het VRT1-programma De zevende dag van 2 oktober 2005, alwaar enkele woordvoerders van vooraanstaande katholieke instellingen openbaar verklaarden niet te erkennen dat God de 'eerste oorzaak' of de schepper is, en dit in weerwil van de katholieke geloofsbelijdenis, die immers start met de woorden: "Ik geloof in God, de almachtige Vader, schepper van hemel en aarde...".
Meer bepaald werd bij die gelegenheid, in een gesprek met sciëntist Johan Braeckman, de scheppingsleer geloochend door de toenmalige rector-theoloog van de K.U.L. - een universiteit onder het patronaat van toenmalig aartsbisschop en kardinaal, Godfried Danneels. Men moet opmerken dat een kardinaal zich in het rood kleedt ten teken van zijn principiële bereidheid om het eigen bloed te vergieten voor het geloof. Maar de katholieke gezagsdragers zetten toen hun gelovigen zonder meer te kijk, daar zij hen zodoende en zo geheel onvoorbereid confronteerden met het 'nieuwigheidje' dat het betreffende, allereerste, katholieke geloofspunt 'allang' uit de tijd was! Uiteraard zat het probleem toen in de onbekwaamheid van die vooraanstaande katholieken om hun geloof nog langer te verdedigen tegenover gestudeerde atheïsten: zij kozen voor de gemakkelijke doodsteek aan het katholieke christendom, en dit ten aanschouwe van gans televisiekijkend Vlaanderen.
Edoch, wanneer vandaag een nieuwbakken aartsbisschop de verloochenden van weleer soelaas wil bieden, blijkt het gros van hen zich helaas al te hebben verzoend met die vreemdsoortige contradictie: het geloof in een schepper die dat slechts symbolisch is, aangezien het kleinste kind u zal vertellen dat alles begon met de 'big bang'.
Het was ter gelegenheid van een huistaak 'verhandeling' op het college dat de klaspater mij op zijn kamer ontbood alwaar ik een onzachte uitbrander te verwerken kreeg inzake onze geloofsbelijdenis. In het bewuste opstel stond namelijk dat ons hiernamaals uiteraard geen letterlijkheid kon zijn, terwijl de jezuïet mij er attent op maakte dat wij wel degelijk de opstanding van het vlees belijden. Dat is alles waar ons geloof om draait, verklaarde hij op scherpe toon: zonder dat verliest het katholicisme zijn reden van bestaan! Een lange tijd nog heb ik nagedacht over die kwestie en, inderdaad: een geloof zonder een hiernamaals kan gewoon niet katholiek meer zijn: wij belijden wel degelijk de opstanding en wel - wat anders immers? - de opstanding van het vlees.
Men kan niet half geloven, zoals men ook niet half kan leven, en de katholieke leer, die niet alleen de Openbaring van de profeten en van Christus is, maar tevens de lering van de heiligen die na Hem kwamen, laat er geen enkele twijfel over bestaan: wij zijn verworpenen ingevolge onze eigen schuld, die echter door de menswording van God wordt opgeheven - als wij tenminste bereid zijn om in Hem te geloven. Dan wordt de dood teniet gedaan in de verrijzenis.
Men hoeft overigens geen theoloog te zijn om het zo jammerlijke menselijke lot te kunnen vaststellen: wij worden geboren, wij lijden en wij moeten sterven, en dat geldt voor ieder van ons. De conclusie is verder rap getrokken dat wij die miserie toch niet zonder enige reden kunnen hebben verdiend, en dat er bijgevolg ooit iets heel grondig moet zijn misgegaan waarvan wij de gevolgen dragen: een grote zonde, ja, een erfzonde weegt op ons bestaan. En een uitweg wordt ons voorgehouden door God zelf: een smal en moeilijk pad - de enige terugweg naar het herstel van de oorspronkelijke staat.
In de zogenaamde heilsgeschiedenis is onze aardse wereld helemaal geen experimenteerterrein voor wetenschappers en geleerden die het leed beloven weg te nemen, en uiteindelijk ook de dood, om tenslotte van de armzalige mens een enige god te maken. Welneen, de wereld die des duivels is, kan voor ons slechts een beproeving zijn: de pijn zal ons niet verwonden en niet doden, maar uitgerekend het te dragen kruis kan vervolmaken en voor eeuwig laten leven.
Is het dan niet de taak van een katholieke bisschop dat hij deze onveranderlijke waarheid predikt, zodat gelovigen hem ook horen kunnen uit zijn mond? Of moet hij dan gaan liegen omdat de waarheid hard is en men het vandaag nu eenmaal verkiest om kleffe leugens voor de waarheid te gaan houden? Mogelijkerwijze zijn de inzichten veranderd sinds de dood van Jezus Christus, maar als Hij verrezen is, dan is alvast dit uitzicht sinds zijn verrijzenis noodzakelijk hetzelfde. Niets immers in de ganse wereld kon ooit tippen aan die extase van het leven zelf dat zich met Christus' kracht verheft boven een weggekwijnde dood. En omdat ook bewijzen uiteindelijk op ervaringen berusten, kunnen ervaringen hun bewijzen gerust missen.
(J.B., 3 november 2010)