Kort daarop pleitten Malthus' volgelingen (de zogenaamde neomalthusianisten) voor anticonceptie en legden zij de grondslag voor een door de overheden gesubsidieerde en op geboortebeperking gerichte, nieuwe sexuele moraal die niet langer steunt op de religie en die, naast een strijd tegen de strafbaarheid van abortus en van buitenhuwelijkse betrekkingen, ook de eugenetica voorstaat en, meer bepaald, de rasverbetering middels het opleggen van Malthus' 'baringsverbod' voor de 'proletariërs' avant-la-lettre. Dit begrip dat de armsten omschrijft die slechts hun 'proles' of hun kroost bezitten, was nog niet geboren, toen reeds een begrip nodig was ter benoeming van hen die op de koop toe kinderloos moesten blijven. Malthus zijn pleidooi gaat zelfs in de richting van het ontzeggen van medische hulp aan deze armen, zodat de natuur beter haar werk kon doen, meer bepaald: selecteren. Dat begrip stond centraal in het werk van Darwin, die een drietal jaren voor Malthus' dood van wal stak met zijn Beagle.
Malthus voorzag de naar hem genoemde catastrofe al in de 19de eeuw, maar hij kon uiteraard niet weten dat na zijn dood de Industriële Revolutie zich echt zou doorzetten, met massaproductie ingevolge de uitvinding en het gebruik van (stoom)machines, waardoor (althans in principe) ineens veel meer mensen gevoed konden worden. Die 'redding' kwam in hoge nood want tijdens Malthus' leven verdubbelde het aantal Europeanen, namelijk van 130 miljoen in 1750 tot 260 miljoen in 1850.
In The Population Bomb van 1968 vergiste ook de beroemde demograaf Paul Ehrlich zich met zijn voorspelling van een catastrofaal voedseltekort met honderden miljoenen doden nog in de zeventiger jaren. Voor 1980 voorspelde hij zelfs een miljard doden en in 1985 zou de wereld op haar grondvesten kraken. De geschiedenis zelf gaf Ehrlich onverwijld ongelijk, maar de man blééf vreemd genoeg een autoriteit inzake demografie: wellicht dankzij een overmaat aan bangeriken onder ons, hangen wij onheilsprofeten aan de lippen. (2)
Volgens de gegevens van de Verenigde Naties, kunnen alle aardbewoners van vandaag makkelijk wonen in de staat Texas. En het wereldbevolkingsaantal zou nog toenemen tot 8 miljard in 2040 om daarna weer af te nemen. (3)
Biedt de nieuwe (onder meer sexuele maar vooral atheïstische) moraal een oplossing aan het probleem van de wereldbevolkingsdruk en zo ook aan het prangende milieuprobleem dat de wereld gijzelt, of hoeft er helemaal niets te worden opgelost en is het al dan niet vermeende populatie- en/of milieuprobleem slechts een alibi voor de ontkerstening van de wereld - als het van sommigen afhangt... door de duivel zelf?
Het paradoxale van het hele geschil ligt wellicht hierin dat de nu onderling strijdende religieuze seksuele ethiek enerzijds, en de seksuele ontvolkingsmoraal anderzijds, hetzelfde doel hebben: hygiëne, gezondheid en dus overleving van het individu maar vooral ook van de soort. Zoals het woord zelf het zegt, streeft de kuisheidsethiek de zuiverheid na, ook en vooral in de meest letterlijke betekenis van 'onbesmetheid'. Steriliteit valt dan als het ware samen met heiligheid en wie besmet worden met ziektekiemen, gaan ijlen: over hen werd niet gezegd dat microben in hen huisden maar wel boze geesten. Kuisheid - ook in de letterlijke betekenis - vergde zelfbeheersing en huwelijkstrouw en onder meer via haar kon de bevolkingsdruk als het ware van bovenaf worden (bij)gestuurd, al was ook het huwelijk op zich reeds een krachtig middel in functie van datzelfde doel, bijvoorbeeld via gezinsplanning en financiering. Het stichten en uitbreiden van gezinnen werd aangemoedigd in het kader van de versterking van het volk.
Nu de wereld klein geworden is en de volkeren als het ware door de mensheid zelf worden onttroond, geloven sommigen - terecht of ten onrechte - dat de mensheid bedreigd wordt door overbevolking, en ook zij grijpen naar de moraal als een probaat middel om vat te krijgen op de bevolkingsdruk. Edoch, waar het ideaal van de grote gezinnen vervangen wordt door dat van de geboortebeperking, is ook de moraal aan een vernieuwing toe en, naast de propaganda voor anticonceptiva, tracht men van hogerhand abortus en euthanasie van een verschrikkelijk taboe om te buigen naar bijna een 'must'. Het is nu reeds 'not done' om een gehandicapt kind te laten geboren worden en straks worden hoogbejaarden met de vinger gewezen, als waren zij schuldig aan het zich toeëigenen van al te veel levenstijd op de kap van de rest van de maatschappij. Euthanasie gaat 'zelfbeschikking' heten en abortus 'geboorteregeling'. Zij worden gekoppeld aan de zogenaamde nieuwe 'eugenetica' die we nog kennen uit das Dritte Reich en die hand in hand gaat met de hoogmoed welke altijd aan de val vooraf gaat.
In de nieuwe moraal, meer bepaald in de seksuele ethiek, wordt nu de zogenaamde 'sex' - in de betekenis van het gebruik van de genitale lusten - ontkoppeld van de 'voortplanting', en wel omdat men de mening is toegedaan dat de voortplanting vandaag niet langer in functie van de overleving staat, doch daarentegen de grootste bedreiging vormt voor het soortbehoud. De ontkoppeling in kwestie is niet uniek en kan bijvoorbeeld vergeleken worden met de opsplitsing van de vroegere jacht in, enerzijds, de voor de gezondheid noodzakelijke beweging en, anderzijds, de hedendaagse, vaak sedentaire arbeid. Ingevolge de vertechnisering van de maatschappij, ontstaat meer zittend werk, maar ons biologisch organisme blijft ten achter op de vooruitgang met een primitieve bewegingsbehoefte waaraan dan wordt tegemoet gekomen via de sport. Men kan het volk zijn beweging niet ongestraft ontnemen want dan ontstaan allerlei zogenaamde beschavingsziekten zoals hoge bloeddruk, zwaarlijvigheid, hartinfarct en kanker. Analoog kan men het volk niet van zijn seksuele activiteit beroven van zodra overbevolking dreigt: men moet deze afsplitsen van de voortplanting omdat zij sowieso het voortbestaan niet langer bevordert doch dwarsboomt. Die situatie is op zijn minst vreemd te noemen, maar indien de overbevolking inderdaad dreigt met een catastrofe, dan is zij eerder realistisch dan vreemd. Sportbeoefening werd ooit door een meerderheid als pervers beschouwd, maar het duurde slechts enkele generaties tot het algemeen inzicht in de zin ervan doorbrak. Hetzelfde zou dan gelden met betrekking tot de veranderde seksuele ethiek. Waar de Kerk zei en nog steeds zegt dat de seksualiteit pas eumoreel is waar zij de procreatie op het oog heeft, moet de procreatieve seksualiteit door de nieuwe moralisten strikt aan banden worden gelegd en wordt tegelijk de recreatieve sex beoefend, bijna zoals de sport van weleer.
Toch is dit "gebruik der lusten", zoals Michel Foucault het noemt in zijn Geschiedenis van de seksualiteit (4), wellicht veel minder pervers dan een andere ontregeling die daarmee samengaat, met name het hardnekkig identificeren van elk nieuw leven met de meest dreigende doodsoorzaak. Waar men het geloof aanhangt dat er al teveel mensen leven, is de nieuwgeborene niet langer het Kerstekind maar veeleer de Satan. Waar mensen geloven te moeten vrezen dat zij door hun naasten onder de voet zullen worden gelopen, zullen zij hun naasten sowieso demoniseren. In de legalisering van abortus voltrekt zich niets anders dan de bestraffing met de dood van de meest weerlozen onder ons voor de schuld van hun bestaan die per definitie nooit bij hen zelf kan liggen aangezien niemand zichzelf verwekken kan.
Een Amerikaans katholiek priester en exorcist oppert in verband met abortus de theorie dat deze slachting der onschuldigen, welke sinds kort massaal over de ganse aardbol wordt verricht, het werk is van demonen die een groot deel van de mensheid in hun bezit hebben genomen. Hij spreekt over rituele slachtingen welke mensenoffers aan de duivel zijn - de duivel hier bijvoorbeeld in de gedaante van het gouden kalf, want heel wat mensen plegen abortus omdat zij het leven van hun kind herleiden tot een stuk van het eigen bezit, hetwelke ze 'wegdoen' als ze het voor zichzelf waardeloos achten. Het is alvast een waarheid als een koe dat bij elke abortus een levend kind wordt gedood nog vooraleer het de baarmoeder verlaten heeft, en indien de vrouw bredere heupen had zodat zij haar zwangerschap niet voortijdig hoefde af te breken - wat nu het geval is bij de mens - dan werden onder de noemer 'abortus', kinderen wellicht gedood tot aan hun eenentwintigste levensmaand in plaats van tot aan hun negende.
In een wereld die steeds meer uitgesproken het bezit wordt van het gouden kalf, moet op den duur niet slechts voor de bestaansmiddelen maar ook voor het bestaan zelf worden betaald en zullen de armsten ook op dit gebied aan het kortste eind gaan trekken. Het wordt geoorloofd om al diegenen te doden die hun verblijf in het rijk van het kalf niet betalen kunnen, en dat recht wordt zelfs een plicht jegens de 'gemeenschap', waaronder moet worden verstaan: de bende der samenzweerders die zich na het verdrijven van de godsdienst, de aarde hebben toegeëigend en zichzelf tot heerser daarover hebben verheven. Zoals Malthus het reeds voorschreef, ruim twee eeuwen geleden, moeten de armen het ontgelden, maar het argument dat Malthus hanteert is bijzonder oneigenlijk: hij gelooft dat steun aan de armen hun aantal alleen maar zal doen toenemen.
Hoe ondoordacht dit argument wel is, wordt duidelijk wanneer men zich rekenschap geeft van het feit dat het de rijken zijn die het milieu uitputten; een relatieve toename van het aantal armen en een inperking van het aantal rijken zou dan uiteraard het milieu in alle opzichten alleen maar ten goede kunnen komen.
Meningen en overtuigingen zijn één zaak, maar een andere zaak zijn de feiten, en één van die feiten is het volgende. De stelling dat er op deze aarde teveel mensen leven, is grondig immoreel omdat wie ze verkondigen, zich impliciet neerleggen bij de gangbare levenswijze van dat gedeelte van de wereldbevolking dat zich te buiten gaat aan een exuberant verbruik van energie en grondstoffen. Eenvoudiger uitgedrukt: in acht genomen het feit dat het energieverbruik en de afvalproductie van Amerikanen het veertigvoudige bedraagt van dat van de Indiase paria's, terwijl het verbruik van bijvoorbeeld 'milieuactivist' Al Gore nog eens het twintigvoudige is van dat van een doorsnee Amerikaan, volstaan amper tien miljoen Al Goortjes om de wereld zogezegd te overbevolken, want hun verbruik zal gelijk zijn aan het huidige verbruik van de ganse huidige wereldbevolking van welhaast zeven miljard mensen. Al Gore's verbruik is het duizendvoudige van dat van een povere Indiër; gesteld dat er op aarde zoveel mensen leefden als er Belgen zijn, maar zij zouden elk zoveel vervuilen als een superrijke, dan was het milieu er met tien miljoen mensen even erg aan toe als nu het geval is. Het is meer dan duidelijk dat niet die tien miljoen mensen maken dat de wereld hen niet meer dragen kan, maar wel hun spilzucht.
Elders hebben wij betoogd dat spilzucht of bovenmatig energieverbruik in wezen een ziekte van het kapitalisme is, net zoals, onder meer, overproductie en de dwang om alsmaar te groeien. Spilzucht is namelijk de ultieme mogelijkheid tot manifestatie van zijn macht, in een systeem waarvan niet de samenwerking maar wel de concurrentie de motor vormt; wie zich in het westen opgewerkt hebben naar de top, die willen daarvoor ook erkend worden, en er rest hen daartoe geen ander middel dan dat zij hun bezit en macht uitstallen, wat door de band slechts ondubbelzinnig zichtbaar wordt in een relatief hoog verbruik. (5) Wie vandaag spreekt van overbevolking en dan de redenering van Malthus volgt, is duidelijk immoreel bezig: hij geeft de voorrang aan een buitensporige levenswijze voor de (schuldige) rijken, boven het bestaansrecht voor de armen - die in de praktijk bovendien kinderen en derhalve onschuldigen zijn. En in dat licht is het zeker niet overdreven wat de hoger genoemde exorcist vertelt, zelfs al was die man waanzinnig: hij stelt namelijk dat in de algemene abortuspraktijk onschuldig leven wordt opgeofferd aan het gouden kalf en dus aan de duivel.
Onze conclusie mag nu duidelijk zijn: de vervuiling en het verbruik moeten naar beneden, en dan kunnen er nog heel wat mensen bij. Maar om dat te bereiken, moet er samengewerkt worden want concurrentie is uit den boze. Daartoe is geen wetenschap nodig of techniek, maar wel een fundamentele wijziging van ethische aard. Het alternatief doemt vandaag reeds voor onze ogen op.
(J.B., 15-16 december 2009)
Noten: