Alle rechten voorbehouden Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres: http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/
31-12-2022
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 16: 'Geen macht is groter dan de vrijheid om iemand an
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
16: 'Geen macht is groter dan de vrijheid om iemand anders het leven
te benemen'.
In
het vijftiende hoofdstuk van zijn boek berekent Adam Hochschild
hoeveel slachtoffers werden gemaakt in Leopolds Congo dat duurde van
1885 tot 1908. In 1924 werd de bevolking vastgesteld op tien
miljoen ( ). Dit zou volgens de schattingen betekenen dat gedurende
de periode-Leopold en in de directe nasleep ervan de bevolking van
het gebied met ongeveer tien miljoen mensen was gedaald. (1)
Die decimering is vooral te wijten aan de rubberhausse die ook nog
doorging nà Leopold maar er zijn vier grote oorzaken.
Vooreerst
is er de regelrechte moord waarover veel bericht wordt: Wanneer
een dorp of district er niet in slaagde zijn vereiste rubberquotum af
te leveren of terugvocht tegen het regime, doodden soldaten van de
Force Publique of 'schildwachten' van de rubbermaatschappijen vaak
iedereen die ze tegenkwamen. (2) Zo werden (volgens de
Kölnische Zeitung, 1896) op één enkele dag 1308 afgehakte
handen afgeleverd bij de beruchte districtscommissaris Léon Fiévez.
( ) (3) Missionaris Ellsworth Faris tekent in 1899 op:
Iedere keer dat de korporaal rubber gaat halen, krijgt hij
patronen uitgereikt. Hij moet alle ongebruikte mee terug nemen; en
voor iedere gebruikte moet hij een rechterhand terugbrengen! ( ) In
zes maanden werden aan de Momboyorivier zesduizend patronen gebruikt,
wat betekent dat zesduizend mensen werden gedood of verminkt. (...)
Dat betekent meer dan zesduizend ( ) want soldaten slaan ook
kinderen dood met hun geweerkolven. (4) Tijdens de
strafexpedities tegen de Budjarebellen werden meer dan dertienhonderd
Budja's gedood. (Er waren nog) tientallen andere opstanden
tegen het inzamelen van rubber. (Men moet in rekening brengen
dat) soldaten streng gestraft werden voor het 'verspillen' van
kogels op niet-menselijke doelwitten. (Volgens Morel) blijkt
dat in het jaar 1903, één van de vijfendertig rubberinzamelpunten
( ) een totaal van 159 vuurwapens en 40.355 kogels kreeg
aangeleverd. (5) Missionarissen hebben het over gebieden
bedekt met lijken met afgehakte rechterhanden. Veel officieren
van de Force Publique hielden verbazingwekkend openhartige dagboeken
bij over de dood en vernieling die ze achter zich lieten. (6)
Luitenant Knut Svensson noteert in Bikora 527 dood geschoten mensen
in vierenhalve maand tijd. Officier Charles Lemaire schrijft dat
Bokanga werd platgebrand, Bolébo platgebrand, Ikengo-dorpen
aangevallen, Loliva aangevallen, Nkolé platgebrand, Ipéko
platgebrand en de bananenbomen omgehakt, de Bomopodorpen aangevallen
door luitenant Sarrazijn. Daarbij werden telkenmale vele dorpelingen
gedood. En dat gaat zo maar door, dag na dag.
Honger,
uitputting en ontbering vormen een tweede doodsoorzaak, want als de
dorpelingen vernemen dat de Force Publique in aantocht is met de
rubber-terreur, slaan ze op de vlucht. Als represaille namen de
soldaten dikwijls hun dieren mee en verbrandden hun huizen en
gewassen, zodat ze zonder voedsel kwamen te zitten.
Dertigduizend mensen vluchtten rond 1900 naar Frans grondgebied. (7)
Missionaris William Sheppard tekent in 1899 op dat in een straal van
75 mijl van Luebo 40.000 mensen zonder onderdak in bossen slapen. Een
Brits ontdekkingsreiziger, E.S. Grogan schrijft: Ieder dorp is
platgebrand ( ) ik zag overal skeletten, skeletten; en die
houdingen - welke gruweldaden vertelden die niet. (8) Er trad
hongersnood op. Vele duizenden mensen, vrouwen, kinderen en
bejaarden, stierven als gijzelaars. Soldaten hielden hen gevangen in
stoffige kralen, dikwijls geketend, waar ze weinig of niets te eten
kregen totdat de mannen van het dorp de verlangde hoeveelheid rubber
brachten - wat soms weken kon duren. In één palissade bleken er in
1899 drie tot tien gevangenen per dag te overlijden. (9)
Een
derde doodsoorzaak was ziekte. Net als met de decimering van de
Amerikaanse Indianen kwamen meer Congolezen om het leven door ziekte
dan door kogels. Europeanen en Afro-Arabische slavenhandelaars
brachten veel (daar onbekende) ziekten naar ( ) de Congo.
(10) Pokken, slaapziekte, long- en darminfecties. Aan slaapziekte
stierven alleen al in 1901 een half miljoen Congolezen en de
verdedigers van Leopold geven dan ook alle schuld aan de slaapziekte.
Edoch, het verhaal is ingewikkelder, want de ziekte is niet de
enige factor. Epidemieën eisen bijna altijd een veel hoger aantal
slachtoffers en verlopen in een sneller tempo onder mensen die zijn
ondervoed en getraumatiseerd (...). (11) Van deze waarheid kan
de hele wereldbevolking trouwens heden ten dage getuige zijn in het
kader van het coronagebeuren: ook in eigen land vielen het grootste
aantal doden bij de bejaarden die in voornamelijk OCMW-rusthuizen
verbleven, waar men het voor de maaltijden immers moet zien te redden
met twee euro per dag. En ook hier wordt de schuld op de epidemie
geschoven en zwijgt men zedig over al de rest om aldus zijn
verantwoordelijkheid te proberen ontlopen.
Een
vierde en laatste oorzaak van de terugloop van de Congolese bevolking
is de daling van het geboortecijfer met zowat zestig percent in de
bewuste periode tussen 1896 en 1903: (...) gezinnen,
geterroriseerd en uit elkaar gerukt door de rubbercampagne , stopten
eenvoudigweg met het krijgen van kinderen. (12) Edoch, de
permanente commissie van het Nationale Koloniale Congres van België
begon zich pas zorgen te maken over de terugloop van de bevolking op
het ogenblik dat een tekort aan arbeiders dreigde...
Waarom
ging het moorden dan zolang door? Dezelfde irrationaliteit ligt ten
grondslag aan veel andere massamoorden. In de Sovjet-Unie
bijvoorbeeld ( ) zelfs toen er geen zichtbare tegenstanders (van
het regime) meer over waren, werden zeven miljoen mensen geëxecuteerd
en stierven nog eens vele miljoenen in de afgelegen kampen van de
goelag. ( ) Net zoals in Rusland had de massamoord in de Congo
zodra hij was begonnen geen impulsen meer nodig. Macht is
verleidelijk, en in zekere zin is geen macht groter dan de vrijheid
om iemand anders het leven te benemen. Eenmaal aan de gang is
massamoord moeilijk te stoppen; het wordt een soort sport, net als
jagen. (13) Die bezetenheid werd ook in de Vietnamoorlog
opgetekend: (...) als we die mensen niet kunnen neerknallen,
wat doen we godverdomme dan hier? (14) Cineast Francis Coppola
inspireerde zich voor zijn Apocalyps Now bij... Joseph Conrad.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
31 december 2022)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 234.
(2)
O.c., p. 227.
(3)
Ib., p. 227.
(4)
Ib., p. 227.
(5)
Ib., p. 227-228. In alle aanleveringspunten samen zouden dat dan
jaarlijks 40.355x35 of 1,4 miljoen doden zijn.
(6)
Ib., p. 228.
(7)
Ib., pp. 229-230.
(8)
Ib., p. 230.
(9)
Ib., p. 231.
(10)
Ib., p. 231.
(11)
Ib., p. 232.
(12)
Ib., p. 233.
(13)
Ib., p. 234.
(14)
Ib., p. 235.
Theologische
beschouwingen leiden tot de opvatting dat de ziekte (en andere rampen
die de mens overkomen) een straf is van de goden... (Kris
Vansteenbrugge)
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 15: De bestemming van de Congo-buit
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
15: De bestemming van de Congo-buit
In
het veertiende hoofdstuk van zijn boek verklapt Adam Hochschild waar
het in de Congo buitgemaakte gigantische fortuin van de koning
naartoe ging. Maar eerst wijst de auteur op enkele tekortkomingen van
Morel, die de geschiedenis van de Congo weliswaar terecht aan de kaak
stelde maar die ook blind was voor het imperialisme van de Britten.
Hij (Morel) zag de wreedheden in de Congo niet als een
specifieke imperfectie die kon worden weggevaagd op dezelfde manier
waarop men kinderarbeid of de doodstraf kon afschaffen, door een wet
aan te nemen die het verbood, maar als onderdeel van een complex,
diep verankerd systeem, zoals hij het noemde - dwangarbeid plus de
grootschalige Europese overname van Afrikaans land. (1) En
zijn toon was die van een evangelische predikant. (2)
Leopold en de zijnen waren voor Morel de belichaming van de
duivel (3) en zijn edel doel was naar zijn eigen zeggen: 'de
moderne slavenhandel in de binnenlanden van de Congo uitroeien.'
(4) Bazuin zijn naam rond, zo dichtte Morel over
Leopold, en laat het daglicht schijnen op zijn daden.
(5) Morel was een vlotte spreker voor het groot publiek alsook een
verwoed briefschrijver en zo won hij ook vele hooggeplaatsten voor
zijn zaak en maakte hij talloze volgelingen.
Naarmate
de aanvallen op Leopold toenamen, onderwierp het regime Morels
bondgenoten in de Congo aan een steeds kritischer blik. (6)
Onder hen bevond zich ene Hezekiah Andrew Shanu, een Nigeriaanse
onderwijzer die zakenman werd en die eerst voor Leopolds regime
werkte en werd gerespecteerd als 'een treffend voorbeeld van de
vervolmaakbaarheid van het negerras'. (7) Totdat hij overliep
naar het kamp van Leopolds vijanden en hij aan de
mensenrechtenactivist Roger Casement informatie bezorgde over
mishandelingen van West-Afrikaanse arbeiders in de Congo, wat hem in
een lastig parket bracht. Om geen internationaal incident uit te
lokken werd Shanu niet gearresteerd maar in plaats daarvan maakte de
overheid hem het leven zuur, wat uiteindelijk resulteerde in zijn
bankroet en in juli 1905 pleegde hij zelfmoord.
Het
grootste deel van Leopolds fortuin ging naar landerijen en naar
bouwwerken. Een ander deel kreeg zijn bestemming toen de
vijfenzestigjarige koning in Parijs een zestienjarige callgirl tot
zijn nieuwe minnares nam. Hij werd nu een onweerstaanbaar
doelwit voor de wereldpers, opgejut door Morel. (8) De
echtgenote van de koning overleed. Leopold bracht zijn minnares onder
in een reusachtig landhuis, de villa Vanderborght, gelegen
tegenover de koninklijke gebouwen in Laken, en bouwde een
voetgangersbrug over de straat zodat hij op ieder willekeurig moment
kon oversteken om haar een bezoek te brengen. (9) Zijn
jonge minnares overlaadde hij met kastelen en landhuizen. (10)
Haar eerste zoon werd de hertog van Tervuren en zij de barones van
Vaughan. Haar tweede zoon had een misvormde hand en de roddelpers
maakte er een spotprent van waarop ook de afgehakte negerhanden waren
afgebeeld. Het onderschrift luidde: 'wraak uit hogere sferen'.
(11)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
30 december 2022)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 214.
(2)
O.c., p. 215.
(3)
Ib., p. 215.
(4)
Ib., p. 215.
(5)
Ib., p. 216.
(6)
Ib., p. 219.
(7)
Ib., p. 219.
(8)
Ib., p. 223.
(9)
Ib., p. 223.
(10)
Ib., p. 224.
(11)
Ib., p. 225.
29-12-2022
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 14: Een gevecht tegen wreedaards
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
14: Een gevecht tegen wreedaards
Wat
volgt, doet onwillekeurig denken aan wat er zoal in de pers
verschijnt over de Russische machthebbers van dit ogenblik.
In
mei 1903 werd Morels protestresolutie tegen de Congo aangenomen en de
Britse consul in de Congo, de Ier Roger Casement, werd gevraagd
verslagen te sturen. Casement, die al twintig jaar in Afrika gewerkt
had, had er een week lang Stanley vergezeld. Toen hem opviel
dat Stanley's hond geen staart meer had, hoorde hij tot zijn
afgrijzen dat Stanley de staart had afgesneden en deze de hond had
laten opeten. (1) In 1887 ontmoette hij ook officier van de
Force Publique van Kerckhoven die hem vrolijk uitlegde hoe hij
zijn zwarte soldaten 'vijf koperen staafjes (2,5 pence) had betaald
voor ieder mensenhoofd dat ze hem brachten ( ). Hij zei dat dit was
om hun dapperheid in het oog van de vijand te stimuleren.' (2)
In 1890 ontmoette Casement ook de schrijver Joseph Conrad. (...)
Casement had een voorraad verhalen die Conrads visie op het
kolonialisme in Afrika verduisterden. (3) In 1892 werkzaam in
Nigeria protesteerde Casement in een brief tegen de ophanging
van zevenentwintig Afrikaanse rekruten en hun echtgenotes in de
Duitse kolonie Kameroen; de mannen hadden gemuit nadat hun vrouwen
waren gegeseld (4), waarna hij in 1900 werd overgeplaatst naar
de Congo. Onderweg in Brussel werd hij door Leopold uitgenodigd voor
de lunch. De koning gaf de excessen toe maar voerde aan dat 'het
onmogelijk was altijd de beste mannen in Afrika te hebben.'
(5) Casement was homoseksueel en leefde in een tijd waarin de
ontdekking hiervan schande zou betekenen, of erger. In 1895 werd
zijn landgenoot Oscar Wilde tot twee jaar dwangarbeid veroordeeld
vanwege 'het plegen van uitgesproken onbetamelijke daden met andere
mannelijke personen' (6) Er was ook de zaak van
generaal-majoor Hector Macdonald ( ). Toen diens homoseksualiteit
aan het licht was gekomen en hij voor de krijgsdraad moest
verschijnen, pleegde hij zelfmoord in een hotelkamer in Parijs. ( )
(7) Casement was op zijn hoede maar tekende niettemin zijn
afspraakjes op in zijn dagboek dat aldus een tijdbom was.
Casements
protestresolutie tegen de Congo werd unaniem aangenomen door het
Britse Lagerhuis. Bij een nieuw onderzoek tekende hij alles nauwgezet
op en protesteerde hij in brieven aan ambtenaren tegen de wreedheden
die, zo schreef hij, slechts konden leiden tot de universele
veroordeling door de beschaafde mensheid. (8) Casements
bevindingen kwamen overeen met die van Morel en zijn verontwaardiging
stak ook missionarissen aan die gingen protesteren. Uit zijn
dagboeken: 25 juli: Ik liep dorpen binnen ( ) maar
drieënnegentig mensen over van vele honderden./ 6 augustus: ( ) Ze
worden wreed gegeseld./ 13 augustus: A. kwam me vertellen dat vijf
mensen uit de omgeving van Bikoro met afgehakte handen helemaal naar
Myanga waren gekomen om het me te laten zien./ 22 augustus: Bolongo
vrijwel uitgestorven. ( ) Ik zou moeten zeggen ongelukkige mensen
die bitter klaagden over de rubberbelasting ( ) 6.30 passeerde ik
verlaten plaats Bokuta ( ) Mouzede zegt dat de mensen allemaal
onder dwang zijn meegenomen naar Mampoko. Arme ongelukkige zielen./
29 augustus: Bongandanga ( ) Rubber-'markt' gezien; niets dan
geweren - ongeveer twintig gewapende mannen ( ) De bevolk. 242
mannen met rubber allemaal bewaakt als gevangen. Dit 'handel' noemen
is het toppunt van leugenachtigheid./ 30 augustus: Zestien mannen,
vrouwen en kinderen vastgebonden uit een dorp Mboye dicht bij de
stad. Schandelijk. De mannen zijn in de gevangenis gegooid, de
kinderen vrijgelaten na mijn ingrijpen. Schandelijk. Schandelijk,
verfoeilijk systeem./ 31 augustus: 's Avonds dans georganiseerd ter
ere van mij. ( ) Het speet me, van al het gedwongen vermaak dat ik
heb gezien, slaat dit wel alles./ ( ) 9 september: 11.10 weer
Bolongo gepasseerd. De arme mensen stapten in kano's om mij om hulp
te smeken. (9)
In
1903 is het rapport van Casement klaar maar (...) Het
Ministerie van Buitenlandse Zaken, dat zich al zorgen maakte, begon
dringende verzoeken om uitstel van publicatie te ontvangen van sir
Constantine Phipps, de Britse minister te Brussel en een
hartstochtelijk medestander van Leopold. (10) Zo legde hij uit
dat de 'schildwachten' (zoals hij de gewapende bewakers noemde)
dienden om de rubberwerkers te beschermen: 'Voorkom alstublieft
uitgave van rapport van Casement tot na de tiende dezer, de datum
waarop ik een vaste afspraak heb met de koning der Belgen',
telegrafeerde Phipps. 'De publicatie zal mij onvermijdelijk in een
lastig parket brengen aan het hof'. (11) Ook sir Alfred
Jones ( ) bracht tweemaal een bezoek aan het ministerie ( ) om te
proberen het rapport af te zwakken, of tenminste een voorpublicatie
voor de koning te bemachtigen. (12) Maar Casement zweeg niet
en gaf interviews aan de Londense pers, wat de verhindering van
publicatie bemoeilijkte. Toen het rapport in 1904 gepubliceerd werd,
was dat in telegramstijl met enkel de initialen van daders en in La
Tribune Congolaise legde zakenlui uit de Congo uit dat de
mensen met ontbrekende handen die Casement had gezien 'onfortuinlijke
individuen waren die leden aan handkanker, wier handen dus hadden
moeten worden geamputeerd door middel van een eenvoudige chirurgische
ingreep'. (13) Casement schreef een protestbrief. Hij
ontmoette Morel in wie hij iemand vond die zijn verontwaardiging
deelde en zij bespraken een actieplan om de Britse bevolking te
mobiliseren tegen de wandaden gepleegd op de zwarten in de Congo,
zoals ook honderd jaar eerder de abolitionisten deden voor de
afschaffing van de slavernij.
Morel
stichtte de Congo Reform Association en verwierf daarvoor steun bij
hooggeplaatsten. Op hun eerste bijeenkomst op 23 maart 1904 in
Liverpool waren meer dan duizend aanwezigen. Casement en Morel zouden
voor hun idealisme echter een hoge prijs betalen. ( ) Beiden
zouden als gevangene door de poort van de Londense
Pentonvillegevangenis worden binnengeleid. Een van hen zou er nooit
meer uit komen. (14)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
29 december 2022)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 198.
(2)
O.c., p. 198.
(3)
Ib., p. 198.
(4)
Ib., p. 199.
(5)
Ib., p. 200.
(6)
Ib., p. 201.
(7)
Ib., p. 201.
(8)
Ib., p. 203.
(9)
Ib., p. 204.
(10)
Ib., p. 205.
(11)
Ib., p. 205.
(12)
Ib., p. 205.
(13)
Ib., p. 206.
(14)
Ib., p. 209.
27-12-2022
Casement, Roger
Casement,
Roger (1864-1916): Iers dichter, mensenrechtenactivist en Brits diplomaat. Casement stelde de
misbruiken aan de kaak in de Congo, meer bepaald door baron Jules
Jacques de Dixmude, commissaris van het district van het
rubberwingebied aan het Leopold-II-meer (het zg. Congo
Report) waarvoor hij in 1905
geridderd werd. In 1911 werd hij tevens geridderd voor zijn
regeringsrapport over de uitroeiing van de Amazone-indianen van
Putamayo in Peru. Hij richtte ook de Anti Slavery Society
op. Nadat hij na de aanvang van W.O.I in Duitsland steun had gezocht voor de
Paasopstand in Ierland in 1916, werd eerst karaktermoord op hem
gepleegd door hem te beschuldigen van (toen nog verboden)
homoseksualiteit en vervolgens werd hij, ondanks de inzet van G. B.
Shaw en van C. A. Doyle (auteur van The Crime of the Congo)
op beschuldiging van landverraad door de Engelsen opgeknoopt. De na
zijn dood ontdekte dagboeken waaruit zijn homoseksualiteit moest
blijken zijn volgens sommigen vervalsingen. Later kreeg hij een
staatsbegrafenis in Ierland. In 2010 verscheen van de Peruviaanse
schrijver Mario Vargas Llosa over hem de roman El sueño
del Celta (in het Nederlands
vertaald als De droom van de Ier).
26-12-2022
De geest van koning Leopold II (flap)
De geest van koning Leopold II (flap)
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 13: Over kindsoldaten, mensenrechten en de persvrijheid
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
13: Over kindsoldaten, mensenrechten en de persvrijheid
Over
wat er in de Congo allemaal gebeurde, oordeelde de massa op grond van
de leugenachtige geschriften en voordrachten van Stanley die samen
met Leopold II het hele uitbuitingsapparaat bleef voorstellen als het
meest edele beschavingswerk. Behalve de zwarte dominee G.W. Williams,
was E.D. Morel na zijn ontdekking als klerk bij Elder Dempster in de
Antwerpse haven zowat de enige die daaromtrent de waarheid kende.
Toen deze zijn baas, sir Alfred Jones (die in Liverpool ook
voorzitter was van de Kamer van Koophandel en honorair consul van de
Congostaat) daarover informeerde, probeerde die hem middels promotie
en overplaatsing het zwijgen op te leggen. Morel weigerde echter te
zwijgen maar werd plotseling overal genekt. In 1901 diende hij zijn
ontslag in en begon fulltime te schrijven. Eerst in een Britse krant
die hem echter censureerde, vervolgens in eigen beheer met zijn West
African Mail. Morel werd de grootste Britse
onderzoeksjournalist van zijn tijd. (1) Deze
mensenrechtenstrijder werd geflankeerd door sir Charles Dilke, door
het Genootschap tegen de Slavernij en door het Genootschap voor de
Bescherming van Inheemse Volken. Morel werd ook beïnvloed door de
bevriende schrijfster Mary Kingsley met haar Travels in West
Africa (1897) waarin zij Afrikanen nu eens niet neerzet als
wilden maar als mensen. Ook leerde Kingsley ons dat voor de komst
van Leopold, die alles inpalmde, de grond en de opbrengsten
gemeenschappelijk bezit waren van de dorpsgemeenschap. (2) Morel kon
niet naar Congo reizen omdat Leopold onwelgezinde journalisten
stelselmatig de toegang tot zijn bezit ontzegde. (3)
Terwijl
's konings opgepoetste versie van de Congo werd geëxposeerd op
wereldtentoonstellingen, in plantenkassen en musea, kwam er een
geheel andere Congo naar voren op de pagina's van de West African
Mail. (4) Zo waren er geheime instructies die onder
geen beding uit de archieven van de plaatselijke functionarissen
mocht worden verwijderd(5): deze instructies moesten mondeling
worden overgebracht om geen sporen na te laten inzake het systeem van
bonussen voor wie mannen inlijfde in de Force Publique: '90
frank voor iedere sterke en gezonde man ( ) wiens lichaamslengte
groter is dan 155 cm; 65 frank voor iedere jongeling wiens lengte
tenminste 135 cm bedraagt; 15 frank per mannelijk kind.' (6)
Morel kreeg zijn info over de misstanden van officieren uit de Force
Publique en van missionarissen. Het paleis reageerde met pogingen tot
omkoping van Morel middels zijn vroegere baas, Alfred Jones. (7) Er
kwam opstand maar onder de dekmantel van een rubberbedrijf ging een
contraguerilla, een strafexpeditie, onder Edgar Canisius terreur
zaaien: zwarten werden vermoord, hun dorpen platgebrand. Al werd de
koning zelf met rust gelaten, toch kon Morel rond 1903 de
wantoestanden op de politieke agenda plaatsen in het Britse
parlement dat een resolutie stemde waarin werd aangedrongen dat
in de Congo 'de inheemse bevolking menselijk dient te worden
geregeerd'. (8)
Edoch,
kennelijk heeft het werk van mensenrechtenactivisten zoals Morel
uiteindelijk niet opgebracht wat het beoogde: vandaag werd in het
Belgische parlement een Congocommissie geïnstalleerd die omtrent het
Congoverleden naar verluidt tot een eervol slotakkoord wil
komen, alsof het ging over een muziekstuk waarin de heldendaden van
de monarch worden bezongen. Honderd jaar geleden verhinderde de
Britse pers Morel om over de besproken wantoestanden te schrijven en
probeerde de koning hem via zijn gewezen werkgever door omkoping het
zwijgen op te leggen. Vandaag lijkt dat laaghartige gedrag gewoon
gecontinueerd te worden: de koning wil van geen excuses weten en in
de dagelijkse berichtgeving hier te lande valt geen woord van protest
te lezen tegen deze dan toch wel surrealistische gang van zaken. Een
democratie moet het van de meerderheid hebben, om niet te zeggen de
massa. Blijkbaar is de onwetendheid van de massa andermaal de
troefkaart die de dictatuur ook hier weer gretig uitspeelt. En op die
manier blijven ook de meest corrupte regimes in het zadel: tegen de
tijd dat de mensen weten hoe de vork aan de steel zit, zijn ze te oud
geworden om nog te reageren en hun kinderen hebben het niet
meegemaakt en laten zich inpakken door desinformatie en corruptie,
welke dan doorgaan voor 'onderwijs'.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
26 december 2022)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), pp. 187-189.
Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie: