Over
het verkapte grootschalige pesten
Over
pesten werd al heel veel geschreven maar opvallend genoeg gaat men in
de meeste definities eigenlijk totaal voorbij aan de essentie van
pestgedrag. Pesten heeft weliswaar te maken met het berokkenen van
kwaad aan een ander maar het bijzondere aan pesten is wel dat de
dader ervoor weet te zorgen dat hijzelf altijd buiten schot blijft:
hij handelt zodanig dat men hem niet kan aanwrijven wat hij doet, hij
let erop dat zijn slachtoffer zich niet kan verweren, dat niemand hem
met de vinger kan wijzen: hij komt met zijn misdaad weg.
Dat
is ook wat zijn slachtoffer, dat vaak ook de enige getuige is,
mateloos frustreert en tot wanhoop drijft. Het woord 'pesten' bevat
nochtans deze kern waar het betekent dat men iemand de pest aandoet
of met de pest besmet want wie iemand besmet, in
casu met de pest,
kan in feite moeilijk met de vinger worden gewezen omdat het gaat om
een kwaal waarmee men eerst zelf besmet moet worden vooraleer men ze
kan doorgeven, zodat ook in dit geval de eigenlijke aanstoker van het
kwaad niet aanwijsbaar en dus onvindbaar blijft en ongestraft,
onaangepakt, altijd onverholpen. Pesten is in wezen aan een ander
kwaad verrichten en er daarbij op toezien dat men zelf straffeloos
blijft en, meer dan dat, ook vrij van schuld - of dan toch van
mogelijke beschuldigingen. Pesten heeft derhalve te maken met recht
en onrecht: pesten is mogelijk waar recht onmogelijk werd.
Er
is dezer dagen wat te doen omtrent gepersonifieerde autonummerplaten
welke door hun houder worden gebruikt om zekere kwade intenties aan
anderen en dan uiteraard vooreerst aan de slachtoffers daarvan
duidelijk te maken terwijl tegelijk gezorgd wordt voor voldoende
dubbelzinnigheid zodat beschuldigingen altijd onterecht gaan lijken
wegens het beginsel van het voordeel van de twijfel.
Met
bijvoorbeeld het verspreiden van verholen want dubieus gehouden
nazisymboliek in het verkeer en dus in de openbaarheid worden
welbepaald door pesters beoogde slachtoffers getroffen en wel op zo'n
wijze dat zij hiertegen helemaal geen verweer hebben omdat de daders
zich, als puntje bij paaltje komt, zullen verschuilen achter het
dubieus karakter aangaande hun malafide uitlatingen. Zolang de letter
van de wet gerespecteerd wordt en precies doordat die wordt
gerespecteerd, kan haar geest worden verkracht en dat dit continu
gebeurt op grote schaal, is een publiek geheim.
Gepersonifieerde
nummerplaten zijn eigenlijk klein bier vergeleken bij heel wat dieper
wortelende handelwijzen waarbij men niet meteen aan pesterijen zal
denken als men, zoals hoger reeds gezegd, voorbijgaat aan de essentie
van het pestgedrag dat immers ligt in de listigheid van de dader die
zelf buiten schot weet te blijven en die derhalve geheel straffeloos
aan een ander kwaad kan (blijven) berokkenen. Die blindheid voor de
essentie van het pesten maakt dat dit kwaad in de openbaarheid kan
geschieden terwijl geen haan er zal naar kraaien.
Een
schrijnend voorbeeld is het populisme bij zekere politici die
bijvoorbeeld aan langdurige werklozen, geheel strijdig met de
mensenrechten, pensioen willen ontzeggen of hen tot ongeacht welk
karwei willen kunnen verplichten - het populisme waarvan gezegd moet
worden dat het wezenlijk behoort tot de ergste misdaden van deze tijd
en wel vooral omdat het onmiskenbaar genocidale effecten heeft.
Politici die zich hiervan bedienen, verdienen niets minder dan
onmiddellijke ontzetting uit hun ambt, levenslang verbod om nog
politieke functies waar te nemen, vermeerderd met de
vrijheidsberoving waarmee zij feitelijk hun talloze slachtoffers
opzadelen.
In de
hedendaagse theologie wordt de hel niet zonder redenen gedefinieerd
als een toestand waarbij men beroofd is van elk contact met anderen:
de isolatie van mensen of hun sociale uitsluiting is namelijk de
allerergste straf gebleken die men iemand kan doen ondergaan. Nu
participeren mensen aan de samenleving pas middels hun persoonlijke
bijdrage naar best vermogen en dat is hun arbeid, waarvan in de
huidige constellatie een geldige waardering zich quasi uitsluitend
manifesteert als de financiële vergoeding in de vorm van loon.
Arbeid is dan ook in de allereerste plaats een elementair mensenrecht
en uitgerekend politici moeten ervoor instaan dat aan alle burgers
zonder uitzondering dit recht zal worden verschaft.
De
veroordeling van mensen aan wie dit recht ontzegd wordt, is de
reinste pesterij omdat aan de slachtoffers aldus niet één maar twéé
keer onrecht wordt gedaan: een eerste keer waar zij geen toegang
krijgen tot de arbeidsmarkt en een tweede keer waar zij daarvoor zelf
verantwoordelijk gehouden
worden (zij worden
aldus nota bene vals beschuldigd) en wel uitgerekend door degenen die
voor de werkgelegenheid verantwoordelijk zijn
(waardoor dezen de eigen schuld verdonkeremanen) en dat zijn de
politici.
Politici
die middels hun alom gekende openbare uitlatingen (welke zij geheel
onterecht bestempelen als vrije meningsuitingen) deze slachtoffers
pesten, houden zichzelf buiten schot door de schuld van het kwaad in
de schoenen van hun slachtoffers te schuiven en zij weten het gelijk
aan hun kant te krijgen middels de instemming van een helaas immer in
aantal toenemende, onnadenkende en immorele massa met stemrecht.
Deze
verkrachters van de geest van de wet dreigen verkozen te worden zoals
ooit Adolf Hitler en zijn trawanten verkozen werden waarna de
ondergrondse misdaden eensklaps wet werden: zes miljoen joden,
zigeuners, homo's en nog andere in de ideologie van het nazisme
ongewenste categorieën van mensen werden ondergebracht in kampen en
aldaar vergast met de medewerking van het voltallige staatsapparaat:
deskundige artsen, scheikundigen en nog andersoortige geleerden
werkten de massamoordplannen concreet uit, gerenommeerde bedrijven
leverden het gas en de uitrusting bedoeld om in de kortst mogelijke
tijd zo veel mogelijk mensen om te brengen, nette burgers achtten het
hun plicht om gehoorzaam de bevelen uit te voeren die niet langer van
ondergronds kwamen maar van hogerhand omdat een gewetenloze
kiezersmassa de criminelen aan de macht bracht: de bevelen om
miljoenen mensen op te ruimen - een betere oplossing konden deze
politici niet bedenken, het was hun 'Endlösung', hun eindoplossing.
De
massa aan zelfmoordenaars die bij uitstek ons eigen land bezwaart en
waarvan geweten is dat zij hun wanhoopsdaad steeds vaker stellen
ingevolge een gebrek aan waardering voor hun elementaire rechten -
deze eindeloos aanwassende colonne aan jammerlijke doden heeft, voor
wie het nog niet zouden gesnapt hebben, uiteraard ook daders.
En
deze daders weten zich te onttrekken aan hun verantwoordelijkheid, in
hun listigheid weten zij zelf buiten schot te blijven, zij slagen
erin om hun slachtoffers te beschuldigen van de misdaden die niet
deze slachtoffers maar zijzelf begaan en zij kunnen dat doen omdat
zij het volgen van de wet naar de letter benutten om aldus haar geest
geweld te kunnen aandoen. Deze massamoordenaars gaan vrijuit omdat
zij als geen ander niet alleen de retorica beheersen of de kunst van
het liegen maar ook nog uitmunten in die andere kunst, met name de
'kunst' van het pesten. Homo
homini lupus is een
spreuk die, getuige de dode taal waarin wij haar onthouden hebben,
uit reeds lang vervlogen tijden stamt.
Nog
meer verborgen dan het pesten middels verholen symbolen en het pesten
middels populisme, is die vorm van pesten welke erin bestaat het volk
te pluimen ('bestelen' is een veel te onschuldige term) 'op pesters
wijze', wat dus wil zeggen: zonder dat de bestolenen zich kunnen
verweren, en dit alleen al omdat zij het niet door hebben dat zij
bestolen worden.
Zoals
algemeen bekend, wordt van het arbeidersloon van elke burger een
groot deel bij de bron afgehouden om de kas van de sociale zekerheid
te spijzen, waaronder de ziekenkas. Het geld van de ziekenkas is het
bezit van het volk, het is een solidariteitskas, bedoeld om wie ziek
worden, bij te staan. De ganse medische sector leeft derhalve quasi
uitsluitend van het geld uit deze kas dat door alle arbeidende mensen
werd verdiend. Het zijn omzeggens de arbeiders die de medici
tewerkstellen.
Als
iemand ziek wordt, gaat hij naar de huisdokter en die stuurt hem door
naar de kliniek voor een onderzoek of, vaker nog, voor een ganse
reeks van onderzoeken. Dan volgen de behandelingen door specialisten.
In principe doen al deze geleerde vaklieden hun uiterste best om hun
patiënten te helpen om weer gezond te worden of om hun lijden te
verlichten maar het probleem is dat zij allen arbeiden met middelen
die niet de hunne zijn, zoals peperdure machines voor het nemen van
röntgenfoto's, scanners en nierdialysetoestellen alsook een
gigantische wereldwijd georganiseerde en georkestreerde
infrastructuur, een netwerk van ziekenhuizen, verbonden aan
universitaire opleidingen en een zich alom vertakkende en voortdurend
vernieuwende farmaceutische industrie. De medici zelf zijn slechts
arbeiders in een systeem van een georganiseerde specialistische
bedrijvigheid welke in feite volledig aan hun controle ontsnapt en
aldus bevinden zij zich in de positie waarin sinds de aanvang van de
industriële revolutie ook de fabrieksarbeiders zich bevinden: zij
werden van langs om meer herleid tot verlengstukken van machines die
ver boven hun hoofd uit tornen en die een eigen dynamiek volgen welke
uiteindelijk gestuurd wordt door de moordende wetten van een
kapitalistische economie. Zij werden opgeleid om eigenhandig hun
patiënten te helpen maar als puntje bij paaltje komt, dienen zij
blindelings te gehoorzamen aan bevelen 'van hogerhand' die, zoals ook
onlangs ter gelegenheid van een wereldwijde gezondheidscrisis blijken
mocht, niet altijd stroken met de opgedane inzichten en met de te
volgen ethische regels, als zij daar niet al regelrecht tegenin
druisen.
Er
bestaat een kaste van mensen die zich, te oordelen naar hun
ogenschijnlijke gigantische rijkdom, in feite geheel onttrekken aan
de wetten die het volk als zodanig in de pas houden en omdat macht
ervoor zorgt dat zij onzichtbaar blijft, weten wij weinig of niets
over die andere wereld waarvan niemand het bestaan kan ontkennen
zonder de ogen te sluiten voor het licht. Een en ander gaat lekken
van zodra onderzoeksjournalisten erin slagen om bijvoorbeeld aan te
tonen dat - om in de medische sector te blijven - het somtijds
helemaal niet de bedoeling is om mensen te genezen: steeds vaker
heeft het er de schijn van dat patiënten worden aangewend als louter
middel voor het versassen van kapitalen van de ziekenkas naar de niet
nader te noemen organisatie welke zich in deze tijden positioneert op
die plekken die tot voor kort nog ingenomen werden door de kerk met
haar voorgewende macht over niet alleen het leven maar bovendien het
eeuwige leven. Die fabels over het hiernamaals doen het sinds kort
niet meer in alvast een goed deel van de meer ontwikkelde wereld maar
andere fabels over het hiernumaals nemen vandaag hun plaats in en zij
zijn zo mogelijk nog absurder dan de verzinsels van weleer. Zo kon
men onlangs lezen dat gerenommeerde astronomen (die nota bene met
miljarden spelen) bekenden hoe beelden van het heelal, zogezegd
gemaakt met ruimtetelescopen, in feite foto's waren van een schijfje
salami. Over de onverschilligheid over dergelijke toestanden die
mensen met gezond verstand tot wanhoop drijven, schrijft Primo Lévy,
die de concentratiekampen overleefde, dat zij nog erger zijn dan de
holocaust: zij maken dat die pest welke alle andere plagen in hoge
mate overtreft, kan doorgaan totdat al het schone wordt
gebagatelliseerd en alleen nog het geweld van de oorlog zal
overschieten.
Ivan
Illich was met onder meer zijn Medical
Nemesis een van de
stoute tongen die het aandurfde om een tipje op te lichten van de
sluier die een kwaad bedekt dat groter is dan het geloof van
stervelingen kan bevatten maar vandaag zijn deze zogenaamde
verspreiders van nepnieuws een beetje verstomd of dan toch onhoorbaar
geworden, onder meer ingevolge welbepaalde soorten van vervolging
waarvan men zou denken dat zij alleen in China gepraktiseerd worden
of in het Rusland van Vladimir Poetin. Uiteraard past in dit plaatje
de nog niet verleden coronahistorie waarbij een bijzonder kleine
groep van superpesters de voltallige wereldbevolking den duvel heeft
aangedaan, gewis voor nog een niet te tellen aantal jaren. En in het
verlengde daarvan duikt dan uiteraard het spook op van de oorlog,
schitterend vertolkt als de hyena met de hoge hoed die over lijken
gaat in de collage van John Heartfields Krieg
und Leichen, die letzte Hoffnung der Reichen.
In het Westen applaudisseren de katholieke bisschoppen voor de
Oekraïners die met onze wapens aan het front tegen het Oosten gaan
sneuvelen omdat zij aldus de naastenliefde als geen ander zouden
dienen en in het Oosten jaagt de orthodoxe patriarch de Russen de
dood in naar datzelfde front tegen het Westen. Poetin rekruteert
kanonnenvlees bij daklozen en schooiers zoals men ook doet in Amerika
of in het vreemdelingenlegioen in Frankrijk waar gevangenen kunnen
kiezen voor de gevaarlijke vrijheid van de frontstrijd. Altijd al
heeft men de 'nuttelozen' als kanonnenvlees verschoten, getuige de
begraafplaatsen uit de beide wereldoorlogen in de westhoek waar de
bordjes op de zerken bijna uitsluitend Afrikaanse en Aziatische namen
van uit de kolonies gerekruteerde frontsoldaten dragen.
De
medische sector is een dankbaar voorbeeld omdat gezondheid ons ook
aanspreekt door onze natuurlijke afschuw voor het lijden maar in
feite is elke sector aangetast door die niet nader te benoemen pest:
het onderwijs beschouwt haar leerlingen als klanten, de economie
reduceert mensen tot producenten-consumenten; kortom: zijn werktuigen
heersen over de mens en het is dan uiteraard de vraag of die kaste
van supermensen die zich aan elke wet lijken te onttrekken wel echt
bestaat, met andere woorden: of zij niet een fata morgana is, terwijl
in werkelijkheid een volstrekt anoniem en onpersoonlijk systeem het
mensdom beheerst en beheert: de onpersoon bij uitstek, de gewezen
stadhouder van de Schepper van hemel en aarde, die sinds oudsher
bekend staat als zijn tegenstrever, de diabolos,
de superpester of de duivel.
(J.B.,
7 september 2022)
|