijke geluk.

In 1929 werd een overeenkomst gesloten met dictator Mussolini - het Lateraans verdrag - waarbij de kerk 1,75 miljard lire (goed voor 79 ton zuiver goud) schadevergoeding kreeg voor het vermogen dat zij in 1870 verloor toen het Vaticaan met haar eigendommen door Italië werd ingelijfd. (3) Het Vaticaan stichtte een eigen bank (de IOR) en directeur Michael Phayer handelde in Duits roofgoud uit onder meer tandvullingen van in concentratiekampen vermoorde joden. Het Vaticaan bood ook hulp aan de Ustasha, de Kroatische fascisten en op die manier werd haar kapitaal in een kwarteeuw vertwintigvoudigd.

Nadien werd de bank geleid door Paul Marcinkus en Michele Sidona die sinds 1950 samenwerkte met de Cosa Nostra om heroïnegeld wit te wassen. Met dat geld financierde het Vaticaan de Italiaanse christendemocraten. Ook Roberto Calvi werkte voor de bank van het Vaticaan; hij financierde de Contra's in Nicaragua en Solidarnosc in Polen en hij richtte postbusbedrijven op in belastingparadijzen zoals Panama waarmee wapen- en drugshandel afgewikkeld werd.

Ingevolge faillissementen vluchtte Sidona naar de VS en na het faillissement van de Vaticaanse Banco Ambrosiano had het Vaticaan 1,2 miljard dollar schulden. Calvi ('de bankier van god') vluchtte naar Londen en op 18 juni 1982 vond men hem bengelend onder de Black Frair's Bridge met 15.000 dollar op zak. Sidona stierf in 1986 in de gevangenis van Voghera aan cyaankalivergiftiging.

De bank kwam in handen van prelaat Donato De Bonis die zich voordeed als armoedige franciscaan maar die er in de bank een dubbele boekhouding op nahield voor het mogelijk maken van witwaspraktijken en omkoperij. Nadien werd de bank geleid door Angelo Caloias die lid was van het Opus Dei.

Het Opus Dei ('werk van God') werd gesticht in 1928 door de in 2002 heilig verklaarde Spanjaard Josemaria Escriva die in Navarra een pauselijke universiteit bouwde met heden 15.000 studenten voor de opleiding van ordeleden. Opus Dei telt meer dan 85.000 leden waarvan 1900 priesters en is onafhankelijk van plaatselijke bisschoppen. Tot de leden behoort kardinaal Cipriani die zo ultraconservatief is dat hij voorstander is van de doodstraf.

En dan is er nog de orde van de 'Legionairs van Christus', gesticht door Marcial Maciel, die wordt beschouwd als de grootste bedrieger ooit in de kerk. Ook zijn orde is ultraconservatief en anticommunistisch en genoot daarom het vertrouwen van de Pool Joannes Paulus II die ze in 1983 erkende. Edoch, sinds 1997 klaagden vele gewezen seminaristen Maciel aan voor seksueel misbruik dat plaatshad in de jaren 1940 tot 1960. Maciel bleek ook drugsverslaafd. Zijn leerboek voor de ordeleden bleek een plagiaat: 80 pct. van de tekst kwam letterlijk uit een ultraconservatief en anticommunistisch boek van de hand van de in 1947 overleden Luis Lucia. Maciel had een dubbelleven, hij had meerdere vrouwen en zes kinderen waarvan twee klacht tegen hem indienden voor seksueel misbruik. De orde bestaat nog steeds en beschikt over een vermogen van 25 miljard euro.

Vandaag zijn er vele nieuwe orden die echter meestal onzichtbaar zijn voor de buitenwereld: de leden zijn gewone mensen met een baan, ze dragen geen uniform en er zijn ook geen kloosters. Ze doen aan liefdadigheid, zoals de focolare-beweging of de Cominio e Liberazione die 100.000 leden telt. De 'neokatechumenale weg', in de jaren 1970 opgericht door onder meer de Spaanse schilder - 'apostel' - Kiko Argüllo heeft een sterrencultus rond haar stichter, organiseert een soort geloofsretraites, vraagt de leden een tiende van hun loon af te staan, duldt geen kritiek en legt zwijgplicht op, houdt publieke biechten, is in feite een inquisitie op zich maar werd in 2008 niettemin erkend door Joannes Paulus II en werd ook door de volgende paus gesteund. Kiko heeft een miljoen volgelingen.

Er zijn nog meer nieuwe ordes zoals de zogenaamde familie van het Engelenwerk (1 miljoen leden) waarbij naast een 'engelenwijding', neoromantiek, visioenen en mystiek een rol spelen.

De kerk heeft ook wereldlijke verenigingen met onder andere politieke doelen, zoals de Amerikaanse patriottistische republikeinse 'Knights of Columbus' die zichzelf als een soort van Kruisridders beschouwen. De groep telt 1,8 miljoen leden die jaarlijks 150 miljoen dollar ophalen, 70.000 uur gemeenschapsdienst presteren en 200.000 liter bloed inzamelen. Streng anticommunistisch en ook tegen abortus steunen zij naast de republikeinse partij ook de Catholic University of America en de paus.

En uitgerekend deze week berichtten de kranten inzake de financiën van het Vaticaan dat deze theocratie voor 200 miljoen euro heeft belegd in vastgoed voor luxeappartementen - geld grotendeels afkomstig van de Pieterspenning en dus bedoeld voor goede werken. (4)

(Wordt vervolgd)

(J.B., 20 november 2019)

 Bronnen:

Michael Hebeis, Zwartboek Katholieke Kerk. En leid ons niet in bekoring, Standaard uitgeverij 2011, pp. 139-176. (Oorspronkelijke titel: Swarzbuch Kirche, Bastei Lübbe 2010).          

Verwijzingen:

(1) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans, Amsterdam 2019. (Oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019).

(2) Zie: https://www.kro-ncrv.nl/katholiek/nieuws/mgr-aupetit-prijst-brandweer-parijs

(3) Zie: https://nl.wikipedia.org/wiki/Verdrag_van_Lateranen

(4) https://www.standaard.be/cnt/dmf20191118_04723999

?articlehash=1D712731BD9C388B7E96DB3CBFD5B6BB4B

4E36E6FC9435565CC83FEDF3A0623061C6AECB1235BA

2E9813891CE30D8DBF30A29F205B777D58DE01389041F51C87

                    

           

       


17-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? - Deel 5: "Gaat en onderwerpt alle volkeren!" - Leugens, diplomatisch genaamd: diplomatie.


                                               

Fundeert het katholicisme onze beschaving?

Deel 5: "Gaat en onderwerpt alle volkeren!" - Leugens, diplomatisch genaamd: diplomatie. 

Kort na de ontdekking van Amerika door Columbus in 1492 werden de inheemse volkeren door de paus per brief (het zogenaamde Requierimento van 1514) voor de keuze gesteld: zich onderwerpen aan de veroveraars en zich laten dopen ofwel tot slaven gemaakt en uitgemoord worden. (1) De misdaden van de veroveraars staan historisch vast: de inboorlingen werden gedecimeerd, hun land werd hen ontnomen en wie alsnog in leven bleven, werden in reservaten ondergebracht en worden ook vandaag nog 'behandeld' met de harddrug alkohol die er, zoals de dubbele agenda het wil, officieel verboden is maar tegelijk goed bereikbaar wordt gehouden. (2) In 2007 verklaarde paus Benedictus XVI op de opening van de Latijns-Amerikaanse bisschoppenconferentie dat "de verkondiging van het evangelie daar werkelijk op geen enkel moment een vervreemding van de precolombiaanse culturen met zich meebracht en dat het niet het opdringen van een vreemde cultuur was." (3) Men moet maar durven! Maar er is meer en ziehier nog een staaltje van volkverlakkerij.

Om de Indianen te kunnen overhalen om zich te laten bekeren werd in 1531 door de missionarissen een Mariaverschijning verzonnen met een Maria die geleek op de roodhuidige maagd van Guadelupe. In 1648 werd het verzinsel nog uitgebreid: zij zou zijn verschenen aan Juan Diego, een eveneens verzonnen Indiaan die zich zou hebben laten dopen. Daarop vroegen de Indianen om de zaligverklaring van de Indiaan in kwestie, wat gebeurde in 1990. Vervolgens vroeg men om een heiligverklaring. De nodige bewijsstukken ontbraken uiteraard maar in 1994 kwam de kerk met een uit het niets opgedoken document op de proppen en in 2002 verklaarde Joannes Paulus II de fictieve Indiaan prompt heilig!

In 1789 brak de Franse revolutie uit en dat vernamen ook de onderdrukten in de kolonies: sinds 1810 riepen ze hun onafhankelijkheid uit en dictaturen en revoluties wisselden elkaar af tot heden. In Argentinië maakten de dictators 30.000 doden, bekend zijn de protesterende 'zotte moeders' van de slachtoffers. De kerk was medeplichtig en Bergoglio (die vandaag paus is) was hoofd van de Argentijnse kerk maar zweeg. (4) Dom Helder Camara koos de kant van de verdrukten in de sloppenwijken en Gutiérrez schreef zijn "Theologie der Bevrijding" in 1972, een beweging die echter deels radicaliseerde met een militante socialistische vleugel. Anti-communist Karol Wojtyla werd echter paus en bestreed de bevrijdingstheologen, hij koos de kant van de dictators tegen de dreiging van het communisme.

En dan is er nog Afrika. Sinds 1455 eigenden de Portugezen zich alle land toe dat voorbij Kaap Bojador lag alsook het recht om alle heidenen tot slaven te maken. Congo en Angola werden gechristianiseerd. De Christusorde, opvolger van de Tempeliers in Portugal werd door de paus bevrijd van het celibaat en van de gelofte van armoede, waardoor de leden verwoed handel ging drijven in goud en in slaven. In 1885 op de Congoconferentie werd de slavernij afgeschaft maar Leopold II lijfde Congo in en continueerde de facto de slavernij voor zijn rubberplantages. Hij verzamelde de vrijgelaten slaven in 'schoolkolonieën' onder de leiding van een Belgische missie-orde, de Concregatie van het Onbevlekt Hart van Maria, die de scholieren onder zware tucht plaatste, ze kregen lijfstraffen, zweepslagen en werden seksueel misbruikt. Als de rubberverzamelaars hun quota niet haalden, werden ze de handen afgehakt of het hoofd. De beestachtige congopolitiek van Leopold II duurde tot WOI en maakte tien miljoen doden. Hierbij heeft de missie-orde Leopold II actief gesteund en zij heeft de genocide helemaal niet afgekeurd.

In 1994 in Rwanda vochten Hutu's en Tutsi's en er vielen in geen tijd 800.000 doden. (5) Opnieuw was de kerk medeplichtig maar in 1996 ontkende paus Joannes Paulus II elke verantwoordelijkheid.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 17 november 2019)

Bronnen:

Michael Hebeis, Zwartboek Katholieke Kerk. En leid ons niet in bekoring, Standaard uitgeverij 2011, pp. 83-105. (Oorspronkelijke titel: Swarzbuch Kirche, Bastei Lübbe 2010).

Verwijzingen:

(1) Zie het artikel: "Zal de kerk de Amazonevolkeren redden?":

http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3184707

(2) Zie het artikel: ""De Verenigde Staten van Amerika. Een zeer summiere historiek":

http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=1796780 ;

Zie ook:

https://www.hln.be/nieuws/buitenland/alcoholverslaafde-moeders-het-indianenreservaat-waar-1-op-4-kinderen-misvormd-is~aa1fc420/

(3) Michael Hebeis, Zwartboek Katholieke Kerk. En leid ons niet in bekoring, Standaard uitgeverij 2011, p. 83. (Oorspronkelijke titel: Swarzbuch Kirche, Bastei Lübbe 2010).

(4) Zie de artikels: "De kerk en extreem rechts":

http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3185753 en "De arme paus, Europa en de oorlog":

http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=2170233

(5) Zie het eerste deel van het artikel: "Verborgen massamoord":

http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3039205                      

           

       


15-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? - Deel 4: Het fundament voor de holocaust



                                               

Fundeert het katholicisme onze beschaving?


Deel 4: Het fundament voor de holocaust


Neen, de pausen hebben de zes miljoen joden onder de nazi's niet vergast maar reeds keizer Theodosius II vervolgde hen en in 438 bouwde hij de synagogen om tot kerken. Velen volgden zijn voorbeeld en zo bijvoorbeeld is de Frauenkirche van Neurenberg in 1352 "gebouwd op de plek waar tot de pogrom van 1349 de synagoge stond. Sinds 1933 (!) opent het 'kerstekind' daar vanaf het dak van het voorportaal de kerstmarkt. [...] het verwijt van geestelijke legitimatie van deze vervolgingen, van geestelijk brandmerken blijft overeind." (1)


Een rusteloos leven is hun straf, zo verklaarde de kerk bij monde van haar talloze predikers, want de joden hebben Christus gekruisigd. Alras circuleerden verhalen over een vermeende hostieschending door joden: de Deggendorfer Gnad in Neder-Beieren, tot 1992 jaarlijks herdacht door tienduizenden pelgrims. Ook griezelverhalen over rituele moord van joden op kinderen deden de ronde. Op het vierde Lateraans Concilie in 1215 was het dat de kerk de te mijden joden verplichtte om speciale kentekens en hoeden te dragen. In 1447 stelde paus Nikolaas V 'jodeninquisiteurs' aan. Predikermonnik Giovanni da Capistrano zette de eerste joden op de brandstapel in Breslau in 1453. Andermaal de schaamteloze kerk: in 1690 werd deze moordenaar heilig verklaard en heden is hij de patroonheilige van de juristen!


De enige uitweg voor de joden was de doop, de toetreding tot de kerk. De Jodenvervolging was het ergst in Spanje waar de gedoopte joden 'Marranen' werden genoemd, wat 'zwijnen' betekent. De Spaanse koningin Isabella, bijgenaamd 'de katholieke' duidde een grootinquisiteur aan en vaardigde in 1492 het 'verdrijvingsverdict' uit in Alhambra en "honderdduizenden joden verloren hun thuis" (2); de beruchte Borgia-paus Alexander VI smeedde samen met Isabella maar ving de rijksten onder hen op... voor hun geld. Kers op de taart: in 1974 (!) werd in Rome de zaligverklaring van Isabella opgestart!


Anti-Joodse propaganda werd door onder meer de predikheren en de augustijnen maar ook door Luther wijd verspreid dankzij de boekdrukkunst en in 1543 schrijft Luther: "(...) dat men uw synagogen in brand steekt en wat niet verbranden wil, met aarde bedekt en dichtgooit, zodat in de eeuwigheid geen mens ooit nog een steen of een overblijfsel ervan te zien krijgt. En dat moet men doen om onze Heer en de christenheid te eren, zodat God ziet dat wij christenen zijn. - In de tweede plaats, dat men uw huizen net zo afbreekt en vernietigt." (3)


Joden werden herhaaldelijk verdacht van rituele moorden en van kindermisbruik - geheel onterecht, zo bleek later - maar zij werden erom vervolgd en in ultraconservatieve katholieke kringen worden de vermeende slachtoffers nog steeds vereerd. Joden werden afgeschilderd als gewetenloze bankiers die parasiteren op andermans zweet en de kerkleiders keken de andere kant op.


In de katholieke liturgie en meer bepaald op Goede Vrijdag wordt gebeden voor de 'ongelovige' en 'trouweloze' joden met 'blinddoeken om hun harten'. Pas paus Johannes XXIII schrapte in 1959 het woord 'trouweloos' uit de voorbeden en in 1974 werd uiteindelijk een minder kwetsende formulering gebruikt. Edoch, in 1984 gaf paus Joannes Paulus II toestemming aan de conservatieven om weer de oude tekst te gebruiken en in 2008 deed paus Benedictus XVI er nog een schep bovenop door deze goedkeuring nog uit te breiden.


In de ambtstermijn van Paus Pius XII begon WOII: Polen werd aangevallen, 2600 Poolse geestelijken werden vervolgd en belandden in concentratiekampen, onder meer vijf Duitse bisschoppen lieten er het leven maar de paus zweeg ondanks het aandringen van de geallieerden. Met de smoes van neutraliteit zweeg het Vaticaan over de miljoenen doden in Auschwitz waarvan het al heel vroeg - in 1942 - op de hoogte was. De kerk voert aan dat de paus in zijn kersttoespraak van 1942 wel iets zou hebben gezegd over de 'moord op honderdduizenden onschuldigen' maar hij zweeg in alle talen over de razzia van de SS tegen de joden in Rome op 16 oktober 1943. De paus legde ook massamoordenaar en antisemiet Mussolini geen strobreed in de weg. Na WOII bood de kerk hulp bij het ontkomen van duizenden Kroatische en Duitse oorlogsmisdadigers, onder wie Adolf Eichmann en Josef Mengele maar ook massamoordenaar Ante Paveli die zich twee jaar lang in een Romeins klooster kon verstoppen. Zij ontkwamen via de zogenaamde 'Rattenlinie' via Spanje naar Zuid-Amerika. De kerk legde niet alleen het fundament voor de holocaust, zij zorgde er ook voor dat de massamoordenaars hun straf konden ontlopen.


Dat deze praktijken helemaal niets te maken hebben met de leer van Jezus van Nazareth, staat buiten kijf. Maar dan dringt een andere vraag zich op: wat is de kerk dan wel en wiens belangen dient zij?


(Wordt vervolgd)

(J.B., 15 november 2019)


Bronnen:

Michael Hebeis, Zwartboek Katholieke Kerk. En leid ons niet in bekoring, Standaard uitgeverij 2011, pp. 57-79. (Oorspronkelijke titel: Swarzbuch Kirche, Bastei Lübbe 2010).

Verwijzingen:

(1) Michael Hebeis, o.c., p. 62.

(2) Ibidem, p.64.

(3) Ibidem, p.65-66.            


           

       


14-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? - Deel 3: Moord op bevel van god


                                   

Fundeert het katholicisme onze beschaving?


Deel 3: Moord op bevel van god


De verdediging van het eigen gelijk of de concurrentie alsook de irrationaliteit zijn elementen van onze beschaving die wij misschien wel in hoofdzaak aan het katholicisme danken, samen met de kuddegeest. Maar er is uiteraard ook nog de hypocrisie, bijvoorbeeld in de tegenstelling tussen (openbaar beleden) redenen en (verborgen gehouden) eigenlijke drijfveren van het handelen en het denken. Want zo edel en hoogdravend als de opgegeven redenen klinken, zo laaghartig worden de feitelijke motieven uitgebroed. Het gaat hier meer bepaald over de ontdekking van de dubbele agenda of de volksverlakkerij - met andere woorden: de rechtvaardiging van macht en misdaad bij oorlog, verknechting, sociale uitsluiting, moord en doodslag.


Dat het succes van een religie te danken is aan dwang staat als een paal boven water en dat geldt ook voor het katholicisme, getuige Michael Hebeis' Zwartboek Katholieke Kerk. In het jaar 1075 verklaarde paus Gregorius VII dat voortaan de paus het allerhoogste gezag was inzake de kerkelijke leer en de rechtspraak en dat hij zelfs de keizer kon afzetten; pausen zijn verzekerd van hun zaligheid, zij kunnen onmogelijk in de hel belanden, zo staat het in het Dictatus Papae en aldus kunnen pausen moorden naar hartelust en dat doen zij ook prompt wanneer zij het volk oproepen om deel te nemen aan de kruistochten die aan meer dan honderdduizend mensen het leven kostten - meestal armedrommels en avonturiers. Tussen haakjes: de kerk betaalde deze 'redders van het heilig land' niet met goudstukken maar met aflaten...


De moordpartijen in Barbasto maakten 50.000 doden in 1064; het bloedbad in Jeruzalem kostte aan 100.000 joden en Moren het leven. Geschiedschrijvers hebben het over lijken die huizenhoog opgestapeld liggen. Als onze beschaving vandaag gekenmerkt wordt door terreur, dan heeft de kerk daarvoor inderdaad het fundament gelegd: de gruwel van duizend jaar geleden staat nog steeds in het collectieve geheugen van de moslims gegrift en daar ligt dan ook de oorsprong van de tegen de christenen gerichte moslimhaat die Al Quaeda mogelijk maakte en ISIS. In 1098 vernielden de kruisvaarders de Syrische stad Maraat an-Numan, ze stichtten er een bloedbad met 22.000 doden waarbij kleine kinderen aan het spit werden geroosterd en opgegeten en volwassenen werden levend opengesneden om de tijdens de inval ingeslikte goudstukken te kunnen bemachtigen.


De heilige abt Bernard van Clairvaux van de beroemde Cisterciënzers en de grondvester van de Tempeliers wordt wijd en zijd geëerd maar hij was het die toentertijd de preken organiseerde waarmee deelnemers voor de kruistochten werden geronseld en massaal de dood ingejaagd. De Tempeliers of de Ridders van de Tempelorde werd speciaal opgericht om de tweede kruistocht te voeren ter verdediging van de tempel van Salomo tegen de moslims. De heilige opruier slaagde erin om ook de Franse en de Duitse koning met hun legers aan te zetten tot deelname aan de bloedbaden. Bij de slag van Hattin (nabij het meer van Tiberias) werden zij afgeslacht door moslimleider Saladin en viel het koninkrijk Jeruzalem.


Ook de volgende pausen startten nieuwe kruistochten. Innocentius III veranderde zijn paustitel van "plaatsvervanger van Petrus" tot "plaatsvervanger van Christus", hij noemde de profeet Mohammed "een bedrieger" en "de eerstgeborene van de satan", de koran "een sluier van duisternis" en vernielde met zijn vierde kruistocht in 1204 Constantinopel waar schatten buitgemaakt werden waarmee de kerk nog steeds schaamteloos pronkt, onder meer de lijkwade (in de Dom van Turijn), de doornenkroon (in de Notre-Dame van Parijs), stukken van het heilig kruis, kroonjuwelen en andere relikwieën. Wie denken dat Hitler de eerste was die de joden tot schietschijven maakte, heeft het mis: deze paus was het die in 1215 de 'Christusmoordenaars' verplichtte tot het dragen van kentekens. En voor wie dacht dat de Franciscus van Assisi een Gandhi avant-la-lettre was: deze heilige behoorde tot de kruisridders en hij predikte (vergeefs) voor de sultan.


De kruistochten waren in feite veroveringstochten tegen de joden, de Albigenzen, de Moren, de Turken en nog andere volkeren. Als de pausen vandaag een witte soutane dragen - het dominicanenkleed - dan doen zij dat sinds dominicaan en grootinquisiteur Antonio Ghislieri in 1566 tot paus Pius V werd verkozen: hij beval een dagelijks middaggebed tot Maria voor goddelijke bijstand in de oorlog tegen de Turken en de zege werd opgedragen aan Onze-Lieve-Vrouw en wordt nog steeds herdacht op 7 oktober als het 'rozenkransfeest' - bij de slag vielen 37.000 doden.


De allergruwelijkste kruistocht is van zeer recente datum en toch vrijwel onbekend: het is de oorlog in 1935-1936 van de Italiaanse fascist Mussolini tegen Ethiopië (Abessinië) waarbij mosterdgasbommen vanuit vliegtuigen op burgers en op klinieken werden gegooid, op kerken en kloosters (Ethiopië was nochtans overwegend christelijk) met als resultaat 730.000 doden. Deze wrede oorlog had de enthousiaste steun van de kerk in de persoon van de aartsbisschop van Milaan, Alfredo Ildefonso Schuster die de soldaten zegende en hen bezwoer dat god aan hun zijde stond. Schaamte is de kerk ook vandaag nog volkomen vreemd: in 1996 verklaarde Joannes-Paulus II Schuster zalig!


(Wordt vervolgd)

(J.B., 14 november 2019)      

Bronnen:

Michael Hebeis, Zwartboek Katholieke Kerk. En leid ons niet in bekoring, Standaard uitgeverij 2011, pp. 9-53. (Oorspronkelijke titel: Swarzbuch Kirche, Bastei Lübbe 2010).


       


11-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving? - Deel 2: Kerk en kuddegeest


                       

Fundeert het katholicisme onze beschaving?


Deel 2: Kerk en kuddegeest


Zichzelf profileren als uniek met het argument de enige ware te zijn, mag een wel bijzonder goedkope en doorzichtige vorm van volksverlakkerij heten maar een wetenschappelijke analyse van de reklame en de propaganda leert ons dat mensen door de band genomen helemaal niet malen om een gebrek aan redelijkheid en dat drogredenen hen in geen geval storen - zeer integendeel zelfs. Als mensen een bepaald geloof aanhangen, doen zij dat uiteraard niet op redelijke gronden en als die gronden irrationeel zijn, dan is er altijd wel een of andere vorm van dwang in het geding, ook al zijn de gelovigen in kwestie zich daar slechts zelden goed van bewust - zij zijn overigens de eerste slachtoffers van deze geweldpleging.


De geschiedenis toont overtuigend dat bekeringen niet zelden gepaard gaan met oorlog en met fysiek geweld maar er zijn ook de sociale druk, het taboe, de overtuiging in de letterlijke betekenis van het woord en allerlei vormen van leugen en bedrog. Heden ten dage zijn wij allen getuige van dergelijke geweldpleging bij de fundamentalistische islam (IS en het salafisme) maar mensen bekennen niet graag dat zij handelen onder dwang en zij zoeken naar uitvluchten om hun geloof te rechtvaardigen - 'argumenten' die hen maar al te gretig door de religie in kwestie worden aangereikt. Het ligt nu eenmaal in de natuur van het merendeel van de mensen dat zij liever doorgaan voor vrij dan het effectief te zijn: hoe anderen over ons denken, bepaalt in hoge mate ons denken - en ons gedrag, en dat heet kuddegeest.


Vrijwel iedereen is aan kuddegeest onderhevig omdat sociale uitsluiting zowat het ergste is wat een mens kan overkomen en niet voor niets wordt paradoxaal genoeg ook in de hedendaagse theologie de hel getypeerd als een plek waar men afgesneden is van alle andere personen. Tegelijk is het een feit dat de verbanning begenadigde kunstenaars heeft voortgebracht - het typevoorbeeld is ongetwijfeld Dante Aleghieri - omdat blijkt dat alleen het lijden de vruchtbare bodem bereidt voor de wijsheid en de kunst.


Dat kuddegeest van het grootste belang is inzake religie kan niet onder stoelen of banken worden gestoken: het Griekse woord 'kyriakè' waarvan het woord 'kerk' is afgeleid, betekent 'van de Heer' en wat van de Heer of van de herder is, is de kudde. De enigen die niet aan de kuddegeest onderhevig zijn, zijn de leiders van de kudde en over hen kan worden gezegd dat zij hun leiderschap betalen met een zekere eenzaamheid waarvan ook Dostojevski gewag maakt in zijn parabel van de grootinquisiteur: "Wij zullen alle beslissingen nemen", zo zegt de grootinquisiteur die de leiding van de kerk vertegenwoordigt, "en daardoor is [de kudde] verlost van de grote zorg en de vreselijke kwelling van de vrije beslissing. En al die miljoenen schepselen zullen gelukkig zijn, behalve de honderdduizenden die over hen zullen heersen. Want alleen wij, de behoeders van het mysterie, zullen ongelukkig zijn (...) [wij] die de vervloekte kennis van goed en kwaad op zich genomen hebben. Zij zullen vreedzaam sterven en aan gene zijde van het graf niet anders dan de dood vinden. Maar wij zullen het geheim bewaren en hen voor hun eigen geluk misleiden met een eeuwige hemelse beloning. Wij die voor hun geluk ons met hun zonden hebben beladen." (1)


De Franse socioloog Frédéric Martel ontsluiert een tot vandaag de dag goed verdoken gebleven vorm van dwang als de motor zelf van de katholieke kerk waar hij impliciet onthult hoe de clerus middels het oudtestamentische verhaal van Sodoma het volk opzet tegen de homo's aan wie zij tegelijk de vluchtheuvel van de seminaries aanbiedt: de homo's, beducht voor de vervloeking van het volk, veinzen hun goddelijke roeping en redden aldus het eigen hachje maar zij worden zodoende door het systeem gebruikt en leven in zelfverloochening (kuisheid) en onder de gelofte van armoede, wat neerkomt op slavernij. (2) De kudde zelf gehoorzaamt sowieso aan haar herder en geeft aldus haar vrijheid uit handen in ruil voor een geluk dat in feite van dierlijke aard is en mensen onwaardig.


(Wordt vervolgd)

(J.B., 11 november 2019)

Verwijzingen:

(1)

https://nl.wikipedia.org/wiki/De_grootinquisiteur_van_Sevilla

(2) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019).               

           

       


10-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fundeert het katholicisme onze beschaving?- Deel 1: de engte van het eigen gelijk












           


Fundeert het katholicisme onze beschaving?


Deel 1: de engte van het eigen gelijk


De vraag of het katholicisme het fundament is van onze beschaving is in wezen de bijzonder moeilijke vraag naar de verhouding tussen kerk en staat. Omdat de relatie tussen kerk en staat verwant is met de relatie tussen lichaam en ziel, kunnen we de kerkstaatverhouding pas begrijpen als we ook het zogenaamde mind-bodyproblem begrijpen. Edoch, hoe lichaam en ziel zich tot elkaar verhouden, is tot vandaag de dag een mysterie gebleven. Althans op het eerste gezicht lijkt dit niets goeds te beloven inzake een zoektocht naar een antwoord op de hier gestelde vraag.


Over de relatie tussen lichaam en ziel bestaan er om te beginnen talloze opmerkingen over de legitimiteit van de probleemstelling zelf en niet de minste daarvan is de opmerking dat de tweedeling van lichaam en ziel oneigenlijk zou zijn. Echter, indien men eenzelfde kritiek zou uiten over de tweedeling van kerk en staat, dan kwam die kritiek zelf onmiddellijk in een ander licht te staan. De consequenties worden duizelingwekkend omdat de geproblematiseerde relaties zich meteen gaan vermenigvuldigen: de verhouding lichaam-ziel en de relatie kerk-staat brengen namelijk ook de relaties aan het licht tussen lichaam en staat, ziel en kerk, lichaam en kerk, ziel en staat. Maar ook de relaties tussen de staten onderling zijn in het geding en die tussen de kerken onderling want er zijn niet één maar vele staten en er zijn niet één doch talloze kerken. Op de koop toe veranderen zowel de kerken als de staten onophoudelijk. Ook zijn er vele zielen en talloze lichamen, er zijn conglomeraten van zielen, instituten, wetenschappen, ideologieën en er zijn lichamen van soorten en ondersoorten, dierlijke en plantaardige en dan is er nog de zogenaamde dode stof en naast de aarde is er het heelal, behalve het heden zijn er het verleden en de toekomst en de vraag of zij bestaan en hoe dan wel. En zo lijkt elke hoop om het raadsel ooit te kunnen ontsluieren bij voorbaat andermaal op te gaan in rook.


Een historische benadering van de verhouding tussen kerk en staat heeft menig filosoof, theoloog en historicus kopbrekens bezorgd en zij was tevens een bron van nooit eindigende en altijd politiek en ideologisch gekleurde discussies die echter nog nooit tot een consensus hebben geleid tussen de strijdende partijen. Maar men moet zich afvragen waarom dit het geval is en of er dan een andere en gebeurlijk meer directe invalshoek mogelijk is.


Het is een zekerheid dat het katholicisme niet het fundament is van onze beschaving maar het is een even grote zekerheid dat het katholicisme het fundament is van een welbepaalde richting binnen de beschaving die nillens willens de onze is: de katholieke kerk heeft haar stempel gedrukt op de dopelingen en zij heeft met haar moraal het zogenaamde geweten van haar al dan niet vrijwillig gelovigen - alvast tijdelijk - mede bepaald - op een al dan niet wenselijke manier.


Maar het is niet alleen een zekerheid dat de kerk met haar moraal een goed deel van haar gelovigen moreel gevormd heeft: het staat tevens als een paal boven water dat het deel van het volk dat door de kerk gevormd werd, op haar beurt mede vorm gegeven heeft aan de kerk en het gaat hier meer bepaald over dat volksdeel dat het staatshoofd identificeert met de vertegenwoordiging van god zelf, met andere woorden: de theocratie (zoals vandaag nog in Vaticaanstad, in het door ayatollahs geregeerde Iran, in het door de Dalai Lama geregeerde Tibet en in Saoedi-Arabië), welke vaak voortleeft in keizerrijken en dynastieën maar ook in zekere vormen van het nationalisme dat in feite de tegenhanger is van het socialisme waarin het volk (via haar afgevaardigden) zichzelf regeert - zoals op Plato's narrenschip, zo beweren alvast de theocraten.


Zoals gezegd zijn de binnen hun eigen partij gezaghebbende auteurs over de geschiedenis van kerk en staat en bij uitstek de werken over de funderende rol van de kerk in het tot stand komen van beschaving en vooruitgang bijna per definitie ideologisch gekleurd omdat hun opzet dikwijls ontspringt aan de behoefte om het belang en derhalve het gelijk van de eigen ideologie in de verf te zetten. Dergelijke, vaak hoogdravende werken zijn niet het ideale vertrekpunt voor discussies en de navenante discussies hebben ook nooit tot een consensus geleid - andermaal: omdat elke partij, met het eigen belang in het achterhoofd, met hand en tand eigen ideologieën en interpretaties van wat geschied is, verdedigt. Een meer vruchtbaar uitgangspunt lijkt het ons daarom om na te gaan hoe bepaalde aparte concrete facetten van de kerkelijke theologie en moraal, mee vorm gegeven hebben aan persoonlijke opvattingen en overtuigingen en zo ook aan normen en wetten, en hoe die wetten dan mee concreet gestalte gaven aan zekere strekkingen binnen de beschaving. Tevens moet in dit opzet een belangrijk onderscheid gemaakt worden tussen, enerzijds, de katholieke kerk (die zich overigens niet als enig machtig instituut op het christendom beroept) en, anderzijds, het christendom zelf - als zoiets ook al los van elke interpretatie kon bestaan.


Om te beginnen beroept het katholicisme zich, zoals de term zelf aangeeft, op katholiciteit, wat vrijwel hetzelfde betekent als universaliteit of algemeengeldigheid. De oorsprong van deze idee is niet zomaar het geloof in een god doch de overtuiging dat er slechts één god bestaat en dat god derhalve voor alle mensen dezelfde is: alle mensen zijn kinderen van één en dezelfde god of de ganse schepping is het werk van één god. En op het eerste gezicht lijkt dit ook een revolutionaire gedachte.


Op het eerste gezicht, want in feite wordt ons hier zand in de ogen gestrooid: ongeacht welke godsdienst die over zichzelf beweert de enige ware te zijn - en dat doen uiteraard alle religies - bevestigt daarmee eigenlijk het geloof in één god voor alle mensen en van de ganse schepping. Wie een andere god aanbidden dan de eigen voorgedragen godheid, worden bestempeld als dwalend en als 'te bekeren'. Aldus valt meteen de aanspraak die de katholieke kerk maakt op haar uniciteit op grond van haar universaliteit, in duigen: wat voor universaliteit wordt gehouden, blijkt in feite een bijzonder verdraaide interpretatie van de stelling van het eigen groot gelijk die per definitie aan alle religies eigen is. Elke religie beschouwt zichzelf als de enige ware met één god van wie alle mensen kinderen zijn, alleen zouden diegenen die een andere god aanhangen, zich vergissen. Alle religies zijn dan 'katholiek', zoals ook alle andere irrationele overtuigingen, zodat de term zelf in deze contekst ontmaskerd wordt als totaal zinledig.


(Wordt vervolgd)


(J.B., 10 november 2019)

   

           

       


07-11-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de Indianen

Over de Indianen.

Zie: "De Verenigde Staten van Amerika.

Een zeer summiere historiek":

http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=1796780 

Zie ook:

"Gedwongen gevangenschap in eigen land":

https://isgeschiedenis.nl/nieuws/indianenreservaten-gedwongen-gevangenschap-in-eigen-land  



31-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ter gelegenheid van Allerzielen: De dood te koop













Ter gelegenheid van Allerzielen:


De dood te koop


Sinds geldt dat je bent wat je hebt, werd het leven koopwaar en het voorrecht van de rijken - de durvers, de dieven of hoe men hen ook noemt - terwijl weldoeners arm blijven (de rijke jongeling indachtig) en derhalve niemand zijn. Uiteraard als geldt dat je bent wat je hebt.

De waarheid echter wordt een weinig verdraaid als men wil dat geldt dat je bent wat je hebt: het is een leugen zonder meer. Wel waar, helaas, is dat 'hebben' een mogelijkheidsvoorwaarde is voor 'zijn' en dat houdt in dat wie een ander al zijn bezit ontneemt, hem tevens berooft van zijn leven.

Die laatste waarheid maakt dat uit het gebod dat men niet zal doden, het verbod om te stelen vanzelf voortspruit. En omdat ook het laten doodgaan, moord is, is de overbemiddelde ook verantwoordelijk voor de levens-voorwaarden of -middelen van derden. Het fundament van solidariteit is geen zaak van probabiliteit maar een kwestie van verantwoordelijkheid: het is het kunnen antwoorden op de vraag: "Waar is Abel, uw broeder?"

Het extreem liberalisme dat voortkomt uit de verwisseling van werkelijkheid en waan of van wens en wil, negeert het objectieve ingevolge een eindeloos doorgedreven soevereiniteit van het ik: alles moet wijken voor de eigen wensen en de illusie dat zulks mogelijk is, wordt gevoed door het systeem van de mammon dat inhoudt dat alles voor geld te koop hoort te zijn: het hebben én het zijn, incluis het geluk, het leven en nu ook de dood.

De dood van het kind dat nog niet is geboren, de dood van de ouderling die geen nut meer heeft en de eigen dood van wie het leven moe zijn en zichzelf voorliegen dat 'uit het leven stappen' - zoals men dat zo bedrieglijk weet uit te drukken - een mogelijkheid zou zijn.

Maar 'uit het leven stappen' is onmogelijk omdat ook 'in het leven stappen' onmogelijk is. Mogelijk zijn alleen: 'het uit het leven weghouden' en 'het niet in de dood stappen', en dat is een heel verschil. Mogelijkheidsvoorwaarden kunnen wel weggenomen worden maar nimmer gecreëerd: men kan iemand doden maar geen mens is in staat om aan een ander het leven te schenken. Nochtans verkeert kennelijk menigeen vandaag in de illusie dat de macht om aan iemand het leven te ontnemen, dezelfde macht is als die van god, die namelijk aan iemand het leven kan schenken. Maar de macht om te doden is geen macht over het leven.

Als de zogenaamde voorvechters van abortus en euthanasie die zich pioniers wanen die voor de mensheid nieuwe horizonten openen, met trots beweren dat zij naast de vermeende macht over het leven nu ook de macht hebben over de dood, verkeren zij in dezelfde waanzin als dezen die zich god wanen. Het maaksel van klei verheft zich boven zijn maker en zegt: voortaan ben ik uw boetseerder!

De geldhandel, oorspronkelijk bedoeld als een vereenvoudiging van de ruil, heeft een vreselijke bijwerking en dat is de mogelijkheid van de middel-doelomkering die door velen wordt aangegrepen en verheerlijkt: het geld dat aanvankelijk een middel was, een ruilmiddel, is doel geworden en tegelijk verworden de koopwaren, vaak levensmiddelen en dus ook 'stukken van mensen', tot nog louter middelen.

Zo ging met ooit naar de markt met eieren en kwam men terug met appelen - het geld was een middel waarmee men het ene tegen het andere ruilde; vandaag gaat men naar de markt met geld en komt men terug met nog meer geld - het geld is doel, de waren op de markt zijn ruilmiddelen geworden.

Een moordend gevolg van die omkering is uiteraard dat geld onterecht als intrinsiek waardevol wordt aanzien terwijl de vruchten des velds, de mens zelf en alles wat de schepping ons gratis aanbiedt, tot een louter betaalmiddel wordt gedegradeerd.

Bovendien ontstaat in deze verwisseling van noden door rechten de gevaarlijke illusie dat alles te koop is en de eis van de verwaande dat alles te koop moet kunnen zijn en dat ook is: de waren maar ook de mensen: hun energie, hun tijd, hun lichaam, hun leven en hun dood.

Vandaag zijn er die doen alsof de dood iets is dat men kan kopen. Het begint met de eigen dood en die wordt geheel bedrieglijk de goede dood genoemd maar het zal eindigen met de dood van anderen en dus met moord.

Reeds is er abortus, als de dood van het eigen kind waarover men zich de baas waant. Alras zullen volgen: de dood van andermans kinderen, bijvoorbeeld als die gehandicapt zijn, men moet immers kunnen weigeren om op te draaien voor de kosten die dat meebrengt. Tenslotte zal men ook de dood willen kunnen kopen van ongeacht wie: men zal stellen dat men daar ook recht op heeft van zodra men het er over eens is dat ook mensen ruilmiddelen zijn. Want wat doet men anders als men de armen naar het front stuurt of als proefkonijn gebruikt, of zij die maatschappelijke lastposten zijn of van weinig of geen nut? En weerklinken in die logica dan niet de krankzinnige redevoeringen van Adolf Hitler?

(J.B., 31 oktober 2019)

   

       


30-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kerk en extreem-rechts



De kerk en extreem-rechts

Op 27 april 2019 werd in Rome een Argentijnse bisschop van La Rioja, Enrique Angelelli, door paus Franciscus zalig verklaard. (1) Angelelli werd op 4 augustus 1976 van de weg gereden en vervolgens doodgeslagen nadat hij had geprotesteerd tegen een dictatoriaal regime tijdens de zogenaamde 'vuile oorlog' die aldaar woedde met de steun van (Nobelprijswinnaar voor de Vrede in 1973!) Henri Kissinger onder de dictatuur van Jorge Rafael Videla van 1976 tot 1981. Toen werden zo'n 30.000 mensen ontvoerd en vermoord, waaronder 150 priesters die verzet boden. (2) Die misdaden werden dertig jaar lang wekelijks herdacht door de zogenaamde 'dwaze moeders' - de moeders van verdwenen kinderen - die zwijgend in Buenos Aires over het Plaza de Mayo of het Meiplein kwamen lopen waar de regering zetelt. (3)

Dat Angelelli een martelaar was, werd duidelijk na later onderzoek want de officiële versie van de doodsoorzaak luidde dat de bisschop was omgekomen bij een verkeersongeval en de katholieke kerk is die officiële versie blijven onderschrijven totdat de kust veilig was, meer bepaald tot dertig jaar na zijn dood. (4)

Die politieke strategie herinnert aan de historie van pater Damiaan en aan die van Oscar Romero, nog twee martelaren die werden genegeerd zolang er geen profijt mee te behalen was. Pater Damiaan werd door de katholieken wandelen gestuurd toen hij het verbod overtrad nog terug te keren naar het vasteland waar hij om hout kwam bedelen om de leprozen mee te begraven; hij werd echter als groot weldoener erkend door het stamhoofd van een plaatselijke gemeenschap en pas nadat zijn heiligheid boven alle twijfel verheven was, werd zijn lijk in stukken gereten door de 'relikwieënjagers' van de kerk. (5)

Ook de El Salvadoraanse aartsbisschop Oscar Romero verzette zich tegen de door de latere president Duarte gesteunde en door de USA bewapende militaire junta die zowat 75.000 burgers ombrachten en hijzelf werd op 24 maart 1980 vermoord, korte tijd nadat hij in Leuven een eredoctoraat ontving; de kerk weigerde hem lange tijd te erkennen terwijl zij zich verschuilde achter de valse beschuldiging van communisme terwijl Romero alleen maar zijn bevrijdingstheologie (het geloof in solidariteit met de armen) praktiseerde. (6)

Dat de Argentijn Jorge Bergoglio paus is kunnen worden, is mede te danken aan het feit dat deze steunpilaar van de conservatieve autoritaire katholieke elite die de bevrijdingstheologie bestreed, tijdens die vuile oorlog niet behoorde tot de verzetslieden-martelaren ofschoon hij toentertijd (van 1973 tot 1979) provinciaal was van de Jezuïetenorde. (7)

Nog in Zuid-Amerika was er in Chili van 1974 tot 1990 de eveneens door de VS gesteunde dictatuur van de rooms-katholieke mensenrechtenschender Augusto Pinochet met 130.000 arrestaties, tienduizenden martelingen en drieduizend executies. (8) Deze dictatoriale regimes werden ingezet met de middels het pauselijke requerimiento gesteunde Spaanse veroveraars die zowat vijfhonderd jaar geleden in het spoor van Columbus de Inca's en de Azteken kwamen onderwerpen op straffe van totale vernietiging en dood. (9)

In Afrika kennen we de katholieke dictatuur van de onlangs overleden Robert Mugabe van Zimbabwe maar ook in Europa kunnen we er niet naast kijken: het verkapte bondgenootschap van de kerk met extreemrechts toonde zich van 1939 tot 1975 in het Spanje van massamoordenaar Franco "die zich in 1953 na het concordaat met de Heilige Stoel "Caudillo de España por la Gracia de Dios" ("leider van Spanje bij de Gratie Gods") liet noemen." (10), in de praktijken van de kerk(en) tijdens de tweede Wereldoorlog "waarbij de angst voor het communisme ze soms in de handen van rechts-autoritaire regimes dreef." (11) en vandaag in het Hongarije van Victor Orbán die zichzelf ziet als redder van het christendom en het dagblad Trouw wijst er op dat aldus de scheiding tussen kerk en staat in gevaar komt - Orbán's late 'bekering' in 1993 bleek overigens een politieke zet. (12)

En dan is er in het Europa van vandaag nog een nauwe samenwerking op til tussen extreemrechts en de katholieke kerk die de haren ten berde doet rijzen. Iedereen weet dat bij het in voege treden van de euro, de Amerikaanse dollar flink is gezakt en dat de euro dreigde de plek van de dollar in te nemen op de internationale markt. (13) Amerika bleef niet bij de pakken zitten en sommige critici beweren dat het nu een prioriteit geworden is voor de USA om de EU de wind uit de zeilen te halen en wel met de beproefde divide et impera-tactiek. Alvast heeft Trumps beste strateeg, Steve Bannon, zich heden gevestigd in een klooster op een boogscheut van het Vaticaan - een klooster dat onder de dekmantel van centrum voor het herstel van de christelijke waarden in Europa, een opleidingscentrum blijkt voor extreem-rechtse nationalisten die de autonomie van de eigen natie willen terugwinnen en dus ook de ondergang van de EU. De huidige Hongaarse president Victor Orban die het eigen land tot een ware slavenstaat heeft herschapen, is alvast één van de beste leerlingen van de klas en een straks niet meer te tellen aantal extremisten zitten klaar om in zijn spoor te treden eenmaal zij, gefinancierd door 'geheim privékapitaal', verkozen zullen zijn. (14) Precies zoals in de achtertuin van de USA in het verdokene financiële, militaire maar ook katholieke steun werd verleend aan de Argentijnse, Salvadoraanse en Chileense dictaturen, kunnen vandaag de Europese dictators in opgang rekenen op de kerk die in de samenzwering met superpopulisten zonder twijfel een kans ziet om uit het diepe dal te klimmen waarin zij ingevolge de huidige wereldwijde schandalen is beland. (15)

(J.B., 30 oktober 2019)

Verwijzingen:

(1) https://www.vaticannews.va/en/church/news/2019-04/beatification-modern-martyrs-argentina.html

(2) https://nl.wikipedia.org/wiki/Jorge_Videla  ;

https://nl.wikipedia.org/wiki/Katholieke_Kerk_in_Argentini%C3%AB ;

https://en.wikipedia.org/wiki/Catholic_Church_in_Argentina ;

https://www.trouw.nl/nieuws/wat-deed-de-kerk-in-de-tijd-van-videla~b2899ed3/

(3) https://nl.wikipedia.org/wiki/Dwaze_Moeders  ;

https://nl.wikipedia.org/wiki/Grootmoeders_van_de_Plaza_de_Mayo

(4)  https://en.wikipedia.org/wiki/Enrique_Angelelli

(5) Zie: Ludo Noens, Molokaï: het eiland der verworpenen.

(6) https://nl.wikipedia.org/wiki/Jos%C3%A9_Napole%C3%B3n_Duarte  ;

https://nl.wikipedia.org/wiki/%C3%93scar_Romero

(7) https://nl.wikipedia.org/wiki/Paus_Franciscus  ;

https://nl.wikipedia.org/wiki/Isabel_Mart%C3%ADnez_de_Per%C3%B3n#President_van_Argentinië

(8) https://nl.wikipedia.org/wiki/Augusto_Pinochet  

(9) Zal de kerk de Amazonevolkeren redden? - Zie: http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3184707  ;

https://en.wikipedia.org/wiki/Spanish_Requirement_of_1513

https://answersafrica.com/worst-dictators-africa.html

(10) https://nl.wikipedia.org/wiki/Francisco_Franco  ;

(11) Jan Bank, God in de oorlog. De rol van de Kerk in Europa 1939-1945, Balans 2017. Recensent E. Sengers schrijft over het boek: "[Bank] (...) laat zien dat de kerken in het interbellum een weg moeten zoeken tussen de autoritaire regimes die soms sterk voor, soms sterk tegen ze zijn – waarbij de angst voor het communisme ze soms in de handen van rechts-autoritaire regimes dreef." Zie: https://www.bol.com/nl/f/god-in-de-oorlog/9200000036327109/?country=BE ;

zie: https://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/43466/boeken-jan-bank-god-in-de-oorlog.html ;

https://www.knack.be/nieuws/wereld/kerk-stemde-in-woii-boodschap-af-op-hitler/article-normal-570845.html

(12) https://www.trouw.nl/nieuws/hongarije-is-nu-het-land-van-god~b53cc869/ ;

https://www.hln.be/nieuws/buitenland/orban-voert-campagne-vanop-preekstoel-de-christelijke-cultuur-is-de-bron-van-alle-kracht~a3d64cb1/

(13) https://www.wisselkoers.be/dollar  

(14) De VRT wijdde er een reportage aan, getiteld: "Op bezoek in het Italiaanse klooster waar Steve Bannon 'gladiatoren' wil opleiden om joods-christelijke waarden te verdedigen":

https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2019/01/28/italiaanse-klooster-steve-bannon/

(15) Zie onder meer: Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019).





           











25-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Apartheid in Europa


  Apartheid in Europa


De apartheid (de scheiding van de rassen) had tot doel de blanken aan de macht te houden en de zwarten onder de knoet en zij legitimeerde zich door (eenzijdig) te verwijzen naar de zogenaamde "soevereiniteit in eigen kring", een door de Nederlandse dominee Abraham Kuyper uitgevonden beginsel dat inhoudt dat buitenstaanders zich niet moeten moeien met wat leden van eenzelfde kring (gezin, universiteit, kerk, economie, onderwijs en zo meer) onder elkaar doen en dit beginsel steunt op zijn beurt op de leer dat de door god geschapen ordeningen zelfstandigheid genieten.

Sinds 1913 bepaalde de zogenaamde Native Land Act waar zwarte Zuid-Afrikanen zich mochten vestigen en die plaatsen vormden pakweg het tiende deel van alle land. De apartheid was al langer een feit maar in 1948 werd zij wet: de Nationale Partij van Zuid-Afrika voerde wetten in die de burgers indeelde en registreerde volgens ras. (°)

Nu hadden de zwarten geen werk in de aan hen toegewezen gebieden, zij moesten naar de gebieden van de blanken voor een job. Maar daar werden ze als illegalen behandeld: ze werkten er geheel rechteloos voor een hongerloon.

Dit systeem werd opzettelijk gesticht en in stand gehouden door de heersende en welstellende blanken.

Hetzelfde lot delen vandaag overigens de Mexicaanse illegalen die in de USA de facto als slaven werken evenals de illegale vluchtelingen die als goedkope arbeidskrachten de levensstandaard van de rijke Europeanen garanderen. Onze altijd hypocriete politici houden er een dubbele agenda op na die ervoor zorgt dat zij zich op de kap van slaven kunnen blijven verrijken: zij fabriceren illegalen - mensen die op papier niet bestaan (en die dus rechteloos zijn) maar die uiteraard wel honger hebben en derhalve bereid zijn om tegen een hongerloon ongeacht wat te doen. En als wij Frédéric Martel mogen geloven wordt dit doortrapte systeem al sinds tweeduizend jaar probleemloos toegepast door de kerk die immers ook een soort van vluchtelingen (homo's) onder de vleugels neemt om die dan als goedkope werkkrachten te kunnen inzetten. (*)

Deze bedrieglijke carrousel is uiterst doorzichtig maar hij wordt in stand gehouden door wie aan de macht zijn omdat hij hen zoveel profijt biedt. De dubbele agenda van de hypocriete politiek maakt dat men eensgezind zijn ogen kan sluiten voor de feitelijke gang van zaken: met zijn allen kijkt men de andere kant op en klaar is kees.

Op den duur zou men warempel gaan geloven wat cynici allang beweren: dat men op zekere plekken opzettelijk gaat bombarderen om op die manier een vluchtelingenstroom te creëren en aldus een 'voorraad' aan illegalen aan te leggen die in wezen de perfecte slaven zijn. Vooreerst omdat zij bereid zijn hard te werken daar zij honger lijden en dakloos zijn en omdat alles beter is dan de oorlog waarvoor zij vluchten; vervolgens omdat zij geen rechten kunnen doen gelden omdat zij niet beschikken over een verblijfsvergunning; tenslotte omdat zij 'onzichtbaar' zijn daar zij op papier eigenlijk helemaal niet bestaan, wat in feite betekent dat ook hun afwezigheid niet opgemerkt kan worden: geen haan zal er naar kraaien als iemand hen op een dag zou laten 'verdwijnen' en derhalve kan men hen letterlijk alles laten doen.

De werkkampen - de concentratiekampen - waarin zij zich bevinden zijn zo mogelijk nog onzichtbaarder dan wie ze gevangen houden: terwijl men deze slaven nog fysiek kan zien, bestaan er helemaal geen zintuigen waarmee men de ketenen die hen tot de eeuwigdurende slavernij veroordelen zou kunnen ontwaren. De apartheid waarvan zij het slachtoffer zijn, kan niet bestreden worden omdat niemand in staat is om het bestaan daarvan aan te tonen.

Zij behoren tot de overlevenden onder degenen die in gammele bootjes de Middellandse Zee overstaken op de vlucht voor het geweld. Zij leven met twaalf personen samen in koude en vochtige garageboxen. Tegen een loon van minder dan één euro per dag zorgen zij ervoor dat onze dagelijkse portie groenten vier keer minder kost dan het geval zou zijn indien die werd geteeld door sociaal beschermde arbeiders. Neem hen weg en onze economie stort in. Stop de terreur in hun thuislanden en ons leven wordt onbetaalbaar.

En dan maar schreeuwen dat zij ons op kosten jagen. Dit ten hemel schreiend onrecht kon zelfs door de zwartste duivel niet worden bedacht.

(J.B., 25 oktober 2019)

Verwijzingen:

(°) De militanten van de tegenpartij, het in 1912 opgerichte democratisch en antiracistisch gezinde Afrikaans Nationaal Congres of het ANC dat vanaf 1944 onder leiding van Nelson Mandela kwam te staan, lieten zich verleiden tot minder vreedzame acties met als gevolg dat in 1964 leider Mandela op beschuldiging van hoogverraad levenslang kreeg - hij kwam in 1990 onder grote internationale druk vrij en dat was dan ook het einde van 42 jaar apartheid in Zuid-Afrika.

(*) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019).












24-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zal de kerk de Amazonevolkeren redden?

                    

Zal de kerk de Amazonevolkeren redden?


De aarde stikt: haar longen staan in brand. Naar aanleiding van de bosbranden in het Amazonewoud (°) heeft de paus begin oktober 2019 een synode gehouden om het Amazonewoud te redden en de inheemse volkeren tegemoet te komen. (*) Men kan zich ernstige vragen stellen bij dit opzet aangezien het er pakweg vijfhonderd jaar geleden wel even anders aan toe ging en de Indianen vragen dan ook dat Franciscus de aanpak van zijn voorganger van toentertijd, paus Alexander VI, herbekijkt. Paus Franciscus staat overigens opnieuw te schermen met de brieven van Paulus, de 'vurige' bekeerder uit de tijd van de eerste christenen...

In de vijftiende eeuw maakte de scheepvaart opgang, en met Pizarro en Cortés veroverden de Spanjaarden en de Portugezen de rijken van de Inka's en de Azteken. De nieuwe wereld werd ingepalmd vanuit de overtuiging dat de Europeanen superieur waren qua ras en godsdienst maar in feite ging het er niet om de 'wilden' te beschaven: de veroveraars waren besmet met de goudkoorts.

De hedendaagse cineast Werner Herzog heeft die hebzucht van de conquistadores treffend uitgebeeld in zijn Aguirre, der Zorn Gottes (1972) die de waanzinnige zoektocht uitbeeldt van Caspar de Carvajal onder het bevel van Gonzalo Pizarro naar het legendarische El Dorado, de stad van goud. Maar vijfhonderd jaar geleden was het Luther die de hebzucht van het vaticaan aanklaagde en in 1520 noemde hij de paus zelfs de antichrist.

Niet te verwonderen want nadat in 1492 Colombus Amerika was binnengevaren, verleende in 1493 paus Alexander VI aan de katholieke Spaanse vorsten de heerschappij over Amerika met de opdracht die volkeren te kerstenen. (0) Deze paus richtte zich tot de inheemse bevolking met een tekst, het zogenaamde Requierimento (1514), waarin hij uitlegt dat God zelf zijn macht over de wereld overhandigd heeft aan de heilige Petrus en zo aan zijn opvolgers, de pausen, die daar nu dat enige ware geloof kwamen verspreiden. Dit pauselijke bevel klinkt als volgt:

"Zijne Majesteit en ik in zijn naam zullen u ontvangen, uw vrouwen en kinderen vrijlaten zonder enige slavernij [...] en wij zullen u niet verplichten christenen te worden. Indien gij dat echter niet doet, zal ik met Gods hulp met kracht tegen u optreden, u overal bestrijden en u onderwerpen aan het juk en de gehoorzaamheid van de kerk en Zijne Majesteit. Uw vrouwen en kinderen zal ik meenemen en tot slaven maken, uw goederen zal ik in beslag nemen. Ik zal u alle kwaad en schade berokkenen die een heer vazallen kan aandoen die hem ongehoorzaam zijn of hem niet aanvaarden. Ik verklaar plechtig dat de doden en de schade die hieruit zullen volgen aan uw schuld toe te schrijven zullen zijn en niet aan Zijne Majesteit of mij, noch aan de heren die mij vergezellen". (1)

Edoch, het antwoord van de koning van de Inka's, Atahualpa, luidde:

"Mijn geloof verander ik niet. Uw eigen God, zoals u mij vertelt, werd gedood door de mannen die Hij zelf schiep. Maar mijn God kijkt nog steeds van bovenaf naar zijn kinderen" (2)

Er bestaat een prachtige mozaïek die de ontmoeting uitbeeldt tussen de koning van de Inka's, Atahualpo, en de Spaanse veroveraar Pizarro. De Inkakoning wordt gedragen door zijn volk, kennelijk vredige mensen, mannen, vrouwen en kinderen; de Spanjaard zit op een strijdvaardig ros, omgeven door soldaten; Atahualpo's hoofd wordt getooid door pluimen van paradijsvogels, de conquistador draagt een ijzeren helm. De ogen van Pizarro zijn gericht op het goud dat de troon van de koning der Inka's siert. Twee culturen 'ontmoeten' elkaar en zij die met het bevelschrift van de paus de beschaving komen brengen en de superieure christelijke cultuur, zullen de inheemse volkeren - de Indianen - bijna tot de laatste man uitmoorden - scalperen - en het hele land - Amerika - innemen. Nog enkele exemplaren van Indianen zijn te bezichtigen in reservaten. (°°) (°°°)

(J.B., 24 oktober 2019)


Verwijzingen:

(°) https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2019/08/23/branden-in-het-amazonewoud-wat-is-er-aan-de-hand/

(*) https://www.kn.nl/nieuws/amazonesynode/paus-bij-openingsmis-amazonesynode-kerk-bestaat-om-het-vuur-van-gods-liefde-te-verspreiden/

(0) Historische atlas. De geschiedenis van de wereld, red. Geoffrey Wawro, Ullmann, Potsdam (Nederlandstalige uitgave 2012 (oorspr. 2008)), pp. 188v.

(1) W.P. Blockmans, Karel V, Kok Omniboek, Utrecht, 2012, uit het hoofdstuk, getiteld "De ziel van de Indianen".  

(2) Historische atlas (zie hoger), pag. 196.

(°°) https://www.google.be/search?q=Il+Per%C3%B9+il+mosaico+in+Cajamarca+mostrando&safe=ac

tive&dcr=0&sxsrf=ACYBGNSOAFxi2D0Mm8xTBP52zE4LDodHaQ:1571854324371&source=ln

ms&tbm=isch&sa=X&ved=0ahUKEwjRxJHV_bLlAhWRbFAKHRvcDKgQ_AUIESgB&biw=9

84&bih=501&dpr=1.5#imgrc=NWJh3YMms3Bl6M:&spf=1571899360072

(°°°) Zie ook: de voorgeschiedenis van de Verenigde Staten:

http://blogimages.bloggen.be/tisallemaiet/attach/218372.pdf 

















21-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sodoma - Een interview met Omsk van Togenbirger over het nieuwste boek van Frédéric Martel: Sodoma: enquête au coeur du Vatican









                   

Sodoma


Een interview met Omsk van Togenbirger over het nieuwste boek van Frédéric Martel: Sodoma: enquête au coeur du Vatican1


- Omsk Van Togenbirger, op 21 februari 2019 verscheen van de hand van een Franse socioloog een turf van een boek over de rooms-katholieke kerk, een ontluisterend boek, zo sensationeel dat het meteen in meer dan twintig talen werd gepubliceerd. Is dit het einde van de kerk? Ik heb namelijk het gevoel dat wie dat boek lezen, wel niet anders kunnen dan zich onmiddellijk af te keren van het katholieke geloof...

Omsk Van Togenbirger (OVT): Het boek verscheen inderdaad op de dag dat daar in het Vaticaan een conferentie liep over het kindermisbruik door de clerus omdat het kennelijk een bedoeling van de schrijver was om te achterhalen hoe die pedofilieschandalen dan mogelijk waren, of zijn. En de auteur geeft dan ook een verklaring, een plausibele verklaring, zo dunkt mij, al kunnen daar wel enkele opmerkingen bij gemaakt worden.

Het boek verklaart waar de misbruiken in de kerk vandaan komen?

OVT: Frédéric Martel stelt dat het merendeel van de clerici al dan niet praktiserende homoseksuelen zijn waarvan, en dat is belangrijk, de praktiserenden cryptohomofielen zijn, dus homo's die wel seksuele contacten hebben maar dan zonder dat ze daarvoor uitkomen. Die middens van cryptohomofielen zijn een uitgelezen schuilplaats voor pedofielen die immers sowieso crypto's zijn omdat zij er van weerszijden alle belang bij hebben elkaar niet te verraden. Een homofiele kardinaal die een pedofiele collega aangeeft voor kindermisbruik, begint uiteraard een rechtszaak en weet dat bij het uitspitten van de affaire zijn eigen homoseksualiteit aan het licht zal komen. Hij verzwijgt het misbruik om zijn eigen carrière niet op het spel te zetten.

Hij wordt gechanteerd?

OVT: Inderdaad, maar niet omdat hij homo is want homofilie is niet strafbaar in Italië: hij is chanteerbaar omdat hij een cryptohomo is, omdat een ander zijn geaardheid tegen zijn wil kan naar buiten brengen als hij praat.

Dus is hij chanteerbaar omdat de kerk homofilie verbiedt?

OVT: Alle priesters leggen de gelofte van kuisheid af, niet alleen de homo's, maar daar komt uiteraard nog eens bij dat het katholicisme homofilie beschouwt als een ernstige zonde. In feite geeft de auteur tussen de regels aan de kerk de goede raad om het celibaat op het heffen en om homofilie te accepteren.

Zou dat de zaak oplossen?

OVT: Dat zou het einde van de kerk betekenen!

Hoezo?

OVT: Heel eenvoudig omdat de kerk nu eenmaal gesticht werd met de bedoeling de homo's in de maatschappij te integreren!

Dat begrijp ik niet: de kerk keurt homoseksualiteit toch af!?

OVT: Inderdaad en zo ontstaat een paradox die door Martel verklaard wordt. In het boek wordt duidelijk dat een meerderheid van de clerus homo is terwijl de kerk homoseksualiteit streng veroordeelt. Die paradox wordt verklaard met het inzicht in het sociologisch systeem van de kerk. De kerk schermt met het Bijbelse verhaal van Sodoma om aldus de homo's te kunnen demoniseren zodat het volk een heksenjacht opent tegen hen. Maar de homo's krijgen een vluchtheuvel aangeboden, namelijk de seminaries. Zij worden priester, broeder of non en leggen de gelofte van kuisheid af en soms ook die van armoede. Als zij kuis leven, maakt het niet meer uit welke geaardheid zij hebben: zij worden met rust gelaten en genieten bovendien maatschappelijk aanzien. In ruil daarvoor moeten zij wel in armoede leven of dus in slavernij. Althans in theorie, wat wil zeggen: in de ogen van de rest van de maatschappij.

Maar in de praktijk blijkt men het met die geloften niet zo nauw te nemen?

OVT: Ik zou zeggen dat het in de praktijk vaak nogal blijkt mee te vallen. Want kijk, men moet natuurlijk in acht nemen dat priesters en kloosterlingen in feite als jonge mensen door de kerk opgezadeld werden met een lot dat niet hun eigen eerste keuze was. Homo's worden net zoals alle andere mensen verliefd en verlangen niet beter dan samen met hun lief door het leven te gaan en eventueel een gezin te stichten en kinderen op te voeden. Dat was vroeger onmogelijk en het is nog steeds onmogelijk in grote delen van de wereld. Daar waar het wél mogelijk is, zijn er nog nauwelijks roepingen en dat verklaart meteen heel veel. Maar toen dit nog niet mogelijk was, werden mensen die in hun jonge jaren naar de seminaries waren gevlucht, zich op latere leeftijd uiteraard wel bewust van hoe de vork aan de steel zit. Velen gingen er dan een lief op na houden en leidden een dubbelleven, wat men hen naar mijn oordeel helemaal niet kwalijk kan nemen.

Dus geen wrok tegen de kerk?

OVT: Men moet uiteraard onderscheid maken tussen de kerk als systeem en de clerici: priesters, broeders en nonnen kunnen, tenminste als zij om oneigenlijke redenen ingetreden zijn, gerekend worden tot de slachtoffers van het volgens sommigen misdadige systeem van de kerk.

Samen met een goed deel van de gelovigen?

OVT: Voorzichtig, voorzichtig! Mensen willen vaak bedrogen worden! Hoeveel ongelovigen zoeken niet hun toevlucht tot een sekte? Karl Marx noemde het geloof 'opium voor het volk': arbeiders hebben geen geld om opium te kopen en zoeken troost voor hun leed in de zaligsprekingen en in het geloof dat god zelf geleden heeft en lijdt. Of dat terecht is, wil ik hier in het midden laten, dat is een heel andere discussie.

Bent u gelovig?

OVT: Ik vind het bijzonder problematisch om nog enig enthousiasme op te brengen voor de openbaringsgodsdiensten. Het gaat daar om lui die beweren instructies gekregen te hebben van hogerhand, zij gaan het volk ermee betuttelen. Sluwe politici die zich beroepen op goddelijke macht om daarmee het volk te gaan 'beschaven', wat vaak neerkomt op overheersen of onderdrukken. Zij wenden kennis en macht voor die zij helemaal niet bezitten maar wat de zaak bijzonder tragisch maakt, is dit: van zodra het volk geloof gaat hechten aan de pretenties van die bendes, verkrijgen zij effectief macht over de mensen! Zij handelen zoals een inbreker die uw huis leeg rooft terwijl hij u in bedwang houdt met een nepwapen. Als men niet weet dat het wapen nep is, werkt het precies zoals een echt wapen, tenminste zolang het niet gebruikt hoeft te worden.

Omsk Van Togenbirger, gesteld dat gij gelovig waart, zou dit boek u dan ongelovig maken?

OVT: Iemands geloof heeft helemaal niets te maken met wat er in dat boek van Martel staat: een gelovige legt zich neer bij de menselijke zondigheid, de heiligheid blijft altijd een streven. Een communist laat zich ook niet ontmoedigen omdat het wereldcommunisme geen feit is en voor een wetenschapper is het feit dat men nog niet alles weet precies een stimulans om met nog veel meer ijver te gaan vorsen. Afgezien van de pedofilieschandalen die immers over misdaad gaan, zijn de 'zonden' die beschreven worden in het boek 'des mensen'. Maar wat mij dwars zit, is de kennelijke hang naar rijkdom en naar luxe bij heel wat hooggeplaatsten in het Vaticaan: daarvoor kan ik geen begrip opbrengen, gezien die parabel van de rijke jongeling... Hetzelfde geldt voor het feit dat de kerk een puur werelds politiek orgaan blijkt te zijn, en dat terwijl de man van wie zij het hoofd van het verrezen lichaam beweren te zijn, waarschuwde dat zijn rijk niet van deze wereld is.

(J.B., 21 oktober 2019)

1 Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019).  











19-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 10. Machtsmisbruik en verspilling










Over het misbruik van macht

Deel 10. Machtsmisbruik en verspilling

Ook energie is macht en bijgevolg is verspilling machtsmisbruik. Vandaag heeft men het over de ecologische voetafdruk maar men kan het even goed hebben over het verbruik of gewoonweg het inkomen: hoe hoger iemands inkomen, hoe groter de (kans op) verspilling. En verspillen is het tegendeel van recycleren: het is afval produceren. En uiteraard is ook de overproductie een vorm van verspilling (en van machtsmisbruik).

Mensen ademen zuurstof in en ademen CO.2 uit. Met behulp van de zon recycleren planten deze CO.2 opnieuw tot zuurstof. Mensen eten andere wezens op, verteren ze en brengen fecaliën voort. Planten zetten die fecaliën weer om in voedsel. De natuur verspilt niets, natuurlijke recyclage garandeert een voortbestaan van alle leven tot in de eeuwigheid. Maar de mens verstoort die gang van zaken.

Mensen fabriceren stoffen die niet afbreekbaar zijn, die niet of niet tijdig recycleerbaar zijn en dat betekent: afval, giftig afval dat alleen maar dienen kan om vuilnisbelten mee te vullen. Maar vuilnisbelten nemen plaats in, veel plaats, parkeerplaats om het zo te zeggen en naarmate de bevolkingsdruk toeneemt, stijgt de waarde van het land en wordt parkeren duurder. Vandaar komt heel wat afval in niemandsland terecht, in zee bijvoorbeeld. Een plastieksoep met een oppervlakte van vijftig keer België drijft over de wereldzeeën, de magen van alle vissen en vogels zitten volgepropt met stukken van flessen en boterdoosjes en zij stikken er letterlijk in. Bij ons, mensen, die alles met plastiek verpakken, zit sinds jaar en dag de verpakking vanbinnen: zowat vijf gram microplastics per week staat er op het menu van ons nieuwste dieet en dat krijgen wij er nooit meer af.

Elektrische auto's maken geen fijn stof maar zij produceren kernafval omdat elektriciteit met kernenergie wordt opgewekt. Het fatale aan kernafval is dat men er geen blijf mee weet, het moet omzeggens tot in de eeuwigheid worden gestockeerd. Met radioactiviteit besmette gebieden zijn bijvoorbeeld de regio rond Tsjernobyl in de Oekraïne, Hiroshima en Fukushima in Japan en de zee aan de Zuidwestkust van Engeland om er slechts enkele te noemen. Stortplaatsen voor radioactief afval kunnen slechts toenemen en zij maken de begaanbare aarde kleiner, een steeds grotere oppervlakte wordt ontoegankelijk en vaten met radioactief materiaal zijn tijdbommen omdat zij na verloop van tijd sowieso gaan lekken. Binnenkort zal niet langer de bevolkingsdruk maar het om zich heen grijpend radioactief afval zorgen voor plaatsgebrek op de aarde.

Een zogenaamd beschaafde westerling verbruikt tot duizend keer meer dan een paria in Indië, zijn ecologische voetafdruk is duizend keer groter, de paria verbruikt minder dan een euro per dag terwijl de rijke westerling dagelijks vaak meer verteert dan duizend euro. Toch zijn het uitgerekend de westerlingen die de volkeren uit de derde wereld ervan beschuldigen dat zij voor overbevolking zorgen. Maar omdat overbevolking een probleem is omwille van die ecologische voetafdruk, terwijl de afdruk van de armen verwaarloosbaar is, snijdt het verwijt van de rijken aan de armen geen hout: die leugen is een puur repressiemiddel en zij behoort tot de meest cynische vormen van machtsmisbruik ooit.

(J.B., 19 oktober 2019)





       


16-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 9. Het misbruik van de waarheid









Over het misbruik van macht


Deel 9. Het misbruik van de waarheid

Waarheid is macht: wie de waarheid kennen, beschikken over macht. Men spreekt over de macht van de kennis maar de bron van de macht van de kennis is de waarheid. Zelfs de leugen haalt haar macht uit de waarheid omdat de kennis van de waarheid een vereiste is om te kunnen liegen: men kan pas een leugen vertellen en daar 'zijn voordeel mee doen' als men ook weet dat men liegt en daartoe moet men eerst op de hoogte zijn van de waarheid.

Iedereen heeft recht op de waarheid en als men ervan uitgaat dat rechtvaardigheid heerst, kan men zich ook op anderen vertrouwen. Het vertrouwen is het zich verlaten op een ander inzake de kennis van de waarheid. Maar vertrouwen is onmogelijk zonder het risico te lopen dat er onrecht geschiedt in die zin dat de ander op wie men zich vertrouwt, de waarheid achterhoudt. Het achterhouden van de waarheid of het liegen betekent: de ander beroven van (zijn recht op) (de) waarheid. Omdat niemand wars van de waarheid in leven kan blijven, zal wie een ander beliegt, hem tevens van (het) leven beroven. Zozeer heeft de waarheid te maken met het leven zelf.

In de bedrieglijke walm van de leugen ontwaart men om die reden dan ook de stank van de dood. De leugen huist in de betekenis van de woorden en de gebaren maar verraadt zich evenzeer in de klank en in de toon van de stem die deze woorden draagt omdat elke drager op een specifieke manier gebukt gaat onder zijn specifieke vracht als hij de inhoud ervan kent. De stem van wie een blijde boodschap mogen verkondigen, klinkt anders dan de stem van wie een jobstijding moeten brengen omdat het mogen gepaard gaat met heel andere emoties dan het moeten; de waarheid heeft een heel andere toonaard dan de veinzerij en de leugen. De vermoeidheid van de kruiers van de waarheid maakt hen gelukkig wanneer zij zich bevrijden van hun vracht: zij jubelen. Wie daarentegen een zware gewetenslast meezeulen en uiteindelijk tot spreken komen, biechten. De bekentenis klinkt anders dan de kennis en nog anders dan de leugen; elke behandeling van de waarheid heeft haar eigen timbre en leugens kunnen niet geveinsd worden.


Op het eerste gezicht is men geneigd om te denken dat leugens apert zijn eens de waarheid gekend is en dat derhalve het tonen van de waarheid volstaat om leugens aan het licht te brengen maar niets is minder waar. Ook al wordt de waarheid door iedereen gekend, dan nog zijn er machten die er kunnen voor zorgen dat mensen oordelen en handelen tegen beter weten in. Maar wat meer is: het zich voordoen van die machten is helemaal niet uitzonderlijk, het is veeleer de regel.

Op een archetypische manier heeft zich deze werkelijkheid voorgedaan bij de veroordeling van Jezus van Nazareth door het Joodse volk ten tijde van de Romeinse overheersing: Pontius Pilatus, de toenmalige prefect van Judea onder het gezag van de Romeinse keizer Tiberius, was bekend als een onbuigzame man (1) maar toch zwicht hij voor het volk dat zijn kruisiging eist en het verkiest om de moordenaar Barabbas vrij te laten. De beschrijving van de evangelist Lucas gaat als volgt:

"En hij moest hun op het feest een loslaten. Doch al de menigte riep gelijkelijk, zeggende: Weg met Dezen, en laat ons Barabbas los. Dewelke was om zeker oproer, dat in de stad geschied was, en [om] een doodslag, in de gevangenis geworpen. Pilatus dan riep [hun] wederom toe, willende Jezus loslaten. Maar zij riepen daartegen, zeggende: Kruis [Hem], kruis Hem! En hij zeide ten derden male tot hen: Wat heeft Deze dan kwaads gedaan? Ik heb geen schuld des doods in Hem gevonden. Zo zal ik Hem dan kastijden en loslaten. Maar zij hielden aan met groot geroep, eisende, dat Hij zou gekruist worden; en hun en der overpriesteren geroep werd geweldiger. En Pilatus oordeelde, dat hun eis geschieden zou. En hij liet hun los degene, die om oproer en doodslag in de gevangenis geworpen was, welken zij geëist hadden; maar Jezus gaf hij over tot hun wil." (2)

De machten die maken dat mensen tegen beter weten in oordelen en handelen waarbij aldus de aperte waarheid volstrekt genegeerd wordt, zijn altijd al alom onafgebroken werkzaam geweest in de wereld en de veroordeling van Socrates (eveneens op valse beschuldigingen van onder meer godslastering) in 399 voor Christus is ons bekend uit de Apologie van Socrates zoals opgetekend door Plato in zijn Dialogen. Een ander historisch voorbeeld is de veroordeling van Giordano Bruno in Rome in het jaar 1600.

Wie in het bezit zijn van de waarheid lopen gevaar wanneer duistere machten die niet de waarheid nastreven maar bijvoorbeeld wél het persoonlijk gewin, willen verhinderen dat de waarheid aan het licht komt. Over de moordende machten die de waarheid tegenwerken publiceerde de Roemeens-Amerikaanse filosoof Costica Bradatan onlangs het boek: "Dying for ideas: The dangerous lives of the philosophers" (3) De lijst op Wikipedia van vermoorde journalisten - mensen die beroepshalve pogen de waarheid te achterhalen om die openbaar te maken - telt vijftig bladzijden. (3a) Alleen al in 2018 werden 84 journalisten vermoord (3b) en de moord d.d. 2 oktober 2018 op de kritische journalist Jamal Khashoggi ligt nog vers in het geheugen.

Volgens het rapport van VN ging het daar om "een brutale moord met voorbedachten rade, gepland en uitgevoerd door overheidspersoneel van Saoedi-Arabië". (4) Deze laffe en gruwelijke daad mag dan tot internationale verontwaardiging hebben geleid: president Trump blokkeerde de door het Huis Van Afgevaardigden voorgestelde sancties tegen Saoedi-Arabië omwille van economische belangen en vriendjespolitiek: Salman bezit een verdieping in de Trumptower en is close met Trumps schoonzoon Jared Kushner.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 16 oktober 2019)

Verwijzingen:

(1) Volgens de filosoof Philo Van Alexandrië alsook ook volgens de geschiedschrijver Flavius Josephus, zwichtte Pilatus niet en bij ongehoorzaamheid van het volk, aarzelde hij niet om een bloedbad aan te richten. Het was de hogepriester Kajafas die Pilatus adviseerde om Jezus te veroordelen omdat hij vreesde dat Jezus een politieke tegenstander van hem was en hij beschuldigde hem valselijk van godslastering. Pilatus stemde hiermee in om een gevreesde volksopstand te voorkomen. Pilatus zou later uit zijn ambt worden gezet wegens onterechte executies.

(2) Lukas 23:17-25 (NBG 1951, Statenvertaling). Deze passage wordt voorafgegaan door de volgende tekst: "En als Pilatus de overpriesters, en de oversten, en het volk bijeengeroepen had, zeide hij tot hen: Gij hebt dezen Mens tot mij gebracht, als een, die het volk afkerig maakt; en ziet, ik heb [Hem] in uw tegenwoordigheid ondervraagd, en heb in dezen Mens geen schuld gevonden, van hetgeen daar gij Hem mede beschuldigt; Ja, ook Herodes niet; want ik heb ulieden tot hem gezonden, en ziet, er is van Hem niets gedaan, dat des doods waardig is. Zo zal ik Hem dan kastijden en loslaten. En hij moest hun op het feest een loslaten. Doch al de menigte riep gelijkelijk, zeggende: Weg met Dezen, en laat ons Barabbas los. Dewelke was om zeker oproer, dat in de stad geschied was, en [om] een doodslag, in de gevangenis geworpen. Pilatus dan riep [hun] wederom toe, willende Jezus loslaten. Maar zij riepen daartegen, zeggende: Kruis [Hem], kruis Hem! En hij zeide ten derden male tot hen: Wat heeft Deze dan kwaads gedaan? Ik heb geen schuld des doods in Hem gevonden. Zo zal ik Hem dan kastijden en loslaten. Maar zij hielden aan met groot geroep, eisende, dat Hij zou gekruist worden; en hun en der overpriesteren geroep werd geweldiger. En Pilatus oordeelde, dat hun eis geschieden zou. En hij liet hun los degene, die om oproer en doodslag in de gevangenis geworpen was, welken zij geist hadden; maar Jezus gaf hij over tot hun wil." (Lukas 23:13-25)¨.

(3) Costica Bradatan, "Dying for ideas: The dangerous lives of the philosophers", Bloomsbury Academic edition 2015. In het Nederlands verschenen bij Ten Have (2015) onder de titel: Sterven voor een idee filosoferen met gevaar voor eigen leven.

(3a) https://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Vermoord_journalist 

(3b) https://www.demorgen.be/nieuws/84-journalisten-gedood-in-2018-meeste-slachtoffers-vielen-in-afghanistan~be827fa9/ 

(4) Zie: https://www.bbc.com/news/world-middle-east-47161037  ; zie ook het rapport van de mensenrechtencommissie van de VN: https://www.ohchr.org/EN/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=24143&LangID=E .

(5) https://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Vermoord_journalist  




       


14-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 8. Het misbruik van de rede.








                       

Over het misbruik van macht

Deel 8. Het misbruik van de rede.

Dat het geloof (het vertrouwen) kan worden misbruikt, staat als een paal boven water maar een ernstiger want even onvoorstelbaar als feitelijk probleem is het misbruik van de rede. En dan wordt hier niet gedoeld op de drogredenen welke in de logica ontmaskerd worden of op de kunst van de misleiding waarvan de retorica en de apologetiek vaak wel de tentakels lijken. Het meest drastische bedrog van de rede situeert zich in het blinde geloof van de rationalist in deze afgod van hem, vooral waar hij meent de rede te moeten opponeren aan het geloof - een kwalijke vergissing ontsproten uit een simplistische opvatting aangaande deze begrippen.

In zijn Topica, (later gecategoriseerd als het vijfde boek van zijn Organon), ontmaskert niemand minder dan Aristoteles de ware aard van de rede, welke hij 'het redeneren door afleiding' noemt en daar blijkt dat het helemaal niet zo is dat wat wij geloven, loodrecht staat op wat wij kunnen bewijzen: ook de rede berust op geloof. Wij zoeken naar een bewijs van dingen die wij niet spontaan aannemen en het leveren van dat bewijs, zo schrijft Aristoteles, is niets anders dan het plaatsen van het 'te bewijzene' in een context van wél aanvaarde zaken, op zo'n manier dat het aannemelijk wordt dat dit 'te bewijzene' spontaan, onafwendbaar en dus met noodzaak voortvloeit uit de reeds aanvaarde zaken. Hoe het dan gesteld is met de zaken die wij wél aanvaarden, laat zich alvast raden: ook deze waren ooit problematisch en behoefden een bewijs, hetzij in de hier beschreven zin, hetzij in een andere. Dat vuur heet is bewijzen wij soms theoretisch (door afleiding) maar uiteindelijk door - in dit geval - zintuiglijke ervaring: wij verbranden onze vingers aan een vlam. Aristoteles is uiteraard minder simplistisch dan hier aangegeven maar het moge duidelijk zijn dat de vermeende tegenstelling tussen geloof en rede illusoir is.

Waar nu de wetenschappen, of beter: sommige van haar zogenaamde voorvechters die wel inquisiteurs lijken, zich beroepen op het bestaan van heel andere gronden dan deze waarop het geloof berust, maken zij gewag van het bestaan van een entiteit - de Rede - die in wezen helemaal niet nieuw is. De zogenaamde Verlichtingsfilosofen neigen in die richting te gaan, al doen zij dat in zekere zin begrijpelijkerwijze doordat zij heel terecht reageren op een hypocriet en misdadig geloofssysteem dat allerminst iets te maken heeft met begrip maar alles met bedrog. De woordenstrijd die dan ontstaat is uiteraard oneigenlijk en gedoemd om op helemaal niets uit te lopen: het is zonder meer een doodlopende straat.

Via nog een heel andere weg toont zich deze malaise en wel in de tegenstelling tussen wat men beschouwt als, enerzijds, clair et distincte - zoals Descartes het uitdrukte - en, anderzijds, wat 'mysterieus' wordt genoemd. Simplistische rationalisten immers zweren het mysterie af (opnieuw dikwijls op terechte gronden, namelijk waar zij zich afzetten tegen bedrieglijke praktijken) terwijl ernstige wetenschappers het mysterie als vertrekpunt hebben van hun onderzoek. Deze laatsten beseffen dat wetenschappelijk onderzoek zich beperkt tot pogingen tot observaties en beschrijvingen en voorlopige conclusies waarbij geldt dat elke ontdekking, elke beantwoording van een vraag, onmiddellijk wordt gevolgd door de geboorte van talrijke nieuwe vragen. De biologie bijvoorbeeld brengt ons geen begrijpen van het mysterie van het leven in die zin dat ons begrip het leven van zijn mysterieus karakter zou ontdoen - wel in tegendeel.

Het misbruik van de rede bestaat nu precies in het voorwenden van een gloednieuwe entiteit - de rede - welke een 'onttovering' van de hele schepping teweeg zou brengen, welke de geheimen van de schepper transparant zou maken en welke op termijn de mens in staat zou stellen om zelf gelijk aan god te worden en aldus meester van het leven. En precies dat soort van verzuchtingen kenmerken een bijzonder gevaarlijke waanzin die soms de geschiedenis naar binnen treedt en die dat altijd doet op de meest lugubere wijze. In veel wijsheid is veel verdriet, zoals de ouden het zegden, maar nog meer geldt dat in vermeende kennis veel terreur schuilt.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 14 oktober 2019)

               


           




       


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 7. Nieuwe heilige huisjes







           

Over het misbruik van macht

Deel 7. Nieuwe heilige huisjes

Alvast in het westen lijkt de triomf van de religie weg te ebben: de kerken lopen niet alleen leeg maar worden nu ook gesloopt ofwel verkocht en heringericht tot musea, winkelcentra, bars of restaurants; de roepingen blijven weg, waarschijnlijk omdat ook de motieven om toe te treden tot de seminaries in rook zijn opgegaan en volgens een diepgaand onderzoek van de Franse socioloog Frédéric Martel heeft dat - behalve met de pedofilieschandalen - alles te maken met het onmenselijke systeem van het katholicisme. Het is immers altijd de tactiek van de kerk geweest om de homo's naar de 'veilige' seminaries en kloosters doen te vluchten na hen eerst te hebben gedemoniseerd en de gelovigen tegen hen in het harnas te hebben gejaagd, hierbij schermend met het oudtestamentische verhaal over Sodom en Gomorra. Deze lugubere tactiek verklaart overigens een vreemde paradox: enerzijds voert de kerk ware kruistochten tegen de gays met de meest homofobe uitlatingen terwijl zij anderzijds zelf bestaat uit een clerus met een meerderheid aan al dan niet praktiserende (crypto-)homofielen. Vandaag echter hebben homo's alvast in het westen aantrekkelijkere perspectieven. (1)

De mensen zijn niet langer bang voor de hel na de dood omdat zij niet langer geloven in een voortbestaan na de dood maar hiermee is het (bij)geloof allerminst verdwenen, het heeft zich slechts verplaatst: de hel na de dood heeft de stok doorgegeven aan de hel in dit leven - de hel van de pijn en het ongemak - en zo wordt voortaan de plaats van de religie ingenomen door de wetenschappen.

Men wordt niet langer heilig van bidden maar van studeren - een andere vorm van 'blokken' - terwijl het nog steeds dezelfde waarheid is die wordt gezocht, die opnieuw wordt geformuleerd en die tenslotte in andere verpakkingen wordt verkocht. Alhoewel, helemaal anders zijn die verpakkingen nu ook weer niet want nog steeds zoekt men naar het levenselixir en zo werd de heilige hostie vervangen door de pil. Wie vroeger studeerden voor pastoor, denken er vandaag aan om huisarts te worden; de dokter is de Eerwaarde van destijds, de professor treedt in de plaats van de monseigneur, het Vaticaan maakt plaats voor de universiteit en de kerk voor de VN. En er zijn ook nieuwe heilig huisjes, er is een nieuwe geloofsbelijdenis met nieuwe credo's (canons!), nieuwe taboes, heiligen en ketters.

Intussen eeuwen geleden beschreef Joost van den Vondel in zijn grootse Lucifer de kern van de oorsprong van het katholicisme en de grote Russische romancier Fjodor Dostojevski deed dat nog eens over in zijn De gebroeders Karamazov met De grootinquisiteur van Sevilla: nog voordat de zondeval plaatshad, bij de schepping van de mens, ontstond een conflict tussen god en een deel van zijn engelen die immers van mening waren dat de schepper zich had vergist door de mens als een half stoffelijk en vrij wezen in zijn hiërarchie der schepselen nog boven de zuivere geesten te plaatsen: het was een daad van Liefde die kennelijk niet werd begrepen door de jaloerse Lucifer, vertegenwoordiger van de Rede. Na de val van Lucifer, die ook de mens deed vallen, herhaalt zich deze liefdedaad in de Verlosser die de zonden van de mensheid op zich neemt en uitboet en zo wordt de eindtijd (de tijd sinds de geboorte van Christus) opnieuw een strijd van de door de vertegenwoordiger van de Rede (Lucifer) onbegrepen Liefde (God). Sinds tweeduizend jaar vecht het vriendelijke vertrouwen dat de noden centraal stelt met het vijandige wantrouwen dat met de wraak, de filosofie van de rechten huldigt. Bijna splitst zich de wereld in twee waar enerzijds de kerk met ontelbare opofferingsgezinde geroepenen - de zogenaamde missionarissen - de hele wereld gaat onderwijzen terwijl parallel maar ook strijdig daarmee de staten in het kolonialisme de nog niet ontwikkelden gaan uitbuiten. Deze splitsing doet zich andermaal voor binnen de kerk en binnen de staat: binnen de kerk bewerkt zij dat het lichaam van Christus een politiek hoofd krijgt waar eerst Napoleon en vervolgens Mussolini erin slagen om de kerk ertoe te brengen politieke macht te aanvaarden (wat haar uiteraard zal corrumperen) - terwijl Christus die daartoe door de duivel werd verleid op een hoge berg in de woestijn, dit weigerde - en welhaast gelijktijdig wordt binnen de staat de christelijke genade geïnstalleerd met de sociale rechten en wetten, de solidariteit, de empathie en de barmhartigheid die uit het christendom lijken voort te komen terwijl zij toch verschillende gronden hebben - het uitgebreide egoïsme van een zekere solidariteit is immers geen naastenliefde. Het wordt een zich uitbreidend kluwen, een alom om zich heen grijpend conflict: goed en kwaad of vermeend goed en vermeend kwaad gaan een dans aan doorheen de eeuwen en zo lijkt vandaag de ziel van een uitgeholde kerk zich te hebben verplaatst in een zogenaamd wetenschappelijke activiteit. En de vraag rijst of de tegenstelling tussen geloof en wetenschap wel echt bestaat en of het niet gaat om een moeizame transformatie van een en hetzelfde zoeken naar iets waarvan wij willen geloven dat het bestaat: de Waarheid.

Maar nog heeft zich de transformatie niet voltrokken of reeds misbruikt de nieuwe 'kerk' haar macht. Ivan Illich toonde dit aan inzake verschillende wetenschappelijke bedrijvigheden en in tal van maatschappelijke sectoren en zijn Medical Nemesis is daarvan niet de geringste: zoals de kerk, die de liefde van god moet uitdragen, een broeinest lijkt geworden van het tegendeel, zoals de schandalen suggereren, zo dreigt de geneeskunde de mensen ziek te maken, zo dreigen de technische uitvindingen die het leven moeten vereenvoudigen, alles nodeloos ingewikkeld te maken en ons in ademnood en in tijdnood te brengen.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 14 oktober 2019)

Verwijzingen:

(1) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019), onder meer pp. 332-367.

               


           




       


12-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 6. 'In naam van' en 'om bestwil van'






           


Over het misbruik van macht


Deel 6. 'In naam van' en 'om bestwil van'


Amper een goed jaar geleden ontstond een controverse omtrent uitspraken van (de intussen overleden) filosofieprofessor Etienne Vermeersch inzake de wenselijkheid van zwangerschapsonderbreking in geval van te verwachten kinderen met het syndroom van Down en wel omdat de geleerde de mening was toegedaan dat een wereld zonder 'mongooltjes' een betere wereld zou zijn. Maar wie die mening verdedigen zijn zich kennelijk niet bewust van het onderscheid tussen de intrinsieke waarde van een mens en zijn nut en dat geldt dan ook heel dikwijls voor wie beweren dat mensen (vervangbare) machines zijn met een (illusoire) ziel die wordt voortgebracht door de hersenwerking.


Geheel los daarvan getuigt het afleggen van dergelijke verklaringen uiteraard reeds van een schrijnend gebrek aan empathie met diegenen over wie de uitspraak wordt gedaan. Edoch, ook die afwijking delen al diegenen wiens denken zich heeft verengd tot wat de Duitse filosoof Martin Heidegger het 'rekenende denken' ("das rechnende Denken") heeft genoemd dat onder meer wordt gekenmerkt door het herleiden van kwaliteiten tot kwantiteiten en van waarden tot louter nut.


In feite gaat het hier om een pathologie van het oordeelsvermogen die ook kenmerkend is geweest voor Adolf Hitler die immers geloofde dat het goed is voor de staat om alle rotte appels te verwijderen want dat wordt dan de 'oplossing' (die 'Entlösung') en de 'verantwoording' voor de uitroeiing (op industriële wijze en schaal) van de (toentertijd zes miljoen) 'nuttelozen'.


Die ziekelijke visie neemt vaak verraderlijke vormen aan die er bij minder nadenkende segmenten van de bevolking kennelijk ingaan als zoete koek en waarmee opportunistische politici op een volstrekt gewetenloze wijze hun voordeel doen. Zo is er het beruchte betoog van de Führer dat het niet hoort om jonge en gezonde mensen naar het front te sturen om daar de thuisblijvende ouderen en zieken te gaan verdedigen. Of de op affiches geadverteerde overtuiging dat krankzinnigen maar beter geëuthanaseerd worden omdat zij alleen maar dure lastpakken zijn. En vandaag verspreidt men die leugen onder meer in de vorm van de mening dat een wereld zonder gehandicapten een betere wereld is en, in extenso, dat gehandicapten voor hun eigen bestwil maar beter worden geaborteerd. De arrogantie neemt bij steeds meer mensen dusdanige proporties aan dat zij geloven zich het recht te mogen toe-eigenen om te beslissen over het al dan niet waardig zijn van andermans leven en aldus over het leven zelf van een ander. En uiteraard moeten medemensen tegen die waanzin beschermd worden.


Maar die waanzin gaat nog verder want wie weigeren deel te nemen aan deze moordpartijen, dreigen te worden bestraft: precies zoals Hitler de euthanasie (wat betekent: 'de goede dood') voorstelde als een tegemoetkoming aan de noden van de afgeschrevenen in kwestie op wiens instemming hij rekende omdat ze aldus niet alleen aan zichzelf maar ook aan hun volk een dienst zouden bewijzen, (!) zo ook wordt vandaag bijna als in een standaardprocedure de foetus gescand op 'tekortkomingen' waarbij de keuze om het kind al dan niet te laten geboren worden aan de willekeur van de ouders wordt overgelaten en waarbij tevens te verwachten valt dat eerlang de moeder zal moeten opdraaien voor de extra kosten welke de handicap zal meebrengen in geval zij het kind wenst te behouden. Reeds werd een arts veroordeeld en financieel bestraft nadat hij was aangeklaagd door een vrouw met spina bifida omdat hij eraan verzaakt had haar als foetus te aborteren. De actualiteit van dergelijk moorddadig nuttigheidsdenken toont zich in de kwestie van de financiering van dure levensreddende geneesmiddelen.


Het spoort niet dat bij het nemen van onomkeerbare beslissingen over het leven van derden, de betrokken verantwoordelijken zich laten leiden door nuttigheidsberekeningen - dat doen zij ook niet als zij moeten beslissen over het eigen leven: dan blijken zij de intrinsieke waarde van het leven ineens wél te begrijpen. Het solidariteitsbeginsel heeft precies met dit punt te maken en is daarom een wezenlijk uitvloeisel van de empathie - het tegendeel is psychopathie, welke leidt tot het ongepast aanwenden van een nuttigheidscalculus inzake kwesties van leven en dood.


Maar niet alleen met betrekking tot het fysieke leven speelt dit probleem: mensen maken ook keuzes over het geloof en de opvoeding van anderen, vooral waar het gaat om de eigen kinderen. Nemen zij die keuzes in volle vrijheid, dan kan dit recht weliswaar verdedigd worden maar inzake bijvoorbeeld religie blijkt vaak veel druk uitgeoefend te worden en worden beslissingen ter zake dikwijls door vreemden gestuurd.


Zo lieten eertijds de gelovigen hun kinderen dopen omdat zij ervan overtuigd waren dat die anders naar de hel zouden gaan: volgens de katholieke theologie heeft elke boorling ingevolge de erfzonde de duivel in zich en die moet uitgedreven worden; aan mensen die hun kinderen niet lieten dopen werd gezegd dat zij verantwoordelijk waren voor hun zielenheil en er trad een peter op die in naam van het kind de doopgeloften aflegde. Vandaag laat men zijn kinderen vaak nog steeds dopen onder het moto: baat het niet, het schaadt ook niet. De dopeling hernieuwt zijn geloften bij de volwassenwording maar als hij ze wil afzweren, kan daar een familiaal conflict van komen zodat aldus de vrijheid waarin god de mens heeft geschapen, in feite quasi ongedaan wordt gemaakt. Hetzelfde geldt voor de politieke opvattingen want men kan statistisch vaststellen dat het stemgedrag van het merendeel van de burgers door hun oudere verwanten wordt bepaald.


Religies en politieke partijen doen er helemaal niets aan om de keuzevrijheid te bevorderen omdat zij meer baat hebben bij het tegendeel en zo kan men vaststellen dat ter gelegenheid van de verkiezingen politici cadeautjes gaan overhandigen aan de inwonenden van rust- en verzorgingstehuizen, de facto in ruil voor hun stem of dat mensen nog steeds door hun werkgevers onder druk worden gezet om zich bij een welbepaalde zuil te gaan aansluiten voor verzekeringen, bankverrichtingen, onderwijs en dergelijke zaken meer. In al die gevallen gaat het om beloften en om 'goede raad', wat eigenlijk paternalisme heet en dat is op de keper beschouwd het inpalmen van iemands persoonlijke rechten, het zich toe-eigenen van andermans politieke, religieuze, sociale en financiële stem en dus het beroven van iemands keuzevrijheid met het oog op eigen voordeel.


(Wordt vervolgd)


(J.B., 12 oktober 2019)


           


           




       


09-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 5. Kamer 101





           


Over het misbruik van macht

           

Deel 5. Kamer 101


Als men met ouderen spreekt over het verleden en men werpt de vraag op wat een mens in zijn hele leven het meest tegen de borst heeft gestuit, dan schrikt men ervan hoe dikwijls mensen zich op hun oude dag nog kwaad bloed kunnen zetten over hoe zij als goedgelovig kind voor de gek werden gehouden. En het gaat dan niet om fopperijen maar over het misbruik dat wordt gemaakt van de spontane openheid waarmee kinderen de wereld tegemoet treden en het vertrouwen waarmee zij van anderen nieuwe dingen aanleren.


Dit misbruik van vertrouwen is vergelijkbaar met de brute verkrachting omdat ook daar een gelijkaardig machtsmisbruik aan de orde is, een vergrijp waartegen een zwakkere en bij uitstek een kind geen enkel verweer heeft: het kind steekt op vraag van de meerdere de hand uit maar het zal helemaal niets ontvangen, het wordt daarentegen bestolen.


Zo vertrouwen ouders hun kinderen toe aan de opvoeders van een school terwijl het vandaag gebeurt dat op een besloten lerarenvergadering de directie de leerkrachten aanmaant om voortaan geen slechte cijfers meer toe te kennen "omdat elke leerling anderhalf lesuur waard is": de ouders komen nooit te weten dat de leerkrachten aan wie zij de opvoeding van hun kinderen toevertrouwen, deze kinderen beschouwen als klanten van wie zij vrezen dat zij wel eens zouden kunnen overlopen naar een andere school waar zij makkelijker hun getuigschrift behalen. De 'opvoeders' waarvan sprake zien de school als een instrument tot zelfverrijking, desnoods ten koste van de ontwikkeling van de leerlingen en deze agenda houden zij voor de buitenwereld verborgen: geheimhouding onder de dekmantel van bescherming van de privacy terwijl het privacybeginsel hier vloekt met de vereiste transparantie aangaande gemaakte afspraken.


De tragedie van de beschaming van het vertrouwen als exponent van het misbruik van macht wordt op meesterlijke wijze beschreven in Georges Orwells 1984 waar de auteur immers toont hoe definitief en onherroepelijk de band tussen twee mensen die ooit een koppel vormden, door verraad teniet kan worden gedaan. In de roman wordt het verraad uitgelokt door big brother die in de gevreesde "room 101" de methode van de marteling hanteert om aldus mensen ertoe te brengen dat zij elkaar verraden. De nadenkende lezer wordt aldus geconfronteerd met de kwestie of het menselijk geluk dan een zaak van toeval is aangezien niet elk geluk op dezelfde manier op de proef wordt gesteld.


In wat andere bewoordingen rijst dan de vraag of de onbeproefde liefde wel terecht als liefde kan worden beschouwd. Immers, ook in het meest indrukwekkende van alle Bijbelboeken, blijkt de duivel te kunnen eisen van God dat Hij hem toelaat om Job op de proef te stellen en dus om diens liefde te wegen. Hoe immers kunt Gij weten dat Job U oprecht bemint, zo daagt de jaloerse Satan de Heer uit, als Gij hem alles geeft wat zijn hartje lust?


Maar de beschaming van het vertrouwen werd sinds jaar en dag tot essentieel onderdeel van de economie en wel door het betaalverkeer: iets is zoveel waard als men bereid is daarvoor neer te tellen en zo komt het dat alles wat door God gegeven is en dus alles wat gratis is, als waardeloos wordt beschouwd, ook al is het levensnoodzakelijk: de gezonde lucht, het water, het voedsel dat op de akkers groeit. Terwijl ooit de menselijke noden bepalend waren voor het intermenselijk verkeer van goederen - een werkwijze waaraan dankbaarheid inherent was - verkiest men vandaag te betalen in plaats van te bedanken: het zwaartepunt ligt bij de rechten en niet aan wie honger lijden, wordt een brood gegeven doch aan wie het kunnen betalen, ook als zij reeds lang verzadigd zijn terwijl anderen van honger omkomen.


Het centraal stellen van de rechten komt in feite neer op een veralgemening van het wraakprincipe dat zegt: voor wat, hoort wat. "Een oog voor een oog en een tand voor een tand" waar het een beschadiging betreft maar evengoed "een brood voor een brood" waar het een vergoeding betreft en in dat laatste geval schuilt de beschadiging in de dreiging van de honger namelijk daar waar men wel nood heeft aan het brood terwijl men het niet kan betalen zodat men er geen recht op heeft.


Hier wordt de chantage gelegitimeerd en zo wordt het geweld geïnstitutionaliseerd; het wordt tevens onzichtbaar maar niet minder beschadigend want de dreiging mat af, ook fysiek eist zij haar tol van het hart. Het misbruik van vertrouwen dat de ergste vorm van machtsmisbruik is, zit hem in de hulde aan het wantrouwen: het instemmen met het betaalverkeer en het laten prevaleren van de rechten boven de noden betekent eer brengen aan de god van het wantrouwen - de duivel.


(Wordt vervolgd)


(J.B., 9 oktober 2019)


           





       


07-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 4. De mediamisbruikers




           

           

Over het misbruik van macht


Deel 4. De mediamisbruikers


Tot spijt van wie het benijdt heeft verkiezingspropaganda helemaal niets te maken met redelijke argumenten en met intellectuele strijd: wie verkozen willen worden, proberen er alleen maar voor te zorgen dat de mensen hun gezicht zo vaak zien dat ze onbewust gaan denken dat de opdringerige politici tot hun eigen familie behoren. Niet de intellectuele argumenten doch de gemene list vormt aldus de basis van de democratie en hierin speelt de zogenaamde vierde macht een vooraanstaande rol en dat zijn de media.


Zij die de media bezetten en er het monopolie over uitoefenen bewerken de volksgeest door de beïnvloeding en de vorming van het oordeel van jan met de pet. Wie de media beheersen, beslissen om te beginnen wat zal bestaan en wat niet omdat de zaken die niet in de media verschijnen, als onbetekenend en derhalve als onbestaande worden afgedaan: pas wie paraderen op de buis, bestaan ook echt, alle anderen zweven tussen werkelijkheid en droom, zij zijn slechts meelopers.


Zo bijvoorbeeld gebeurt het steeds vaker dat nieuwslezers, acteurs of nog andersoortige bekendheden van de vertrouwdheid van hun gezicht profiteren om op de kar van de politiek te springen; hun bekendheid houdt geen enkel verband met hun politieke (on)bekwaamheid maar dat zal een opportunist worst wezen!


Nog een stap verder gaan zij die van hun macht over de media gebruik maken om het publiek te desinformeren. Op het ogenblik dat HIV de wereld teistert en bijvoorbeeld in Afrika kinderen met de ziekte geboren worden en de volwassen leeftijd niet bereiken, verkondigt paus Franciscus vanuit zijn katheder dat aids een zaak is van 'immanente rechtvaardigheid', waarmee hij dan bedoelt dat de pandemie de schuld is van de slachtoffers zelf, waarvan in Afrika, naast de met de ziekte geboren baby's, het merendeel verkrachte vrouwen zijn. De zogenaamde 'verklaring' snijdt niet alleen geen hout maar zij werd opgezet teneinde het goedgelovige volk te kunnen misleiden. Hetzelfde doet een naaste medewerker van de paus, met name de "obsessief praktiserende homofoob" kardinaal Tarcisio Bertone, waar hij de flagrante leugen verspreidt dat er geen enkel verband bestaat tussen het celibaat en pedofilie maar wel tussen homofilie en pedofilie en op de koop toe beroept hij zich daarbij valselijk op de wetenschap. Frédéric Martel klaagt ook dit misbruik aan in zijn nieuwste boek, Sodoma. (1) En de leugens verspreid door politici, met als absolute topper de huidige Amerikaanse president Trump, zijn niet te tellen.


(J.B., 7 oktober 2019)


Verwijzingen:


(1) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019), pag. 564-565.




       


04-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 3. Eigen zak eerst





Over het misbruik van macht


Deel 3. Eigen zak eerst

In het Evangelie volgens Mattheüs staat een tekst die bekend is als de "parabel van de rijke jongeling". Een jongeling vraagt de Heer wat te doen om het eeuwig leven te verkrijgen. "Onderhoud de geboden", zo antwoordt Heer: "Zo gij wilt volmaakt zijn, ga heen, verkoop wat gij hebt, en geef het den armen, en gij zult een schat hebben in den hemel; en kom herwaarts, volg Mij." Doch het verhaal eindigt in mineur: "Als nu de jongeling dit woord hoorde, ging hij bedroefd weg; want hij had vele goederen." (1)

Nu is de volmaaktheid allerminst een menselijke eigenschap maar van de zelfverklaarde plaatsvervanger van de Heer op aarde kan wel verwacht worden dat hij het goede voorbeeld geeft. Edoch, in de aanloop naar de wereldjongerendagen in Rio schrijven de kranten dat de paus zo maar eventjes 5 miljoen dollar doneert om het evenement te helpen bekostigen. (0)

Genoemd naar de heilige die de totale armoede predikte, treden volgens het onderzoek van Frédéric Martel een hele "paternoster aan kardinalen" in het zog van Franciscus. De auteur van Sodoma op bezoek bij kardinaal Burke schrijft: "We zien de zeventigjarige kardinaal op een aspergegroene troon die twee keer zo groot is als hijzelf, omgeven door goudbrokaten drapperieën. Hij draagt een geel-fluorescerende mijter, die me doet denken aan de toren van Pisa, en lange Turquoise handschoenen waarin zijn handen wel van ijzer lijken; zijn mozetta is koolgroen met gele borduursels, daarover draagt hij een preigroen koorhemd, waar roodpaars kantwerk onderuit steekt. (...) Ik zeg dat ik het toilet zoek. (...) Ik loop zijn badkamer binnen. (...) Het vertrek doet denken aan een luxe wellnessresort en heeft de temperatuur van een sauna. Bekende zeepmerken met subtiele geuren op zijn Japans gerangschikt (...). Terug in de gang ontdek ik tientallen flessen champagne. Van de grootste huizen! (...) " (2) Wat verderop heeft Martel het over "de honderden vierkante meters grote appartementen van kardinalen als Raymond Burke, Camillo Ruini, Paul Poupard, Giovanni Battista Re, Roger Etchegaray, Renato Raffaele Martino en zovele andere die ik in Rome heb bezocht. Om nog maar te zwijgen van het paleis van kardinaal Giuseppe Betori in Florence, of dat van kardinaal Carlo Caffarra in Bologna, of dat van kardinaal Carlos Osoro in Madrid. Of de buitensporige luxe en extravagant grote appartementen van de voormalige staatssecretarissen Angelo Sodano en Tarcisio Bertone, waarvan schande werd gesproken". (3) En hier zijn we pas aan de bladzijde 81, het boek van Martel gaat zo nog zeshonderd pagina's door...

Naar aanleiding van het ontslag van bisschop Vangheluwe werd in herinnering gebracht dat sinds Napoleon de bezittingen van de kerk aansloeg, de clerici door de staat worden betaald. In België ontvangen ze een loonbrief van de Dienst Vaste Uitgaven van de Federale Overheid en bijvoorbeeld voor een bisschop maakt dat een bruto jaarwedde van meer dan 80.000 euro.

De wereldlijke leiders dan. Terwijl het bijvoorbeeld bij de vissen de gewoonte is dat de oudsten aan de buitenkant van de scholen zwemmen om zodoende hun jongen aan de binnenkant te beschermen, zorgen bij de (meer ontwikkelde) mensen de leiders eerst en vooral voor zichzelf. Om het bij één voorbeeld te houden: vice-premier Didier Reynders ontvangt maandelijks 11.000 euro. En wat betreft de zogenaamde uitstapvergoedingen van de parlementairen, zitten we algauw in de honderdduizenden euro. De cijfers zijn overigens algemeen bekend, ook met betrekking tot de fortuinen van presidenten en koningen.

Toch nog te vermelden is dat men hierbij al te gemakkelijk vergeet dat de genoemde figuren in buitensporige rijkdom leven 'dankzij' de slavernij en de bittere ellende van niet te tellen mensenmassa's. Als er een hiernamaals bestaat, zullen het deze armen zijn die hieromtrent zullen mogen oordelen. Kennelijk is er alvast bij de rijken van geloof geen sprake maar is het dan geen rechtvaardige zaak dat het bestaan van de hemel en de hel niet afhangt van het feit of men er al dan niet in gelooft?

(J.B., 4 oktober 2019)

Verwijzingen:

(1) Mt.1 9:16-21. Zie: http://www.online-bijbel.nl/bijbelboek/Mattheus/19/16-30

(0) https://www.hln.be/nieuws/buitenland/paus-doneert-3-7-miljoen-aan-wereldjongerendagen~a18ffc1c/ 

(2) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019), pag. 46.

(3) Ibidem, pag. 81.

 



       


03-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - deel 2: Kinderverachters, toekomstverkrachters




Over het misbruik van macht

Deel 2. Kinderverachters, toekomstverkrachters

Eén miljoen doden en vijftig miljoen gewonden, dat is de jaarlijkse tol van het autoverkeer, plus de CO.2-uitstoot die het broeikaseffect in de hand werkt en ervoor zorgt dat nu reeds de ijsberen verdrinken omdat de ijskap smelt en wij gestaag een nieuwe zondvloed tegemoet kijken, en dat terwijl de auto een tijdverslindend voertuig is! De kapitalistische economie zorgt voor het in stand houden van het onrecht in de wereld met dagelijks dertigduizend hongerdoden; haar middel-doelomkering eist wegwerpproducten en zorgt voor een enorme afvalberg: de weidse oceanen van weleer zijn in minder dan een eeuw vuilnisbelten geworden, het plastic klit samen tot een 'plasticsoep' met een oppervlakte van vijftig keer België - van de jaarlijks geproduceerde 300 miljoen ton is geen gram afbreekbaar en zo eet vandaag elk van ons 5 gram microplastics per week. Insecticiden doden heden alle bijen, noodzakelijk voor de bevruchting van de planten; het zijn neurotoxines die niet alleen het zenuwstelsel van insecten maar ook dat van mensen aantasten. Kernenergie zit dankzij de 'ecomodernisten' (0) opnieuw in de lift met onafbreekbaar kankerverwekkend afval waarmee men geen blijf weet en zo werd tussen 1971 en 1982 meer dan 74.000 ton afval met in totaal 47,5 petabecquerel aan radioactiviteit in vaten in het Kanaal gedumpt op 800 km ten Zuidwesten van Land's End nabij Cornwall. In 1995 bleken die vaten lek en zij verontreinigen de zee; hetzelfde probleem doet zich in alle wereldzeeën voor. Overal gaan kerncentrales lekken - Tsjernobyl zorgt sinds 1984 voor miljoenen kankers - en dan zijn er nog de kernwapens... (1)

Onze politici zijn kortetermijndenkers, tenminste als men mocht aannemen dat zij überhaupt denken want veeleer zijn zij opportunisten die volstrekt onverschillig blijven voor het lot van anderen en voor de toekomst van onze kinderen. (2) Op 9 september 2018 kwam de toen vijftienjarige Greta Thunberg hiertegen in opstand door tijdens de schooltijd met een spandoek voor het Zweedse parlement aandacht te vragen voor het milieu en te eisen dat het Akkoord van Parijs werd nageleefd, wat leidde tot een wereldwijde beweging, in België voorgezeten door (de nu achttienjarige) Anuna De Wever. Het was onmogelijk om de milieuactivisten te blijven negeren, zij mochten spreken voor de VN maar werden aldaar door de leiders van de grootste naties ter wereld bespot. (3) In eigen land en meer bepaald in extreemrechtse middens, proberen nitwits alsnog het volk te doen geloven dat niet de zorgwekkende toestand van de aarde de jeugd wereldwijd tot protest drijft maar hun eigenste politieke tegenstanders (!)

Deze verachting van de jeugd en van de toekomst van de aarde kent zijn gelijke niet in de ganse geschiedenis van de mensheid: hier 'triomfeert' de onverschilligheid waarover de overlevende van de concentratiekampen Primo Levi schrijft dat ze nog erger is dan de gruwel van de Shoah.

(J.B., 3 oktober 2019)

Verwijzingen:

(0) Het ecomodernisme wordt hier te lande mede aangevoerd door Maarten Baudry over wie Dirk Draulans schrijft: "Het doet me veel deugd dat het collega Jan Lippens en Knack waren die deze zogenaamde 'onafhankelijke academicus' en 'kritische denker' ontmaskerden als iemand die een onorthodoxe procedure zonder tegenkandidaat nodig had om een leerstoel aan de UGent te krijgen. In de feiten blijkt hij vooral een eenvoudige verspreider te zijn van het neoliberale gedachtegoed van zijn broodheren." Zie: https://www.knack.be/nieuws/belgie/de-feiten-pleiten-tegen-journalist-joel-de-ceulaer/article-opinion-1516121.html

(1) http://blogimages.bloggen.be/tisallemaiet/attach/275907.pdf

(2) Zie: "Politiek en misdaad, voor elkaar geboren": http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3157231  

(3) https://www.hln.be/nieuws/buitenland/trump-spot-met-greta-thunberg-ze-ziet-er-heel-gelukkig-uit~a76adf63/



           



                                   

                       



       


01-10-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over het misbruik van macht - Deel 1. Armageddon


 



Over het misbruik van macht


Deel 1 Armageddon

In zijn meest recente boekwerk Sodoma schrijft Frédéric Martel: "Tegenwoordig vormen de Afrikaanse seminaries, naar voorbeeld van de Italiaanse seminaries uit de jaren vijftig, locaties waar veel homoseksuelen een zekere veiligheid vinden. (...) door homoseksuelen in Afrika te stigmatiseren, dwingt de kerk ze zich te verbergen. Als ze de kans krijgen, zoeken ze hun toevlucht in Europa, waar de Italiaanse, Franse en Spaanse kerken een beroep op ze doen om te komen werken in hun onderbemande parochies. En zo is de cirkel rond." (1)

Martel laat zien hoe mensen door de kerk 'gesjareld' worden maar wat hij hier zegt over de Afrikanen geldt in feite wereldwijd en ook voor alle tijden: de kerk demoniseert de homoseksuelen, zij worden via haar kuddegeest opgejaagd en vluchten naar de seminaries van waaruit diezelfde kerk hen dan te werk stelt. Precies zoals krijgsgevangenen wiens leven wordt gespaard in ruil voor levenslange dwangarbeid.

Met betrekking tot (wilde) dieren heet deze handelwijze domesticatie: het wild wordt door mensen gevangen gezet en benut: om karrenvrachten voort te trekken, om gemolken te worden, geschoren of gekweekt om te worden opgegeten. Met betrekking tot soortgenoten, kennen wij dit als kannibalisme en met betrekking tot quasi soortgenoten is het ons in de (fantastische) literatuur bekend als de verschrikking van het vampirisme. In feite zijn dit de archetypen van kastensystemen, van sociale standen en klassen en van allerlei vormen van uitbuiting zoals in het kolonialisme en het neokolonialisme, die zich rechtvaardigen via een geweten dat grondt in racisme, homofobie, xenofobie en nog andere opgedrongen haatgevoelens jegens welbepaalde zogenaamde 'zondaren' en 'vijanden' die in feite zwartgemaakte mensen zijn - in meer religieuze termen uitgedrukt: mensen die gedemoniseerd werden, die uitgeroepen werden tot demonen, tot van demonen bezetenen of tot krankzinnigen. En ziedaar hoe men de door het sociaal geweld van de kudde aan mensen toegebrachte schade in de schoenen van de duivel schuift waarmee deze slachtoffers dan samenvallen - wat hun definitieve excommunicatie moet rechtvaardigen. Niet voor niets heet de duivel dan 'legioen'.

De rooms-katholieke kerk is een staat in oorlog, haar vijanden zijn de 'ongelovigen', zij kampen met uitsluiting en blijven werkloos, een extreem-rechtse regering doet de rest: zij dwingt hen tot 'gemeenschapsdienst' - een eufemisme voor onderbetaald werk dat, wars van de verklaring van de rechten van de mens, niet strookt met de opleiding en de competenties der betrokkenen. Aldus krijgen homo's de facto levenslang in concentratiekampen, alleen werden die kampen vandaag onzichtbaar gemaakt, met het gevolg dat er geen ontkomen meer aan is: "Laat varen alle hoop, gij die hier binnentreedt!" Welkom in de hel van Dante.

Hoogopgeleide homo's die ingevolge discriminatie naast hun job grijpen en die dan maar vrede moeten nemen met onderbetaalde klusjes, zijn nog slechter af dan hen aan wie de toegang wordt ontzegd tot universiteiten en tot hogescholen en het is een jongvolwassene in dat geval geraden om hierop maar beter niet te anticiperen. Maar zeg nu zelf: wat voor een verschrikkelijke toekomstverwachting hebben homofiele kinderen, aan wie men geen betere raad kan geven dan met betrekking daartoe de kop in het zand te steken en tegen beter weten in te volharden in het geloof dat onverdroten arbeid loont?

Dit zegt allemaal iets over de graad van terreur die uitgaat van de kerk en van de extreem-rechts georiënteerde staat waarmee zij wereldwijd sinds jaar en dag een pact heeft: zij zijn dusdanig dat men er moet voor vrezen hen bij naam te noemen en men plooit ervoor zoals een maagd die instemt met de gruweldaad van haar verkrachter omdat zij weet dat zij alleen op die manier haar eigen leven redden kan.

Het is bovendien een illusie om te geloven dat de kerk haar macht nu kwijt is. Weliswaar wonen nog weinig mensen de zondagsmissen bij maar met de macht van de eeuwen heeft de kerk, die zich godbetert uitgeeft voor de herrezen Christus, het volk onherroepelijk ingeprent wie het moet haten en excommuniceren. En een geweten dat elk besef mist van haar oorsprong is stekeblind en gevaarlijker nog dan de gewetenloosheid: in de waan te handelen in vanzelfsprekendheid, worden wie gehersenspoeld zijn, letterlijk bezeten en zij ageren als gehoorzame instrumenten van een dwingeland van wie zij het bestaan zelfs niet meer kunnen vermoeden.

Vandaag vormt zich in Vlaanderen een regering die haar macht belooft te zullen misbruiken, onder meer met de geplande feitelijke afschaffing van het gelijke kansenbeleid en de bestraffing met dwangarbeid van wie geëxcommuniceerd werden en in de werkloosheid belandden. Dezelfde terreur zet zich momenteel door in alle Europese landen en over de hele wereld waarvan het aanschijn aldus transformeert in een waar armageddon. 

(Wordt vervolgd)

(J.B., 1 oktober 2019)

Verwijzingen:

(1) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Uitgeverij Balans Amsterdam 2019 (oorspr.: Éditions Robert Laffont, Parijs 2019), pag. 402.


                                   


       


25-09-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De wijngaard des Heren -

De wijngaard des Heren

 

De wijngaard des Heren

De vertrumpisering van de wereld beperkt zich niet tot de politiek, de trend heeft ook haar entree gemaakt in onze universiteiten, al zullen sommigen beweren dat hij daar al eerder huishoudt maar dat is dan wellicht de kwestie van de kip en het ei. Iemand die nog dagelijks de nieuwsberichten bijhoudt, vertelde mij dat een leerstoel Etienne Vermeersch gesticht zou worden ter nagedachtenis aan de grote geleerde die zich ook sterk maatschappelijk engageerde, onder meer met het adviseren van bijzonder originele sterilisatiemethodes voor de armen (het aanbieden van sterilisatie aan armelui in ruil voor een biljet van vijftig dollar dat ze immers niet kunnen weigeren omdat ze honger lijden) en met de repatriëring van illegalen. De eerste vier jaar zou die leerstoel bekleed worden door Maarten Boudry over wie men schrijft dat hij een paus is van het ecomodernisme, (*) een stroming die het heeft over de dringende noodzaak voor het volk om zijn geitenwollen sokken te ontgroeien en het probleem van de kernafval met kernenergie te bestrijden. Het ecomodernistisch manifest spreekt meer bepaald over "de rol van technologie in het reduceren van de menselijke afhankelijkheid van de natuur (...) ondanks de vaak gehoorde bewering sinds de jaren 1970 dat er fundamentele “grenzen aan de groei” zouden zijn" en zonder blozen wordt beweerd: "Hoewel de menselijke impact op het milieu in zijn totaal blijft stijgen, is er een waaier aan trends die op lange termijn voor een substantiële ontkoppeling van menselijk welzijn en milieu-impact kunnen zorgen." (**) Kortom, het ecomodernisme verspreidt het geloof dat wetenschap, techniek en kapitalisme samen garant staan voor een schitterend 'Antropoceen' (de zogenaamde toekomst der ecomodernisten waarin de mens zich wars van alle kritieken op het antropocentrisme zonder complexen centraal stelt), in de overtuiging dat hij zich helemaal kan ontkoppelen van de natuur. Toevallig had de scheurkalender het er zopas ook over en ik citeer:


                                   


"-Ja, ik ben afgelopen zomer met vakantie geweest op het platteland, zei een stadsmeisje, en daar heb ik tot mijn grote verbazing moeten vaststellen dat de boeren nog altijd koeien houden. Niet te geloven, hé, nu je overal melk in kartonnen dozen kunt krijgen!" (***)



Inderdaad, er zijn nog steeds mensen die niet mee zijn met hun tijd en die niet weten dat de nieuwste trend het ecomodernisme is: het geloof dat het driemanschap Wetenschap, Techniek en Kapitalisme een schitterende toekomst garanderen voor de mens die zich opnieuw en dit keer geheel bevrijd van zelfkritiek en van complexen en ook wars van de bijbel, centraal kan stellen in de natuur waarvan hij nu immers zichzelf tot oppergod verklaart.

Hetzelfde geldt voor wie zich verbazen over het feit dat uitgerekend een paus van dat ecomodernisme (*), de leerstoel zal bekleden genaamd naar de auteur van "De ogen van de Panda", een boek dat destijds behoorde tot de verplichte studentenlectuur en waarvan de (nota bene in alle stilte aan Rudolf Boehm en uiteindelijk aan Herbert Marcuse ontleende) grondstelling luidt dat het samengaan van Wetenschap, Techniek en Kapitalisme - aldaar het WTK-bestel genoemd - rampzalig zou zijn voor het milieu. Want ook hierover hoeven zij zich niet te verbazen, zij dienen immers te weten dat naast originaliteit ook flexibiliteit een vandaag hoog aangeschreven managementtool is.

(J.B., 25 september 2019)

Verwijzingen:

(*) https://www.demorgen.be/meningen/met-maarten-boudry-is-de-nieuwe-paus-van-het-ecomodernisme-opgestaan~be0d6eb1/

(**) http://www.ecomodernism.org/nederlands  

(***) De Druivelaar d.d. 23 september 2019.

              
                       

       


21-09-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de duivel (delen 1-5)

Over de duivel (delen 1-5)

 

           

 

                                    






Over de duivel (delen 1-5)


1. Gewenning

Dat wij niet langer werken op de manier waarop dat anderhalve eeuw geleden het geval was zoals beschreven door Stijn Streuvels en dat wij daardoor onze sterke ranke pezen en spoelvormige spieren zien atrofiëren tot vormeloze massa's van bleke cellulitis is één zaak. Een andere echter is dat de obese, welhaast bolvormige figuur met wegkwijnende ledematen en een hoofd gevuld met alleen nog de echo's van een ontelbaar aantal frustrerende reclameboodschappen, nog voor we er erg in hebben, de nieuwe norm wordt – het nieuwe normaal.

Uiteraard moeten wij niet terug naar het tijdperk van de jagers-verzamelaars met de daarbij horende honger en kou en de natuurlijke selectie die alleen de sterksten in het leven duldt terwijl zij de zwakkeren genadeloos ombrengt. Uiteraard is onze onderlinge samenwerking met de navenante verregaande specialisatie van elke burger intussen een maatschappelijke noodzaak voor de handhaving van onze vrijheid. Maar wat is die vrijheid nog waard als wij onszelf gevangen weten in de meelijwekkende immobiliteit van het immense vleesblok in hetwelke wij zodoende metamorfoseerden? Het is slechts de vrijheid om de immobiliserende gevangenis die ons lichaam geworden is, moeiteloos te transporteren over snelwegen, in liften, door de lucht en over zee terwijl wijzelf genadeloos gekluisterd blijven aan die kerker waarmee wij nu eenmaal samenvallen. Dit wrede noodlot is allerminst onafwendbaar maar andermaal: het inzicht in de nood aan afwending ontbreekt kennelijk want zonder dat wij er erg in hebben, dreigt dit de nieuwe norm te worden waarbij iedereen zich gedwee blijkt neer te leggen: het kolossale lijf als allernieuwste schoonheidsideaal en het nieuwsoortige leed dat ermee gepaard gaat als het normaal van de dag.

En wie denken dat het wel zo'n vaart niet zal lopen, dienen zich dringend te realiseren dat groepsaffiliatie als verborgen drijfveer ons, democraten, binnen de kortste keren blind zal maken voor het sublieme door dit algauw als een hersenschim te gaan bestempelen – zoals men dat gedaan heeft met het goede en met het ware: alles immers, zo beweert men nu liegend doch met het hoogste gezag, is relatief – het goede, het schone en het ware. Edoch, wie beweren dat het sublieme niet bestaat en wie zeggen dat het ware een illusie is, dienen zich rekenschap te geven van het feit dat ze met dit oordeel geen uitzondering kunnen maken op die eigenste bewering en aldus tart haar oneigenlijkheid voortaan elke twijfel.

Gewenning immers is een vervaarlijk sterk onderschat verschijnsel en men herinnere zich uit de handboeken elementaire waarnemingspsychologie hoe wij binnen de kortste keren wennen aan het beeld dat wij verkrijgen door het dragen van een bril die ons de wereld op zijn kop laat zien: na weinige uren blijken onze hersenen zich volkomen te hebben aangepast en zien wij warempel alles opnieuw rechtop staan; nemen we de bril weer af, dan duurt het nog een hele poos vooraleer het omgekeerde beeld dat we nu zónder bril verkrijgen weer netjes op zijn poten valt.

Wat het geval is met het gezichtszintuig, geldt uiteraard en met dezelfde kracht voor alle andere zintuigen en zo zijn wij gewoon geworden aan het helse lawaai van het dagelijkse (en voor wie slapen langs een stadsring ook het nachtelijke) verkeer; wij worden niet langer de stank gewaar van de lucht die wij niettemin met elke ademteug in onze longen, in ons bloed en in al onze organen naar binnen pompen; wij vinden de afschuwelijke smaken van de vele gifstoffen waarvoor onze tong en ons verhemelte ons initieel waarschuwden, 'normaal'. Waarmee gezegd is dat wij niet langer zien wat wij zien, horen wat wij horen, ruiken en smaken en voelen wat wij voelen: door de gewenning aan velerlei kwaad, verliezen onze zintuigen hun zin zelf en blijven wij geheel onbeschermd achter, ten prooi aan ontelbare kwalen en ziekten met steeds vaker een fatale afloop.

En de gewenning aan het kwaad geldt uiteraard niet alleen voor onze zintuigen: ook ons verstand deelt in de klappen en zo geraken wij gestaag gewoon aan de talloze leugens en aan de onzin waarmee bedriegers en bedrieglijke systemen ons in hun greep houden, manipuleren en gebruiken alsof wij louter instrumenten waren, alleen goed genoeg om opgebruikt te worden en vervolgens afgedankt en herleid tot as. Eeuwen lang, generatie na generatie, hebben mensen vormen van geloof beleden die regelrecht in strijd zijn met wat het simpele en nuchtere denken – het 'gezond verstand' – ons voorhoudt zonder complicaties maar wij ruilden ons natuurlijke inzicht telkens weer voor het dictaat van een of andere autoriteit die zichzelf uitgaf voor de vertegenwoordiging van het goddelijke op aarde. De informatie die onze eigenste gezonde zintuigen ons gaven, zetten wij prompt opzij om gehoor te geven aan de meest vergezochte fabels van lui welke ons imponeerden met schitterende kazuifels en hoge, blinkende mijters, gewapend met het machtsteken van een ivoren toverstaf en een quasi onbegrijpelijke Latijnse taal, ondoorgrondelijke theorieën en mysteries, dogma's, geheime rituelen en machtige taboes. De gewenning aan de bril die de wereld op zijn kop zet, speelt ons derhalve evenzeer inzake onze kennis parten. Maar dat is nog lang niet alles.

Naast de waarneming en de kennis heeft de mens van nature ook nog de beschikking over de faculteit van de wil, zoals men dat ooit noemde. En ook de wil blijkt aangetast door het beschreven kwaad en wel in die mate dat wij nog slechts geloven dat wij doen wat wij willen terwijl wij in feite handelen overeenkomstig een opgelegde wil waarvan ons niet alleen de oorsprong duister blijft maar tevens de bestemming. Want quasi elke burger handelt overeenkomstig wetten omwille van de verloning die zijn volgzaamheid hem schenkt ofwel vanuit de angst voor de dreiging uitgaande van elke vorm van rebellie daartegen en hoeveel arbeiders weten nog waartoe het werk dat zij verrichten dient? Een fabrikant van vijzen weet uiteraard wel dat hij vijzen maakt die passen in de moeren geleverd door een tweede fabrikant maar welke dingen daarmee aan elkander worden vastgemaakt weten geen van beide: wij zijn radertjes in een machine die niemand onder ons nog kan overzien en wij werken omdat wij instinctief in leven willen blijven terwijl het ons te langen leste eender is wat wij allemaal moeten doen. Dat heet dan plicht maar in tijden van verrechtsing, dictatuur en genocide horen wij de plichtethiek weergalmen in het historische Befehl ist Befehl waarmee de heiligheid van de autoriteit die volgzaamheid oplegt, bevestigd wordt en waarmee de waanzin dan apert vrij spel krijgt: wij zien niet langer wat wij zien, wij denken niet na met ons eigenste hoofd en de wil die ons doet handelen, is ons vreemd; wij weten niet langer wat wij doen omdat wij nog louter instrumenten zijn en als kers op de taart geloven wij bovendien dat het zo ook hoort te zijn.

De betekenis van de toestand waarin mensen op die wijze zijn verzeild, heeft sinds het begin der tijden een eigen naam: het is bezetenheid. Bezetenheid wil letterlijk zeggen dat men het bezit is – het bezit van een ander uiteraard. En waar volgens de evangelisten de Gezalfde via de bezetene naar de identiteit van die bezitter of bezetter vraagt, weerklinkt uit diens schuimbekkende mond prompt het antwoord: "Ik ben legioen", waarmee te kennen wordt gegeven dat de mens in kwestie wordt bezeten door een bende. Wij zien, denken, voelen, willen en handelen met andere woorden niet langer zelf maar enkel nog als handlangers van een bende die ons geheel beheerst zonder dat wij daar vat op hebben; wij gehoorzamen vanuit onze natuurlijke instincten aan autoriteiten die met honger dreigen, met kou en met nog heel wat andersoortig leed als wij dat weigerden te doen; wij zijn niet langer mens, een bende regisseert ons doen en laten.

Dat alles ware helemaal niet erg en zelfs plausibel indien de zogenaamde bende waarvan sprake gewoon de mensheid was: de maatschappij of het geheel van burgers die nu eenmaal samenwerken zoals ook muzikanten doen in een orkest om aldus schone dingen ten gehore te kunnen brengen aan een publiek van liefhebbers die hen dan danken met een luidruchtig en herhaald applaus. Edoch, van 't stuk dat in dit tranendal wordt opgevoerd bestaat helemaal geen partituur, het is immers geen compositie, er is geen componist, het stuk wordt door de niet-persoon gedirigeerd en is de niet-persoon dan niet een van de talloze benamingen voor de duivel? 

 

2. De tragedie

Het kwaad zit hem in het bijna ongemerkt wegglijden van het sublieme en in de navenante gewenning aan wat niet langer subliem is maar middelmatig of ronduit slecht. De verleiding tot het afglijden is die van het relativisme dat het bestaan van objectieve waarden loochent. Het ontbreken van een duidelijk criterium dat het ware van het valse onderscheidt – de werkelijkheid van de droom en de wil van de wens – vindt zijn oorsprong in de rampzalige cultuur van verdoving en verslaving omdat op de keper beschouwd uiteindelijk alleen de pijn in staat is om ons van het bestaan van objectieve waarden te overtuigen want wat echt is, biedt weerstand: het lijden vormt het fundament van de gewaarwording, van de kennis en van het bewustzijn.

De noeste arbeid tot welke wij, mensen, krachtens de goddelijke vloek, volgend op de zondeval, veroordeeld zijn, is de moeder van het leed dat op zijn beurt de verwekker is van het besef omdat pas datgene wat problematisch is, in het bewustzijn kan verschijnen. Ik word me pas bewust van het krijt waarmee ik schrijf op het ogenblik dat het breekt, zo zegt de Duitse wijsgeer Martin Heidegger. In wat andere bewoordingen kan men vaststellen dat zolang de dingen vanzelf gaan, zij ook geen aandacht vergen: zij vormen geen gevaar en het loont dan ook niet de moeite om er acht op te slaan. Pas de dreiging schrikt ons op, wekt ons uit de slaap en uit het onbewuste en noopt ons tot de inspanning van het nadenken dat altijd een gevecht is met de mogelijkheid van het verlies – van levenskracht of van het leven zelf.

Reeds de grote Afrikaanse filosoof Augustinus van Hippo (354-430) definieerde het kwaad als een tekort aan het goede en dat wil zeggen dat het goede niet vanzelf bestaat doch dat het moet verworven worden en in stand gehouden. Het aards paradijs waarin wij tezamen met alle andere wezens het wonderlijke leven delen, is er niet zomaar, het is daarentegen een uitzonderingstoestand welke bovendien in een bijzonder precair evenwicht balanceert boven de afgrond van het niets – zoals overigens het leven zelf. De aarde is een unieke planeet, de dampkring waarin het leven gedijt, voldoet aan onvoorstelbaar strenge eisen en het feit dat wij weten dat wij bestaan, danken we aan een fysiologische en een neuronale complexiteit die ons petje ver te boven gaat. De gedachte dat het leven een liefdevolle goddelijke schepping is, ontstaat spontaan uit het besef dat het oneindige uitspansel leeg is en verlaten, koud, eeuwig donker en een gruwel voor de denkers en de dichters uit alle tijden. De aarde is een uitzonderlijke plek middenin de hel van het heelal. Het sublieme is nu eenmaal uniek: we hebben slechts één aarde, alle andere plekken in het uitspansel zijn dor en duister; we hebben slechts één thuis, elders kunnen we niet blijven; wiskundige vraagstukken hebben slechts één correcte oplossing, het aantal foute antwoorden is legio – kortom: het ware is uniek omdat het net zoals het schone en het goede behoort tot het sublieme. En waar wij het sublieme verliezen, verliezen we de kern en mét de kern vergaat ook al het andere: onze thuis, onze diepste, eigenste gedachten, onze wil en onze wensen, onze persoon, ons eigen ik, onze leefwereld en het leven. Wat overschiet is chaos, het is een toestand tussen zijn en niet-zijn, een onbestaand bestaan tussen echt en onecht, tussen droom en wakkerheid, tussen gasvormig en vast – daar zijn alleen nog zogenaamde spoken ofwel schimmen.

Men waarschuwt ons dat wij erover moeten waken dat we het sublieme niet verliezen want met het sublieme verloren we alles, incluis onszelf. Tot de overgang van de waaktoestand naar de slaap worden wij verleid door zogenaamde duistere machten die in wezen onmachten zijn en die – althans volgens Augustinus – slechts bestaan uit een tekort aan macht. Macht ontleent zijn wezen aan inspanningen en uiteindelijk aan leed omdat geen inspanning geleverd wordt tenzij vanuit geduld. Geduld is per definitie een persoonsgebonden zaak maar personen dreigen te worden in slaap gewiegd of opgeslokt door de onpersoon van de veelvuldigheid die zich aan ons voordoet als een maatschappelijk weefsel en wie dat weefsel ter wille te zijn, worden erdoor gevoed, zij het enkel in de maag en vaak ten koste van het hoofd. Zij worden weldoorvoede burgers die hun mens-zijn hebben overleefd: zij zijn 'papieren zonder mensen' die, paradoxaal genoeg, de 'mensen zonder papieren' voor onbestaande dingen houden.

Maar een tragedie doet zich voor. Ons aards paradijs, onze dampkring, ons leven, ons bewustzijn: het bestaat allemaal slechts dankzij moeizaam volgehouden inspanningen, zoals ook onze tuin er alleen maar kan zijn door voortdurend onderhoud. En zoals een tuin zonder tuinman binnen de kortste keren verwildert, vergaat en geheel ontoegankelijk wordt, zo ook verdwijnt het leven zelf van zodra de toevoer van energie bij de gratie waarvan het gedijt, wordt afgesneden. Het is waar dat slechts één plek in het uitspansel onze thuis kan zijn en dat wij op geen andere plek kunnen blijven. Maar meer nog dan dat is het helaas ook waar dat ook onze thuis ons niet in eeuwigheid gegund wordt: Wir haben hier keine bleibende Stadt. Dit dramatische bijbelse vers, beroemd uit Ein Deutsches Requiem van Johannes Brahms, wordt door het daarop volgende vers als het ware getroost met een verzuchting die zich tracht te handhaven als een belofte: sondern die zukünftige suchen wir. (Hebreeën 13:14) Maar andermaal helaas blijft het bij de belofte die men aan zichzelf doet, precies zoals iemand die verdwaald is aan zichzelf belooft om door te blijven gaan totdat hij de goede weg zal teruggevonden hebben. Maar waar is de garantie? Ook de enige plek waar men tot rust kan komen en waar men kan blijven – onze thuis – is allerminst een vaste stek. En hetzelfde lot delen ons aards paradijs, ons eigen zelf en ons leven: vroeg of laat, laat het sublieme ons in de steek, wat wil zeggen dat wij uiteindelijk onszelf in de steek zullen moeten laten. En dat wrede lot, eindeloos bezongen in de meest verscheurende verzen, is het onze bij de gratie van de duivel. De duivel is nu eenmaal diegene die de schepping verwerpt. 

 

3. De wrange vruchten van de canon

Volgens de Heilige Schrift is de schepping er ter wille van de mens en derhalve betekent de verwerping van de schepping in de eerste plaats de verwerping van de mens: de mens is een doorn in het oog van Gods stadhouder omdat hij als zuivere geest in de mens een wezen moet dienen dat slechts voor de helft geest is en voor de andere helft stof en dat vloekt zijns inziens met de juiste hiërarchie. Lucifers opstand omwille van deze 'goddelijke vergissing' werd dichterlijk beschreven door de in 1587 in Keulen geboren, grootste Nederlandse dichter ooit, Joost van den Vondel, wiens Lucifer uit 1654 wellicht model stond voor het beroemde Paradise lost (uit 1563) van John Milton. Hoe dan ook heeft volgens het Bijbelboek Genesis de slang de mens ten val gebracht waardoor hij sterfelijk werd en zonder die daad had het Christendom helemaal niet bestaan aangezien Christus geboren werd om de gevallen mensheid te verlossen.

Lucifers vernietiging van de mens zal uiteraard gebeuren door het 'legioen' waaraan hij zegt gelijk te zijn en waartoe hij het mensdom poogt te reduceren, meer bepaald door onder het volk de kuddegeest te voeden: het door een leider makkelijk manipuleerbare gedrag dat in de hand gewerkt wordt door het opleggen van uniformiteit in kledij en in bewegingen alsook door het aan de mensen opdringen van gemeenschappelijke liederen, vlaggen, helden, geschiedenissen – kortom: de canon.

Zo stuurt men soldaten naar het front door hen onder grote psychologische druk te zetten want dat is groepsdruk ook. De moed wordt openbaar verheerlijkt en de lafheid openbaar bestraft zodat men geen andere keuze heeft dan voor de groep te sterven: ofwel doodt men wie niet behoren tot de eigen groep en vecht men aldus tot de dood om dan eervol te sterven, ofwel weigert men mensen te doden, men deserteert en men krijgt de kogel wegens plichtsverzuim. Op die manier kwamen alleen al in de twintigste eeuw naar schatting 180 à 220 miljoen mensen aan hun einde.

Het immorele en het rampzalige aan groepsvorming ligt niet in het feit van de eendracht en de samenwerking maar daarentegen in het gebrek daaraan, met name waar de universaliteit ontbreekt. Waar zich een niet-universele en dus gesloten groep vormt, onderscheiden zich de groepsleden bewust van alle anderen – de niet-leden – en zo ontstaan kampen en scandeert men alras "schild en vriend" teneinde te kunnen discrimineren en al wat vreemd is aan te vallen.

Groepsvorming gaat vooraf aan oorlog en oorlog is in wezen gericht op de reductie van het aantal groepen middels inlijving maar wel ten koste van de groepsleden zelf die tenslotte mensen zijn. Waar uiteindelijk één groot rijk tot stand komt keert zich dan die groep tegen de eigen leden omdat hij in oorsprong een dictatuur is en zo verdeelt zich paradoxaal genoeg de via oorlogvoering één gemaakte wereld in zoveel afzonderlijke groepen als er mensen zijn en dan rest nog slechts het devies van Jeder für sich und Gott gegen alle, wat een andere benaming is voor de wet van de jungle – de wetteloosheid.

           


4. De geboorte van de schimmen en de ontwaarding van de waarden

Vandaag, 24 augustus 2019, kost het goud 43.942,94 euro voor 1 kg, wat wil zeggen dat de huidige euro een waarde heeft van 0.02275678413 gram goud. Dat is een serieuze devaluatie vergeleken bij 4 mei van dit jaar toen de goudprijs nog op 36.600 euro stond en een euro dus nog 0,0273224 gram goud waard was. Wie in mei zijn bezit omgezet heeft in euro, is armer geworden en wie in goud investeerde, werd rijker. Nu zijn er talloze factoren welke invloed hebben op de waarde van een munt maar wil men de waarde van de euro doen dalen dan kan men dat zonder twijfel doen door bankbiljetten bij te drukken.

Het geldwezen is uiteraard een stuk ingewikkelder dan hier beschreven maar in grote trekken luidt de onderliggende wet die dit garandeert dat de waarde van de dingen stijgt naarmate ze schaarser zijn. Wat wil zeggen dat ontwaarding optreedt bij overvloed. 'Te' is nooit goed: het geheim van het sublieme is dat van het evenwicht of het juiste midden, zoals de Hellenen al wisten. Waarmee meteen gezegd is dat zowel het tekort als de overdaad kenmerken zijn van het kwaad.

Wat gratis is, heeft per definitie niet de minste marktwaarde en soms kost het zelfs geld omdat het afval is; wat daarentegen duur is, wordt op de markt begeerd en wordt daardoor ook schaars. Schone lucht om in te ademen, bomen in de tuin, drinkwater en zelfs mensen: van deze bijzonder waardevolle zaken die principieel gratis zijn, was er ooit een overvloed maar dat het tij nu keert, heeft alles te maken met het feit dat bijvoorbeeld peperdure kunstwerken en andere vergelijkbare, totaal waardeloze en vaak zeer schadelijke prullen een opmars kennen - een opmars te wijten aan het feit dat het überhaupt mogelijk is dat aan waardeloze en soms schadelijke dingen een zekere marktwaarde wordt toegekend, wat heel concreet betekent dat schimmen in het leven worden geroepen. Die schimmen zijn wat authentiek en waardevol is, gaan overheersen.

Zo kopen mensen onder de invloed van reclame pantalons met gaten omdat dit nu eenmaal de mode is van de dag, ook al strijdt dit met de essentie van kledij. Of zij investeren in een kunstwerk dat over zichzelf zegt geen kunstwerk te zijn maar dat de handtekening draagt van een erkende artiest. Uiteraard vergt het gesofisticeerde listen om waardeloze zaken begerenswaardig te maken maar dat die trucs niet zo onschuldig zijn, komt doordat zij altijd hand in hand gaan met de afbraak van het waardevolle. En de meest listige van alle schimmen is het geld.

           

       

 5. De duivel als de teruggekeerde Christus            

De grote Russische schrijver Fjodor Dostojevski laat de duivel in de geschiedenis naar binnen treden in De grootinquisiteur van Sevilla, een raamvertelling in zijn roman uit 1880 getiteld De gebroeders Karamazow.

Het gebeuren speelt zich af in de Zuid-Spaanse cultuurstad Sevilla, vijfhonderd jaar geleden, tijdens de inquisitie, toen de christenen het land heroverden op de Moren.

Er wordt verhaald hoe Christus teruggekeerd is op aarde, hij heeft een gestorven meisje tot leven gewekt. De grootinquisiteur, die de kerk vertegenwoordigt, is er getuige van, valt Jezus aan en blijkt een vertegenwoordiger van de duivel.

In feite verwijt in zijn persoon de kerk aan Gods zoon wat Vondels Lucifer de schepper zelf aanwreef in de opstand der engelen: God zou zich in de mens hebben vergist en hem te hoog hebben aangeslagen.

De duivel wil de mens zijn vrijheid weer ontnemen: terwijl Jezus weigerde om stenen in brood te veranderen, wil hij hem conditioneren met zijn honger; hij wil hem voeden in ruil voor zijn aanbidding.

Dit herinnert aan het Oudtestamentische boek Job waarin God de duivel toestaat om Job op de proef te stellen in de hoop aldus zijn vroomheid als een gevolg van conditionering en dus van onvrijheid te kunnen uitleggen, wat echter mislukt. Edoch, hier verjaagt de duivel Christus en tracht hij de mens te ketenen met de kerkelijke autoriteit die hem het heil belooft in ruil voor zijn onderwerping en dus voor de prijs van zijn vrijheid.

In feite bekleedt de duivel zich op een perverse manier met het offerschap van Christus zelf door te stellen dat hij, als kerk, zijn geluk - en dat van de clerus - opoffert aan dat van een aan hem gehoorzame en door hem bedrogen mensheid. Zo is de duivel in wezen de teruggekeerde Christus.

(Wordt vervolgd)

(J.B.)


           

   

07-08-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de duivel (delen 6-10)


Over de duivel (delen 1-5)

                    









Over de duivel (delen 6-10)


6. Het moederkoorn en de komedie

Moederkoorn is een schimmel die in het koren gaat woekeren bij vochtig weer; ze gaat in de korenaar zitten en neemt daar de plek in van een graantje. De schimmel probeert zich onzichtbaar te maken door de vorm aan te nemen van het gouden graantje maar hij wordt verraden door zijn zwarte kleur. Moederkoorn ontleent zijn naam aan het medicinaal gebruik ervan in het kraambed. De schimmel is zeer giftig en hallucinogeen en zorgde in de middeleeuwen voor epidemieën met vaak veel slachtoffers. Ook de beruchte historie van de heksen van Salem zou met moederkoorn te maken hebben.

Het moederkoorn is een parasiet: hij leeft op de kap van een gastheer maar hij doodt die niet omdat hij ervan afhankelijk is en zeer zeker is dat een eigenschap die ook aan de duivel kan toegeschreven worden: omdat de essentie van het kwaad ligt in een tekort aan het goede, kan het kwaad niet zonder het goede bestaan en is het sowieso ondenkbaar dat het kwaad het goede volledig ongedaan maakt. Diabolo betekent dwarsligger of tegenstrever en van tegenwerking kan geen sprake zijn zonder een of andere werking. Het kwaad is een tekort aan het goede en voor zover het op zichzelf bestaat, teert het op het goede en is het daarvan ook in zijn bestaan afhankelijk.

Zoals nu een parasiet zich kan verbergen in zijn gastheer door diens vorm of uiterlijk aan te nemen zodat hij aldus mogelijke tegenstanders kan verschalken, zo ook kan hij de werking van zijn gastheer nabootsen om anderen te laten geloven dat zij met de gastheer te maken hebben en niet met de parasiet. En stel nu eens dat zich in onze wereld een plaag manifesteert waarbij mensen met specifieke activiteiten of beroepen systematisch beheerst worden door parasieten die de schijn ophouden deze beroepen uit te oefenen terwijl de eigenlijke vaklui werden uitgeschakeld.

De dokter ziet er nog wel uit zoals voorheen, hij draagt een witte schort en om de nek een stethoscoop, ontvangt patiënten en schrijft pillen voor, maar zijn activiteit is slechts een nabootsing van het beroep van de echte geneesheer: deze parasiet-geneesheer immers geneest niet doch hij verrijkt alleen zichzelf terwijl zijn geneespraktijk slechts een vertoon is, een voorwendsel, een toneeltje.

De dokter, maar ook de garagist die aan uw wagen prutst en die u op kosten jaagt, alleen maar om er zelf beter van te worden. De leraar op school die doet alsof hij lesgeeft maar die niet langer eisen stelt aan zijn leerlingen omdat hij die beschouwt als zijn klanten die naar hij verhoopt, op de makkelijkst mogelijke manier een getuigschrift willen halen. De rechters die zich laten omkopen door misdadigers en die hun slachtoffers straffen. De politici die de staat verarmen door in haar naam nooit meer af te betalen leningen aangaan bij banken die de superrijken vertegenwoordigen. De producenten van allerlei goederen die kopers in de maling nemen met waren van verwerpelijke kwaliteit.

Ongetwijfeld wordt alras duidelijk dat deze helse toestanden reeds de regel zijn. Toegegeven, er wordt nog een klein beetje genezen door de dokters en er wordt nog een beetje les gegeven door de leraren, de waren hoeven nog niet onmiddellijk in de vuilnisbak te belanden, de blinde rechtspraak werkt nog min of meer en onze politici houden het land ternauwernood recht. Maar dat geschiedt alleen, zoals gezegd, omdat het kwaad parasiteert op het goede: de parasiet doodt zijn gastheer niet maar dan alleen uit eigenbelang.    

           

7. Het kwaad als enige werkelijkheid?

Het relativisme duwt het sublieme weg en men went aan wat slecht is; een cultuur van verslaving en verdoving maskeert het onderscheid tussen waar en vals, tussen wil en wens, terwijl alleen de pijn verwijst naar het sublieme. Het leven wordt gedragen door moeizaam volgehouden inspanningen maar het kwaad zit die inspanningen dwars: het is een tekort aan het goede maar ook het teveel is een tekort (aan de juiste maat). Bij ontsporing gaan schimmen de plaats innemen van het authentieke, het doel wordt verwisseld met het middel. Christus' plaats wordt ingenomen door de duivel en Dostojevski's grootinquisiteur die staat voor de kerk openbaart een geheim: "De Schepper heeft de mens overschat en daarom staan wij nu borg voor zijn heil in ruil voor zijn vrijheid, zoals de duivel het wil". De duivel parasiteert op zijn gastheer - Christus - maar hij doodt die niet omdat hij ervan afhankelijk is; hij verbergt zich achter zijn uiterlijk en zo holt het kwaad het leven uit.

De gedachte dat het kwaad ons verschalkt door zich met het goede te omkleden vindt men terug in de oudste sprookjes en legenden maar het verhaal laat steeds ruimte voor de hoop omdat uiteindelijk het kwaad niet zonder het goede kan bestaan. In De wolf en de zeven geitjes van de gebroeders Grimm doopt de wolf zijn zwarte poot in wit meel om de geitjes ertoe te bewegen de deur voor hem te openen en hij verslindt ze - op eentje na. Uit de geopende doos van Pandora ontsnappen alle kwalen - op één na. De gevallen mens wordt uit het paradijs verjaagd en verliest alle beloften - op één na.

Het sluwe geitje dat op haar beurt het kwaad heeft verschalkt, werd gespaard door het sprookje zelf en wel om het te kunnen navertellen. Eén kwaal bleef in de doos van Pandora zitten: is het de kwaal die alle andere kwalen zal treffen? En na de zondeval werd aan de mens een redder beloofd: hij werd gedood doch herrees zoals een vuurvogel uit zijn eigen as in de vorm van de kerk waarvan hij het hoofd is maar die teruggekeerde Christus blijkt de duivel zelf en zo geraken wij tenslotte elk spoor bijster.

Dit verliezen van elk spoor - de uiteindelijke absolute onwetendheid - blijkt ons gewisse lot dat even zeker is als de dood. Wie leven, bevinden zich op een trein en de sporen waar die over heen raast, liggen even vast als zijn bestemming die ook onze toekomst is. Wij geloven te bewegen doch wij worden slechts bewogen; wij geloven te spreken doch het is de taal zelf die doorheen onze monden spreekt; wij geloven in een eigen wil doch wij kunnen slechts willen wat ons ingeboren verlangen ons voorhoudt te doen. En als wij tegen die plicht 'zondigen', dan schuiven wij de schuld daarvoor in de schoenen van de duivel - diegene die verantwoordelijk wordt voor ons eigen kwaad, precies zoals Christus dat wilde zijn, die de schuld van alle mensen op zich nam en uitboette. En zijn Christus en de duivel dan inderdaad niet één en dezelfde? Zijn het goede en het kwaad dan niet de twee kanten van één munt? De dag en de nacht van de wereldbol? Het wel en het wee? Het genot en de pijn? Het sublieme dat verheft en datgene wat weer afvlakt? En is het goede dan niet slechts een illusie waarin het kwaad zich verbergt? Een mantel omheen een illuster spook?

           

8. De duivel genaamd Economie

"En niemand mag kopen of verkopen, dan wie dat merkteken heeft, of de naam van het beest, of het getal van zijn naam". (Openbaring 13:17).

In tegenstelling tot de godheid en de heiligen, verschijnen de duivels helemaal niet. De persoonlijke manifestatie van demonen in de menselijke wereld gebeurt uitsluitend op het ogenblik dat ze uitgedreven worden. Het kwaad blijft verborgen zolang men de andere kant op kijkt, pas het verzet tegen het kwaad dwingt het om aan het licht te komen en zo bijvoorbeeld kunnen verkrachters en andere criminelen hun gang blijven gaan zolang hun slachtoffers zwijgen; slachtoffers die de moed vinden om te spreken, jagen hun misdadigers tegen zich in het harnas en worden aldus dikwijls het zwijgen opgelegd.

Nu gebeuren duiveluitdrijvingen bij de vleet: in het katholicisme wordt het exorcisme uitgevoerd over elke dopeling en driewerf helaas voor wie hun geloof willen afzweren maar volgens de kerkelijke leer laat het doopsel een onuitwisbaar merkteken na in de ziel.

Bepaalde atheïsten verwijten aan de 'religies van het Boek' - het Jodendom, het Christendom en de Islam - dat zij al te antropocentrisch zijn want de ganse schepping draait daar uiteindelijk om de mens. Er valt inderdaad wat te zeggen voor een ethiek die de menselijke persoon centraal stelt want het gevaar dreigt dat men hem gaat zien als een dier zoals een ander, als een dienaar van de maatschappij of, erger nog, als een werktuig van de economie en dat ware een onvergeeflijke aberratie.

In het communisme wordt de staat aanzien als belangrijker dan de menselijke persoon en op dit punt vloekt deze ideologie met de christelijke leer. Christus vertelt dat de goede herder zijn kudde achterlaat om één schaap te gaan zoeken in het onherbergzame, zoals elke ouder zou doen omwille van zijn kind, maar een communist ziet er geen graten in om enkelingen op te offeren aan de staat.

En niet alleen in het communisme gebeurt dat want in feite zijn staten door de band geïnfecteerd met welbepaalde eenzijdige socialistische beginselen - zoals onder meer in het nationaalsocialisme ten tijde van het Derde Rijk - die zich met betrekking tot hun ethiek richten op wat zogeheten moraalfilosofen in elkaar hebben geflanst ter vervanging van de naastenliefde als maatschappelijk cement.

Met name het Britse utilitarisme van tweehonderd jaar geleden met aan het roer zeer welgestelde edellieden zoals Thomas Malthus (1766-1834), Jeremy Bentham (1748-1832) en John Stuart Mill (1806-1873) met hun al te simplistische en wereldvreemde leer dat men het grootste geluk moet nastreven (waarbij geluk wordt gelijkgesteld aan genot) voor het grootst mogelijk aantal mensen en dit eventueel ten koste van een minderheid aan slaven, frontsoldaten of andere mensenoffers, waarbij tevens gedacht kan worden aan de praktijken van abortus en euthanasie.

Deze verdedigers van het inhumane kapitalisme ten tijde van de Industriële Revolutie in Manchester en andere ellendige fabriekssteden krijgen overigens een rake veeg uit de pan van de sociaal geëngageerde Charles Dickens in zijn Hard Times uit 1854 maar ook reeds in A Christmas Carol uit 1843: daar weigert de misantrope vrek Ebenezer Scrooge aalmoezen aan de bedelaars met het argument dat ze maar beter verhongeren omdat ze aldus nog meehelpen in de strijd tegen de overbevolking, waarmee hij zinspeelt op Malthus' omstreden overbevolkingstheorie.

Het katholiek geïnspireerde westen veroordeelt het communisme met de mond maar past in de praktijk principes toe die op een nog veel rampzaliger manier afbreuk doen aan het principe dat de menselijke persoon tot einddoel maakt van het maatschappelijke streven. Immers, waar het socialisme individuen onderwerpt aan de staat, fnuikt het kapitalisme de menselijke persoon ten bate van godbetert de economie. In feite hoort de economie te functioneren in dienst van mens en samenleving als een louter instrument, overigens net zoals het ruilmiddel van het geld. Edoch, ook hier werden middel en doel onderling verwisseld en geldt dat wie geen nut hebben voor de economie, beschouwd mogen worden als maatschappelijk waardeloos.

Wie uit louter winstbejag drugs verkopen of plastics produceren die het milieu om zeep helpen, worden hoger aangeschreven dan wie zich zonder vergoeding inzetten voor de medemens omdat de grootte van iemands bezit het ultieme waardecriterium is geworden. Mensen worden vandaag getaxeerd op hun vermogen, ongeacht of het gaat om een consumptievermogen of om een potentiële vernietigingskracht. En in een kapitalistische economie die stoelt op concurrentie geeft de laatstgenoemde functie uiteraard de doorslag: waar het recht van de sterkste heerst, komen, zoals ooit de Chinese dictator Mao Zedong het verwoordde, de macht en het recht uit de loop van een geweer.

           

9. Het nieuwe Über-Ich

Opvoedelingen gehoorzamen hun ouders, de leraren en de autoriteiten en zij maken zich geleidelijk al de maatschappelijke (en eventueel ook de religieuze) wetten en regels eigen tegen de tijd dat zij volwassen zijn en op de eigen benen moeten kunnen staan. Dat proces van toe-eigening heet interiorisering: de van buitenaf opgelegde wet wordt een zaak die men zich ter harte neemt; de ouders en de opvoeders vallen niet weg maar zij transformeren zich in wat dieptepsychologen zoals Sigmund Freud (1856-1939) het Über-Ich hebben genoemd - het geweten dat gehoorzaamheid opeist, ook al gaat dat vaak in tegen de onmiddellijke individuele behoeftebevrediging en de persoonlijke belangen en ook tegen het platvloerse principe dat de maximalisatie van het genot beoogt vanuit de in feite volstrekt immorele gelijkstelling van genot aan geluk.

Maar honderd jaar later zijn de tijden behoorlijk veranderd. Onze westerse beschaving, rustend op de pijlers van de Grieks-Romeinse cultuur en het Christendom, bleef tweeduizend jaar lang als een onaantastbare reuzin overeind met Europa onder het patronaat van de moeder Gods zelf. Nu de intensifiëring van de communicatie van de wereld een dorp heeft gemaakt, kon de ontmoeting - vaak ook de botsing - van de vele wereldculturen niet langer uitblijven en heeft het navenante cultuurrelativisme een definitief einde gemaakt aan de zekerheden van weleer. De paus van Rome krijgt hier voor het eerst af te rekenen met meerdere concurrenten om u tegen te zeggen, waarvan het atheïsme niet de geringste is en in de onvermijdelijke aanvaringen die eruit volgen treden niet alleen de weldaden van de eigen cultuur in het voetlicht: zij confronteren ons ook met de arrogantie van het katholicisme dat eeuwenlang de luxe genoot van een onaantastbaar monopolie. De zopas verschenen turf van Frédéric Martel, getiteld: Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, laat er geen twijfel over bestaan dat die arrogantie heeft geleid tot een hypocrisie die zijn gelijke niet kent. Naar Christus' eigen woorden is zijn imperium niet van deze wereld en dient men, anders dan de rijke jongeling, zijn bezit uit te delen aan de armen teneinde in het spoor van de Godmens te kunnen treden maar het (in dank van dictator Mussolini ontvangen) wereldse imperium van de kerk blijft na eeuwen van kolonialisme en neokolonialisme de armen (die nota bene Christus zelf vertegenwoordigen op aarde) uitbuiten en misbruiken en ik citeer Martel over de Roma Termini, waar de prostitués hun klanten ontmoeten: "Mohammed is sex worker. Zelf zegt hij 'escort', dat klinkt beter. En nog opmerkelijker: deze moslim heeft voornamelijk priesters en prelaten als klant, uit de kerken van Rome en het Vaticaan. 'Ik ben een van de migranten voor wie paus Franciscus opkomt', zegt hij ironisch" (1) Immers, "De twee grote migrantenroutes (...) leiden allebei naar de Roma Termini. Voor veel migranten is het letterlijk een 'terminus'. Een eindpunt". (2) "De priesters houden de markt (van de mannelijke straatprostitutie) in stand, ook al wordt die in deze internettijd steeds anachronistischer. En vanwege de anonimiteit richten zij zich voornamelijk op migranten". (3)

In wat andere bewoordingen hebben de autoriteiten van weleer zichzelf aardig in diskrediet gebracht terwijl de duivel zelf van de menselijke nood aan gezag gretig gebruik maakt om de ontstane leemte op te vullen met voorbeelden die niet langer het goede voor de opvoedelingen voor ogen hebben doch het eigen gewin ten koste van het geluk van wie zij manipuleren. Want deze demonen die dankzij de nieuwste media de ooit aan god zelf toegeschreven alomtegenwoordigheid genieten, liegen voor, bedriegen, verleiden en palmen in; zij verslaven en verdoven, misleiden en misbruiken. Het Über-Ich van weleer ging op in rook en zijn zetel werd ingepalmd door onwezens die wel een uiterlijk hebben (zij zien er van buiten uit als personen) maar die een innerlijk missen en die met andere woorden volstrekt zielloos zijn.

Verwijzingen:

(1) Frédéric Martel, Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Van Halewyck 2019, pagina 157. (Oorspr.: Sodoma. Enquête au coeur du Vatican, Éditions Robert Laffont, Parijs 2019).

(2) Ibidem, pagina 161.

(3) Ibidem, pagina 165.


10. De koning van de wereld

Het Über-Ich of het geweten van weleer, gevormd op grond van de geïnterioriseerde wetten en regels van ouders, opvoeders en autoriteiten, heeft plaats geruimd voor motto's en deviezen van een heel andere makelij. Het begon in de golden sixties (maar in feite begon het ten tijde van de 'zondeval') met de rijmelarijen van rebellerende idolen en van alternatieve diëtisten, de wijsheid van sterrenwichelaars en handlezers en de raadgevingen van mode-barons - afkomstig uit sectoren die het bijzonder goed bleken te doen sinds de klassieke toonbeelden hun krediet verloren. Maar deze zijn nog relatief onschuldige 'Ersatz-modellen' vergeleken bij de sinds kort opgang makende, nieuwe demonen van extreem-rechts.

De cruciale wet bij het streven naar macht luidt sinds de oudste tijden zoals iedereen wel weet: "Verdeel en heers!" Wie de macht wil veroveren of bestendigen, moet de vijand verzwakken en doet dat het best door in diens kamp verdeeldheid te zaaien. Waar machtswellustelingen alom ter wereld voortdurend op aansturen, is uitgerekend het tot stand brengen van die verdeeldheid maar daarbij mag nooit uit het oog worden verloren dat er vaak nauwelijks goede en slechte machtswellustelingen te onderscheiden vallen: van zodra iemand naar macht streeft, zal hij zich op straffe van een gewisse mislukking bedienen van de wel beproefde machiavellistische principes waaronder het beginsel dat het doel de middelen heiligt, waarmee duidelijk wordt dat voor hem alle middelen goed zijn aangezien het hoogste goed bestaat in het behouden of verkrijgen van de macht. En het tegen elkaar opzetten van mensen blijkt, zoals iedereen kan getuigen, een gegarandeerd product van de tweestrijd tussen rivaliserende partijen - in extenso: tussen extreem links en extreem rechts.

Extreem links pleit voor een nieuwe orde die indruist tegen de bestaande en die via het (intolerant) opleggen van exuberante tolerantieprincipes de vroegere orde op haar kop zet. In de praktijk veroorzaakt dit een herverdeling van de koek, wat wil zeggen dat de bevoordeelde klasse van weleer voortaan het onderspit zal delven terwijl de tot dan toe verguisden hun plaats innemen, zoals dat bijvoorbeeld het geval was bij de bevrijding van Mandela in Zuid-Afrika. Maar het gevaar is allerminst denkbeeldig dat de balans dan zo ver doorslaat naar het andere uiterste dat op den duur het volk zelf gaat smeken om de vroegere toestand te herstellen, wat niet zelden resulteert in een ware dictatuur. En door de band genomen lopen de underdogs van links na de machtsgreep van rechts gewoon over naar de partij van de nieuwe winnaar en zij worden daar bovendien ontvangen met open armen omdat tenslotte iedereen daar beter van wordt: de overlopers uiteraard maar ook de nieuwe machthebbers die zodoende hun aanhang alleen maar zien toenemen. Zo blijven (op een handvol 'naïevelingen' na - zoals Machiavelli ze zou noemen) dezelfde mensen aan de macht. Het verschil met voorheen bestaat erin dat de machthebbers met succes hun greep op het volk hebben versterkt.

Macht wordt verworven door twist te zaaien en uitgerekend dat is het waartoe de duivel Christus poogt te verleiden nadat hij Hem heeft meegenomen op een hoge berg van waar hij Hem de wereld toont: het zaaien van twist is wat men moet verstaan onder het knielen voor en het aanbidden van de duivel (want 'duivel' betekent 'twistzaaier') in de volgende passage van het Mattheüs- evangelie:

"Wederom nam Hem de duivel mede op een zeer hogen berg, en toonde Hem al de koninkrijken der wereld, en hun heerlijkheid;

En zeide tot Hem: Al deze dingen zal ik U geven, indien Gij, nedervallende, mij zult aanbidden." (Mattheüs 4:8-9) (1)

Opmerkelijk hierbij is dat Christus de duivel niet tegenspreekt waar deze suggereert dat al de koninkrijken van de wereld hem toebehoren en zo weet de gelovige voor eens en voor altijd dat de wereld des duivels is, wat andermaal bevestigd wordt door de woorden van Jezus:

"Mijn koninkrijk is niet van deze wereld". (2)

(J.B., 136 augustus - 21 september 2019)

Verwijzingen:

(1) Mattheüs 4:8. Zie: https://www.statenvertaling.net/bijbel/matt/4.html 

(2) Johannes 18:36.









           


           

   

04-08-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over onze perverse economie (delen 1 t/m 7))

Over onze perverse economie            


Deel 1: Vernielen maakt rijk


Als wij de jongste nieuwsberichten mogen geloven, bestaat de grootste politieke dreiging van het ogenblik erin dat landen zoals Iran kernwapens gaan aanmaken waarmee zij het Westen kunnen bestoken. Een gegarandeerd efficiënte oplossing hier tegen ligt in het blokkeren van de inkomsten van dergelijke staten en wel door de consumptie van het exportproduct dat vrijwel hun enige bron van inkomsten uitmaakt, te halveren omdat zowat de helft van alle olie uit het Midden-Oosten afkomstig is1 en dit zou meteen een bijzonder milieuvriendelijke beslissing zijn: minder benzinemotoren en plastics. Edoch, deze oplossing is te simpel om ooit toegepast te worden want eenvoud wordt gelaakt, eenvoud is not done.


Enkele decennia geleden begonnen in de Verenigde Staten van Amerika de mensen sterk in volume toe te nemen; de mooie natuurlijke vormen van hun lichamen verdwenen door een overmaat aan vet, spierweefsel maar vooral heel veel water. Hetzelfde water waarin onze biefstukken en carbonnaden zwemmen als men ze in de pan gaat braden; het water dat de weefsels van de geconsumeerde dieren doet uitzetten onder invloed van aan hun voedsel toegevoegde hormonen. Het begon in de V.S. en het doet zich nu ook al geruime tijd voor op het Europese continent: mensen die gaan gelijken op de dieren die zij dagelijks verorberen omdat zij mét het vlees eveneens de hormonen tot zich nemen die de lichamen doen opzwellen. Slanke en mooie mensenlichamen worden ook in onze contreien een zeldzaamheid, zij vormen een uitzondering op de algemene regel van obesitas. Er is een oplossing voor dit niet onschuldige en bijzonder jammerlijke probleem: verbied hormonen in veevoeder of wordt vegetariër. Maar alweer is deze oplossing te simpel zodat niemand ze wil en er straks alleen nog dikke mensen zijn die zich nog met heel veel moeite kunnen verplaatsen, die in jeeps rijden of in halve vrachtwagens en wiens maaltijden vier keer meer calorieën bevatten dan deze van onze gezonde grootouders.


Geheel in dezelfde lijn zijn er een onnoemelijk aantal problemen – milieuproblemen, gezondheidsperikelen, economische en staatkundige noodtoestanden, ethische zaken en noem maar op, waarvoor elk weldenkend mens in staat is om onmiddellijk een oplossing te bedenken. Verslaving aan tabak is onbestaande als de teelt ervan verboden wordt of als niemand meer die allereerste sigaret rookt en hetzelfde geldt voor alle andere verslavingen. De vergiftiging van het milieu met plastics, kernafval en chemische vergiften stopt als ook de productie ervan stopt. De meeste gezondheidsproblemen worden veroorzaakt door onvoldoende beweging en worden voorkomen door een minimum aan sport. De afvalberg kan worden beperkt als de overproductie stopt welke makkelijk kan worden teruggedrongen met duurzame producten en met het bekampen van de consumptiedrang. En de werkloosheid kan worden bestreden door de herverdeling van het beschikbare werk onder alle burgers.


Geheel in tegenspraak met wat de intuïtie doet vermoeden, blijkt zelfs voor grote problemen de oplossing telkens voor de hand te liggen. Helaas is zij al te eenvoudig om ernstig genomen te worden zodat alles altijd bij het oude blijft en de ellende alleen maar kan toenemen. Terecht rijst dan de vraag wat in Gods naam maakt dat wij het simpele reeds bij voorbaat de rug toekeren, zelfs als het gaat om zaken van levensbelang. Waar vandaan ons misprijzen voor de eenvoud? Vanwaar de eis van complexiteit, omleidingen en poespas?


Intussen decennia geleden werd een auto uitgevonden die rijdt op water. Vandaag worden fietsen ontworpen waarmee men zich snel en efficiënt verplaatst in het drukke stadsverkeer en waarmee men ontsnapt aan de files die dagelijks steeds meer minuten of zelfs uren van onze tijd oppeuzelen. Er zijn drones die postbedeling mogelijk maken en het systeem van magazijnen waar iedereen met de auto heen moet om er zijn voorraden op te slaan is dringend aan herziening toe. Zijn de oplossingen echt te simpel? De waarheid is dat in België in 2018 de inkomsten van accijnzen op auto's de kaap van twintig miljard euro overschrijden: auto's zijn moordtuigen maar zij brengen geld in het laatje. Geld staat de eenvoud in de weg.


Intussen vierentwintig jaar geleden kweet veearts-keurder Karel Van Noppen zich van zijn taak inzake de bestrijding van de hormonenhandel, oorzaak van talloze gezondheidsproblemen waaronder obesitas. De moedige man werd koelbloedig vermoord en kreeg tot op vandaag nog van niemand navolging. Er waren vier veroordeelden maar op de opdrachtgever na zijn ze inmiddels allemaal allang op vrije voet.2 Nog steeds staan de runderen opgeblazen in de wei en hetzelfde lot delen alle rundereneters. Geld!


Nog niet zo heel lang geleden verkeerden de arbeiders in euforie vanwege het perspectief op veel vrije tijd dankzij de machines die in navolging van ezels en paarden voortaan al het werk zouden doen. En waar alsnog een overschot aan werkkrachten heerste, drong de simpele oplossing van de werkherverdeling zich spontaan aan ons op. Helaas al te simpel want men verkoos het om van hen die er al een leven lang vol dwangarbeid hadden opzitten, nog een stuk van het pensioen af te pakken. De eigenlijke reden? De pensioenkas is leeg, de verantwoordelijke ministers hebben de inhoud ervan vergokt. Geld!


Het is een raadsel maar oude gebruiksvoorwerpen verslijten nauwelijks terwijl nieuw alaam om de haverklap dient te worden vervangen; het is perfect mogelijk om duurzame spullen te fabriceren maar exact het tegengestelde gebeurt: sleet wordt opzettelijk in alle instrumenten ingebouwd en zo verworden zij tot wegwerpproducten. Alles moet zo snel mogelijk verslijten en de reden daarvoor is andermaal geld!


Blijkbaar staat geld de eenvoud in de weg, kennelijk maakt geld alles moeilijk en kijk: verschuilt zich in deze vreemde realiteit geen enorme contradictie? Immers, eenvoud betekent per definitie gemak, besparing en forse winst terwijl uitgerekend het geld de eenvoud tegenwerkt! Onze economie draait evenredig met de afname van de kwaliteit van de geproduceerde waren en dat wil zeggen dat vandaag niet de opbouw van de wereld rijk maakt doch de vernietiging ervan! Onze economie is met andere woorden een oorlogseconomie: zij dankt haar groei aan haar vermogen om te vernielen, te misleiden en te bedriegen. En als men zegt dat de economie moet groeien, dan is dit bevel in wezen een oorlogsverklaring.3


Deel 2: Het afval van de rijken als beleg op het brood voor de armen


In de jongste maanden leest men steeds vaker dat derde wereldlanden plastic afval, schroot van afgedankte computers en ander vuil dat niet kan vergaan, wensen terug te sturen naar de plek van herkomst4 – iets wat men hier trouwens ook doet met afgedankte mensen op de vlucht. Rijke landen geloven immers dat zij het recht hebben om de armen in ruil voor geld met hun vuilnis op te zadelen: zij zullen ons afval niet weigeren want zij hebben het geld dat zij ervoor krijgen broodnodig, zo redeneren zij – overigens geheel in de lijn met wat destijds een Vlaamse professor ethiek zegde over de te steriliseren vrouwen uit de Haïtiaanse sloppenwijken na de aardverschuiving aldaar: als wij hen in ruil voor sterilisatie vijftig dollar schenken, zullen zij niet neen zeggen want zij hebben het geld hard nodig.


Edoch, vandaag beantwoorden de slachtoffers deze volstrekt immorele brutaliteit met het terugsturen van het afval naar de plaats van herkomst. Zoals ook de oorlogsvluchtelingen aan wie alle hulp geweigerd wordt, spontaan terugkeren naar de plaats van herkomst. In de beide gevallen verkiest men een gewisse dood (hetzij door honger, hetzij door geweld) boven de bedelaarsstaf die immers een onrecht bestendigt waarbij op de koop toe de uitbuiters geëerd worden als milde schenkers. De achterliggende gedachte welke de confronterende reactie uitlokt, luidt dat rechten geen koopwaar kunnen zijn, dat aan zekere principes niet getornd mag worden en dat men geen handel kan noemen wat in feite chantage is omdat wie in armoede verkeren, de keuzevrijheid missen die gezond handel drijven kenmerkt.


Meteen spelt de derde wereld aldus de les aan wie zichzelf tot het beschaafde deel der mensheid rekenden. Uiteraard komen dan in eenzelfde beweging en onafwendbaar die vele andere vormen van hetzelfde onrecht naar de oppervlakte: de juridische wanpraktijken waarbij het afkopen van schuld wordt toegestaan "omdat de staat nu eenmaal krap bij kas zit" en het aborteren of het euthanaseren van medemensen die aan 'ons' (!) alleen maar geld gaan kosten. Dit geheel overeenkomstig de achterliggende wet "voor wat hoort wat" – het principe van de wraak, de grondslag van onze economie.5


Deel 3: Onze afgod, de hel


We want more: deze drie woorden drukken op een ongeëvenaarde wijze het wezen uit van onze huidige economie die immers leeft bij de gratie van een ongeremde en immer toenemende groei – een groei die nog het best kan worden omschreven als een woeker of een kanker. Het maximaliseren van de verbruikssnelheid is dan ook haar ultieme devies. En de omschrijving van onze economie als een noodzakelijke kanker is heel letterlijk te nemen aangezien alle economen het erover eens zijn dat het inderdaad een vaststaand feit is dat het einde van de groei van onze huidige economie, tegelijk haar eigen einde inluidt.


Edoch, de fatale uitputtelijkheid van alle dingen garandeert dat onze economie ten dode opgeschreven is: in tegenstelling tot wat onze economie eist, is de voorraad aan grondstoffen eindig en ook onze afvalberg kan niet blijven groeien. We want more betekent vrij vertaald: nooit genoeg en het gaat hier om verteer. Maar verteer, verbruik en consumptie zijn synoniemen voor een welbepaalde vorm van vernietiging. Het gaat hier meer bepaald om het verbruiken of het verslinden van prooien welke gevangen worden op jacht in de hedendaagse jungle die wordt vertegenwoordigd door wat men de markt noemt.


Evenals de economie zelf, zijn de jagers onverzadigbaar. En onverzadigbaarheid is het hoofdkenmerk van een zucht of een verslaving. Omdat zij gericht is op alleen maar groei, leeft onze huidige economie aldus bij de gratie van verslaafden.


De economie is een dwingeland die de jagers onverzadigbaar – begerig – maakt teneinde de jacht almaar te kunnen opdrijven. In het geheel is dan de jacht een constante, precies zoals het vuur een constante is middenin steeds weer nieuwe dingen die dat vuur voeden om erdoor verteerd te worden. En zoals het product van een brand bestaat uit niets dan as omdat vuur nu eenmaal elke grote verscheidenheid of rijkdom aan dingen herleidt tot die ene stof die van ongeacht welke andere het eindproduct is, zo ook herschept de hel van onze economie onze kleurrijke wereld met al zijn variëteit tot één zwart en uniform product dat – zeer in tegenstelling tot de economie zelf – stand zal houden tot het einde der tijden.


In de bijbel leest men op meer dan één plaats dat God een verterend vuur is.6 Alvast geldt dit voor de mammon.7


Deel 4: massaproductie en kuddegeest


Het kwaad is altijd een geweld, het verschuilt zich achter natuurkrachten, epidemieën, kankers, modes en andere collectieve dwangneurosen die verband houden met kuddegeest en kermissen en daarom antwoordt de duivel op de vraag: "Wat is je naam?", met de woorden: "Legioen is mijn naam want wij zijn met velen".8


De stem van God of het persoonlijke geweten kan worden gedempt en zelfs tijdelijk worden verstomd middels de tactiek van de gedeelde verantwoordelijkheid waarbij de enkeling zich schuil houdt in de anonimiteit van de groep. In een maatschappij met democratische funderingen waarin de verbanning sinds oudsher de meest gevreesde sanctie is, gelooft men al te makkelijk dat het goede moeiteloos geïdentificeerd kan worden met wat iedereen doet, waarbij het achterliggende argument luidt dat die straf van de verbanning bezwaarlijk een meerderheid te beurt kan vallen maar aldus spant men uiteraard de wagen voor het paard.


Wat enkelingen doen of denken wordt dan a priori veroordeeld en dikwijls wordt aldus met deze enkelingen de waarheid – God – buiten de gemeenschap gesloten. Socrates, Giordano Bruno en vele anderen hadden het bij het rechte eind maar dat rechte eind blijkt jammer genoeg maar al te vaak ook het kortste. De grote Roemeens-Amerikaanse filosoof Costica Bradatan schreef over deze problematiek een werk getiteld Dying for Ideas. The dangerous lives of the philosophers.9


Demonie en kuddegeest zijn daarom welhaast synoniemen en de geschiedenis biedt talloze voorbeelden van deze onthutsende realiteit. De massahysterie die aan dictators zoals Hitler, Mussolini, Stalin en Mao hun onaantastbaarheid gaf, het gebrul van de menigte – "Barabbas vrij! Kruisig Hem!" – bij de terechtstelling van Jezus van Nazareth en alle mogelijke vormen van idolatrie etaleren gedragingen die niet aan personen toebehoren maar aan een massa waarbij die massa optreedt als een (gevaarlijk) superwezen – of beter: als een onwezen – dat zich alleen maar van mensen bedient.


Zich bedienen van mensen is ook wat bewegingen doen welke te maken hebben met modes, ideologieën, sekten en religies, extremistische politieke strekkingen en bepaalde kunstuitingen. Maar in de wereld van vandaag is het bovenal de mammon – het geldwezen in al zijn vormen – dat zich van mensenmassa's bedient, dat mensen onderwerpt, instrumentaliseert, manipuleert, uitbuit, gebruikt, misbruikt, leegzuigt. Aan het consumptisme van de massa, het massale koopgedrag, de slavernij van de arbeid in functie van de aanschaf van obligate spullen wordt tegemoetgekomen door de massaproductie: een en hetzelfde hebbeding verspreidt zich massaal onder de menigte alsof het zich tot die menigte zelf vermenigvuldigde, wat resulteert in een uniformiteit die de uniciteit aan alle in beslag genomen personen ontneemt en zo worden zij herleid tot allemaal dezelfde cellen van een weefsel dat geld voortbrengt, macht en aanzien voor hun bezetter of parasiet.


In een economie die middels massaproductie, reclame en koopdwang de transformatie van mensen tot winstgevend vee bewerkstelligt, verdwijnt de mens zonder meer omdat hij aan die economie onderworpen wordt. Zijn economie is dan niet langer een werktuig in zijn handen maar andersom werd hij zelf gedegradeerd tot een werktuig van de economie. De economie – aanvankelijk een middel van de mens – werd verheven tot doel en het aanvankelijke doel – de mens – werd gedegradeerd tot middel van de economie. Deze middel-doelomkering weerkaatst aan de buitenkant de middel-doelomkering die ook plaatsheeft binnen de economie en waarbij het ruilmiddel de plek inneemt van de authentieke waren die zelf tot middelen zijn verworden.


In die ziekelijke constellatie wordt de mens zelf een massaproduct en derhalve verliest hij op een noodlottige manier zijn menselijke waarde: een mensenleven is daar niet langer intrinsiek waardevol doch nog slechts gelijk aan zijn economische waarde of zijn prijs welke ook negatief kan zijn, namelijk daar waar men niet langer een bron van opbrengst kan zijn voor zijn bezetter. Zieken, ouderlingen maar ook ongewenste kinderen op komst, asielzoekers en oorlogsvluchtelingen dienen verantwoording af te leggen aan politici die hun bestaan aan een kosten-batenanalyse onderwerpen, alsof deze overheersers daar ook het recht toe hadden. Deze roofdieren willen immers de mensen inprenten dat zij hun leven te danken hebben aan hun marktwaarde, welke een eigenschap is van een burgerschap dat in de waan verkeert de bron te zijn van de menselijkheid.10


Deel 5: Onze economie als golem


Het werktuig heeft zijn gebruiker overmeesterd en zo trad in de werkelijkheid een mythe naar binnen die in vele culturen doorheen alle tijden de gemoederen heeft beroerd: de mythe van de golem die in wezen een variatie is op de Oedipusmythe: de vadermoord, waarbij de zoon de plaats inneemt van de vader, verwant aan de mythe van de ongehoorzaamheid aan het gezag, de mythe van de zondeval en van de erfzonde met in haar nasleep de angst voor de eeuwige verdoemenis in de hel of de verwachting van een Verlosser en ziedaar de oorsprong van de Religies van het Boek.11


De huidige westerse economie echter verkeert in dit opzicht nog altijd in de primitieve fase van de zondeval maar het is dit keer niet de mens die god naar de kroon steekt: het zijn de menselijke scheppingen – zijn werktuigen – die hem belagen en onderwerpen.


De Joodse legende van de golem gaat over een lemen man tot leven gewekt door een geleerde. De bekendste versie van het verhaal is deze waarin rabbi Löw uit de zestiende eeuw de golem schept om de mens te dienen door zijn hard labeur over te nemen; hij wordt geprogrammeerd met een stukje perkament onder zijn tong waarop zijn opdrachten staan. Men ziet in hem een voorafspiegeling van de machines die het industriële tijdperk inluidden of het computertijdperk. De golem wil echter worden zoals de mens maar hij raakt gefrustreerd omdat hij er niet in slaagt menselijke emoties te hebben. De mensen gaan de golem vrezen en ze wilden hem vangen – tevergeefs.


Op een gelijkaardige manier heeft onze ganse economie de benen genomen en zij loopt haar opdrachtgever onder de voet. De beurscrashes zijn slechts één van haar hallucinante strubbelingen. De jaloezie van de economie die er niet in slaagt om het menselijk leven te evenaren verraadt zich in de noeste pogingen van het geld om de plaats in te nemen van de authentieke waren in de middel-doelomkering. De banken willen zich presenteren als vruchtbare akkers waarop kapitaal zich zou vermenigvuldigen maar die waanzin wreekt zich en zo is het geldwezen gedoemd om in te storten. Een citaat uit het boek Van ruilmiddel tot god:


    "(...) De vermeende vruchtbaarheid die aan het geld wordt toegedicht, is feitelijk even bedrieglijk als het wezen zelf van het geld, dat enkel bestaat op grond van afspraken... die alleen maar nageleefd worden uit dwang en die overtreden zúllen worden van zodra die dwang om de een of andere reden wegvalt. Het beleggen van geld bij een bank wordt vergeleken met het zaaien van graan op een akker, maar die voorstelling is hoogst verfoeilijk en leugenachtig: geld vermenigvuldigt zichzelf niet, het leeft immers niet, en banken zijn geen vruchtbare akkers. Akkers schenken hun rijke bodem aan het graan en laten het op die manier ook groeien, maar munten zijn geen graantjes en banken geven niet omdat ze alleen maar worden opgericht omwille van zichzelf: niet om te geven maar om te ontnemen. De gehele voorstelling van het bankwezen, de kredietinstellingen, de beleggingsmogelijkheden en alles wat daarmee te maken heeft, is een fantoom dat zich bedient van de vormen van het levende, maar dat in wezen nog doder is dan het stof en de stenen. En het bankwezen is niet zomaar doods: het zuigt bovendien het leven uit zijn misleide klanten weg, die zich immers ten dienste stellen van wat een middel hoort te zijn. (...)"   12


Deel 6: Kwantiteit ten koste van vooruitgang


Het komt geregeld aan bod met betrekking tot het onderwijs: als iederéén moet kunnen volgen in de klas, zakt het niveau naar dat van de zwakste leerling. Aan de oorsprong van de tendens om aan iedereen kennis te willen opdringen, ligt inderdaad een onvergeeflijke denkfout. Het is waar dat een ketting slechts zo sterk is als haar zwakste schakel maar geloven dat deze waarheid van toepassing kon zijn op de intellectuele capaciteit van een samenleving is een blunder vanjewelste. De vooruitgang immers wordt gemaakt door de sterkste schakel, met name de uitvinder en de aanwezigheid van zelfs een niet te tellen aantal analfabeten kan aan zijn maatschappelijke bijdrage en derhalve aan de vooruitgang helemaal niets afdoen.


De absurditeit van de genoemde vermeend democratische aanpak blijkt waar bijvoorbeeld weinige jaren geleden de staat zich ertoe heeft laten verleiden om een bijzonder project te financieren (ter waarde van een paar honderdduizend euro) voor een filosofieprofessor – een project dat het beoogde om de evolutietheorie ingang te doen vinden bij de bredere lagen van de bevolking.13 De zaak is complexer maar zoals iedereen weet zijn er inzake de meningen over het ontstaan van de mens in hoofdzaak twee ideologische kampen onder de geleerden: het kamp van wie geloven in de goddelijke schepping en dat van wie geloven in een natuurlijke evolutie zonder god. De professor in kwestie is darwinist en beweert dat de evolutietheorie een wetenschappelijk bewezen zaak is. Een (kleine) meerderheid onder de geleerden deelt die mening maar deze geleerde acht het ook nodig dat de staat hem een flinke som geld uitkeert om aan iedereen dit wetenschappelijke bewijs kenbaar te maken en om dit waar nodig ook uit te leggen in een versie aangepast aan het niveau van de 'bredere bevolkingslagen' want kennelijk is het daar dat zich zijns inziens de aanhangers van de scheppingsleer situeren – zij die zich zijns inziens vergissen. Daar de professor in kwestie een fervent aanhanger is van het sciëntisme, zou men van hem mogen verwachten dat hij inziet dat wetenschappelijke waarheden stoelen op bewijzen met een quasi wiskundig karakter en dat het feit of de grote massa mensen die van wiskunde en wetenschap geen kaas gegeten hebben er al dan niet geloof aan hechten, aan de geloofwaardigheid van die bewijzen helemaal niets kan afdoen. Niemand zal het toch in zijn hoofd halen om de stelling van Pythagoras te gaan promoten!?


Het tegendeel is waar en de professor hengelt naar aanhangers, precies zoals in een democratie de politici dat doen. Het professoraat is inderdaad een politieke benoeming maar is nu ook de wetenschap gedegradeerd tot het niveau van de politiek?


Wat betreft de economie gaat het er uiteraard eender aan toe en dwarsboomt de aandacht voor de kwantiteit de vooruitgang. Een apert voorbeeld van achteruitgang toont zich in het verdwijnen van de televisieantennes op de daken van de huizen: de draadloze ontvangst is nu vervangen door kabeltelevisie om het zwartkijken tegen te gaan en zo blijkt men bereid om een stap achteruit te zetten wanneer die stap meer zaad in het bakje brengt. Een tweede voorbeeld is de achteruitgang in ons onderwijs ingevolge het cliëntelisme: de directies manen hun pedagogisch personeel aan om in het eigen belang geen studie-eisen meer te stellen aan de leerlingen omdat zij sowieso kiezen voor scholen die het behalen van het getuigschrift garanderen. Maar het meest frappante voorbeeld van het feit dat het winstbejag de vooruitgang in de weg staat is wel dat van de ingebouwde slijtage in de producten die aldus wegwerpproducten worden: zij lijken goedkoop maar dienen om de haverklap vervangen te worden en blijken uiteindelijk peperduur. Vervolgens produceren deze wegwerpproducten een gigantische afvalberg waarbij het afval in kwestie voor het overgrote deel bestaat uit niet afbreekbare kunststoffen met bovendien een nefaste invloed op het milieu en op onze levenskwaliteit want wij eten wekelijks niet minder dan vijf gram plastics terwijl de navenante gezondheidsrisico's daarvan alsnog onbekend zijn.


Deel 7: een economie van de afgoderij


Terwijl de intrinsieke waarde van de mens en van de waren in de schaduw komt te staan van hun marktwaarde en terwijl het geld, dat aanvankelijk slechts een ruilmiddel is, als waardevol op zichzelf wordt nagejaagd, is onze economie als zodanig om nog een heel andere reden een gedrocht.


In feite zou de economie een extrapolatie moeten zijn van het allerbeste van de natuurlijke huishouding naar het domein van het maatschappelijke. Geheel in tegenstelling tot de vaak gehoorde spreuk dat in de natuur het recht van de sterkste geldt zonder meer, kan iedereen observeren hoe in de natuurlijke huishouding dikwijls een heel andere wet geldt, namelijk de regel dat de ouders – de sterkeren – zorgen voor hun jongen – de zwakkeren. Zelfs bij primitieve dieren zoals vogels staat de ganse economie – het bouwen van een nest, het broeden op de eieren en het hele proces van het voederen – in functie van de jongen en dat gaat door totdat zij de zelfstandigheid bereikt hebben. Ofschoon dit gedrag al te makkelijk wordt afgedaan als instinctief en in functie van het soortbehoud, blijft die natuurlijke economie ontegenzeggelijk een economie van de zorg: de sterken verzorgen de zwakken in die zin dat zij hen sterk maken totdat zij tenslotte zichzelf overbodig hebben gemaakt. En daar waar alsnog geweld gebruikt wordt en gemoord wordt, gebeurt zulks vrijwel uitsluitend uit een noodzaak gedicteerd door de wet van het zelfbehoud. In menselijke samenlevingen daarentegen wordt op dieren gejaagd voor de sport en wordt slachtvee gekweekt terwijl daartoe voor de mens niet alleen de noodzaak ontbreekt maar tevens de wenselijkheid: de vleesconsumptie is ongezond, milieubelastend, perfect vervangbaar en derhalve ook economisch niet te verantwoorden.


Een onderdeel van de menselijke economie wordt vooralsnog gekenmerkt door het patroon van de zorg voor de zwakkeren. Maar bij de meeste dieren en jammer genoeg ook in bepaalde menselijke samenlevingsvormen waaronder de kapitalistische geldt tevens dat alles wat zich buiten de gezinssfeer situeert, daar vreemd aan is: de macro-economie is er dan voor de sterken en ten koste van de zwakken; de sterken maken zichzelf niet overbodig, zeer integendeel stellen zij alles in het werk om zichzelf onmisbaar te maken. En in feite is de menselijke economie vanaf het punt waar zij het dierlijke kon overstijgen terwijl zij dat nalaat te doen, wreedaardig zonder meer.


In onze economie wordt de medemens dikwijls niet langer als soortgenoot beschouwd maar overwegend als concurrent of als vijand; hij neemt de plaats in die in de dierenwereld aan de natuur toekomt en derhalve moet hij overwonnen worden, gemanipuleerd en tot knecht herleid.


In de huidige economische constellatie is zulks mogelijk middels de manipulatie van de ander als anonieme massa in het spel van handel drijven en nog meer in dat van het beleggen – de woeker. Het onethische daarvan is apert: wie beschikken over veel rechten (geld) hoeven er niet nog meer te krijgen door die kapitalen te gaan beleggen, vooral ook omdat rijken dan nog rijker worden zonder daarvoor nog arbeid te moeten leveren en dat gebeurt uiteraard op de kap van wie niet beschikken over kapitaal. Maar het euvel lijkt wel tijdloos en zit al zo diep verankerd in de sociale ethiek dat het nog wordt toegejuicht, zelfs in de christelijke ethiek. Men spreekt over het Mattheüseffect – "Want wie heeft, dien zal gegeven worden, en hij zal overvloediglijk hebben; maar wie niet heeft, van dien zal genomen worden, ook dat hij heeft." (Mattheus 13:12)14 – en in de parabel van de talenten (het geld) geldt het goddelijke devies dat men met zijn geld moet woekeren: het woekeren met zijn talenten (het beleggen van zijn geld) wordt als een vanzelfsprekende vooronderstelling beschouwd in de vergelijking van de talenten met de geestelijke vermogens.


Zo ook zou de oorsprong van het kapitalisme christelijk van aard zijn en meer bepaald toe te schrijven aan de combinatie van de arbeidsplicht met de lustangst: wie hard werken, verdienen veel geld en weigert men bovendien om van het leven te genieten, dan wordt men rijk: een grote som geld – een kapitaal – is het gewisse resultaat van een devote (protestants) christelijke ethiek. Max Weber15 publiceerde hierover in 1905: Die protestantische Ethik und der Geist des Kapitalismus.16 Industrialisering en rationalisering 'onttoveren' de wereld, er volgt een ontmenselijking, de massa verdringt de mens.


Maar in feite is niet het christendom de schuldige bij het ontstaan van het kapitalisme – het christendom immers predikt de armoede. De boosdoener is de moraal tot welke het christendom verdraaid werd door een politiek die met de macht van de religie haar profijt wilde doen. Meer nog dan het protestantisme ligt het jodendom aan de basis van onze economie en wel door het wraakprincipe – "Een oog voor een oog, een tand voor een tand" – dat door de christelijke genade – het "geven om niet" – radicaal wordt tegengesproken. Uitgerekend deze joodse principes waartegen Christus in opstand kwam, werden door de eeuwen heen op handen gedragen door de katholieke kerk – men herinnere zich de gepersonaliseerde economie van schuld en boete zoals bijvoorbeeld in de praktijk van de aflaten: elkeen is verantwoordelijk voor zijn eigen heil. Op de keper beschouwd is het jodendom op dat punt nog christelijker dan het katholicisme omdat de joden hun zonden in groep belijden. Hoe dan ook accordeert de katholieke grondstelling dat men zijn hemel moet verdienen met het basisprincipe van de kapitalistische economie en op die manier weerspiegelt de aardse sfeer met de rijken en de armen, de hemelse sfeer met de goeden en de bozen en vloekt zij grondig met de leer van Christus zelf. Maar heeft Dostojevski ons in zijn 'parabel van de grootinquisiteur' met betrekking tot die zaken niet diets gemaakt dat de kerk aan de kant van de duivel staat?17


J.B.



Verwijzingen:


1 In 2011 waren 753 van de 1471 miljard vaten ruwe aardolie afkomstig uit het Midden-Oosten. Zie: https://nl.wikipedia.org/wiki/Aardolie#Wereldvoorraden  



3 Tekst d.d. 13 juli 2019.



5 Tekst d.d. 18 juli 2019.


6 Zie: Exodus 24 vers 17, Deuteronomium 4 vers 24, Deuteronomium 9 vers 3, Jesaja 30 vers 27, Jesaja 30 vers 30, Jesaja 33 vers 14 en Hebreeën 12 vers 29.


7 Tekst d.d. 19 juli 2019.


8 Marcus 5:9.


9 Costica Bradatan, Dying for Ideas. The dangerous lives of the philosophers, Bloomsbury Publishing, London 2015, luidt in de Nederlandse vertaling van Corrie van den Berg en Carola Kloos: Sterven voor een idee. Filosoferen met gevaar voor eigen leven, Uitgeverij Ten Have 2016.


10 Tekst d.d. 20 juli 2019.


11 De religies van het Boek, zijnde het Jodendom, het Christendom en de Islam, verwachtten alle drie een verlosser en die verwachting werd voor de Christenen al ingelost met de geboorte van de Messias, Jezus van Nazareth. Voor de Islam is Jezus slechts een profeet; hun grootste profeet is Mohammed en zij verwachten nog steeds de komst van de verlosser, de Mahdi, volgens sommigen de teruggekeerde Isa (Jezus). Ook de Joden erkennen Jezus niet als hun verlosser, zij geloven dat de verlosser nog moet komen en een wereldlijk heerser zal zijn.


12 Tekst d.d. 21 juli 2019.


13 https://www.hln.be/wetenschap-planeet/ge

ntse-prof-krijgt-200-000-euro-om-evolutieleer-te-redden~aff20044/


14 https://www.statenvertaling.net/b

ijbel/matt/13.html#12


15 https://historiek.net/max-weber-

1864-1920-socioloog/68116/


16 https://homepage.univie.ac.at/henn

ing.schluss/seminare/2016-SS/Potsdam

-Bi-po/TExte/Weber-Protestantische-Ethik.pdf



21-06-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De levenden en de doden

          

De levenden en de doden


"God is niet een God der doden maar der levenden" (Mattheüs 22:32)


Volgend jaar zullen in Oostende de 193 drenkelingen van de scheepsramp uit 1980 met de Harold of Free Enterprise voor het veertigste jaar naeen herdacht worden (1) maar alleen al in 2018 verdronken bij de tocht over de Middellandse Zee 2262 (oorlogs)vluchtelingen – in 2017 waren dat er 3139; in 2016: 5096. (2) En na 18 jaar wordt op 11 september nog steeds wereldwijd een minuut stilte gehouden ter nagedachtenis van de 3000 slachtoffers van de terreurdaden in 2001 (3) maar voor de dagelijks 30.000 hongerdoden is er niks.


Verontwaardiging lijkt een bijzonder selectief proces: er zijn stemmen die onmiddellijk en door iedereen gehoord worden en andere stemmen worden nooit door ook maar iemand gehoord zodat het wel lijkt alsof er twee welonderscheiden groepen van mensen bestaan: enerzijds zij die echt bestaan en anderzijds zij die alleen maar in de illusie verkeren dat zij bestaan.


Het bestaan immers, is op de keper beschouwd altijd sowieso een relationele zaak omdat niemand of niets op zichzelf bestaat: bestaan is altijd bestaan-voor-anderen; mensen en dingen bestaan uitsluitend in de aandacht – van anderen. En waar die aandacht afwezig is, kan er in feite geen sprake zijn van bestaan: daar is alleen het onbewuste in de betekenis van datgene waarvan niemand zich bewust is; het ongekende in de betekenis van datgene waarvan niemand akte neemt; het mogelijke in de zin van datgene wat wel had kunnen bestaan – namelijk op voorwaarde dat het gekend werd, erkend werd, bemind of verworpen werd – terwijl het nu eenmaal niet bestaat omdat het genegeerd wordt, miskend werd en geheel onopgemerkt bleef, precies zoals een oude vrijster op wie niemand ooit een oogje heeft gehad en die dan eenzaam stierf, zoals men zegt: "zonder ooit geleefd te hebben".


En in dat geval verkeren de dertigduizend hongerdoden van elke nieuwgeboren dag, alsook de duizenden drenkelingen die voor de oorlog vluchtten, die met de moed der wanhoop kozen voor het ruime sop, die uit noodzaak gokten met hun leven en het aldus verloren, vaak zonder dat ook maar een schim zich van hun ongelukkig einde bewust was. Want zij die stierven zonder dat iemand om hen treurde, leefden geheel buiten de aandacht van allen en daarom bevond hun leven zelf zich in een onvolledig bestaan, in een schijnbestaan, in de ruimte van de dood of in het graf van het zijn.


Een levend wezen ontstaat pas daar waar iemand er om geeft, het wordt pas zichtbaar in het licht en waar het van alle licht verstoken blijft, is zijn gestalte eender omdat zij enkel in de duisternis bestaat en derhalve vastgenageld zit op de eigen plek, geheel gescheiden van al het andere, precies zoals een lijk ligt in zijn kist.


Vandaar is de wereld zoals een groots kerkhof met daarop enerzijds graven vol met doden en anderzijds levende wandelaars. Maar de wandelaars zijn geenszins bezoekers van de doden, zij laten zich om hen die liggen in hun graf helemaal niets gelegen zijn; zij gaan alleen om met de levenden. Ook verschillen de graven op het wereldkerkhof enigszins van de graven op een echt kerkhof want zij hebben elk een venstertje en doorheen dat venstertje kunnen de doden de wandelaars bewonderen. Ook is er een luchtgat aan elk graf maar het dient niet om te ademen – doden immers hebben niet langer nood aan zuurstof. Het luchtgat is er om het applaus van de doden hoorbaar te maken voor de wandelaars die immers niet zonder de aandacht van de doden kunnen.


(J.B., 21 juni 2019)


Verwijzingen:


(1) N.B.: bij de scheepsramp met de Titanic uit 1912 lieten 1522 opvarenden het leven. Zie ook: https://nl.wikipedia.org/wiki/Titanic_(schip,_1912)  en


https://nl.wikipedia.org/wiki/Herald_of_Free_Enterprise_(schip,_1980)


(2) Deze drenkelingen vormen slechts een fractie van het aantal slachtoffers van de crisissen die aan de grondslag liggen van de migratiegolf naar Europa sinds 2011 – zie: https://www.nrc.nl/nieuws/2019/01/03/ruim-tweeduizend-doden-bij-oversteken-middellandse-zee-in-2018-a3127776 . Sinds de Noord-Afrikaanse (Egyptische en Libische) revolutie in 2011 en de Syrische oorlog kwamen honderdduizenden vluchtelingen vanuit Afrika en het Midden-Oosten Europa binnen. Velen van hen reisden over de Middellandse Zee in gammele bootjes van mensensmokkelaars en zij strandden massaal op het Italiaanse eiland Lampedusa – vele duizenden verdronken. Geconfronteerd met een gestaag stijgend aantal asielaanvragen geeft Europa (in strijd met de eigen en de internationale wetten) 'steekpenningen' – in feite vele miljarden euro – aan transitgebieden zoals Turkije om de migranten tegen te houden en zij belanden daar in kampen.


(3) https://nl.wikipedia.org/wiki/Aanslagen_op_11_september_2001  







           














08-06-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De perfecte genocide met... stress!















           

De perfecte genocide met... stress!


De verkiezingsbelofte Bescherm onze mensen! (§) verkapt een gemene beschuldiging van alle migranten waarvan het merendeel oorlogsvluchtelingen over welke de VN zich na het Hitler-tijdperk beloofde te zullen ontfermen. Zoals op de beruchte Nazi-affiches die attenderen op een te dure ziekenzorg ("60.000 RM kostet dieser Erbkranke die Volksgemeinschaft auf Lebenszeit. Volksgenosze, das is auch Dein Geld" (§§)), worden noodlijdenden opnieuw schaamteloos openbaar beschuldigd en het racistisch neologisme 'crimigranten' viseert wel degelijk alle immigranten, aangezien het VB-rekensommetje bij migratiestop een verschil van 200 euro pensioen oplevert. De affiche beweert: alle vluchtelingen zijn misdadigers. Op een tweede affiche omarmt een VB-kopstuk een mishandeld besje waarmee hij het tegenovergestelde suggereert van de aangehangen nazi-ideologie van 'het recht van de sterkste' maar in feite maskeert die affiche de boodschap dat misdaad het monopolie is van de vluchtelingen: alle misdadigers zijn vluchtelingen. De twee affiches samen maken de woorden 'vluchteling' en 'misdadiger' tot synoniemen (volgens de predicatenlogica: als alle V gelijk zijn aan M en alle M zijn gelijk aan V dan geldt dat V=M) en zodoende wordt 'vluchteling' een scheldwoord.


Hetzelfde gebeurt met werklozen, gehandicapten, ouderlingen, sans-papiers – kortom met alle mensen die tot een of andere minderheidsgroep behoren en die derhalve in een zwakkere positie verkeren. Deze slachtoffers van een steeds driester optredend volk dat de solidariteit mist die het tot een maatschappij moet maken, krijgen stelselmatig zelf de schuld voor hun uitsluiting: de regering schuift haar verantwoordelijkheid voor de arbeidsvoorziening in de schoenen van de slachtoffers van haar wanbeleid en allochtonen worden van hun afwijzing beschuldigd met het integratiefabeltje. Met de veroordeling (met fikse boete) van een arts die door een vrouw met spina bifida werd aangeklaagd omdat hij haar liet geboren worden, werd al een juridisch precedent geschapen voor de veroordeling van wie weigeren abortus te plegen op risico-foetussen en onze 'tolerante' maatschappij steekt de nazi's naar de kroon waar zij belooft om de kosten van de zorg voor gehandicapten niet langer te zullen dragen waar de ouders afzien van abortus.


Reeds worden noodlijdenden opnieuw schaamteloos openbaar beschuldigd en de betekenis van deze vaststelling is niet niks: met het feit dat mensen vaker pijn verkiezen boven onrecht leert ons de psychologie dat het gebukt gaan onder (onterechte) beschuldigingen ondraaglijker is dan fysieke martelingen. (***)


De bewijzen voor deze stelling zijn overigens legio: onlangs werd in Gent een blinde muur beschilderd met de tekst: "RVA=zelfmoordfabriek" (*) – 'graffiti' die in een mum van tijd verwijderd werd; in Frankrijk plegen jaarlijks 600 boeren zelfmoord en naar verluidt spelen daarbij trots en schaamte een belangrijke rol (°); in Chinese fabrieken worden mensonwaardige werkomstandigheden eveneens met collectieve suïcide beantwoord (**) en er is een significant groter aantal zelfmoorden onder sociaal verdrukte bevolkingsgroepen. (°°)


In al die gevallen is sprake van depressie. Depressie is een complexe ziekte met vele mogelijke oorzaken maar vaak is depressie te wijten aan sociale uitsluiting. De psychiatrie leert wat de fysieke effecten zijn op mensen die verdrukt worden, gepest worden, sociaal geïsoleerd worden of onterecht beschuldigd worden. Sociale stress is immers niet 'slechts' een psychische aangelegenheid; openbare verwijten zijn niet zomaar woorden van lucht en dat bewijst het lot van hen wiens reputatie wordt vernield, van hen op wie karaktermoord gepleegd wordt en van hen die gestigmatiseerd en gedemoniseerd worden maar al te vaak. Stress is meetbaar in het lichaam aan het hartritme en de bloeddruk maar ook aan tal van andere fysieke parameters. Sinds kort weet men dat stresshormoon in grote hoeveelheden in wezen een bijzonder krachtig zenuwgif is dat mettertijd hersencellen doodt, achterlijkheid veroorzaakt bij kinderen en zelfs geheel wars van zelfmoord onmiddellijk het levenseinde kan inluiden.


Een mens heeft stress als hij voelt dat zijn leven bedreigd wordt en de dreiging als zodanig is een bijzonder subtiele en vaak een welhaast geheel onstoffelijke zaak. Ofschoon door mensen veroorzaakte dreigingen onheil en de dood tot gevolg hebben, worden zij slechts zelden afdoende geregistreerd of in kaart gebracht, zodat bedreigers in de meeste gevallen ongestoord munt kunnen blijven slaan uit de sfeer van angst en onzekerheid waarin zij hun slachtoffers onderdompelen. Tegen natuurlijke dreigingen, gezondheidsrisico's en de gevaren die het verkeer met zich meebrengt, kan men zich enigszins verzekeren maar er zijn ook dreigingen die heel moeilijk te duiden zijn en waartegen kennelijk geen kruid gewassen is.


Het merendeel van de dreigingen ontspringen aan een sfeer van onduidelijkheid of dubbelzinnigheid die met opzet wordt geschapen om willekeur mogelijk te maken en de slachtoffers onzeker te maken en te verzwakken zodat zij makkelijke prooien worden. Zo bijvoorbeeld wordt aan werkloze zestigplussers per brief medegedeeld dat zij omwille van hun leeftijd en/of hun arbeidsverleden niet langer actief naar werk moeten zoeken terwijl zij wel nog 'vrijblijvend' aanbiedingen krijgen maar als zij weigeren te solliciteren voor door hun bemiddelaars gekozen vacatures, dreigen zij hun werkloosheidsuitkering te verliezen: dit statuut heet 'aangepaste beschikbaarheid (voor de arbeidsmarkt)'. Het is duidelijk dat hier geenszins sprake kan zijn van een aanpassing aan de leeftijd van de werkzoekende: wel is hier sprake van een eis tot aanpassing van de werkzoekende aan de arbeidsmarkt en wel in die zin dat door deze misleidende regeling de oudere werklozen niet alleen verplicht blijven om te solliciteren maar bovendien zijn zij niet langer vrij om zelf te bepalen welke job overeenkomt met hun opleiding, ervaring en capaciteiten – wat in strijd is met de universele verklaring van de rechten van de mens. Deze onduidelijkheid maakt dat een ingenieur scheikunde die niet als schoonmaker wil werken, als werkweigeraar bestempeld kan worden; hij wordt dan gestraft voor het feit dat de verantwoordelijke regering haar job niet doet, namelijk voorzien in passende betrekkingen voor iedereen.


Een gelijkaardig bedrog maakt dat hongersnood onopgelost blijft: "deze perversie schuilt in het feit dat derde wereldburgers in slavernij gehouden worden door hen naast een pensioen ook nog het recht op kinderen te ontzeggen onder de dreiging dat hun kroost een overbevolking zou veroorzaken terwijl hun ecologische voetafdruk verwaarloosbaar is – of hoe slachtoffers de schuld krijgen van het kwaad waarvan zij de dupe zijn." (°°°) Met andere woorden: "In een wereld die de slavernij als eigenlijke oorzaak van de hongerdood van dagelijks twintigduizend mensen miskent en die deze oorzaak op malafide wijze verwisselt met religie vanwege het verbod aldaar op voorbehoedsmiddelen, worden alle slaven een tweede keer gestraft omdat zij niet alleen worden uitgebuit maar ook nog eens beroofd van de hoop op een beëindiging van het onrecht van de slavernij." (°°°°)


Door de zwakkeren de schuld te geven van hun zwakte, worden zij nog meer verzwakt omdat het geculpabiliseerd worden nu eenmaal bijzonder energierovend is en middels deze vicieuze cirkel zet zich de verzwakking van de slachtoffers door totdat zij uiteindelijk werden afgemaakt. En bij dit 'werk' worden uiteraard ambtenaren ingezet die hun vooropgestelde quota moeten halen – in de huidige tijd van resultaatgericht werken met het oog op carrière en promotie zijn dat premiejagers. Of er nu Indianen gedood worden met geweren (****) of anderszins ongewapenden met stresshormoon – het resultaat is eender: massamoord.


(J.B., 8 juni 2019)


Verwijzingen:


(§) http://www.standaard.be/cnt/dmf20180415_03463183 


(§§) https://www.focus.de/wissen/mensch/geschichte/aktion-t-4-euthanasie-im-dritten-reich_did_44200.html


(***) Nochtans gebeurt dit onrecht geheel straffeloos en eisen de racisten naast de opheffing van het cordon sanitaire ook nog regeringsdeelname.


(*) http://www.actiris.be/Portals/36/Documents/NL/enquete-uistluiting-werkloosheid-Actiris_UCL_april2017.pdf


(°) https://radio1.be/frankrijk-plegen-600-boeren-jaar-zelfmoord-er-heerst-een-klimaar-van-schaamte


(**) https://www.hln.be/ihln/multimedia/-overuren-24-uur-rechtstaan-en-netten-tegen-zelfmoord-werk-in-chinese-ipad-fabriek~a4b19860/


(°°) Zie bijvoorbeeld: https://www.zelfmoord1813.be/sites/default/files/Factsheet%20LGBT-min.pdf


(°°°) https://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3047472  


(°°°°) https://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3041345  


(****) https://www.trouw.nl/opinie/erken-ook-de-allergrootste-genocide-die-op-indianen~a0fd2930/



           
















27-05-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - 11: De val van Europa

Het narrenschip


Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019

            11. De val van Europa

Op het ogenblik dat het volk gelooft aan de macht te komen, is het narrenschip reeds in handen van piraten en aan het roer, nu schaamteloos triomferend, staat niemand minder dan de mammon: luttele maanden geleden heeft Trump zijn beste strateeg naar het hart van Europa gestuurd om aldaar met het corrupte extreem rechts als wapen de Europese Unie aan diggelen te slaan. (1) Divide et impera, het duizenden jaren oude devies dat nimmer faalt, komt uit de muil van de duivel zelf. Het toeval wil dat in 1888 onze eigen James Ensor met een koperets de bekoring van Christus uitbeeldde – Kniel voor mij en de wereld mag de uwe zijn! – (2) met op de prent het stadhuis en het justitiepaleis van wat nu de Europese hoofdstad is. (3) Wereldse macht immers wordt niet anders verworven dan door misdaad; als de grootmachten de satanische instructie in de wind sloegen, zij zouden niet langer grootmachten zijn. Der Untergang des Abendlandes? (4)

(Wordt vervolgd)

(J.B., 27 mei 2019)

Verwijzingen:

(1) Zie: https://www.thedailybeast.com/inside-bannons-plan-to-hijack-europe-for-the-far-right ;

https://www.nrc.nl/nieuws/2018/08/09/steve-bannon-wil-de-george-soros-op-rechts-worden-a1612640 ;

https://www.rtl.de/cms/schulung-im-kloster-hier-lernen-die-rechten-aus-ganz-europa-den-trump-trick-4281857.html .

(2) Het betreft de derde verzoeking. Zie: Mattheus 4:8 en Lucas 1:9.

(3) http://jamesensor.vlaamsekunstcollectie.be/nl/collectie/de-bekoring-van-christus-0

(4) https://ia800502.us.archive.org/31/items/deruntergangdesa02spen/deruntergangdesa02spen.pdf

                               

           

    

15-05-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip. Aflevering 10: De partijlozen en die Endlösung

           

Het narrenschip


Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019


Aflevering 10: De partijlozen en die Endlösung

Simplistisch gezegd representeert elke partij een segment uit de samenleving met elk hun eigen soort van activiteit: VLD vertegenwoordigt zelfstandigen, werkgevers, renteniers, beleggers en grootgrondbezitters; SP.A staat voor arbeidende werknemers (incluis de verkopers van cola, jenever en tabak – producten die mensen verslaafd maken en ziek); Groen! steunt mensen die willen fietsen en sporten. Zelfs bepaalde gelovigen hebben met de CD&V (vooralsnog) hun partij.

Zij die auto's bouwen en huizen maar ook zij die (legale) drugs verkopen en zij die gebaren maken in de lucht en toverformules uitspreken: zij allen worden erkend als actieven, als werkenden, als productieven omdat zij allen een eigen partij hebben die deze bezigheden verkoopt als maatschappelijk relevante activiteiten.

Edoch, een partij voor armen is er niet en evenmin een partij voor werklozen; er is geen partij voor zieken en gehandicapten; er zijn geen partijen voor ouderlingen of voor kinderen. Ziek en gehandicapt zijn, oud zijn of kind zijn worden (door politieke partijen) niet beschouwd als verdedigbare bestaanswijzen.

En al die partijlozen worden bij elke verkiezing weer over het hoofd gezien of erger nog: zij worden door alle partijen, die immers niet de hunne zijn, beschouwd als inactieven, als nuttelozen en zelfs als lastposten en parasieten die vroeg of laat moeten verdwijnen want verdwijnen is de oplossing: schrappen, aborteren, herscholen zijn in feite eufemismen voor die Endlösung.

Volgens de bestaande partijen produceren zieken en gehandicapten helemaal niets, zij teren alleen maar op het zweet van alle 'werkenden', waartoe bijvoorbeeld diegenen behoren die dagelijks duizend flessen cola verkopen. Deze laatsten – handelaars in fantasie maar ook in rotte tanden – worden beschouwd als arbeidend en als bijdragend aan de maatschappij, ook al zorgen zij er alleen maar voor dat meer mensen obees worden, diabetes krijgen en ook hart- en vaatziekten.

Priesters die de heilige mis opdragen zijn vooralsnog beschermelingen van het regime: hun gebaren in de lucht, de (tot voor kort Latijnse) gezangen en het in het rond sprenkelen van wijwater worden vooralsnog beschouwd als maatschappelijk relevante activiteiten. Maar die tijd is bijna om want nu reeds bestaan er geen politieke partijen meer voor kunstenaars, schrijvers en schilders. Kunstschilders bijvoorbeeld zijn immers inactieven: de bestaande partijen beschouwen hen als mensen die helemaal niet werken want zij schilderen 'slechts' en voor schilderen heeft men (zo denken althans wie niet schilderen kunnen) geen spieren nodig, schildersborstels zijn geen lawaaierige drilboren en dus is schilderen geen arbeid, zo oordelen de hedendaagse machthebbers die wel rijk zijn maar helaas ook gevaarlijk dom: schilderen is een volstrekt nutteloze bezigheid. Hetzelfde geldt voor schrijvers en voor alle andere kunstenaars.

In de ogen van onze kortetermijnpolitici zijn daarin begrepen de wetenschappelijke vorsers die immers niet in staat zijn om te garanderen dat hun onderzoek ook maar iets zal opleveren en nu reeds gaat men bedelen voor kankeronderzoek. Ook het onderwijs dat pas na decennia vruchten aflevert, staat op de helling en daarmee onze hele beschaving, die belachelijk gemaakt wordt door de jagers van de potentaten die zich hebben verkapt als 'arbeidsbemiddelaars': in minder dan een uur tijd ondervragen zij academisch geschoolde werkzoekenden; zij vegen de intellectuele bekwaamheden van de geschoolden, geverifieerd door meer dan honderd gespecialiseerde professoren onder de mat en dringen aan hen een door de machthebbers geprepareerd verdict op: de academici dienen hun talenten die middels jarenlange vorming tot ontwikkeling zijn gebracht, voorgoed op te bergen en zich te herscholen tot bijvoorbeeld chauffeurs omdat zij nu eenmaal ook nog kunnen autorijden. Deze verkrachtingen van mens én maatschappij geschieden nadat de slachtoffers eerst gebrandmerkt werden als parasieten, waarbij de onbekwaamheid van de regering totaal verdonkeremaand wordt: het is immers haar taak en niet die van de vakmensen om ervoor te zorgen dat zij aan de slag kunnen. 

Het is een paradox dat kunstenaars niet als arbeiders worden erkend want de allerduurste objecten ter wereld zijn kunstwerken. Mensen verkopen hun ziel voor muziek en zij geven fortuinen uit aan instrumenten die alle vormen van kunst voor hen bereikbaar maken. Kunst wordt beschouwd als het hoogste goed op deze wereld, datgene waarvoor men werkt en spaart en dat wat men voor immer wil bewaren. Maar artiesten hebben altijd armoede geleden: het is een verworven onrecht.

Zieken en gehandicapten hebben geen partij omdat zij voor inactieven doorgaan en ook dat is een paradox: in feite behoren zieken en gehandicapten tot de allergrootste werkgevers van het land: zij creëren jobs, jobs, jobs zoals niemand anders dat vermag.

Wie boeken schrijven, muziek componeren of schilderen, worden (een enkele uitzondering niet te na gesproken) beschouwd als parasieten, terwijl net zij het zijn die een unieke bijdrage leveren aan de cultuur en derhalve ook aan de economie van het land. Alles moet nuttig zijn maar de eindwaarden zijn dat uiteraard niet langer: muziek beluisteren is een door allen begeerd doel op zichzelf maar muziek voortbrengen zal altijd hard knokken blijven.

De betekenis van 'werken' werd door de bestaande partijen verengd tot 'het betaald produceren van ongeacht welke goederen of diensten', inbegrepen drugs zoals alcohol en tabak, leugens, spot en onzin. In feite werd de kijk op arbeid en activiteit door het kapitalistische model dat bijna de hele wereld beheerst, totaal verziekt.

Terwijl arbeid een recht is want een voorwaarde voor zelfontplooiing en maatschappelijke ontwikkeling, wordt het door potentaten die mensen manipuleren en uitbuiten, beschouwd als een plicht maar dan wel in de betekenis van een straf welke gecompenseerd wordt door een (financiële) beloning. Dit is het geval omdat ook de wereld van het werk geregeerd wordt door de oorlog die alleen oog heeft voor het stelsel van de wraak: voor wat, hoort wat. Een oog voor een oog, een tand voor een tand. Driewerf helaas maar potentaten met die verwerpelijke, enge kijk blijken het nog altijd voor het zeggen te hebben.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 15 mei 2019)




    

12-05-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Aflevering 9: Staat en kerk






           

Het narrenschip


Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019


Aflevering 9: staat en kerk


Het ontbreekt de politiek aan universaliteit en dat is een paradox omdat het in de politiek zou moeten gaan om eenheid en om eenmaking: politiek is in wezen de kunst van het samenleven en politiek zou derhalve zeer verwant moeten zijn met katholiciteit, wat immers eveneens universaliteit betekent, al beperkt zich de nationale politiek tot het eigen land (terwijl elk land sowieso gedwongen aan buitenlandse politiek zal doen en zich derhalve expandeert – principieel over de gehele wereld). In de politiek zal bijgevolg altijd het internationalisme onder een of andere vorm een streefdoel blijven: de eenheid van alle mensen, de overtuiging dat het menszijn zelf – de verwantschap van elke mens met elke andere mens – het ei is waaruit zich die eenheid wel moet ontwikkelen.

Zo bijvoorbeeld kan het vanuit een universalistische of een katholieke visie niet dat in China de praktijk van de kinderarbeid gangbaar zou zijn terwijl tegelijk de andere landen zouden oordelen dat deze flagrante schending van de mensenrechten een aangelegenheid was voor China waarmee niemand anders zich te moeien had. Het aan hun lot overlaten van mensen waar ook ter wereld en onder wiens gezag ook, wordt in een katholiek of in een universalistisch perspectief beschouwd als een verraad aan de mensheid zelf en het is vanuit deze overtuiging dat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens tot stand is gekomen: mensen mogen geen speelballen zijn van machthebbers die hen immers objectiveren, gebruiken en allerminst respecteren of erkennen.

Politiek zou derhalve bovenal de kunst van het respect moeten zijn en politici die mensen uitsluiten van vrede, veiligheid en welvaart, verdienen de naam van politicus niet. Bovendien zijn zij ervoor verantwoordelijk dat de politiek in diskrediet geraakt en waar dat het geval is, blijken zich naast de politiek – aanvankelijk om princiepsredenen en dus terecht maar algauw ook gedreven door heel andere motieven – parapolitieke structuren te ontwikkelen die veel weg hebben van maffiapraktijken. Want wat vandaag doorgaat voor politiek, is helaas heel vaak het tegenovergestelde van de kunst van het samenleven; het is dikwijls veeleer regelrechte antipolitiek of de 'kunde' van het volksbedrog. Het is dan allerminst de kunst van het verenigen maar veeleer de kunde van het verdelen in functie van het verwerven, het behouden en het uitbreiden van persoonlijke macht en dit volgens het voorschrift van wie te kwader trouw zijn: divide et impera – verdeel en heers.

Staat en kerk hebben derhalve meer met elkaar te maken dan op het eerste gezicht mocht blijken maar toch toont de geschiedenis ons dat zij elkaar vaak tegenwerken en nog erger: dikwijls blijkt een evenwichtige samenwerking in de vereniging van de twee – de theocratie – een regelrechte gruwel.

Waarom dat zo is, valt niet zo moeilijk te begrijpen maar toch is het een groot probleem. In een staat wordt de onderlinge samenwerking tussen de burgers gegarandeerd door wetten waarvan de naleving verzekerd wordt door controle en door sancties: geen burger kan zich aan de wet onttrekken en bovendien heeft hij zich meestal niet te kiezen over zijn burgerschap als zodanig dat hij immers geheel onvrijwillig bezit van bij zijn geboorte. In een religie daarentegen zijn er geboden die in feite nooit perfect navolgbaar zijn omdat zij te langen leste van de gelovige de perfectie eisen en zo hebben controle en sanctionering daar maar weinig zin: zij zijn niettemin aanwezig in de vorm van het alziend oog van god die het goede beloont en het kwaad bestraft. 

En ook al kan over staatsvormen geredetwist worden: de staat is een noodzaak voor het leven van alle enkelingen, religiositeit is dat niet; een religie volgt men principieel uit vrije wil (de godsdienstvrijheid) en ook al probeert de kerk mensen in te lijven (te dopen) terwijl zij nog wilsonbekwaam zijn en vertelt zij hen bovendien eenmaal zij volwassen zijn dat zij zich in feite niet meer kunnen lostrekken van de kerk omdat het doopsel in de ziel van elke dopeling een onuitwisbaar merkteken nalaat – toch laat men zich in de praktijk niet langer door deze aanwervingsmethode corrumperen.

De eenheid van kerk en staat vergt met andere woorden dat mensen verplicht worden om een bepaald geloof aan te hangen en dat is nu eenmaal een onmogelijkheid: een geloof kan men uiteraard van niemand afdwingen; of men al dan niet gelooft, is een feit dat men vaststelt bij zichzelf en verder niets – de religie stelt zelf dat het geloof een genade is. Edoch, bekijkt men de zaak in zijn historische ontwikkeling, dan komt een en ander aan het licht dat tot nog toe verborgen bleef.

Mensen staan immers niet zomaar tegenover elkaar in het niets: er is tussen de ene mens en de andere(n) altijd nog de wereld, of eerder nog: de natuur, hetzij als (samen te overwinnen) vijand, hetzij als (te) vriend (te houden mogelijke vijand) maar altijd als een verbindende derde. De verering van natuurgoden die schrik inboezemden omdat men heel terecht zijn leven van hen afhankelijk achtte, was de eerste vorm van religie. En de overwinning op de natuur middels de (vermeende) verschalking ervan, vertaalde zich in het aan het licht komen van talloze (natuur)wetten en resulteerde aldus in feite in een onafwendbare onderwerping. Op die manier vertaalt zich de menselijke triomf op de natuur in het zich (paradoxaal genoeg tegendoelmatig) voltrekken van een verregaand en definitief menselijk knechtschap: het is de triomf van de machtige natuur over de machtswellustige doch tot onmacht gedoemde mens. Omdat er geen beheersing van de natuurkrachten mogelijk is zonder eerst de knieval voor de natuurwetten, is de verhoopte macht over de natuur in wezen een soort van onomkeerbare castratie voor de mens: de eens zo dichterlijke volkeren die leefden te midden van mysterieuze wouden vol nimfen en feeën, saters, goden van donder en bliksem en ook talloze fantastische wezens te land, ter zee en in de lucht – die volkeren die leefden van gedichten en verhalen, sprookjes, mythen, sagen en legenden, verloren met het op de voorgrond treden van de doodse en meedogenloze natuurwetten, de vrijheid van het wilde denken: in de zucht naar macht verspeelden zij de gevleugelde geest. Wonderen immers werden voortaan onmogelijk en de mensen werden vrijwel herleid tot willoos meedraaiende raderen in de machine van de natuur en tot burgers die gedwongen gehoorzaamheid bieden aan de machine van de staat. 

Automatisering van het tijd- en energie rovende handelen moet ons meer vrijheid geven en zelfbeschikking maar in de praktijk blijkt daar helemaal niets van terecht gekomen, zeer in tegendeel zelfs: alle ellende ten spijt is aan de mens van honderd jaar geleden het jachtige leven dat de hedendaagse burgers behept met onrust en met alle daarbij horende kwalen, bespaard gebleven. Andermaal alle ellende van toen ten spijt heeft het vaste vertrouwen in de goede god van weleer plaats gemaakt voor een gigantisch wantrouwen in de niet-persoon die zijn plaats innam en die zich enerzijds manifesteert in de wetenschappen die ons reduceren tot onderworpenen aan blinde natuurwetten maar ook in de politieke machten die het mens-zijn ondergeschikt maken aan het burgerschap, bij uitstek daar waar zij hardnekkig het bestaan blijven loochenen van wie geen papieren hebben en dit overeenkomstig de middeleeuwse (!) stelling: quod non est in scriptis, non est in mundo.

De relatie tussen staat en kerk is een oud zeer, ons bekend sinds sprake was van het 'rijk Gods' (de verhoopte, toekomstige wereldorde) als soelaas voor wie met het huidige wereldse rijk geen vrede konden nemen: het feitelijke maar onvolmaakte staat tegenover het volmaakte dat slechts in de verzuchting leeft. Maar gescheiden zijn zij niet: het onbestaande is het zout voor het bestaande, het alles vermogende sprookje lest de dorst van een verdorrende realiteit en op die manier is de politiek ook onafwendbaar het terrein bij uitstek van de teugelloze beloftes die gedoemd zijn tot leugens te verworden, de (veel te) goede wil en de vergeeflijke mislukking.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 12 mei 2019)



    

06-05-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Aflevering 8: Politiek en misdaad, voor elkaar geboren





           

           

Het narrenschip


Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019

           

Aflevering 8: politiek en misdaad, voor elkaar geboren


Onder druk van zowel de oorlog als de economische strijd of de concurrentie heeft de gedragspsychologie een aantal factoren geïsoleerd welke bij criminelen het plegen van misdaden niet alleen bevorderen maar op de koop toe plausibel maken. Zo is er een wet die zegt dat het voltrekken van misdaden vlotter verloopt als die begaan worden onder de verantwoordelijkheid van een autoriteit verschillend van de dader zelf. Het bekendste voorbeeld hiervan stamt uit het nazi-tijdperk waar zij die gruweldaden pleegden zich geloofden te kunnen verschonen met de uitvlucht: "Befehl ist Befehl". En nu is het wel zo dat iedereen naar de stembus moet om het bestuur van het land te kiezen maar eenmaal de verkiezingen achter de rug zijn, berust het landsbestuur op autoriteiten en zij delen dan ook de lakens uit: hun onderdanen en vertegenwoordigers kunnen zich met gemak en met verzekerd succes verschuilen achter de uitvlucht dat zij alleen maar bevelen uitvoeren – bevelen die op de koop toe te langen leste door de kiezer zelf worden gegeven die ze ook ondergaat.


Een andere wet zegt dat men makkelijker tot een misdaad overgaat naarmate de afstand tussen de pleger van het misdrijf en het slachtoffer groter is. Zo bijvoorbeeld blijkt dat soldaten die moordende springtuigen tot ontploffing moeten brengen, hier tegenover minder weerstand bieden wanneer zij vanop afstand werken dan in het geval waarin ze ter plekke opereren. In het eerste geval hoeven ze immers hun slachtoffers niet te zien of worden ze door hen niet in de ogen gekeken; zij worden met andere woorden minder direct geconfronteerd met de gevolgen van hun gruweldaden. Gelijkaardig is het argument dat men vlotter iemand bedot, misbruikt, martelt of doodt wanneer het slachtoffer aan de dader onbekend is. En aan al deze voorwaarden is voldaan waar het de activiteit betreft die politiek heet: de zogenaamde kloof tussen de regering en de burger wordt kunstmatig zo groot mogelijk gehouden en omwille van die (vooral administratieve) afstand is het bijzonder moeilijk en vooral bijzonder duur voor de onderdanen om zich te verzetten tegen onrecht gepleegd vanwege het gezag.


Maar ook waar het een afstand in de tijd betreft, begaat men vlotter het kwaad: elkeen kan vaststellen dat de vernieling van het leefmilieu zonder veel scrupules kan worden voortgezet omdat de totale vernietiging van de natuur een zaak is voor de kleinkinderen: pas als die zelf op straat komen, wordt aan de alarmbel getrokken, al stelt men helaas vast dat de gewetenloosheid danig groot blijkt dat men ook dan nog de verantwoordelijkheid van zich afschuift. Zonder veel tegenstand immers verandert men naar aanleiding van de huidige kinderprotesten de achterliggende theorie en beweert men nu ineens aanwijzingen te hebben dat niet de mens verantwoordelijk zou zijn voor het stijgende CO.2-gehalte in de lucht en voor de navenante opwarming van de aarde: de schuldige is nu plotseling de zon. Het opwarmingsthema zet dan alle andere vormen van milieuvervuiling in zijn schaduw en men vergeet dat men niet ook de schuld voor de plastiekvervuiling of voor de kernafvalberg in de schoenen van de zon kan schuiven.


Een derde wet zegt dat het veel minder lastig is om misdaden te plegen met gedeelde verantwoordelijkheid of dus in groep. Eén losse flodder in het executiepeloton van bijvoorbeeld twaalf man blijkt te volstaan opdat elk van de daders de hoop zou kunnen koesteren dat niet hij de effectieve moordenaar geweest is. Het zich wegsteken achter een groep is eigen aan politici die zich immers moeten voegen naar de partij waartoe ze behoren en zo kunnen zij het spel van het spreken met de dubbele tong spelen zonder een al te groot risico op beschuldigingen: de burger brengt alras begrip op voor het feit dat een politicus zijn beloften niet gestand kan doen als hij komt aandraven met het verhaal dat hij wordt teruggefloten door zijn partij.


Een vierde wet zegt dat men misdaden makkelijker kan plegen als men de al dan niet vermeende toestemming van het slachtoffer heeft bekomen, bijvoorbeeld waar men een slachtoffer heeft kunnen overtuigen van zijn eigen schuld aan het ongeluk ofwel van het feit dat er helemaal geen verantwoordelijkheid in het spel zou zijn omdat het zou gaan om een niet te voorziene tegenslag waartegen niemand zich kon verzekeren, bijvoorbeeld een onvoorzien falen van een of ander instrument. In een democratie is dit argument a priori van de partij omdat, zoals reeds gezegd, de burger in feite zijn eigen wetgever is. Althans op papier.


Last but not least is er uiteraard de wet dat daden die (bij uitstek financieel) beloond worden alras de goedkeuring krijgen van de dader en zo spreekt men het woord van diegene wiens brood men eet, ook al is dat woord een leugen. Hetzelfde geldt waar de weigering tot bijvoorbeeld het plegen van moorden gelaakt wordt, zoals dat ook in België ooit het geval was met de zogenaamde desertie in oorlogstijd: tot 1918 kregen deserteurs de dood met de kogel. (1) Ook waar groepsdruk heerst, blijkt het moeilijk zich te onttrekken aan het plegen van geweld wanneer dat door de groep wordt toegejuicht. Men spreekt het woord van wiens brood men eet? Welnu, de weddes van politici (door henzelf aan zichzelf toegekend) zijn danig hoog dat zij hen wel moeten laten geloven dat zij onfeilbaar zijn en van die onfeilbaarheid is niet alleen sprake bij de pausen van Rome maar ook de parlementairen hebben zichzelf op een zogenaamde 'parlementaire onschendbaarheid' getracteerd en zij dekken zich er ook te allen tijde mee in, bijvoorbeeld ook om gerechtelijke onderzoekshandelingen te blokkeren wanneer zij bijvoorbeeld verdacht worden van moord. Waar dat gebeurt wordt uiteraard de rechtsstaat belachelijk gemaakt omdat die rust op onder meer het principe van de scheiding der machten en werd de democratie de facto ingeruild voor een dictatuur.


Conclusies op grond van deze wetenschap kunnen bezwaarlijk opbeurend zijn en wie naar de stembus trekken, dienen zich te realiseren dat, ongeacht voor welke partij men kiest, men nooit kan vermijden dat de keuze die men maakt in feite een kiezen is tussen de cholera en de pest.


(Wordt vervolgd)


(J.B., 6 mei 2019)


Verwijzingen:


(1) Later werd een wet voor de tegemoetkoming aan gewetensbezwaarden goedgekeurd maar sinds 1994 geldt die niet langer wegens de opschorting van de dienstplicht.



           

   

04-05-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Aflevering 7: De onmacht van de meerderheid



           

           

Het narrenschip


Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019


Aflevering 7: De onmacht van de meerderheid


Vernuftig, zo'n smartphone en wat dat ding niet allemaal kan, de alomtegenwoordigheid van god zelf werd werkelijkheid. God is mens geworden? De mens is god geworden! Maar niet alleen de technologie en de wetenschappen aangaande de materie zijn gesofisticeerd, ook de psychologie is dat en de sociologie en al die aanverwante vakken die het gemunt hebben op het bezit van onze ziel. Edoch, hoe welluidend de term 'wetenschappen' ook moge klinken, paradoxaal genoeg hinken zij gewis achterop in de wedloop met hun toepassingen en zo gebeurt het vaker dat medische theorieën van een elite niet kunnen bijbenen wat de ervaring aan jan met de pet reeds lang geleden leerde; de scheikundige uitleg over ontstekingsmechanismen komt pas ter sprake als de tondeldoos al duizenden jaren in gebruik is en de criminologie moet in de leer gaan bij misdadigers die sowieso altijd een ruime voorsprong zullen behouden. De praktijk immers heeft wat de theoreticus moet missen: een directe drijfveer, een noodzaak, soms zelfs een verslaving, zoals dat het geval was bij de grote Russische romanschrijver Fjodor Dostojevski, die wel verplicht was om wereldliteratuur te produceren teneinde zijn gokverslaving in stand te kunnen houden.

Niet anders gaat het eraan toe op de hedendaagse markt die even bikkelhard is als de wetten van het gouden kalf dat de plaats inneemt van de religie zoals de giftige parasiet van het moederkoren de plek bezet van het voedzame graantje. En de feiten ter zake zijn schokkend zonder meer.

Wij weten dat een bijzonder groot deel van ons budget wordt besteed aan voedsel. Ooit was dit een simpele commerce, bestaande uit de elementen productie, producten, consumptie, consumenten, prijs-kwaliteitverhouding, concurrentie en nog enkele aanverwante en heel zichtbare zaken. Vandaag echter vormt de praktijk van het winkelen zelf een steeds belangrijker onderdeel van de hedendaagse markt. Onderzoekers hebben ongetwijfeld in de gaten gekregen dat bezoekers van magazijnen niet alleen komen om te kopen; zij begeren weliswaar de koopwaar maar zij zijn ook tuk op het kopen als zodanig; zij bezichtigen de geëtaleerde waren maar evenzeer weten zij dat zij op hun beurt bekeken worden, dat zij deel uitmaken van een etalage in de etalage en derhalve komen zij niet alleen om te kopen maar op de koop toe paraderen zij en slaan zij andere kopers gade in een gesofisticeerde vorm van concurrentie. Bijna dansen zij, er is alvast achtergrondmuziek, hun bewegingen moeten vloeiend zijn: oprapen, in het mandje leggen en doorgaan naar het volgende product en dan weer het refrein: oprapen, in het mandje leggen en doorgaan. Aarzelen is uit den boze, lange stilstanden worden niet geduld: "Kan ik u helpen?" – en dat betekent: "Niet slenteren maar kopen: schiet op!"

Een vriendin van mij werkte daar in dat magazijn met die vele roltrappen en in een hokje achteraan zat een man aan de schermpjes van de bewakingscamera's, zo verklapte ze mij op een dag. De man hield het gedrag van de klanten in de gaten. Telkenmale als hij zag dat een klant op het punt stond om te kopen, stuurde hij haar op hem af om hem over de streep te trekken. En dat lukte altijd, zo vertelde ze mij maar er was meer.

Iedereen weet hoe mensen praten over magazijnen: "Daar is het tof winkelen", zo zeggen ze: "daar komen heel wat jonge mensen en die weten wat goed is". Ofwel waarschuwen ze: "Ginds is het niet aangenaam shoppen, daar komt een raar publiek, heb je die mensen al eens goed bekeken?" En mijn vriendin beweert dat de bemanning van de camera's ongewenste bezoekers detecteert, signaliseert en hen eruit laat zetten!

"Maar dat kan toch niet?", zo wierp ik tegen toen ze mij daarvan vertelde: "Men kan toch geen mensen aan de deur zetten die niks mispeuterd hebben, alleen omdat zij geen filmsterren zijn, omdat ze oud zijn, manken of veelvuldig niezen!?" Mijn vriendin knikte vastberaden: "Ik zal u vertellen hoe ze het doen maar gij zult het niet geloven!"

Zij worden dus gedetecteerd door de man die via de camera's alle klanten in de gaten houdt. Hij signaliseert wie daar niet passen en wie dus ongewenst zijn en stuurt dan telkenmale een fotootje door naar de kassajuffen. Op het ogenblik dat de 'verdachte' met zijn koopwaar bij de kassa arriveert, doet de juffrouw – zoals afgesproken – het alarm afgaan van het detectiepoortje. Hou de dief, weet je wel! Ooit meegemaakt? Alle ogen zijn gericht op de ongelukkige, zijn hart begeeft het haast, zijn bloeddruk gaat gelijk een raket de hoogte in, hij komt in ademnood: voortaan bekijkt elkeen hem voor die dief die betrapt werd in de supermarkt! Hebt u niets in uw zakken zitten, meneer, mevrouw? Hebt u onlangs misschien een kledingstuk gekocht waaruit het klikplaatje niet verwijderd werd? Neen? Niets? Wilt u eens spontaan uw handtas openen? Nou, ik ga niet moeilijk doen, gaat u maar door, het is goed voor een keer...

Edoch het kwaad is dan allang geschied: ik moet u niet vertellen dat wie het aldus vergaat, daar in dat magazijn geen voet meer binnen zet.

Uiteraard worden mensen niet aangesproken met de woorden: "Mevrouw, u moet eruit want u bent veel te oud: ga elders winkelen, er zijn magazijnen genoeg, wij mikken op een jong publiek en jongelui houden niet zo van besjes, kijk maar naar al die nokvolle bejaardentehuizen!" Aan oudjes zegt men wel dat zij er nog goed uitzien, zo hoort het ook, maar dit is slechts bedrieglijke vernis, de wet immers verbiedt discriminatie: nog lang voor men de pensioenleeftijd bereikt, wordt men er overal uit gebonjourd. Van uitheemse mensen hoort men overigens exact dezelfde klachten als zij bijvoorbeeld solliciteren: het heeft helemaal niets te maken met uw huidskleur, zo wordt hun op het hart gedrukt door de schijnbare examinandus die in feite een ordinaire buitenwipper is. Over vrouwen is allang geweten dat zij het met veel minder moeten stellen omwille van hun geslacht en dan hadden we het nog niet over lesbiennes, homo's en transgenders, die te horen krijgen dat zij al blij mogen zijn dat zij niet in Iran leven, in Saoedi-Arabië of in Tsetsenië waar zij opgehangen worden, te pletter gegooid van hoge gebouwen of anderszins gefolterd en vermoord. Ook werklozen die zich bij de VDAB moeten gaan verdedigen dankt men heel beleefd voor hun bezoek nadat zij eerst uitgenodigd werden met het dreigement dat wie niet op de uitnodiging ingaan, hun uitkering verliezen. Dat laatste is te begrijpen maar het eerste is verkapt machtsmisbruik en sadisme.

Magazijnen aantrekkelijk maken doet men dus niet alleen door kwaliteitsvolle producten te veilen aan lage prijzen; men krijgt dat met nog meer succes gedaan door ook nog eens in het publiek te gaan snoeien. Magazijnen weten immers dat zij naast de koopwaar ook de kopers zelf etaleren, ook al is het cliënteel zich daarvan helemaal niet bewust. De klanten worden weliswaar niet verkocht maar in zekere zin worden zij dan toch verhuurd en meer bepaald aan andere klanten en wel in de hoedanigheid van figuren die het winkelen nog aangenamer maken: alle klanten maken zonder het te weten deel uit van een bijzondere etalage. In dit verholen handeltje zijn allen tegelijk koper en koopwaar, precies zoals dat het geval is in huwelijksbureaus, waar dat echter expliciet en bewust gebeurt omdat naast de deelnemers geen andere koopwaar in het geding is.

Magazijnen selecteren hun publiek door hun ligging, door een doelgerichte prijsklasse te hanteren en als ik die vriendin van mij mag geloven doen zij dat dus ook door mensen met nauwelijks te detecteren methoden uit te sluiten en letterlijk aan de deur te zetten of nog erger. En het gaat dan wel om misdaad want om mensen voorgoed weg te krijgen wordt er gebruik gemaakt van schandalisering door middel van valse beschuldigingen. Mensen worden gebrandmerkt als dief en blijven daarna weg uit de bewuste winkel. Ja, bepaalde winkels staan ervoor bekend een net publiek te hebben zoals dat heet en in die bewuste winkels wordt men tijdens het winkelen gewis niet gehinderd door bijvoorbeeld ouderlingen terwijl deze mensen, die toch ook zoals elk ander dagelijks moeten eten om in leven te kunnen blijven, in heel andere magazijnen dan weer oververtegenwoordigd zijn.

De verkapte etalage waarvan sprake – de parade of de catwalk – is geen inbeelding: soms neemt zij zelfs de overhand op het kopen zelf zoals op de Meir in Antwerpen en in de Gentse Veldstraat, in de Louisalaan in Brussel of op de Parijse Champs-Elysées. En worden daar niet openlijk de 'storende elementen' door een gespecialiseerde eenheid van de politie weggeplukt? Plaagt men allochtonen daar niet onophoudelijk met identiteitscontroles? Heb ik onlangs niet vernomen dat bedelaars 'hun straten' hebben buiten het gebied waar rijkeluizen hun parades houden? Werd sinds jaar en dag de ooit in het stadscentrum gevestigde dagelijkse stempelcontrole niet verplaatst naar het havengebied en nog later helemaal afgeschaft zodat de schooiers de lanen en de pleinen waar de toeristen hun geld spenderen niet langer hoeven te ontsieren? Bestaan onze treinstellen anno 2019 niet nog steeds uit twee klassen waarvan in de tweede zelfs de staanplaatsen overbezet zijn terwijl de eerste klassereiziger een ganse wagon overhoudt voor zich alleen? En hoe zit het met de kamers in de ziekenhuizen? Maken de prijzen van de entreekaartjes voor festivals niet dat cultuur uitsluitend voor de rijken is – de armen mogen na de uitspattingen de leeggezopen blikjes oprapen.

Edoch, de buitenwippers zijn nergens zo uitdrukkelijk aanwezig als onder de politici en meer bepaald in die afzichtelijke partijen van de rijken. Waar warenhuizen het nog doen in het geniep – de mensen die zij haten aan de deur zetten – kafferen politici verkozen door een onderontwikkelde meerderheid schaamteloos ganse segmenten van de samenleving uit en zij beschuldigen hen openlijk van alles wat niet deugt: Trump in zijn lelijke States geeft de toon aan en de libertijnen hier te lande volgen met de liberalen in hun zog, de nationalisten en de separatisten. Het zijn dezen die de rijkdom van het land voor zichzelf willen houden en die de armen willen uithongeren of steriliseren om aldus, zo blijken zij godbetert te geloven, alleen nog rijken over te houden. Zij blijken helemaal niet te beseffen dat de welvaart in een kapitalistische wereld sowieso gerelateerd is aan de concurrentie, zodat er altijd klassen zullen zijn, zoals trouwens ook het geluk verworden is tot een kwestie van sociale vergelijking: de aanwezigheid van ongelukkigen is een fundamentele voorwaarde voor het geluk van de rest waar het sadisme heerst en de moraal der lege hulzen. 

Maar mensen onterecht beschuldigen zoals de rechts-extremisten doen, kan nooit een onschuldig misbaar zijn dat ongestraft kan blijven: demonisering immers is de eerste stap van een letaal vergiftigingsproces, een enkele richting straat met op het eind niets minder dan wat ooit Endlösung heette of 'oplossing': een heuse genocide. Muren bouwen of hoge hekkens aan de grenzen om noodlijdenden uit te sluiten staat gelijk met het oprichten van een gevangenis waaruit ontsnappen niet meer mogelijk zal zijn omdat de ketenen die de ingezetenen binden, immaterieel en derhalve niet verbreekbaar zijn. Want elke samenzwering houdt zichzelf in stand middels meedogenloze straffen voor de overtreders zodat zelfs met de strengste wetten een land, eenmaal dit terrein wordt betreden, niets anders meer kan dan capituleren. Want dit is de macht die sinds oudsher wordt toegeschreven aan de duivel – "legioen is mijn naam" – en die wij vieren met het zogenaamde meerderheidsbeginsel in onze heilige 'democratie'. Al te vaak immers wordt de volkssoevereiniteit verward met de macht aan de meerderheid terwijl het volk in wezen heel divers is en in een waar democratisch bestuur de macht zou moeten toekomen aan de vele minderheden – ja: aan alle enkelingen.

Zij verworden immers tot een meerderheid waar zij zichzelf reduceren tot een bolletje; zij blijven echter mens waar zij argumenten naar voren kunnen brengen, zoals bijvoorbeeld ook de wiskundigen doen die een stelling wensen te bewijzen. Het argument van één man kan dan doorslaggevend zijn als dit het juiste argument is. Het is niet de taak van een democratie om aan alle argumenten een gelijk gewicht toe te kennen; het is haar taak om aan elkeen de kans te geven om met het beste argument op de proppen te komen.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 4 mei 2019)


           

   

27-04-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Aflevering 6: Het bolletje en de kogel




            Het narrenschip

Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019


            Aflevering 6: Het bolletje en de kogel


Nog lang geen eeuw heeft het geduurd en de concentratiekampen zijn terug. In Europa. En wie concentratiekampen zegt, zegt nazisme. Hitler is terug. Zes miljoen mensen stierven tijdens de tweede wereldoorlog in Europese concentratiekampen en in datzelfde Europa zitten vandaag opnieuw uitgerekend zes miljoen mensen in nieuwe concentratiekampen. Het gaat om vluchtelingen uit Syrië, Irak, Congo en nog andere oorlogsgebieden. Op de vlucht naar Europa worden ze tegengehouden in Turkije. Europa geeft namelijk geld aan Turkije om die vluchtelingen daar ter plekke op te sluiten. Op die manier komen ze ons hier niet lastig vallen. Nota bene: niet alle Europeanen weigeren het om oorlogsvluchtelingen op te vangen, alleen de rechtse en de rechts-extremistisch partijen willen dat. Maar die zijn vandaag nu eenmaal in de meerderheid. Dankzij de kiezer, de Europese en dus ook de Belgische kiezer. Wie in het stemhokje een bolletje zwart maakt naast de naam van een man of een vrouw die belooft te zullen ijveren voor het terugsturen van oorlogsvluchtelingen, is zonder meer medeplichig aan het opsluiten van mensen in onze gloednieuwe concentratiekampen. Nog een tip: de politici die deze misdaad tegen de mensheid begaan, herkent men hieraan dat zij de huidige migratiepolitiek waarbij Europa aan Turkije geld geeft om de vluchtelingen op te sluiten, "een succes" noemen. Medemisdadiger wordt men middels de propere kogel: het in te kleuren bolletje naast hun (partij)naam.

Zie bijvoorbeeld:

https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2019/03/20/artsen-zonder-grenzen-over-3-jaar-eu-turkije-deal-vluchtelinge/ 

en:

https://www.oneworld.nl/achtergrond/hoe-de-eu-deal-syrische-vluchtelingen-klem-zet-turkije/?gclid=CjwKCAjw-4_mBRBuEiwA5xnFIEwFc7yJh18r-gpuB3acb2M-DMYilrV20HZv6EvDGyV2r99tk1bXAhoCtOUQAvD_BwE 

(Wordt vervolgd)

(J.B., 27 april 2019)

  

           

   

13-04-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Aflevering 5: De verloren dimensie





            Het narrenschip

Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019

           

            









Aflevering 5: De verloren dimensie


Zoals de twintigste eeuw heden berucht is voor de wereldwijde explosie van het geweld dat daarin heeft plaatsgehad, zo staat het nu al vast dat het begin van de eenentwintigste eeuw in het Westen de geschiedenis zal ingaan als een tijdspanne van uit de welstand voortgekomen vadsigheid, onwetendheid, anti-menselijkheid en egoïsme.

Het is een algemeen bekend gegeven dat de menselijke capaciteiten pas uitputtend aangesproken worden in tijden van nood, met andere woorden: waar de noodzaak tot handelen ontbreekt, neigt men ertoe om op zijn lauweren te rusten. Het duizenden jaren oude gezegde, stammend uit de tijd van Herakleitos of uit nog vroegere eeuwen, namelijk dat de oorlog de vader is van alle dingen, verwijst heel waarschijnlijk naar deze grote waarheid.

De mens heeft altijd heel wat mogelijkheden gehad maar die werden niet altijd benut omdat het inspanningen kost om die ook te realiseren terwijl al te vaak blijkt dat pas de noodzaak ons tot inspanningen kan bewegen. Edoch, waar bijvoorbeeld een tijdperk van grote welstand bewerkt dat die inspanningen achterwege blijven, blijven ook onze mogelijkheden onbenut en op de keper beschouwd betekent dit niets anders dan dat wij dan ons mens-zijn niet ten volle realiseren. Soms is de vadsigheid zo overheersend dat een algehele verdierlijking optreedt: men wordt blasé, wat wil zeggen dat men ingevolge overprikkeling (van de lusten) ongevoelig wordt voor verder genot; de ijver maakt plaats voor luiheid; de slaap vervangt de waakzaamheid en de deur staat open voor rovers: de mens dreigt zijn mens-zijn te verliezen.

Maar deze regel geldt niet alleen met betrekking tot onze fysieke en intellectuele capaciteiten: ook de voor de mens zo kentekenende morele dimensie deelt in de klappen waar niet een of andere noodzaak ons tot meer bezonnenheid inzake de omgang met onze naaste dwingt. Van een moreel tekort getuigt in feite reeds de noodzaak van een noodzaak tot ontwikkeling. Immers, indien wij moreel beter waren dan wij heden zijn, dan zouden wij misschien uit eigen beweging overgaan tot de ontwikkeling van al onze menselijke mogelijkheden; wij zouden bijvoorbeeld niet wachten om stookolie te vervangen door windenergie tot de dag dat het uitgeput raken van de oliereserves ons daartoe dwingt.

Oog in oog met de vrijwel volstrekte onverschilligheid waarop het verraad aan de door de Verenigde Naties ondertekende Universele Verklaring van de Rechten van de Mens in deze tijd onthaald wordt, kan men moeilijk anders dan de toekomst van de humaniteit met pessimisme tegemoet te zien. Waar na de holocaust ten tijde van de Tweede Wereldoorlog een solidariteitsverdrag gesloten werd onder alle mensen, blijkt men zich in deze tijden helemaal niet te storen aan het feit dat dit hoogdravende gebaar gewoon een groteske leugen is gebleken. Men kan de hypocrisie terzake uiteraard niet langer met plaatsvervangende schaamte ondergaan omdat men zelf tot de mensensoort behoort en waar alsnog schaamte bestaat, blijkt deze niet eens door schuld begeleid te worden – getuige de hoger genoemde onverschilligheid.

Maar de zorg om anderen is niet alleen belangrijk voor die anderen: zoals de arbeid niet alleen goed is voor de economische productie maar ook voor de arbeider zelf omdat hij in zijn werk zichzelf realiseert of ontwikkelt – zoals trouwens bij uitstek blijkt in de sport die immers een arbeid is welke geen ander doel dient dan de ontwikkeling van de sporter – zo ook is de zorg voor anderen ook goed voor de zorgdragenden. Immers, door zorg te dragen voor anderen, boort men in zichzelf een dimensie van het mens-zijn aan die anders gedoemd zou zijn om in de duisternissen en de diepten van de ziel volledig weg te kwijnen. Bij het opvoeden van kinderen herbeleeft men zijn eigen kindertijd doordat men zich met zijn kinderen identificeert maar, meer nog dan dat, gaat men aldus in de ziel van zijn kinderen over: de opvoeding brengt de kinderen weliswaar groot maar zorgt er tegelijk voor dat de ouders zich in hun kroost transplanteren. In de zorg voor de stervenden troost men de stervenden maar tegelijk ontmoet men aldus het eigen menselijke lot, men anticipeert erop en men leert ermee omgaan. Er bestaat geen betere manier om de eigen kennis in vraag te stellen, op punt te stellen en bij te stellen dan door deze kennis te onderwijzen aan anderen. En in het algemeen bestaat er geen betere zelfhulp dan via de hulp aan anderen: de verantwoordelijkheid voor de medemens is onze verantwoordelijkheid, ze is voor de ander maar ze is ook van ons omdat ook ons bestaan er is voor de ander en tegelijk van ons – de twee zijn immers onscheidbaar omdat wij pas over ons bestaan beschikken in de mate dat wij er voor anderen zijn.

Waar de mensheid als zodanig verantwoordelijkheid opneemt voor zichzelf, kan zij dat nooit anders doen dan in de overeenkomst krachtens dewelke elke enkeling zich ertoe verbindt om voor zijn naaste zorg te dragen. Dat is geschied in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, afgelegd nadat de mensheid oog in oog stond met een van de grootste verschrikkingen uit de geschiedenis – de shoa. Zes miljoen burgers werden toen welbewust door hun eigen regering vermoord en wel op een industriële wijze en dus op dezelfde manier waarop men in fabrieken koekjes bakt, auto's monteert of vuilnis sorteert. Een volledig uit haar lood geslagen mensheid beloofde toen plechtig aan zichzelf dat zij dit nooit meer zou laten gebeuren: nooit meer zou een mens zijn broeder in de steek laten; nooit zou hij nog door zijn broeder in de steek gelaten worden. Een gloednieuw tijdperk werd aangekondigd, de mensheid leek één geworden.

Maar kijk, er is oorlog, steden en hele landen in het Midden-Oosten en in Afrika worden platgebombardeerd, mensen sneuvelen bij tienduizenden, zij laten alles achter en slaan op de vlucht, in rubberen bootjes steken zij de zeeën over, zij verdrinken, enkelen geraken tot op het Europese continent waar zij asiel zoeken, moeders met kinderen en ook jongemannen – de ouderen zijn gebleven: "Gaan jullie maar!", zo spraken ze hun zegen uit over hun nakomelingen: "Wij redden het toch niet meer!" De gelegenheid doet zich aldus voor dat mensen hun beloftes waar kunnen maken; het westen krijgt de kans om gestalte te geven aan een eengemaakte mensheid; de mogelijkheid dient zich aan om die dimensie van het mens-zijn aan te spreken en tot bloei te laten komen die wellicht onze allerdiepste dimensie is en die kan bewerken dat wij ons verheffen boven het loutere burgerschap naar het niveau van de humaniteit – wat een ervaring en wat een toekomst in het verschiet!

Moeders met op de arm kleine kinderen, wadend door rivieren, mager en ziek na maandenlange trektochten zoeken de open armen vanwege die Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, zo plechtig afgesloten, zo eensluidend, zo sonoor, zo gedragen na die wrede oorlog – de holocaust is ten langen leste niet vergeefs geweest!

Edoch open armen vinden zij niet: wat zij vinden zijn muren, in geen tijd opgetrokken, muren om hen die hulp zoeken af te weren. Laaghartige lieden hitsen elkaar op en zij schilderen hen die om hulp smeken af als vijanden, ja, als moordenaars; zij demoniseren de vluchtelingen teneinde aldus excuses te kunnen verzamelen om hen niet te moeten helpen. En de laaghartigen verenigen zich en zweren samen, zij richten politieke partijen op die zich voeden met mensen besmet met vreesachtigheid en ziek gemaakt met paranoïa en in geen tijd scandeert het ganse Europese continent – een van de welvarendste ter wereld, in de allerwelvarendste tijd ooit: "Ben ik soms mijn broeders hoeder?"

(Wordt vervolgd)

(J.B., 13 april 2019)           

  

   

11-04-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Aflevering 4: de ochlocratie


















            Het narrenschip

Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019

           

           

Aflevering 4: de ochlocratie


De verworden monarchie is de tirannie; de aristocratie kan afglijden naar de oligarchie en de gedegenereerde democratie is de ochlocratie. In het laatst genoemde geval is het gepeupel aan de macht ingevolge doorgedreven populisme: politici kiezen dan de kant van het volk – uiteraard in de negatieve betekenis: het volk als 'asociale bende'. Zo bijvoorbeeld kan de partij van de Catalaanse Carles Puigdemont populistisch heten omdat de streek rond Barcelona – een van de meest welvarende ter wereld – met de nagestreefde onafhankelijkheid de solidariteit met de armere Spaanse regio's poogt te ontvluchten. De Nederlandse PVV van Geert Wilders en het Belgische Vlaams Belang zijn in hetzelfde bedje ziek waar zij teren op xenofobie voortkomend uit egoïsme gekoppeld aan megalomanie. In Frankrijk gaat de partij van Marine Le Pen dezelfde richting uit, in Italië wil het rijke Noorden met de Lega Nord van Matteo Salvini niet langer delen met de armere zuiderse streken; in Duitsland teren de populisten van de AfD (Alternative für Deutschland) op de kortzichtige verzuchtingen van dat segment van de bevolking dat schaamteloos het eigenbelang nastreeft terwijl het precies daardoor zichzelf de das omdoet. Kennelijk daartoe aangespoord door de wrede aanslag uitgelokt en gepleegd door extreem rechts, gaat ook Denemarken verder de populistische toer op. In de verwesterde landen van het Oostblok, met als koplopers Polen en Hongarije, wakkeren populisten het nationalisme aan terwijl ze het eigen volk uitbuiten met dezelfde ijver die de dictators in Afrika aan de dag leggen en in Noord-Amerika maakt de populist Trump de V.S. voor de ogen van de ganse geciviliseerde wereld te schande met onder meer een ver doorgedreven vreemdelingenhaat gekoppeld aan feitelijke neokolonialistische uitbuiting.


Maar niet de aanslagen hebben de verrechtsing in de hand gewerkt, aanslagen zijn er immers altijd geweest: het op zichzelf terugplooien van de samenleving is een verraad aan de beloften gedaan door de Verenigde Naties ter bekrachtiging van de solidariteit onder alle wereldburgers na de tragedie van de holocaust. Extreem rechts betekent derhalve de terugkeer van Adolf Hitler of van alles waarvoor deze waanzinnige volksmenner staat: de zelfverheerlijking die belachelijk ware indien zij niet resulteerde in de meedogenloze genocide; de stompzinnige logica van ongeletterden die menen dat zij 'de natuur' een handje moeten toesteken inzake het laten zegevieren van het zogenaamde 'recht van de sterkste' en de barbaarse vernietiging van alle kunst en cultuur.


Maar er is nog een ander aspect aan de ochlocratie dat tevens de tirannie en de oligarchie kentekent maar, veel meer nog dan dat kenmerkt het ook de zogenaamd gezonde staatsvormen: de monarchie, de aristocratie en de democratie. Het gaat om een intrinsiek kenmerk van de wereldse rijken ongeacht hun aard en om hiervan enig begrip te kunnen krijgen, moet eerst verwezen worden naar het feit dat staatsstructuren als zodanig maar bijvoorbeeld ook kerken, beschouwd kunnen worden als instituten die individuen van een deel van hun denkarbeid ontlasten – of moet men veeleer zeggen dat zij ons van ons denken en van ons bewustzijn beroven?


Een vruchtbare toegang tot de problematiek in kwestie verschaft ons de parabel van de grootinquisiteur en wel dat gedeelte van het verhaal dat handelt over het probleem dat wordt uitgelokt door het voorstel van de duivel aan Christus om stenen in brood te veranderen teneinde de honger uit de wereld te helpen – een voorstel dat door Christus afgewezen wordt met de befaamde woorden: "De mens leeft niet van brood alleen". Dostojevski laat de grootinquisiteur zeggen dat Christus de mens veel te hoog ingeschat heeft omdat hij niet in staat zou zijn om voor zijn eigen zielenheil te zorgen: de kerk doet dat in zijn plaats... in ruil voor zijn vrijheid. Het instituut van de kerk denkt en beslist eigenlijk in de plaats van elke gelovige in ruil voor zijn blinde gehoorzaamheid precies zoals de wetenschap en de techniek denken in de plaats van alle enkelingen die daar dan de vruchten van plukken. Zoals alle enkelingen de door wetenschap en techniek uitgevonden instrumenten benutten en de voorgeschreven pillen slikken, zo volgen de gelovigen de religieuze geboden en nuttigen zij de geconsacreerde hostie. De mens die zich op de kerk verlaat, geeft dan eigenlijk de vrijheid die hij van zijn Schepper ontving, uit handen aan een autoriteit die in ruil daarvoor zorg belooft te zullen dragen voor zijn ziel. Edoch, de tragedie van dit handeltje ligt hierin dat mét de vrijheid onoverkomelijk het daaraan inherente bewustzijn en het menszijn zelf overboord gaan: gehoorzame wezens die zich aan de regels houden in ruil voor hun zielenheil, handelen niet in vrijheid en kunnen derhalve nooit dat heil bereiken waarvoor mensen voorbestemd zijn – wat uiteraard zonde is in de eigenlijke betekenis van het woord omdat mensen daar worden herleid tot geprogrammeerde subjecten, tot vee.


Het communisme geldt als voorbeeld bij uitstek van een regime dat de menselijke vrijheid miskent en fnuikt en dat derhalve rampzalig is voor de mens als zodanig – vandaar ook de niet aflatende strijd van de kerk tegen deze staatsvorm. Maar zoals reeds aangestipt met betrekking tot het verhaal van de grootinquisiteur, doet – althans volgens Dostojevski – de kerk zelf eigenlijk niets anders. Staten, kerken, instituten en nog allerlei andere structuren ontlasten ons van een deel van onszelf omdat zij taken van ons overnemen met de bedoeling aldus aan onze persoonlijke vrijheid meer armslag te kunnen geven maar steeds vaker blijkt dit tegendoelmatig te werken: dat deze structuren ons ontlasten van bepaalde taken, betekent tegelijk dat ze ons van deze taken beroven en dit laatste perspectief is heel terecht waar men moet erkennen dat de mens is wat hij doet. Het delegeren van zijn werk en van zijn beslissingsmacht aan derden resulteert hoe dan ook in zelfverlies en het drama van de hele zaak bestaat hierin dat het slachtoffer van deze contraproductieve gang van zaken zich hiervan niet alleen onbewust blijft maar dat hij bovendien in de illusie verkeert van het tegendeel: prompt gelooft hij gebruik te maken van zijn vrijheid en denkt hij macht over anderen uit te oefenen. Het is de paradox van de machtsuitoefening dat men zijn macht verliest door anderen met de eigen taken op te zadelen – en hetzelfde kan gezegd worden over de vrijheid (men verliest ze door er gebruik van te maken – vrijheid is immers keuzevrijheid en wie kiest, beperkt zichzelf), over de rijkdom, het geld, de tijd en het leven als zodanig. Staten, kerken, instituten en nog andere sociale koepels en structuren weten mensen ertoe te verleiden zich bij hen aan te sluiten door aan hen hulp te beloven terwijl zij hen in feite al helpende afhankelijk of dus hulpeloos maken. Het is de list van elke politicus dat hij zich aan het volk weet op te dringen als de helper bij uitstek terwijl hij het volk er uiteindelijk toe brengt dat het hem onderhoudt. Deze manier van werken bestaat principieel in alle staatsvormen maar in de ochlocratie die immers uit het populisme voortkomt, doen politici in feite niets anders dan dit omdat zij zich principieel bereid verklaren om de wil van het volk te volbrengen – ongeacht wat die wil inhoudt.


Nog erger dan de contraproductiviteit van dit gebeuren is het feit dat via het delegeren van denk- en doewerk aan staatsstructuren, kerken en andere instellingen in feite het leven zelf geautomatiseerd wordt: de lasten – het werk – en het bestuur – het denkwerk – worden overgeheveld naar volstrekt onbewuste mechanismen, machinaties die weliswaar werkzaam zijn doch die niet weten wat ze doen en die zelfs niet weten dàt ze iets doen omdat ze in feite niet handelen. De idee dat aldus de menselijke vrijheid groter wordt, is dan een kostelijke illusie die een heel andere realiteit verkapt, namelijk de transformatie van het bewuste handelen naar het passief behandeld worden, de overgang van het kunnen en het kennen naar de stilstand, de onwetendheid en de gevoelloosheid die onder de mom van de beloofde rust, het gemak, de pijnloosheid en het genot, niets anders dan de dood in het leven naar binnen loodsen. En zoals mensen aan sport beginnen te doen op het ogenblik dat zij gaan beseffen dat het vermeende gemak en het vermijden van zweet het leven zelf uit hun lichaam wegneemt, zo ook gaan zij beseffen dat het overlaten van het bestuur over hun leven aan politici in feite uitdraait op het verlies van de eigen geest, de eigen wil en de eigen toekomst. Andermaal: dit gevaar dreigt in ongeacht welke staatsvorm maar in de ochlocratie is de vernietigende werking ervan gegarandeerd.


(Wordt vervolgd)


(J.B., 11 april 2019)

 

           

                                      

           





           



   

05-04-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. Het narrenschip - Aflevering 3: het tijdperk van de leugen

















            Het narrenschip

Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019




Aflevering 3: het tijdperk van de leugen


Hoe speelt men het klaar om in een democratie die zich beroept op de open debatcultuur, het positief-wetenschappelijk karakter van haar stellingen en een zogeheten algehele transparantie, de waarheid weg te moffelen en de meest belachelijke en gemene leugens te doen zegevieren? En laten we eerst het geheugen opfrissen inzake slechts één van de meest recente gebeurtenissen teneinde alle verdenking weg te nemen dat wat hier gezegd werd overdreven zou zijn.

Op 2 oktober van vorig jaar verdween journalist Jamal Khashoggi. Hij was de ambassade van Saoedi-Arabië in Istanboel naar binnen gegaan om papieren in orde te maken voor een huwelijk terwijl zijn toekomstige vrouw hem buiten opwachtte. De man kwam nooit terug. Speurders vonden bewijzen dat hij gefolterd en vermoord was, dat zijn lijk in stukken werd gesneden en zo de plek naar buiten werd gesmokkeld. Ook werden bewijzen gevonden dat dit het werk was van de Saoedische regering. Maar wat had de journalist dan wel mispeuterd? De man had kritiek op de islam en in het jaar dat hij werd omgebracht, stichtte hij de politieke partij Democratie voor Saoedi-Arabië. Ook was hij de enige van niet koninklijken bloede die weet had van de band tussen de koning van Saoedi-Arabië en al-Qaeda voor de terreuraanslagen van 11 september 2001. Trump reageerde op de moord op deze vrijheidsstrijder door te stellen dat de economische relaties met de Saoedi's voorrang hebben op het achterhalen van de waarheid die niet gekend zou zijn – terwijl dat laatste werd tegengesproken door het hoofd van de CIA: Trump loog en dat werd ook bevestigd door het op 7 februari 2019 uitgebrachte rapport van een onderzoek van de VN naar de moord... die gepland bleek en uitgevoerd door regeringspersoneel van Saoedi-Arabië. Deze maand (april 2019) werd bekendgemaakt dat de vier kinderen van de omgebrachte journalist een compensatie aanvaard hebben van de Saoedische regering, onder meer in de vorm van een villa in dat land en een maandelijkse uitkering. (1) De waarheid als koopwaar.

Formuleren we andermaal de vraag: hoe speelt men het klaar, in een parlementaire democratie, om de waarheid te verduisteren en de leugen te doen zegevieren? En het antwoord blijkt uit het onderzoek van een vernuftig mechanisme in het systeem zelf van de besluitvorming, een machinatie welke garandeert dat zelfs de meest overtuigende argumentatie aan de kant kan geschoven worden zonder dat ook maar sprake zou kunnen zijn van enige tegenstand. De truc bestaat er in wezen in dat uitspraken, bij de verwerking ervan in de democratische machine, van hun betekenis worden ontdaan: ze zijn niet langer waar of onwaar maar ze krijgen een zeker gewicht, meer bepaald krijgen ze een getal opgeplakt: hun inhoud verdwijnt en maakt plaats voor wat nog overschiet van een ding eenmaal het van zijn inhoud werd ontdaan, en dat is zijn marktprijs. Op de markt is een ding net zoveel waard als men bereid is ervoor te betalen en dat geldt ook voor de waarheidswaarde van een ding: een waarheid die niet rendeert, is voortaan een leugen en een leugen die zaad in het bakje brengt, wordt tot waarheid uitgeroepen. Deze verdraaiing van de werkelijkheid gaat zo ver dat zij ook de nieuwsfeiten aantast en wel tot in het absurde. Niet alleen verhindert het kapitalistische Amerika dat er nog gesproken of geschreven wordt over de moord op Khashoggi; het nieuws wordt gevuld met wat er gebeurt of te gebeuren staat in televisiefeuilletons zoals Thuis: feiten en fantastische verzinsels worden door elkaar gehaspeld en zo ook echte mensen en de rollen die gespeeld worden door acteurs. Fictieve verzinsels worden in de media als nieuwsfeiten medegedeeld.

Maar hoe speelt men het dan klaar in het parlement om de leugen te laten triomferen over de waarheid? In het parlement met haar open debatcultuur, worden eerst argumenten te berde gebracht, argumenten met betrekking tot de inhoud van de naar voor gebrachte stellingen. Dan volgt een discussie over de inhoud van die stellingen. Edoch, de kat komt op de koord wanneer er tenslotte handel wordt gedreven in de argumenten zelf, wat hier op neer komt dat de ene moet zwijgen voor de andere: men doet aan elkaar bepaalde toegevingen in ruil voor andere toegevingen, in die zin dat de ene partij belooft om de andere bepaalde zaken niet te zullen aanrekenen als die andere partij op haar beurt belooft om de eerste bepaalde zaken niet te zullen aanrekenen. En dat is op de keper beschouwd verkapte chantage omdat het vertaalbaar is in deze zin: "Als jullie ons feit X aanrekenen dan zullen we met feit Y tegen jullie op de proppen komen". Als er tenslotte gestemd wordt waarbij de argumenten zich transformeren in loutere hoeveelheden of dus getallen, geschiedt er een kwantificering van kwaliteiten – lees: de dingen worden van hun inhoud ontdaan – en speelt de inhoud al helemaal niet meer mee: niet de stellingen die krachtens zekere argumenten ook waar bleken, winnen maar wel deze die de meeste stemmen achter zich verzamelden, en dus deze welke men voor waar wil doen doorgaan – met andere woorden leugens.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 5 april 2019)

Verwijzingen:

(1) https://nl.wikipedia.org/wiki/Jamal_Khashoggi  

           

                                      




   

04-04-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. Het narrenschip. Aflevering 2: het tijdperk van het sadisme.





            Het narrenschip

Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019

Aflevering 2: het tijdperk van het sadisme


In het in 1997 verschenen werk Das Böse oder Das Drama der Freiheit verhaalt de Duitse wijsgeer Rüdiger Safranski (1) over het kwaad dat onvermijdelijk want als prijs van de vrijheid in de wereld kwam. De poging tot een terugkeer naar de (eerlijk geachte) natuur die de (als hypocriet bestempelde) cultuur achter zich meent te kunnen laten, werd aangedreven door een streven naar het vermeerderen van de lust. Edoch, de lustmaximalisatie is een in wezen mateloos streven en waar dit zijn grenzen bereikt, tracht het zichzelf alsnog te overtreffen door aan de eigen lust het leed toe te voegen dat men aan derden berokkent. La maladie du voisin reconforte, même guérit, maar het leed van de buur maakt niet alleen gezond: het zorgt omzeggens voor een overmaat aan gezondheid in die zin dat het lust verschaft. In zijn bespreking van Markies de Sade, schrijft Safranski: "De lust is tiranniek. Hij wil geen genoegen schenken, maar zichzelf een genoegen verschaffen. En hij kan dat genoegen intensiveren door de ander kwaad te doen, door hem pijn te laten lijden." (2) De kwellingen waaraan men de ander onderwerpt, veroorzaken een heel bijzondere kitteling van de lust en inzake de lust is mateloosheid een principe: "Alles is goed als het maar mateloos is". (3) De wellust van het moorden wordt opgedreven door de moord te herhalen in de massamoord. Maar dat delirium, aldus de Sade, slaat uiteindelijk om in monotonie en daarom wil de lust een (tegenstribbelend) publiek, ontheiliging en schandaal.

Het kwaad is een mogelijkheid van de vrijheid en de politieke beweging van het liberalisme lijkt derhalve bijna gedoemd om, ook daar waar het niet ontspoort in het libertinisme, tot het kwaad te verworden. Het principe van de concurrentie is in wezen sadistisch omdat in de roes van het winnen, het genot dat voortkomt uit de nederlaag van de verliezer, niet te versmaden blijkt: de winnaar beklimt het podium en kijkt neer op de verliezer; hij verwerft in één klap allerlei voorrechten en het gelijkheidsbeginsel wordt als vanzelfsprekend opgeschort; het bedrieglijke gezegde dat niet de overwinning maar de deelname belangrijk is, is de enig resterende troostprijs voor de loser van wie men het normaal vindt dat hij de facto ook heel wat rechten kwijtspeelt: in economische termen staat winst gelijk met geld en geld zijn rechten omdat rechten zijn verworden tot marktproducten die immers gekocht en verkocht worden.

Waar open VLD-voorzitster Rutten voor de sterkeren – zij die een job hebben – belastingvoordeel vraagt en zij tegelijk de zwakkeren – de werklozen – ook nog van hun recht op een vervangingsinkomen wil beroven (4), toont zij het feitelijke sadisme dat zich in het hedendaagse liberalisme verschuilt: de eigen lust – de winst – heeft niet langer genoeg aan zichzelf: zij wil zich intensiveren middels het berokkenen van leed aan derden. Dit is de wansmakelijke perversie van een vrijheidsideologie die zichzelf heeft uitgehold; zij kan zich spiegelen aan het lelijke Amerika van Trump met aan de ene kant het leugenachtige vrijheidsbeeld dat staat voor de universele verwelkoming van alle mensen – want aan de andere kant de muur die de slavernij in stand houdt door illegale en derhalve rechtenloze arbeid voort te brengen welke de autochtone bevolking haar rijkdom garandeert.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 4 april 2019)

Verwijzingen:

(1) Rüdiger Safranski, Das Böse oder Das Drama der Freiheit, Carl Hanser Verlag, München, Wenen. Nederlandse vertaling van Mark Wildschut: Het kwaad, Atlas en Olympus, Amstel Uitgevers BV, 1998.

(2) R. Safranski, Het kwaad, Olympus, 2011, p. 164.

(3) Ibidem, pag. 165.

(4) Zie: https://www.hln.be/nieuws/binnenland/de-ideale-samenleving-volgens-open-vld-minder-overheid-en-minder-belastingen~a39fb32f/

                          

   

31-03-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het narrenschip - Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019















Het narrenschip


Een bedenking n.a.v. de verkiezingen in België in mei 2019

Aflevering 1: de democratie

           

In het jaar 427 voor Christus werd in Athene de wijsgeer Plato geboren die in zijn Politeia de verschillende staatsvormen bespreekt en als de democratie aan de beurt is, vergelijkt hij deze met een narrenschip. Hij vraagt zijn publiek zich in te beelden dat zij zich op een schip bevinden waarvan de stuurlui weliswaar charmante, welbespraakte of opvallende figuren zijn maar zij weten helemaal niets af van de stuurmanskunst; zij worden door de meerderheid van de opvarenden aangeduid om het schip te besturen maar dan omwille van eigenschappen die met zeevaartaangelegenheden niets te maken hebben. Tegelijk krijgen bekwame stuurlui zelfs geen kans om aan het roer te gaan staan omdat zij bij de meerderheid niet in de smaak vallen: zij worden prompt als nietsnutten aan de kant geschoven. Plato zegt vervolgens dat men de (democratisch verkozen) politici van dat ogenblik gerust mag vergelijken met de matrozen van dit narrenschip en dat in een democratie de bekwame stuurlui verplicht aan wal moeten blijven toezien hoe het dat narrenschip vergaat. (1)

           



           

Verwijzingen:


(1) Zie: Plato, De staat, VI, 478-488. De prent is een weergave van de betreffende bladzijden in de Plato-uitgave in Nederlandse vertaling van Xaveer de Win, Uitgeverij De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen 1980, deel 3, pp. 297v.

NB: beschikbare Nederlandse vertaling van De staat van Plato op het internet: https://www.dbnl.org/tekst/plat008repu01_01/ 

De tekst over het zogenaamde narrenschip vindt men vanaf hier:

https://www.dbnl.org/arch/plat008repu01_01/pag/plat008repu01_01.pdf#page=231 

(Wordt vervolgd)           

(J.B., 31.03.2019)





           



           

   

25-03-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zeven rampzalige uitvindingen











 

           

 

           

Zeven rampzalige uitvindingen



                  

Zeven rampzalige uitvindingen from JB on Vimeo.

     



18-03-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Graden van zijn – over hedendaags vampirisme










 

           

 

           







Graden van zijn – over hedendaags vampirisme

To be or not to be, that's the question. Edoch, zij die geloven dat hiermee alles gezegd is, slaan de bal flink mis want het gaat hier om een tautologie, een uitspraak die altijd waar is en die derhalve helemaal niets zegt. Bedoelt men met die dooddoener dat men niet tegelijk kan bestaan en niet bestaan, dan gaat men er alsnog vanuit dat men slechts voor de volle honderd percent kan bestaan ofwel helemaal niet maar die essentialistische opvatting is vandaag achterhaald: het is weliswaar correct dat doden niet weer tot leven gewekt kunnen worden maar dat neemt niet weg dat men kan spreken van een continuum als het gaat om het al dan niet bestaan en dit ziet men allang weerspiegeld in de wetgeving omtrent abortus. Maar ook anderszins kan de continuumtheorie best van tel zijn in een wereld waarin men gelijkgeschakeld wordt met zijn bezit.

In feite gaat het dan over macht, over het gewicht van iemands zijn, over wat men in de pap te brokken heeft, over het al dan niet erkend worden, over meetellen en over hebben: het volstaat niet meer te zijn; het levend wezen dat mens heet, werd herleid tot amper de kruier van een welbepaald burgerschap, een eigenaarschap of een bankrekening, een titel, een vakmanschap, een politieke en economische betekenis, een gewicht in de weegschaal die aangeeft hoe ernstig iemand mag of moet genomen worden. Lichtgewichten worden alom geschrapt en ingezet als slaven zonder stem; zwaargewichten lopen in de kijker en vreten de aandacht op van tientallen, honderden, miljoenen en soms miljarden mensen. Het is een handeltje waarover het laatste woord nog lang niet gezegd is maar het lijkt er wel heel sterk op dat mensen, of alvast bepaalde wezens die de mens als kruier hebben, zich voeden met aandacht zoals de kruier zelf zich voedt met brood.

Slaat men in de ochtend de kranten open – of de tablets – dan wordt men tot vervelens toe met almaar dezelfde figuren geconfronteerd: een of andere koning of prins, een politicus, een mediageile professor, een paus, een miljardair – noem maar op. Sommigen van hen beweren het allerminst prettig te vinden om dagelijks nieuwsjagers van zich af te moeten schudden maar anderen komen er dan weer voor uit dat zij hun bestaan te danken hebben aan de massale aandacht van de wereld: zij leven van andermans aandacht... maar dan wel zoals vampieren leven van andermans bloed.

En dat betekent dat zij zonder die aandacht gedoemd zijn om binnen de kortste keren te sterven, precies zoals vampieren voorgoed vergaan als zij niet op tijd en stond hun tanden in de kelen der levenden kunnen planten.

Verandert men echter van perspectief, wat hier betekent dat men de zaak nu eens niet bekijkt vanuit de positie van wie de aandacht trekken maar vanuit deze van wie aandacht geven, dan rijst onmiddellijk de vraag waarom men eigenlijk aandacht schenkt aan welbepaalde zaken of figuren en voor het antwoord op die vraag kan men best te rade gaan bij de waarnemingspsychologie. Mensen schenken aandacht aan figuren die op de een of andere manier opvallen, bewegen of die, kortom, als een bedreiging overkomen: iets of iemand trekt de aandacht wanneer die zaak of die persoon in het gezichtsveld treedt als een gevaar; de meest levensbedreigende figuren zijn de grootste aandachtstrekkers.

Terecht trekken vooral en uitgerekend die dingen en die mensen die een gevaar vormen voor ons ook onze aandacht; wat niet problematisch is, verschijnt nauwlijks of helemaal niet in ons bewustzijn en doet het dat wel, dan verdwijnt het er algauw weer uit, het wordt onzichtbaar. Maar opnieuw is dit een medaille met twee zijden: de aandachtstrekkers zelf staan ons in feite naar het leven, precies zoals vampieren dat doen. En een voor de hand liggend voorbeeld van het feit dat aandachtstrekkers niet onschuldig zijn, is de reclame.

De realiteit van de reclame leert ons dat zij niet vrijblijvend onze aandacht trekt; dat zaken die onze aandacht trekken, niet onschuldig zijn: hebben wij onvoldoende weerstand tegen de reclame dan worden wij erdoor verleid – met name om te kopen: vaker gaat de aandachtstrekker er ten langen leste met ons geld vandoor en geld is energie want het wordt pas verworven door noeste inspanningen – geld is... bloed. Vandaar is het een waarheid als een koe dat aandachtstrekkers in wezen vampieren zijn.

Reclame is de aandachtstrekker bij uitstek maar ook propaganda is dat, het is een vorm van verborgen reclame die wij immers gemakkelijk verwarren met informatie. En het belang van de bronvermelding bij het verstrekken van informatie, waarschuwt ons andermaal voor het feit dat zogenaamde objectieve informatie een al te mooi sprookje is: wie iets vertelt, doet dat met een zekere bedoeling, met in het achterhoofd een zeker belang en hij beïnvloedt diegenen aan wie hij het vertelt, hij manipuleert, hij liegt, alleen al doordat bij het verstrekken van informatie, zekere zaken gezegd worden en andere weer niet.

Reclame, propaganda, informatie: uitgerekend die zaken die wij voor onze oriëntatie en voor onze handhaving in de wereld nodig hebben, verkappen vaker dan wij dat vermoeden precies het omgekeerde van datgene wat wij met hen voor hadden: in plaats van ons ten dienste te staan, zien zij ons eigenlijk als prooien aan wie zij zich voordoen zoals de wolf in het beroemde sprookje van de gebroeders Grimm: De wolf en de zeven geitjes. Achter het decor van reclame, propaganda en informatie maar ook achter de façade van mode, stijl, kunst én... leerrijke sprookjes, verbergen zich steeds vaker manipulatoren die het erop gemunt hebben onze ideeën en derhalve ons gedrag – en bij uitstek ons koopgedrag – te sturen volgens hun eigenste voordeel en ten koste van ons bloed.

Voor een beschouwing over vampirisme, zie:

https://www.bloggen.be/omskvtdw/archief.php?ID=2746284 en

http://blogimages.bloggen.be/tisallemaiet/attach/226442.pdf

(J.B., 18 maart 2019)










Nosferatu from JB on Vimeo.


11-03-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Seks en samenleving - deel 10: het einde van de liefde











Seks en samenleving


Deel 10: het einde van de liefde


In 1948 schreef de Schot Eric Arthur Blair – alias George Orwell – de succesrijke dystopische roman, getiteld: 1984. Samen met zijn Animal Farm is dit werk een aanklacht tegen het totalitarisme dat door velen geïdentificeerd wordt met het Stalinisme uit die tijd – Stalin regeerde van 1922 tot 1952 – maar dat volgens vele anderen evengoed slaat op elke andere totalitaire staat, van het nazisme en het Britse imperialisme tot het kapitalisme in het algemeen – Blairs vader diende het Britse imperium in de toenmalige Indische kolonie maar hijzelf keerde zich tegen die uitbuiting en werd geëngageerd journalist, marxist en socialist. De roman 1984 toont hoe de totalitaire staat, verbeeld door big brother, haar macht put uit het corrumperen van de meest intieme relatie tussen (twee) mensen: hij dwingt hen ertoe elkaar te verraden en doet dat middels gruwelijke martelpraktijken. De totalitaire staat onderwerpt de burgers door hen te controleren en hen aldus van hun privacy te beroven en van zichzelf, van hun eigen wil: zij worden herleid tot gehoorzame werktuigen van het regime. In feite wordt de mens beroofd van zijn geheimen precies omdat het die geheimen zijn waarop machthebbers nooit vat kunnen krijgen en het geheim bij uitstek is de liefde in de intiemste relatie tussen (twee) mensen. De instelling van het huwelijk is in wezen een poging om dit geheim te vernietigen door het te schenden want het huwelijk maakt de liefde openbaar zodat zij niet langer door het geheim geborgen wordt. Het koppel staat na het huwelijk te kijk voor iedereen en werd herleid tot nog slechts een werktuig van de staat die de beide participanten in de echt geslagen heeft.


Tot voor kort ontsnapten het merendeel van de holebi's aan deze staatscontrole en waren zij in feite de enigen die nog konden blijven beschikken over het geheim van hun liefde en zo waren zij ook de enigen die nog in staat waren tot liefde in de betekenis van de meest intieme relatie tussen twee mensen, geborgen door het grootst denkbare schild: het geheim. De tentakels van de macht konden niet tot in hun intimiteit reiken en homo's bleven derhalve gespaard van de wurggreep van de macht en behielden als enigen de mogelijkheid om zich te onttrekken aan de identiteitsroof die alle 'normale' burgers treft wanneer zij tot het huwelijk gedwongen worden, waarbij zij hun geheim aan de staat prijsgeven, wat inhoudt dat zij de intimiteit en dus ook het diepste wezen van hun liefdesband mét het prijsgeven van deze allersterkste bescherming teniet doen . Holebi's behielden aldus hun eigen 'ik' – hun privacy en hun vrijheid – wat verklaart waarom deze groep altijd zo goed vertegenwoordigd is geweest in de middens van kunstenaars en intellectuelen want creativiteit zonder vrijheid is ondenkbaar.


Wanneer vandaag het totalitarisme, nu in de gedaante van het kapitalisme, als nooit voordien om zich heen grijpt, blijkt men blind te blijven voor de ware toedracht van bijvoorbeeld de instelling van het homohuwelijk, dat helemaal niet bedoeld is als een tegemoetkoming aan een of andere nood aan gelijkberechtiging bij de homo's, zoals men het graag voorstelt, maar veeleer als een poging om de nog resterende vrijheden aan banden te leggen middels de verregaande controle die zich uit als een huwelijksplicht verkapt als huwelijkstoelating, waarbij men in feite uit de kast gejaagd wordt: de liefde wordt beroofd van haar heimelijk karakter dat in wezen haar meest efficiënte bescherming is en met het prijsgeven van haar geheim, houdt zij op als liefde te bestaan: zij bestaat niet langer vanuit zichzelf maar in het beste geval als een door de staat gedefinieerde en gecontroleerde relatie met verplichtingen voor de participanten, alsof zij zich helemaal niet onderscheidde van alle andere relatievormen die in wezen economisch van aard zijn.


Het verdwijnen van de liefde zal definitief zijn ofwel zal zij zich ontwikkelen in de marge van de hedendaagse totalitaire maatschappijen: om te kunnen voortbestaan zal de liefde het leven zelf van haar participanten eisen als enige geldige borgsom – in een totalitaire wereld is dat een onontkoombare consequentie. Zoals de held eerst moet sneuvelen en derhalve eerst dood moet zijn om als held te kunnen bestaan, zo ook zal voortaan de liefde bestaan. Zij die haar niet erkennen, zullen beweren dat de liefde niet langer bestaat maar zij die haar genegen zijn, zullen terecht volhouden dat zij blijft voortdurend in een andere wereld.


(J.B., 11 maart 2019)

  











08-03-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Seks en samenleving - Deel 9







                       

Seks en samenleving


Deel 9


Stigmatiseren en afschepen

Vandaag lijken concentratiekampen in het westen voorlopig ondenkbaar maar schijn bedriegt andermaal omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan: de stigmatisering en de excommunicatie van homo's is bij wet verboden maar dat is belastingontduiking ook en zoals de meeste grootverdieners geen cent belastingen betalen terwijl zij ogenschijnlijk toch altijd binnen de lijntjes van de wet blijven kleuren, zo ook gaan homohaters onverminderd door met hun allerminst ijdele pogingen om de mensen die zij haten het leven onmogelijk te maken en de zelfmoordcijfers liegen er niet om.

In de bijzonder complexe materie van de sociologie duikt een probleem op dat omwille van zijn immaterieel karakter vergelijkbaar is met een probleem dat zich voordeed toen de elektriciteit voor het eerst alom langs de wegen door de koperdraden stroomde. Diefstal van elektriciteit kon toen immers nog een geruime tijd geheel straffeloos gebeuren omdat het ging om een onstoffelijk product zodat er volgens de wetgeving van dat ogenblik van misdaad eigenlijk geen sprake kon zijn. Een gelijkaardig probleem deed zich voor inzake auteursrechten en vandaag dienen zich weer andere, principieel daarmee vergelijkbare doch nog veel complexere problemen aan met betrekking tot zaken die verband houden met privacy, openbaarheid, eer, schande, schaamte, stalking, laster, reputatie, stigmatisering, verleiding, seks, misleiding, invloed en macht.

Verkeerdelijk wordt er door velen vanuit gegaan dat alles wat kenbaar is, ook gekend wordt, dat alle kennis principieel voor iedereen beschikbaar is, dat in de wereld waarheid en rechtvaardigheid heersen, dat er geen geheimen (meer) zijn, dat voor iedereen gezorgd zal worden, dat het leven voor onschendbaar wordt gehouden, dat de wetten de eerlijkheid dienen, dat de staat de armen bijstaat en nog meer van die beloften die luilekkerland naar de kroon steken. En zo moet het merendeel van de mensen eerst oud worden en hulpbehoevend om geconfronteerd te worden met het feit dat velen onder hen hun leven in dwangarbeid hebben doorgebracht en dat zij daarvoor vaak helemaal niet beloond worden zoals het hoort, als zij er al niet voor gestraft worden. De krachten die het intermenselijke verkeer regelen of ontregelen zijn niet zozeer de wetten – zij vormen slechts een façade – maar het zijn de moeilijk in te schatten handelingen, gedragingen, tendensen, modes, gewoonten, kortom subtiele en geheel ondefinieerbare krachten die zich niets gelegen laten aan redelijkheid, wettelijkheid, maat, norm en orde maar die veeleer verband houden met sympathie en antipathie, empathie, psychopathie, kunst, gevoelens en nog talloze andere blinde werkingen die onderwerpen zonder zelf bestuurd te kunnen worden tenzij heel tijdelijk en door enkelingen. Ludwig Wittgenstein schrijft in zijn Tractatus: “Die stillschweigenden Abmachungen zum Verständnis der Umgangssprache sind enorm kompliziert” en bij uitbreiding zou met hetzelfde kunnen zeggen over alle vormen van omgang en communicatie.

Komt daarbij dat uit de hand gelopen wetenschappen, technologieën en industrieën ons opzadelen met structuren die zich quasi autonoom boven onze hoofden ontwikkelen en die ons doen en denken binnen hun blinde banen en bochten dwingen die dan zoals door Herbert Marcuse beschreven onder meer leiden tot wat men nu de milieuproblematiek noemt – een van de vele resultaten van het contraproductieve handelen waarmee de mens zichzelf de das omdoet. De economie is niet langer een van onze werktuigen maar zij dicteert ons, wij zijn een werktuig in haar greep. Zo ook is informatie niet langer iets dat wij kunnen verwerven maar zijn wijzelf verworden tot informatiedeeltjes binnen alles verslindende databanken. Datgene aan ons wat niet omzetbaar is in cijfers, bestaat niet langer. Het persoonlijke verdwijnt uit de stuurcabine; personen worden van hun wil ontdaan en zo ook van de vrijheid welke nog restte; de wereld mist een stuurman, hij wordt 'gestuurd' door blinde krachten en in het licht van deze verontrustende omkeringen blijken de vrijheid en de wil, het ik en de eigen gedachten en emoties, die allerdiepste gevoelens waaruit eens sprookjes ontsproten, symfonieën, balletten en romances... blijken al die mooie dingen niets meer dan illusies, zeepbellen, lucht. Felix Timmermans schrijft:

Ik hou van nevel bij de val der blaadren;

het stemt tot weemoed om ik weet niet wat.

Verlangen en betreuren glimmen mat,

het hart zwijgt loom in ’t struikgewas der aadren.

Dit is de stilte die ’t geluk laat naadren,

het ver geluk, dat iets van God bevat,

maar telkens als een zeepbel openspat

bij al ’t gedruis, dat wij in ons vergaadren. (24)


Hoe ver van ons verwijderd klinkt de werkelijkheid weergegeven in dit gedicht. Maar in die bijna helemaal aan de stof onttrokken sferen is het ook dat de meest verfijnde vormen van criminaliteit zich zijn gaan huisvesten en gedijen; in feite parasiteren zij op de cultuur door haar te gebruiken als voertuig: de dief gaat aanzitten aan de tafel van de koning op de plaats waar de edelman had moeten zitten wiens kledij hij stal nadat hij hem eerst met zijn eigen mes vermoordde. De gesofisticeerde crimineel bedient zich van het protocol als was het een wapen door het in functie van beledigingen aan te wenden: iedereen is getuige van begroetingen maar het niet begroeten van mensen blijft onwaarneembaar. Mensen worden onzichtbaar beledigd in het openbaar met complimenten met titels of met eigenschappen welke hen niet toebehoren. Beschuldigingen worden geïnsinueerd bij afwezigheid van getuigen. Gepeste mensen kunnen onmogelijk een klacht hard maken omdat de pester ervoor zorgt dat er geen getuigen zijn. Ook de toegebrachte schade blijft onzichtbaar daar zij zich situeert in de ziel van de betrokkene of in de hoofden van diegenen aan wie laster werd verteld. De pester herhaalt zijn pesterijen eindeloos, de druppel op het hoofd voelt aan als een kassei maar een voorbijganger ziet slechts de waterdruppel en noemt het slachtoffer met zijn luide schreeuw kleinzerig. De pester doodt zijn slachtoffer met diens eigen stresshormoon dat continu in grote hoeveelheden geproduceerd, functioneert als een genadeloos zenuwgif dat hem gestaag ten gronde richt.

Stigmatisering en karaktermoord gaan vooraf aan en staan ten dienste van excommunicatie: waar homofobie heerst, worden in het beste geval de slachtoffers alom afgescheept, wat wil zeggen dat zij onder voorwendsels onverrichter zake weggestuurd worden – als zij solliciteren voor een job, als zij op zoek gaan naar een woonst, als zij in een winkel iets bestellen, als zij om een inlichting verzoeken of als zij gewoon de weg vragen: men zendt hen prompt de verkeerde kant op en men lacht. Karaktermoord kondigt vaker zogenaamd 'zinloos geweld' aan, moord, zelfmoord of een ongeluk.


En daar komen de neo-neonazi's

Met manifestaties zoals de Nashville-verklaring wordt de democratie verdrongen en probeert een zekere illegaliteit zichzelf tot effectieve wet te maken. Zoals de burgerwachten in Ierland het recht in eigen handen nemen en mensen kreupel maken of vermoorden omdat zij menen dat de politie haar taak niet naar behoren vervult als zij niet de dingen bestraft die door deze sekten zelf worden afgekeurd, zo ook opereren bendes die zich scharen achter verklaringen over een eigen soort moraal die volledig losstaat van de wet. In weerwil van democratisch tot stand gekomen wetten, leggen deze bendes aan het volk wetten op van eigen fabricaat en bestraffen zij middels geheel anonieme doodseskaders vergelijkbaar met de 'slapende cellen' van I.S. al diegenen die eraan verzaken deze nieuwe ongeschreven wetten te erkennen – men herinnere zich de massamoord gepleegd door Anders Breivik. Deze bendes die zich voordoen als groepen van eensgezinde intellectuelen pakken schaamteloos uit met een eigen wetgeving – 'verklaringen' – waarin zij op de keper beschouwd stellen dat zij niet langer de wet erkennen maar enkel de zelf gebrouwde eigen regels, zo bijvoorbeeld inzake de huwelijksmoraal. Mensen hebben weliswaar het recht om voor zichzelf te beslissen dat zij niet met iemand van het zelfde geslacht willen samenleven maar zij hebben niet het recht om deze eigen keuze ook aan anderen op te leggen als de wet deze keuze vrij laat; zij hebben het recht om elk voor zichzelf te geloven dat ongeacht welke, soms duizenden jaren oude geschriften het woord van god zijn maar zij hebben niet het recht om anderen ertoe te dwingen hetzelfde geloof te belijden waar staat en kerk gescheiden zijn. Maar aan anderen hun eigen willetje opleggen is wat zij doen middels hun doodseskaders (momenteel in Ierland) én middels hun verklaringen (sinds een viertal jaren in de V.S. en nu ook in Europa) waarmee zij niets minder doen dan de democratische wereldgemeenschap uitdagen. Zij verschillen in dat opzicht helemaal niet van de sekten (over welke men moet zeggen dat zij zich meestal nog gedeisd houden) of van de Islamitische Staat; zij promoten een heuse terugkeer van onze cultuur – niet naar de dictatoriale middeleeuwen maar nog veel verder terug in de tijd, naar de barbarij, de totale willekeur, het recht van de sterkste, de arbitraire regels van een handvol potentaten, afgedwongen met marteling en moord. 

(wordt vervolgd)

(J.B., 8 maart 2019)


Verwijzingen:

(24) Felix Timmermans, uit een sonnet d.d. 7 augustus 1946.

















05-03-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Seks en samenleving - Deel 8: homohaat






           

Seks en samenleving


Deel 8: homohaat

In onze contreien is het intussen algemeen bekend dat in de jaren 1933 tot 1945 onder het naziregime zowat 50.000 homo's door een speciale afdeling van de Gestapo werden opgepakt, veroordeeld en gevangen gezet en dat tot 15.000 van hen omkwamen in concentratiekampen. (14) De vervolging gebeurde op grond van een (buiten de naziperiode zelden toegepaste) Duitse wet uit 1871 die pas in 1994 werd afgeschaft. (15) Gedwongen castratie en opname in psychiatrische instellingen waren courant.

Pas sinds de publicatie in 2015 van Psychogenocide van de Leuvense psychiater Erik Thys, weten wij dat vervolging van homo's ook in België gangbaar was: totdat de castratiewet uit 1911 na protesten onder intitiatief van onder meer Gerard Reve in 1971 werd afgeschaft, werden hier te lande de homo's naar dokter Aimé Wyffels van het Willibrordusgesticht in het Nederlandse Heiloo gebracht om daar gecastreerd te worden. (16) Het boek verhaalt eveneens dat onder de nazi's ook in de Belgische psychiatrische instellingen de patiënten werden vermoord met de medewerking van het medische corps en dit gebeurde middels de feilloze moordmethode van het vetloze dieet. (17)

Vandaag is homoseksualiteit nog steeds strafbaar in 73 landen – dat is de helft van alle landen ter wereld – en in een tiental landen geldt de doodstraf. Het homohuwelijk is nu weliswaar in 25 landen toegestaan maar de wettelijke bescherming tegen homodiscriminatie bestaat slechts in enkele Europese landen en in Canada. (18) Dat de oud-gouverneur van Indiana die in zijn staat de homodiscriminatie legaal maakte onder de dekmantel van godsdienstvrijheid vandaag de functie bekleedt van vice-president van de V.S. – het land met het grootste vrijheidsbeeld ter wereld – spreekt boekdelen. (19) En voor het Vaticaan blijft homoseksualiteit tegennatuurlijk en dit in weerwil van alle verbluffende onthullingen van de meest recente tijd, waaronder de jongste publicatie van Frédéric Martel: Sodoma. Het geheim van het Vaticaan. (20)

Vandaag wordt Ramzan Kadyrov, de president van de Tsjetsjeense Russische autonome republiek, ervan beschuldigd middels folterende en moordende doodeskaders terreur te zaaien in het ganse land: de berichten dat er jacht wordt gemaakt op homo's en dat zij in regeringsgebouwen en in Kadyrov zijn ranches worden gevangen gehouden, gefolterd en vermoord, worden bevestigd door Amnesty International. (21) Het herinnert aan de joodse filosofe Hannah Arendt die wreedheid koppelt aan een gebrek aan intelligentie, als men moet vernemen dat Kadyrov de lagere school niet afmaakte. (22)

Een verkapte vorm van homovervolging bestaat in het beschouwen van homoseksualiteit als een ziekte. Van 1952 tot 1987 werd homoseksualiteit door het Internationaal Handboek voor Psychiatrie effectief als een ziekte beschouwd. Nadien werden de zogenaamde 'conversietherapieën' of methoden welke pretenderen dat zij de geaardheid van mensen kunnen veranderen, moreel veroordeeld of verboden. Conversietherapieën gebruiken drastische vormen van conditionering die de behandelde mensen allerminst helpen maar wel vaker de zelfmoord in drijven. (23) Vandaag steken die sinds 2014 door het Internationaal Comitee tegen Marteling als martelpraktijken bestempelde methoden opnieuw de kop op naar aanleiding van de beruchte Nashville-verklaring die in 2017 ontstond in de V.S. in hypocriet genoemde rechts-conservatieve religieuze middens rond Donald Trump, die zich keren tegen onder meer homoseksualiteit.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 5 maart 2019)

Verwijzingen:

(14) https://nl.wikipedia.org/wiki/Homoseksualiteit_in_nazi-Duitsland

(15) https://nl.wikipedia.org/wiki/Paragraaf_175

https://www.amnesty.nl/encyclopedie/homoseksuelen-homofobie-homohaat

https://www.amnesty.nl/encyclopedie/conversietherapie-en-mensenrechten

(16) Thys, Erik, Psychogenocide. Psychiatrie, kunst en massamoord onder de nazi's, Epo, Berchem 2015, p. 246.

(17) Ibidem, p. 231-267.

(18) https://www.amnesty.nl/encyclopedie/homoseksuelen-homofobie-homohaat

(19) http://time.com/4406337/mike-pence-gay-rights-lgbt-religious-freedom/

(20) Frédéric Martel: Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, Van Halewyck 2019.

(21) https://www.amnesty.nl/actueel/tsjetsjenie-aanval-op-homoseksuelen-lesbiennes-hervat

(22) https://nl.wikipedia.org/wiki/Ramzan_Kadyrov

(23) https://www.amnesty.nl/encyclopedie/conversietherapie-en-mensenrechten













28-02-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Seks en samenleving - Deel 7: homofobie





           

Seks en samenleving


Deel 7: homofobie

Zoals reeds gezegd moet de reden voor de vervolging en voor de discriminatie van homo's niet gezocht worden in het specifieke van deze geaardheid zelf. Homo's worden vervolgd om dezelfde reden waarom in onze contreien bijvoorbeeld ook mensen met een andere huidskleur vervolgd worden of mensen met een handicap of tot voor kort ook linkshandigen. Zij hebben namelijk allemaal dit ene kenmerk gemeen dat zij in ongeacht welke eigenschap verschillen van de meerderheid van de bevolking terwijl zij zelf een minderheid vormen. En de meerderheid vreest wie anders zijn en zo spreekt men over homofobie, over xenofobie, over de achterstelling van anderstalige minderheden en zo voort. Wie anders is dan ons, is slecht, zo luidt de eerste wet van wie tot een specifieke meerderheid behoren en die andersheid kan verwijzen naar een neutraal verschil, naar een handicap of naar een criminele ingesteldheid maar evengoed kan zij verwijzen naar een superieure lichaamskracht, naar een briljante intelligentie, naar vroomheid of naar menslievendheid, zoals dat bij uitstek het geval was met de stichter van het christendom die geen vlieg kwaad deed terwijl het volk liever Hem veroordeelde dan de moordenaar Barabbas. De kwestie is dat andersheid op zich als slecht bestempeld wordt en zo is ook homofobie in feite net zoals racisme een vorm van xenofobie: het is de vrees voor wat ongewoon is of vreemd, de angst voor het onbekende want op wat men niet kent, kan men niet anticiperen; het onbekende wordt ervaren als een dreiging, een gevaar en gevaren maken alert, gevaren verwijzen naar een mogelijk kwaad. Vandaar geldt meteen het devies: wat slecht is, moet bestreden worden, wat in dit geval betekent dat men het ideaal nastreeft van de volstrekte uniformiteit – de tegenpool van diversiteit. Mensen die om welke reden dan ook uit de toon vallen, worden uit de groep gebannen of meteen gedood.

Voorzichtigheid is een deugd maar tegelijk stamt uit de ervaring van alledag het gezegde dat vrees een slechte leermeester is: het benaderen van de dingen vanuit weetgierigheid maakt de wetenschap mogelijk en brengt ons kennis bij maar de angst voor het onbekende maakt dit onbekende bij voorbaat tot vijand waardoor men zich ervoor afsluit; men gaat het demoniseren teneinde aldus een schijn van gelijk op te hangen als men overgaat tot de bestrijding ervan: de meerderheid executeert de minderheden en doet dat op geen andere grond dan het zogenaamde 'recht van de sterkste' in de betekenis van the survival of the fittest, een term van Herbert Spencer verwijzend naar het door Charles Darwin in zijn evolutietheorie aan het licht gebrachte feit dat binnen een volk de beste overlevingskansen toekomen aan de best aangepaste leden – een natuurwet die indien zij wordt binnengeloodst in de cultuur, het 'recht van de sterkste' betekent of de regelrechte barbarij zoals verhaald in de gelijknamige roman van Cyriel Buysse, verwijzend naar een brute verkrachting. Tussen haakjes betekent de term barbaar – barbaros in het oud Grieks – brabbelaar want zo noemden de Hellenen wie geen Grieks spraken – in de wereld van vandaag zou men hen paradoxaal genoeg cultuurbarbaren noemen. De onwetendheid gaat zelfs zo ver dat bijvoorbeeld heel wat inwoners van Angelsaksische landen trots zijn op de specifieke onwetendheid welke erin bestaat dat zij geen andere taal dan het Engels (/het Amerikaans) hoeven te verstaan omdat ingevolge hun imperialisme (incluis: kolonialisme, fascisme, genocide) de hele wereld Engels als tweede taal is gaan spreken, wat zich uiteraard wreekt in het feit dat nu iedereen kan verstaan wat de Angelsaksen wel allemaal te vertellen hebben (of niet te vertellen hebben) terwijl alle anderstalige volkeren voor deze egocentrische potentaten geheel ontoegankelijk werden en bijgevolg verdacht zijn en welhaast gedemoniseerd dreigen te worden wegens 'gebrabbel', vandaag al vlotjes door de goegemeente opgevat als 'geheimtaal'.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 28.02.2019)












22-02-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Seks en samenleving - Deel 6: de kerk en het kindermisbruik




                                 

Seks en samenleving


Deel 6: de kerk en het kindermisbruik


Op 21 februari 2019 verscheen het aangekondigde boek van de Franse socioloog Frédéric Martel, getiteld: Sodoma. Het geheim van het Vatikaan. Reeds werd het werk alom gelezen en gerecenseerd door talloze journalisten maar onder meer doordat het hier gaat om (1°) een turf van 670 bladzijden, te lezen door mensen die met deadlines werken, (2°) een onderwerp dat danig sensationeel is maar tegelijk ernstig tragisch en (3°) het een nogal complexe zaak betreft, is het allerminst denkbeeldig dat door de bomen het bos de mist ingaat, dat men met andere woorden blijft hangen bij allerlei openbaringen welke alleen maar in functie van het onderwerp staan en dat men uit deze moeilijke zaak al te simpele tot zelfs totaal foute conclusies trekt.


Insiders weten allang hoe de vork aan de steel zit maar met dit boek werd voor het eerst publiek gemaakt wat de feiten zijn. Het boek van Martel heeft een wat misleidende titel – Sodoma – die immers verkeerdelijk insinueert dat het onderwerp van gesprek de homoseksualiteit (binnen de kerk) zou zijn. Ofschoon hieraan weliswaar vele bladzijden worden gewijd, is dat uitdrukkelijk niet het geval. Waarover gaat het boek dan wel? Het opzet van het werk van Martel en de grondstelling van het boek zijn heel eenvoudig. Martel wil het kindermisbruik in de kerk verklaren en hij stelt dat dit niet alleen wordt veroorzaakt door pedofilie maar evenzeer door homofobie.


Sinds enkele decennia – en in België pas sinds de zaak Vangheluwe in 2010 – is een grootschalig kindermisbruik in de kerk aan het licht gekomen. De verbijstering daaromtrent is begrijpelijkerwijze zeer groot en men zoekt naar verklaringen. De Franse socioloog heeft met zijn boek een verklaring gegeven of beter: de verklaring bij uitstek. In twee woorden komt die hier op neer.


Vooreerst moet gezegd worden dat het merendeel van de clerici al dan niet praktiserende homoseksuelen zijn: homoseksuelen hebben zich zelden welkom gevoeld in de maatschappij en zij zijn overal vervolgd geweest terwijl de kerk aan dit segment van de samenleving in feite altijd een toevlucht (of is het een uitvlucht?) heeft aangeboden, namelijk het celibataire priesterschap of het leven binnen de kloostermuren onder de kuisheidsgeloften.


Nu is het niet zo dat homo's in de kerk welkom zijn omdat de kerk een verkapte homogemeenschap zou zijn – uiteraard niet, want het katholieke geloof wijst de homoseksuele praktijk af daar het die beschouwt als een ernstige zonde die vanuit dat geloof in het Oude Testament de zonde van Sodoma ofwel sodomie wordt genoemd. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en zo bijvoorbeeld gaat het slinkend aantal priesterroepingen niet toevallig gepaard met de emancipatie van de homoseksuelen. Zoals overal gaapt er ook in de kerk een grote kloof tussen hoe de zaken zouden moeten zijn en hoe ze uiteindelijk zijn – de kloof tussen schijn en zijn. En om die schijn hoog te houden, wordt de praktijk van de homoseksualiteit in de kerk geheim gehouden.


Intussen echter kan in het geëmancipeerde westen met zijn scheiding van kerk en staat de homoseksualiteit niet langer als een misdaad worden beschouwd: de emancipatie van de homo's door het werk van zelfhulpgroepen maar ook dankzij hun bevrijding van repressieve religies en dankzij nieuwe wetenschappelijke inzichten maakt dat men zich niet langer hoeft te schamen voor deze geaardheid: vandaag is in het westen niet de homofilie een zonde en een kwaad maar daarentegen de homofobie – en terecht zoals onmiddellijk zal blijken. In een inclusieve maatschappij hoeven homo's niet te worden vergast; zij kunnen als zij dat wensen huwen en kinderen opvoeden.


Intussen echter blijft de katholieke kerk vasthouden aan een geloof dat verwijst naar de bijbel – 'het woord van God' – waaraan zij kennelijk niet durft te tornen en dit niet alleen alle wetenschappelijke inzichten ten spijt maar ook ondanks het gezond verstand. Want wie kan in alle eerlijkheid nog langer geloof hechten aan een 'goede God' die aan zijn menselijke schepselen (tot aan de generatie van aartsvader Abraham) gebiedt dat zij een zoon aan Hem offeren (dat wil zeggen: de keel oversnijden en dan roosteren aan het spit) als bewijs van liefde en trouw? Gelijkt dat immers niet veeleer op de meedogenloze inwijdingspraktijken van zekere drieste maffiosi? Nochtans houdt de kerk daaraan vast want de bijbel, zo zegt zij, is het woord van God.


De mens is gemaakt uit kleiaarde omdat het zo gezegd wordt in het Oude Testament. De vrouw is gemaakt uit een rib van de man omdat dit in de bijbel staat. Onze sterfelijkheid is er doordat onze voorouders aten van de verboden vrucht want zo staat het in het boek Genesis. En sodomieters worden door Jahweh gedood zoals beschreven in het verhaal over Sodoma en Gomorra. Gelovigen – en bij uitstek de clerus – moeten zich derhalve blijven schamen voor hun homoseksualiteit en daarom ook verbergen zij hun geaardheid.


Maar precies die geheimhouding maakt de misdaad van het kindermisbruik mogelijk en wel op de volgende manier. Wanneer zich onder de clerici pedofielen bevinden die zich schuldig maken aan kindermisbruik, worden zij niet aangegeven door andere clerici die immers meestal homoseksueel zijn... omdat deze homoseksuele clerici vrezen dat als het kindermisbruik gerechtelijk wordt onderzocht, ook hun homoseksualiteit aan het licht zal komen – en dat willen zij niet. De reden waarom zij dat niet willen is niet dat homofilie strafbaar zou zijn – dat is homofilie alvast in Rome niet; de reden is dat zij geloven dat homofilie een zonde is ofwel dat zij de schijn van dat geloof willen ophouden.


In het eerste geval willen zij niet dat hun vermeende zonde aan het licht komt; in het tweede geval willen zij vermijden dat hun ongeloof aan het licht komt. In de twee gevallen draait alles rond hypocrisie en het is die hypocrisie inzake homofilie welke ervoor zorgt dat binnen de kerk de kindermisbruikers altijd quasi ongehinderd hun gang hebben kunnen gaan.


Misschien zal het kindermisbruik binnen de kerk altijd blijven bestaan maar het zou waarschijnlijk wel flink ingedijkt kunnen worden als het taboe dat binnen de kerk op homoseksualiteit rust, overwonnen kon worden en dus wanneer homoseksualiteit maar ook seksualiteit in het algemeen ook binnen de kerk niet langer als zondig zonder meer werd beschouwd. Want het is uitgerekend de homofobe houding van de kerk maar ook haar 'aseksuele moraal', welke de clerus slaat met de angst dat zij uit de kast zullen worden gejaagd als zij betrokken worden in rechtszaken na het aangeven van kindermisbruik gepleegd door collega's. Andermaal vrezen zij dat aldus hun hypocrisie aan het licht zal komen.


Homofobie is derhalve niet alleen verwerpelijk omdat deze afwijking homo's schaadt: binnen het instituut van de kerk blijkt homofobie om de hoger aangegeven redenen ook voor onschuldige kinderen noodlottig. Het boek van Frédéric Martel leert ons in feite dat de oorzaak van het kindermisbruik binnen de kerk niet alleen te wijten is aan de onmiddellijke daders – de pedofielen – maar evenzeer en misschien in een nog grotere mate aan de homofoben.


Personen die homofilie laken, moeten na de publicatie van Martel's boek goed beseffen dat zij in een niet geringe mate bijdragen tot de misdaad van het kindermisbruik. Bij uitstek mensen met aanzien en gezag dragen in dezer bijgevolg een grote verantwoordelijkheid; vanaf heden kunnen zij zich niet langer bedienen van het excuus van de vrije meningsuiting omdat het nu eenmaal onmogelijk is om op een zinvolle manier een mening te hebben over het al dan niet feitelijk zijn van feiten.

(Wordt vervolgd)

(J.B., 22 februari 2019)












18-02-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over seks en samenleving - Deel 5: de kerk en het celibaat



                                                    

Over seks en samenleving


Deel 5: de kerk en het celibaat


NB: Dit artikel verscheen op deze weblog op 10 november 2010 (*)


Dit artikel wordt hier herhaald vanwege zijn eventuele toepasselijkheid naar aanleiding van het donderdag aanstaande te verschijnen boek Sodoma. Het geheim van het vatikaan van de Franse socioloog Frédéric Martel.


seks en voortplanting


Er wordt heel wat gepraat en geschreven over seks en seks wordt uiteraard ook duchtig bedreven, maar op de keper beschouwd weet eigenlijk geen mens wat seksualiteit precies is. Principieel iedereen ondergaat zijn geslachtelijkheid zoals men zijn leven zelf ondergaat en ook zijn dood, maar doorgronden doet men die zaken allerminst, ze blijven mysterieus en duister.


Louter technisch kon men seks als voortplanting definiëren, meer bepaald als voortplanting middels twee verschillende geslachten (de zogenaamde geslachtelijke voortplanting), want sommige planten kan men 'afleggen' en er bestaan ook diertjes die zich delen om zich aldus te vermenigvuldigen (de ongeslachtelijke voortplanting). Welnu, als men dát beschouwt als seks, dan is de term homoseksualiteit een contradictio in terminis: het kan geen seksualiteit zijn want er is geen voortplanting mee gemoeid. Sommige clerici benadrukken dit dan ook voortdurend: seks is voortplanting en het mag want het kan ook niets anders zijn dan dat...


De verliefden


Tegenover die definitie dat seks voortplanting is, staat nu dat vrijwel geen normaal mens zal trouwen, laat staan verliefd worden met de bedoeling kinderen te verwekken, en dit alleen al omdat verliefd worden niet iets is wat men beslist te doen. Dit kan vreemd klinken daar wij danig gewoon geworden zijn, enerzijds aan de verwisseling van drijfveren met redenen en, anderzijds, aan het identificeren van een geordend historisch proces met de noodzaak ervan.


Dat laatste toont zich in onze neiging om causale verbanden te induceren in louter opeenvolgende gebeurtenissen – een denkfout waarop onder meer de grote wijsgeer David Hume heeft gewezen. Indien mensen zouden vrijen met de bedoeling kinderen te verwekken, dan waren voorbehoedsmiddelen uiteraard overbodig en ook zou het aantal abortussen dan fors slinken. Eveneens zou in dat geval de zogenaamde homoseksualiteit vanzelfsprekend helemaal niet bestaan, evenmin als de seksualiteit met onvruchtbaren – van nature of door ziekte onvruchtbaren, nog niet vruchtbaren of dus kinderen en niet meer vruchtbaren of bejaarden, en bij uitstek bejaarde vrouwen.


Maar wie beweren dat mensen seks hebben om kinderen te verwekken, miskennen niet alleen het bestaan van allerlei vormen van seks waarbij voortplanting uitgesloten is. Zoals gezegd verwisselen zij tevens redenen, of redelijke argumenten, met drijfveren, beweegredenen of motieven, en zij doen dat wel zodanig dat hun redenen daardoor tot drogredenen verworden, wat wil zeggen dat zij worden gemotiveerd door drijfveren die zij niet redelijk verstaan, terwijl zij tegelijk redelijke argumenten genereren die uiteindelijk geen hout snijden maar die zij aanwenden als een soort van beveiligende dekmantel die er voor zorgt dat de blinde of redeloze lusten zich kunnen botvieren.


Evenwel mag hier niet voorbijgegaan worden aan een bijkomende realiteit waarvan vandaag vermoedelijk nog niet zo heel veel wordt begrepen, en dat is wat men zou kunnen aanduiden als een objectieve, natuurlijke redelijkheid welke dan uiteraard het menselijke begrip te boven ging. Zo'n veronderstelde realiteit zou dan het vermoeden voeden dat de natuur altijd 'redenen' te over had om schepselen met specifieke aandriften op te zadelen, daar deze immers in dienst stonden van die hogere, natuurlijke 'rede' die overigens ook de menselijke redenen in haar schaduw zou stellen. (12) Kortom: er wordt door de band niet gevrijd of getrouwd om kinderen te verwekken, terwijl men aan seks en aan de instelling van het huwelijk wél die bedoeling toeschrijft. En zo ook ondergaat men de verliefdheid, zeker in zijn jeugd, precies zoals men zijn eigen bestaan en zijn dood moet ondergaan.


Op zich is dat reeds mysterieus, denk maar aan de overtuiging van de verliefde dat hij de ander om zichzelf bemint, terwijl wij heel goed weten dat die ander eigenlijk om het even wie had kunnen zijn. Geliefden blijken soms bijzonder verwisselbaar, terwijl zij nochtans overtuigd aan elkander de volstrekte uniciteit toedichten. Weliswaar is elke mens uniek, in die zin dat een persoon als persoon – bijvoorbeeld een overleden geliefde – nooit door een ander kan worden vervangen. Maar tegelijk kan men zeggen over ongeacht welk koppel dat, indien zij elkaar nooit hadden ontmoet, zij hoogst waarschijnlijk wel een ander hadden gevonden. Alle koppels kunnen best geloven dat zij verliefd zijn op de unieke persoon van de ander, maar alvast de statistieken blijken dat geloof hoe dan ook geen kracht te willen bijzetten, aangezien maar bitter weinig princessen met schooiers huwen, hetero's met homo's of zwaar mentaal of fysiek gehandicapten met 'gezonde' mensen. Het ziet er dan veeleer naar uit dat de verliefdheid niet zozeer de persoon betreft doch een welbepaald natuurlijk type, en het zijn dan ook niet de personen die elkaar uitkiezen, doch die natuurlijke typen, die welbepaalde eigenschappen, die haast onkenbare scheikundige processen die zich voltrekken... ondanks de betrokken personen. Al te vaak immers ziet men koppels uiteen vallen van zodra de natuur haar werk heeft verricht en zich de personen áchter de typen met elkaar op een soms ontnuchterende wijze geconfronteerd weten.


Als dus verliefdheid iets te maken heeft met voortplanting, dan moeten we stellen dat dit, alvast vanuit het menselijke perspectief, vermoedelijk geheel toevallig zo zal zijn, want indien verliefdheid niét leidt tot voortplanting, maar bijvoorbeeld wel tot een gewisse dood, bijvoorbeeld als zij bij onwetenden daaromtrent zou leiden tot een vrijpartij met hiv-besmetting, dan zou zij helemaal niet ophouden te bestaan, en ze zou ook niet anders worden beleefd. De verliefdheid trekt zich er vaak zelfs niets van aan of zij zal leiden tot sociale aanvaarding ofwel tot sociale verwerping: de band van de tweeheid lijkt vaak krachtiger dan het deel uitmaken van een grote groep. En schijnbare verliefdheid blijkt ook te kunnen leiden tot verkrachting en zelfs tot moord, al spreekt men dan uiteraard niet langer van verliefdheid en van liefde, maar van (egoïstische) lust, van genotzucht en van moordlust. Dit gehele gebied blijkt bijzonder donker en mistig.


seksualiteit en scheikunde, huichelarij en ethiek


Als men het nu heeft over homoseksualiteit, dan is het wel duidelijk dat men het niet heeft over seks in de zin van voortplanting; wel bedoelt men dan het gebied dat zich geheel wars van de procreatie ontwikkelt, vaak eerst als verliefdheid en eventueel ook als liefde, en verliefdheid is het ondergaan van iets, het is een betoverd worden of een zich laten betoveren, al dan niet met gekende wenselijke of onwenselijke gevolgen. De gebeurlijke overgang van verliefdheid naar liefde is dan een stap welke apart kon worden besproken.


Men moet hier vooraf toch wel de nadruk leggen op het feit dat de ethische uitleggingen die hieromtrent vaak worden verkocht, meestal bijzonder huichelachtig of ongeloofwaardig blijken, en laten we het houden bij slechts een enkel maar wellicht genoeglijk overtuigend voorbeeld.


Toen in de jaren zestig en zeventig de geslachtsziekten overwonnen werden met een simpele pil of een spuit antibiotica, ontstond de ethiek van de vrije liefde. Het vreemde daaraan was nu dat de argumenten voor de vrije liefde niet verwezen naar die pillen, maar daarentegen naar een wereld van mysterie en mystiek!


Men gelooft dit niet natuurlijk, maar kijk: enkele decennia later steekt aids de kop op en wat ziet men? Prompt ontstaat een nieuwe seksuele ethiek, meer bepaald wordt nu het huwelijk weer gepropageerd. Andermaal spreekt die propaganda helemaal niet over het ontoereikend geworden zijn van de antibiotica – welnee: zij heeft het enkel over idealen van trouw, over het gezin en over nog veel hoogdravender mystiek.


Er is dus iets bijzonder huichelachtigs inherent aan deze zaken: verliefdheid, seksueel genot en voortplanting blijken soms in verband te staan met elkaar, maar wij weten niet hoe dan wel en die verbanden blijken bovendien door ons niet anders dan als toevallig te moeten worden omschreven. Zoals men er niet voor kiest of men een man is of een vrouw, zo ook is men seksueel bepaald. De fysieke of de chemische rollen die de natuur door blinde doch feilloze selectie blijkt te hebben toegekend aan mannen, vrouwen, seksuele typen en zo meer, komen niet of niet noodzakelijk overeen met de bestaande sociale of maatschappelijke rollen van verschillende individuen, en het rollenspel zal afhankelijk van de wisselende context mee veranderen.


Het onderverdelen van mensen in seksuele typen (homo, hetero...) lijkt overigens nogal lomp, het doet denken aan die allang achterhaalde typologieën van Kretschmer en anderen in het begin van de voorgaande eeuw.


seksualiteit en maatschappij: het recht van de sterkste versus de wet van de naastenliefde


Op zich (i.e. biologisch) al zo complex, wordt de zaak echter nog ontelbare keren complexer als zij gaat raken aan andere gebieden, zoals het sociale leven. We moeten ons hier noodgedwongen beperken tot een enkel voorbeeld: de verstoting van homo's.


Vooreerst gebeurt deze discriminatie niet omdat men zou inzien dat homoseks minderwaardig was aan heteroseks maar, heel wat simpeler dan dat, bestaat de neiging om homo's achter te stellen omdat zij nu eenmaal een minderheid vormen. Om dezelfde reden kregen linkshandigen slaag op de kneukels, en niet omdat ze schreven met de hand van de duivel (de manu sinistra). Opnieuw om dezelfde reden moeten allochtonen het ontgelden. En ook de praktijk van abortus oogst succes om geen andere reden dan omdat een foetus zich niet kan verweren. Om dezelfde reden maken terroristen winst – van zodra namelijk het Stockholmsyndroom gaat spelen waarbij gijzelaars gaan sympathiseren met hun gijzelnemers: omdat zij angst hebben voor die criminelen, sluiten ze zich bij hen aan. Tegen dat recht van de sterkste reageert nu het christendom. En hier zijn we vermoedelijk beland bij een mogelijke verklaring waarom er zoveel homo's onder de clerus te tellen zijn.


Van nature wordt de minderheid der homo's (tot de dood toe) vervolgd in een heterowereld en die vervolging is wel veel fataler dan velen denken. Het mechanisme dat daar voor zorgt, gaat als volgt.


Homo's vormen een minderheid en worden daarom gelaakt. Maar homoseksualiteit is relatief onzichtbaar. Ze wordt echter wel zichtbaar bij tekenen van sympathie: wie een homo helpt, wordt er op zijn beurt van verdacht een homo te zijn. Iedereen schuwt het dus om homo's te helpen. Wie echter een homo vervolgt, verstevigt zijn positie als hetero.


Dit lijkt debiel, maar men moet goed weten dat de ruime meerderheid van de bevolking niet veel hoger scoort dan iemand met de ontwikkelingsleeftijd van een (jong) kind. (13) Bovendien werd inmiddels aangetoond dat de vervolging van minderheden een activiteit is welke vooral beoefend wordt door lui die van die minderheden zelf deel uitmaken, meer bepaald wanneer zij de eigenschappen die hen tot de bewuste minderheidsgroepen doen behoren, voor de buitenwereld willen verborgen houden. Het mag worden opgemerkt dat het aan het licht brengen van deze waarheid uiteraard een gedragsverandering teweeg zal brengen bij de betrokkenen, al dan niet gevolgd door een wijziging van de onderliggende attitude.


Het christendom reageert tegen het blinde recht van de sterkste (en dus ook tegen de blinde voortplantingsdrang, paradoxaal genoeg) en zou dan in de plaats de naastenliefde moeten stellen, wat hier dus die 'verliefdheid' is die niet doelt op vermenigvuldiging of op eventueel andere natuurlijke 'voordelen' maar die louter 'gratuit' is – een graag gebruikte term onder christenen.


De verborgen afspraak


Maar tegelijk neemt het christendom als kerk nog een ander voordeel te baat: zij verenigt homo's terwijl zij voorhoudt dat dezen niet ongehuwd zijn omdat zij homo zouden zijn, doch om een heel andere reden, namelijk omdat zij de seksualiteit waarmee zij anders een gezin hadden gesticht, sublimeren, vergeestelijken en als het ware omtoveren in een liefde voor de hele mensheid of voor de maatschappij: de liefdadigheid volgt als het ware uit zelfopoffering om niet te zeggen zelfcastratie.


En pas op dit moment heeft dan de rest van de maatschappij (de heteroclan, de meerderheid) een reden om die homo's niét aan te vallen. Zij worden gespaard omdat zij winstgevend zijn: ze verzorgen de ouderen, de zieken, de kinderen en op die manier nemen ze vele soms vervelende en verlieslatende taken van hetero's op zich. Hieraan moet ter vervollediging nog worden toegevoegd dat niet alleen homo's geneigd zijn om de clerus te gaan vervoegen, maar ook heel wat andere menstypen die vaak om heel uiteenlopende redenen niet direct geïnteresseerd zijn in het stichten van een eigen gezin. Bovendien bestaan er naast de kerk nog andere organisaties waar om gelijkaardige redenen homo's relatief sterk vertegenwoordigd zijn, zoals bijvoorbeeld het leger en, meer bepaald, de marine. Het zal voor elkeen duidelijk zijn dat bijvoorbeeld een vaak maandenlang verblijf op zee, ver van huis en vaak ook in groot levensgevaar, niet de aangewezen job kan zijn voor jonge vaders.


Heel ongenuanceerd uitgedrukt, is de kerk zodoende het resultaat van een gesloten handeltje tussen hetero's en homo's waarbij men voor elkaar graag wat door de vingers ziet omdat de twee partijen daar garen bij spinnen zoals de oude Hollanders het zegden. Vandaag echter is er sociale zekerheid en dies meer, wat liefdadigheid zowat overbodig maakt, en dus ook de kerk verliest alvast voor de buitenstaanders haar zin en haar recht van bestaan. Wellicht is het om die reden dat buitenstaanders er niet langer voor terugschrikken om de clerus aan te vallen, want dat is tenslotte wat vandaag gebeurt. De mistoestanden binnen de kerk waarover men nu bericht, bestonden vroeger immers evenzeer – uiteraard.


Zelfveroordeling?


Nog een woord over de discriminatie van homo's door de kerk – uitgerekend die organisatie die als geen andere homo's groepeert. De afkeuring van homoseksueel gedrag door de kerk is immers makkelijk te begrijpen in het kader van wat zij voorwendt jegens de rest van de maatschappij, namelijk de gelofte van het celibaat, welke rechtstreeks volgt uit het geloof dat men zijn seksualiteit kan sublimeren of transformeren in liefdadigheid: de liefde van de geestelijke verdwijnt niet in het niets, maar zij richt zich voortaan niet langer op een echtgeno(o)t(e) doch op God zelf die krachtens de leer van het christendom met de naaste wordt geïdentificeerd.


Maar hieraan dient onmiddellijk een correctie te worden toegevoegd: de afkeuring van homoseksualiteit en van promiscue gedrag in het algemeen door de kerk, mag echter slechts de clerici als zodanig betreffen, daar alleen zijzelf het zijn die in de genoemde sublimatie voorhouden te geloven. Daarentegen: over de seksualiteitsbeleving van de homo's die niet tot de clerus behoren, mag de kerk uiteraard niet oordelen omdat leken geen geloften hebben afgelegd. Nog veel minder mag zij oordelen over deze dingen waar het mensen betreft die niet tot het katholieke geloof behoren.


Vervolgens moet de sublimatie van de seksualiteit een richtsnoer blijven en dat is, met andere woorden, niet zomaar een verplichting doch een ideaal. Niet het niet bereiken van het ideaal kan dan als zijnde zondig worden bestempeld, maar wel het niet langer nastreven ervan en, andermaal, alleen op voorwaarde dat men tegelijk zelf en vrijwillig voorhoudt dit ideaal na te streven want alleen dan verkeert men met zichzelf in tegenspraak.


Waar daarentegen de kerk de homoseksualiteit (dood)zondig noemt, veroordeelt zij onvermijdelijk en meteen alle homo's zelf, terwijl die veroordeling, krachtens het sociaal karakter van de kerk, eveneens een maatschappelijk karakter heeft en in feite neerkomt op excommunicatie. Het betreft dan meer bepaald niet slechts het buitensluiten van mensen uit de kerkgemeeenschap: omdat de kerk ernaar streeft iederéén te bekeren, worden zodoende mensen principieel uitgesloten uit de maatschappij zonder meer. Omdat wij ons mens-zijn exclusief danken aan onze intersubjectiviteit, houdt sociale uitsluiting niets anders in dan regelrechte moord. De moordenaar in kwestie beseft dat hijzelf ongestraft zal blijven omdat bij dit type van moord de fysieke doodslag achterwege blijft of wordt overgelaten aan het slachtoffer, wat de misdaad des te wreedaardiger maakt. Wanneer nu de clerus de discriminatie van homo's aldus bevordert met de verborgen bedoeling om zelf buiten schot te blijven, kan het wezen, het bestaansrecht en de ware aard van de kerk terecht in vraag worden gesteld.


De zaak anders bekeken


Het onderwerp werd hiermee vanzelfsprekend allesbehalve afdoende behandeld, en meer vragen rijzen. Zo bijvoorbeeld de kwestie of en in hoeverre het zich aansluiten van homo's en andere menstypen bij de kerk een geplande activiteit is. Vervolgens ook de vraag of die al dan niet bewuste organisatie van de maatschappij dan wel zo'n slechte zaak is en of er daarvoor dan betere alternatieven bestaan.


Onmiskenbaar is er maatschappelijke organisatie van bovenaf – denk maar aan de beruchte woorden: "Houdt gij ze dom, wij houden ze arm". Maar tegelijk komt die organisatie heel waarschijnlijk tegemoet aan een lacune, aan een nood aan ordening en meer bepaald: een nood aan ontwikkeling en aan welstand. Het volk zoekt met andere woorden wel naar leiding maar die blijkt niet altijd naar behoren te worden ingevuld. De democratie lijkt het best mogelijke regime om mistoestanden ingevolge dictaturen te voorkomen, maar tegelijk kan zij zelf verworden tot een dictatuur van de massa die, zoals hoger vermeld, maar al te dikwijls geen bijster verstandige antwoorden te bieden heeft op de grote uitdagingen van deze tijd. Zij lijdt in feite een beetje aan hetzelfde euvel als de vrije markt, die voortdurend wordt geconfronteerd met de gevaren van de middel-doelomkering, de vraag- en aanbodomkering en de contraproductiviteit in het algemeen – allemaal deviaties welke te wijten zijn aan een tekort aan die leiding die daarentegen in de dictaturen al te nadrukkelijk aanwezig is en al te machtig.


Het menselijke handelen, op persoonlijk en maatschappelijk vlak, technisch, wetenschappelijk, religieus en noem maar op... is en blijft een fantastische improvisatie; onze wereld blijkt een compositie die soms aan een kunstwerk denken doet, maar soms ook aan een machine. Het is hoe dan ook niet altijd feest voor iedereen en hoe om te gaan met de medemens, de wereld en het leven, is een vraag die in het licht staat van antwoorden op grote levensvragen – antwoorden die, bijzonder halsstarrig, hetzij afwezig blijven, hetzij zeer ambigu zijn. Wat er te doen valt en te laten, is zoals al het andere aan evolutie onderhevig. Naast het brede terrein van nauwkeurig gereglementeerde doelstellingen en acties, bestaat er altijd ook een marge waarin de dingen minder vast liggen, als het ware vloeibaarder zijn en ook onzekerder. Daar zijn geen voorschriften voor elk van onze handelingen; daar wordt van ons gevergd dat wij zelf keuzen maken, en die vaak ongemakkelijke situatie is tegelijk de vrijheid – het summum van al 't menselijke waar vele anderen die in zekerheden geloven te leven, in wezen naar verlangen.


En zo komt het allemaal zo lang als het breed is, zoals men dat in de volksmond zegt: kritiek op bestaande gebeurtenissen, toestanden en organisaties kan terecht zijn, maar het blijft een louter theoretische aangelegenheid, die alleen daarom al maar weinig recht van spreken heeft. De beste stuurlui staan altijd aan wal, woorden kunnen afschrikwekkend of enthousiasmerend zijn, maar zij missen spierkracht, zij kunnen geen huizen bouwen, hun greep op de stoffelijke werkelijkheid blijft vaak zeer beperkt. Theorieën missen daarom ook ervaring, wat ze a priori geheel waardeloos maakt. En misschien is ook de huidige kritiek van woorden op het instituut van de aloude kerk in die zin veeleer onvruchtbaar en ook onterecht. Dat de kerk overigens alleen in het 'beschaafde' westen blijkt te wankelen terwijl zij het in nog onontwikkelde gebieden bijzonder goed doet en zij aldaar zelfs groeit, doet tevens het vermoeden rijzen dat haar verzwakking wel eens het gevolg zou kunnen zijn van het feit dat de meer ontwikkelde staten essentiële functies van haar overnamen, en dan vooral sociale functies die alles te maken hebben met caritas, liefdadigheid of noem het sociale zekerheid.


Staten met een uitgebreid ontwikkelde sociale zekerheid, hebben de behoefte aan de liefdadigheid, die anders kerken kunnen bieden, niet meer nodig. Eenmaal het vangnet van de menslievendheid vervangen werd door een systeem dat burgers welhaast machinaal verzekert tegen honger, kou en zelfs tegen onwetendheid, verliest de religie een groot stuk van haar aantrekkingskracht. Het voordeel van die 'afschaffing' der armoede, om het zo maar te zeggen, ligt hierin dat men bij niemand nog moet gaan bedelen om in leven te kunnen blijven. Het nadeel echter is dat men op den duur niet meer geven kán omdat alle behoeften automatisch worden bevredigd door de staat: de vrije menselijke interactie werd vervangen door een strikt gereglementeerde en haast machinale activiteit tussen enerzijds het staatsapparaat en anderzijds de burgers. De ziel dreigt volledig te vervluchtigen in een wereld waarin, samen met allerlei belemmeringen, ook de vrijheid werd weggewerkt.


Menstypen die hun liefde niet natuurlijkerwijze aan een gezin schenken, worden in die omstandigheden ook niet langer gestimuleerd tot de transformatie van hun zorginstincten in de richting van de behoeftige medemens, die in een verzorgingsstaat immers niet meer bestaat – alvast theoretisch – omdat hij wordt opgevangen door beroepsverzorgers die voor hun werk worden betaald, wat wil zeggen dat zij zullen staken als hun loon uitblijft. Het gouden kalf dreigt daar met andere woorden elke plaats in te zullen nemen waar voorheen een mens aan 't werk was die handelde vanuit het binnenste van zijn ziel: hij hielp omdat hij er nood aan had te helpen – omdat hij er nood aan had om mens te zijn – terwijl hij van nature niet bestemd was om die zorg aan een eigen gezin te geven. Een verschuiving dreigt dan op te treden van het levend organische, dat te maken heeft met menselijke klieren, zorg en ziel, naar het institutionele, dat aanvankelijk door plichten geregeerd werd maar dat nu steeds afhankelijker wordt van geld, dat op zijn beurt niet langer verwijst naar zorg en ziel, maar veeleer naar een principieel onbevredigbare hebzucht: de nood om te helpen wordt dan vervangen door de weigering van hulp van zodra de geldelijke vergoeding of de sanctionering achterblijft, wat concreet betekent dat hulp niet langer wordt beschouwd als een genade – waarbij men blij mag zijn dat men iemand helpen kán – maar als een last – waarbij men 'vergoed' wordt, met name voor het (materiële) nadeel dat men al helpende gebeurlijk ondervindt. En als het loon uitblijft, dan staakt men die hulp, wat betekent dat men geconditioneerd werd – in niet mis te verstane termen: afgericht, zoals een dier.


Want dat is wat geld met het volk doet: het africhten, zoals het vee wordt afgericht. En africhting lijkt ons alvast een heel wat groter kwaad dan opvoeding. Opvoeding is het bijbrengen van begrip of inzicht, met name in de noodzaak van de dingen, en uitgerekend dat is vrijheid, zou Spinoza zeggen. Edoch, beter nog dan africhting en opvoeding is liefde, meer bepaald dan naastenliefde. En als de caritas nu kon gewonnen worden op een degelijk bewerkt veld van aanvankelijk ongeordende aandriften en relatief blinde verlangens: wat kon er dan op tegen zijn om haar te telen? Het dunkt ons dat geen patriarch haar niet te baat zou nemen als hem die kans geboden werd. En was het niet de kerk die aan de wereld een dergelijk compromis aanbood doorheen de tijden? Wie zal het zeggen!

           

(J.B., 10.11.2010)


Noten


(*) https://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=973932


(12) In wezen gaat de natuurlijke 'redelijkheid' aan de menselijke vooraf, wat inhoudt dat het niet zozeer de natuur is die nadenkt, doch veeleer ons verstand dat 'natuurlijk selecteert'. Denken immers is anticiperen, het is een (onvolmaakte) vorm van natuurlijke selectie, het is logische mogelijkheden op een rijtje zetten en ze toetsen aan (opgeslagen) ervaringen om de ongeldige te elimineren en de geldige over te houden. De natuur doet hetzelfde, maar dan niet in gedachten anticiperend op de werkelijkheid, doch in de werkelijkheid zelf.


(13) Zie het onderzoek van Yerkes in 1921, USA, bij 160.000 volwassen Am. rekruten in het leger. Bron: Gie van den Berghe, De mens voorbij, pag. 233.


            (Wordt vervolgd)



                                   

           











17-02-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over seks en samenleving (delen 1-4)

           

           

           

Over seks en samenleving

(delen 1-4)


1.


Seks en macht


Vandaag vragen steeds meer mensen zich verontwaardigd af waarom in 's hemelsnaam derden moeten betrokken worden in de overeenkomst die twee volwassenen met elkaar sluiten om samen door het leven te gaan: met welk recht dringen volstrekt onbekende machthebbers zich via totaal onpersoonlijke instituten op om hun zegen te geven over de meest serieuze en intieme relaties die mensen met elkaar kunnen aangaan? Want het huwelijk is een contract waarbij de partners in feite bij de staat dit allerintiemste gaan opbiechten, zodat zij daarvoor dus als het ware zo niet aan vreemden dan toch aan een onpersoonlijke instantie de toelating vragen en zodoende beamen dat hun onderlinge intieme relaties ondergeschikt worden aan hun relaties met die instantie. Door te trouwen, belijden zij dat hun huwelijk in dienst staat van de staat; zij maken hun onderlinge intimiteit ondergeschikt aan de volstrekt onpersoonlijke relatie die zij als burger hebben met de staat. Door middels onder meer sociale druk het huwelijk af te dwingen, pleegt de staat in feite een machtsgreep op de burger: de staat vernietigt de persoonlijke intimiteit tussen mensen door deze aan een onpersoonlijke machtsrelatie ondergeschikt te maken.


Misschien staat men er niet bij stil dat dit alleen maar kan gebeuren omdat mensen als het ware van in den beginne in de klauwen van potentaten gevangen zitten, voor wie het erom te doen is beslag te leggen op het leven zelf: het levend wezen 'mens' dankt zijn bestaan aan zijn burgerschap; het burgerschap gaat aan het mens-zijn vooraf; men kan pas mens zijn als men eerst burger is, wat betekent: als men eerst zijn mens-zijn aan de staat heeft verkocht, wat zich bijvoorbeeld manifesteert in de problematiek van de sans-papiers: wie niet over identiteitsbewijzen beschikken, bestaan ook niet want wij bestaan niet bij de gratie van onze schepper maar dankzij 'vadertje staat', 'het vaderland'. Analoog aan de problematiek van de sans-papiers volgt uit diezelfde perversie de armoedeproblematiek: de mens is wat hij heeft, hij is niets meer dan zijn bezit, een getal op zijn bankrekening en hij dwingt pas respect af als eigenaar; men is eerst eigenaar en dan pas mens. Een gevolg daarvan is dat wie geen ander bezit hebben dan het eigen leven, gedood kunnen worden zonder dat een haan daar naar kraait, bezitsloze mensen kunnen immers geen rechten doen gelden. Een bijzonder geval daarvan is de onbestrafte moord op het ongeboren kind dat immers nog geen burger is.


De machtsuitoefening over menselijke intieme relaties is slechts een onderdeel van een alles en allen omvattende beheersing van onderdanen en een verklaring in de vorm van een beschrijving van de historische evolutie daarvan vindt men bij Michel Foucault: vroeger had de vorst het recht over leven en dood van zijn onderdanen zoals ook de pater familias die, omdat hij aan zijn kinderen en slaven het leven schonk, ook het recht had het hen weer te ontnemen. Dit uit zich tot vandaag bijvoorbeeld in het recht van de staat om van de burgers te eisen dat ze in oorlogstijd naar het front gaan vechten – weigeraars krijgen de dood met de kogel – al kan dit ook worden uitgelegd als een afgeleide van het recht op zelfverdediging. In de zeventiende eeuw is dit recht om te doden 'omwille van het leven' verschoven naar het recht om het leven te maximaliseren, wat in feite neerkomt op het recht om het uit te buiten: de macht organiseert de staat met het oog op het uitoefenen van controle over alle beschikbare energieën die aan personen onttrokken worden door hun wil uit te schakelen en deze te vervangen door de wil van de staat. Zo zijn de burgers eraan gewend geraakt dat zij tewerkgesteld worden en dat zij aldus in feite het meesterschap over hun fysieke en mentale krachten uit handen geven aan een overheid die hun gebiedt in welke activiteiten zij die krachten dienen om te zetten, wat betekent dat de overheid haar burgers gebiedt wat te doen en te laten. De machtsgreep gebeurt via de politiek, de economie, de opvoeding en noem maar op en een bijzondere toepassing daarvan is de macht die de staat uitoefent over de intieme relaties van mensen onderling. (1) Een ontleding van het samenspel van staat en kerk op dit vlak brengt een duizelingwekkende beheersing door de machthebbers van de meest innerlijke kern van de mensen aan het licht. En in wezen gaat het in dezer over niets minder dan fascisme.


Seks en fascisme


In een artikel getiteld Soldatenhardheid en opofferende moeders. Over gezin en seksualiteit tijdens 'De Nieuwe Orde', schrijft Bob Carlier (1931-1990) – "in Vlaanderen de meest prominente vertolker van een progressief perspectief op seksualiteit en relaties" (2) – hoe in de periode 1930-1940 Europa in de ban kwam van het fascisme, alhier bekend als 'De Nieuwe Orde': een "autoritair systeem waarnaar de burgerij grijpt om haar belangen in crisisperiodes te verdedigen als dit met democratische middelen niet (meer) gaat" (3) Op vlak van relaties en seksualiteit worden de traditioneel burgerlijke waarden gehuldigd; het gezin als hoeksteen van de staat vormt een staat in het klein, gebouwd op een levenslange monogame relatie waarin de vrouw bij de haard, onderworpen aan haar man, in feite haar bestaansrecht ontleent aan haar functie als 'broedmachine' van de staat. Alle vormen van seks die dit politiek vooropgesteld einddoel niet dienen zijn daarom uit den boze, en dus ook praktijken zoals anticonceptie, prostitutie, abortus, masturbatie en homoseksualiteit – zelfs al te frequente (en dus niet functionele) seksuele betrekkingen binnen het huwelijk worden om die reden afgekeurd: “(...) een overdaad aan geslachtsverkeer [is] de doodsteek van alle hogere liefde” (4) en de toenmalige kardinaal Mercier spreekt dan over doodzonden. Tegenover die repressie vanwege de staat, kweekt de overheid in het nazisme koel berekend en ongeremd 'raszuivere' specimen in Lebensborn. Fascistische mannen vrezen de vrouwelijke erotiek vanwege onder meer geslachtsziekten en zij beantwoorden die met de 'verstarring tot een rots' – een schild van gevoelloosheid en geweld. Hun moraal is de katholieke zedenleer met bijvoorbeeld de aanmaningen gericht tot de vrouwen van Cyriel Verschaeve, die propageert dat de vrouw ondergeschikt is aan de man en het gezin aan de staat. Vrouwen moeten zich oefenen in versterving en zelfbeheersing, alleen in het moederschap vinden zij hun bestaansrecht, in dienst van het volk, het ras en de toekomst; 'kinderloze dames' en 'moderne moeders' (met één kind) worden gehekeld en vrouwenarbeid in fabrieken en kantoren wordt verboden omwille van de goede zeden. Homoseksualiteit wordt volledig afgewezen, homo's worden vervolgd, in kampen opgesloten en uitgeroeid en dit geschiedt feitelijk ingevolge de burgerlijke en kerkelijke moraal. [N.B.: sinds de publicatie in 2015 van Psychogenocide van psychiater Erik Thys weten wij ook dat homo's in België tot 1971 naar de katholieke Willibrordusstichting in Heiloo gebracht werden waar ene dokter Aimé Wijffels hen castreerde (5)]. Dat lesbische vrouwen het minder hard te verduren krijgen, volgt slechts uit een geringschatting van de vrouwelijke seksualiteit. De seksuele opvoeding uit die tijd weerklinkt uit repressieve publicaties met titels zoals Mijn jongen, nu wordt gij man! waarin verhaald wordt hoe ontelbaren ingevolge zelfbevlekking krankzinnig werden; er wordt een Bond voor openbare moraliteit opgericht met het lijfblad Zedenadel. Heel wat boeken worden verboden alsook het bioscoopbezoek en de kerk sticht een Katholieke Filmcentrale en een Katholieke Filmliga met eigen propagandafilms en voorlichting. In zijn artikel wijst Bob Carlier erop dat we inzake de fascistische ideeën over gezin en seksualiteit, ook onze periode moeten betrekken: de vermeende emancipatie van de sixties bleef immers vaak elitair en louter verbaal. Bob Carlier overleed – veel te vroeg – bijna dertig jaar geleden maar zijn waarschuwing blijft actueel. (6)


2.


Machthebbers dringen door tot in de intiemste wezenskern van mensen en zij doen dat door zelfs de meest hechte en persoonlijke banden die mensen onderling met elkaar kunnen hebben, ondergeschikt te maken aan hun relatie met elk individu afzonderlijk. Het is bekend dat machthebbers beducht zijn voor samenscholing of bendevorming en om die reden moeten wie verenigingen stichten van welke aard dan ook, hiervoor eerst de goedkeuring van de overheid bekomen en geregeld verslag uitbrengen over de gevoerde activiteiten. Persoonlijke contacten tussen twee mensen kunnen uiteraard moeilijk verboden worden, al is de kerk erin geslaagd om dit alsnog te realiseren binnen de kloostermuren middels de regel numquam duo semper tres (wat wil zeggen: groepjes van twee zijn verboden, zij moeten altijd uit tenminste drie personen bestaan) – een regel die ervoor zorgt dat als twee mensen samenzijn en misschien wel wat vertellen of bekokstoven, er altijd een mogelijk oog van het gezag aanwezig is in de vorm van de verplicht aanwezige derde. Maar ook contacten tussen twee mensen worden aan banden gelegd, bijvoorbeeld als zij van langdurige aard zijn of als zij een economische betekenis hebben. Het instituut van het huwelijk werd niet in het leven geroepen om mensen bij te staan doch om volledige controle uit te oefenen over alle mogelijke activiteiten die zich in dergelijke engagementen kunnen ontplooien en dan vooral inzake het kroost: de opvoeding van kinderen tot gehoorzame burgers – arbeidskrachten in vredestijd, soldaten in tijd van oorlog. In 1984 moeit de overheid zich met principieel alle intieme relaties en die worden in feite in de kiem gesmoord met de meest gruwelijke middelen: Big Brother bespioneert intieme contacten en vernietigt ze door de partners er middels folteringen toe te brengen dat ze elkaar verraden (– in de distopische roman van Orwell geschiedt dat in de gevreesde room 101).


Hedendaags fascisme


Vandaag zorgt het internet ervoor dat zelfs de intieme relatie van mensen met zichzelf onmogelijk wordt: ingevolge de verregaande controle van onze activiteiten op het internet kan niemand nog zeggen: die Gedanken sind frei. En de psychologie leert ons dat als mensen weten dat zij gevolgd worden, zij hun gedrag gaan aanpassen aan de verwachtingen van wie hen volgen. Dit betekent zonder meer het definitieve einde van onze vrijheid.


Het hedendaagse fascisme manifesteert zich niet langer met stokken of met geweren maar met het veel efficiëntere middel van de spionage die in feite de diefstal is van de privacy. Iemand zijn privacy ontnemen, is hem zijn wil ontnemen en wie willoos worden gemaakt, worden van zichzelf beroofd: zij doen slaafs wat van hen wordt verwacht door wie hen controleren, precies zoals degenen doen die onder hypnose zijn. De fascist van vandaag is hij aan wiens blik men zich niet kan onttrekken en zijn macht is nog groter dan die van de biechtvader van weleer die in feite zijn prototype is omdat men ongewild bij hem te biechten gaat – hij is de god uit de spreuk God ziet u, hier vloekt men niet.


Welbeschouwd is het hedendaagse fascisme in feite een nabootsing van de dwang die ook uitgaat van de wetten welke in een staat van kracht zijn. De wetten waarborgen de vrijheid van de burgers doordat zij met sancties van eenieder een gewenst gedrag afdwingen en vaak is het alleen de wetenschap dat men gadegeslagen kan worden welke burgers aanzet tot een gedweeë volgzaamheid aan de wetten.


Wat hier werd omschreven als het hedendaagse fascisme is dan noodzakelijk een praktijk welke zich aan de controle van de wet onttrekt: het zijn de vrijwel onzichtbare vormen van gesofisticeerd geweld die in feite uitsluitend het slachtoffer tot getuige hebben. Precies omdat zij zich onttrekken aan het oog van alle anderen, zodat er geen getuigen zijn, gaan ze vrij hun gang en brengen ze het slachtoffer niet zelden in een toestand van complete wanhoop, wat dan ook hun wreedheid uitmaakt. De meest gangbare vorm van hedendaagse fascisme is het pestgedrag en de zaak wordt nog verergerd waar de betrokken pesters vaak blinde en verwisselbare actoren zijn van een systeem waaraan discriminatie inherent is – een systeem dat binnen de staat geduld wordt omdat zijn vernietigende effecten zich aan elke controle van derden onttrekken.


Zo bijvoorbeeld bestond er tot voor kort in het westen vaak helemaal geen tolerantie voor holebi's zodat zij straffeloos konden worden achtergesteld en compleet weerloos waren tegen openbaar verbaal en fysiek geweld. Sinds het van kracht zijn van de antidiscriminatiewetten wordt intolerantie en homofoob gedrag bestraft maar een gevolg daarvan is dat fascistoïde individuen daardoor gefrustreerd raken: zij onderdrukken hun geweldplegingen niet doch verplaatsen ze van de openbaarheid naar de privésfeer en van de arena naar de plekken waar geen getuigen meer zijn. Zij plegen vormen van geweld waarvan alleen het slachtoffer getuige is en bovendien zorgen zij ervoor dat dit geweld geen uiterlijke sporen nalaat.


Pesterijen gebeuren inderdaad per definitie onttrokken aan het oog van derden en zij hebben een voor derden onnaspeurbaar effect op het lichaam van het slachtoffer. Pesters brengen hun slachtoffer zo vaak als zij kunnen in een stresstoestand. Het staat vandaag wetenschappelijk vast dat mensen die herhaalde en langdurig grote stress moeten ondergaan, hiervan ernstige fysieke gevolgen dragen: hun lichaam produceert stresshormoon dat in grote hoeveelheden bijzonder giftig is; stress jaagt de stofwisseling op, de hartslag en de bloeddruk, stress doodt hersencellen, zorgt (vooral bij nog onvolgroeide individuen) voor onherstelbare hersenschade en achterlijkheid en jaagt wellicht nog veel vaker dan men kan bewijzen het slachtoffer de zelfmoord in. Insiders spreken het sterke vermoeden uit dat heel wat ongevallen in feite zelfmoorden zijn terwijl wellicht heel wat zelfmoorden in feite moorden zijn. Het ongeval blijkt een uitgelezen schuilplaats voor de moordenaar. Fascisten opereren vandaag onttrokken aan de openbaarheid in een subcultuur waar straffeloos gemoord wordt.


3.


De staat controleert de meest intieme relaties tussen mensen en degradeert ze zodoende tot levenszaken van secundair belang: wat primeert, is immers de relatie tussen burger en staat. Deze controle van de intiemste relaties betreft in de eerste plaats uiteraard de koppelvorming en de seksualiteit – welke immers vaak de kern uitmaken van alle verdere 'economische' relaties – en zij wordt georganiseerd vanuit het opleggen van welbepaalde wetten en normen naar welke men zich dient te schikken. Deze wetten en normen zijn bedoeld om de controle – de overheersing, de macht – ingang te doen vinden, te handhaven en te versterken: wie tegen de wetten en de normen zondigen, wacht een gewisse straf en aldus gaan burgers zich noodgedwongen schikken naar wat de wet voorschrijft, ook en vooral inzake relatievorming en seksualiteit.


De legitimering van waarden middels onwaarheden


Edoch, er is in dezer uiteraard ook een natuurlijke dwang werkzaam welke de opgelegde wetten en normen kan tegenspreken, zodat een machthebber die gehoorzame burgers wil, er moet voor zorgen dat de door de staat uitgeoefende druk groter is dan elke andere mogelijke dwang en meer bepaald moet hier worden gedacht aan natuurlijke dwang. Maar in vele gevallen volstaat voor de machthebber zelfs de doodstraf niet om bijvoorbeeld homoseksualiteit onmogelijk te maken omdat aldaar nog twee krachten werkzaam zijn die in de gestelde situatie elkaar tegenwerken, namelijk die van het zelfbehoud en die van het (veronderstelde) soortbehoud. Want de doodstraf kan bij degenen aan wie zij wetten oplegt weliswaar de drang tot zelfbehoud van de betrokkenen aanspreken, maar die ene natuurlijke drang botst in dat geval met een andere, met name de (onterecht) veronderstelde drang tot soortbehoud die immers (verkeerdelijk) geacht wordt aan de basis te liggen van de seksuele aantrekkingskracht.


Want meteen moet hier opgemerkt worden dat de klassieke voorstelling van zaken een welbepaalde perversie bevat omdat daar waar men de seksuele aantrekkingskracht wetenschappelijk gelooft te verklaren middels de drang tot soortbehoud, men exact hetzelfde doet als wat de bioloog van weleer deed waar hij stelde dat vogels nesten bouwen vanuit een nestbouwinstinct. En precies zoals men heeft leren inzien dat deze uitleg strandt in het spelletje van de kip en het ei, moet men ook toegeven dat het poneren van de zogenaamde drang tot soortbehoud als basis van de seksualiteit, geen wezenlijke verklaring kan zijn voor het verschijnsel als zodanig: het verklaart noch de heteroseksualiteit (die achteraf gezien wel het soortbehoud tot gevolg heeft maar dan helemaal onbedoeld) noch de homoseksualiteit – uiteraard niet. Waar koppelvorming, 'geslachtelijke liefde' en paring de voortplanting in de hand werken, gebeurt zulks geheel onbedoeld door de betrokkenen en indien dan gesteld wordt dat het aldus bedoeld zou worden door de soort of door de natuur, begaat men dezelfde redeneerfout ('inductie' genaamd) welke ook gemaakt wordt door wie inzake de evolutie de theorie van het Intelligent Design aanhangen. Werden paarden speciaal geschapen om de karren van de mensen mee voort te trekken? Zijn bepaalde grassoorten genetisch veranderd in granen om mensen te kunnen voeden? Dienen appels en peren om ons van vitamine C te voorzien? Of benutten wij paarden, granen en vruchten omdat zij nu eenmaal voorhanden zijn, terwijl er ook heel andere omstandigheden hadden kunnen zijn welke van ons heel andere wezens hadden gemaakt? Deze laatste stelling lijkt ons het meest voor de hand liggende omdat zij geen geloof vergt in veronderstelde doch onbewezen krachten en zo beantwoordt zij veel beter aan de eis van simpliciteit waarmee uiteraard rekening moet worden gehouden in de keuze van een optimaal verklaringsmodel.


Met betrekking tot de seksualiteit welke de staat probeert te normeren en te controleren, moet men besluiten dat men tegen alle wetenschappelijke inzichten in handelt waar men gelooft te mogen verwijzen naar de veronderstelde natuurwet van het soortbehoud waar men de heteroseksualiteit als enige norm vooropstelt. Heteroseksuelen hebben er geen enkele persoonlijke verdienste aan waar zij door de beleving van hun seksualiteit kinderen voortbrengen. Ofschoon zij weten dat hun specifieke seksuele betrekkingen kunnen resulteren in het voortbrengen van nakomelingen, stellen zij deze daden niet noodzakelijk met dat doel – in het merendeel van de gevallen moeten zij daarentegen zelfs bekennen dat zij seksuele contacten hebben ondanks het risico dat er kinderen van komen of ook nog ondanks het besef dat zij geen kinderen (meer) kunnen krijgen. Net zoals homoseksuele betrekkingen, worden heteroseksuele betrekkingen aangegaan omwille van zichzelf en omdat ze op de een of andere manier 'goed' zijn voor de participanten, zoals ook mensen dagelijks voedsel tot zich nemen, voldoende slapen, aan sport doen en muziek maken omdat zij zich daar goed bij voelen, ook als zij weten dat zij voedsel en slaap nodig hebben om te leven – sport en muziek kunnen zij op de keper beschouwd missen. Mensen beschermen zich tegen honger, tegen kou, tegen eenzaamheid door te eten, door zich te kleden en door intieme relaties met anderen aan te gaan; zij gaan relaties aan met die bedoelingen en niet omdat zij vermoedens hebben over een of andere natuurlijke noodzaak daarvan. Mensen zullen niet nalaten om piano te leren spelen op het ogenblik dat men hen vertelt dat onze vingers niet gemaakt zijn met dat doel omdat een pianoklavier nu eenmaal een maaksel is uit een welbepaalde cultuur en helemaal geen natuurproduct. De tegenstelling tussen natuur en cultuur is nu eenmaal een theoretisch maaksel uit vervlogen eeuwen, in wezen een al te grove theorie van lui op zoek naar de gewenste verklaringen voor allerlei verschijnselen, op zoek naar ordentelijke indelingen van de chaos, op zoek naar middelen om controle te handhaven, macht uit te oefenen en naar zich toe te trekken, op zoek naar redenen om oorlog te kunnen voeren en wat niet al meer.


Wetten en normen worden door machthebbers opgelegd, niet omdat zij absoluut zijn en opgesteld worden vanuit absolute waarheden en waarden maar als en omdat zij nuttig voor hen zijn en in dit geval dienen zij ter controle van de burgers. Waar immers de wetten en normen hun doel voorbij schieten, blijken zij met het grootste gemak van de wereld bijgesteld te kunnen worden of zelfs helemaal omgekeerd en het homohuwelijk is daarvan een uitnemend voorbeeld. Waar verboden burgerlijke praktijken zich sowieso aan de controle van de macht onttrekken, weigert de machthebber alsnog te bekennen dat hij de teugels niet langer in handen houdt en hij probeert dan maar de kool én de geit te sparen door het betreffende verbod op te heffen – alle voordien op handen gedragen waarden ten spijt – zodat het lijkt alsof de praktijken veeleer dan een overtreding van een verbod of dus van een aanfluiting van zijn macht, een gevolg zijn van zijn toestemming en een bevestiging van zijn macht. De machthebber gedraagt zich dan zoals de pantoffelheld uit het werk van de grote Vlaamse dramaturg Dirk Biddeloo, die uitroept: “Als ik zeg: ik doe de afwas, dan doe ik de afwas!”


4.


Het geweten en de wet


Het machtsinstituut bij uitstek dat het ganse westen gedurende twee millennia onder de duim hield en dat in het bijzonder het gedrag van mensen stuurt daar waar de controle van de wereldlijke macht op haar grenzen botst (met name onder het beddenlaken en onder het schedeldak) heeft het in haar catechismus over het menselijk geweten als over een door God geschreven wet vanbinnen in zijn hart (7) en zij opponeert dan ook deze onveranderlijke goddelijke wet aan de externe wetten uitgevaardigd door koningen en parlementen die van wereldlijke aard zijn, arbitrair en veranderlijk.


Aan atheïsten die immers een ethiek wensen te grondvesten op bijvoorbeeld wetenschappelijke basis wordt verweten dat zij het geweten reduceren tot een interiorisering van externe wetten maar bij die gelegenheid blijken zij te vergeten dat de apostel Paulus in zijn Brief aan de Romeinen het feit benadrukt dat er geen (innerlijke) kennis van goed en kwaad mogelijk is zonder de (externe) wet. “Ik zou de zonde niet hebben leren kennen zonder de wet”, zo zegt Paulus het letterlijk. (8) Driehonderd jaar later herhaalt de kerkvader Augustinus hetzelfde in zijn Belijdenissen waar hij zich een roof van peren uit zijn jeugd herinnert en waar hij zegt dat de zonde niet ligt in de lust in zoete peren doch in de lust om de wet – Gij zult niet stelen! – te overtreden.


Paradoxaal genoeg wordt het feit dat het geweten zijn grond vindt in een aan onszelf externe wet, door katholieke hedendaagse filosofen zoals Rüdiger Safranski aangehaald (9) en dat geschiedt terwijl de waarheden, de wetten en de geboden van de katholieke kerk doorheen de geschiedenis onder de druk van de feiten bij bosjes moeten sneuvelen: in weerwil van de pauselijke mening van destijds draait de aarde rond de zon en niet andersom, ook niet als wie hem tegenspreken op de brandstapel belanden wegens ketterij. (10) En dan hebben we het nog niet gehad over het geweten in relatie tot de wetten in het jodendom, een zaak welke bijvoorbeeld in verband met de heilige eroev dan toch wel proporties aanneemt die alvast bij buitenstanders de wenkbrauwen doen fronsen. (11)


Als nu de kerk zelf bij monde van haar apostelen en kerkvaders de zonde definieert als de overtreding van de (externe) wet – haar wet – terwijl de wetenschappen ons voortdurend tot de bijsturing van waarheden en wetten dwingen, sneuvelt daardoor niet alleen de vermeend onveranderlijke innerlijke wet of het geweten maar gaat evenzeer het boven de tijd verheven onderscheid tussen goed en kwaad onder de hamer.


Tot op zekere hoogte kon de kerk zich nog uit de slag trekken met de uitleg dat de veranderlijkheid van goed en kwaad slechts schijn is ingevolge een niet altijd naar behoren in acht genomen onderscheid tussen de letter en de geest van de wet want waar het ooit goed was om veel kinderen te krijgen en slecht om er helemaal geen te krijgen terwijl de paus vandaag mensen vermaant dat wij niet moeten kweken zoals de konijnen dat doen, kan men nog zeggen dat het achterliggende goed in wezen hetzelfde is gebleven, namelijk het op het ideale peil houden van de bevolkingsdruk.


Op gelijkaardige gronden kon men zelfs veranderlijke wetten inzake het al dan niet geoorloofd zijn van het gebruik van voorbehoedsmiddelen verdedigen. Maar ook rest om diezelfde reden geen enkel argument waarom men dezelfde logica niet zou doortrekken inzake de discriminatie van homoseksualiteit. Als de kerk volhoudt dat de seksualiteit van heteroseksuele echtparen gelegitimeerd wordt door hun intentie om kinderen te krijgen – ook als zij onvruchtbaar zijn – dan onderscheiden zich met betrekking tot dit criterium de hetero- en de homoseksualiteit niet van elkaar en dat doen ze al helemaal niet van zodra gedacht wordt aan adoptie. Overigens, in acht genomen de schokkende onthullingen over het verleden van (vaak katholieke) weeshuizen, zal voor een kind dat wordt geadopteerd door een homopaar de kans op een gelukkige jeugd waarschijnlijk veel groter zijn dan voor een kind dat zijn jeugd in een weeshuis moet doorbrengen.

           

[J.B., 30.01 tot 14.02.2019 (delen 1-4)]

Noten

(1) Michel Foucault, Geschiedenis van de seksualiteit, Boom Amsterdam 2018. (Oorspronkelijk verscheen deel 1 van Histoire de la sexualité in 1976 onder de titel: La volonté de savoir).

(2) Wim De Temmerman, uitgever en redacteur van “Bob Carlier. Diep en duizendvoudig leven. Over seksualiteit, relaties en ethiek”, VUBPRESS, Brussel 1993 (een bundel met teksten van Bob Carlier) in zijn Ten geleide op het boek.

(3) Carlier, Bob, Diep en duizendvoudig leven. Over seksualiteit, relaties en ethiek, VUBPRESS, Brussel 1993:24 haalt onder meer deze economisch deterministische definitie aan van P. Aycoberry 1979.

(4) Carlier 1993:30.

(5) Thys, Erik, Psychogenocide. Psychiatrie, kunst en massamoord onder de nazi's, Epo, Berchem 2015. Zie ook het artikel: Helden en heldinnen. Over schone schijn, schaamte en schande.

(6) Carlier 1993:23-41.

(7) Catechismus van de katholieke kerk, artikel 6: Het morele geweten: https://www.rkdocumenten.nl/rkdocs/index.php?mi=600&doc=1&id=1279

(8) Rom:7,7: “Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Volstrekt niet! Ja, ik zou de zonde niet hebben leren kennen dan door de wet. Ik zou immers ook niet geweten hebben dat begeerte zonde was, als de wet niet zei: U zult niet begeren."

(9) Rüdiger Safranski, Het kwaad, 2011 (1997): 21 resp. 41.

(10) In het jaar 1600 hing de kerk het geocentrisme aan en Bruno het heliocentrisme en of het die ketterij was ofwel een andere welke de dominicaan op de brandstapel deed belanden, kan vandaag bezwaarlijk gelden als verschoning voor de kerk.

(11) De heilige eroev is een ijzerdraad die op zes meter hoogte een gebied omspant (bijvoorbeeld de stad Antwerpen) dat dan beschouwd kan worden als 'binnenshuis'; volgens het joodse geloof mag immers op de sabbath alleen binnenshuis gewerkt worden.





08-02-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de klimaatsverandering (3 mei 2007)











           

Over de klimaatsverandering:


https://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=42




Over de klimaatsverandering


Niets is zo onvoorspelbaar als het weer. Als het in Frankrijk regent, en de wind waait uit het Zuid-Westen, dan is het waarschijnlijk dat de buien na een poos ook boven België hangen. Ziedaar de wetenschappelijke basis voor de weersvoorspelling. Het volstaat echter dat plotseling de wind gaat liggen, ofwel van richting verandert, opdat die voorspelling fout zou blijken.


Het weerbericht geeft voorspellingen die een welbepaalde graad van waarschijnlijkheid hebben, maar zekerheid bieden ze nooit. Bovendien kunnen die voorspellingen slechts worden gedaan over een zeer korte termijn. We kunnen met een relatief grote zekerheid iets zeggen over het weer van morgen, en misschien over dat van overmorgen, maar wat er na overmorgen zal gebeuren, is al onzeker, en een voorspelling van vier dagen is zowat de grens van het geloofwaardige. Dat is de waarheid, en zelfs een kind kan dit vaststellen.


Het weer is onvoorspelbaar, omdat de bewegingen in en van de atmosfeer fundamenteel chaotisch zijn. En het weer is niet het enige gebeuren dat onderhevig is aan chaos. Ook de economie deelt in de klappen - denk aan het probleem van de beleggingen en de beurscijfers. En met onze gezondheid is het al eender.


In feite zijn principieel alle mogelijke gebeurtenissen onderhevig aan chaos. Waar wij relatief betrouwbare voorspellingen doen, hebben we dat veeleer te danken aan een zekere inertie in de gebeurtenissen die we bestuderen, dan wel aan een vermeende afwezigheid van chaos.


Chaos, of wanorde, is het oerprincipe van alle dingen. Het woord "Chaos" is van oorsprong Grieks, en stamt uit de Helleense mythologie: Chaos, die aan de oorsprong der tijden die enige werkelijkheid was, vulde het ganse heelal als een ongeordende, dode oermassa. De vraag rijst, hoe uit die chaos dan ooit "orde" kon voortkomen - tenminste: als er orde uit voortgekomen is.


Het antwoord van de Oude Grieken luidt dat er, naast Chaos, nog een andere werkelijkheid was - of is - met name een orde-brengende werkelijkheid, "Eros" genaamd.


Eros wordt getypeerd als een kracht die de chaos bezielt en die aldus de ongeordende, dode oermassa tot leven brengt. Door de inwerking van Eros op de chaos, krijgt het ongeordende ineens structuur of vaste vorm. En de allereerste manifestatie van die vaste vorm was vanzelfsprekend de Aarde. Tegelijk met de aarde ontstond zo de ruimte daarboven - de hemel - en die daaronder - de hel. In het Grieks heten zij: Gaia, Ouranos en Tartaros.


Toeval of niet, maar deze gang van zaken, zoals hij wordt beschreven in de volstrekt onwetenschappelijk geachte mythen, doet denken aan een vormeloze eicel dewelke door een zaadcel wordt bevrucht, en die na de bevruchting structuur, vorm en leven ontvangt. De cel splitst zich eerst in twee, dan in vier, en zo differentieert ze steeds verder, totdat een bijzonder geordend wezen met biljoenen gespecialiseerde lichaamscellen daaruit voortkomt. Ook over die voortdurende differentiatie hebben de Griekse oorsprongsmythen het, maar dat is een onderwerp apart.


Eros, het bezielende of leven brengende principe, is vanzelfsprekend de geest, en we kunnen dat ook heel letterlijk nemen, bijvoorbeeld inzake het klimaat, de economie, de gezondheid, of met betrekking tot alles wat ons van buitenaf tegemoet komt. Alles is chaos, totdat de geest het benadert, analyseert, bestudeert.


Een jong kind is als het ware één met zijn omgeving, het maakt nauwelijks onderscheid tussen zichzelf en de dingen om zich heen, het zwemt als het ware in de wereld rond zoals een vis in het water, en zelfs droom en werkelijkheid worden door het kind nauwelijks onderscheiden.


Hetzelfde geldt in zekere zin ook nog voor heel wat volwassenen die niet participeren aan de cultuur van de geest: zij schrijven natuurverschijnselen toe aan innerlijke zielstoestanden (schuld en boete), ze projecteren hun innerlijk op de buitenwereld en ze haspelen droom (angsten en wensen) en werkelijkheid door elkaar. Pas het vooropstellen van de rede, welke gedragen wordt door de taal, maakt een duidelijk onderscheid tussen het onechte en het ware mogelijk: "De droomwereld is voor elk mens verschillend, maar de rede is voor iedereen dezelfde", zo klinkt een van de meest oorspronkelijke verwoordingen van de Verlichtingsgedachte. Wat iemand beweert, dient principieel (door allen) op zijn waarheidswaarde gecontroleerd te kunnen worden. En dit vormt dan de basis voor het tribunaal, het openbaar overleg, de grondslag van de zogenaamde positieve wetenschappen, die in wezen een zaak van rechtspraak is: rechtspraak inzake het zo kostbare goed van de Waarheid.


Met betrekking nu tot het onderwerp van de zogenaamde klimaatsverandering, kunnen analoge opmerkingen gemaakt worden. Vooreerst dient gezegd dat, met betrekking tot het principieel chaotische klimaat, er enige orde verschijnt op het ogenblik dat mensen het nauwlettend gaan bestuderen: Eros brengt orde, structuur en leven in de chaos. In het weer onderscheiden wij de temperatuur, de windkracht en zijn richting, de luchtvochtigheid, de luchtdruk, en tal van dergelijke zaken meer. Met behulp van de fysica, de geologie, de statistiek en nog andere wetenschappen, worden de genoemde en nog andere begrippen aan elkaar gerelateerd, en er wordt gezocht naar regelmatig terugkerende patronen of wetten, welke het doen van betrouwbare voorspellingen min of meer mogelijk maken.


Maar ook hier geldt dat het onderscheidingsvermogen soms het onderspit moet delven voor een 'restant' van het primitieve, pre-rationele denken dat - zoals alom aantoonbaar - ook volwassenen nog parten kan spelen, en - andermaal zoals de feiten bewijzen - dit primitieve 'restant' kan relatief groot zijn en geleerdheid garandeert geen immuniteit daartegen. Concreet betekent dit, dat de (noodzakelijke) interpretaties van 'feitelijke' gegevens sowieso 'besmet' zijn met de resultaten die wij hetzij vrezen, hetzij wenselijk achten. Met andere woorden: we blijven nillens willens onze gevoelens van schuld en boete, onze angsten en onze verlangens, een te grote rol laten spelen in onze (noodzakelijke) interpretaties van de 'feiten'. Nogmaals: naakte feiten zijn er nooit: de interpretatie ervan is een zaak van "Eros" - de bezieling, of de geest - en zo zal de specifieke kleur van de geest van de betreffende onderzoeker terug te vinden zijn in wat hij uiteindelijk als 'feit' gaat erkennen.


Enkele mooie, want extreme voorbeelden vindt men in de interpretaties van de (al dan niet vermeende) klimaatsverandering bij fundamentalistische aanhangers van bepaalde religies. Sinds jaar en dag zien zij in de zogenaamde veranderingen van de natuur duidelijke tekenen dat "het Einde" nadert. Ook de economie, de wetenschappelijke ontwikkeling, de politiek, de ethiek en zo meer ontsnappen niet aan de specifieke 'kleuren' welke zij aan hun interpretaties toevoegen. En zij kunnen het niet laten om hun interpretaties op die welbepaalde manier te kleuren, omdat er nu eenmaal geen 'feiten' kunnen bestaan dan via de ordenende werking van Eros - de geest: de geest geeft betekenis aan wat aanvankelijk chaotisch is, en de specifieke 'kleur' van de geest zal altijd in de betekenisgeving, en dus ook in de (nooit naakte) 'feiten' terug te vinden zijn.


Maar niet alleen religies kunnen fundamentalistisch zijn: alle overtuigingen en geloofssystemen - religieus of niet - kennen dat gevaar, en nog vaker onderkennen ze het niet. De 'New-Age'-beweging is een voorbeeld van een niet klassiek religieus geloofssysteem. Niettemin deze naam een veel te bonte lading dekt om zomaar eenduidig omschrijfbaar te zijn, kan hij als voorbeeld dienen. Een ander voorbeeld is dat van het fysicalisme - een uitloper van het materialisme dat, op een scheve en schotse manier, enkele zaken uit de gezaghebbende positieve wetenschappen te baat heeft genomen om zichzelf mee te tooien: niettemin het er heel wetenschappelijk uitziet, is het sciëntisme een 'ordinair' geloofssysteem zoals een ander, en ook niets meer of niets minder dan dat. In feite zijn de mogelijke geloofssystemen die een rol spelen in het interpreteren van 'feiten' - en men moet eigenlijk zeggen dat zij onmisbaar zijn op straffe van het wegblijven van 'feiten' en van het zich doorzetten van de chaos - ontelbaar in aantal.


Bekend zijn echter alleen die geloofssystemen die zich hebben weten te handhaven door zich te verweven met de heersende machten - denk aan het katholicisme, het kapitalisme, de islam, het jodendom, het vooruitgangsgeloof, allerlei vormen van doemdenken, het geloof in "Moeder Aarde", en zo voort. Zij zijn - in bepaalde tijdsperioden en in bepaalde streken - dominant en daardoor is de kleur die ze aan de 'feiten' hebben gegeven, zo goed als onzichtbaar geworden: hun interpretaties gelden bijgevolg als "vanzelfsprekend". Onterecht, zo kan men opmerken, maar wat is onrecht als geen mens, en zelfs niet de slachtoffers daarvan, er tegen protesteren? De kwestie is geen sinecure.


Maar keren we nu terug naar het probleem van de zogenaamde "klimaatsverandering", en merken we vooreerst op dat het begrip een wanbegrip is, want een contradictio in terminis. Het klimaat verandert immers per definitie. Het verandert op korte of op lange termijn, maar veranderen doet het, omdat nu eenmaal alles verandert, zoals de allereerste Oud-Griekse wijsgeer, Herakleitos al zei, met zijn beroemd geworden slagzin: "Panta rei": "Alles stroomt", "Alles verandert". Maar er is meer aan de hand.


Een klimaat drukt een geheel uit van gemiddelde weerstoestanden welke voorkomen in een welbepaalde streek, in een welbepaalde tijdsperiode. Als we spreken over het huidige Middellandse-Zeeklimaat of over dat van Noord-West Europa, dan hebben we een algemeen, vaag doch welbepaald beeld, dat duidelijk onderscheiden is van bijvoorbeeld het huidige klimaat in de Tropen of op Antarctica. Dat klimaatbeeld wordt uitgedrukt in een aantal vaste parameters, welke aangeven wat bijvoorbeeld de gemiddelde dag- en nachttemperaturen zijn in bepaalde perioden van het jaar, steunend op metingen die worden verricht op een welbepaald aantal tijdstippen en plekken, onder welbepaalde omstandigheden. Die metingen gebeuren niet willekeurig en ook niet 'neutraal' (neutraliteit is een onding op mening terrein): ze gebeuren eigenlijk in functie van hun bruikbaarheid, hun direct nut, en zo bijvoorbeeld zijn ze gerelateerd aan de landbouw en aan de condities die vereist zijn voor een rijke oogst, of aan de gezondheid van de streekbewoners. En zo is het uiteindelijk de natuur zelf die ons inspireert, of conditioneert, inzake het hanteren van welbepaalde interpretatiemodellen van de 'feiten'. Het klimaatbegrip is dus vaag, maar het is voldoende welomlijnd om voor ons bruikbaar te kunnen zijn; het maakt dat we ons plan kunnen trekken.


Echter, als men zijn vleugels wat wijder wil open slaan, en men het terrein van het directe nut wil overstijgen - wat theoretisch perfect mogelijk is - komt men aardig in de problemen. Inzake het klimaat kunnen dan meer bepaald vragen rijzen die eigenlijk hun boekje te buiten gaan, en die een loopje nemen met de onderzoeker, in die zin dat zij danig vaag of chaotisch worden dat zij een veel en veel te vrij spel geven aan de "Eros" - het bezielende, ordenende principe - ter herinnering: het principe zonder hetwelke van 'feiten' geen sprake kan zijn. En met zijn (al dan niet vermeende) overschot aan energie, heeft de mens vaker de neiging om zijn vleugels wat wijder te gaan open slaan. Deze keer echter - inzake het klimaat - ligt niet een overschot aan energie, doch een gevoel van bedreigd worden aan de basis van de grote maneuvers waartoe hij zich nu verplicht weet.


De gletsers wijken alom ter wereld terug, de poolkappen smelten nu heel snel af, tsunami's volgen elkaar op en oogsten dreigen overal te mislukken. En in een golf van paniek, slaat men aan het meten, doet men metingen, en fabriceert men theorieën over deze weliswaar geheel onverwachte en bedreigende schommelingen. In zekere zin reageert men aldus een beetje zoals iemand doet die het plotseling warm krijgt, die zich daarop naar de thermometer spoedt teneinde zich ervan te verzekeren dat de temperatuur inderdaad gestegen is, om vervolgens te besluiten dat de gestegen temperatuur de oorzaak is van het feit dat hij het warm kreeg.


De man die zo handelt heeft natuurlijk niet helemaal ongelijk, maar de zaak is wel dat - uiteindelijk - het warmtegevoel van de man in het geding is, en niet de temperatuur: die "temperatuur" - hoe fysisch correct die ook is - is slechts een door de man uitgevonden hulpmiddel in dienst van zijn warmtegevoel - zijn comfort. De eindwaarde is het comfort van de man, en aan dat comfort dient alles zich per definitie te onderwerpen. Het is omwille van dat comfort dat thermometers werden uitgevonden, windrichtingen, luchtdrukmeters en weerberichten. De paniek bij de man is dus gerechtvaardigd in zoverre zijn waarnemingen zijn comfort bedreigen; hij is echter volstrekt onterecht waar het alleen maar "afwijkingen van de norm" betreft. En dan rijst de vraag: wat is de norm? Of, nog sterker: is er een norm? En is die norm wel kenbaar?


In juni 2006 verscheen een wetenschappelijk artikel, getiteld: "Does a Global Temperature Exist?" In dat artikel bewijzen drie wetenschappers - met name: Christopher Essex (wiskundige, van de University of Western Ontario), Ross McKitrick (Econoom van de University of Guelph) en Bjarne Andresen (van het Niels Bohr Institute of Copenhagen) dat er noch fysische, noch wiskundige, noch proefondervindelijke gronden bestaan om inzake het vraagstuk van de vermeende opwarming op een zinnige manier te spreken over een "globale temperatuur van de aarde". Het artikel in kwestie telt vierentwintig A4-tjes en kan geraadpleegd worden op het internet. Het zal hier niet worden vertaald, maar wie het leest, ziet dat daar beweerd wordt dat het onmogelijk is om wetenschappelijk vast te stellen dat de gemiddelde temperatuur van de aarde gestegen is, alleen al omdat het volstrekt onmogelijk is om op een of andere manier vast te stellen wat de globale, gemiddelde temperatuur van de aarde dan wel mag zijn. En als er al zoiets zou bestaan als de "globale aardtemperatuur", dan ware die zelfs niet bij benadering vast te stellen.


Vanzelfsprekend is het onjuist om, zoals onder meer auteur Christoffer Essex doet, op grond van dit onderzoek te gaan ontkennen dat er wat schort met het klimaat. Essex gedraagt zich in feite zoals de man, hoger beschreven, die het warm krijgt, doch die ontkent dat het warmer geworden is... omdat hij nu eenmaal niet over een thermometer beschikt! Wat echter wél correct is - en laten we voor een keer niet het kind met het badwater buitengooien - is het feit dat de zogenaamde klimaatsverandering een (al dan niet vermeende) gebeurtenis is die vrijwel volkomen aan de greep van het huidige wetenschappelijk onderzoek ontsnapt. De bocht van honderdtachtig graden die het wetenschappelijk establishment inzake enige consensusvorming gemaakt heeft in de jongste jaren en zelfs maanden, doet zelfs de volslagen leek zijn wenkbrauwen fronsen en dreigt de vooralsnog 'heilig' geachte positieve wetenschappen flink in discrediet te brengen. Te meer wanneer men vaststelt dat de 'zaak' van de klimaatverandering pas aan het rollen ging nadat een Amerikaans toppoliticus zich daarmee in meerdere betekenissen is gaan verrijken. Nu het wantrouwen eens en voorgoed werd gevoed, en aangezien genoeglijk bekend is dat naakte feiten niet bestaan, krijgen ook de critici van de milieubewegingen de wind in de zeilen, want het chaotisch karakter van het weer is misschien wel het enig overblijvende feit. Dat de interpretaties ervan vrij spel krijgen, spreekt vanzelf, alsook het feit dat de interpretaties van de machtigsten (diegenen die het luidste kunnen roepen) het uiteindelijk zullen halen op de rest. Een feit is dat de reputatie van Al Gore wel vaarde bij zijn 'engagement'. Een feit is dat men erin geslaagd blijkt de niet te overwinnen vijand tot vriend te maken. Een feit is dat naast de milieubewegingen, ook tegenbewegingen uit de grond rijzen, die er op hameren dat de hele heisa rond de volgens hen geheel vermeende klimaatverandering zal dienen om de belastingdruk te verhogen voor nog meer "wetenschappelijk onderzoek", dat misschien hoofdzakelijk aan het leger ten goede zal komen, en tegelijk het volk in de ellende zal storten. Want het is nu 'bon ton' om milieumaatregelen te gaan verdedigen, ook als men niet weet of ze wel gaan helpen, zoals het ooit 'bon ton' was om te vechten voor de kerk en voor het zielenheil. Wat er ook van zij: de machthebber heeft zich vandaag het milieu-item toegeëigend en het lijdt geen twijfel dat hij het zal aanwenden in functie van zijn macht. [Voor de slechte verstaander: men kan zich verwachten aan de promotie van kernenergie.] De waarheid daarentegen zal, zoals gewoonlijk, verdwijnen in het ongewisse en in de chaos van de gebeurtenissen die rommelig nog wel ergens liggen opgeslagen in het geheugen van de mensheid, maar die niemand zich ooit nog zal kunnen herinneren. Wie herinnert zich nog de motieven voor de golfoorlog? Voor de jodenvervolging? Wie heeft nog weet van de genocide door de katholieke kerk op de Albigenzen? Wie maalt er nog om de veroordeling van Giordano Bruno? De geschiedenis is gewoon doorgegaan, bijna alsof deze ware zaken er helemaal niet toe deden.


J.B. (3 mei 2007)




           










25-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terug naar de middeleeuwen (delen 1-5)

           

Terug naar de middeleeuwen (delen 1-5)


1.


Iemand had, zo geloof ik mij te herinneren, een reusachtige boete gekregen voor een ontbrekend achterlicht op de fiets bij valavond en het was toen ik dat voorval vertelde aan een vriend, een veel te jong overleden, grote Vlaamse schrijver, dat hij mij een bijzonder geheim verklapte.


Als iemands misdaden maar groot genoeg zijn, zo stelde hij, dan wordt de dader niet langer beschouwd als een crimineel. Misdaden die dermate groot zijn dat ze eigenlijk ons bevattingsvermogen te boven gaan, krijgen wonderlijk genoeg het uitzicht van hun tegendeel; ze worden dan veeleer beschouwd als heldendaden en de misdadiger in kwestie wordt door het volk op de handen gedragen en op een voetstuk geplaatst.


Neem bijvoorbeeld een van de grootste massamoordenaars aller tijden, zo repliceerde de wijze man op mijn ongeloof en hij noemde er een bij naam: Napoleon Bonaparte! Hoeveel standbeelden van deze supercrimineel sieren de grootste pleinen alom ter wereld? Werden van hem niet ontzaglijk veel meer portretten geschilderd dan van de heilige Antonius, om maar iemand te noemen? Wordt de naam van deze onbarmhartige slachter niet geschonken aan de meest prominente lanen en pleinen in onze wereldsteden? Luisteren ontelbare restaurants en cafés dan niet naar zijn naam? En wat dacht u van sterke dranken, koekjes, pralines en bonbons Napoleon? Met het guitige hoofddeksel en in de hem kenmerkende pose situeren wij Bonaparte prompt naast sinterklaas en de kerstman! De bijwoorden 'berucht' en 'beroemd' lijken ineens synoniemen geworden.


Mijn zeer belezen vriend had het gewis bij het rechte eind en wat meer is: ik ontdekte dat zijn stelling niet enkel gold voor exuberante misdaden; ze blijkt ook toepasselijk op buitensporige onzin.


Mensen die beweren dat er ooit kabouters en vuurspuwende draken rondliepen op deze aarde, worden scheef bekeken of dat was dan toch tot voor kort het geval want bijvoorbeeld in Harari's jongste 'wereldwijde bestseller' wordt verteld hoe deze kleine mensensoort de Sapiens vergezelde tot een paar duizend jaar geleden – overigens samen met nog andere soorten – en het is intussen ook geen geheim meer dat niet alleen draken maar ook gewone kevers vandaag de dag nog vuurspuwend vijanden te lijf gaan, net zoals diepzeevissen dat doen met stroomstoten om u tegen te zeggen.


Maar wat hier gezegd moest worden: voor kleine onzin wordt men beslist veroordeeld, zelfs als die helemaal geen onzin blijkt te zijn, terwijl daar tegenover staat dat het overgrote deel van het mensdom zijn gedrag laat bepalen – inzake leven én dood – door fabels waarvan men maar moeilijk kan geloven dat een mens ze ooit heeft kunnen verzinnen. En dan heeft men het over oorlogen aangevoerd door jaloerse goden die hun priesters gebieden dat zij hun trouw bewijzen door het bloedeigen kroost om te brengen.


U raadt inderdaad goed als u vermoedt dat hier de bijbel wordt bedoeld en meer bepaald het zogenaamde Oude Testament, dat Christenen, Joden en Moslims delen. Meer dan zeven van de acht miljard mensen die momenteel de aarde bevolken, geloven hun ganse leven te kunnen en te moeten verantwoorden aan de hand van de verhalen die men leest in de bijbel en in gelijkaardige geschriften uit de tijd dat de uilen nog spraken.


Edoch, dit verhaal wordt nog sterker eens men zich realiseert dat dit feit dienst doet als argument ter verdediging van de waarde van de betrokken fabels. En zo hebben ook hier te lande recentelijk de bisschoppen beslist om de lectuur van de bijbel weer bovenaan op de agenda te plaatsen voor de lessen godsdienst op school.


2.


Wij willen terug de bijbel gaan lezen, aldus spreken de bisschoppen vandaag in koor: de Joden leren de Thora uit het hoofd en de Moslims kunnen moeiteloos de Koran reciteren terwijl wij onze eigen Bijbelse verhalen vergaten en zo kan het beslist niet verder. En zij krijgen bijval, zelfs van atheïsten en in het bijzonder van taal- en cultuurkundigen, die er immers op wijzen dat wij ons taaleigen en onze beschaving voor een flink stuk aan die bijbel te danken hebben.


Edoch, als dat zo is, dan blijft het wel zeer de vraag of dat deel van onze cultuur dat wij aan de bijbel te danken hebben – of moet men veeleer zeggen 'te wijten' – wel wenselijk is in functie van onze toekomst en van ons geluk, want is dat uiteindelijk niet de inzet als het gaat om de opvoeding van kinderen?


Zo bijvoorbeeld staat te lezen in het Bijbelboek Genesis dat God de mens heeft geschapen als Adam en Eva, als man en vrouw, en wel uit kleiaarde. Geen probleem voor mensen van nu die immers weten dat alle leven op aarde uiteindelijk uit de aarde zelf voortkomt, zij het wellicht via een proces van scheppende evolutie. Maar niet veel verder in datzelfde boek dat kennelijk meer dan één auteur had, leest men dat Eva werd gemaakt uit een rib van Adam. Moderne theologen wijzen er dan wel op dat 'rib' wellicht een wat ongelukkige vertaling is van een woord dat veeleer 'deel' betekent maar het probleem van de zaak ligt elders. Vooreerst blijken mensen niet enkel te bestaan uit twee strikt gescheiden geslachten en vervolgens ware het wellicht geloofwaardiger indien gezegd werd dat de man was voortgekomen uit een deel van de vrouw in plaats van andersom. Want de eer van het moederschap wordt hier aan de vrouw ontzegd en aangezien daarvoor geen goede argumenten te vinden zijn, kan men niet anders dan besluiten dat hier de man die eer naar zich toe trekt omdat hij nu eenmaal de sterkste is van de twee. Iedereen weet dat alle mensen uit vrouwen geboren worden maar welke vrouw zal de man tegenspreken als hij het been stijf houdt en beweert dat zij gemaakt is uit een deel van de man? Of zal het zwakkere schepsel dan met het sterkere ruzie zoeken als haar leven haar lief is?


Andermaal krijgt het zwakkere geslacht een dreun in het verhaal van de zondeval want het is niet Adam die zich laat verleiden door de slang: de mens wordt ten val gebracht door de zwakte van de vrouw, die op haar beurt, als het ware als een vermomming van de slang, de man ten val brengt en daardoor de mens als zodanig.


Wat verderop kan men lezen dat de aartsvader Abraham een harem vol met vrouwen had, zij behoorden omzeggens tot zijn bezittingen. De vraag rijst uiteraard of in onze toekomstige wereld ons geluk dan echt op het spel staat als wij eraan verzaken om die oude Bijbelse ongelijkheid en rivaliteit tussen man en vrouw in ere te herstellen.


Immers, heel anders dan Genesis wijzen genetici erop dat bijvoorbeeld inzake sportwedstrijden het onderscheid tussen man en vrouw vandaag in feite irrelevant is geworden: andere categorieën dringen zich op sinds men kennis heeft van het spel der hormonen dat het sterkere geslacht tot het sterkere maakt en men oppert het invoeren van categorieën al naar gelang het testosterongehalte in het bloed van de deelnemers – ongeacht of zij 'man' dan wel 'vrouw' zijn. In welke zin kan men dan nog spreken over het nut van de bijbel of over de wijsheid van het boek als daar van een derde geslacht dat zich gestaag doch gewis aan ons opdringt, geen sprake kan zijn en wat met de rechten van homo's, lesbiennes en transgenders? In de fabel over Sodom en Gomorra wordt dit dan toch aanzienlijke segment van de wereldbevolking meedogenloos veroordeeld en in de zevende hellekring in zijn Commedia laat Dante de straf die de sodomieters reeds op aarde te verduren krijgen door de algemene haat ingevolge de veroordeling van hun bestaan door de bijbel, onbarmhartig voortduren: onder een regen van vuur lopen zij over hete kolen en krijgen aldus nimmer de rust die zelfs de simpelste dieren genieten:


'O zoon', sprak hij, 'alwie van deze kudde


één oogwenk stilhoudt, ligt dan honderd jaren


hier hulpeloos, terwijl het vuur hem geselt. (1)


Het Oude Testament is het wetboek van de Joden en de fundamentele wet aldaar is die van de vergelding of de wraak: een oog voor een oog en een tand voor een tand. In het Nieuwe Testament daarentegen breekt de jood Jezus van Nazareth categoriek met die zeden: hij onderwijst de Schriftgeleerden, noemt hen witgekalkte graven en hij vervangt hun wet door de wet van de naastenliefde met het loodrecht daarop staande principe van de vergeving. Die breuk met alle voorgaande Bijbelboeken is van dezelfde orde van grootte als de tegenstelling tussen de inzet van de twee rivaliserende engelenscharen, respectievelijk geleid door Gabriël en Lucifer, in de hemelse oorlog zoals beschreven door Joost van den Vondel (°1587-†1679): de stadhouder Gods wenst recht en orde en veroordeelt de 'gril' van de Schepper om de engelen die zuiver geestelijke wezens zijn, in dienst te stellen van de mens die behalve uit geest ook nog gemaakt is... uit stof:


'Men zou ons Paradys om Adams hof verwenschen.


't Geluck der Engelen moet wycken voor de menschen' (2)


3.


En laat de Eerwaarde Heren Monseigneurs nu vooral niet komen aandraven met het excuus dat die Bijbelse verhalen die veelwijverij propageren alsook moord in naam van God en de veroordeling van homo's, onschuldig zijn daar zij 'uiteraard' niet letterlijk mogen worden genomen! Laat hen nu vooral niet proberen ons te paaien met de uitleg dat het dikke boek vol beeldspraak staat en dat het niet de bedoeling is om van de nieuwe kinderen fundamentalisten te maken! Laat hen nu ons niet komen vertellen dat het hier slechts om mythen gaat zoals ook Hellas, het Oude Egypte en de beschaving van de Inca's die hebben want als puntje bij paaltje komt, citeert vanuit zijn Heilige Stoel de paus van Rome, tevens staatshoofd van het Vaticaan, onverbiddelijk letterlijk 'het woord van God'. Als het er werkelijk op aan komt, prevelt de zelfverklaarde plaatsbekleder van de stoel van Christus op aarde in Rome langs de ene kant weliswaar iets in de zin van: “Wie ben ik om homo's te gaan veroordelen?” maar enkele dagen later tijdens een trans-Atlantisch uitstapje vervoegt hij daar op straat prompt een massa fundamentalisten die protesteren tegen het homohuwelijk, de wereld eraan herinnerend dat in de bijbel staat geschreven dat Onze-Lieve-Heer Adam and Eve geschapen heeft en niet Adam and Steve.


Neen, die bisschoppelijke excuses zijn echt misselijk makend want o zo bedrieglijk leiden ze ons om de tuin: het gaat om verhaaltjes, zeker niet letterlijk te nemen, die onze woordenschat verrijken en die behoren tot de fundamenten van onze beschaving... tot op het ogenblik dat men moet ondervinden dat men in die sectoren die alsnog onder de kerkelijke macht staan, niet aan de bak komt omdat men vrouw is, homoseksueel, transgender en noem maar op: geen jobs voor wie behoren tot dit segment van de mensheid en dus voor hen geen inkomen en geen menswaardig bestaan en klinkt daar onder de mijters van de haters van de moeders en de sodomieters dan niet verborgen en gedempt doch nog heel duidelijk hoorbaar en gestemd niet een of andere christelijke hymne doch het ketterse lied uit – jawel – de Driestuiversopera van Kurt Weill en Bertolt Brecht?


“Erst kommt das Fressen, und dann kommt die Moral.” (3)


Tegelijk etaleren de doortrapte excuses dat die bijbel ons toch ook alleen al omwille van zijn rijke fabels ten goede komt, de erbarmelijke situatie waarin het machtsinstituut van de kerk na de Verlichting beland is: men ziet het huis helemaal afbranden en men probeert nog rap enkele meubels te redden; in zijn wanhoop poogt men alsnog iets te verkopen van die dingen waarvan men niet langer de eigenaar is; in de misleidende verpakking van 'allerlei culturele lekkernijen, spreuken en zegswijzen, voor elk wat wils' tracht men ons nog rap te doen tekenen voor ontvangst van een meedogenloos discriminerende zending vol met zedenwetten uit de middeleeuwen. En andermaal: de bisschop van Rome zal niet nalaten om te gepasten tijde letterlijk te citeren uit dit wetboek en wel met dezelfde ijver waarmee de schuldeiser voor de schuldenaar citeert uit de ellenlange tekst met minuscule lettertjes onder welke hij geheel te goeder trouw zijn naam neerkrabbelde ter vermeende bezegeling van een luchtige grap van de geslepen commerçant.


4.


Maar til toch niet zo zwaar aan wat de paus allemaal uitkraamt, zo proberen ons de lagere echelons bij de clerus alsnog te bezweren: pauselijke encyclieken zijn louter theorie, niet al te serieus te nemen; het zijn hoogdravende epistels; het echte werk gebeurt in de pastoraal en daar is de toon beslist heel anders!


Edoch, over de feitelijke invloed op het volk van wat autoriteiten allemaal 'uitkramen' wordt altijd listig gezwegen omdat potentaten zelden verantwoordelijk handelen. Herinneren wij ons bij deze gelegenheid maar een keer de verbanden tussen enerzijds de extremistische theoretici die niet echt lijken te handelen en die derhalve onschuldig lijken en anderzijds zij die met deze ideeën plannen smeden om ze ook in de praktijk te brengen – de uitvoerders of de beulen. Het zijn verbanden die verborgen blijven... zolang zij zich niet manifesteren in een of ander bloedbad!


Een voorbeeld van net geen acht jaar geleden biedt ons de zaak van de Noorse massamoordenaar Anders Breivik uit wiens geschriften bleek dat tot diens grootste inspiratiebronnen de teksten behoorden van Vlaams-nationalist Paul Belien die na de calamiteiten en na de bekendmaking van de inhoud van het racistische manifest van Breivik, zijn verwondering uitte over het feit dat hij door de moordenaar meer dan tachtig keer geciteerd werd. Dat de man niet leek te kunnen begrijpen dat hij de muze was geweest van een massamoordenaar, illustreert uitnemend het schromelijke tekort aan mensenkennis en aan realiteitszin bij haat zaaiende politici en ofschoon de gedachten vrij zijn, volgt daaruit niet zo vanzelfsprekend dat ook de uitgesproken of de neergeschreven woorden dat zijn – zij zijn immers specifieke daden – en derhalve kan men stellen dat de psychopathie welke wordt toegeschreven aan blinde volgers van dergelijke profeten, evenzeer deze profeten zelf treft, en zeker daar waar zij kunnen geacht worden het impact in te schatten van de selectieve misantropie die racisme heet en die uiteraard wordt vergezeld van en uitgelokt door een zekere verschijningsvorm van de immer verblindende megalomanie.


Want het is een wetenschappelijk gegeven dat mensen kuddedieren zijn en dat de kuddegeest zich uit in onder meer een sterke afhankelijkheid van autoriteiten; in de navenante volgzaamheid worden dikwijls onnadenkend en aldus geheel gewetenloos de bevelen van de autoriteit ten uitvoer gebracht – onder meer het zogenaamde gehoorzaamheidsexperiment van Stanley Milgram uit 1963 illustreert dit overtuigend. Vandaag worden wij jammer genoeg met talloze modellen van deze waarheid geconfronteerd in het verschijnsel van het zogenaamde islamterrorisme.


God is voor velen de autoriteit bij uitstek en zij die aan een boek het auteurschap van die allerhoogste autoriteit toeschrijven – en dat zijn nota bene geen goden doch mensen – dragen zodoende een wel bijzonder grote verantwoordelijkheid; het is een verantwoordelijkheid die op de keper beschouwd geen mens in staat is om te dragen en het getuigt daarom van een volstrekt onverantwoord gedrag waar een mens beweert die link te kunnen leggen.


Een mens of veeleer mensen, in het meervoud, omdat gedeelde verantwoordelijkheid zo kenmerkend is voor de verantwoordelijkheidsvlucht of voor het onverantwoordelijk gedrag dat we bijvoorbeeld kennen van de fusillade; daarbij wordt immers een truc gebruikt om iemand ter dood te kunnen brengen zonder de mogelijkheid om de schuldigen aan te wijzen – in het vuurpeloton wordt namelijk één van de geweren geladen met een losse flodder. In dit geval wordt de verantwoordelijkheid gevlucht door hem te verdelen onder de clerus en meer specifiek onder de ('door God geïnspireerde') kerkvaders: zij kiezen de teksten welke zullen worden erkend als het woord van God; zij benoemen auteurs tot profeten en aldus schuiven zij het auteurschap voor door hen gekozen teksten in de schoenen van hun schepper; zij vertellen aan het volk dat zij beweren te weten dat God gesproken heeft en wat hij dan precies gezegd heeft en meer bepaald beweren zij te weten wat God aan de mensen bevolen heeft om te geloven, te hopen, te denken, te doen en te laten.


Edoch, wie dat plaatje aandachtig bekijken en ook weigeren om tegen de logica te zondigen, zien noodzakelijkerwijze een groep van lieden aan het werk die zelf voor god spelen, een bende die alle anderen proberen te dwingen om te erkennen dat zij God zelf zijn. En in wezen is dit niets anders dan de reinste dictatuur.


5.


We moeten terug naar de bijbel, zo haasten zich de bisschoppen, en zij hebben het over Mozes, Abraham, Job en talloze andere figuren uit de geschiedenis van een volk dat sinds de oudste tijden in oorlog is en dat niets minder dan de wereldheerschappij nastreeft, waarin het zich van talloze andere volken helemaal niet onderscheidt. Tegen die eer- en wraakzucht reageerde een wijze uit het eigen joodse volk, Jezus van Nazareth, die helemaal niets optekende maar over wie verslag werd uitgebracht door anderen – het werd zijn dood. En Hij verrees in de gedaante van zijn aanhangers, zoals dat met echte helden meestal het geval is. Edoch, de politieke heersers zagen Hem als een rivaal, zij vreesden voor het verlies van hun wereldlijke macht die Hij immers des duivels noemde en zij deden verwoede pogingen om de christenen uit te moorden. De volgelingen van de Opstandeling tegen het wereldlijke gezag verborgen zich in catacomben, zij werden afgeslacht doch hun aantal slonk geenszins, zij vermenigvuldigden zich zoals hun Leidsman het hun had opgedragen. Het wereldlijke gezag zag geen andere oplossing meer dan de nieuwe sekte in te lijven: de kerk van het zogenaamde christendom werd een erkende staatsgodsdienst in het Romeinse Rijk en vanaf die dag smeedden de koning en de paus samen en niet zelden verenigden zij zich in de gang der tijden in het keizerschap dat onder meer Napoleon te beurt viel – de man wiens misdaden dermate groot zijn dat hij welhaast met de kerstman werd vereenzelvigd. Niet te geloven! Ha, stel eens dat Jezus van Nazareth nu terugkwam!


Ja, stel dat eens. Een groot Russisch schrijver liet de Messias naar deze wereld wederkeren en wel in een van zijn wereldberoemde romans die bestonden uit de vervolgverhalen die hij voor de kranten schreef om zijn schulden af te betalen want Dostojevski was een verwoed gokker maar desalniettemin en misschien precies daardoor, gedreven door de noodzaak, maakte hij wereldliteratuur. In een raamvertelling in De gebroeders Karamazov zette hij naar het voorbeeld van Christus zelf, een heuse parabel neer, De grootinquisiteur van Sevilla. (4) De inhoud ervan is een openbaring:


In Sevilla ten tijde van de Inquisitie worden de ketters verbrand; Jezus is teruggekeerd en wordt door de grootinquisiteur betrapt bij de opwekking uit de dood van een zevenjarig meisje. De kerkvorst laat Jezus gevangennemen en vermaant Hem dat Hij op aarde niets meer te zoeken heeft, daar Hij lang geleden zijn macht heeft overgedragen aan de kerk; Hij noemt Hem de allergrootste ketter en dreigt Hem op de brandstapel te gooien. De grootinquisiteur herinnert Jezus eraan dat tijdens zijn vasten in de woestijn de duivel Hem verzocht om stenen in brood te veranderen maar dat Hij weigerde, zeggende dat de mens niet leeft van brood alleen doch van Gods woord; verder weigerde Hij te erkennen dat de mens een kuddedier wil zijn en het er beter af brengt zonder vrijheid en geheel onderworpen aan het kerkelijke gezag. Tenslotte wees Jezus de Hem door de duivel aangeboden heerschappij over de wereld af. En de grootinquisiteur maakt nu zijn standpunt duidelijk: wij (de kerk van Rome) zijn niet met U doch met hem (doelend op de duivel), ziedaar ons geheim! En wij zullen de mensen bedriegen en hun zeggen dat wij in Uw naam heersen. U bezit de uitverkorenen maar wij bezitten alle mensen. De mensen zijn zwak en willen gedomineerd worden; wij zullen hun toestaan te zondigen en we zullen hun zonden vergeven als zij maar met onze toestemming bedreven worden. Zo zullen zij uiteindelijk gelukkig zijn dankzij ons die hen bedriegen en die ons geluk aan hen opofferen.


Het enige antwoord van Christus op de woorden van de grootinquisiteur is een kus; de kerkvorst jaagt Hem weg en bezweert Hem nooit meer terug te komen.


(J.B., 23-25 januari 2019)


Verwijzingen:


Verwijzingen:


(1) Dante's leermeester Brunetti Latini aan het woord in Dante Alighieri, De goddelijke komedie, De hel, Vijftiende zang, verzen 37-42, in de Nederlandse vertaling uit 1929-'30 van Christinus Kops O.F.M. (°1877-†1951), De Nederlandse Boekhandel, Antwerpen 1985, p. 94.


(2) De woorden van Belzebub nadat Apollion teruggekeerd van het aards paradijs aan de andere engelen verslag heeft uitgebracht over het nieuwe schepsel dat de mens is.


    (3) Kurt Weill en Bertolt Brecht, Die Dreigroschenoper, 1928. Het stuk in kwestie is geïnspireerd op de exact tweehonderd jaar oudere The Beggar's Opera van John Gay.

    (4) Fjodor Dostojevski, De gebroeders Karamazov, II-5.5.





22-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boris Blacher

Boris Blacher

15-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De ruk naar rechts














           

De ruk naar rechts


Steeds meer opportunisten doen zich de politiek in stemmen en horen zichzelf o zo graag aan het woord en als het maar even kan ook op de buis met de mond vol over wat we met zijn allen wel zullen moeten gaan doen om onze levensstandaard in stand te houden en daarvoor zullen zij zorgen.


Om te beginnen kunnen de meeste mensen makkelijk aan de slag blijven tot hun zeventigste – dat staat wetenschappelijk vast, evenals het feit dat de bedreiging van onze welvaart niet te wijten is aan de omkoperij en de onbekwaamheid van politici maar aan de sociale fraude gepleegd door de armen. Langdurig zieken zullen opnieuw een kans krijgen op de arbeidsmarkt, de herinvoering van de dienstplicht zal onze burgerzin ten goede komen en het milieu vereist dat opnieuw geïnvesteerd wordt in kernenergie. Alle stages kunnen best wat worden uitgebreid en niet te vergeten komt er ook nog een verplichte burgerdienst van één of twee jaar, daar zijn we nog niet uit, als voorbereiding op de participatie aan het maatschappelijke leven.


Lui die ontegenzeggelijk ter kwader trouw zijn beweren dat de nieuwe 'politici' er niet in slagen om een enkele zin te vormen die minder dan drie fouten tegen het Nederlands bevat, weliswaar, doch dit, zo antwoorden zij, is vanzelfsprekend ook niet nodig aangezien het niet de taal is waarover zij beloven zich te zullen buigen: hun altruïstisch engagement betreft de politiek en de economie; onze economie moet blijven groeien, zo zegt het eerst de ene en vervolgens de andere; we moeten jobs creëren, jobs, jobs, jobs voor iedereen. En zij behartigen zich het lot van de medeburgers, de toekomst van onze kinderen en van de hele natie, onze plaats in de wereld van morgen en als dat niet van heldhaftigheid getuigt!


De regering slaagt er weliswaar niet in om de helft van de burgers van een job te voorzien, laat staan van een passende job maar kijk, ook voor dat probleem hebben de nieuwelingen een oplossing in petto: de algehele onbekwaamheid tot regeren moet beantwoord worden vanwege de burger met flexibiliteit!


Flexibiliteit betekent: niet vies zijn van een overuurtje, wat avondwerk of eens bijspringen in het weekend en betalingen in natura ter verkapping van lonen die het minimum niet benaderen. Maar flexibiliteit betekent ook: geneesheren die al eens het huisvuil ophalen als zij niet aan de bak komen op de arbeidsmarkt én ijzervlechters die bereid zijn om een snelcursus te volgen met het oog op het lerarenambt of wat dacht u van ervaringsdeskundige parlementairen?


Flexibiliteit is het negeren van de eindtermen als de concurrentie onder scholen dit vereist maar het betekent ook de bereidheid om af te stappen van het klassieke examensysteem; de bereidheid om voor de beoordeling van examens de professoren van weleer te vervangen door weliswaar onopgeleide doch door de autoriteiten als bevoegd bestempelde krachten – en laten we hen voor de gelegenheid 'human resourcemanagement-experten' noemen: zij worden door onze legaal verkozenen aangeworven op grond van hun 'competentie' waar in het 'oude stelsel' alleen maar diploma's werden vereist. Want ook mensen die niet houden van studeren en die hun vak niet kennen, moeten aan de bak kunnen komen en dan vooral diegenen onder hen die hand- en spandiensten verlenen aan bevriende politici – het kan toch niet dat dergelijke engagementen onbezoldigd blijven? En zo galmt dan hun frisse song al door een nieuwe dageraad:


Weg met de blokbeesten die het allemaal voor zichzelf inpalmen; zij mogen dan al vakkennis hebben: zij maken ons, nitwits en opportunisten, het leven zuur! En de macht om aldus het land om zeep te helpen, vereist van ons niet één examen, wij schamen ons niet analfabeet te zijn, het volstaat dat wij gelijk de leurders doen, van deur tot deur gaan, eens schoon lachen naar de mensen en hen beloven wat zij het liefst horen; zo immers winnen wij hun stem en krijgen wij het voor het zeggen: de juiste man op de juiste plaats! Jedem das Seine! En opruimen geblazen voor wat onze kas niet spijzigt!


(J.B., 15.01.2019)


           
















06-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weten en geweten













               



Weten en geweten


Wie zou een treinconducteur kunnen dulden die reizigers mét geldig vervoerbewijs van de trein gooide en die aan zijn vrienden gratis ritten aanbood? Onmogelijk, denkt u. Maar realiseert u zich ook dat het niet een vermeende burgerzin is of een persoonlijke moraliteit welke een dergelijk misbruik verhindert, doch de openbaarheid waarin zich de beroepsdaden voltrekken? Er zijn immers tal van postjes waar dit groteske machtsmisbruik de regel is, eenvoudigweg omdat het scherm van de discretie en de privacy meteen verkapt wat om heel andere redenen het licht niet mag zien. En de arbitraire toekenning van jobs aan onbekwame vrienden gaat niet alleen gepaard met de broodroof van vaklui: deze misdaad bezegelt tevens de teloorgang van het product van de arbeid. En is dat niet wraakroepend, vooral dan waar dat eindproduct een mens is, bijvoorbeeld een opvoedeling? De arbeid als zodanig wordt dan negatief, hij brengt niet langer iets voort maar hij maakt iets kapot. Of iemand.


In het belang van de leerlingen wordt over de vakbekwaamheid van kandidaat-leraren beslist door hoogleraren of vakspecialisten aan universiteiten en aan hogescholen en wel op een bijzonder scrupuleuze manier: wie als master afstudeert, heeft met vrucht meer dan honderd examens afgelegd bij soms evenveel professoren. Andermaal: in het belang van de leerlingen wordt over de vakbekwaamheid van kandidaat-leraren beslist door professoren en niet door bijvoorbeeld clerici, logebroeders, politici, ambtenaren van de VDAB of schooldirecteuren. Laatst genoemden dienen zich te beperken tot het aanbieden van de infrastructuur welke het lesgeven mogelijk maakt: goed verluchte en verwarmde klaslokalen, propere toiletten, werkbare uurroosters, orde en tucht. Waar schooldirecteuren zich bemoeien met de aanwerving van leraren plegen zij hetzelfde machtsmisbruik als de onmogelijke treinconducteur uit de bovenstaande paragraaf.


De vriendjespolitiek en het cliëntelisme maken dat scholen dreigen te verworden tot plekken waar tot lesgeven onbekwaam personeel zijn eigen inkomen verzekert ten koste van (de opvoeding van) de kinderen. De onderlinge concurrentie tussen scholen zet bepaalde scholen ertoe aan om het lerarenkorps onder druk te zetten om veel minder van de leerlingen te eisen dan goed voor hen is. Want zij beschouwen hun leerlingen eigenlijk als hun klanten terwijl zij geloven dat de leerlingen die scholen kiezen die de minste eisen stellen voor het bekomen van een getuigschrift. Intussen eisen zij van hun leerkrachten getuigschriften van pedagogische bekwaamheid waarvan alle insiders weten dat deze louter formeel zijn – de buitenwereld verkijkt zich erop – en dit spook van de pedagogische bekwaamheid wordt stilzwijgend beaamd omdat het de omvang van de wedde flink doet toenemen. De aanwerving van vakonbekwame doch zogenaamd pedagogisch bekwame leerkrachten zit in de lift in tijden van lerarentekort omdat het de burger zand in de ogen strooit maar het doet denken aan wat bepaalde critici zegden over het zogenaamde Copernicusplan van een paar decennia geleden: politici delen veeleer aan competente dan aan gediplomeerde lui jobs uit in ruil voor hun stem terwijl geschoolde mensen aan de kant blijven staan en vervolgens eisen de ongeschoolden op de koop toe de wedde die ook gediplomeerden trekken onder de slogan 'gelijk loon voor gelijk werk'.


Niet aan een tekort aan vakmanschap gaat een land ten onder maar aan een tekort aan ethiek. Niet het weten moet worden verbeterd doch het geweten. Er zijn er die zeggen dat men de mensen een geweten moet schoppen en inzake deze zeer ernstige aangelegenheden hebben zij misschien wel overschot van gelijk.


(J.B., Driekoningen 2019)

















04-01-2019
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wensdenken


           

Wensdenken


De apokatastasis (*) of de leer dat ooit alles zal hersteld worden in zijn oorspronkelijke toestand en meer bepaald in de toestand van voor de zondeval – met andere woorden de leer van de terugkeer naar het paradijs – mag dan wel hoopgevend lijken in tijden van rampspoed en ellende maar hij is uiteindelijk in hetzelfde bedje ziek als pakweg de reïncarnatieleer met zijn karmabegrip, het vooruitgangsgeloof en de meritocratie – om er maar enkele te noemen.


De meritocratie of de leer dat iedereen loon naar werken ontvangt, is de (vooral in de VS heel sterk verspreide) maatschappelijke variant van de apocalyptische leer van de scheiding van de bokken van de schapen of dus het geloof dat op het einde der tijden het goede wordt beloond en het kwaad wordt bestraft. In feite is die leer in strijd met de religie waaraan zij haar kern ontleent omdat het christendom precies het tegenovergestelde predikt inzake het aardse bestaan: de wereld is des duivels en derhalve loont het kwaad en blijft het goede tijdens het aardse leven onbeloond terwijl het kwaad dat de goeden overkomt, geldt als een maatstaf voor het gewicht van de liefde zoals dat wordt verklaard in het boek Job. Maar de meritocratie zorgt er wel voor dat allen die zij van haar waarheid kan overtuigen, in de samenleving het beste van zichzelf zullen geven, zij het in een jammer genoeg heel ijdele hoop; en wie dan voor alle goed bedoelde inspanningen bestraft worden, kunnen alsnog terugvallen op het geloof in het uiteindelijk geschieden van recht bij het laatste oordeel waar god zelf hen zal belonen. Een inconsistente en derhalve een toch wel bijzonder wankele om niet te zeggen totaal onhoudbare theorie – kortom een groteske leugen.


Het vooruitgangsgeloof is dan weer verwant met de meritocratie en met de reïncarnatieleer: hard werken wordt beloond, niet alleen met persoonlijke maar tevens met maatschappelijke vooruitgang; het leveren van inspanningen is verwant met het uitboeten van schulden en wie gehoor geven aan de wet van schuld en boete, mogen dan rekenen op een fikse beloning in een volgend leven: de promotie tot een hogere levensvorm of kaste. In deze leer – terug te vinden in de uitdrukking van Jedem das Seine zoals te lezen in smeedijzeren letters op het hek van Buchenwald – is het bieden van hulp aan noodlijdenden uiteraard uit den boze omdat het de ongelukkigen aldus belet dat zij hun schuld uitboeten want dat kunnen alleen zijzelf doen door voldoende te lijden. Die oosterse leer vindt men vanzelfsprekend terug in de katholieke leer van het vagevuur waar alleen persoonlijk leed in staat is om de zonden uit te wissen. En alsof het nog niet erg genoeg was dat in deze optiek de naastenliefde geheel onmogelijk wordt, blijkt die leer dan nog eens in strijd met de leer van de apokatastasis of het geloof dat op het einde de oorspronkelijke paradijselijke toestand wordt hersteld: allen worden gered en de hel is helemaal leeg!


Er bestaat een term voor dergelijke leugenachtige gedachteconstructies en alvast in het geval van de theorie van de apokatastasis gaat het om het zogenaamde wensdenken. Wij wensen dat ten langen leste alles goed zal komen en tegen alle logica in geloven wij dan gewoon de stap te kunnen maken van de wens naar het feit: op het eind van de rit zal alles weer zijn zoals voorheen en wij geloven dit te weten omdat wij het wensen.


Het wensdenken mag dan de schijn hebben dat het troost biedt en daarom niet te versmaden is maar tot spijt van wie het benijdt, is de realiteit heel anders; het wensdenken is immers bijzonder gevaarlijk. Wie zijn wensen voor werkelijkheid houdt, maakt abstractie van de wetten die de werkelijkheid als zodanig constitueren en belandt zodoende in een droom en dat is het schrikbeeld van wie hun toevlucht zoeken in opium – hetzij in de opium welke gewonnen wordt uit papaver, hetzij in de zogenaamde 'opium voor het volk'.


De wens onderscheidt zich van de wil uitgerekend hierin dat hij abstractie maakt van de realiteit. Het is makkelijk om zichzelf of ieder ander alle goeds toe te wensen maar het is een heel ander paar mouwen om het goede ook werkelijk te willen. In het eerste geval volstaan enkele woorden en de kous is af – een kous die doet denken aan deze die gebreid wordt met de woorden 'ik hou van jou' of 'ik beloof u dat' – de wens. Het laatste geval daarentegen – de wil – impliceert de totale verwerkelijking van wat men zegt te willen en dat houdt een volgehouden engagement in dat een gans leven kan overspannen en waarbij men al zijn tijd en zijn krachten in de weegschaal werpt totdat het gewilde doel wordt bereikt. De realisatie van het gewilde gebeurt niet in een droomwereld of in een fantasie maar het heeft plaats in de tastbare werkelijkheid met zijn onverbiddelijke wetten en regels, strikken en valputten, bijzondere verleidingen, problemen, handicaps, tekorten, omwegen en doodlopende paden. Als wij geloven dat op het einde alles sowieso terecht zal komen omdat dan de oorspronkelijke paradijselijke toestand hersteld zal zijn, dan beweren wij daarmee dat wij helemaal niets meer hoeven te willen en te doen en dat het volstaat om het beste te wensen. Wij geloven dan dat de derde wet van de thermodynamica – die van het onverbiddelijke verval – omkeerbaar zou zijn. Wij geloven dan met andere woorden in de omkeerbaarheid van de tijd!


Nu zullen alle fysici ons vertellen dat de tijd onomkeerbaar is maar geheel los van dit argument tegen de theorie van de apokatastasis is er nog een heel andere reden denkbaar om de omkeerbaarheid van de tijd radicaal te verwerpen, namelijk een argument deels van ethische aard: indien de tijd omkeerbaar was, dan zou ongedaan kunnen gemaakt worden wat nu eenmaal geschied is en dan waren bijvoorbeeld de rechtspraak en het recht volstrekt onmogelijk en in het zog daarvan waren ook de waarheid en de leugen niet langer onderscheidbaar en hetzelfde gold dan met betrekking tot de werkelijkheid en de droom en met betrekking tot het leven en de dood.


Nog anders gezegd zou in dat geval de chaos terugkeren waarvan gezegd wordt dat die er voor het begin van de tijden was. Want het is de onomkeerbaarheid van de tijd die ervoor zorgt dat er zoiets als het verleden bestaat. En alleen de feitelijkheid van het verleden waakt erover en staat er garant voor dat wat eenmaal gebeurd is, voorgoed bewaard zal blijven, ook al kunnen wij er met onze veel te korte benen en armpjes helemaal niet bij. Vooralsnog niet.


(J.B., 4 januari 2019)


(*) De leer van de apokatastasis wordt vermeld in het Nieuwe Testament in Handelingen 3,19-21. De context hieronder is van de bijbeltekstversie van het NBG:


19 Betert u dan, en bekeert u, opdat uw zonden mogen uitgewist worden; wanneer de tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van het aangezicht des Heeren,


20 En Hij gezonden zal hebben Jezus Christus, Die u tevoren gepredikt is;


21 Welken de hemel moet ontvangen tot de tijden der wederoprichting aller dingen, die God gesproken heeft door den mond van al Zijn heilige profeten van alle eeuw.

           


                       






           





















Foto

Foto


Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Kerststal 2021

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Zo zweeft de wereld

Van ruilmiddel tot god




Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto

Foto



Foto

Foto

Foto

Foto

Koningin Elisabethwedstrijd
 2013
voor Piano:
http://www.cmireb.be/nl/ 


Foto

 

http://fieldliberation.wordpress.com/ 
http://threerottenpotatoes.wordpress.com/news/ 

Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie:

http://naturalsociety.com/safety-group-blows-lid-on-secret-virus-hidden-in-gmo-crops/ 





Foto

Foto

Foto

Foto

Inhoud blog
  • Waarom de katholieke duivel een persoon is
  • 'Teamwork'
  • Mijn oude grootmoeder (J.B., 2011)
  • https://koninginelisabethwedstrijd.be/nl/wedstrijden-details-multimedia/activiteiten/piano-2025/
  • Over de dood - Aflevering 7.
  • Over de dood - Aflevering 6.
  • Wij waren (muziekvideo)
  • Meilied
  • Over de dood - Aflevering 5.
  • Over de dood - Aflevering 4.
  • Over de dood - Aflevering 3.
  • Over de dood - Aflevering 2.
  • Over de dood
  • Dovemansgesprekken - Aflevering 2.
  • Dovemansgesprekken
  • De leer van Augustinus - Aflevering 6.
  • De leer van Augustinus - Aflevering 5.
  • De tijd
  • De leer van Augustinus - Aflevering 4.
  • De leer van Augustinus - Aflevering 3.
  • José Mujica en Leo XIV
  • De leer van Augustinus - Aflevering 2.
  • De leer van Augustinus - Aflevering 1.
  • Over de illusie van kennis - Aflevering 3
  • Over de illusie van kennis - Aflevering 2
  • Over de illusie van kennis
  • Werkplekken Leo 14
  • De pausverkiezing en de kippen zonder kop
  • https://queenelisabethcompetition.be/en/competitions-details-watch-listen/events/piano-2025/
  • https://koninginelisabethwedstrijd.be/nl/nieuws/volg-pianowedstrijd-vanaf-eerste-ronde-live/
  • competitie
  • Macht en geweld
  • Herdenking: 12 jaar na de milieuramp van 4 mei 2013
  • Struisvogelpolitiek in Wetteren (d.d. mei 2013)
  • sv bespr pdf
  • Blasfemie
  • De gevaarlijke kerk - Aflevering 6
  • De gevaarlijke kerk - Aflevering 5
  • kruithof neoliberalisme synthese jb
  • De gevaarlijke kerk - Aflevering 4
  • De gevaarlijke kerk - Aflevering 3
  • Shostakovich: Strijkkwartetten en Pianokwintet
  • De gevaarlijke kerk - Aflevering 2
  • De gevaarlijke kerk
  • De mot in het geloof - Aflevering 6. Martelaarschap en hypocrisie
  • De mot in het geloof - Aflevering 5. Costica Bradatan over sterven voor een idee1 (vervolg 2)
  • De mot in het geloof - Aflevering 4. Costica Bradatan over sterven voor een idee1 (vervolg 1)
  • De mot in het geloof - Aflevering 3. Costica Bradatan over sterven voor een idee
  • De mot in het geloof - Aflevering 2.
  • De mot in het geloof
  • De alerte lezer: het schrikkeljaar van Stijn Streuvels
  • De aanbidding der wijzen, c.1455 (eiken paneel) (The Adoration of the Magi, c.1455 (oak panel)) Rogier van der Weyden
  • Mattheuspassie Bach
  • Audio-visuele installatie "Harvest Bell" (Dirk D'Hulster)
  • Trump en Harvard
  • Hedendaagse kunst: Dirk D'Hulster: De geboorte van de oorlog
  • Audio-visuele installatie
  • Cryptofascisme
  • Verschijnt binnenkort-
  • De transformatie van de wereld
  • Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 9: Het propagandamodel en zijn vijf filters (vervolg 2 en slotwoord)
  • Over de leugenfabriek van de demon van het geld Aflevering 8: Het propagandamodel en zijn vijf filters (vervolg: de derde filter)
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 7: Het propagandamodel en zijn vijf filters
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 6: Het voorwoord van de auteurs
  • MANUFACTURING CONSENT vandaag in de praktijk:
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld Aflevering 5: Actualisering van de casestudies (vervolg)
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 4: Actualisering van de casestudies
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 3: Actualisering van het propagandamodel
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 2: Inleiding (vervolg)
  • Manufacturing Consent (Chomsky & Herman) Over de leugenfabriek van de demon van het geld - Aflevering 1: Inleiding
  • Een synthese van: Noam Chomsky & Edward Herman:
  • Sergej Prokofieff, Symfonie nr. 5 ('Oorlogssymfonie')
  • Gounod, Faust, soldats
  • Gounod: Faust - Le veau d'or
  • Jaap Kruithof, Het neoliberalisme, achterflap
  • Jaap Kruithof: Het neoliberalisme
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 18: Strategie
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 17: Orde
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme1 Aflevering 16: Ideologie en ethiek
  • Jaap Kruithof, citaat
  • Jaap Kruithof
  • Jaap Kruithof: Het neoliberalisme
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 15: Televisie
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 14: Entertainment
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 13: Individualisme
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 12: Veiligheid
  • Requiem for the American Dream with Noam Chomsky
  • Tempus fugit (duo Menguy-Le Pennec)
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme1 - Aflevering 11: Deportatie, apartheid of pluralisme
  • psychiaters betuigen spijt voor 'ziekte'-stempel op homoseksualiteit en transgenderisme
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 10: Het fort Europa, apartheid en fascisme
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 9: Nationalisme
  • Spielt auf nun zum Tanz! (Andermaal Van Togenbirger)
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 8: De nieuwe politieke cultuur
  • Jaap Kruithof--
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 7: Democratie
  • Kruithof, Jaap -
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 6: De jungle versus de overheid
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 5: Privatisering
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme1 - Aflevering 4: De economische dictatuur
  • Het lezen waard:
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 3: Politieke en maatschappelijke veranderingen
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme - Aflevering 2: Een veranderende economie
  • Jaap Kruithofs analyse van het neoliberalisme1 - Aflevering 1: De opmars van het kapitalisme
  • “Wie zijn leven prijsgeeft, zal het behouden” - Deel 3: Het alternatief is de muur
  • “Wie zijn leven prijsgeeft, zal het behouden” - Deel 2: “Wie zijn leven wil behouden, zal het verliezen”
  • Satyagraha
  • De wet, zijn letter en zijn geest
  • Het lezen waard: DWM, lezersbrief van S. De Meulder
  • “Wie zijn leven prijsgeeft, zal het behouden”
  • “Vrijwillige legerdienst”!?
  • De fraude en de dood - Een gesprek met Omsk Van Togenbirger
  • "Kom op tegen fraude"
  • De waarden van de windhaan
  • Oorlogavond
  • Kaos
  • Kaos ( Paolo Taviani & Vittorio Taviani, 1984) Vose 1
  • Superbia - Over een nog helemaal niet in kaart gebracht probleem
  • Het nieuwe verhaal
  • George Orwell
  • Homeros: Odysseus (film 1997)
  • Sisyphus en Simone Weil
  • De mythe van Sisyphus van Albert Camus
  • Over wolven en schapen
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 11. Over het lot van activisten
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 10. Mensenrechtenactivisme, een bedreiging voor de gevestigde orde
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 9: De dwingende conclusie
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 8: De arts, zijn Orde en de WHO
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 7: Een vurig protest tegen de omerta
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 6: Een ontmaskering van het totalitarisme
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 5: Over heldenmoed
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 4
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 3
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte) - Aflevering 2
  • Schuldig verzuim (Jean-Paul De Corte)
  • Schuldig verzuim 1
  • Het psychisch vacuüm - Aflevering 2. Intermezzo
  • Het psychisch vacuüm - Aflevering 1. De wereldoorlog, de kwantumtheorie en het Mystieke Lam
  • De splijtzwam en het schip der dwazen
  • God en de oorlog
  • Het fascisme, gisteren en vandaag
  • https://www.hln.be/buitenland/kijk-maga-granny-weigert-trumps-gratie-voor-bestorming-capitool-we-zijn-die-dag-in-de-fout-gegaan~a032fdd8/
  • https://www.hln.be/buitenland/een-dag-na-trumps-inauguratie-beloven-rusland-en-china-relaties-naar-hoger-niveau-te-tillen~a9450138/
  • https://www.hln.be/buitenland/achttien-staten-vechten-trumps-afschaffing-van-geboorterecht-aan-hij-kan-grondwet-niet-zomaar-aan-de-kant-schuiven~aca34aac/
  • https://www.hln.be/buitenland/kijk-bisschop-haalt-uit-naar-trump-tijdens-dienst-en-het-staat-nieuwe-president-duidelijk-niet-aan~a3e91958/
  • Executies
  • Een gigantische opstand in het verschiet?
  • Democratie en immoraliteit
  • Ongewenste mensen
  • p p5
  • Niet Trump komt aan de macht maar Mammon
  • Over verrechtsing en oorlog - Aflevering 5.
  • Over verrechtsing en oorlog - Aflevering 4.
  • Trump
  • Over verrechtsing en oorlog - Aflevering 3.
  • Over verrechtsing en oorlog - Aflevering 2.
  • Over verrechtsing en oorlog - Aflevering 1.
  • Pieter Brueghel de Oude, De parabel van de blinden (1568)
  • De mens en zijn maskers
  • Informatie en Big Brother
  • Sibelius Vioolconcerto
  • Over het lot van de mens - 21. 28 december
  • Over het lot van de mens - 20. Opstand
  • Over het lot van de mens - 19. Het lot, het doel en de onbestemdheid
  • Over het lot van de mens - 18. De waarheid in pacht hebben
  • Het ingebeelde universum (Ludo Noens)
  • Moreels
  • Over het lot van de mens - paragraaf 17 (12)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 16 (11)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 15 (10)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 14 (9)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 13 (8)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 12 (7)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 11 (6)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 10 (5)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 9 (4)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 8 (3)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 7 (2)
  • Over het lot van de mens - paragraaf 6 (1)
  • Krieg und Leichen
  • Over het lot van de mens - paragraaf 5
  • Over het lot van de mens - paragraaf 4
  • http://www.dirkdhulster.org/
  • Over het lot van de mens - paragraaf 3
  • Over het lot van de mens - paragraaf 2
  • Over het lot van de mens - paragraaf 1
  • LGBTQIA+, geen minderheid?
  • Euthanasie, sedatie en menswaardigheid
  • Pijnstillers
  • De hergeboorte van de kwakzalverij
  • Hoog in een kuuroord
  • De zwarte paus - Zo werkt extreemrechts (artikel d.d. 8 juni 2020)
  • En liegt de laatste paus dan niet? (een artikel d.d. 29 juli 2013)
  • Fundeert het katholicisme onze beschaving? (10-22 november 2019)
  • Wereldbeeld en diagnose
  • jp c f m
  • dein Geld-
  • Verkapte euthanasie
  • Tijdelijkheid
  • Oh dichosa ventura

    Archief per week
  • 26/05-01/06 2025
  • 19/05-25/05 2025
  • 12/05-18/05 2025
  • 05/05-11/05 2025
  • 28/04-04/05 2025
  • 21/04-27/04 2025
  • 14/04-20/04 2025
  • 07/04-13/04 2025
  • 31/03-06/04 2025
  • 24/03-30/03 2025
  • 17/03-23/03 2025
  • 10/03-16/03 2025
  • 03/03-09/03 2025
  • 24/02-02/03 2025
  • 17/02-23/02 2025
  • 10/02-16/02 2025
  • 03/02-09/02 2025
  • 27/01-02/02 2025
  • 20/01-26/01 2025
  • 13/01-19/01 2025
  • 06/01-12/01 2025
  • 30/12-05/01 2025
  • 23/12-29/12 2024
  • 16/12-22/12 2024
  • 09/12-15/12 2024
  • 02/12-08/12 2024
  • 11/11-17/11 2024
  • 21/10-27/10 2024
  • 14/10-20/10 2024
  • 07/10-13/10 2024
  • 23/09-29/09 2024
  • 09/09-15/09 2024
  • 26/08-01/09 2024
  • 12/08-18/08 2024
  • 05/08-11/08 2024
  • 29/07-04/08 2024
  • 22/07-28/07 2024
  • 15/07-21/07 2024
  • 08/07-14/07 2024
  • 01/07-07/07 2024
  • 24/06-30/06 2024
  • 17/06-23/06 2024
  • 10/06-16/06 2024
  • 03/06-09/06 2024
  • 27/05-02/06 2024
  • 20/05-26/05 2024
  • 13/05-19/05 2024
  • 06/05-12/05 2024
  • 29/04-05/05 2024
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 22/05-28/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 03/10-09/10 2022
  • 26/09-02/10 2022
  • 19/09-25/09 2022
  • 12/09-18/09 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 15/08-21/08 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 17/08-23/08 2020
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 27/07-02/08 2020
  • 20/07-26/07 2020
  • 13/07-19/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 08/06-14/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 31/12-06/01 2013
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 07/02-13/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 12/10-18/10 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 07/09-13/09 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 27/07-02/08 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 06/07-12/07 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 09/02-15/02 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 22/12-28/12 2008
  • 15/12-21/12 2008
  • 08/12-14/12 2008
  • 01/12-07/12 2008
  • 20/10-26/10 2008
  • 06/10-12/10 2008
  • 29/09-05/10 2008
  • 25/08-31/08 2008
  • 28/07-03/08 2008
  • 21/07-27/07 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 26/05-01/06 2008
  • 19/05-25/05 2008
  • 12/05-18/05 2008
  • 05/05-11/05 2008
  • 21/04-27/04 2008
  • 31/03-06/04 2008
  • 24/03-30/03 2008
  • 17/03-23/03 2008
  • 03/03-09/03 2008
  • 18/02-24/02 2008
  • 11/02-17/02 2008
  • 04/02-10/02 2008
  • 28/01-03/02 2008
  • 24/12-30/12 2007
  • 10/12-16/12 2007
  • 12/11-18/11 2007
  • 20/08-26/08 2007
  • 06/08-12/08 2007
  • 09/07-15/07 2007
  • 02/07-08/07 2007
  • 11/06-17/06 2007
  • 07/05-13/05 2007
  • 30/04-06/05 2007
  • 23/04-29/04 2007
  • 16/04-22/04 2007
  • 09/04-15/04 2007
  • 12/03-18/03 2007
  • 05/03-11/03 2007
  • 19/02-25/02 2007
  • 22/01-28/01 2007
  • 11/12-17/12 2006
  • 20/11-26/11 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 11/09-17/09 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 21/08-27/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 17/07-23/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 26/06-02/07 2006
  • 19/06-25/06 2006
  • 12/06-18/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 26/09-02/10 2005
  • 27/11-03/12 2000
  • 06/11-12/11 2000
  • 25/09-01/10 2000
  • 29/05-04/06 2000
  • 22/05-28/05 2000
  • 24/04-30/04 2000
  • 31/01-06/02 2000
  • 25/10-31/10 1999
  • 28/02-06/03 1994
  • 19/03-25/03 1990
  • 12/03-18/03 1990
  • 05/02-11/02 1990
  • 30/04-06/05 1984
  • 02/04-08/04 1984
  • 12/03-18/03 1984
  • 21/09-27/09 1981
  • 29/06-05/07 1981
  • 30/03-05/04 1981
  • 02/02-08/02 1981
  • 08/12-14/12 1980
  • 24/11-30/11 1980
  • 17/11-23/11 1980
  • 10/11-16/11 1980
  • 03/11-09/11 1980
  • 08/09-14/09 1980
  • 19/05-25/05 1980
  • 10/03-16/03 1980
  • 18/02-24/02 1980
  • 04/02-10/02 1980
  • 28/01-03/02 1980
  • 10/12-16/12 1979
  • 19/11-25/11 1979
  • 15/10-21/10 1979
  • 17/09-23/09 1979
  • 06/08-12/08 1979
  • 12/03-18/03 1979
  • 27/02-05/03 1978
  • 06/02-12/02 1978
  • 30/01-05/02 1978
  • 25/12-31/12 1978
  • 12/12-18/12 1977
  • 05/12-11/12 1977
  • 03/10-09/10 1977
  • 30/05-05/06 1977
  • 02/05-08/05 1977
  • 14/02-20/02 1977
  • 15/11-21/11 1976
  • 12/01-18/01 1976
  • 08/12-14/12 1975
  • 10/11-16/11 1975
  • 07/07-13/07 1975

    Foto

    Boeken van dezelfde auteur.
    Om een boek te lezen, klik op de prent van de flap.

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Beluister hedendaagse klassieke muziek van dezelfde auteur: klik op de prent van de weblog hieronder.


    Foto

    Boeken van dezelfde auteur.
    Om een boek te lezen, klik op de prent van de flap.

    Foto

    Foto


    EN FRANCAIS:
    Foto
    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Beluister hedendaagse klassieke muziek van dezelfde auteur: klik op de prent van de weblog hieronder.


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per jaar
  • 2025
  • 2024
  • 2023
  • 2022
  • 2021
  • 2020
  • 2019
  • 2018
  • 2017
  • 2016
  • 2015
  • 2014
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2000
  • 1999
  • 1994
  • 1990
  • 1984
  • 1981
  • 1980
  • 1979
  • 1978
  • 1977
  • 1976
  • 1975





    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs