De opeising der ultieme productiemiddelen
Ten tijde van de Industriële Revolutie was er armoede zoals nooit voorheen in de grootsteden van vooral Engeland en daarna ook in de Europese metropolen. Armoede die er eigenlijk niet had moeten zijn omdat de uitvinding van grote (stoom)machines de mens dan toch ontlastten van het zwaarste werk en zij de productie verveelvoudigden. Edoch, die grote middelen bleken in verkeerde handen: de productiemachines waren geen eigendom van de arbeiders die ze bedienden maar ze hoorden toe aan rijkelui die in hun hebzucht hun kapitaal wel eindeloos wilden verveelvoudigen - en dat ten koste van ontelbare mensenlevens en onnoemelijke ellende. Die tegennatuurlijk aandoende betrachting moet wellicht worden begrepen als een consequentie van het Calvinistisch piëtisme dat aan de mens voorhoudt om boete te doen, wat enerzijds betekent dat hij hard moet werken maar anderzijds ook dat hij niet mag genieten - in casu van de vruchten van zijn arbeid, waaruit zowel de goedkeuring ten aanzien van de menselijke ellende als de tot stand koming van een groot kapitaal wordt verklaard. De adder onder het gras is uiteraard het feit dat de ellende en de rijkdom wel bijzonder ongelijk worden verdeeld: de ene klasse krijgt alle ellende en de andere bezit alle rijkdom. Godsdienst als opium voor het volk?
Een van de voortvarende textielbarons in Duitsland had een zoon die filosofie studeerde en na een stage in een katoenfabriek van zijn vader in Manchester, publiceerde Friedrich Engels in 1845 een rapport, getiteld: "Toestand van de arbeidersklasse in Engeland in 1844". Weinig later dokterde hij samen met de uitgever Karl Marx een theorie uit om aan die wantoestanden een eind te maken. Een niet verwaarloosbaar deel van de wereld (onder meer China, Rusland, Cuba, Noord-Korea, Laos en Vietnam) probeerde die theorie ook toe te passen binnen het zogenaamde communisme maar blijkbaar toch zonder de verhoopte resultaten.
Toch blijft de Marxistische kritiek geldig dat productiemiddelen in vreemde handen een bron zijn van ellende. Aanvankelijk waren die productiemiddelen de grote en dure machines in de mastodonten van de fabrieken maar in de loop der tijd werden zij verfijnd, totdat zij uiteindelijk onder meer de machinaties werden in het zaad zelf van de gewassen waarmede wij ons voeden: door de genetische manipulatie van landbouwproducten eigenen de kapitaalkrachtigen zich dit ultieme productiemiddel toe, dat de onontbeerlijke bron van alle voedsel is. Het zaad der gewassen is niet langer een natuurlijke voedselbron, het werd geprivatiseerd.
Aan het zaad van de mens zelf is nog niet geraakt, maar dat lijkt heel weldra te zullen veranderen. Het eigendomsrecht van een mens op zijn eigen zaad wordt heden fel ter discussie gesteld, zij het in bijzonder sluwe verkappingen. Zo is er, enerzijds en het schandaal van Hitler's Lebensborn ten spijt, het thema van de eugenetica of de verbetering van nu ook de menselijke soort via selectie. In bepaalde westerse landen worden zwangere vrouwen gratis gescreend op de gezondheid van hun vrucht, en de onderzoeksresultaten drukken zich uit in statistische termen. De jonge moeders die zich onderwerpen aan de tests krijgen te horen dat hun vrucht bijvoorbeeld negentig percent kans heeft om gezond te zijn, maar voor hetzelfde geld luidt het 'verdict' dat er een kans van zeventig ten honderd bestaat op bijvoorbeeld het syndroom van Down. De ouders kunnen dan beslissen om de zwangerschap te onderbreken, maar in drie gevallen op de tien aborteren zij zodoende een gezonde vrucht. Zij kunnen er ook voor kiezen om het kind te houden en indien dat dan gehandicapt ter wereld komt en misschien meer zorgen behoeft dan een gezonde baby, zal de staat bijspringen in de kosten. Edoch, die solidariteit is bijzonder voorlopig want er gaan steeds meer beschuldigende stemmen op. Het is namelijk de bedoeling dat gewaarschuwde ouders die een te behoeftig kind op de wereld zetten, in de toekomst die extra kosten zélf dragen.
Maar naast de eugenetica is er nog een tweede luik aan de beroving van de mens van zijn kroost. De discussie over het eigendomsrecht van de mens over zijn eigen zaad- en eicellen verloopt vooralsnog verdoken en is daarom des te verraderlijker. Het kind wordt niet bij de naam genoemd maar men heeft het over een zogenaamde overbevolking die het zelfs noodzakelijk zou maken dat men zich betreffende de eigen procreatie aan opgelegde maatschappelijke regels onderwerpt. Aanvankelijk worden ons onze zaad- en eicellen niet ontnomen, maar we mogen ze wel niet meer aanwenden voor hun natuurlijke doeleinden. Slagen we er niet in om aan die nieuwe wetten te gehoorzamen, dan worden we - weliswaar pijnloos - onvruchtbaar gemaakt, zogezegd voor het eigen comfort. Vergelijk het met een staat die haar burgers intact laat en hen slechts verbiedt om te lopen; als dan blijkt dat menigeen zich niet beheersen kan, steekt de staat het volk een handje toe met een generale amputatie van de benen.
De uitvlucht van de overbevolking is wel bijzonder sluw, want in feite wordt niet zozeer het aantal mensen als zodanig beoogd, maar wel diegenen die niet langer beantwoorden aan de nieuwe normen zoals bedacht door zogenaamd verlichte geesten, zoals bepaalde atheïsten zichzelf graag noemen. Daarentegen zal de kweek van diegenen die wél beantwoorden aan de nieuwe norm worden gestimuleerd met alle mogelijke middelen want hier geldt uiteraard een onderbevolking. Het is een kwestie vergelijkbaar met de door Ivan Illich aangekaarte tegendoelmatigheid: dat wij ons ondanks het gebruik van auto's trager verplaatsen dan weleer, geldt weliswaar wel voor het volk maar zeker niet voor de superrijken die immers geen halve dag per etmaal moeten werken om de dagelijkse verplaatsing met de auto naar het werk te kunnen betalen. De 'vooruitgang' is weliswaar tegendoelmatig voor de massa maar voor de rijken blijft hij voordelig: hij hevelt de energie en de levenstijd over van arm naar rijk. En hetzelfde geldt hier inzake het mensenzaad: het wordt ontnomen aan het volk maar tegelijk doen de regeerders er sowieso hun zinnetje mee.
Wie geloven dat het nog zo'n vaart niet zal lopen, dienen zich goed rekenschap te geven van wat er in het verleden zoal bekokstoofd werd inzake de manipulatie van brave burgers. Het lijstje is lang, de uitwas van de Nazi-concentratiekampen blijkt in zeker opzicht niet eens zo'n uniek geval te zijn.
Doorheen de ganse middeleeuwen regeerde over het Westen het christendom dat samen met de wereldlijke macht het volk onderwierp maar ook opvoedde en zekerheid gaf en rust. De hysterie die vandaag wereldwijd hoogtij viert, was ondenkbaar toen: God schiep de wereld en Hij was meteen ook de eindbestemming van al het bestaande. Zinvragen, twijfels en onzekerheden waren ondenkbaar daar de kerk in de plaats van de mensen nadacht, besliste en verantwoordelijkheid opnam in ruil voor simpele doch volledige gehoorzaamheid. Maar dat recept behoort nu definitief tot een verleden dat alleen nog terug zal keren voor wie zich welbewust aan sprookjes overgeven. De zich verlicht achtende mens heeft Gods plaats ingenomen: hij ontzegt aan zijn schepper het bestaan en zijn eigen leven wijt hij aan een blind toeval waarover hij zich het recht toe-eigent om het op zijn minst wat bij te sturen.
Edoch, die bijsturingen blijken in de praktijk in feite verregaande experimenten te zijn van een vooral financiële, in veel mindere mate intellectuele en in moreel opzicht volstrekt ondermaatse elite - experimenten door zo'n elite uitgevoerd op enkelingen maar ook op ganse volkeren en wel geheel buiten het medeweten van de 'proefkonijnen'. Ongelooflijk misschien, maar het gaat hier helemaal niet om speculaties doch om historische feiten waarvan de kampen van Hitler slechts de best bekende zijn, of moet men veeleer spreken van de slechtst bewaarde geheimen der transhumanisten?
Men weet wat de Verlichting is en hoe zij ontstond en ontwikkelde en het is niet altijd zo'n slechte zaak geweest dat de mens of de staat de verantwoordelijkheid voor het eigen lot als het ware uit Gods handen rukte (of althans uit die van zijn 'vertegenwoordigers') om het zelf mee te gaan bepalen - men denke maar aan de sociale wetten die nu de caritas vervangen maar ook de grenzeloze uitbuiting. Maar wie had ooit kunnen vermoeden dat diezelfde verantwoordelijken die de zorg voor de armen dan toch verbeterden door ze te institutionaliseren in sociale wetten, alras aan 't pleiten zouden gaan tégen die wetten en vóór de terugkeer naar de wet van de natuur of dus naar de algehele wetteloosheid die met de wet van de sterkste samenvalt?
Het is weliswaar zo dat de geneeskunde de zwakkeren in leven houdt, dat zij ervoor zorgt dat ze zich voortplanten en dat zij op die manier aan de volksgezondheid feitelijk geen echte dienst bewijst: had men de natuur zijn gangetje laten gaan, dan waren de zwakken die vandaag de staat tot last zijn, allang weggeselecteerd. Maar is de feitelijke volksgezondheid dan belangrijker dan de zorg die mensen voor elkaar wensen te dragen? - dat is de vraag die weliswaar voor sommigen moeilijk te ontdekken valt maar die dan toch niet in de duisternis van de onwetendheid verdwijnen mag omdat met deze vraag het lot van de mensheid als zodanig is verbonden. Wie anders heeft er baat bij die best denkbare volksgezondheid van morgen als het niet de actueel levenden zijn? En zijn zij het ook niet die willen geholpen worden als zij zwak zijn en lijden? De morgen niet meer bestaande zwakkelingen zullen alvast niet applaudisseren voor de natuurlijke selectie en de sterken die in leven bleven evenmin want zij hebben het nooit anders gekend. Als men vandaag mensen aan hun triestig lot overlaat omdat zij anders de gezondheidsstatistieken van morgen naar beneden zouden halen, dan kiest men vóór statistieken en tégen de mens. Dat die statistieken ook over mensen gaan, is hier uiteraard geheel irrelevant. Er bestaan theoretici van verschillende vormen van historicismen die bereid zijn om alle generaties levenden in dwangarbeid op te offeren voor het heil van ooit al was het slechts één generatie die in een verre toekomst in weelde zou leven. Zij maken dezelfde fout als allen die een gans leven doorbrengen in slavernij om, eenmaal met pensioen, van de vruchten van hun noeste inspanningen te kunnen genieten. Blijkbaar zien zij niet in dat zij aldus de slaaf zijn van zichzelf want in hun jonge jaren werken zij zich te pletter om het wrak dat zij op hoge leeftijd zullen zijn te kunnen dienen. Vaak ontdekken ze hun vergissing veel te laat om die nog te kunnen herstellen.
De geneeskunde houdt de zieken in leven door de ziekten te bestrijden, maar aldus maakt zij de zieken ook gezond genoeg om voort te kunnen leven. Zo ook bestrijden de armenwetten de armoede en niet de armen, en dit geheel in tegenstelling tot wat de heden vaak geciteerde Thomas Malthus publiek maakte: hij klaagde het aan dat de armenwetten de armen creëren die ze bijstaan, terwijl de (voldoende) bijgestane armen uiteraard niet langer arm zijn, net zoals de bijgestane zieken niet langer ziek zijn en de bijgestane hongerlijders niet langer honger lijden. De honger uit de wereld helpen door alle hongerlijders het schavot te geven, is een wel heel doeltreffende methode, althans tijdelijk, maar wie de waanzin daarvan niet inzien, die zullen op den duur ook pleiten voor het doden van de zieken in functie van de volksgezondheid of voor het elimineren van de onwetenden met het oog op een staat met alleen maar geleerde burgers. Dat die waanzin al in opmars is, mag blijken uit de jongste wetten inzake abortus en euthanasie, maar nog veel meer geheel onwettige activiteiten in deze richting hebben allang ingang gevonden en zij kunnen zich voltrekken precies omdat zij dat doen in het grootste geheim voor hun slachtoffers, maar dat is een bijzonder uitgebreid verhaal apart. Want het gaat hier om een waanzin waarbij telkenmale de door het kwaad getroffen slachtoffers het een tweede keer moeten verduren: zij die door ziekten worden getroffen worden een tweede keer getroffen door een tiran die per abuis niet de ziekten doch de zieken uitroeit, of een tiran die de analfabeten uitroeit in plaats van het analfabetisme, de daklozen in plaats van het woningentekort, de hongerigen in de plaats van het voedseltekort en de zogenaamd overtollige mensen in plaats van de overbevolking.
Als er al van overbevolking sprake kan zijn, dan is het uiteraard de vraag wie tot de overtolligen behoren en wie zich veilig mogen weten: de aloude vraag van Plato waar die zich afvraagt of het zijn hoofd is, die de grootste van de twee een kopje groter maakt dan de ander, ofwel zijn benen. Hoe dan ook zien in dit onderwerp vandaag al heel wat gewetenslozen een reden om het niet zo nauw te nemen met het leven van de enkelingen, er zijn immers exemplaren te over van de menselijke soort. En dat is warempel een vorm van snel om zich heen grijpend 'denken' - of ondenken - waarover het laatste woord nog lang niet is gezegd. (1)
(1) Noot. Men make zich geen illusies, de gedwongen sterilisaties zijn al aan de gang; zie: http://www.doorbraak.eu/gebladerte/10496f30.htm Over gedwongen sterilisatie, o.m. bij de nazi's maar ook voordien, zie het artikel Genadeloze genadedood/Nazi-euthanasie en propaganda van Gie van den Berghe: http://www.serendib.be/artikels/genadelozegenadedood.htm#top .
(J.B., 11 september 2011)
|