De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
22: Addendum 2: Zo brengt de nar de wereld in een stupor
Wanneer
een haas op de vlucht geen uitweg meer ziet, probeert hij alsnog zijn
belagers te verschalken met zijn laatste redmiddel: hij brengt
zichzelf in een toestand van 'stupor': hij laat zich vallen, trekt
zijn rug krom en beweegt niet meer, zodat het eruitziet alsof hij
dood is, waarvandaan de uitdrukking: 'zich van krommenaas gebaren'.
Wie zich van krommenaas gebaren, doen alsof zij even niet bestaan;
zij weigeren halsstarrig te zien of te horen wat er van de kwestie
is, zij houden zich voor dood, zij willen er niet bij zijn, zij pogen
zich aan hun verantwoordelijkheid te onttrekken. En dat kan heel ver
gaan. Bij de publicatie van Frédéric Martels schandaalboek over het
Vaticaan, getiteld: Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, (1)
publiceerde Kerk en Leven, alias het parochieblad, een bespreking van
het boek en bovendien kon het werk van Martel aldaar worden besteld,
zodat het leek alsof de kerk helemaal niets te maken had met haar
schandalen. (2) Overigens typeert het moordenaars dat zij hun misdaad
nooit bekennen. Nazi's volharden in het kwaad en houden het been
stijf, zij houden voet bij stuk dat ze niets anders deden dan hun
plicht, waar vandaan het beruchte gezegde: Befehl ist Befehl.
Tijl Uylenspiegel liet een hele hofhouding applaudisseren voor een
leeg doek en ook de nieuwe kleren van de keizer illustreren de kramp
waarin de hypocrieten zichzelf brengen om te ontsnappen aan
schuldbekentenis, spijtbetuiging, excuus, schadeloosstelling en
straf.
Met
de gelijkluidende titel van het slothoofdstuk van zijn King
Leopold's Ghost (3) merkt Adam Hochschild op dat het grote
vergeten met betrekking tot het Belgische koloniale verleden
de verdoezeling zijn genocidaal bewind door Stalin nog wordt
overtroffen. De Belgische monarchie en het land België gebaren alsof
er over haar vroegere kolonie die de Congo is, helemaal niets te
vertellen valt dat haar in een kwaad daglicht kon plaatsen. Het
Tervurense museum met zijn twintig zalen rept met geen woord over de
massamoord op twaalf miljoen Congolezen in de periode van pakweg 1890
tot 1910.
De
gruwelijke geschiedenis wordt verteld door Joseph Conrad die daar op
reis ging, die alle calamiteiten minutieus optekende en ze in 1899 in
romanvorm publiceerde met zijn Heart of Darkness (4) alsof het
over een fictief land ging.
In feite is hij de hoofdfiguur van zijn roman en worden zijn
werkelijke ervaringen nauwgezet beschreven. Op de zesde pagina van
het eerste deel steekt hij het Kanaal over en komt in een niet nader
genoemde stad die hem doet denken aan een witgekalkt graf.
Witgekalkte graven, zo worden de farizeeën genoemd door Christus,
die daarmee hun hypocrisie aan het licht wil brengen. Hij bezoekt
daar de kantoren van de 'compagnie' waar men niet naast kan kijken
omdat ze gigantische bouwwerken zijn, een compagnie die handel drijft
met een overzees gebied dat leeggeroofd zal worden:
I
flew around like mad to get ready, and before forty-eight hours I was
crossing the Channel to show myself to my employers, and sign the
contract. In a very few hours I arrived in a city that always makes
me think of a whited sepulchre. Prejudice no doubt. I had no
difficulty in finding the Companys offices. It was the biggest
thing in the town, and everybody I met was full of it. They were
going to run an over-sea empire, and make no end of coin by trade.
(Joseph Conrad, Heart
Of Darkness, deel I, pag 6).
Conrad
is het Kanaal overgevaren, de stad die hem altijd doet denken aan een
witgekalkt graf, is onmiskenbaar Brussel; de Compagnie waarvan sprake
is de Congo-compagnie van Leopold II, waarvan de kantoren gehuisvest
zijn in één van de gigantische bouwwerken van de megalomane koning;
het niet nader genoemde overzeese rijk is uiteraard de Congo en de
handel die gedreven wordt is, zoals E.D. Morel, toentertijd werkzaam
als klerk in de Antwerpse haven, opmerkte, helemaal geen handel doch
roof middels dwangarbeid, slavernij, gruwelijke martelingen en
massamoord.
Die
'handel' heeft uiteindelijk aan twaalf miljoen zwarten het leven
gekost, Conrad trof hun vergane lijken aan langs zijn pad overgroeid
met mos ofwel werden zij gedumpt in massagraven. Met de opbrengsten
van die handel bouwde de grootheidswaanzinnige vorst onder meer het
groteske Jubelpark in de Europese hoofdstad, met monumentale
beeldhouwwerken, die Emile Vandervelde in 1905 aan de kaak stelde in
het Belgische parlement:
Monumentale
bogen die men op een dag de Bogen van de Afgehakte Handen zal
noemen. (5)
De
geschiedenis gaat haar gang, wandaden worden in de doofpot gestopt
maar 'al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel'
en zij doet dat middels haar goede bondgenoot die de zotskap is of de
artiest, de nar die onder goddelijke bescherming altijd onbestrafbaar
blijven zal. Verwijzend naar het 'fictief land' van Joseph Conrad
wordt bij de aanvang van de videoclip Fils de Joie van Stromae
aangekondigd:
Dans
un pays imaginaire, l' état organise les funerailles d'une
travailleuse de sexe défunte (6)
Want
op uitgerekend die plek in de 'grafstad' laat Stromae, in zijn
nummer, een 'fils de joie' zijn moeder begraven die, net zoals de
minnares van Leopold, sekswerkster was. De kunstenaar zelf is de zoon
van een Belgische moeder en een afwezige zwarte vader die omkwam in
de Rwandese genocide en naar wie verwezen wordt in het nummer
Papaoutai ('Papa ou t' es?'). Rwanda is een voormalige Duitse
kolonie die evenwel in 1916 door de Force Publique van Belgisch-Congo
werd gecontroleerd en waar de vorst ook aandelen had voor de winning
van rubber. In 1994 vond in het deels door België gecontroleerde
land een genocide plaats in een (volgens het principe divide et
impera) opgezette strijd tussen Hutu's en Tutsi's. (7)
Kennelijk
werd ook deze nar, ja, zeg maar kunstenaar, geen strobreed in de weg
gelegd om te onthullen wat niemand ooit wil zien en wat derhalve
iedereen slaat met de blindheid eigen aan de hoger beschreven
verkramping. De artiest kreeg alle faciliteiten van de Belgische
overheden om zijn ding te doen en inderdaad niemand legde expliciet
de link met het gruwelijke koloniale verleden van het land. De
ontmenselijkte mens die zowat twaalf miljoen mensen met een
gelijkaardig lot vertegenwoordigt, krijgt een eeuw na datum een
staatsbegrafenis in het monumentale 'witgekalkte graf' - Christus'
typering van de farizeeërs - dat overigens, cynisch genoeg, tegen
heug en meug door henzelf werd bekostigd.
Het
westen gebaart zich unaniem van krommenaas, geen samenzwering onder
misdadigers mag immers worden verklapt, daar immers geldt de strenge
omerta, de zwijgplicht die het ondenkbare mogelijk maakt. Maar de nar
spreekt, hij zingt, hij buldert het uit. En alle krommenaas ten spijt
staan de raketten uit het oosten reeds klaar voor de kers op deze
wansmakelijke taart, door de bakkers zelf te verorberen, zoals ooit
de buitenechtelijke Henry
Morton Stanley aan
zijn hond de eigen staart van het beest te verslinden gaf.
(J.B.,
12 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Frédéric Martel, Sodoma.
Het geheim van het Vaticaan,
Balans 2019. (Oorspr.: Sodoma.
Enquête au cur du
Vatican,
Editions Robert Laffont, Paris 2019.)
(2)
https://www.kerknet.be/kerknet-shop/product/sodoma
(3)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998).
(4)
Joseph Conrad, Heart
of Darkness, Blackwood's
Magazine, London/Edinburgh
1899 (in drie delen verschenen)
en in 1902 gepubliceerd in boekvorm. Voor
de oorspronkelijke tekst, zie:
https://www.gutenberg.org/cache/epub/219/pg219-images.html#link2H_4_0001
ofwel:
https://en.wikisource.org/wiki/Youth:_a_Narrative,_and_Two_Other_Stories/Heart_of_Darkness
(5)
Adam Hochschild, o.c., p. 169.
(6)
https://www.youtube.com/watch?v=M7Z2tgJo8Hg
(7)
Zie: Abram de Swaan, Compartimenten
van vernietiging,
in: Jan Bauwens, Verborgen
massamoord, deel
3:
330786.pdf
(bloggen.be) . In twee woorden:
De massavernietiging van Tutsi's (T) (aristocraten) en verdachte
Hutu's (H) (boeren) door de Hutu-Power-beweging in Rwanda in het
voorjaar van 1994 (voorafgegaan door wederzijdse slachtingen in 1959
[door H op T] en in 1962 [door T op H]) gebeurde met machetes maar
bleek zorgvuldig voorbereid. De VN onttrok zich aan haar
beschermingsplicht. H en T werden door de kolonisten bestempeld als
verschillende rassen een puur verzinsel.(
) Dit leidde
uiteindelijk tot de genocide van 1994 met als startsein de dood van
de Rwandese president Habyarimana na de aanslag op het vliegtuig
waarop ook de Burundese president zat. De T van het Rwandees
Patriottisch Front (RPF) werden geholpen door de Fransen die
vruchteloos probeerden het moorden te voorkomen. De T vielen
Oost-Congo binnen en Mobutu werd er vervangen door Kabila, waarna
burgertwisten 20 jaar lang miljoenen slachtoffers maakten terwijl de
wereld toekeek. Zie ook: Abram de Swaan, o.c.,
93v.
|