Alle rechten voorbehouden Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres: http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/
16-12-2014
Het feest der vluchtelingen
Het feest der vluchtelingen
Op de eerste winterdag ook genoemd midwinter of winter(zonne)wende is de dag het kortst en gaat de zon weer langer schijnen en vandaar werd dan van oudsher het Lichtfeest gevierd, de (her)geboorte van de onoverwinnelijke zon, de Dies Natalis Solis Invicti, bij de Germanen was dat het Joelfeest een drinkgelag en de Romeinen hielden de Saturnaliën. Maar in de vierde eeuw trad de vernieuwende Romeinse keizer Constantijn I de Grote aan: hij verplaatste de hoofdstad van het Romeinse Rijk van Rome naar Byzantium dat voortaan Nova Roma heette of het Nieuwe Rome, dat naar hem Constantinopel werd genoemd en dat is het huidige Istanbul. Constantijn stopte de christenvervolgingen en besliste in 321 dat de zonnegod die Mithras heette, Helios, Ra of Sol, plaats moest ruimen voor Jezus Christus "het Licht van de wereld" wiens geboorte sindsdien op 25 december door de gekerstende wereld wordt herdacht.
Tot dan werden in Rome christenen vervolgd, trouwens net zoals Jezus Christus zelf wiens moeder op de vlucht hem baarde in een stal omdat zijn arme ouders geen herberg konden vinden waar zij welkom waren. Het dakloos maken van God zelf is uiteraard meteen de vergoddelijking van de daklozen: met de herdenking van de geboorte van Jezus in een stal wordt het feest gevierd van alle mensen die vruchteloos op zoek zijn naar asiel.
Macaber was hier bijvoorbeeld intussen drie kwart eeuw geleden het stranden van heel wat Joden die het Derde Rijk ontvluchtten omdat Adolf Hitler hen naar het leven stond. Zij werden opgevangen door burgers die hen in kelders en op zolders verborgen, aldus het eigen leven wagend. Zowat een miljoen achterblijvers werden opgepakt en omgebracht in concentratiekampen en na de oorlog verbonden de Verenigde Naties zich ertoe om voortaan aan alle politieke vluchtelingen asiel te verlenen: het asielrecht werd een mensenrecht.
En vandaag zijn nog steeds mensen op de vlucht voor de terreur van hedendaagse Hitlers: in Syrië zijn momenteel 7,2 miljoen ontheemden, de helft van hen tracht asiel te vinden in buurlanden, in Turkije zijn er 1,6 miljoen, waarvan slechts een kwart miljoen in kampen konden worden ondergebracht. Irak telt 2,9 miljoen vluchtelingen waarvan er 190.000 het land ontvlucht zijn maar ook in Afrika zijn gigantische mensenstromen ontstaan door een terreur die de gruwelijkste perioden uit de geschiedenis naar de kroon steekt. De Afrikanen trachten in bootjes de Middellandse Zee over te steken, maar het van rijkdom rottende Europa blijkt niet happig om deze drenkelingen op te vissen en zo bijvoorbeeld zou België beslist hebben om asiel te verlenen aan welgeteld 75 mensen...
Die beslissing is er ongetwijfeld onder druk van een helaas egoïstische massa en steeds vaker lenen zich gewetenloze populisten om de grillen van een niets ontziende menigte in wetten om te zetten in ruil voor een verkiezingsoverwinning of dus persoonlijk profijt. Het tweespan van nationalisme en liberalisme vormt het nieuwe rechts dat schaamteloos een immoraliteit vertolkt en 'verdedigt' welke de herinnering steeds dichter brengt aan de onmenselijkheid van het Derde Rijk. "Jedem das Seine", zo luidde het opschrift boven de poort van het concentratiekamp van Buchenwald, en het weerklinkt al tijden in de slogan "eigen volk eerst".
Nieuw rechts, dat zijn hier te lande alle partijen die meewerken aan de uitbuiting van steeds vaker kindslaven in ontwikkelingslanden: in Azië werken maar liefst 250 miljoen kinderen vanaf 4 jaar in gevangenschap voor westerse multinationals die hun winstmarges aldus zien verveelvoudigen. Maar diezelfde partijen buiten uiteraard ook het eigen inlands werkvolk uit: het is allerminst hun doel om in ontwikkelingslanden sociale rechten in te voeren want zij handhaven de slavernij aldaar; het blijkt daarentegen hun betrachting om ook hier in het Westen de zo moeizaam verworven sociale rechten ongedaan te maken en de klok terug te draaien naar de bittere ellende uit de tijd van de industriële revolutie. Onder het voorwendsel van noodzakelijke besparingen, worden eerst de zwaksten van het weinige dat hun nog rest, beroofd, terwijl de grootverdieners door toppolitici op een geheel wettelijke manier van het betalen van belastingen worden vrijgesproken, zoals bijvoorbeeld in het geval van LuxLeaks, het proefstuk van de huidige Europese president.
Juncker zegt de strijd nu aan te binden met belastingontduiking, zoals Coca-cola de strijd zegt aan te binden met obesitas en zoals de paus de best geklede man ter wereld is...
Elke mens met een klein beetje gezond verstand weet dat wij geregeerd worden door dieven en wie nog twijfelt, dient zich eens te bezinnen over de geplande maatregel om ouderen nog langer aan de slag te houden terwijl aan de helft van de jongeren elk uitzicht op werk onthouden wordt: de huidige regeerders willigen de wens in van ondernemers die slechts onmiddellijke geldelijke winst beogen; investeringen in de jeugd die ten slotte de toekomst vertegenwoordigt, blijken allang niet meer aan de orde.
Dat het Westen met nitwits en bandieten aan de macht niet lang meer kan overleven, staat als een paal boven water en de veroordeling door Christus zelf kondigt zich al aan. De straf zit echter in de beschamende rijkdom zelf waarmee velen nu zitten opgescheept, en dit blijkt al waar de Nobelprijs 2014 voor de Vrede werd uitgereikt aan de Indische kinderrechtenactivist Kailash Satyarthi en de zeventienjarige Pakistaanse Malala Yousafzai die als kindslavin haar jonge leven riskeert met de aanklacht van de wereldwijd verbreide misdaad van de kinderslavernij terwijl iedereen tot heden zijn mond heeft gehouden.
Maar mensen worden niet alleen tot thuislozen gemaakt door oorlogen en rampen, door krankzinnige dictators, religieuze fanatici of nog andere vervolgers: er zijn immers ook nog de quasi onzichtbare verbanningen door sociale uitsluiting, achterstelling en pesterij, waarbij enkelingen die een beetje anders zijn, die opstaan tegen onrecht of die de kant van de zwaksten kiezen, vaak genadeloos door het slijk worden gehaald, gestigmatiseerd, gedemoniseerd en ten slotte 'afgemaakt' terwijl de daders helemaal vrijuit gaan omdat ze nu eenmaal niets illegaals hebben ondernomen en zo vervoegen zij het lange rijtje der Pilatussen, heden aangevoerd door intrieste figuren zoals Juncker en zijn straks al niet meer te tellen trawanten.
En zoals ooit Mithras werd gegijzeld door een kerk bestuurd door een werelds heerser, zo ook wordt heden Kerstmis zelf gegijzeld, uitgerekend door een menigte feestneuzen die zichzelf verzadigen aan overvolle tafels terwijl zij, mét de daklozen, hun eigen Heiland wat 'redder' betekent buiten aan de deur in de kou laten staan.
Vaccineren?â Enkele kritische noten bij onze vaccinatiecultuur
Vaccineren? Enkele kritische noten bij onze vaccinatiecultuur
Epidemieën
Wanneer wij in aanraking komen met ziektekiemen, wordt ons lichaam gealarmeerd en maakt het antistoffen aan. Vaak echter wordt men ziek of sterft men vooraleer die antistoffen voldoende werken en dikwijls voltrekt zich dat ook op een epidemische schaal. Zo stierven in de middeleeuwen een derde van alle Europeanen door de pest de zwarte dood en één van elke tien kinderen met difterie bezwijkt aan de ziekte; ook de pokken hebben tien percent van alle mensen weggemaaid. Tussen 1881 en 1896 waarde de cholera over de wereld en eiste meer dan een miljoen mensenlevens. (1)
Vaccinatie
Om die catastrofen te voorkomen, wordt er gevaccineerd. Een vaccin is een opzettelijk toegediende ziektekiem die echter verzwakt werd om aan het lichaam de tijd te geven genoeg antistoffen aan te maken en zo gewapend te zijn tegen de tijd dat de ziekte ook echt uitbreekt.
Geschiedenis
Het woord vaccinatie komt van het Latijnse vaccinia dat koepokken betekent: de allereerste vorm van vaccineren situeert zich waarschijnlijk lang geleden in Turkije, waar boeren ondervonden dat ze zich konden beschermen tegen gevaarlijke pokken door zichzelf in aanraking te brengen met het vocht uit de blaasjes van wie leden aan een mildere vorm van pokken. In 1796 stelde Edward Jenner bij melkmeisjes in Engeland hetzelfde vast: zij kregen geen gevaarlijke pokken omdat zij met (milde) koepokken waren besmet.
Soorten vaccins
Louis Pasteur (1822-1895) maakte met verzwakte bacteriën van onder meer de (naar hem genoemde) Pasteurella multocida of kippencholerabacteriën een vaccin tegen ernstiger vormen ervan en hij formuleerde de techniek. Hij maakte ook vaccins tegen cholera, mildvuur en hondsdolheid. Almroth Wright maakte met dode bacteriën in 1897 een vaccin tegen buiktyphus. Pierre Roux, Alexandre Yersin en Shibasaburo Kitasato vaccineerden met ontgifte bacteriën tegen difterie (kroep) en tetanus (klem). Later maakte men ook synthetische vaccins en vaccins van onschadelijke onderdelen van ziektekiemen.
Toediening van vaccins
Vaccins worden toegediend via de huid, in een spier, in een ader of via de mond, op de juiste leeftijd en vaak herhaald omdat hun werkingsduur beperkt is. Soms wordt aan het vaccin een bewaarmiddel toegevoegd. (2)
De zin van vaccinaties
Vandaag worden epidemieën voorkomen met vaccinatieprogramma's, wereldwijd gecoördineerd door de WGO, en zo zouden jaarlijks twee tot drie miljoen mensen aan de dood ingevolge besmettelijke ziekten ontsnappen. Met vaccinaties werden al heel wat plagen uit de wereld geholpen.
In Vlaanderen is vaccinatie tegen polio verplicht (behalve dan voor zwakke kinderen); in Nederland zijn er enkel aanbevelingen (door 95 pct. van de bevolking opgevolgd).
Statistisch voordeel maar geen absolute veiligheid
Er zou aangetoond zijn dat het altijd beter is om voor de aanbevolen ziekten te laten vaccineren, maar dat betekent niet dat vaccins absoluut veilig zijn: een kind kan sterven ingevolge de toediening van een vaccin en dat is des te pijnlijker als het een ziekte betreft die zo goed als uitgeroeid is, zoals bijvoorbeeld difterie, waarvan wereldwijd nog amper 5000 gevallen te tellen zijn in de USA bijvoorbeeld werden van deze ziekte tussen 2004 en 2008 helemaal geen gevallen meer gerapporteerd. (3) In België werden in 2011 nog 103 gevallen van kinkhoest en 85 gevallen van mazelen vastgesteld.
Harde kritiek door dr. Humphries
Maar er is nog kritiek, zoals die bijvoorbeeld wordt verwoord door dr. Suzanne Humphries, samengevat in een interview daterend van september 2014 voor een Zweedse televisiezender (*) .
De interniste en nierspecialiste, dr. Suzanne Humphries, verklaart in dat interview dat er verschillende problemen opduiken bij vaccinatie. Om te beginnen verschilt de toediening van ziektekiemen bij vaccinatie grondig van de natuurlijke besmetting: door de kiemen met een naald in te spuiten, wordt het zenuwstelsel veel directer aangevallen dan bijvoorbeeld via inademing van besmette lucht. Verder bevat het vaccin naast de verzwakte kiem ook nog een aantal chemische stoffen. En op de vraag of vaccins ook echt werken, antwoordt zij dat sommige vaccins er wel in slagen om een epidemie te onderdrukken maar dat geen enkel vaccin de volksgezondheid kan verbeteren omdat geen vaccin in staat is om de gezondheid van een individu te verbeteren. Een vaccin bevat immers niets dat ons lichaam echt nodig heeft, en wij hebben zeker geen aluminium, kwik of bewaarmiddelen nodig die in de vaccins verwerkt zitten.
Hebben vaccins ervoor gezorgd dat heel wat ziekten verdwenen zijn? Dat zou geval per geval moeten bekeken worden en zo bijvoorbeeld heeft dr. Humphries de geschiedenis van de pokken onderzocht. In het Engelse Lester bleef het aantal sterfgevallen ingevolge pokken hoog ondanks het feit dat daar duchtig gevaccineerd werd. Ondanks alle waarschuwingen voor rampscenario's, besloot deze stad ooit om te stoppen met vaccineren en tegen alle verwachtingen in, waren er plots minder zieken en ook minder sterfgevallen.
Tussen haakjes werd slechts 5 tot 10 percent van de wereldbevolking ooit ingeënt tegen de pokken en verder is het ook zo dat de pokken niet zijn uitgeroeid. Bovendien is te zien op grafieken dat het aantal sterfgevallen mettertijd inderdaad almaar afnam, maar bekijkt men het hele plaatje, dan kan men zien dat vanaf het ogenblik dat men is gaan vaccineren, die afname is vertraagd!
Om aan de weet te komen of vaccins werken, zouden wij voor elk vaccin een vergelijking moeten maken tussen een wel en een niet gevaccineerd deel van de bevolking, zegt dr. Humphries, maar omdat nu eenmaal iederéén gevaccineerd wordt, kunnen wij dat niet. We kunnen wel een vergelijking maken tussen gevaccineerden en mensen die zich bewust niet hebben willen laten vaccineren en daar merkt men dat er nauwelijks een verschil is. En dan rest uiteraard de vraag of het vaccin veilig is, want dat is niet bewezen, integendeel: er zijn redenen om aan te nemen dat de toegevoegde stoffen in vaccins schadelijk zijn voor het immuunsysteem en voor het zenuwstelsel.
Het stemt dan ook tot nadenken dat vaccins steeds vroeger worden toegediend aan baby's en dat er ook steeds meer worden toegediend. Verontrustend is bovendien dat de autoriteiten geen kritiek dulden op het vaccinatiebeleid en dat zij vaccinatie in alle gevallen blijven aanprijzen. De mensen zouden alle klokken moeten laten luiden om dan zélf verantwoorde beslissingen te kunnen nemen. In plaats daarvan ziet men de overheid overreden in plaats van informeren, onder meer door de mensen bang te maken en door hun foute informatie te geven of door informatie achter te houden, zoals dat bij uitstek het geval is inzake de griepvaccins waarvan wetenschappelijk vaststaat dat ze niet werken.
De mensen worden niet geïnformeerd over de risico's van vaccinatie. Dat terwijl er genoeg alternatieven zijn (zoals hygiënische maatregelen en vitaminekuren) om epidemieën te lijf te gaan en om onze afweer te versterken. De wantoestanden zijn een gevolg van een bijna religieus geloof in vaccinatie en het is de (nochtans gezonde) twijfel die medici angstig maakt.
Dr. Humphries zou zichzelf nooit laten vaccineren, ook niet als ze naar het buitenland ging, omdat zij vindt dat hygiënische maatregelen en het op peil houden van het immuunsysteem een veel betere keuze is. Hetzelfde geldt voor mensen in ontwikkelingslanden: zij hebben niet zozeer vaccins nodig maar wel gezonde voeding en zuiver drinkwater.
Een ethisch dilemma
Ons inziens immers dient zich op dit punt omzeggens achter de coulissen bovendien nog een bijzonder ethisch dilemma aan dat te maken heeft met het onderscheid tussen zelfbehoud en soortbehoud en met de onverenigbaarheid van die twee. Wat aantoonbaar goed is voor de volksgezondheid is immers niet altijd goed voor elk individu afzonderlijk. Het is met andere woorden helemaal onjuist om te geloven dat maatregelen die de volksgezondheid ten goede komen, automatisch beter zijn voor iedereen. Het is zelfs zo dat bepaalde maatregelen die de volksgezondheid ten goede konden komen, in strijd blijken met de mensenrechten of zelfs konden bestempeld worden als moorddadig.
Een duidelijk voorbeeld hiervan blijkt uit de aanklacht van Adolf Hitler dat het niet spoort om jonge en gezonde mensen te laten sneuvelen aan het front om de oude, zwakke en zieke thuisblijvers in leven te houden: het aandeel van de ouderen, de zieken, de gehandicapten en de kinderen vormt inderdaad een 'belasting' voor een volk, maar dit gegeven kan uiteraard de uitroeiing van deze bevolkingsgroepen nooit rechtvaardigen, alleen al omdat iederéén ooit kind was en oud en ziek kan worden.
Het zijn bovendien de ziekten die dienen uitgeroeid te worden en niet de zieken: zij moeten niet worden gedood maar genezen, ook al lijkt er in functie van het soortbehoud of van de volksgezondheid helemaal geen onderscheid te maken tussen genezing en dood omdat in de beide gevallen de ziekte verdwijnt!
Het door elkaar haspelen van de twee genoemde perspectieven of het voorrang geven aan het soortbehoud ten koste van het individu, zou een bijzonder kwalijke vergissing zijn: de menselijke persoon is belangrijker dan de soort, ook al is het zo dat de persoon niet kan bestaan zonder de soort. Om exact dezelfde reden is het weliswaar zo dat een mens niet zonder voedsel kan, terwijl hij toch belangrijker is dan het voedsel dat hij tot zich moet nemen om in leven te kunnen blijven. Inzake vaccinatie is het alvast zo dat zelfs een gebeurlijke verbetering van de soort, de individuele risico's nooit kan goedpraten. Om dezelfde reden kan het zogenaamde overbevolkingsprobleem de gedwongen infertilisatieprogramma's nooit rechtvaardigen. (°)
(J.B., 15 december 2014)
Verwijzingen:
(1) In Europa 250.000, in Amerika 50.000, in Rusland 367.890, in Spanje 120.000, in Japan 60.000, in Egypte 58.000.
(2) Het betreft de stof thiomersal, die bestaat uit het giftige ethylkwik en thiosalicylaat.
(3) In 1921 telde men in de USA nog 206.000 gevallen van difterie met 15.520 doden.
Op 5 december 2014 verschijnt in de media het bericht dat de treinramp van 4 mei 2013 te Wetteren zou te wijten zijn aan een combinatie van een viertal factoren waaronder dan vooral het negeren van een sein voor snelheidsbeperking door de machinist. Deze mededeling van 5 december vindt men hier:
Maar kan men zich hierbij opnieuw geen ernstige vragen stellen over de geloofwaardigheid van dit bericht, in acht genomen het feit dat zich amper vier maanden later de milieuramp net niet herhaalde toen op exact dezelfde plek een trein met gelijkaardige chemische lading vuur vatte waarna de machinist zijn leven riskeerde door eigenhandig het bluswerk te verrichten? Temeer daar in de uitleg van 5 december over de herhaling van het voorval in september 2013, met geen woord meer wordt gerept!
Zo zien ze er nu uit, de aardappelen (geoogst in 2014) op enkele kilometer vandaan van de plek van de giframp van 4 mei 2013 in Wetteren. De bevolking krijgt nog steeds helemaal geen informatie, het is een complete doofpotoperatie met alles erop en eraan. Dit volgens de aloude regel dat alles wat wordt doodgezwegen, ook nooit lijkt te hebben bestaan. Zie ook: http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=2225863
Matthias Storme over positieve discriminatie, deugden, tradities en medemenselijkheid
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(11°) Matthias Storme over positieve discriminatie, deugden, tradities en medemenselijkheid
Storme vindt positieve discriminatie niet kunnen omdat ook dat discriminatie zou zijn en hij hekelt een politiek van Wiedergutmachung zoals de bevoordeling van zwarten in de VS omdat ze absurd zou zijn en die absurditeit zou zijn inziens blijken waar men het nu eens over vrouwen had in plaats van over zwarten: het positief discrimineren van alle afstammelingen van vrouwen ware immers absurd.
Storme's voorbeeld getuigt echter van kwade wil omdat, zoals elkeen weet, de Wiedergutmachung niet de afstammelingen van de zwarten betreft doch de zwarten zelf dat zwarten van zwarten afstammen is immers een gegeven dat hier niet in het spel kan zijn omdat het helemaal geen informatie toevoegt aan de kwestie.
Verder kan positieve discriminatie een bijzonder helende werking hebben op slachtoffers die doelgroepen zijn van misdadigers met bijvoorbeeld politieke motieven omdat men zich daar als groepslid geviseerd kan weten. Gelukkig biedt het hedendaagse recht meer aandacht aan de onzichtbare doch reële aspecten van de misdaad en van het slachtofferschap in plaats van zich blind te staren op een beoordelingsmodel dat gebaseerd is op een overigens achterhaald wereldbeeld waarin materieel-energetische substraten als enige relevante werkelijkheid worden beschouwd.
Andersom suggereert Storme dat de zwakkeren meer nood hebben aan medemenselijkheid dan aan koele rationele en objectieve non-discriminatie, maar het is een bijzonder goede zaak dat dit standpunt inmiddels allang achterhaald is: vrouwenrechten hebben niets met gevoelens te maken maar des te meer met financiële onafhankelijkheid welke bij uitstek voor slachtoffers van agressie binnen het huwelijk vaak een levensreddende uitkomst creëert; homo's hebben geen boodschap aan abstracte tolerantie zolang zij niet dezelfde rechten genieten als heterokoppels en allochtonen tolereren betekent niet hen dankbaar zijn voor onderbetaald slavenwerk maar hun hetzelfde loon uitkeren als ieder ander. Zijn Storme of de prins die hij kennelijk bewondert voor zijn wijsheid, op het einde van de maand dan tevreden met een dankwoordje voor hun werk of eisen zij met het geweld van de wet en tot de laatste centiem hun wedde of toelage op in klinkende munt? En het gaat hier helemaal niet om de weigering tot het aanvaarden van de menselijke beperkingen of om de arrogantie van een zich god wanende mens: het gaat hier om een verstandig en doeltreffend verzet tegen geïnstitutionaliseerd onrecht dat traditie heet, en dit louter ter verbetering van ons aller lot.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 10.11.2014)
Verwijzingen:
(°) Deze bedenkingen beperken zich tot een enkele paragraaf van de tekst die men hier kan terugvinden: https://www.law.kuleuven.be/personal/mstorme/vrijheidsprijs.pdf .
Matthias Storme over motieven en gedragingen
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(10°) Matthias Storme over motieven en gedragingen
Als het motief van een misdadiger discriminerend is, wordt hij strenger gestraft en dat vindt Storme niet kunnen. Alsof (misdadig) gedrag los van de motieven kon gezien worden! Want waarom anders maakt de wetgever onderscheid tussen opzettelijke en onopzettelijke doodslag? Waarom anders onderscheidt men schuldig verzuim? Passionele moord? Onweerstaanbare dwang? Chantage? Samenzwering en handelen met voorbedachte rade?
Het maakt overigens wel degelijk een heel verschil wanneer iemand kwaad wordt aangedaan omdat hij bijvoorbeeld homo is of jood, om de eenvoudige reden dat zijn slachtofferschap in dat geval geen toeval is: het slachtoffer zal zich terecht blijvend belaagd weten en de bedreiging als zodanig kan zijn vrijheid en zijn levenskwaliteit aanzienlijk en blijvend aantasten, ook al wordt de dader in kwestie in de gevangenis opgesloten. Wie dit absurd noemt, getuigt van een schromelijk tekort aan empathie of inlevingsvermogen en is in feite ongeschikt om zich in te laten met kwesties die te maken hebben met gedrag, met misdaad, of met leven en dood in het algemeen.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 10.11.2014)
Verwijzingen:
(°) Deze bedenkingen beperken zich tot een enkele paragraaf van de tekst die men hier kan terugvinden: https://www.law.kuleuven.be/personal/mstorme/vrijheidsprijs.pdf .
Matthias Storme en de pijp van Magritte
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(9°) Matthias Storme en de pijp van Magritte
Dat Matthias Storme niet steeds leesbare zinnen in Algemeen Nederlands schrijft, is een eigenschap welke hij behalve met het wetboek zelf ook deelt met tal van prominenten, van koningen en premiers tot allochtone arbeiders, al moet meteen worden opgemerkt dat de eisen die inzake talenkennis aan deze laatsten worden gesteld wanneer zij in onze hoofdstad een job ambiëren, niet van de geringste zijn: voor de tegemoetkoming aan europarlementariërs blijkt een quasi ontelbaar leger van tolken te worden voorzien maar quod licet Iovis, non licet bovis. Dat er zijn die meer verstand hebben van kunst dat Storme, vertelt hij ons door de historie van de moordenaar die van zichzelf zegt geen moordernaar te zijn, in verband te brengen met de tekst Ceci n'est pas une pipe op een doek in Magritte's serie La trahision des images: het beeld bedriegt uiteraard het oog dat een pijp gelooft te zien waar slechts een met verf beschilderd doek aanwezig is en het gaat hier dus allerminst om een uitspraak waarvan de inhoud niet met de werkelijkheid zou stroken zoals dat wel het geval is met de massamoordenaar die ontkent een moordenaar te zijn, maar misschien beschouwt Storme het werk van onze beroemdste Belgische kunstschilder wel als Entartete Kunst.
Schoenmaker blijf bij uw leest zo zou men het eertijds hebben gezegd maar in tijden van algemene corruptie en vriendjespolitiek is the right man in the right place veeleer de uitzondering dan de regel: naast een Europese commissievoorzitter die als Luxemburgs premier onmiddellijk betrokken was bij het zopas uitgelekte gigantische belastingsschandaal, hebben we nu ook nog een mensenrechtenbeschimper als bestuurder van het gelijke kansencentrum.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 10.11.2014)
Verwijzingen:
(°) Deze bedenkingen beperken zich tot een enkele paragraaf van de tekst die men hier kan terugvinden: https://www.law.kuleuven.be/personal/mstorme/vrijheidsprijs.pdf .
07-11-2014
Matthias Storme perverteert de Kantiaanse ethiek
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(8°) Matthias Storme perverteert de Kantiaanse ethiek
Met een verwijzing naar de werkers van het elfde uur, zegt Storme dat de eis op gelijke behandeling wordt ingegeven door afgunst en op het ook door Kant geciteerde vers 7:11 van Mattheüs ("Alle dingen dan, die gij wilt, dat u de mensen zouden doen, doet gij hun ook alzo") antwoordt hij dat hij aan allen de vrijheid wil geven om te discrimineren en dat hij in ruil verwacht diezelfde discriminatievrijheid te ontvangen.
Wat betreft de werkers van het elfde uur is echter geen sprake van onterechte discriminatie omdat zij verantwoord wordt, met name met het argument dat elk ontvangt wat hem beloofd werd terwijl de toeslag voor de laatkomers een privégift van de werkgever betreft.
Maar wat betreft het tweede citaat doet zich een ongerijmdheid voor. Immers, het voorstel waarbij Storme de vrijheid om te discrimineren opeist terwijl hij die ook aan elk ander wil schenken, berust op het principe van de non-discriminatie ( men verwacht van de ander wat men zelf bereid is voor hem te doen, of: voor wat hoort wat). Als nu dit gerechtvaardigde voorstel inhoudt dat men zich niet langer hoeft te rechtvaardigen (in casu voor discriminatie), dan zaagt men de tak af waarop men zit. Hier is dus sprake van een intern contradictorische redenering of van een inconsistent betoog. Wij kunnen met andere woorden zinvol afspreken om elkaar te helpen (in casu: de afspraak om elkaar niet te discrimineren), maar zouden wij afspreken om elkaar níet te helpen (in casu: de afspraak om elkaar te discrimineren), dan begingen wij een absurditeit omdat een afspraak een inhoud vereist welke hier uiteraard ontbreekt.
Matthias Storme citeert von Savigny maar hij verstaat hem kennelijk niet
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(7°) Matthias Storme citeert von Savigny maar hij verstaat hem kennelijk niet
Volgens Storme hoeft de heersende moraliteit niet met wetten (en dus met geweld) te worden opgelegd. Maar die uitdrukking is wel bijzonder misleidend, opnieuw omdat, zoals reeds hoger aangestipt, de wet pas echt noodzakelijk wordt waar zij ons moet bevrijden van de druk van de heersende moraal zodat zij de vrijheid garandeert van wie door het gangbare fatsoen in hun rechten worden belaagd.
En dat is precies de creatie van een juridische ruimte van vrijheid waarover de door Storme geciteerde Friedrich Carl von Savigny het heeft en die bijvoorbeeld de wettelijke instelling van het homohuwelijk rechtvaardigt en zelfs noodzakelijk maakt.
Immers, in tegenstelling tot heterokoppels konden homokoppels aan wie hier tot voor kort op grond van een fatsoensoordeel het huwelijk ontzegd werd, van elkaar niet erven. Andermaal: om die fundamentele ongelijkheid weg te kunnen werken welke volgt uit een ongegrond doch (vooral door het katholicisme) algemeen verspreid fatsoensoordeel, blijkt een wet nodig om de discriminerende sociale druk te ontkrachten.
Matthias Storme ziet het belang van de mensenrechten niet
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'.
(6°) Matthias Storme ziet het belang van de mensenrechten niet
Echt griezelig wordt de tekst van Storme waar hij de verdedigers van het moderne westerse recht beschuldigt van fundamentalisme en meer bepaald van "mensenrechtenfundamentalisme" en waar hij verklaart hen niet beter te achten dan de wahhabieten die de sharia voorstaan. Nu moet men weten dat mensenrechten rechten zijn die tot stand komen in democratieën waar de scheiding der machten de regel is, wat wil zeggen dat zij onverminderd gelden voor wetgevers en uitvoerders van de wet. Mensenrechten beschermen tegen de eventuele willekeur van machthebbers in totalitaire staten, mede doordat zij een internationaal karakter hebben, waardoor zij onvermijdelijk iedereen en dus ook elke machthebber aan zich onderwerpen. Ze zijn echter niet fundamentalistisch omdat zij ontspringen aan en ten dienste staan van het volk zelf, en wel op zo'n manier dat principieel elk individu dat zich in deze rechten geschonden weet, waar ook ter wereld, aan de vertegenwoordiging van dit rechtssysteem kan vragen om de overtreder van het betreffende mensenrecht ter verantwoording te roepen. Waar daarentegen de sharia heerst, is geen sprake van scheiding der machten en wordt het recht helemaal niet bepaald door het volk terwijl het daar gaat om een theocratie: de wetgever, de uitvoerder en de rechter zijn er één en dezelfde dictatoriale instantie met absolute macht over het totaal onderworpen volk.
Het verbod op machtsmisbruik als essentieel principe van de mensenrechten is inderdaad even absoluut als het verbod op macht dat de sharia oplegt, maar verder dan dat reikt de overeenkomst tussen die twee systemen uiteraard niet en wie het anders voorstelt, is ofwel blind ofwel van kwade wil.
Matthias Storme en de valstrik van de dubbele negatie
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(5°) Matthias Storme en de valstrik van de dubbele negatie
Zoals reeds hoger gezegd, komt Storme's betoog neer op de simplistische klacht dat intoleranten geen tolerantie genieten en hij verdedigt die perverse logica waar hij zich het recht toe-eigent om wie overeenkomstig de wet het woord homofobie gebruiken, fobomaan te noemen of dus geestesziek, en om homohaat te beschouwen als een uiting van gezond verstand. Storme vindt derhalve dat er niets mis is met het propageren van misdaden (handelingen die indruisen tegen de wet).
Het is correct dat intolerantie jegens homo's niet getolereerd wordt, maar het moet tegelijk worden opgemerkt dat het object van die intolerantie geen personen zijn doch handelingen, terwijl de door de wet gevergde tolerantie wel degelijk personen betreft. De antidiscriminatiewet beknot met andere woorden allerminst personen maar zij verbiedt daarentegen misdaden tegen personen. Wie geloven in de verdedigbaarheid van het recht om misdaden te plegen tegen personen, propageren niets anders dan het recht van de sterkste en dat is de wetteloosheid.
Om het extreem te stellen: de wet mag noch kan iemand verbieden te geloven dat moord een goed is, maar zij kan (en moet wel) moord en het uitroepen van moord tot een goed verbieden om het recht op leven en op vrijheid te kunnen beschermen. Zo ook mag noch kan de wet de haat jegens homo's, joden, zwaarlijvigen, filmsterren of wie dan ook controleren maar zij dient elke uiting daarvan in woord en daad te beteugelen teneinde wetteloosheid te kunnen voorkomen en ieders vrijheid te kunnen garanderen.
Hoe Matthias Storme de feiten verdraait - een eerste voorbeeld
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'
(4°) Hoe Matthias Storme de feiten verdraait - een eerste voorbeeld
Het sanctioneren van beledigende uitspraken die de goede naam van individuen schenden is oké, schrijft Storme, maar hij noemt het nonsens om de belediging van groepen strafbaar te stellen omdat zij aldus allerlei voorrechten zouden verwerven. We kunnen ons dus voorstellen hoe Storme de gemeenschap van de zwarten benijdt voor de politiebescherming die zij intussen bij haar optochten geniet terwijl de flamingantengroep waarvan hijzelf lid is, het naar zijn eigen zeggen moet stellen met verdachtmakingen.
Maar Storme speelt hier uiteraard vals: hij verdonkeremaant het fundamenteel verschil tussen, enerzijds, het opeisen van gelijke rechten door zwarten (zoals bijvoorbeeld het recht om zoals ieder ander met het openbaar vervoer te mogen reizen) en, anderzijds, het opeisen van voorrechten (zoals bijvoorbeeld het vermeende recht op voorrang op buitenlanders) door nationalisten, en wel onder de duidelijke slogan "eigen volk eerst". In het eerste geval worden gelijke rechten nagestreefd, in het laatste geval voorrechten. De zaken voorstellen alsof het er net andersom aan toegaat, getuigt niet bepaald van intellectuele eerlijkheid, om niet te zeggen dat hier een bedrieger en een opruier aan het werk is.
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'.
(3°) Matthias Storme, held van de achteruitgang (°)
Waar de Westerse samenleving wetten in het leven heeft geroepen om te proberen vermijden dat mensen onterecht worden gediscrimineerd (bijvoorbeeld omdat zij behoren tot een minderheid), komt Storme (in twee woorden) met het (weliswaar verkapte) verhaal dat de antidiscriminatiewetten alsnog mensen discrimineren, namelijk diegenen die zich aan die wetten niet wensen te onderwerpen.
De geschiedenis zelf leert ons dat een dergelijke rigide logica, zoals ook de oorlogslogica, eigen wegen heeft en resulteert uit een tekort aan het menselijke dat het louter rationele ver te boven gaat. Wanneer Adolf Hitler in zijn redevoeringen uitschreeuwde dat het hem tegen de borst stoot dat jonge en gezonde mensen aan het front moeten gaan sneuvelen om de ouderlingen en de zwakkeren thuis in leven te houden, bleek de menigte zich te laten overtuigen tot de noodzaak van een euthanasieprogramma, terwijl slechts een minderheid aan deze logica aanstoot nam. Maar die dappere en tot strijd bereide minderheid heeft geschiedenis geschreven met de verdediging van de rechten van onder meer negers, allochtonen, vrouwen, kinderen, arbeiders en homo's, terwijl de terugblik op de dorre ellende van uitroeiingskampen, slavernij en nog ander kwaad het deel is van de onnadenkende menigte de menigte waartoe nadát het kwaad geschied is, niemand zich nog wil bekennen...
Het verwerven van vrijheden is niet zoals Storme het graag wil hebben, het resultaat van een strijd welke zich in de toekomst kon herhalen en waarbij verworven vrijheden weer konden verdwijnen: het opeisen van gelijke rechten voor elkeen is vooreerst een zaak van de Waarheid waarbij menigeen bereid blijkt om te strijden omdat de dood verkieslijker is dan de uitzichtloosheid van een leven in de leugen. Wat men eenmaal weet, kan niet ongedaan worden gemaakt en om die simpele reden is wie de mensenrechten terug wil schroeven een even grote kwast als wie de zon weer rond de aarde wil zien draaien.
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'.
(2°) Matthias Storme's simplistische begrip van moraal
In zijn tekst De fundamenteelste vrijheid (1), beweert Matthias Storme dat in een vrije democratie, recht en ethiek, moraal of fatsoen moeten worden onderscheiden en dat de reden waarom het door een meerderheid als onfatsoenlijk beschouwde alsnog kan worden getolereerd, ligt in het beginsel van het voordeel van de twijfel (in dubiis libertas).
Het lijkt echter niet bij hem op te komen dat fatsoen ( fashion, façon, face, imago, mode...) te maken heeft met schaamte of dus met openbaarheid en met recht(spraak) terwijl daarentegen het geweten een innerlijkheid is welke te maken heeft met schuld(beleving) en met gerechtigheid of geloof ( en vandaar ook met moraal). De (moderne) rechtspraak immers vereist de openbaarheid zoals ook het beginsel van de experimentele methode de positieve wetenschappen fundeert en schaamte ontstaat met het openbaar worden van schuld (handelingen strijdig met de wet), waardoor de 'valsspeler' ontmaskerd wordt, terwijl het schuldbewustzijn niet door een volkstribunaal wordt gewekt maar door het (eigen) geweten dat gebeurlijk gehoorzaamt aan goddelijke wetten of alvast aan wetten die strijden met de maatschappelijke een probleem dat uitsluitend in een regio waar bijvoorbeeld de sharia heerst (en dan nog enkel met alleen maar vrijwillig gehoorzamende burgers) denkbeeldig ware. En het blijft dan nog de (wellicht voor immer onbeslisbare) vraag of het geweten moet worden beschouwd als de resultante van een interiorisering van de (bijvoorbeeld door democratische stemming verkregen) wetten ofwel als een door god aan de mens meegegeven innerlijkheid met andere woorden de vraag naar het al dan niet objectief en absoluut karakter van goed en kwaad. Het moet overigens gezegd dat zij die zich aansluiten bij dit laatste, zich tevens door eigen toedoen aan een (ingebeeld?) totalitaristisch universum onderwerpen. Met andere woorden blijken wij niet te kunnen ontsnappen aan het dilemma tussen een wereldlijk en een bovenaards totalitarisme.
De vraag naar het bestaan van god is onbeslisbaar en omdat het antwoord op die vraag afhangt van een individuele overtuiging of voorkeur, heeft zij pas maatschappelijk zin waar zij naar de privésfeer wordt verwezen: elkeen is vrij om ongeacht welke overtuiging te hebben, als hij die maar binnen de perken van de wet beleeft.
Volgens Storme is het helemaal niet intolerant om wettelijk toegestaan gedrag te laken, maar dan rijst uiteraard de vraag naar de waarde van de argumenten tegen dat gedrag, die immers noodzakelijkerwijze betrekking zullen hebben op gebieden buiten dat van het recht, wat wil zeggen dat die argumenten enkel nog kunnen slaan op persoonlijke voorkeuren en/of overtuigingen. En betekent het moderne tolerantiebegrip nu niet precies het eerbiedigen van elkaars voorkeuren op grond van het inzicht dat wij allen verschillend maar tevens gelijkwaardig zijn? Want waartoe kon de afkeuring (op grond van de eigen preferenties) van andermans gedrag anders leiden dan tot het verbieden ervan of dus tot de onderwerping van andermans preferenties aan degene die men zelf voorstaat? En welke goede reden bestaat er om toe te laten dat mensen hun persoonlijke voorkeuren opleggen aan anderen? Waarom zou men dulden dat mensen onderworpen worden aan andermans smaken of inzichten als men dan toch de vrijheid voorstaat en het beginsel van de gelijkwaardigheid van alle individuen? Een dergelijke 'tolerantie' diende tot absoluut niets behalve dan tot de bevestiging van elk zijn gelijk maatschappelijk gezien een absurditeit.
Waar de vrijheid van gedrag mag beperkt worden, bijvoorbeeld omdat een gedrag onfatsoenlijk wordt geacht, geldt dat veel minder voor de vrijheid van bijvoorbeeld onfatsoenlijke meningsuitingen, zo vindt Storme, en nog minder voor de vrijheid van (onfatsoenlijke zo verplicht ons een consequent redeneren hier aan toe te voegen) gedachten. En Storme gooit hier een en ander door elkaar.
Dat de handelingsvrijheid door de wet beperkt wordt, heeft immers niets te maken met fatsoen de wetten komen er daarentegen ondanks het fatsoen (van dat ogenblik) precies om er voor te zorgen dat de zwakkeren en de minderheden geen onrecht moeten lijden: waar het als onfatsoenlijk wordt ervaren dat een neger met het openbaar vervoer reist, is een wet nodig die garandeert dat hij dit recht behoudt in weerwil van bepaalde irrationele overtuigingen welke hem onder druk konden zetten. De wetten komen er het fatsoen ten spijt en meer nog: zij zijn quasi overbodig waar zij zaken gebieden die algemeen worden ervaren als fatsoenlijk of als vanzelfsprekend! En wat betreft de vrijheid van (onfatsoenlijk geachte) gedachten, waarbij Storme speelt met een wanhoopskreet van de joden, kan worden opgemerkt dat in Die Gedanken sind frei bezwaarlijk onfatsoenlijke gedachten kunnen worden bedoeld, terwijl men zich met enige empathie ook wel kon indenken dat dit inderdaad een uiting is geweest van diepe wanhoop omdat van denken bezwaarlijk nog sprake kan zijn waar men van ellende omkomt laat staan van het vrije denken. Gewis slechts weinige illustraties spreken de regel tegen uit Die Dreigroschenoper van Bertolt Brecht, Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral, wetende dat reeds Stanley Milgram onomstotelijk aantoonde dat zowat vijfentachtig percent van de burgers helemaal geen geweten blijkt te hebben en wel meer bepaald onder invloed van de gevoeligheid aan een autoriteit een gegeven dat het geloof op zich in een godheid, in een alles behalve opbeurend daglicht stelt, aangezien het geloof de navolging van ongeacht welk goddelijk gebod betreft, wat wij heden helaas dagelijks bewezen zien in de afschuwelijkste vormen van religieus extremisme. Precies omdat het persoonlijke geweten of de individuele motieven irrelevant zijn inzake rechtspraak, moet de rechter oordelen op grond van handelingen en het al dan niet in overeenstemming zijn daarvan met de wet. En meningsuitingen zijn handelingen, zij bevinden zich in onze wereld precies zoals messen en vorken dat doen: iemand heeft ze gemaakt met een welbepaald doel. Bij uitstek in het geval van het gebod of het bevel, geldt dat woorden of uitspraken gelijkwaardig zijn aan handelingen en deze zelfs nog kunnen overtreffen in daadkracht. Hun vrijheid kan dus evenals de vrijheid van alle andere handelingen op een te verantwoorden manier aan regels worden onderworpen.
Waarom discriminatie uit den boze is. Enkele bedenkingen bij Matthias Storme's 'fundamenteelste vrijheid'.
(1°) Matthias Storme's luguber tolerantiebegrip
In zijn tekst, getiteld De fundamenteelste vrijheid: de vrijheid om te discrimineren (1) bedoelt Storme de discriminatievrijheid. Hij zegt ervan uit te gaan dat onze (Westerse) vrijheden door strijd verworven zaken zijn welke derhalve ook altijd door strijd kunnen worden teniet gedaan. En zijns inziens is het vooral het totalitarisme dat onze vrijheden bedreigt. Het totalitarisme is altijd simpel, zo schrijft hij: goed en kwaad zijn er strikt onderscheiden, er is geen moraal meer mogelijk naast het recht, het hoogste goed wordt door de overheid opgelegd en het kwaad moet bestreden worden, niet getolereerd. Maar als het totalitarisme simpel is, dan kan het tegendeel ervan dat niet zijn, zo vervolgt Storme: democratie, recht en tolerantie zijn geen vaste begrippen maar zij moeten ruimte laten voor een zekere (te institutionaliseren) twijfel, voor debat en pluralisme teneinde niet in hun tegendeel te verkeren want bijvoorbeeld verabsoluteerde tolerantie is intolerantie. Storme spreekt van 'perverse tolerantie' waar men iemand verbiedt om wat hij moet tolereren een kwaad te vinden.
Kennelijk ontgaat het de auteur van De fundamenteelste vrijheid dat een oneigenlijk gebruik van de middeleeuwse stelling welke hij beschouwt als een sleutel tot begrip van het wezen van de tolerantie, namelijk "dat een kwaad wordt getolereerd omdat het bestrijden ervan een groter kwaad is dan het verdragen ervan" hooguit een beter begrip van zijn eigen onbegrip kan opleveren. Elke aandachtige lezer zal immers onmiddellijk opmerken dat wie die stelling aanwendt zoals Storme dat doet, er volstrekt illegitiem van uitgaat dat tolerantie a priori een kwaad tot lijdend voorwerp heeft. En oordeel nu zelf: maakt het bestaan van tolerantie voor negers, andersdenkenden of medemensen zonder meer, deze medemensen of onze medemensen zonder meer tot een kwaad? Pas waar het egoïsme als een vanzelfsprekendheid kon gelden, kon ook worden gezegd dat de ander een (te tolereren) kwaad was, maar dit solipsisme maakte dan ook elke aanspraak op moraal of op recht ongeldig.
Wie Reimond van Peñaforte's hoger geciteerde tolerantiestelling aanwendt zoals Storme dat doet, gaat er wezenlijk van uit dat de ander een kwaad is, en is dat behalve een kaduke toch ook niet een wat lugubere invalshoek: dat men de ander verdraagt omdat men hem niet verslaan kan terwijl het een groter kwaad is om het onderspit te moeten delven?
Het paard van Troje, de doos van Pandora, de verrijzenis van Hitler
Het paard van Troje, de doos van Pandora, de verrijzenis van Hitler
In Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog beschrijft dr. L. de Jong hoe Verdinaso-oprichter Joris Van Severen, Hitler nog veel te zachtzinnig vond jegens de joden. (1) Begrijpe wie kan, maar aan deze fascist worden vandaag weer colloquia gewijd waaraan kamerleden van N-VA en CD&V zoals Koenraad Degroote en Ward Kennes deelnemen die daar hun dorst lessen op kosten van de belastingbetaler. (2) Onlangs nog bleken leden van de N-VA het verjaardagsfeestje van VMO-stichter Bob Maes te hebben bijgewoond. De extreemrechtse Vlaamse Militanten Orde (/Organisatie) (1950-1983) pleegde geweld tegen gastarbeiders, Walen en links-progressieven en zij sympathiseerden met figuren zoals VNV-leider en collaborateur Staf de Clercq van wie zij het lijk opgroeven om het in Vlaanderen te herbegraven.
Het Vlaams Nationaal Verbond was een rechts-radicale en fascistische groep van collaborateurs: vanaf 1937 kreeg het VNV van Hitler een toelage van aanvankelijk (omgerekend) 5.000 euro die in 1939 opliep tot 15.000 euro. Het VNV deed echter alsof het met Duitsland niets te maken had maar van zodra Duitsland België binnenviel, kwam de aap uit de mouw: Staf de Clercq bood aan Hitler zijn diensten aan en zijn VNV nam deel aan de jodenvervolging en leverde manschappen voor de Waffen-SS. (4) Toen in 1942 een eerste convooi joden uit Mechelen naar Auschwitz werd gebracht, schreef de VNV-krant Volk en Staat over haar opluchtingingevolge deze zuiveringsmaatregelen. (5) Met de medewerking van verschillende predikende pastoors werden soldaten naar het beruchte Oostfront gelokt (een strijd aan de zijde van Hitler, tegen de Russen) waar zij merendeels ook sneuvelden. (6)
Terwijl na het neerschieten van allochtonen in Antwerpen door Hans Van Themse zelfs het Vlaams Belang zich op haar partijcongres in 2006 distantieerde van neonazi's, skin-heads en extreem-rechts, blijkt vandaag de N-VA het beruchte extremisme openlijk te kunnen steunen en toejuichen. (7) Als voorlopige klap op de vuurpijl werd zopas N-VA-lid Matthias Storme benoemd tot bestuurder van het Interfederaal Gelijkekansencentrum: de man noemt discriminatie een fundamentele vrijheid! (8)
(Jan Bauwens, 25 oktober 2014)
Verwijzingen:
(1) Zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Joris_van_Severen , in de voetnoten: "Dr. L. de Jong "Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog", deel 1, hoofdstuk 10 "Het rechts-autoritair protest", "Katholiek fascisme", blz. 240: "Hitler was volgens Van Severen nog te zachtzinnig: veel te langzaam joeg hij de Joden Duitsland uit (...)"
(3) De extreemrechtse Vlaamse Militanten Orde (/Organisatie) werd gesticht in 1950, heropgericht als Vlaamse Militanten Organisatie in 1967 om vervolgens weer Vlaamse Militanten Orde te heten tot 1983.
Als gezegd wordt dat het in een maatschappij slechter begint te gaan, dan zoekt men naar een zondebok die van al het kwaad de schuld krijgt en die daarvoor moet boeten. Dat is alvast de heersende opvatting vandaag, een vanzelfsprekendheid intussen waarbij kennelijk niemand nog stilstaat.
Maar op zijn zachtst gezegd is die opvatting wel bijzonder ongenuanceerd, want wat is het geval in een maatschappij die achteruit boert, zoals men dat vandaag over de onze zegt? De economie slabakt, de werkloosheid neemt toe, de staat maakt torenhoge schulden bij de banken en alom breken onlusten uit. Maar bij nader toezien is het slechts een deel van de bevolking dat daaronder lijdt het armste deel. De rijken daarentegen halen uit die nota bene door hen zelf veroorzaakte wantoestand alleen maar voordeel.
In een maatschappij die achteruitboert, blijken alleen de armen achteruit te boeren, de rijken daarentegen spinnen daar garen bij en dit is het geval omdat in tijden van zogenaamde achteruitgang, de kloof tussen rijk en arm steeds groter wordt: de rijken worden rijker maar de armen worden armer.
Tegelijk blijkt het een feit dat de wrevel welke naar een zondebok doet grijpen, helemaal niet in het kamp van de armen ontstaat: het is de wrevel van de rijken. En ofschoon zij het zijn die de armen uitzuigen, schuiven ze de schuld in de schoenen van de armen. Ze klagen dat ze de werklozen moeten onderhouden terwijl zij het zijn die zich alle jobs toe-eigenen alleen het onbetaalde werk laten zij aan de armen over.
Zo zijn het de jongste tijd in ons land, in Europa of kortweg in het Westen niet de werklozen, de gepensioneerden, de asielzoekers of de gehandicapten die amok maken: het verdeel-en-heers-principe indachtig, worden deze noodlijdenden daarentegen wel de schietschijf van een financiële elite, een steeds rijker wordende klasse ten prooi aan een onbevredigbare hebzucht de bron bij uitstek van wrevel.
Dat een maatschappij achteruit boert, betekent in feite dat het staatsapparaat verarmt, maar tegelijk wordt dat gedeelte van de burgerij dat zich onafhankelijk van de staat waant, rijker. Een maatschappij boert achteruit wanneer de middelen welke toekomen aan de staat, door onverzadigbare enkelingen worden opgeslokt. Dat is dan ook fataal voor de samenhang van een staat omdat met het geld, de macht wegebt uit het brein van de staat; het geld komt terecht bij egocentrische cellen die zichzelf vetmesten.
In concreto ziet men dan hoe corrupte ministers zich in de naam der burgers bij de banken in de schulden steken door leningen aan te gaan welke tot in de eeuwigheid moeten worden afgelost omdat ze zo gigantisch zijn. Een subklasse van de zelfstandigen gebruikt de hele infrastructuur en alle diensten van de staat maar weigert ook maar een cent bij te dragen aan de maatschappij en daar hebben we dan de belastingontduikers.
Van achteruitgang is derhalve sprake waar de rijken rijker worden en de armen armer, want waar dat het geval is, zijn niet zozeer de middelen geslonken maar verloopt de verdeling ervan niet langer naar behoren: een verarmde regering mist dan de middelen om orde op zaken te houden en het land desintegreert, het valt uiteen in partikels die als doelen op zichzelf alle middelen naar zich toe trekken zodat het centrale gezag niet langer in staat is om alles in goede banen te houden.
Een analoog verhaal is ons overigens welbekend met betrekking tot de honger in de wereld: dat er per dag nog steeds twintigduizend kinderen omkomen door ondervoeding, is immers helemaal geen kwestie van voedseltekort met de huidige wereldvoedselproductie konden niet zeven maar meer dan tien miljard mensen worden gevoed. De honger is een kwestie van een onrechtvaardige verdeling van het voedsel. De rijke koopt het brood van de arme op en gooit het weg daar komt het moordende onrecht op neer.
Die toestand is inderdaad onvermijdelijk waar men tot elke prijs het gangbare geldwezen wil vrijwaren omdat het geld dwingt, precies zoals de zweep. De rijke wil de arme voor zich laten werken en hij kan dat doen zolang hij de arme letterlijk op zijn honger kan laten zitten, wat hij meer bepaald doet door het loon achter te houden dat nodig is om voedsel te bemachtigen terwijl in feite menselijkerwijze de honger zelf recht geeft op voedsel.
De werkloosheid is in hetzelfde bedje ziek: aan werk is er nooit gebrek, vooruitgang kent immers geen grenzen en alles kan altijd beter. Het is niet werk waaraan sommigen een tekort hebben, het zijn jobs, met andere woorden: werk dat ook nog eens verloond wordt. En aan verloond werk aan jobs dus is in wezen net zomin een tekort als aan voedsel, maar precies zoals het voedsel worden ook de jobs onrechtvaardig verdeeld.
Dat het betaald werk onrechtvaardig wordt verdeeld, wil zeggen dat weliswaar iedereen werk te over heeft maar dat slechts een deel van het volk voor de gepresteerde arbeid wordt beloond, terwijl een ander deel daarvoor wordt gestraft en dat laatste deel leeft derhalve feitelijk in slavernij. Het probleem van de werkloosheid wordt voorgesteld als een onrechtvaardigheid die erin bestaat dat een deel van de bevolking werkt om ook de niet-werkenden in leven te houden maar de waarheid is een ander verhaal. Andermaal, het probleem van de werkloosheid bestaat hierin dat allen werken maar niet allen voor hun prestaties worden vergoed: sommigen worden ervoor gestraft.
Immers, zij die voor hun werk geen loon ontvangen, kampen met het verwijt dat zij teren op het zweet van anderen: onbetaald werk wordt niet als werk erkend. Slaven werken zonder recht op compensatie of zelfs maar op dankbaarheid. De logica hierachter is zo doortrapt als het kapitalisme zelf en luidt dat de waarde der dingen gelijk is aan hun prijs op de markt: wat gratis is, is derhalve waardeloos, zoals de zuivere lucht, onze gezondheid en tenslotte het leven zelf. Het leven wordt geminacht omdat het vooralsnog geen exclusiviteit is voor de rijken en die waanzin toont zich treffend in het gegeven dat het zelfmoordcijfer het hoogst is bij de financiële elite terwijl hongerlijders er niet aan denken om aan het leven eisen te gaan stellen.
Eenmaal de verknechting van de zwaksten onder het volk op dreef komt, doet een subversieve logica zijn intrede. De nieuwe liberale regering ramt dit deel van het volk door de strot dat de werkloosheidssteun alleen toekomt aan wie al sociale bijdragen hebben betaald: nieuwelingen op de arbeidsmarkt mogen in de armoede worden geduwd, aldus de regering Michel I. Edoch, sinds wanneer is de arbeidsvoorziening de verantwoordelijkheid van de werknemers? En als het voorzien van een job voor iedereen de verantwoordelijkheid is van de werknemers zelf, waarvoor wordt een regering dan betaald?
Het verkeren van de solidariteit in het recht van de sterkste is in een democratie pas aan de orde waar de zwakkeren de minderheid uitmaken en dus waar een meerderheid in rijkdom leeft. Een democratie heeft haar maatschappelijke moraal met andere woorden te danken aan het feit dat de verdrukten alsnog in de meerderheid zijn. Waar de verdrukten een minderheid gaan vormen, keert de hele staat zich tegen hen omdat zij dan geen enkele bedreiging meer vormen voor de rijken: vooreerst hebben zij de natuur niet aan hun kant omdat zij nu eenmaal zwakker zijn maar bovendien missen zij dan ook elke maatschappelijke kracht omdat in een democratie de minderheden uiteindelijk het onderspit delven daar de meerderheid het voor het zeggen heeft. Het populisme is in een democratie dan ook de regel.
En het zijn inderdaad de allerrijkste landen die de meest schrijnende armoede voortbrengen en dat is de paradox die zich vertaalt in bijvoorbeeld het uitzicht van onze hedendaagse steden van glitter en glamour omringd door bidonvilles, krottenwijken en favela's. De extremen keren zich tegen elkaar en zo gaan machtige staten ten onder aan de burgeroorlogen die zij onvermijdelijk produceren.
De kloof met de oorlogslogica van het Derde Rijk is nu zo goed als overbrugd. Er is met andere woorden niet zo heel veel meer nodig om de stap te zetten van de logica van Michel I naar die van Hitler. De zwakste wordt tot zondebok veroordeeld en de woestijn ingestuurd ge-euthanaseerd. Alras worden ook ónze media bestookt met slogans in de lijn van Himmler's 'verzen': "50.000 Duitse mark kost de verzorging van één psychiatrische patiënt per jaar en het zijn úw centen, landgenoten!" En wat gezegd van de door de Führer zelf vertolkte 'verontwaardiging' over het feit dat de jonge en gezonde burgers moeten gaan sneuvelen aan het front om de zieken en de ouderlingen in leven te houden?
De sterken die de zwakken verdedigen: deze heilige plicht, stammend uit de christelijke ethiek, krijgt nu prompt het etiket 'pervers' want hij wordt voortaan als onrechtvaardig aangevoeld om niet te moeten zeggen dat de zin voor gerechtigheid op een dwaalspoor is beland.
Dat de ouders zorgen voor hun jongen is een gedrag dat mens en dier gemeen hebben, maar dat de ouderen en de zwakkeren in het algemeen door de sterkeren worden verdedigd, ziet men slechts bij mensen en dan nog alleen in bepaalde culturen, zoals bij uitstek in de gekerstende werelddelen. Met de ontkerstening keert de wildernis weer, want wat het recht van de sterkste heet, is niets anders dan wat in christelijke termen onrecht was gaan heten.
Vandaag verkopen kinderen hun ouders steeds vaker van zodra zij hun niet anders meer van nut kunnen zijn dan als bezorgers van een financiële erfenis. Zij betalen een arts die moeder of vader dement verklaart en vervolgens geven ze hun ouder letterlijk levenslang, want omwille van verzekeringsperikelen mogen dement verklaarden het zorgcentrum dat hen huisvest alleen nog als stoffelijk overschot verlaten. Ze hebben alles wat zij nodig hebben in die gespecialiseerde zorgcentra, zo liegt men zichzelf voor als men zich van zijn bejaarde ouders ontdoet. Zij worden aldus ontmenselijkt en zo niet vermoord dan toch monddood gemaakt nog vooraleer zij sterven. Er zijn geen schuldigen want er is geen lijk; geen wet wordt overtreden dan de onzichtbare wet van God.
(J.B., 12 oktober 2014)
26-09-2014
Nieuwe publicatie: "De onderwereld"
Nieuwe publicatie: "De onderwereld"
25-09-2014
Nieuwe publicatie: "Het eeuwige vuur en andere verhalen"
Nieuwe publicatie: "Het eeuwige vuur en andere verhalen"
Nieuwe publicatie: "Zo zweeft de wereld en andere artikels"
Nieuwe publicatie: "Zo zweeft de wereld en andere artikels"
Nieuwe publicatie: "Van ruilmiddel tot god"
Nieuwe publicatie: "Van ruilmiddel tot god"
07-09-2014
Nieuwe uitgave: "Mathematica Christiana" (Jan Bauwens, 2003)
Nieuwe uitgave: "Mathematica Christiana" (Jan Bauwens, 2003)
02-09-2014
Nieuwe uitgave: Trans-atheïsme (Jan Bauwens, 2003)
Nieuwe uitgave: Trans-atheïsme (Jan Bauwens, 2003)
20-08-2014
Het boontje van loontje
Het boontje van loontje
Politici blijken de eigen geschiedenis helemaal niet meer te kennen, ook niet als ze zelf historicus zijn en, wat nog erger is: het blijkt hen niet eens te deren, getuige bijvoorbeeld de recente klacht van ene Luckas Vander Taelen over niet-geïntegreerde vreemdelingen in Vorst die naar zijn eigen zeggen zijn dochter uitschelden op straat en die hem aldaar beschouwen als een indringer op hun privéterrein.
De politicus maakt in zijn eerste boek over Brussel (en in een tekstfragment dat nu ook via omzendbrieven per e-mail rondgaat) de wens kenbaar dat wij aan deze allochtonen onze normen en waarden zouden opleggen. De vraag is alleen wat deze klager, geboren in de priester Daensstad, nu precies op het oog heeft: bedoelt hij onze wérkelijke normen en waarden ofwel de voorgewende?
Want inzake onze wérkelijke normen en waarden doet alvast de geschiedenis er geen doekjes om, tenminste als men zijn licht gaat opsteken bij de echte geschiedschrijvers. Of weet de historicus dan niet hoe wij aan de vreemdelingen onze normen en waarden reeds metterdaad diets hebben gemaakt in het gastarbeiderstijdperk dat hij toch zelf nog heeft beleefd? Is de bestseller "Ganz Unten" (in het Nederlands verschenen onder de titel "Ik, Ali") uit 1985 van zijn collega-journalist en meer bepaald de allereerste undercover-journalist die Günther Wallraff heet, dan aan de neus van de toen jonge historicus ongemerkt voorbijgegaan? Het boek zou voor minder een bestseller wezen, want elkeen weet dat het niet niks was wat Wallraff aan het licht bracht: onze feitelijke normen en waarden.
Iedereen weet intussen wel wat de zogenaamde "dubbele moraal" betekent maar het behoort uiteraard ook tot de essentie van die 'moraal' om niet uit de biecht te klappen en al liegende het been stokstijf te houden. In de "dubbele moraal" wordt gezworen bij hoogstaande principes... terwijl het eerste feitelijke principe de meineed is. Het Victoriaanse tijdperk geldt als het schoolvoorbeeld voor deze feesten van de hypocrisie, ons evenmin onbekend van (bij uitstek strenge) godsdiensten en van totalitaire politieke regimes.
Voor wie het nog mochten hebben gemist: de moedige Duitse journalist Günter Wallraff (°1942) werkte (voor Bild) vermomd als Turkse gastarbeider en tekende de feitelijk gehanteerde normen en waarden van onze voorgewend christelijke samenleving op, meer bepaald: de mensonwaardige behandeling en werkomstandigheden van gastarbeiders in de industrie.
Als hij tenminste niet overloopt naar extreem rechts, weze het Vander Taelen vergeven dat hij niet deelt in de moed van Wallraff: het aan het licht brengen van de waarheid wordt door het leugenachtige kapitalisme uiteraard beschouwd als verraad en de nu 71-jarige Wallraff heeft derhalve nog steeds te kampen met haat-campagnes vanwege de 'Victorianen'. En ook hier te lande vindt men lieden die maar het liefst een zogenoemde 'grote kuis' zouden willen houden onder de bevolking en in het Europese parlement zweren extreem rechtse partijen al samen en zij doen dat steeds vaker onder de noemer van alleen maar rechts om alsnog als politiek correct te kunnen blijven doorgaan. Door hun met populisme verworven bijval en derhalve door het totaal aantal kiezers dat zij kunnen pretenderen te vertegenwoordigen, zijn zij intussen een gevaar geworden voor Europa daar zij door vreemde krachten worden gestut welke Europa van binnenuit willen kelderen. Iedereen kan overigens zien wie er zoal garen zouden kunnen spinnen bij het verdwijnen van de Euro.
De zaak is uiteraard deze: wie gelooft te mogen verwachten van de kinderen en de kleinkinderen van de door Wallraff beschreven hier uitgebuite gastarbeiders dat zij onze dubbele moraal kunnen appreciëren, is ofwel niet goed snik, ofwel is hij een struisvogel, ofwel kent hij de geschiedenis niet. Bovendien is het trieste feit dat men er van overheidswege kennelijk niet meer in slaagt om overal te lande de orde te handhaven, een rechtstreeks gevolg van dezelfde hypocrisie en meer bepaald een gevolg van algemene onbekwaamheid welke uiteraard de nasleep is van een wijd verbreide vriendjespolitiek waarmee het bedrog zichzelf bestraft.
(Jan Bauwens, 20 augustus 2014)
08-07-2014
Het recht om te doden: het fundament van onze 'samenleving'...
Het recht om te doden: het fundament van onze 'samenleving'...
Eigendom kan bezwaarlijk worden bestempeld als diefstal omdat diefstal reeds het bestaan van eigendom veronderstelt, namelijk: eigendom die in dat geval ontvreemd werd. Privaatbezit mag echter wel volstrekt immoreel en zelfs moorddadig heten waar het gaat om een overschot aan levensnoodzakelijke goederen en middelen waartoe de bezitters ervan de toegang blokkeren voor mensen die aan deze goederen een levensbedreigend tekort hebben.
Dezelfde wet die ons ertoe verplicht om een burger in nood te helpen, lijkt om die reden wel in tegenspraak met de wet op de bescherming van het privaatbezit omdat men wel verplicht lijkt om aan een burger die bijvoorbeeld honger lijdt, een brood uit eigen zak te schenken. Maar uitgerekend het bestaan van instellingen die het maatschappelijke welzijn moeten garanderen, ontslaat ons van dergelijke verplichtingen en garandeert aldus tegelijk de toekomst van het privaatbezit.
Het kapitalistische systeem heeft met andere woorden haar ideologie in moreel opzicht op het droge weten te brengen door de creatie van instellingen van collectieve liefdadigheid die moeten garanderen dat in principe niemand nog van honger hoeft te sterven. De uitvinding van de Openbare Onderstand of het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn dient in de eerste plaats ter rechtvaardiging van het principe van het privaatbezit of, nog correcter gesteld, moet de installatie van het OCMW het verwijt van immoraliteit aan het adres van een ideologie die steunt op het beginsel van het privébezit, in de kiem smoren.
Edoch, dat een mens niet leeft van brood alleen, lijkt hier een geheel vergeten zaak: men acht zich jegens zijn naaste tot niets meer verplicht van zodra men hem verwijst naar de instelling die water en brood verschaft aan bedelaars alsook aan de vogeltjes in de wintertuin. Er wordt met andere woorden helemaal niet meer gesproken over het gelijkheidsbeginsel dat nochtans de inzet bij uitstek was van de Franse Revolutie op het einde van de achttiende eeuw en het christelijke beginsel van de naastenliefde dat gebiedt om het beste te reserveren voor de ander, lijkt al helemaal van een andere planeet.
Maar de invoering van het eigendomsprincipe heeft goede gronden: het vormt de ultieme conditio sine quanon en derhalve de fundering voor het concurrentieprincipe die handige verkapping van het beginsel van de twistzaaiing dat de weg baant naar de heerschappij over de ruziemakers en dat wij van oudsher kennen als het devies divide et impera: verdeel en heers! Ruzie is immers ondenkbaar zonder een al dan niet tastbare zaak waarover wordt getwist of die men in de wacht probeert te slepen. Er is met andere woorden geen onenigheid denkbaar zonder een of ander privaat bezit dat op het spel staat. Zonder het eigendomsbeginsel kan men geen mensen tegen elkaar opzetten en zolang zij niet verdeeld zijn, kan men hen ook niet overheersen: elke tiran moet verdeeldheid scheppen en moet daartoe eerst het privaatbezit invoeren. Het privaatbezit is een uitvinding van de tiran, het is allerminst een aan het volk verleende gunst; het is daarentegen het ultieme middel tot verknechting van het volk.
Derhalve zal een volk dat zich bevrijden wil van het juk van de tirannie in ongeacht welke gedaante, vooraf werk moeten maken van de ontwapening van de tiran en dat betekent uiteraard vooreerst de afschaffing van het privébezit en zelfs het strikte verbod op het hebben van private bezittingen. Het kan vreemd klinken in de oren van mensen die gewend geraakt zijn aan het 'recht' op eigen bezittingen zoals dat bestaat in een kapitalistische wereld, maar is het niet heel wat vreemder om een recht te erkennen om aan anderen levensnoodzakelijke goederen te onthouden, wat in feite neerkomt op het recht om zijn medemensen te doden?
(J.B., 8 juli 2014)
29-06-2014
Het bezuinigingsscenario en wat het verbergt
Het bezuinigingsscenario en wat het verbergt
Het is haast niet te geloven maar tot de allerlaatste man blijkt er gewoon in te trappen, in het zo lustig gezongen wijsje van de levensnoodzakelijke bezuinigingen. Het werkwoord alleen al 'bezuinigen' klinkt dermate redelijk en moederlijk, dat geen zinnig mens kan tegenpruttelen zonder zich onnoemelijk schuldig te gaan voelen. Geen mens haalt het in zijn hoofd om achter het besparingsscenario iets heel anders, iets bedrieglijks te gaan zoeken. Het gezond verstand verbiedt het om het goede van bezuinigingen in twijfel te trekken. Nochtans is het een feit dat de zogenaamde bezuinigingen een verkapping zijn van een heel andere en veel minder fraaie activiteit, namelijk ordinaire diefstal.
Bezuinigen is het beperken van de uitgaven met het oog op het tegengaan van verliezen. Maar iedereen begrijpt uiteraard dat in een economie die rijkdom identificeert met een kapitaal aan geld, de verliezen van werkelijke rijkdommen helemaal niet kunnen worden bestreden met het beperken van de geldelijke uitgaven. Waar dit inzicht ontbreekt, gedraagt men zich zoals lieden die geloven dat zij armoede kunnen bestrijden door geldbiljetten bij te drukken. In dat laatste geval krimpt de waarde van het geld in dezelfde mate waarin er meer geld in omloop wordt gebracht. In het eerste geval waar men zijn uitgaven terugschroeft treedt de krimp op in het geld dat men op die manier meer overhoudt. Wie geloven dat bezuinigingen de rijkdom doen toenemen, zijn even naïef als wie denken dat men datzelfde bereikt met het in omloop brengen van meer geld.
Een goede koop sluiten is een uitgave doen van een som geld waarvoor men een waar terugkrijgt die de koopsom waard of meer dan waard is en in dat geval wint men bij elke koop of bij elke goede uitgave. De logica zelf gebiedt om aan te nemen dat daar waar men bezuinigt, men de kans op het maken van de genoemde winst a priori volledig uitsluit. En omdat in een economie zoals de huidige elke stilstand in feite een achteruitgang betekent, zal het effect van bezuinigingen dan ook exact tegenovergesteld zijn aan de bedoelingen van de bespaarder: naarmate er meer bezuinigd wordt, nemen de momenten van economische stilstand toe, met het onvermijdelijke gevolg van verarming.
Bezuinigingen kunnen de feitelijke rijkdom helemaal niet doen toenemen en het tegendeel is veeleer het geval omdat bij elke aankoop waarbij met gelden wordt betaald, een slechts veronderstelde waarde wordt geruild tegen een reële. En hier dient men oog te hebben voor een bijzonderheid die zich verbergt achter de schermen: mensen met macht kunnen de geldmassa doen toenemen maar niet de rijkdom, die immers alleen door arbeid groter wordt arbeid geleverd door mensen zonder macht. Mensen zonder macht daarentegen kunnen aan de geldmassa helemaal niets wijzigen. En die bijzondere ongelijkheid resulteert in een onrecht dat zich in onze economie verbergt: machthebbers zijn in staat om alle reële rijkdom naar zich toe te halen doordat alleen zij beschikken over de mogelijkheid om de geldmassa te manipuleren en daardoor ook diegenen die zij hebben kunnen doen geloven dat zij van het geld afhankelijk zijn. Door bezuinigingen op te leggen aan het volk, wordt het volk in de illusie gebracht dat het meer overhoudt voor zichzelf, terwijl in werkelijkheid uiteraard precies het tegenovergestelde het geval is: bezuinigen is geld onthouden aan het volk waardoor het minder rijkdom naar zich toe kan trekken zodat er nog meer rijkdom overblijft voor wie het volk manipuleren.
Bezuinigingen gebeuren immers niet door politici in naam van het volk dat scenario is enkel schijn. Politici gehoorzamen zoals elk ander aan de regel dat men het woord spreekt van wie men het brood eet: zij dienen wie hen aan de macht brachten en dat zijn de kapitaalkrachtigen, de banken. De banken teren op het volk middels een vernuftig doch eenvoudig systeem. Zij werken niet en produceren daarom ook helemaal geen reële rijkdom. Zij verdienen wel geld en zij doen dat door het installeren van een opmerkelijke ongelijkheid. Voor het geld dat zij uitlenen aan het volk vragen zij immers intresten die veel hoger liggen dan deze die zij geven aan het volk wanneer het zijn eigen gelden uitleent aan de banken. Als het volk zijn gelden uitleent aan de banken, wordt zulks niet 'uitlenen' genoemd maar wel 'beleggen' en die benaming verbloemt het feit dat de banken in feite geld lenen bij het volk en derhalve even noodlijdend zijn als alle anderen die gaan lenen. De verraderlijke term 'beleggen' suggereert dat het volk dankbaarheid zou verschuldigd zijn aan de banken die aldus het volk in de gelegenheid zouden stellen iets te verdienen aan deze handel, terwijl het tegendeel het geval is omwille van de genoemde ongelijkheid. De intresten die de banken vragen aan het volk voor het lenen van gelden, liggen immers heel wat hoger dan deze die zij aan het volk teruggeven wanneer zij bij het volk gaan lenen en die ongelijkheid verkapt niets minder dan een georganiseerde roof. Die roof wordt bovendien aangezwengeld met de carroussel van de staatsschuld, die inhoudt dat het volk tot in de eeuwigheid door politici in haar naam gemaakte schulden moet aflossen bij de banken.
Het bezuinigingsscenario houdt in: het plaatsen van een rem op het aangaan van nog meer leningen bij de banken om die ene reden dat men in het andere geval niet meer in staat zal zijn om de gemaakte schulden in te lossen. Dat de schuldeisers de banken herhaaldelijk dienen gered te worden door het volk en wel middels overheveling door politici van enorme kapitalen uit de aan het volk toebehorende staatskas naar de banken, is een feit dat het geldspel en de politiek in al hun potsierlijkheid aan de kaak stelt. Dat het volk dit laat gebeuren, getuigt misschien niet zozeer van domheid maar daarentegen van de diepe wijsheid die de waarde van de dingen kent en ook begrijpt: alle rijkdom stamt uit arbeid die om die reden adelt en geld is volstrekt waardeloos waar onder de mensen liefde heerst.
(J.B., 28 juni 2014)
25-06-2014
Verborgen onrecht â Over de verdoezeling van verantwoordelijkheid door de spreiding van schuld
Verborgen onrecht Over de verdoezeling van verantwoordelijkheid door de spreiding van schuld
Er is de misdaad de inbreuk op de wet met een dader, een slachtoffer en een eerlijke getuige waarbij die misdaad door daartoe bevoegde instanties vastgesteld wordt, de dader opgepakt, openbaar berecht en gestraft en het slachtoffer vergoed. Maar er is ook het kwaad dat mensen aan elkaar berokkenen, geheel ongezien en binnen de perken van de legaliteit; het slachtoffer vertoont geen wonden daar hij of zij psychisch wordt geschaad, sociaal wordt uitgesloten of in het merendeel van die vooralsnog totaal miskende gevallen zelfmoord pleegt ofwel 'verongelukt' zoals men het omwille van de goede toon en om zichzelf van zijn onschuld te overtuigen, zo dikwijls formuleert.
Dat dit ongeziene kwaad waartoe ook een deel van het geïnstitutionaliseerde geweld kan gerekend worden, veruit de hoofdmoot uitmaakt van al het onrecht dat geschiedt en dat het nog voortdurend aan succes wint, is goed te begrijpen vanuit het perspectief van uiterlijke straffeloosheid dat het voor de misdadigers biedt: schaamte en schande hoeven zij immers niet langer te vrezen vaak katapulteren zij die last op de koop toe naar het kamp van hun slachtoffers er rest alleen nog de 'onzichtbare' schuld. Edoch, er bestaan sinds oudsher niet alleen bijzonder doeltreffende methodes om de schuld onzichtbaar te maken, er zijn ook methodes om die schuld of althans het schuldgevoel zo goed als volledig wég te nemen. En zo overwint het kwaad het goede. Of voorlopig dan toch, want er is misschien ook nog het alziend oog van God, al doet men vaak het onmogelijke om ook Hem systemisch om te brengen, en dit nadat men Hem al eens veroordeeld en gekruisigd heeft, exact tweeduizend jaar geleden.
Voor misdadigers die zich ook nog willen ontdoen van de schuld de straf die zij nillens willens aan zichzelf berokkenen rest nog het alziend oog uit te schakelen, wat zij zo ijverig betrachten door collectief aan God het recht op leven te ontzeggen, maar ook dan nog blijkt een gevoel van schuld roet in het eten te blijven gooien. En ter bekamping van dat schuld-gevoel is er nu de beproefde methode van de spreiding van de schuld met name over meerdere schuldenaren, zo mogelijk een hele massa. Maar de crimineel legt pas de kers op de taart waar hij erin slaagt om de schuld af te wentelen op de nek van een geheel abstract systeem waarop ten slotte geen mens nog vat kan hebben.
Het klinkt misschien abstract, dat mechanisme van de spreiding van schuld met het oog op het ontlopen ervan, maar de praktijk is des te harder: een gezaghebbend en ook machtig religieus systeem sluit mensen uit die niet beantwoorden aan het door haar voorgehouden ideaalbeeld, bijvoorbeeld omdat zij homo zijn of zelfs alleen maar vrouw; vervolgens belanden deze uitgeslotenen in de marge van de maatschappij omdat zij bijvoorbeeld niet aan de bak komen op de arbeidsmarkt en ten slotte geven de naastbestaanden aan de uitgeslotenen zelf de schuld voor hun uitsluiting.
Zo kan iedereen nagaan dat tot voor kort onderwijzeressen in katholieke scholen juffrouwen dienden te zijn en te blijven: hoe paradoxaal het ook moge klinken, maar de staat van het gehuwd zijn werd door de kerk onverenigbaar geacht met de taak van de opvoeding van kinderen! Een onderwijzeres die huwde, verloor prompt haar baan en werd zodoende effectief afhankelijk van de inkomsten van haar echtgenoot. Maar in de praktijk kon dat haar in bijzonder nauwe schoentjes brengen: kreeg zij slaag van haar man, dan kon zij niet van hem scheiden omdat het ambt van onderwijzeres ook aan gescheiden vrouwen werd ontzegd in scholen welke in de regel onder het gezag vielen van een bisschop. Wie weigerde zich bij dit onrecht neer te leggen, viel uit de boot en geen werk betekende meteen geen inkomen en derhalve geen maatschappelijke status, terwijl het een feit is dat mensen mét geld zich reppen om zich van de bezitlozen te onderscheiden en jammer genoeg doen zij dat vaak ook als het hun naaste familieleden betreft.
Vrouwen, homo's maar ook 'vreemdelingen' zijn vandaag nog steeds de dupe van het kwaad van de uitsluiting dat zich zo makkelijk handhaaft door de spreiding van de schuld: het katholieke instituut weigert homo's voor de klas te zetten en waar de wet discriminatie verbiedt, grijpt de kerk zonder scrupules naar drogredenen. Als diezelfde homo's vervolgens werkloos worden of van 'den bijstand' moeten leven, worden zij geminacht door het eigen volk, en hier ziet men ook duidelijk hoe sluw het racisme zich weet te verbergen: de reden voor iemands werkloosheid wordt spontaan gelegd bij zijn vermeende luiheid zodat hijzelf er de schuld van krijgt, terwijl zij direct volgt uit een racistische misdaad in het verborgene gepleegd door bij uitstek de kerk. En homo's die niet langer aan de bak komen in het katholieke net, krijgen bij navraag naar de wettigheid van het gebeuren van het ministerie van onderwijs te horen dat de werkgever bij de aanstelling van zijn onderwijzend personeel aan niemand verantwoording verschuldigd is.
De absolute willekeur en de misdaad van het racisme verbergen zich aldus in een bedrijf dat aan de andere kant gefinancierd wordt door de staat welke geconstitueerd wordt door wetten die het racisme ten stelligste veroordelen en wie zich daar niet tegen verzetten, werken eraan mee. En niet alleen de aanstelling van het personeel verloopt naar willekeur: ook het cliënteel wat de leerlingen vandaag de facto zijn wordt op grond van racistische criteria gerekruteerd terwijl eenzelfde dubbele boekhouding wel zorgt voor volstrekt legale redenen. Zo is het allang geen geheim meer dat men op de banken van religieus geleide scholen weinig of zelfs helemaal geen 'vreemde' leerlingen kan vinden terwijl zij in staatsscholen dikwijls oververtegenwoordigd zijn.
Maar niet alleen vrouwen, homo's en 'vreemdelingen' worden aldus uitgerangeerd: het allerergste is misschien wel dat ook mensen die zich tegen de misdaad van dit afschuwelijke en vaak racistische cliëntelisme durven te verzetten, genadeloos worden afgestraft. De kritiek wordt in de kiem gesmoord; wie verbeteringen beogen, worden gedemoniseerd. Ten slotte kan het dan uiteraard alleen nog bergaf gaan met de wagen.
Dertig jaar na de kruisiging van Jezus Christus kwamen de joden in opstand tegen de Romeinse bezetter. In 70 na Christus werd die opstand onderdrukt waarbij Jeruzalem verwoest werd en geplunderd en de 'Tweede Tempel' in brand gestoken. (1) Van 72 tot 80 werd met de buit van die plundering van Jeruzalem in het centrum van Rome het Flavisch amfitheater (het Colosseum) gebouwd, het grootste circus ter wereld, voor het vermaak van het Romeinse volk. De grote Romeinse satiredichter Juvenalis (°60 en tussen 133 en 140) die het wangedrag van de heidense rijke Romeinen aan de kaak stelde en sympathiseerde met de armen op wiens kap zij grote sier maakten, spreekt in dat verband in Satire X (vers 81) over panem et circenses ("brood en spelen"). (2)
Tweeduizend jaar later zijn dezelfde barbaarse taferelen nog steeds schering en inslag. Tegen het WK Voetbal 2014 in de luxueuze massacontainer van het Maracaña-stadion (3) naast de favelas (de krottenwijken) in het Braziliaanse Rio de Janeiro werd reeds geprotesteerd in de zogenaamde Braziliaanse Lente of de Azijnopstand van 2013 die meer dan twee miljoen Brazilianen op de been bracht (4) en bij de protesten in mei 2014 werd geëist dat het WK-voetbalgeld zowat tien miljard euro zou gaan naar gezondheidszorg, onderwijs en huisvesting. (5)
(J.B., 18 juni 2014)
Verwijzingen:
(1) Eén muur van die tempel staat nog overeind: het is de zogenaamde Klaagmuur.
(4) De benaming 'Azijnopstand' vindt zijn oorsprong hierin dat de betogers azijn meenamen om zich te beschermen tegen traangas tientallen betogers werden gearresteerd voor het bezit van een fles azijn... http://nl.wikipedia.org/wiki/ Azijnopstand
Zoals vandaag heel wat invloedrijke politici het hebben over het probleem van de overbevolking als zijnde een ziekte van het mensdom welke ten spoedigste bestreden dient te worden, waarbij zij kennelijk niet begrijpen dat inzake de aanpak van problemen het verwisselen van mensen met maatschappijen een bijzonder kwalijke vergissing is met dramatische gevolgen, zo ook maakten in de eerste helft van de twintigste eeuw politici de fout om het maatschappelijke met het individueel menselijke te gaan vergelijken of om in wat andere bewoordingen zich helemaal geen rekenschap te geven van de onvergelijkbaarheid van de mens met de dingen.
Een mens kan beschouwd worden als een ding in functie van bijvoorbeeld zijn gezondheid omdat deze een fysiek aspect van ons mens-zijn betreft terwijl het fysieke als een aan natuurwetten onderworpen systeem kan worden beschreven in functie van een medische behandeling vanuit inzichten in wetmatigheden die regeren over het stoffelijke. Wij zijn weliswaar meer dan stof maar voor zover wij van stof zijn, zijn wij onderworpen aan de wetten die de stof regeren: wij dienen aan de stof te geven wat de stof toekomt op straffe van de dreiging van een omkering van de natuurlijke hiërarchie. Een heer moet zijn plichten jegens zijn dienaar vervullen omdat hij anders mag vrezen dat zijn knecht zich tegen hem keert en hem overmeestert. Evengoed is sprake van een geperverteerde orde waar personen in functie staan van wat eigenlijk hun middelen horen te zijn en tot die middelen behoort het maatschappelijke apparaat: waar personen worden beschouwd als niets meer dan de bouwstenen van een maatschappij zoals ook onze cellen de bouwstenen van ons organisme zijn, is sprake van een bijzondere middel-doelomkering.
De hier genoemde omkering resulteert vrij vlotjes uit het poneren van geheel onterechte analogieën. Men kan er namelijk toe worden verleid om enkelingen te gaan beschouwen als ondergeschikt aan de groep waartoe zij behoren van zodra men mens en maatschappij onderling gaat vergelijken. Weliswaar mogen het menselijke en het maatschappelijke organisme onderling worden vergeleken maar dat is zeker niet het geval met het wezen van de twee: de mens is het doel en zowel zijn eigen organisme als het maatschappelijke zijn slechts middelen tot dat doel. Het wezenlijke verschil tussen beide blijkt inderdaad pas waar men inziet dat het maatschappelijke organisme met de maatschappij als zodanig samenvalt terwijl mens en menselijke organisme twee volstrekt onvergelijkbare zaken blijven.
De maatschappij of het maatschappelijke apparaat is niet wezenlijk verschillend van ongeacht welk ander apparaat of werktuig. Een scheerapparaat, bijvoorbeeld, bestaat uit tandwieltjes, mesjes en nog andere onderdelen, door een creatieve geest zodanig samengesteld dat men er iemand de baard kan mee afdoen. Het maatschappelijke apparaat bestaat uit mensen die voor allerlei onderdelen spelen in een door creatieve geesten uitgevonden spel met een (meervoudige) functionaliteit en zin. Zoals men zich kan bedienen van een scheerapparaat, een tandenborstel of een boek, zo ook kan men zich bedienen van de geneeskunde, het onderwijs of het gerecht, maar dan in respect voor de menselijke persoon voor wie de zelfbeperking tot een specifieke rol tijdens de uitoefening van het beroep in een welbepaald ethisch perspectief kan worden beschouwd als zelfontplooiing en als zelfoverstijging. Dit laatste echter kan uiteraard pas van toepassing zijn op voorwaarde dat het gaat om mensen die handelen uit vrije wil en derhalve vanuit inzicht, maar precies die voorwaarde ontbreekt waar sprake is van een dictatoriaal regime. Het verschil tussen een door de wet opgelegde solidariteit en een altruïsme dat grondt in een persoonlijk geloof blijft derhalve ook daar waar men er vergelijkbare objectieve consequenties aan toeschrijft, hemelsbreed omdat het ene geval ervaren wordt als een dwang, het andere als een gunst.
Wanneer de genoemde, bijzondere middel-doelomkering aan de orde is terwijl zij tevens wordt miskend, wordt zodoende de opoffering van personen aan de staat gelegitimeerd. Terwijl die toestand weliswaar onvermijdelijk kan zijn in oorlogssituaties, wijst zij in vredestijd op repressie en fascisme. En dat blijkt heel vaak het geval in maatschappijen die gestuurd worden door lui die zich beroepen op de rede, wat er in feite op wijst dat een welluidend maatschappelijke rationalisme goed samengaat met zekere vormen van fascisme. Als een elite becijfert dat het loont en zij dan ook oordeelt dat het derhalve kan, mag en zelfs moet om een deel van de samenleving op te offeren aan het geheel, dan kan het voor de gedupeerden heel moeilijk worden om zich daar tegen nog te verzetten.
Om te beginnen is de wil om een samenleving te gaan sturen eigen aan lieden met geldingsdrang: zij hebben het over stuurmanskunst of cybernetica maar in feite gaat het hen om de uitoefening van persoonlijke macht over andermans leven terwijl zij zichzelf allang op het droge hebben geholpen. De eigenlijke motivering of het doel van die elite is het botvieren van machtswellust en het voorgehouden doel, de verantwoording of de reden, is een of ander goed voor de gemeenschap, zoals bijvoorbeeld de volksgezondheid, de morele waarden en de opvoeding. De rechtvaardiging van het voorgehouden doel vereist verantwoording en dat betekent redelijkheid en argumentatie. In maatschappijen hebben zich sinds oudsher elitaire kringen gevormd die de kunst verstonden om ervoor te zorgen dat anderen voor hen gingen werken terwijl zij hen voorhielden dat zijzelf zich moesten wijden aan belangrijke en noodzakelijke taken. Deze elites waren oorspronkelijk priesters die zich bezig hielden met bijvoorbeeld het gunstig stemmen van de goden en het bezweren van het kwaad; vandaag zijn zij technocraten, politici en steeds vaker ook wetenschappers die in feite steeds vaker spelen met de rest van de bevolking: het volk moet zich laten doorlichten en onderzoeken (in de psycho-medisch-sociale centra van weleer) en vervolgens moet het zich laten bijsturen in een van bovenuit bepaalde richting: van kindsbeen af wordt men ingeënt, met laat zich scannen, voorlichten, adviseren, behandelen, genezen en onderwijzen allemaal in het teken van het algemeen welzijn. Een dubbele boekhouding, dubbele moraal of noem het maar volksverlakkerij, kenmerkt wellicht het bestuur van elke samenleving maar waar dit bedrog de perken te buiten gaat, kan men terecht spreken van fascisme.
In grote trekken zijn twee onderling tegenstrijdige maatschappelijke tendenzen werkzaam. De eerste is geënt op een christelijk model en wordt ook wel een verzorgingsstaat genoemd; omdat de menselijke persoon er centraal staat, stellen de sterkeren zich er in dienst van de zwakkeren en er wordt gestreefd naar meer menselijkheid. Het tweede model gehoorzaamt aan het recht van de sterkste; de overheersende overtuiging luidt dat enkelingen in hun bestaan afhankelijk zijn van een groep en dat de groep derhalve het recht heeft zichzelf te redden én te versterken ten koste van enkelingen. Al te gemakkelijk neemt men nu aan dat het democratische maatschappijmodel garant staat voor het behoud van de verzorgingsstaat waarin allen sterken én zwakken aan hun trekken komen, terwijl in de praktijk blijkt dat waar de sterkeren in de meerderheid zijn, zij vaak zonder scrupules de zwakkeren verdrukken.
Onze huidige democratieën zijn zodanig over het paard getild dat zij erin slagen om niet alleen aan anderen maar ook aan zichzelf voor te liegen dat zij onfeilbaar zijn en een oogverblindend arsenaal aan voorzieningen, wetten en rechten voor iedereen, alle minderheden incluis, verkapt de toenemende en vaak ten hemel schreiende misbruiken en het geweld gepleegd tegen de zwaksten. Op het ogenblik dat die dubbele moraal wordt aangeklaagd, verschijnt het kijvende vingertje dat waarschuwt voor een drastisch verlies aan welvaart voor de sterksten als zij geloven dat zij zonder grote opofferingen de zwakken onder hun vleugels kunnen nemen en die waarschuwing blijkt ook nog quasi feilloos haar werk te doen: de aanklachten verstommen en de bedrieglijke indruk dat alles naar behoren verloopt, wordt nog versterkt. Intussen stelt men vast dat het toenemen van de rijkdom gepaard gaat met het toenemen van de armoede; de rijken worden rijker en tegelijk worden de armen armer; voor elke welgestelde burger moeten zowat vijftig slaven opdraaien en steeds vaker zijn dat kindslaven.
Het vandaag meest sprekende voorbeeld van toenemende ongelijkheid is Azië. Van de naar schatting tweehonderdvijftig miljoen kindslaven leven er twee derden in Azië. De forse klim van de Chinese, wat verwesterde en kapitalistisch geworden economie, blijkt tegen de verwachtingen in, hand in hand te gaan met een toename van extreme armoede en slavernij. Steeds luider klinken in de media stemmen van beroemdheden die genadeloos komaf willen maken met de derde en de vierde wereld door de massa ertoe aan te zetten de armen aan hun lot over te laten: Sir David Attenborough gelooft dat voedselhulp aan Afrika de armoede slechts kan doen toenemen en bij ons is er beroepsethicus Etienne Vermeersch die de arme Haïtiaanse vrouwen (die tussen haakjes de nazaten van de Afrikaanse negerslaven zijn die vele eeuwen lang aan het Westen ontzaglijke rijkdommen hebben geschonken (1)) maar het liefst zou willen steriliseren. Tevens blijken vooral de superrijken zich kennelijk geheel probleemloos van slaven te bedienen zoals ook in eigen land mocht blijken uit recente schandalen met personeel van hoge ambtenaren.
In zijn Pleidooien voor moord (2) beschrijft Dick van Galen Last de auteur van De zwarte schande (3) hoe moeiteloos de wetenschap zich in dienst stelde van het wrede nazisme: in 1933 zwoeren zevenhonderd professoren trouw aan Hitler die de kweek plande van een superras. De maatschappij werd gezien als een organisme dat gezond gemaakt moest worden, onder meer door de bestrijding van parasieten, waaronder dan verstaan werd: bevolkingsgroepen zoals gehandicapten en geesteszieken. Met de gezondmaking en de versterking van de staat in het vaandel en de vaststelling dat de armste gezinnen de meeste kinderen telden, meende Hitler het vermeende probleem te moeten oplossen door de armlastigen op de een of andere manier te elimineren, en zo ontstonden 'eugenetica' en 'rassenhygiëne'. In werkelijkheid had een elite van wetenschappers dit idee al veel eerder opgevat en zo bijvoorbeeld publiceerden psychiater Alfred Hoche en jurist Karl Binding reeds in 1920 het boek getiteld Het vrije recht om onwaardig leven te beëindigen (4) en zij wachtten slechts totdat een beleid aan de macht kwam dat voor de uitvoering van die plannen zou zorgen.
Wanneer vandaag, anno 2014, de rechts-extremisten de macht in Europa reeds gegrepen hebben, kan men eerlang het allerergste verwachten met de uitvoering van plannen die immers niet langer het christelijke ideaal van de verzorgingsstaat op het oog hebben maar wel de berensterk geachte doch genadeloze superstaat, gegrondvest op de fundamenten van een niets of niemand ontziende economie. Maar ook een economie waarvan de spoedige ondergang nu reeds vaststaat...
(4) Oorspronkelijke titel: Die Freigabe der Vernichtung lebensunwerten Lebens (1920).
10-06-2014
Onze economie...
Onze economie...
Vandaag is het allemaal economie wat de klok slaat; economie wordt beschouwd als de onmisbare grondslag van ons bestaan; regeringsleiders saneren en reorganiseren, maken banken gezond en herschikken de uitgaven, brengen de import en de export in evenwicht en houden het reilen en zeilen van de munt in de gaten want zonder de economie is niets mogelijk, zo houden zij ons voor: de economie is de basis voor al wat is. En zo dikwijls hebben zij ons dit refrein voorgezegd dat wij het inmiddels in koor zijn gaan meezingen. En kijk: de pastoor werd vervangen door de filiaalhouder van de bank, zoals de bankgebouwen ook de hedendaagse kathedralen zijn gaan vervangen; want daar is het dat de biecht wordt afgenomen, dat de schulden worden gemaakt en vereffend, dat het leven wordt gepland alsook de dood én het hiernamaals. En andermaal weze het onder de aandacht gebracht dat het ons zo dikwijls werd voorgezegd dat wij het zijn gaan nazingen in koor: de economie is de grondslag van het leven, zij is onze moeder; het gouden kalf voorwaar is onze vader die wij dan ook aanbidden en voor wie wij bereid zijn het eigen leven te geven en, in navolging van de aartsvader, ook dat van onze kinderen.
De oorsprong van die gemene leugen ligt uiteraard in de verwisseling van de middelen met de doelen. Ooit trok men naar de markt met aardappelen geladen, aldaar verkocht men die voor een som geld en men kocht er een mand eieren mee. De ene waar werd tegen de andere geruild en het ruilmiddel was geld. Vandaag trekt men naar de markt met een som geld, men koopt daarmee en mand eieren die men daar weer verkoopt, waarna men terugkeert met een grotere som geld. Het bezit van de handelaar is niet langer een vracht aardappelen, eieren of nog een andere waar: het is zijn geld. En het ruilmiddel is niet langer geld: het zijn de waren. De waren zijn tot middel gedegradeerd en het middel werd verheven tot doel. Aardappelen mogen vernietigd worden om schaarste te creëren en aldus hun prijs de hoogte in te jagen, want steeds meer geld is het doel, het geld moet 'groeien'. Intussen wordt vergeten dat deze caroussel wel zot moet draaien want men mag dan alles in het werk stellen om het geld te laten groeien: de groei van het geld is een illusie, geld leeft immers niet, geld is oneetbaar en volstrekt onbruikbaar als men zich (collectief) niet voorliegt dat het anders is, al moet worden toegegeven dat men met een munt wel een tafel kan stutten als deze lijdt aan een zwevende vierde poot.
Het geld vertegenwoordigt waren, bijvoorbeeld eetwaren, maar niet het geld doch die waren zelf hebben wij nodig om te kunnen leven. Dat wij aan het leven kunnen participeren of dat wij kunnen leven zonder meer, is niet te danken aan het geld, of aan de economie, maar aan ons dagelijks brood. Brood voedt ons, als wij het hebben, maar er zijn lieden die ons de weg proberen te versperren om het te verwerven, en zij doen dat met geweld. Vandaag heeft dat geweld de gedaante gekregen van het geld.
Brood is gebakken meel uit graan dat op de akkers groeit. Wie zich wensen te voeden, behoeven naast arbeid in principe niets meer dan graan en land en dat alles vindt men naar hartelust in de natuur. Edoch, sinds geruime tijd hebben geweldenaars beslag gelegd op de natuur: zij weigeren te erkennen dat het land er is voor wie het bewerken en ze eigenen het zich toe met geweld terwijl ze zelf allerminst bereid zijn tot arbeid in het zweet van hun aanschijn. En zo gaat het er gestaag op gelijken dat het geld is wat men nodig heeft om zich te voeden: men aanbidt niet langer moeder natuur, het land of de koe die melk geeft, doch een kalf vervaardigd uit goud. Geweldenaars zijn erin geslaagd om het gros van ons te laten geloven dat zijzelf de goddelijke schenkers van het leven zijn; het is immers bij hen dat men voortaan moet aankloppen om gebruik te kunnen maken van middelen die oorspronkelijk natuurlijk zijn van aard zoals ook wijzelf natuur zijn. De natuur behoort ons toe omdat wij zelf tot de natuur behoren maar een zeker kwaad heeft die natuurlijke eenheid gespleten en pleegt systematisch chantage. Als wij erkennen dat de economie de basis is van ons leven, dan kapituleren wij voor een geweldenaar die het allerminst goed voorheeft met ons, met de natuur en met het leven. En dat de natuur systematisch om zeep gaat, is geen toeval: aan de vruchten kent men de boom. Edoch, hier zijn geen vruchten want hier is ook geen boom; hier is alleen de duivel doende die in zijn naijver de Schepper zelf naar de kroon steekt: hij neemt de schepping te baat zoals het hem uitkomt en derhalve degradeert hij haar van doel tot middel tot zijn middel waarmee hij een wereld 'herschept' waarvan hijzelf de god kan spelen. Maar is het geen onwereld, daar hij aan wie hem tegenspreken, alras het leven ontneemt?
En zo is het vandaag allemaal economie wat de klok slaat. We zijn immers bang voor het eigen hachje en dus belijden wij dat het niet zuurstof is wat wij nodig hebben om in leven te kunnen blijven, doch geld. Met dat geld immers kunnen wij ademen aan de automaten die ophangen in de straten van onze steden, onleefbaar door smog uit de geprivatiseerde natuur die onze fabrieken zijn. De toegang tot de akkers die wij nodig hebben voor ons dagelijks brood, wordt versperd door huurlingen met geweren. Niet door mensen, wel te verstaan, maar door huurlingen, want ook zij geloven dat zij niet kunnen zonder het geld waarmee zij worden ingehuurd om aan allen die niet betalen, de toegang tot de akkers te versperren. Men ziet wel dat dit plaatje in wezen makkelijk te doorprikken is; dat het volstaat om te verzaken aan het gouden kalf teneinde weer vrij toegang te verkrijgen tot de koe die melk en leven schenkt, tot de akkers, tot het dagelijks brood en tot het leven zonder meer. Wat houdt ons tegen?
Maar de leugen hier ter sprake is zo groot dat ze wel zichzelf de das moet omdoen. Onze economie draait op bedrijven die er hoe langer hoe minder naar streven om het goede voort te brengen of om ook maar iets voort te brengen zonder meer; zij wensen daarentegen alleen nog op te slokken of winst te maken. Winst maken betekent wezenlijk: meer nemen dan wat men geeft. Rijk wordt men als het verschil in waarde tussen het gegevene en wat men ervoor terugvordert, groter is dan het werk dat men daarin investeert maar is dat niet een vorm van diefstal? Onze economie elimineert genadeloos bedrijven die geen winst maken, maar het is helemaal niet moeilijk om te begrijpen dat een economie met slechts bedrijven die meer nemen dan ze geven, helemaal geen zoden aan de dijk kan brengen en dat de 'winst' die aldus wordt geboekt, van érgens komen moet en daarom ook een kostelijke illusie zal zijn als niet tegelijk een ongeziene slavernij, desnoods aan de andere kant van de aardbol, in stand gehouden wordt. Het standpunt bijtreden dat wij ons leven danken aan onze economie, betekent daarom tevens instemmen met het systeem van de slavernij, het in stand houden en bevorderen. Niets meer en ook niets minder dan dat.
(J.B., 10 juni 2014)
08-06-2014
Het 'Beest' en het Sinksenvuur
Het 'Beest' en het Sinksenvuur
Men spreekt van "groot machtsvertoon" wanneer men het anno mei 2014 heeft over de landing in Melsbroek van de president van de Verenigde Staten en over zijn verplaatsingen in een gepantserde limousine geflankeerd door veiligheidsagenten; de straten worden afgezet, het presidentiële hotel hermetisch afgesloten en het verkeer ligt lam in heel Brussel. Maar getuigt het van macht als men er fortuinen tegenaan moet gooien om zich wat te kunnen beveiligen of getuigt dat juist van angst en onmacht? De allersterkste en derhalve de meest gevreesde man ter wereld blijkt ook de meest bevreesde; zijn allerkostbaarst geachte leven blijkt het meest kwetsbare. En wie denkt dan niet aan de bijbelse spreuk dat wie het zwaard hanteren, ook zullen omkomen door het zwaard?
Potentaten of machtswellustelingen zijn controlefreaks, wat wil zeggen dat zij elk vertrouwen in hun medemensen missen, die zij om die reden dan ook tot het uiterste manipuleren en waar blijkt dat zij van de goodwill van derden afhankelijk worden, kunnen zij ook relatief vlotjes overgaan tot een of andere vorm van doodslag. Om anderen aan zich ondergeschikt te maken, zullen potentaten zich het liefst als helden profileren terwijl zij in werkelijkheid uit benauwdheid handelen en de psychologie van dit gedrag is meermaals overduidelijk gebleken ter gelegenheid van rampen.
Uit het huidige onderzoek naar het vergaan in de nacht van 14 op 15 april 1912 van de 'unsinkable' Titanic met 1522 slachtoffers blijkt dat bij de reddingsoperatie de zwaksten het moesten ontgelden en ook nadat op 6 maart 1987 in Oostende 193 mensen het leven lieten bij het vergaan van de Herald of Free Enterprise, doken getuigenissen op van overlevenden die zeker geen gestand konden doen aan de verzuchting om eerst de vrouwen en de kinderen te redden. Bij het zinken van de Costa Concordia voor de Toscaanse kust op 13 januari 2012 waarbij 32 opvarenden het leven lieten, bleek de kapitein eerst zichzelf in veiligheid te hebben gebracht.
Eerst zichzelf op het droge brengen, doen kennelijk ook het merendeel van de kapiteins van onze naties: zij vergeten alvast nooit om de eigen 'prestaties' riant te vergoeden terwijl de cijfers onomstotelijk bewijzen dat de besparingen die zij menen te moeten doorvoeren, eerst de meest noodlijdenden treffen zieken, minder-validen, ouderen en kinderen en er hoeft nog maar gewag te worden gemaakt over een rijkentaks, of de 'ondernemers' die niet zelden hun fortuin danken aan kinderslavernij in veraf gelegen gebieden, dreigen ermee te zullen uitwijken.
Alleen in de romantische cinema van Charlie Chaplin worden bloedmooie vrouwen op zwervers verliefd in het échte leven echter zijn armlastigen geheel onzichtbaar en dit ingevolge de wet uit de waarnemingspsychologie die stelt dat pas datgene wordt opgemerkt wat een gevaar inhoudt. Met andere woorden geldt in deze perverse wereld dat respect iets is wat moet afgedwongen worden zodat slechts zij worden ontzien die anderen bedreigen.
Hoe paradoxaal het ook moge klinken: machtsvertoon is blijk geven van vrees en zwakte en wellicht om deze reden wil alvast de God van het Christendom in deze wereld de machteloze bij uitstek zijn. Machtsvertoon is daarom ook even onverenigbaar met macht als de schijn der dingen met hun wezen, en die wet lijkt wel voortgesproten uit het zo gladde probleem van de zelfreferentie waar geen mens omheen kan.
Kennelijk alleen in de taal wordt zichtbaar wat anders fataal aan elke blik ontsnapt en op die wijze wordt het kwaad dat, zoals Dante het betoogt, als een worm vreet aan het hart der aarde, enigszins getemd. Vurige tongen banen zich een weg waar de dood de tongen van vlees het zwijgen oplegt en zij vermenigvuldigen zich omdat dit het wezen van de waarheid is, dat zij niet zwijgen kan. En zij heeft geen praalwagens nodig en geen tanks geflankeerd met veiligheidsagenten.
(J.B., Sinksen 2014)
02-06-2014
Overbevolking of niet? Geboortebeperking of niet? Een interview met Omsk Van Togenbirger
Overbevolking of niet?
Geboortebeperking of niet?
Een interview met Omsk Van Togenbirger
- Omsk Van Togenbirger, het lijkt erop dat men inzake het probleem van de overbevolking maar wat blijft aanmodderen, terwijl de omvang van deze dreiging voor de gehele mensheid onmiskenbaar danig groot is; hebt gij een uitleg voor dit talmen? Is hier sprake van defaitisme? Of is het lethargie? Of nog iets anders?
OVT: - Laat ik eerst herhalen dat men pas kan spreken over een overbevolking van zodra de bevolking van een stuk grond te groot is om met de opbrengst van die grond gevoed te kunnen worden. In feite is dit uiteraard onmogelijk, maar goed, we willen de hongerdood de zogenaamde 'Malthusiaanse catastrofe' voor zijn. Wel, om te beginnen moet een onderscheid gemaakt worden tussen noden en preferenties, want wat wil het volk dan eten, nietwaar? En ik bedoel: is men tevreden met graan en groenten of wil men vlees in de kuip? Iedereen weet immers dat vleeseters vele keren meer grond nodig hebben dan vegetariërs. Heel concreet betekent dit dat als de aarde tien miljard vleeseters kan dragen, zij omzeggens voor hetzelfde geld misschien wel in de behoeften van honderd miljard vegetariërs kon voorzien. Iedereen weet ook dat de helft van het voedsel gewoon wordt weggegooid en vaak reeds vooraleer het verkocht wordt, bijvoorbeeld om de marktprijs te beïnvloeden met het oog op geldelijk gewin. Zonder het kapitalistische systeem dat deze verspilling veroorzaakt, kon de aarde derhalve twééhonderd miljard vegetariërs voeden. Iedereen weet dat vele mensen zich gewoon dood eten: zij eten soms zeven keer meer dan nodig, worden daardoor ook zeer zwaar en omdat zij dan zo zwaar zijn, moeten ze ook veel meer blijven eten om hun lichaamsfuncties in stand te houden. De helft van de mensen zijn te dik: zonder hen zouden er op aarde dus nog eens zevenhonderd miljard bij kunnen. En hebt u al eens iemand horen klagen over de honden en de vele andere huisdieren die men er op na houdt, of zeg maar dat men ze kweekt, louter voor de luxe? Edoch, gezelschapsdieren waren geheel overbodig indien wij het wat beter konden vinden met elkaar. En dan is er naast het verbruik uiteraard nog het afval. Vandaag wordt het afval nog steeds niet verrekend in de verbruikskosten. Jaarlijks wordt bijvoorbeeld zowat zeshonderdvijftig miljoen ton aan plastics geproduceerd waarvan geen gram recycleerbaar is. Het gaat dus om de onophoudelijke productie van een gigantische afvalberg die ruimte inneemt en die derhalve de beschikbare ruimte gestaag doet inkrimpen, wat eigenlijk wil zeggen dat het afval onze aarde almaar kleiner maakt. En we hebben het nog niet eens gehad over afval als vergif, want ook alles wat door het afval vergiftigd wordt, is niet langer eetbaar. En hiermee wil ik alleen maar dit zeggen: vooraleer men gaat denken aan het verbieden of het onmogelijk maken van geboortes door geboortenbeperking, sterilisatie en nog andere drastische maatregelen die raken aan de fundamentele vrijheden van de mens, zou men eerst eens moeten kijken waar het schoentje knelt. Ik weet het wel, de rijken willen vlees blijven eten, zij willen duizend keer meer kunnen blijven verbruiken dan de paria's, en om die voorrechten te beschermen, moet de wereldbevolking dan maar worden ingeperkt, maar wie durft dat nog ethisch verantwoord te noemen in een tijd waarin de waarde van de gelijkheid van de Franse Revolutie nu al ruim twee eeuwen tot ons collectief bewustzijn zou moeten doorgedrongen zijn?
- Maar beweert u nu dat de overbevolking geen probleem is?
OVT: - Ik beweer dat niet de overbevolking het probleem is. De zogenaamde overbevolking is een schijnprobleem dat wordt opgehangen door een bepaald segment van de bevolking met de bedoeling een ander probleem te verkappen, namelijk dat van de ongelijkheid, en het zijn uitgerekend de probleemvervalsers die de ongelijkheid in stand willen houden omdat zij behoren tot de bevoorrechte klasse. Op aarde is er plaats voor heel veel armen terwijl het aantal van de rijken beperkt moet blijven. In feite zijn er rijken teveel maar de rijken schuiven de schuld door naar de armen, die op deze wijze twee keer boeten: de gedupeerden krijgen de schuld voor wat hen wordt aangedaan. En zo kom ik tot een tweede punt: er zijn geen rijken denkbaar zonder armen omdat voor de rijkdom van elke rijke zowat vijftig slaven garant staan. Alle rijkdom immers is afkomstig uit arbeid, terwijl alle arbeid geleverd wordt door de armen. Zoals ook u wel weet, werken de mensen niet als zij daartoe niet worden gedwongen, en zodoende werken slechts diegenen die noodlijdend zijn, hongerig of armlastig. Eenmaal rijk, stopt een mens met al zijn werkzaamheden en amuseert hij zich met de meest vergezochte tijdverdrijfselen die geen enkel nut meer kunnen hebben. Rijkelui spelen alleen nog golf.
- Maar ontkent gij dan dat het in leven houden van de armen en het verhinderen van eventuele sterilisatieprogramma's het probleem alleen maar kan doen toenemen?
- OVT: Gelooft gij nu echt dat men de armoede kon uitroeien door het aantal armen terug te dringen middels bijvoorbeeld sterilisatie?
- Ten tijde van de natuurramp in Haïti pleitte een vooraanstaand Vlaams ethicus ervoor om aan de arme vrouwen aldaar een geldsom aan te bieden in ruil voor hun sterilisatie en de beroemde sir David Attenborough pleit zelfs voor het stopzetten van voedselhulp aan arme Afrikanen omdat zij zich anders vermenigvuldigen, wat zijns inziens het probleem van de armoede alleen maar kan doen toenemen.
- Allerlei beroemdheden vertellen allerlei onzin en die wordt uiteraard ook nog geslikt door een massa van meelopers; het populisme is een echte plaag geworden waar de armslag van het meerderheidsbeginsel tekort doet aan de rechten van de minderheden; maar laat ik eerst toch nog eens herhalen dat het een kostelijke illusie is, te wijten aan kortzichtigheid en onwetendheid, om te geloven dat er in deze wereld rijken konden bestaan zonder armen.
Zoals iedereen intussen ook wel weet, is het zogenaamde geluk want in feite gaat het om een bedrieglijk geluksgevoel alvast in onze contreien ongelukkiglijk een kwestie geworden van sociale vergelijking: mensen identificeren geluk hier namelijk verkeerdelijk met winnaarschap omdat zij in deze prestatiemaatschappij niet langer elkaars medewerkers zijn maar elkanders concurrenten. Op wedijver valt niets aan te merken zolang het allemaal een beetje sportief blijft en dat wil zeggen speels; maar buiten het spel, in de ongespeelde, harde werkelijkheid, gaan de verliezers uiteindelijk dood als een bijzondere regelgeving ontbreekt die zulks verhindert. Hoe dan ook zorgt de concurrentieslag voor een polarisering van de bevolking in, enerzijds, extreem rijken en, anderzijds, extreem armen.
Maar vaak wordt over het hoofd gezien dat die polarisering allerminst het gevolg is van een groot verschil in prestatiebekwaamheid bij de mensen onderling; veel vaker immers zorgen durf, valsspelen en een verregaande immoraliteit voor exuberante winsten en voor succes. Iedereen weet toch dat multinationals die miljardenwinsten boeken, hun succes heel vaak te danken hebben aan slavernij en kinderarbeid in gebieden waar de wetgeving en de controle op uitbuiting te wensen overlaat? Iedereen weet dat mensen die teveel hebben, hun geld via de banken tegen woekerintresten uitlenen aan mensen die tekorten lijden. Over het uitlenen van geld tegen woekerintresten kan men bezwaarlijk zeggen dat dit werken is, of vergis ik mij? En vertel mij dan ook eens hoe armen die leningen moeten aangaan hun schulden kunnen terugbetalen als ze het niet doen door hard te werken? Indien zij het konden doen zoals de rijken, dan waren zij immers helemaal niet arm! Dat er geen rijken denkbaar zijn zonder armen, wil daarom ook zeggen dat rijkdom meestal aan uitbuiting toe te schrijven is.
- Haïti is daar een schoolvoorbeeld van?
OVT: - Haïti is een land van slaven die sinds oudsher voor de rijkdommen van het Westen hebben gezorgd. Christoffel Columbus ontdekte het in 1492 en noemde het eiland waarvan Haïti de westelijke helft vormt, Hispaniola(La Isla de Españiola of Het Eiland van Spanje) het oostelijke stuk is de huidige Dominicaanse Republiek; het was bevolkt met Taíno-indianen die alras uitstierven ingevolge dwangarbeid en westerse ziekten; zij werden vervangen door honderdduizenden uit Afrika geïmporteerde slaven die er werkten op de suiker- en koffieplantages uitgebaat door de Fransen. Die slavernij duurde tot de slavenopstand die volgde op de Franse Revolutie, maar het land werd onder de knoet gehouden. Van 1915 tot 1934 werd Haïti door de VS bezet; er volgden jaren van instabiliteit en van 1957 tot 1986 regeerden de corrupte en repressieve regimes van Papa Doc en Baby Doc die zowat 50.000 Haïtianen vermoordden naast nog meer verkrachtingen en martelingen. Na enkele staatsgrepen kwam in 1991 Aristide met tussenpozen aan de macht en sinds 2006 is Préval er president met de hulp van VN-troepen. De huidige Haïtianen zijn de nazaten van de Afrikaanse negerslaven; er werken nog een half miljoen kindslaven, 'retaveks' genoemd. Haïti is zowat het armste land op aarde.
De ecologische voetafdruk van deze mensen hun verbruik en afvalproductie is quasi nihil: zij produceren welvaart voor anderen en zelf bevuilen zij helemaal niets, integendeel. U weet toch dat vrachtschepen onze afgedankte computers naar Haïti brengen alwaar ze belanden op een gigantisch vuilnisbelt waar kleine kinderen die niets te eten hebben er het koper en alles wat nog bruikbaar is weer uithalen en zij zodoende de kostbare en beperkte grondstoffen zo goed mogelijk recycleren? Wie durft te beweren dat het uitgerekend deze arme kinderen zijn die de wereld overbevolken en die dus alles opvreten en ook nog bergen afval voortbrengen? Het zullen alvast geen geleerden zijn die dergelijke onzin vertellen en evenmin lui met enig ethisch besef, maar ik heb het nog gezegd: om te weten hoe laat het is, moet men allerminst bij de horlogemaker wezen.
- Maar laten we eens een concreet voorbeeld nemen, het voorbeeld van het onvruchtbare land in barre weersomstandigheden die ervoor zorgen dat de oogsten keer op keer mislukken: kan men dulden dat een volk dat daar wil overleven, dat poogt te doen door zoveel mogelijk kinderen ter wereld te brengen in de hoop dat enkelen daarvan, de allersterksten, het wel zullen halen? Is het niet een beetje cynisch om daar het recht van de sterkste te laten spelen terwijl wij toch over de mogelijkheid beschikken om in te grijpen, bij voorbeeld met sterilisatie of met anticonceptiva?
OVT: - De zaak is wel dat de mensen van ter plekke sterilisatie en anticonceptiva afwijzen omdat zij nu eenmaal kinderen willen. Om heel begrijpelijke redenen, want kinderen zijn in dergelijke streken de enige rijkdom in de betekenis van een verzekering voor de toekomst: er is ginder namelijk geen sociale zekerheid en dus ook geen pensioen! Wie in die gebieden kinderloos oud wordt, is ten dode opgeschreven want wie zal voor hem of voor haar zorgen? Dat probleem lost men niet op door geboortebeperking omdat dit vloekt met de wet van het soortbehoud; men lost het op met het pensioenrecht. En ga maar na: in landen waar mensen financieel onafhankelijk zijn van hun kinderen, worden de gezinnen kleiner; soms zelfs zo klein dat de betaalbaarheid van de pensioenen op de helling komt te staan. Sociale zekerheid is een element van onze beschaving en waar beschaving ontbreekt, neemt de natuur het over en geldt het recht van de sterkste: men houdt zoveel mogelijk kinderen om de kans op het voortbestaan van de soort zo groot mogelijk te maken, alle individuele leed ten spijt. Het getuigt van een jammerlijke zelfoverschatting om te geloven dat men aan de natuur een verbod kon opleggen; de enige remedie bestaat erin haar te verschalken... middels een betrouwbaar solidariteitsstelsel.
(J.B., 2 en 3 juni 2014)
28-05-2014
Verkiezingen 2014 [9]: Barst de hel nu los?
Verkiezingen 2014 [9]: Barst de hel nu los?
In de week voor de verkiezingen van 2014 stelde de auteur dezer aan een kandidaat politicus voor de N-VA de vraag of hij dan niet langer bereid was om het asielrecht te verdedigen zoals overeengekomen binnen de Verenigde Naties in 1948. De inschrijving van het asielrecht in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens kwam er immers nadat in de Tweede Wereldoorlog 600.000 joden stierven in de concentratiekampen van de nazi's en miljoenen mensen op de vlucht voor Hitler verborgen werden in de huizen van barmhartige burgers die aldus hun eigen leven riskeerden. Is het dan geen goede zaak dat de VN, waartoe intussen alle landen ter wereld behoren (behalve dan die 'onlanden' zoals Antarctica, de bezette Sahara en het Vaticaan) zich engageren om mensen op de vlucht voor nieuwe Hitlers op te vangen? Zijn antwoord luidde prompt dat dit wel heel lang geleden was! Maar kijk, reeds de volgende dag, op de vooravond van de verkiezingen, is er in het hart van de Europese hoofdstad een politieke aanslag met drie doden in het joods museum. [1]
Rechts wint de verkiezingen. Vooreerst dient opgemerkt dat 'rechts' een veel te verbloemende term is om die bloeddorstige partijen aan te duiden die plooien voor de nieuwe dictaturen van het geld. In Frankrijk werd het extreem-rechtse Front National van Marine Le Pen de grootste partij van het land [2], in België is er de N-VA maar ook de achterban van VLD-er Maggie De Block, in Oostenrijk de FPO, in Italië de Lega Nord en in Nederland de PVV van Wilders: deze extreem-rechtse partijen, samen goed voor straks een derde van de Europese stemmen, blijken achter de schermen allemaal handen op één buik. [3] De tellingen zijn nog niet rond of reeds op dinsdag 28 mei 2014 maakt de Franse politie zich op om met groots machtsvertoon een dreigende schurftuitbraak te gaan bekampen in Calais. Daar immers bevinden zich in vluchtelingenkampen zowat achthonderd mensen die er wachten op een oversteek naar Engeland. Zij worden omsingeld om vervolgens te worden verjaagd. [4]
Het is beslist geen toeval dat intussen in Oost-Europa de hel is losgebarsten: Oekraïne is nu in een echte oorlog met Rusland verzeild geraakt. De situatie is best complex maar niet alleen volgens Vladimir Putin is ook daar extreem-rechts verantwoordelijk voor de onlusten.
Het nieuwe rechts-extremisme lijkt wel een (misplaatste) reactie van het rijke Westen op de toevloed van armlastige vluchtelingen en het is vooral verontwaardigend wegens de ongehoorde genadeloosheid waarmee zijn aanhangers waarvan velen heden veeleer in kathedralen dan in huizen wonen, de geheel dakloze bedelaars bejegenen. De escalatie van die polarisering kan slechts in oorlog resulteren en alleen een al onverhoopt ethisch reveil kan de zich vandaag ontwikkelende en even genadeloze oorlogslogica nog breken...
Verkiezingen 2014 [8]: We hebben hier geen blijvende plek...
Verkiezingen 2014 [8]: We hebben hier geen blijvende plek...
Ter gelegenheid van de voorgaande verkiezingen verklaarde het boegbeeld van de N-VA in een aula van de Gentse universiteit voor een publiek van studenten dat hij deelneemt aan de verkiezingen omdat hij naar macht streeft om daarmee zijn ideeën door te kunnen drukken en hij voegde eraan toe dat kandidaten die dit ontkennen, liegen. In feite staat die intentie haaks op wat de taak hoort te zijn van een volksvertegenwoordiger binnen een democratisch bestel: hij dient zoals de door hem geambieerde functie het zelf zegt, het volk te vertegenwoordigen en aldus ook de ideeën van het volk en in geen geval de eigen persoonlijke macht die wordt alleen door een dictator nagestreefd...
Uit de discussie over het weren van ideologische symbolen zoals de hoofddoek en de regenboogtrui bij ambtenaren in functie, blijken onder meer de nationalistische partijen felle tegenstanders van de zogenaamde open samenleving die zweert bij een open debatcultuur die uiteraard noodzakelijk is in een multiculturele samenleving. Elkeen mag een eigen mening hebben maar moet die voor zichzelf houden aldus vertaalt zich het volstrekt wereldvreemde standpunt dat verwijst naar de joodse zelfspot in de concentratiekampen van de nazi's: "Die Gedanken sind frei"!
Twee en een half tot drie en een half miljoen mensen werden in de Tweede Wereldoorlog in de concentratiekampen van het Derde Rijk opgesloten en zeshonderdduizend van hen vonden er de dood voor het merendeel joden. De joden die probeerden om die hel te ontvluchten, zochten onderdak in het buitenland bij burgers die hen verstopten in kelders en op zolders op risico van zelf geëxecuteerd te worden. Na de oorlog en om precies te zijn in 1948 engageerden zich alle landen van de VN (en dat zijn heden alle landen ter wereld op uitzondering van Antarctica, de Sahara en het Vaticaan) om voortaan aan alle mensen op de vlucht voor nieuwe Hitlers, asiel te verlenen, wat wil zeggen: onderdak en voedsel. Vandaag echter vinden de nationalisten "dat vreemdelingen onze OCMW's niet moeten komen bevolken (en leegvreten)", waarmee zij, in weerwil van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, de politieke vluchtelingen aan hun lot wensen over te laten!
De Vlaams nationalisten keren niet alleen de VN de rug toe: ook de EU moet het ontgelden en bovendien willen zij dat Vlaanderen zich afscheurt van de rest van België. Desintegratie is een wat verbloemende benaming voor het rottingsproces waarin immers de onderdelen niet langer onderling samenwerken doch elk hun eigen weg wensen te gaan. Maar die desintegratie stopt uiteraard niet bij de opdeling van België in Vlaanderen en de rest. Omdat de weigering tot solidariteit met minder renderende regio's aan de grondslag van de splitsing ligt, zal in een volgende stap het Vlaamse land zich opsplitsen in het rijkere Antwerpen en de armere rest. Vervolgens zullen de rijkere Antwerpenaren zich losscheuren van de mensen van de Seefhoek en, men ziet het al aankomen: uiteindelijk wordt het elk voor zich Jeder für sich und Gott gegen alle enreïntegratie is dan al onmogelijk. Tenslotte zal men ook de solidariteit met zichzelf weigeren: de jongeman in de kracht van zijn jaren zal niet langer willen sparen voor het pensioen van de armlastige ouderling die hij misschien zal worden. Want daar draait het op uit als men de toer van het egoïsme opgaat: eenmaal het ego al het andere heeft vernietigd, is het zelf aan de beurt.
Nationalisme verwijst naar het Latijnse natus, van nasci, dat betekent geboren worden. De nationalist viert zijn vaderland en zijn volk maar helaas voor hem is hij een anachronisme. De vermenging van alle mensen en hun niet aflatende trek, de multiculturele wereldsteden en de symfonie van ontelbare tongen en talen domineren het hedendaagse theater van de werkelijkheid.
Maar hebben de internationalisten het dan bij het rechte eind? Zij die er eens en voorgoed de gelijkheid inhameren en die derhalve alle koppen die uitsteken boven de rest, zonder mededogen afmaaien? Edoch, de geschiedenis heeft genoeg aan één Stalin en aan één Mao Zedong, het idee aan de gelijkmaking in de heropvoedingskampen maakt ons ook vandaag nog misselijk.
En de rebelse christenen dan, die de almachtige God van het jodendom verwerpen en die de goddelijke status reserveren voor "de minsten van de Zijnen", de vervolgden en de treurenden en alle andere machtelozen waarover de Zaligsprekingen het hebben? Zij vergoddelijken de onmacht en in beginsel zijn zij dan ook volstrekt a-politiek. De politiek vloekt met het christendom, zij blijkt een heilloze bedrijvigheid die de wereld nimmer vooruit kan helpen en die tot mislukken is gedoemd. Wat komen die zogenaamde christenen nog zoeken in het theater van de macht als het niet de dood is van hun eigen ziel?
En zo rest ons alleen nog het gebed: "Heer, hoed ons ervoor dat wij hen ooit ernstig nemen, de machtswellustelingen met hun mooie praatjes voor de vaak".
Denn wir haben hie
keine bleibende Statt,
sondern die zukünftige suchen wir.
(Hebreeën 13:14 zoals in Ein Deutsches Requiem (1868) van Johannes Brahms)
(J.B., 23 mei 2014)
21-05-2014
Verkiezingen 2014 [7]: op naar de kastenmaatschappij?
Verkiezingen 2014 [7]: op naar de kastenmaatschappij?
Een van de listen waarmee populisten het groeiende segment van de asociale kiezers op hun hand willen krijgen, betreft de culpabilisering van de al dan niet langdurige werklozen. Door twee bevolkingsgroepen tegen elkaar uit te spelen, proberen politici haatstemmen te creëren waarmee zij macht verwerven, waarbij macht te danken aan haat ontegenzeggelijk demonisch is. Ze gaan daarbij zelfs zo ver, fictieve doppers de media in te sturen, die dan zogezegd getuigen over hun luilekkerleven: onzin uiteraard, alleen al omdat maatschappelijke uitsluiting een verschrikking is. Maar het schoentje knelt al vroeger, met name daar waar reeds de opdeling van de bevolking in werkenden en niet-werkenden geheel oneigenlijk blijkt.
Volgens de officiële gegevens telt België ongeveer elf miljoen inwoners waarvan het grootste deel niet werken: er zijn namelijk zes miljoen inactieven en nog eens een half miljoen werklozen tegenover drie en een half miljoen full-time werkenden en een miljoen part-timers. Maar er is een probleem met die gegevens: de cijfers kloppen weliswaar maar de benamingen van de verschillende categorieën ('werkenden', 'inactieven', 'werklozen'...) dekken de lading allerminst!
Een huismoeder met zeven kinderen die dag en nacht wast en plast en toekomstige belastingbetalers baart, wordt gerekend tot de groep van de inactieven. Dezelfde potsierlijke leugen geldt voor studenten die achttien uur per dag blokken en uiteraard ook voor de (school lopende) jeugd beneden de leeftijd van vijftien jaar. Ook mensen die vrijwilligerswerk verrichten en die dezelfde prestaties leveren als de zogenaamd werkenden maar met dit verschil dat ze er niet voor vergoed worden, worden als inactieven bestempeld. Hetzelfde geldt voor gepensioneerden die kleinkinderen opvangen en opvoeden en die meehelpen in de huishoudens van hun kroost. Uiteraard worden, geheel andersom, ook tot de werkenden gerekend: al diegenen die een loon opstrijken ook als zij zelf nauwelijks een inspanning leveren om dat te verdienen.
De leugen van het hele systeem berust bij de verwisseling van de veronderstelde arbeid met het loon dat men ervoor ontvangt: wie geld in het laatje brengt (of dus wie belastingen betaalt), wordt beschouwd als een werkende, ook als hij helemaal niets presteert. Meer zelfs: geheel destructieve activiteiten of dus werkzaamheden die schade toebrengen aan de gezondheid, aan het milieu en aan alle goede dingen die bedoeld zijn om door arbeid te worden bevorderd, worden beschouwd als werk van zodra daarvoor een loon ontvangen wordt. Ook andersom wordt al het werk dat mensen verzetten omdat het nu eenmaal gedaan moet worden, ook als daarvoor helemaal geen vergoedingen zijn voorzien, beschouwd als onbestaande. Zo rigide is de wet dat wie helemaal niks omhanden hebben, echt gestraft zitten met hun inactiviteit, daar het hun maar al te vaak verboden is om ook maar iets uit eigen beweging te ondernemen, en zo zijn en blijven een flink deel van de werklozen werkloos omdat het hun de facto wettelijk verboden is om te werken op straffe van totaal inkomstenverlies. En wat dacht u hiervan: een steeds groeiend deel van alle werk wordt feitelijk verricht door mensen die volgens de wet niet eens bestaan de zogenaamde illegalen!
Werklozen horen in feite werkzoekenden te worden genoemd maar aan geen van hen kan het kwalijk worden genomen dat hij of zij binnen een vastgestelde termijn geen werk kan vinden en wel omdat het verschaffen van werk voor iedereen niet de taak is van de werknemer. De enige plicht van de werknemer bestaat erin het werk waarvoor hij geschoold werd naar behoren te verrichten; daarentegen is het verschaffen van werk aan iedereen een plicht van de regering jegens de werkzoekende. Het zou niet de eerste keer zijn mocht een werkzoekende de regering hiervoor op het matje roepen en zijn gelijk halen. Politici die ermee dreigen om voor langdurig werkzoekenden geen uitkeringen meer te voorzien, kennen de wet niet ofwel zijn zij te kwader trouw: zij maken zich schuldig aan het bedreigen van medeburgers.
Van een nog ergere soort zijn die populisten die de werklozen met de dreiging van de dwangarbeid om de oren slaan, waar zij de verzuchting propageren om werkzoekenden onbetaald werk te laten doen, wat zij zo vals verkappen als 'gemeenschapsdienst'. Het mag duidelijk zijn: ofwel is er geen werk voor iedereen en moet het deel van de bevolking dat werkloos blijft, geheel volgens de wet, een vervangingsinkomen ontvangen en een nog betere oplossing ware het werk te herverdelen ofwel is er wél werk voor iedereen maar dan heeft ook elke werknemer zonder onderscheid recht op een behoorlijk loon. Maar niemand heeft er oren naar om het werk te herverdelen en wel omdat de job is verworden tot het meest begeerde product op de markt, een teken van status, een toegangsticket tot de wereld: zonder een job is men niet alleen kasteloos of onaanraakbaar maar bovendien krijgt men de schuld daarvoor er nog eens bij. We zijn goed op weg naar een kastenmaatschappij...
Verkiezingen 2014 [6]: Plat populisme, de laatste troef van onze democratie
Verkiezingen 2014 [6]: Plat populisme, de laatste troef van onze democratie
Het naar de mond praten van de meerderheid, ook wanneer die meerderheid het kwaad goedpraat en de waarheid verdraait: die allerlaatste troef van de democratie wordt heden uitgespeeld door politiek rechts dat met zijn zweren bij het recht van de sterkste in wezen volstrekt a-politiek is en haar meest schandelijke slogan luidt "dat wij niet de OCMW van de hele wereld kunnen zijn".
Bij uitstek met dit laatste 'argument' krijgen diegenen die in eigen land vervolgd worden en die elders om hulp moeten gaan smeken, een trap onder de kont. Het kleine België kan niet de OCMW van de hele wereld zijn, maar daar gaat het ook niet om: tot het verlenen van asielrecht aan om het even welke wereldburger die in eigen land vervolgd wordt door een dictator die met de mensenrechten de vloer aanveegt, hebben zich in 1948 alle (heden 193) landen van de VN verbonden, en dat zijn effectief alle landen ter wereld op uitzondering van Antarctica, Palestina, Vaticaanstad en de door Marokko bezette Westelijke Sahara. Derhalve is het de wereldgemeenschap zelf die zich borg gesteld heeft voor de solidariteit met allen van wie de mensenrechten in eigen land dermate worden geschonden dat zij op de vlucht moeten voor het regime van hun thuisland en níet de OCMW van België zoals sommigen ons dat willen aanpraten.
Dat asielrecht werd ingeschreven in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens in 1948 en niet toevallig zo kort na de Tweede Wereldoorlog tijdens welke immers miljoenen joden voor Hitler op de vlucht moesten wie dat niet deden werden vergast en die politieke vluchtelingen werden vaak verborgen door barmhartigen die zo risceerden geëxecuteerd te worden door de Gestapo.
Partijen die oproepen om niet langer asielrecht te verlenen aan politieke vluchtelingen, zijn het derhalve niet eens om hulp te bieden aan vervolgden die geen alternatief hebben dan de vlucht. Partijen die uitbazuinen "dat wij niet de OCMW van de hele wereld kunnen zijn", verwerpen het verdrag dat ook door hun land ondertekend werd en willen vluchtelingen overlaten aan hun lot. Hoe diep zijn wij in Gods naam gevallen dat zo'n partijen vandaag nog stemmen halen?
(J.B., 20 mei 2014)
15-05-2014
Verkiezingen 2014 [5]: Het rampzalige van onze politiek
Verkiezingen 2014 [5]: Het rampzalige van onze politiek
Het staat als een paal boven water dat alles wat voortreffelijk is, even zeldzaam is als moeilijk, zoals Spinoza het ter afsluiting van zijn Ethica zo treffend heeft verwoord. De geschiedenis houdt er immers niet mee op die waarheid te illustreren en niet in het minst door ons ervan te overtuigen dat de vooruitgang, het gelijk, het recht, de uitmuntendheid, eventueel de heiligheid, het goede en het schone, eigenschappen zijn van enkelingen en allerminst kenmerken van de massa. De meerderheid veredelt pas onder een goede leiding en het mag niet verwonderen dat zij die niet zelf kan kiezen omdat ook de goede keuze een voortreffelijkheid is en derhalve iets moeilijks en iets zeldzaams en dus zeker niet het deel van de meerderheid. En hier is het dan dat onze democratie botst op haar grenzen, want zij steunt op het meerderheidsbeginsel, het principe dat het gelijk a priori in het kamp van de grote massa heeft gelegd.
Het meerderheidsprincipe mag dan een kwaad zijn, het is ook een noodzakelijk kwaad omdat het alternatief de dictatuur is. Vierentwintig eeuwen geleden schreef Plato al in De Staat dat het volk het beste gediend is met een goede dictator maar de geschiedenis bewijst dat goede dictators bijzonder zeldzaam zijn, wellicht omdat macht de mens corrumpeert terwijl ook een dictator, al zijn macht ten spijt, een mens is en dat ook zal blijven.
Maar steeds vaker heeft men het nu over de dictatuur van de meerderheid, waarmee dan gezegd wil zijn dat het plaatje waarop de twee democratie en dictatuur worden afgeschilderd als elkanders opponenten, een simplistische voorstelling van zaken is en derhalve een potsierlijke leugen. Het principe dat de meerderheid het bij het rechte eind heeft, is inderdaad een dictatoriaal principe omdat de waarheid niet het bezit kan zijn van ook maar iemand, daar zij rust in zichzelf. Met andere woorden moet ook de meerderheid zich inzake haar beslissingen confronteren met de waarheid en moet ook zij zich uiteindelijk aan haar onderwerpen wil zij aanspraak kunnen maken op geloofwaardigheid en op waardigheid zonder meer. Het probleem daarbij is alleen dat de waarheid vaker ter discussie staat en dan vooral waar het die waarheid betreft die zich in een nog onbekende toekomst situeert: wij weten met andere woorden niet altijd hoe onze beslissingen zullen uitpakken.
De politiek is zoals het leven zelf altijd een stukje dansen op een slap koord en dit zeer in tegenstelling tot bijvoorbeeld een wetenschappelijke bedrijvigheid zoals de wiskunde, de biologie of de geschiedenis, al worden ook daar voortdurend 'feiten' op het matje geroepen om het dan maar in rechtstermen uit te drukken, want uiteindelijk blijkt de waarheid een zaak van recht.1 Maar het probleem komt via een achterpoortje opnieuw binnensluipen omdat ook daar de vraag rijst wie voor rechter spelen zal: een rechtsgeleerde aangesteld door de keizer en derhalve door God zelf ofwel een volksjury die over de zaak zal stemmen, waarbij dan verondersteld wordt dat de waarheid het deel is van de meerderheid.
Dat wil evenwel niet zeggen dat er gestemd kon worden over het al dan niet waar zijn van de stelling van Pythagoras of over de bekwaamheid van een ingenieur, een apotheker of een tienkamper: zij dienen hun waarheid en hun bekwaamheden te bewijzen en wel degelijk voor mensen die op hun beurt bewezen hebben terzake oordeelsbekwaam te zijn. Toch neigt men in de westerse maatschappij steeds meer tot het politiseren van de oordelen, waarmee bedoeld wordt dat niet zozeer de waarheid en de bekwaamheden de ultieme criteria vormen voor het in dat geval gedegen oordeel, doch het onmiddellijke voordeel dat de direct betrokkenen daaruit geloven te kunnen halen en dat is meer bepaald de zogenaamde vriendjespolitiek. Mensen studeren en moeten hun specifieke bekwaamheden bewijzen voor alles samen een menigte aan gespecialiseerde professoren om dan tenslotte vast te moeten stellen dat zij bij een sollicitatie aangeworven of afgewezen worden op grond van een vluchtige indruk, een gemeenschappelijke kennis, volstrekte willekeur.
Deze politisering verrot daadwerkelijk de samenleving omdat zij nog louter cliëntelisme is terwijl daarbij aan de klant wordt voorgehouden dat hij koning is, wat echter vloekt met het winstbejag dat de verkoper motiveert. Zo zullen bijvoorbeeld inzake de opvoeding de 'gepolitiseerde' scholen ertoe neigen om van de leerlingen geen al te grote inspanningen meer te vragen omdat zij dan moeten vrezen deze 'klanten' aan andere en makkelijkere scholen te zullen verliezen. Het onvermijdelijke gevolg is dan uiteraard het teruglopen van het studieniveau in alle scholen die (moeten) participeren aan die geperverteerde concurrentie: zij verkopen niet langer kennis en kunde maar luiheid en gemak.
Het is beslist geen sinecure om in een democratie het evenwicht te vinden tussen de wens van de meerderheid en het voortreffelijke waarover Spinoza spreekt. Wat door het parlement gestemd wordt, wordt ook wet en misdaad wordt in het recht beschouwd als datgene wat niet strookt met de wet. Zo groeit makkelijk de overtuiging dat wat legaal is, ook goed is, want vaak blijkt dat het geweten van de enkeling zich beperkt tot de interiorisering van wat de wetten hem opleggen en verbieden. Abortus, euthanasie en vele andere wettelijk toegelaten praktijken stroken gebeurlijk niet met bepaalde religieuze voorschriften, zodat er dikwijls verregaande conflicten rijzen omtrent goed en kwaad of over de kwestie wat toegelaten dient te worden of verboden. Dat het overlaten van die zaken aan meerderheidsbeslissingen altijd de beste oplossing zou zijn, klopt zeker niet, zoals het voorbeeld van ons aan cliëntelisme tenonder gaande onderwijs heel duidelijk laat zien.
Het is een hele opgave om de keerzijde van ons politiek systeem onder ogen te willen zien maar het is een noodzaak, willen wij onszelf behoeden voor het verkeren ervan in zijn tegendeel.
Verkiezingen 2014 [4]: hoe bevecht mijn stem de hedendaagse concentratiekampen?
Verkiezingen 2014 [4]: hoe bevecht mijn stem de hedendaagse concentratiekampen?
Zoals in een eerdere aflevering gezegd, is een concentratiekamp een plek waar door de maatschappij ongewenste mensen wederrechtelijk onder dwang worden geïsoleerd met de bedoeling hen psychisch en eventueel fysiek te breken of zelfs te doden en het best bekend zijn de vernietigingskampen van de nazi's uit de Tweede Wereldoorlog.
Maar de wereld is niet blijven stilstaan, hij is complexer geworden en de nieuwe Hitlers, de vervolgingen en de concentratiekampen van deze tijd zijn veel moeilijker te detecteren, soms blijven zij zelfs geheel onzichtbaar voor wie er niet zelf onder te lijden hebben. Want wie is bereid om genoeg empathie op te brengen teneinde zich te kunnen inleven in bijvoorbeeld het levenslang van de bejaarde over wie zo keurig wordt gezegd dat hij of zij zich in een rusthuis heeft teruggetrokken?
Gedwee laten zij zich naar de slachtbank leiden maar eenmaal binnen komt gestaag doch gewis het besef: dit is voor immer, ontsnappen is onmogelijk, in het beste geval zal er nog eens bezoek zijn dat ons meewarig opneemt en komt men hier ooit uit, dan wel in een kist en regelrecht naar 't graf. Kijk, daar komen ze al aandraven met hun uitvaartverzekering...
Zelfs Josef Mengele kon er uit leren want de nieuwe kampen hebben foltertechnieken die hun verschrikking ontlenen aan een absolute onnaspeurlijkheid. Want het is een wreedheid om een mens te beroven van zijn ogen en oren omdat het met onze ogen en oren is dat we zien en horen, maar het zicht en het gehoor kan ons ook anderszins worden ontnomen en wel met een techniek die niet het geringste bloedspoor nalaat. Iemands zicht verdwijnt namelijk evengoed wanneer hem of haar elk panorama wordt ontzegd en de waarnemingspsychologie leert ons dat zulks gebeurt van zodra wij uitkijken op een immer onbeweeglijk decor zoals een gevel of een muur. Precies hetzelfde geldt voor ons gehoor: als niemand nog tot ons zal spreken, dan keren onze oren zich naar binnen.
Het is wreed om iemands benen af te hakken omdat het met zijn benen is dat een mens ergens heen kan, maar eenzelfde effect wordt alras bereikt middels opsluiting in een beperkte ruimte: een kamertje van drie bij vier, een stoel waarin men vastgebonden wordt, een bed waaraan men is gekluisterd. Alras sterven dan de benen af op eigen houtje.
Wij weten dat een mens een sociaal wezen is en daarom duurt het ook niet lang om iemand tot zichzelf te laten praten: het volstaat die mens te isoleren om bij hem dat allergekste gemonkel uit te lokken.
Omdat ons lichaam én onze geest gericht zijn op de buitenwereld, sterven zij af van zodra wij van die buitenwereld afgesloten worden. O, gruwel: wij, oudjes in het rusthuis, beleven onze eigen dood, al blijven wij immer waakzaam de deurklink in de gaten houden...
En geen gebrek aan rusthuizen vandaag, het blijken opperbeste investeringen, de verblijfsprijzen rijzen er de pan uit voor een service die vaak te wensen overlaat, maar hoe kon men zich nog verzetten eens de aders dichtgeslibd zijn, zuurstofgebrek voor hallucinaties zorgt en reuma ons volkomen immobiliseert?
De laatste dorpen uit de oude tijd zijn nu verdwenen, de gehuchten waar hier en daar in 'koterholletjes' koppeltjes van welhaast honderd met rust gelaten de oude dag konden slijten, of waar zij inwoonden bij zoon of dochter, elk langs een kant van de Leuvense stoof, totdat zij zo gekrompen waren dat zij als 't ware spontaan verdwenen zonder nog te hoeven sterven, maar wel altijd aanwezig en deel uitmakend van de bende, lachend en op tijd en stond een spreuk te berde brengend. Zeg mij dan: waar zijn ze nu?
Oudjes, kinderen, zieken en alle mensen die onze zorg behoeven: krijgen zij niet langer voorrang in deze nieuwe, akelige tijd? Dienen ook zij te worden opgeruimd omdat zij zogezegd niet, nog niet of niet langer economisch nuttig zouden zijn? Staat ons leven dan echt in het teken van de banken en leven en werken wij voor het heil van de economie? Zijn die eens nuttige instrumenten ons heden boven 't hoofd gegroeid en bedienen zij zich nu van ons, sterfelijke machines van vlees en bloed, terwijl zij zelf, ofschoon zonder gevoel, welhaast onsterfelijk mogen heten?
Huizen waar sprookjes vertellende grootjes werden vervangen door computerspellen en tv-vedetten missen naar men zegt hun eigen ziel en blijken even vervangbaar als de toestellen waarmee zij hun leegte trachten op te vullen. Wat niet van plastic is en aandacht nodig heeft of plast, wordt in tehuizen opgeborgen waar Ersatz-zorgers die daarvoor worden betaald, het geweten moeten sussen van wie geloven zich aan hun menselijke plicht te kunnen onttrekken. Er bestaan warempel lui die zo ver gevorderd zijn in de kunst van het zelfbedrog dat zij zijn gaan geloven zelf nooit kind te zijn geweest en ook nooit oud te zullen worden, immuun te zijn voor ziekte, ongeval of dood. Leven wij niet in een sprookje van eigen fabricaat dat echter geen lang leven kan beschoren zijn omdat het een potsierlijke leugen is die de Weg, de Waarheid en het Leven naar de kroon steekt? De woekerende tehuizen die krampachtig pogen om de verdwijnende thuis te vervangen spreken boekdelen over de waanzin die alom zichzelf als de nieuwe wereldorde propageert met aan de top een grote bank of is het een atoomkop?
Partijen die de mond vol hebben over economie, banken en geld terwijl zij de kinderen vergeten, euthanasie voor ouderlingen aanprijzen en de zorg voor andersvaliden geloven te kunnen vervangen door abortus, bouwen binnen de kortste keren onze wereld om in één groot concentratiekamp en het is nog steeds onze eigen stem die kan bepalen of wij de toekomst van de mensheid aan die partijen toevertrouwen ofwel of wij een andere weg inslaan. Want het tij kan beslist keren op een dag en de dingen kunnen onomkeerbaar worden...
(J.B., 13 mei 2014)
12-05-2014
Verkiezingen 2014 [3]: Hoe stopt mijn stem de vervolging van onschuldigen?
Verkiezingen 2014 [3]: Hoe stopt mijn stem de vervolging van onschuldigen?
Een concentratiekamp wordt omschreven als een plaats waar door de maatschappij ongewenste mensen wederrechtelijk onder dwang worden geïsoleerd met de bedoeling hen psychisch en eventueel fysiek te breken of zelfs te doden.1 Het best bekend zijn de vernietigingskampen van de nazi's uit de Tweede Wereldoorlog waarin voornamelijk Joden maar ook Slaven, Roma en homo's massaal met gifgas werden omgebracht, maar er waren ook werkkampen waar mensen dwangarbeid verrichtten of als proefpersoon aan gruwelijke experimenten werden onderworpen door lui zoals de beruchte dr. Josef Mengele. Alleen al in die kampen werden 2,5 tot 3,5 miljoen mensen opgesloten waarvan er naar schatting 600.000 om het leven kwamen.2
Toen de wrede nazi's in Duitsland aan de macht kwamen en de vervolging van ganse bevolkingsgroepen een feit was, gingen velen op de vlucht op zoek naar een schuilplaats in het buitenland en met het risico van zelf geëxecuteerd te worden, boden burgers aan deze vluchtelingen onderdak en zij verstopten hen in kelders en op zolders. Zo ook vluchtte het Duitse joodse tienermeisje Anne Frank (1929-'45) naar Amsterdam waar zij ondergedoken leefde en er haar beroemd geworden dagboek schreef in het zogenaamde 'achterhuis' waarna ze uiteindelijk opgepakt werd en in het kamp van Bergen-Belsen omkwam.3
Om ervoor te zorgen dat in de toekomst mensen op de vlucht voor nieuwe Hitlers ergens terecht zouden kunnen, hebben de Verenigde Naties na de oorlog (vanaf 1948) het asielrecht in de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens ingeschreven, waardoor zij zich verplichten om aan allen die onterecht vervolgd worden, asiel te schenken zij mogen hen met andere woorden niet terugsturen naar het land van herkomst.4 Uiteraard wordt eerst de ontvankelijkheid van de asielaanvraag onderzocht en gedurende dat soms jaren aanslepende onderzoek krijgt de vluchteling onderdak en voedsel in een asielcentrum; wordt de asielaanvraag ontvankelijk verklaard, dat krijgt hij recht op een leefloon van de OCMW.5
Partijen die zich geliefd willen maken bij het (groeiende) asociale segment van de bevolking door erop te zinspelen dat vreemdelingen onze OCMW's niet moeten komen bevolken en derhalve maar teruggestuurd moesten worden naar het land van herkomst, waarbij zij overigens in één adem worden genoemd met de terug te sturen criminele vreemdelingen die partijen zeggen in feite de mensenrechten, en dan voornamelijk het asielrecht, uit de wereld te willen.
Zijn zij niet precies zoals zij die zonder genade de joden en alle andere vervolgden actief in Hitler's armen dreven, met name de Gestapo van Hermann Göring?6 En dit gegeven is vandaag niet langer een lachertje want als die lieden een vertegenwoordiging kregen in het parlement, dan herrezen de vervloekte wreedheden als een feniks uit hun as...
Verkiezingen 2014 [2]: Hoe stopt mijn stem de kinderslavernij?
Verkiezingen 2014 [2]:
Hoe stopt mijn stem de kinderslavernij?
Toen in het vrt-programma 'Rijk en arm' van Jan Leyers China aan de beurt was, werden wat betreft de armen, plattelandsboeren geïnterviewd die vertelden hoe zij telkenjare tussen de oogst en de zaaitijd naar grootsteden zoals Peking trokken om daar tegen karige lonen dubbele shiften te draaien in bouwvallige fabrieken. (1)
Weinig fraai, maar er bestaat veel erger en daarvan werd in de reportage niet gerept: straatarme mensen die zich genoopt weten om hun kinderen van amper negen voor een eenmalige geldsom te verkopen aan slavendrijvers die hen voor de rest van hun dagen verplichten om tot achttien uur per dag te gaan werken in fabrieken die vaak voor westerse firma's produceren. Die firma's argumenteren dan dat hun geen alternatief rest omdat alleen kinderslavernij de winstmarge verdrievoudigt.
Dit typisch kapitalistische argument verzwijgt handig het doel waarvan het in functie staat; voluit zou het namelijk luiden: "Wij zien ons verplicht om kinderen uit te buiten want wij willen héél snel héél rijk worden". En luidt het argument van bankrovers niet eender? Ook voor hen is er geen alternatief om héél snel héél rijk te worden. Rijkdom tot elke prijs rechtvaardigt moord en in het kapitalisme is het geld nu eenmaal de eindwaarde.
Kinderslavendrijvers maken ongetwijfeld meer slachtoffers dan bankrovers maar wat de misdaad zo immoreel maakt, is dat deze criminelen in landen die de mensenrechten niet erkennen, geheel wettelijk hun gang gaan, zodat men hen ter plekke godbetert helemaal geen criminelen noemen mag. (2)
Met aldus onteerde kinderen die gelijk beesten gevangen gehouden worden voor uitputtende dwangarbeid, maken de fabrikanten-slavendrijvers fortuinen die zij dan versassen naar bankrekeningen in landen zoals Zwitserland waar ze er het bloed afwassen. Het hypocriete Zwitserland immers lijkt de mensenrechten wél te erkennen maar waarborgt tegelijk het bankgeheim dat kindermisbruikers en moordenaars wereldwijd faciliteert, wat uiteraard ook de Zwitsers zelf niet doet verarmen. En de combinatie van de twee een mensenrechten schendend China en een staat met een verzekerd bankgeheim beschermt niet alleen de wrede Herodessen van deze tijd maar verheft ze bovendien tot vooraanstaande want vermogende burgers.
Van hun strooptocht thuisgekomen gaan de misdadigers beslist voor eerbare burgers door die op de koop toe uitpakken met hun rijkdom alsof ze die zelf hadden verdiend in het zweet van hun aanschijn. Harde werkers, zo noemen zich dan deze kannibalen en niet zelden prijken op hun borst de kentekens van de adeldom.
Opvallend is de gelijkenis die deze van een geweten gespeende lui vertonen met de wrede Schutzstaffel of de SS van Adolf Hitler uit de nazi-tijd en de Geheime Staatspolizei (de zogenaamde Gestapo) van Hermann Göring welke in gans Europa mensen oppakten voor de concentratiekampen, waar deze volstrekt harteloze sadisten eenmaal thuis namelijk de meest voorbeeldige huisvaders blijken. (3)
Dit reminisceert spontaan aan de slogan "Eigen volk eerst", welke nog steeds aanhangers heeft en ook geduld wordt in samenlevingen die nochtans de mensenrechten en aldus ook het gelijkheidsbeginsel zeggen te onderschrijven. In een heren- en slavenmaatschappij delven de zwaksten het onderspit en kan er vanwege de heersende natuurwet van het recht van de sterkste, van beschaving helemaal geen sprake zijn. In onze huidige democratieën zit met de geschetste gang van zaken dit wrede fascisme sowieso in het zadel.
Willen wij hieraan een einde stellen dan brengt het derhalve geen aarde aan de dijk om te stemmen op partijen die beloven de mensenrechten te zullen respecteren. Het volstaat immers niet om een wet te ondertekenen tegelijk met een tweede die de eerste uitholt. Men dient op zoek te gaan naar politici die de schandelijke kinderhandel tegengaan met maatregelen die kunnen tellen, zoals de opheffing van het bankgeheim alom, de bestrijding der belastingparadijzen en een effectieve controle op de herkomst van uitheemse producten. Wij behoeven politici die overal sociale wetten invoeren en niet handlangers van criminelen die deze wetten afschaffen of die ze met een massa aan faciliteiten voor misdadigers omzeilen.
Een kapitalistisch China illustreert voor ons, voor wie het misschien nog niet te laat is, hoe het in een land waar de geldgod de sociale zekerheden ondermijnt, de burgers vergaat: de middenmoot splitst zich op in twee extremen; de armen worden extreem arm, de rijken extreem rijk en beide polen gaan elk aan hun eigen extremiteit ten onder.
Verkiezingen kunnen zinloos lijken en, inderdaad, zijn bijna alle partijen over dezelfde kam te scheren daar zij meestal allemaal ten dienste staan van die perverse dubbele moraal die ons tot hypocrieten maakt. Alleen een krachtige stem tegen de opheffing van het bankgeheim kan de ten hemel schreiende misdaad tegen kinderen voorgoed beëindigen en de schijnheiligheid die ons niet siert verbannen naar een wreed maar dan gelukkig ook leerrijk verleden. (4)
(2) China was al in het nieuws met die bijzonder wrange praktijken en deze vreselijke misdaad tegen de mensheid zou zich van daaruit ook verplaatsen naar landen zoals Cambodja en Vietnam.
(4) Zie onder meer de filosoof, politicoloog en econoom, Raj Patel (°Groot-Brittannië, 1972) die zich gekeerd heeft tegen gevestigde machten zoals de Wereldbank, de Wereld Handel Organisatie en de Verenigde Naties waarvoor hij ooit werkte, teneinde een rechtvaardiger wereld mogelijk te maken. Raj Patel is het meest bekend van zijn boek The Value of Nothing (De waarde van niets) uit 2010. Zijn werk verdient een artikel apart.
NB: Kinderslavernij: Volgens de Internationale Arbeids Organisatie (IAO of ILO in het Engels), een instituut van de VN dat sociale rechtvaardigheid nastreeft, zijn er wereldwijd 250 miljoen kindslaven waarvan 78 miljoen in Azië, waar (net als in Latijns-Amerika, het Midden-Oosten en Noord-Afrika) één kind op tien in slavernij moet leven (- in de gebieden onder de Afrikaanse Sahara loopt het aantal op tot één kind op vijf). ( http://www.ilo.org/global/topics/child-labour/lang--en/index.htm#a2 )
De Taipei Adventist Preparatory Academy of TAPA (vandaag The Primacy Collegiate Academy of TPCA) is een private hogeschool van Zevendedagsadventisten in Taipei, Taiwan, waar onderzoek verricht wordt naar hedendaagse slavernij in Azië met het oog op het uitwerken van hulpprogramma's. (https://sites.google.com/a/tapa.tp.edu.tw/modern-day-slavery/ ) Wat betreft de kinderslavernij werd onderzoek gedaan in onder meer China, Zuid-Azië, het Midden-Oosten, India en Cambodja.
China verbiedt principieel kinderarbeid onder de leeftijd van zestien jaar maar maakt een uitzondering voor noodsituaties... waarin echter tallozen verkeren. Onder het voorwendsel van 'educatief werk', wordt in werkelijkheid zwaar en gevaarlijk werk gedaan door ondervoede kinderen vanaf de leeftijd van vijf jaar in lange arbeidsdagen. En het probleem neemt toe (vooral rond Hong Kong) evenredig met de Chinese economische groei die kennelijk alleen de rijken ten goede komt omdat zij de armen en hun kinderen uitbuiten. (http://www.clb.org.hk/en/node/15889 en https://sites.google.com/a/tapa.tp.edu.tw/modern-day-slavery/child-labor/child-labor-in-china-2
De leugen onderscheidt zich van de waarheid door het feit dat zij, zeer in tegenstelling tot de waarheid die vanzelf spreekt, propaganda nodig heeft, reclame en allerlei andere middelen om te overreden en te overtuigen. Uiteraard geldt dat ook andersom: waar propaganda wordt gevoerd en men met reclame overstelpt wordt, kan men er bijna een eed op doen dat de waarheid geweld wordt aangedaan. (°)
(°) Op een wel bijzonder potsierlijke wijze gebeurde zulks naar aanleiding van het Darwinjaar waar aan een Vlaamse universiteit een grote som geld werd uitgekeerd voor de promotie van het darwinisme. Zie: http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=59
Nu ziet men zelden de propagandamachines zozeer draaien als in verkiezingstijden en zo gebiedt elk pamflet en elk plakkaat om te stemmen voor deze leugenaar en voor geen andere.
De politiek heeft weliswaar niet zozeer rechtstreeks met leugen en met misdaad te maken: politieke leugens beperken zich door de band tot valse beloften, welke in wezen de machteloosheid van de politici moeten verdonkeremanen; politici dienen te langen leste om het bedrieglijke soelaas te voeden dat wij ons leven konden regelen of dat wij het zelf in handen hadden.
Zo bijvoorbeeld weet elke milieuminister dat kleine kinderen dementeren ingevolge loodvergiftiging afkomstig van onophoudelijk en alom draaiende benzinemotoren van auto's, maar geen excellentie kan daar ook maar iets aan verhelpen: wanneer een kapitaalgroep een oliemaatschappij een tankstation inplant op de hoek van de straat, is een minister alleen goed genoeg om het lintje door te knippen, zoals hij ook doet op het jaarlijkse autosalon, en zou hij dat weigeren dan werd hij ook nooit verkozen omdat er zonder kapitaal geen kiescampagne mogelijk is.
Reclame overtuigt immers nimmer door redelijke argumenten doch door de herhaling van gebeurlijk de meest potsierlijke verzinsels en beloften, en zo ziet men op de verkiezingsborden steeds vaker ten voeten uit aantrekkelijke jonge mensen van wie men zich afvraagt of zij niet veeleer passen in miss- of mister-worldcampagnes dan als kandidaat voor functies waarvan dan toch verondersteld mag worden dat zij ervaring vereisen en derhalve tijd, die ontegenzeggelijk fysieke sporen nalaat welke ons gewis en zeker geheel ongeschikt maken voor schoonheidswedstrijden.
De aantrekkingskracht van reclame of propaganda ligt zoals gezegd niet in redelijkheid of logica, laat staan in naastenliefde: reclame haalt zijn effect uit het beroep dat zij doet op het rauwe egoïsme, het eigen gewin, de ijdelheid en nog talloze andere driften die wij gewoonlijk onderbrengen bij de verfoeilijke ondeugden. De leugenachtigheid en het bedrog van de reclame spreekt vanzelf uit haar intern contradictorisch karakter, daar zij ons altijd voorhoudt ons eigenbelang te dienen, terwijl dienstbaarheid vloekt met egoïsme. Alleen wie zichzelf bedriegen kunnen dan nog geloven dat het met de waarheid zelf is dat zij worden belogen.
Propagandisten hebben kennelijk ook ontdekt dat zij inzake hun bedrog steeds verder kunnen gaan en dat er omzeggens helemaal geen grens is aan de goedgelovigheid die wezenlijk terug te voeren is tot zelfbedrog en zo worden zij steeds schaamtelozer in de wijze waarop zij hun slachtoffers benaderen omdat die slachtoffers uiteindelijk tegelijk de daders zijn. Propagandisten blijken derhalve 'slechts' katalysatoren, wat hun kwaad echter niet kan verontschuldigen daar zij wezenlijk zijn voor het zich manifesteren ervan, aangezien het kwaad dat binnenin de mens zit, pas via hen in de openbaarheid treedt en aanspraak maakt op legitimiteit.
Zo bijvoorbeeld dankt VLD-politica Maggie De Block haar populariteit niet zozeer aan het feit dat zij ook doet wat zij belooft maar veeleer aan wát zij belooft en ook doet, met name het weren van behoeftigen gebeurlijk 'vreemdelingen' ten bate van niet-behoeftigen. Men snapt de 'logica' van zodra men zich realiseert dat de behoeftigen in de minderheid zijn terwijl het meerderheidsprincipe een democratisch beginsel is, waarbij de politica in kwestie dan maar kan hopen, niet zozeer dat de meerderheid het zal halen doch het egoïsme van die meerderheid. En vertoont die immorele propaganda dan geen sterke gelijkenis met deze op de beruchte affiches uit de Nazi-tijd die de burger attenderen op het feit dat zieken en behoeftigen een aderlating zijn voor de staat? (1)
(1) In oktober 1939 gaf Adolf Hitler het bevel om alle burgers die niet langer winstgevend waren maar daarentegen geld kostten aan de staat omdat zij ziek waren of tenminste aldus stonden geboekstaafd, om te brengen. Dit moest gebeuren voor hun eigen bestwil, zo luidde het voorwendsel, want aldus werd hen een onwaardig bestaan bespaard. Hitler schuwde het niet om aan zijn bevolking deze massamoord op (in 1941 reeds) 200.000 mensen te verkopen middels affiches waarop een door een verpleger geflankeerde zieke was afgebeeld, voorzien van de volgende tekst: "60.000 Mark betaalt de maatschappij om deze zieke in leven te houden!" En dan in grote letters: "Medeburgers, dit is ook uw geld!" Zie: http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=1556061
Even platvloers en populistisch ageert VLD-politicus Rik Daems waar hij het verdeel- en heersprincipe toepast door de werkenden tegen de werkzoekenden op te zetten met de verzuchting om werklozen gratis te doen werken. Weet hij echt niet dat arbeid een mensenrecht is, geregeld door minimumlonen en sociale zekerheid en geheel onderscheiden van dwangarbeid en andere lijfstraffen in wrede dictaturen? Of weet hij dat wel en wenst hij een dictatuur? Doet hij een beroep op de verborgen egoïst in elk van ons om voor dictator te kunnen spelen? En ware een dergelijke laaghartigheid dan geen geldige reden om lui die zich eraan bezondigen voorgoed uit de politiek te weren?
Een gelijkaardig bedrog of is het echt onwetendheid en onkunde? - kenmerkt het nieuwrechts van Bart De Wever, bij uitstek daar waar hij aan ambtenaren in dienst verbiedt om kledingstukken te dragen die althans in een van politieke symboliek bezeten blik wel eens konden verwijzen naar een (overigens geheel legitieme) levensovertuiging. De multiculturele samenleving is een feit, zoals wij allen weten, maar sociologen leren ons dat zij pas kan gedijen in een open samenleving, waar elkeen zijn eigen 'geloof' ook openbaar moet kunnen belijden. Het alternatief het recht op een eigen overtuiging die men echter niet mag uitspreken is uiteraard de reinste onzin. Maar evenmin als bepaalde zich religieus wanende absurditeiten is zo'n onzin onmogelijk en in de praktijk leidt zij tot gettovorming, bendevorming, relletjes, burgeroorlog en derhalve uitzichtloze ellende voor niet te tellen menigten.
Een stap verder nog gaat Geert Wilders in Nederland, geadviseerd door de Vlaming Paul Beliën, door van op het preekgestoelte te beloven aan de massa om voortaan mensen met een welbepaalde afkomst het land uit te zetten. Gelukkig blijkt voor de legitimatie van een dergelijk misdadig opzet het publiek geheel onbestaande. Politici mogen dan al aanspraak willen maken op een vermeende laaghartigheid bij de burgers: als puntje bij paaltje komt, blijkt die laaghartigheid enkel hun eigen deel en kan aan de doorsnee kiezer slechts onwetendheid worden aangerekend of onnadenkendheid; de laffe criminelen zitten vaker enkel aan de top waar zij als helden willen schitteren.
Maar men mag niet discrimineren, want ook partijen die de naam van Christus aanwenden in hun politieke plannen gaan niet vrijuit. Zo kennen we bijvoorbeeld van de CD&V Stefaan De Clerck, gewezen burgervader, gewezen minister en betekent minister dan niet dienaar? meer bepaald minister van justitie, die de rechtspraak in het land in goede banen leiden moet, gewezen senator ook, die verondersteld wordt wijs te zijn en ook voorbeeldig: hoe rijmt die man het om ons, die hij vertegenwoordigt, te willen bestelen als hij het niet doet middels de wet die hij zo goed kent maar waarvan hij toch ook zal weten dat zij daarentegen dient om misdaad te verhinderen? Verschiet hij er dan van dat de misdaad toeneemt in het land als uitgerekend hij het voorbeeld geeft? (*)
(*) Rooms-katholiek en Christen-democraat, zo zegt zijn uithangbord als het niet liegt: heeft Christus hem dan voorgedaan hoe hij, die niets tekort komt, zijn op de koop toe noodlijdende naaste in de doeken dient te doen en laat het hem ons eens tonen waar dat dan in de bijbel staat of heeft hij dan ook het goddelijke wetboek helemaal herschreven? Zag hij uiteindelijk de onredelijkheid in van zijn eis, of betrof het zijn onhoudbaarheid? Hij weet toch zeker wel dat iedereen kon getuigen hoe hij alsnog munt probeerde te slaan uit zijn wanpraktijken door wat hij wel niet anders kon dan het te laten schieten, nog voor te stellen als een gulle gift voor goede werken? En dat hij het ons ook maar meteen uitlegt: welke booswichten zorgen ervoor dat niet alleen christen-democraten zoals ze zichzelf noemen maar ook christenen zonder meer vandaag als huichelaars gebrandmerkt zijn en steeds vaker voor vervolging moeten vrezen of is het heerschap niet in staat om de consequenties van zijn daden in te zien? Maar deze kwestie van de schrokkerige premie-jagers is nog niet voorbij of schaamteloos staan ze alweer op het toneel! [http://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=2337422 ]
Maar de kroon wordt gespannen door diegenen die zichzelf uitgeven voor de plaatsvervanger van de hemelse God op aarde, welke bij monde van zijn eigen Zoon verkondigd heeft dat wie Hem wenst te volgen, eerst zijn bezit dient te verkopen en de opbrengst aan de armen uit moet delen. Deze elkaar heilig verklarende 'godvaders' slagen er namelijk niet in om hun fortuinen te verbergen en zo zij de geit mét de kool willen sparen, bazuinen zij ook uit dat zij hun linkerhand niet laten weten wat hun rechter geeft, uitgerekend 3,7 miljoen euro, uit eigen zak dan nog en voor eigen festiviteiten. (3)
Verkiezingen, ze houden ons in de illusie dat wij ons lot zelf bepalen, wij worden er zowaar een beetje ernstig van en wij geloven het te voelen hoe een zware verantwoordelijkheid op onze schouders drukt. Maar als het erop aankomt, staan wij gelaten toe hoe een handvol idioten de oorlog aan elkaar verklaren, zoals nu aan de gang in het grensgebied tussen de Europese Unie en Rusland, waar het Amerikaanse leger al paraat staat, alweer veilig ver weg van eigen huis en haard; het belooft wat te zullen worden voor de reality-tv waar men daar zo tuk op is.
Vrijheidsberoving en opsluiting lijken het allerergste wat een mens kan overkomen, totdat men aan een gevangene de vraag gaat stellen of er iets is dat hij of zij nog méér schuwt en dan luidt prompt het antwoord dat erger nog dan het opgesloten en alleen zijn, het verlies is van de privacy: het niet meer alleen kúnnen zijn, het continu geschaduwd, bespied en afgeluisterd worden. En kijk, daar is het alziend oog niet dat van de goede God doch 't boze oog van het huidige en toekomstige mensdom dat immers de wereldse wet volgt van de wraak. Sinds kort kijkt het altijd en overal mee en ontneemt genadeloos aan de allerlaatste mens wat hem nog aan vrijheid restte.
De allerlaatste mens, wel te verstaan. Want wie dacht dat vrijheid een menselijk bezit was, die heeft het flink mis; wij vallen immers zonder meer met onze vrijheid samen: de mens is zijn vrijheid en waar hij die moet missen, is hij ook niet langer mens. Waar ons de ruimte de bewegingsvrijheid wordt ontnomen, verliezen wij tevens het hele lijf dat om te bewegen is bestemd; waar ons het panorama wordt ontzegd, derven wij mét het zicht van onze ogen, onze ogen zelf, daar zij niet langer kunnen zien; waar ons de medemens wordt ontnomen die wij vertrouwen konden, doemt in zijn plaats een anonieme massa op die daarom onpersoonlijk is en die niet handelt doch raast zoals ook orkanen razen, aardbevingen, plagen, oorlogen en wilde dieren.
God ziet u, hier vloekt men niet: het was beslist niet prettig om door de goede Vader gade te worden geslagen waar men kattekwaad uithaalde, waar men over de schreef ging of waar men zich niet naar behoren wist te kwijten van zijn taak, maar uiteindelijk heeft men van de Waarheid niets te vrezen. Heel anders echter is het gesteld met het alziend oog van de duivel heerser dezer wereld die niet toekijkt zoals een engelbewaarder dat zou doen maar veeleer zoals een die wil betrappen, dwarsbomen en vernietigen wie hem voor de voeten lopen. Alles wat gij zegt, kan tegen u worden gebruikt, zo lacht hij: met alles wat gij doet, kunt gij een door mij uitgetekend lot bezegelen. En de bestemming die Lucifer voorheeft met de oogappel van Wie hij naar de kroon steekt, kan uiteraard bezwaarlijk mals zijn. Maar wij zijn ingedommeld, wij geven ons geen rekenschap meer van het kwaad, helaas.
Onzichtbaar is het alziend oog van de anonieme massa's die immers op het ogenblik van de bespieding zelf afwezig zijn of zelfs nog ongeboren. Maar wie denken nog langer te mogen geloven dat zij alleen zijn, die hebben reeds hun lot bezegeld en zij zijn niet meer.
(J.B., 14 april 2014)
28-03-2014
Duizend bommen en granaten!
Duizend bommen en granaten!
Een conferentie hier, een conferentie daar, een milieutop, de Olympische Spelen, gastheren die elkaar overtroeven met machtsvertoon en show, spektakels om van te snoepen, een dank u hier en een dank u daar. Het duurt allemaal totdat ze er genoeg van hebben en dan is het tijd om elkanders tanden uit te slaan. De ander is begonnen! Hij doet iets wat niet mag! Ik was hier eerst! Dit is altijd al het onze geweest! U mag niet over de grens! Let op wat u zegt! Zij steunen terroristen! Sancties zullen volgen! U bent gewaarschuwd!
Maar dan zijn er nog de media, de mensen kijken toe, de ruziemakers moeten proberen hen voor zich te winnen en de Amerikaan doet niets anders dan wat ze dezer dagen allen doen, de potentaten: hij hangt de weldoener uit, demoniseert zijn vijanden, hij probeert ons zijn gelijk en derhalve zijn ruzie met de Rus te verkopen want het drama speelt zich weer af in onze eigen achtertuin.
Verkopers, dat zijn ze in de eerste plaats en stuk voor stuk. Neem nu de paus. De man laat weten aan de pers dat hij, overeenkomstig het Evangelische gebod, zijn linkerhand niet laat weten wat zijn rechterhand geeft, en derhalve bloklettert men dat Sint-Franciscus, want dat is de heilige voor wie hij zich uitgeeft, in het verborgene aalmoezen schenkt aan de armen. Ja, met een viertal daklozen gaat hij zelfs een keer dineren in een chic Romeins restaurant, voor de rest gevuld met de internationale pers. Wat later dan en ter gelegenheid van de jongerendagen in Rio past hij, naast de kerkelijke dotatie, uit eigen zak zomaar eventjes drie miljoen euro bij. Alleen een dement oudje durft het luidop te denken: drie miljoen euro, maar dat is een dozijn keren het groot lot! Mijn Heer en mijn God, geldt de parabel van de rijke jongeling dan niet voor uw plaatsvervanger hier op aarde?
Poetin in zijn speech legt uit aan zijn publiek dat de Krim altijd bij Rusland heeft gehoord en is dat geen waarheid als een koe? Een onoplettendheid van Nikita Chroesjtsjov die de Krim schonk aan zijn geboorteland, de Oekraïne, maakte dat Rusland die ooit kwijtraakte: wie had immers durven denken dat de Sovjet-Unie zo'n kort leven was beschoren, terwijl haar einde behalve de Oekraïne ook de Krim van haar verloste? Alleen verzweeg de hedendaagse tsaar dat sinds de dertiende eeuw deze Krim bevolkt was met Tataren: Turkse moslims die in 1945 door Stalin uit hun huizen werden gesleurd, gedeporteerd werden en vervangen door rijke Russen die nu in dat fameuze referendum voor aansluiting bij hun land van herkomst stemden. Geen nood: de toehoorders kennen de geschiedenis niet, men kan dezer dagen ongestraft ongeacht wat verzwijgen.
Neem nu het verhaal van Obama met zijn zo vreedzaam Amerika dat de voorrang geeft aan diplomatie, dat de zwakken beschermt en de vrijheid en de gelijkheid van elke burger. Misschien kunnen we beginnen met dat laatste en mogen we dan ook in volle vrijheid naar waarheid opmerken dat de koning van het kapitalisme zijn toespraak gaf in een paleis voor de beau monde van de Europese hoofdstad, zijnde welgeteld tweeduizend genodigden? De televisiekijkers onder ons konden deze echo van het kapitaal horen zeggen tot de kleine club van rijkeluizen kennelijk zomaar gelijkgesteld met Europa zonder meer dat hun welstand te danken is aan de samenwerking met Amerika, economisch én militair. Over het moeras van armoede waarin de 'rest' van het continent dreigt weg te zinken, geen woord. En bracht hij die ochtend zelf niet een bezoek aan de VS-enclave in Waregem, waar driehonderdachtenzestig Amerikaanse gesneuvelden liggen uit de Eerste Wereldoorlog? Driehonderdachtenzestig van de vele miljoenen is misschien niet veel maar Amerika is er ook maar ingestapt in 1917, net zoals China, toen de strijd in feite al gestreden was. Mag het ook gezegd, tussen die 'geschiedenislessen' in, dat Rusland met ons was van bij de start? Ook in de Tweede Wereldoorlog waren de Russen onze bondgenoten en zij offerden zowat twaalf miljoen burgers om ons voor het fascisme te behoeden. Amerika leed relatief geringe verliezen, godzijdank, en op Pearl Harbor (in Hawaï) na, bleef het grondgebied van de VS intact.
Stoute tongen beweren dat de VS er tot op heden in geslaagd zijn om hun oorlogen in andermans achtertuintjes te gaan voeren en dat de Amerikaanse burgers zich vermaken met reality-TV. Het land van de diplomatie, zo spotten zij, is overigens het enige dat ooit atoombommen heeft gegooid en dan nog op burgers, maar zij kunnen ongetwijfeld uitleggen waarom zulks dan noodzakelijk was. Wij zullen de laatsten zijn om hen bij te treden, maar het zou de waarheid geweld aandoen het te ontkennen: aan de beau monde een selectieve bloemlezing uit hun eigen, wat bijgeschaafde geschiedenis presenteren in functie van het recruteren van vers bloed en geld voor militair geschut, men moet maar durven. Coca-cola bindt de strijd aan met obesitas. Wedden dat het Obamapubliek van heden hier gisteren zat mee te zingen met Jacques Brel van Les bourgeois en met de artistieke aanklagers van de genocide op de Indianen van Noord-Amerika die tot vandaag in zogenaamde reservaten mogen wonen?
De Europese politiekers buigen gelijk knipmessen voor het machtsvertoon, zij jubelen nerveus, meesmuilen over chocolateandbeer terwijl in de contracten die zij tekenen, zij aan de nieuwe wereldheerser het leven van onze kinderen verkopen.
Of heb ik dan iets over het hoofd gezien?
(J.B., 28 maart 2014)
27-03-2014
Een feest voor het oog...
Een
feest voor het oog...
Vijfhonderd
jaar geleden schreef Niccolò Machiavelli (1469-1527) voor Lorenzo II
de Medici, vorst van Florence, Il
Principe: een boekje met raadgevingen
over hoe een vorst moet heersen. Een van zijn deviezen luidt dat een
staatshoofd dat geliefd wil zijn, er vooreerst moet voor zorgen
gevreesd te zijn en derhalve maakt hij zich geliefd door wreedheid.
Dat
de recente afluisterschandalen van de Amerikaanse National
Security Agency berusten op feiten, is
heel waarschijnlijk, maar ook als het alleen maar om geruchten ging,
dan misten ze alvast allerminst het door geen heerser te versmaden
effect van de schijn
van zijn alwetendheid. Want als de alwetende alleen al met zijn
aanblik ontwapent, dan doen wie slechts die schijn hebben dat
evenzeer, daar zij dienaangaande kunnen rekenen op de onzekerheid van
wie hen moeten vrezen. Het is derhalve best mogelijk dat de
onthullers van het NSA-schandaal
dubbelspionnen zijn en derhalve agenten van de Amerikaanse
geheime dienst, met als opdracht
iedereen te doen geloven in de alwetendheid van de president.
Met
die op het eerste gezicht bijna ongelooflijke tactiek zijn de
wereldse machthebbers niet aan hun proefstuk toe, want wie herinnert
zich niet de tijd van God ziet u, hier
vloekt men niet? Er was weliswaar geen
God, er was slechts een kartonnen bord met daarop getekend de
driehoek met het alziend oog; maar of er nu een alziend oog is of
alleen maar een kartonnen bord: het effect is eender van zodra men
gelooft in de alwetendheid van wie aldus
zozeer doen vrezen omdat zij niet meer om de tuin te leiden zijn.
Alwetendheid
is een goddelijke eigenschap en het zich aanmeten van goddelijke
eigenschappen is door de eeuwen heen het kenmerk bij uitstek geweest
van potentaten en dictators. Meer nog dan de schijn van almacht
imponeert de begoocheling van de alwetendheid omdat kennis zich
schuil mag houden en zo ook nog de onzekerheid van de ander te baat
kan nemen terwijl van macht verwacht wordt dat zij zich vertoont. En
alras wordt de demonische macht om te vernietigen in de oppervlakkige
blik van de massa verkeerdelijk verwisseld met de goddelijke
scheppingskracht, terwijl het verschil tussen de twee zo groot is als
dat tussen God zelf en een van de talloze demonen.
Wanneer
een man de vaste schijn heeft van alwetendheid en tegelijk is hij in
staat om met letterlijk één druk op een knop de hele wereld
eensklaps te vernietigen, dan moet men al bijzonder onbevreesd zijn
alsook ongevoelig voor sociale druk, om zelfs nog te durven denken
laat staan om het te zeggen dat het hier gaat om iemand die zich
uitgeeft voor de godheid zelf.
Toen
men enige tijd geleden in de krant kon lezen dat een groot percentage
van de Amerikanen denken dat hun president God zelf is, konden velen
dat misschien maar heel moeilijk geloven, maar met het bezoek van
deze wereldleider aan ons land, krijgt men de oplossing van dat
raadseltje zo voorgeschoteld: wie zijn alwetendheid verborgen poogt
te houden wat dan moet blijken uit de (in dat geval gespeelde)
woede van de Amerikaanse geheime dienst jegens 'verrader' Snowden en
diens medestanders die moét wel alwetend zijn. En blijkt de
macht om op elk willekeurig ogenblik al
het leven op aarde te vernietigen dan niet overtuigend uit de
draconische veiligheidsmaatregelen getroffen voor de doortocht van de
heerser die bovendien voor de outsiders met wiens leven hij naar
willekeur kan spelen, geheel onzichtbaar blijft. Is onzichtbaarheid
overigens niet nóg een goddelijke eigenschap?
Een
heerser die zo handelt is niet alleen een leeuw maar tevens een vos,
zoals Il principe
het voorschrijft: zij die slechts de leeuw
zijn, hebben geen verstand van macht.
Ten
slotte: ware het niet een feest om te zien hoe corrupte en doortrapte
politici er op hun beurt in tuinen? Ware het niet een kostelijke
Uilenspiegelgrap indien dit alles slechts plaatshad op een
schouwtoneel?
(Jan
Bauwens, 27 maart 2014)
24-03-2014
Europa aan het spit â Een beknopt interview met Omsk van Togenbirger de Waelekens
Europa aan het spit
Een beknopt interview met Omsk van Togenbirger de Waelekens
- Europa wordt aangevallen en er is nauwelijks nieuws op radio en TV, er lijkt alleen nog ruimte voor komische films en amusement, de parlementairen houden zich bezig met perikelen rond familienamen en uiterst rechts wint alom de verkiezingen.
Omsk van Togenbirger, moeten wij ervoor vrezen straks massaal opgeroepen te worden om te gaan vechten aan het Oostfront of ligt het dieptepunt van de crisis achter ons en gaan wij een schitterende toekomst tegemoet?
OVT: - Europa wordt aangevallen, zo zegt u, maar dat is slechts de ene helft van het verhaal, de andere is minstens even belangrijk, want wie valt Europa aan?
- De Russen...
OVT: - Ha, misschien bent u toch wel een tikkeltje vergeetachtig, want wat brachten de martelaren van Wikileaks aan het licht? Weet u dat heus niet meer? De afluisterschandelen van de VS, die volgens de analyses van sommigen de EU wég willen.
- Bedoelt u dan dat het de VS zijn die Europa aanvallen?
OVT: - Herinnert u zich dan niet die hetze rond de Euro? Sinds de opkomst van de Euro is de hele wereld gaan investeren in de Europese munt, uiteraard ten koste van de Amerikaanse dollar. Steekt de Eurozone de VS dan niet naar de kroon en kan de sterke economische afgang van de VS in de jongste jaren dan niet tenminste voor een deel worden toegeschreven aan de opkomst van Europa?
En dan rijst uiteraard de vraag: hoe krijgen de Amerikanen hun 'bondgenoot' weer klein, want bondgenoten kan men bezwaarlijk bombarderen, niet? Maar ze moeten zich wel haasten want zij willen beslist de vorming van een Europees leger voor zijn. En dan luidt het sinds Caesar: Divide et impera!Verdeel en heers!
- Hoe kunnen ze dat dan doen, op vreedzame wijze Europa verdelen?
OVT: - Iedereen weet dat het een koud kunstje is om Europa te verdelen, men hoeft slechts die partijen te steunen die de betutteling van de EU niet dulden, en zijn dat niet de nationalisten? Vlaams Blok, Wilders, Front National, om het nog maar te houden bij onze onmiddellijke omgeving. Wie kwamen in opstand in de Oekraïne? De nationalisten, inderdaad. En wie verleende hen onmiddellijk en kritiekloos steun? Was dat dan niet Amerika? De EU moet die zure pil maar slikken en zichzelf verloochenen onder Amerikaanse druk, want heeft Europa niet altijd het nationalisme veroordeeld, heel eenvoudig omdat de nationalisten het einde willen van die Europese constructie waarvan inderdaad gezegd kan worden dat ze voor een flink stuk enkel van papier is terwijl ze alsnog gedirigeerd wordt door een groep technocraten die de feitelijke machthebbers vertegenwoordigen?
Maar Europa mist vooralsnog een leger, Europa is immers geen constructie van het volk, Europa pluimt daarentegen het volk en het volk zou wel gek moeten wezen om ten bate van zijn uitzuigers naar het front te gaan vechten!
Dat weet de VS uiteraard heel goed en kijk eens wat ze bijvoorbeeld hier te lande doen: via minister De Krem, die hoopt op een hoge functie bij de NAVO, laten ze ons 40 straaljagers aankopen voor een bedrag van een slordige 5 miljard Euro of, als ik goed kan tellen, 500 Euro per Belg. De kranten blokken dat men nu reeds zeker is van de parlementaire goedkeuring van die aankoop. Met die straaljagers zullen binnenkort onze soldaten gaan bombarderen aan het nieuwe Oostfront en daar ook sneuvelen. Is het u niet opgevallen dat Obama ons met zijn plotseling bezoek aan het Amerikaanse kerkhof van Waregem in eigen persoon komt herinneren aan onze plichten? Want behalve aan de democratie zijn we het ook nog verplicht aan onze overzeese medestanders om tijdig onze defensie te activeren waar nodig.
- Maar hoe valt dat dan te rijmen: de VS willen Europa verdelen, zo zegt u, maar daarvan profiteert toch alleen maar Rusland?
OVT: - Het nationalisme heeft zijn aandeel gehad in het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 en vandaag zijn het nog steeds de nationalisten die erover waken dat de oostelijke, onafhankelijk geworden staten, niet weer door Rusland worden opgeslokt. Maar u gelooft toch niet dat ze dan wél onder het Europése juk zouden willen vallen? Wanneer zij bij Europa willen aanleunen, dan doen ze dat slechts zolang hun onafhankelijkheid daar baat bij vindt. Europa is tenslotte een democratie en te zijner tijd kunnen de nationalisten democratisch aan de macht komen om vervolgens aan Europa en daarmee ook aan de democratie het genadeschot te geven. En dat is misschien wel wat de VS zou verblijden, want het zou beslist de dood van de Euro zijn en daarmee ook de herrijzenis van de Amerikaanse dollar.
- Maar dan lijkt het er wel op dat wij, in Europa, te kiezen hebben tussen de pest en de cholera: ofwel het juk van het nationalisme en dus het einde van de democratie ofwel het juk van een vreemde grootmacht?
OVT: - Ook de verdediging van een eigen Europa blijkt geen oplossing aangezien, als puntje bij paaltje komt, de Europese volkeren Europa blijken te laken en het is de fout van corrupte politici dat wij Europa al evenzeer moeten schuwen als een externe bezetter. Maar ook het nationalisme lost niets op omdat het ons op wereldschaal economisch machteloos maakt, wij kunnen elk voor zich niet optornen tegen de grote machtsblokken, we zijn gedoemd om ons te verenigen.
En of wij echt zelf die keuze hebben, is dan nog zeer de vraag, want de feiten overstelpen ons met een snelheid die ons niet meer de tijd laat om nog na te denken en om dingen te gaan veranderen: voor wij het goed en wel beseffen, hangen we reeds te braden aan het spit.
(J.B., 24 maart 2014)
23-03-2014
De 'Untermensch', fundament van de mensheid, Atlas
De 'Untermensch', fundament van de
mensheid, Atlas
Een ethisch en geneticologisch argument tegen het aborteren van gehandicapten
De abortuswetten welke in het kader van de geboorteregeling aan het publiek werden verkocht, doen denken aan het Lebensborn van de nazi's. Het is geheel onbegrijpelijk dat maatschappijen die met grote ijver antidiscriminatiewetten uitvaardigen voor het welzijn van alle burgers, hierop uitzonderingen maken voor de nog ongeborenen: zij immers dreigen hun recht op leven te verliezen indien zij bijvoorbeeld ziek of zwaar gehandicapt ter wereld zullen komen. Het recht van de vrouw om zich van dergelijke kinderen te laten ontdoen, wordt sinds enige tijd als een "internationaal mensenrecht" erkend. De wereld is beter af zonder gehandicapten, zo menen de demografen en de economisten, en in deze mening verschillen zij in geen enkel opzicht van niemand minder dan de door hen nochtans verguisde massamoordenaar, Adolf Hitler.
Afgezien van het feit dat de stemming van deze abortuswetten een slag is in het aangezicht van al wie hetzij zelf gehandicapt door het leven moet, hetzij kinderen of beminden heeft die in het geval zijn, en ook afgezien van het feit dat de mening dat men aldus een wereld met perfectere mensen zou fabriceren, getuigt van stompzinnigheid, alleen al omdat het leeuwenaandeel van onze handicaps en ziekten resulteren uit onze eigen agressiviteit ongeacht deze zaken, kon de wetenschap zelf wel eens argumenten aanbrengen die elkeen tot ernstig nadenken zouden stemmen. Het zou namelijk wel eens kunnen blijken dat een van nature degenererende mensheid haar voortbestaan aan het leed van haar gehandicapten dankt. Wie niet mee is, dient zich alvast een ogenblik te bezinnen over de volgende feiten. De bedoeling van sommigen onder de ontwerpers van de 'nieuwe mens', de zogenaamde eugenetici, mag dan al niet slecht zijn: zij getuigt in sommige gevallen van een totaal gebrek aan kennis. Welke eigenschappen 'goed' zijn voor een individu is weliswaar een zeer subjectieve zaak, maar zeker is alvast dat een soort baat heeft bij de (soort)eigenschap van de maximale variëteit (aan individuen).
Eugenetica kan de soort zelf uiteraard niet direct raken of wijzigen, aangezien haar ingrepen steeds individuen betreffen, dit wil zeggen: 'exemplaren' van de soort. Maar waar eugenetici de natuurlijke selectie een handje gaan helpen, met name door de eliminatie van onnuttige exemplaren voor de geboorte, kan wel sprake zijn van 'verbetering' ― of tenminste 'verandering' ― van de soort. De zaak is alleen dat deze vermeende verbetering' de facto een onomkeerbare degeneratie van de soort met zich zou brengen, en wel om de volgende redenen.
We weten dat individueel verworven eigenschappen ― al dan niet via het DNA in het sperma ― kunnen doorgegeven worden aan nakomelingen. Krachtens dit feit zal het eugenetisch inperken van afwijkingen beperkend zijn voor de fittness van de soort.
Immers, ter compensatie van hun moeilijkheden, ontwikkelen afwijkelingen specifieke vaardigheden waaraan 'normale' individuen niet direct behoefte hebben, terwijl ze toch verrijkend en zelfs noodzakelijk zijn. Zo bijvoorbeeld ontwikkelen blinden een betere tastzin en een scherper gehoor, en autisten kunnen meer technisch vernuft ontwikkelen.[1] Elke handicap brengt specifieke uitdagingen mee en een door de gehandicapte te voeren strijd, waarbij hij zijn natuurlijk tekort op een even natuurlijke wijze tracht te compenseren. Het gehoor van een blinde degenereert niet zoals dat met het gezicht van een ziende meestal gebeurt: het wordt daarentegen aangescherpt. Op dezelfde manier schept elke handicap specifieke compensatiemechanismen en aanscherpingen van zintuigelijke, verstandelijke of motorische gaven. Belangrijk is nu dat wij bereid zijn om in te zien dat niet alleen de handicaps, maar ook de met de handicaps gepaard gaande gaven aan het nageslacht doorgegeven worden. Het feit dat wij als mensheid niet degenereren, danken wij wellicht uitsluitend aan het leed en aan de inspanningen van diegenen aan wie sommigen het leven willen ontzeggen. Zij scherpen namelijk specifieke capaciteiten aan welke bij 'gezonde' mensen meestal helemaal niet ontwikkeld worden en vaak zelfs degenereren. En zij doen dat vanuit een natuurlijke noodzaak: leed en frustratie, overlevingsdrang en zelfmanifestatie dwingen hen hiertoe.
Uiteraard kan het nooit de bedoeling zijn om individuen te slachtofferen aan de soort, maar indien wij in staat zouden zijn om, in dit licht, de calculus te maken, dan zou wel eens kunnen blijken dat aan het alsnog onvermijdbaar individueel menselijk leed een onvermoede zin zou moeten toegeschreven worden: het leed en de moeizame en vaak ook heel eenzame inspanningen die geleverd worden door gehandicapten en zieken, kon immers wel eens veel belangrijker blijken voor het overleven van de soort dan de vanzelfsprekend toegejuichte arbeid die dagelijks door gezonde en geniale mensen wordt geleverd.
Zo zou dan de 'Untermensch' allerminst de minderwaardige mens zijn, doch veeleer en meer letterlijk: de 'onder'-mens, het fundament van de mensheid zelf, diegene die de mensheid als zodanig op zijn schouders torst. De "Untermensch" zou dan niemand minder blijken te zijn dan de legendarische Atlas. Precies zoals het de geringsten onder de mensen zijn die in deze wereld Christus vertegenwoordigen.
(J.B., Het wordt geregeld, paragraaf 2)
Noten
[1] Een uitnemende illustratie hiervan levert het vergelijkend demografisch
onderzoek (omstreeks 2004-2005) in de streken van Eindhoven en Leuven:
vergeleken bij de rest van het land, leveren deze regio's een beduidend hoger
percentage aan autisten, kennelijk omdat de aldaar gevestigde onderzoekscentra
en universiteiten deze mensen met hun buitengewoon technisch kunnen,
In maart 2014 mishandelden twee agenten van de Brusselse spoorwegpolitie een dakloze: ze dwongen hem mee te gaan naar een afgelegen plaats, dwongen hem vervolgens zich uit te kleden, namen zijn gsm af en lieten hem dan achter. Onderzoeksrechter Panou werd op de hoogte gebracht van de zaak, zij liet de agenten arresteren en in voorarrest plaatsen in de gevangenis van Vorst. En het geval is niet uniek: enkele weken voordien werden voor gelijkaardige feiten al agenten van de spoorwegpolitie gedagvaard. (1)
Hoe kunnen criminele activiteiten zich ontplooien uitgerekend binnen een job waarin men verondersteld wordt de misdaad te bestrijden, gesteld dat de mishandelingen niet onder een fascistisch regime plaatsvinden? De kwestie laat zich vrij eenvoudig vertalen: het huidige regime heeft weliswaar de naam anti-fascistisch te zijn, maar duldt het fascisme wel, getuige de tolerantie jegens partijen die met reusachtige affiches op de openbare weg jacht maken op illegalen met een verwijzing naar het ministerie. (2)
De tolerantie vanwege het regime jegens het fascisme houdt gelijk tred met zijn lippendienst aan het anti-fascisme en die dubbele moraal blijkt in onze huidige samenleving schering
en inslag. Zo wordt het allang niet meer ontkend dat illegale arbeid in de praktijk getolereerd wordt terwijl die tolerantie ook nog eens wordt goedgepraat als zijnde noodzakelijk voor onze concurrentiekracht. Dat het vaak ook nog eens illegalen zijn die in het zwarte arbeidscircuit onze concurrentiekracht garanderen met een leven op het scherp van de snee, maakt het plaatje compleet. Op de koop toe worden de papierlozen door de ordediensten mishandeld, zodat men niet anders kan doen dan vaststellen dat ons huidige regime zich schuldig maakt aan een wel heel perverse praktijk: illegalen mogen op papier het land niet in maar worden in de praktijk hierheen gehaald voor zwartwerk dat immers de concurrentiekracht van het land moet versterken. En worden de onbeschermde sukkelaars het voorwerp van illegale praktijken binnen legale jobs in casu: misdaden gepleegd door 'ordehandhavers' dan zorgt hun respectievelijk statuut er wel voor dat de criminelen er kunnen op rekenen dat hun slachtoffers zelf hun misdaden toedekken.
Iedereen kan vandaag vaststellen dat op deze slinkse wijze het fascisme onze samenleving naar binnen sluipt om het regime van binnenuit te corrumperen. De slogans van de partij Vlaams Belang zijn een voorbeeld, een ander voorbeeld is de toleratie jegens de herhaalde verzuchting van VLD-politicus Rik Daems dat men de werklozen gratis aan het werk zou moeten kunnen zetten, wat een regelrecht pleidooi is voor een kastenmaatschappij of dus een samenleving waarin mensen niet langer allen dezelfde rechten genieten. Eveneens verborgen fascisme schuilt in de mening van bepaalde partijen dat een multiculturele samenleving ooit gediend kon zijn met het onmogelijk maken van de communicatie tussen de verschillende entiteiten door deze communicatie a priori als een confrontatie te gaan bestempelen zie de wens van bepaalde politici tot het verbod op de hoofddoek en de regenboogtrui.
Aan schenders van de fundamentele rechten van de mens zou in een zich democratisch achtend land om te beginnen de toegang tot de politiek ten strengste verboden moeten worden.
Het anti-Russische en derhalve tegen de Russisch gezinde Oekraïnse president Yanukovitsj gerichte volksprotest in Kiev is pas ontaard tot wat uiteindelijk blijkt te kunnen uitdraaien op een wereldoorlog, op het ogenblik dat met scherp werd geschoten op de betogers.
Omdat bij dat protest in Kiev de opstandelingen werden teruggedrongen door politiemensen, werd als vanzelfsprekend aangenomen dat het president Yanukovitsj was die aan zijn milities het bevel gaf om de burgers te beschieten. En een president die op zijn eigen volk schiet, is een dictator terwijl dictatoriale regimes niet meer van deze tijd zijn en te allen prijze dienen uitgeroeid te worden. Redenen te over dus voor de internationale gemeenschap om in te grijpen.
De vraag is alleen hoe het beginnen van een grote en gevaarlijke oorlog op grond van enkele gammele vooroordelen ooit gerechtvaardigd kan worden; de sluipmoordenaars werden immers nooit geïdentificeerd. Meer zelfs: er gaan geruchten dat de betogers niet neergeschoten werden door politiemensen maar door sluipschutters in opdracht van uitgerekend diegenen die staan te popelen om in te grijpen tegen wie schieten op het eigen volk! Een eeuwenoude list...
Een sluipschutter heet in het Engels een sniper en die term verwijst naar de schuwe vogel genaamd 'snip' in het Engels snipe die de Britse kolonisatoren van India (in de periode 1840-1950) moesten kunnen raken om tot sluipschutter sniper bevorderd te kunnen worden. Sluipschutters werden bijvoorbeeld ingezet in de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1895) en in de Tweede Zuid-Afrikaanse Boerenoorlog (1899-1902). In de Bosnische Burgeroorlog (1992-1995) zou de genoemde list gebruikt zijn om terreur te zaaien.
De geschiedenis van de Bosnische Burgeroorlog vertoont overigens enkele opvallende overeenkomsten met de huidige opstand in Oekraïne: in 1992 wilden de Kroaten en de Bosniakken (moslims) uit Bosnië-Herzegovina onafhankelijk worden van Joegoeslavië terwijl de Serven dat weigerden en een eigen Servische republiek uitriepen, daarbij gesteund door het Joegoeslavische Volksleger dat vooral criminelen telde, hooligans en nationalisten. Zij pleegden massamoorden, onder meer de genocide in Srebrenica waar op 11 juli 1995, 7000 Bosniakken werden vermoord door de troepen van Mladić.
De Bosnische oorlog dateert van twintig jaar geleden maar de nationalistische tendens zet zich gestaag door, in een wel begrijpelijke reactie tegen de opkomende rijken van de nieuwe potentaten die zich vaak ongezien persoonlijk verrijken op het zweet van door hen steeds onmondiger en willozer gemaakte mensenmassa's. In Europa gaat het er niet anders aan toe maar de vraag blijft of het geloof in een teruggrijpen naar de volkeren van weleer geen regelrechte waanzin is in de betekenis van een hardnekkige ontkenning van de actuele mondiale werkelijkheid. De wereld is immers een dorp geworden, een smeltkroes van rassen en culturen, en die menigvuldigheid aan entiteiten kan pas gedijen in een zogenaamde open samenleving een begrip waarvan nationalisten kennelijk geen kaas gegeten hebben.
Een sprekend voorbeeld van het jammerlijke onvermogen om met het gegeven van de multiculturaliteit om te gaan, toont zich in het nog recente voorstel vanuit de zich liberaal achtende en de nationalistische hoek, tot het verbieden van hoofddoek en regenboogtrui voor ambtenaren in functie: simplistische kandidaat-regeerders kennen aan de mensen het recht toe om de eigen identiteit te behouden maar dan wel op voorwaarde dat ze deze nooit aan de buitenwereld kenbaar maken. Iedereen heeft met andere woorden het recht op een eigen mening, maar moet die dan wel voor zich houden! Dergelijke 'oplossingen' zijn danig absurd en wereldvreemd dat ze alleen nog kunnen dienen als voer voor het carnaval.
In een gezonde maatschappij is de communicatie de basis van het samenleven; het spreekverbod kenmerkt slechts dictaturen. De bevordering van de communicatie of de dialoog wordt uiteraard onmogelijk als aan mensen niet langer wordt toegestaan dat ze zichzelf, hun mening, hun geloof en ongeloof of hun overtuiging met anderen delen. Waar regeerders bang zijn dat er communicatie is onder het volk, kunnen zij daarvoor slechts één goede reden hebben, met name deze dat zij zelf wat te verbergen hebben.
Het spreekrecht wordt nagestreefd waar mensen willen samenwerken; de zwijgplicht bestaat waar mensen samenzweren, zoals in misdaadbendes, geheime genootschappen, vrijmetselaarsloges en ook bepaalde politieke partijen en religies. De verlichting eist het vrije woord, de openbaarheid en de dialoog, welke ook de grondslag vormen voor de wetenschappen, omdat de waarheid nu eenmaal het licht is, terwijl alleen de leugen zoekt naar duistere spelonken om zich daarin te verbergen.
Schrijver dezes heeft persoonlijk bij het kopstuk van de partij der nieuwe nationalisten met een email op de webstek om meer uitleg gevraagd naar aanleiding van de contradictie in de wens om hoofddoek en regenboogtrui te gaan verbieden, maar in een korte repliek maakte een medewerker zich ervan af met een ontkenning van het probleem. Kandidaat-regeerders die geloven dat zij de kritiek vanwege de kiezers zonder meer naast zich neer kunnen leggen, verklaren zichzelf tot leugenaar, aangezien zij beloven de kiezers te zullen vertegenwoordigen, want hoe kan men iemand vertegenwoordigen als men zijn of haar vragen niet ter harte neemt?
De 'oplossingen' van de rechts-extremisten doen denken aan deze van Adolf Hitler, die immers meende de ziekten te mogen bestrijden door de zieken zelf uit te roeien. Wie geloven de meningsverschillen op te lossen door te verhinderen dat ze worden kenbaar gemaakt, doen ze alleen maar toenemen.
Andermaal: de grondslag van de verlichting is de wetenschap dat alleen de waarheid in het licht kan treden terwijl wat de duisternis zoekt, slechts een leugen kan zijn. Communicatie en dialoog plaveien de weg naar consensus terwijl spreekverbod en zwijgen leiden naar het oorlogspad. Wie de waarheid spreekt hoeft uiteindelijk niets te vrezen maar achter een spreekverbod schuilt nimmer iets goeds.
En misschien weerspiegelt zich wel iets van deze diepe doch kennelijk niet in de wereld te realiseren waarheid in de praktijk van het stemhokje: elk mag zijn mening kwijt, maar ze komt pas aan het licht via dat geheime en gesloten hokje en als onpersoonlijk, anoniem getal.
Een Nobelprijswinnaar voor de Vrede over de gebeurlijke wieg van W.O.III
Een Nobelprijswinnaar voor de Vrede over de gebeurlijke wieg van W.O.III
Oekraïne moet zich niet door Rusland, de EU of de VS in stukken laten trekken, zo oordeelt in een recent interview Nobelprijswinnaar voor de Vrede (1990) Michail Gorbatsjov, de laatste grote leider van de USSR die, na bijna een eeuw van communisme, democratie bracht in het land. (1)
Veel invloed heeft de man van glasnost en perestrojka in het huidige Rusland niet meer en dat is ook niet verwonderlijk: in 1991 was Gorbatsjov het doelwit van de latere president Poetin die toen een mislukte staatsgreep pleegde. (2)
Ofschoon het communisme werd opgedoekt, stamt Poetin vooralsnog uit een Marxistisch-Leninistisch nest: net zoals zijn vader was hij zelf werkzaam in de gevreesde geheime dienst van de Sovjets en zijn grootvader was een vertrouweling van zowel Lenin als Stalin hij was meer bepaald de kok van Lenin en diens echtgenote en hij kookte ook voor Stalin. (2)
Gorbatsjov zou het wel eens bij het rechte eind kunnen hebben: de landen die zich in tweeën hebben laten splijten door de rivaliserende grootmachten die er hun oorlogen zijn gaan uitvechten, zijn straks niet meer te tellen en het bekendste voorbeeld is nu wel Korea, een land dat vele duizenden jaren lang één was, vreedzaam en hoog ontwikkeld, totdat het na W.O.II werd verdeeld in een communistisch noorden en een kapitalistisch zuiden. (3)
Zo ook ontstonden uit het Duitse Rijk de BRD of West-Duitsland en de DDR of Oost-Duitsland met daarin nog eens de enclave van het eveneens in twee gedeelde Berlijn. Het ijzeren gordijn deelde Europa op in het communistische oostblok en het kapitalistische westen en hield stand tot in mei 1989. (4)
In een bloedige oorlog (van 1957 tot 1975) met meer dan een miljoen doden en anderhalf miljoen gewonden werd Vietnam opgedeeld, waarbij in buurland Cambodja nog eens 600.000 slachtoffers vielen en 30.000 doden in buurland Laos (waar meer Amerikaanse bommen vielen dan in W.O.II op Duitsland en Japan samen). (5)
Divide et impera, zo formuleerde Julius Caesar het inmiddels meer dan tweeduizend jaar geleden: men kan een volk makkelijk overheersen als men onder de bevolking eerst verdeeldheid zaait. Het is een niet onwaar maar tevens een bijzonder lelijk principe en het wordt de hoogste tijd dat men het eindelijk doorziet en streng veroordeelt.
Paradoxaal genoeg blijkt het om meer redenen te verfoeien nationalisme hier dan toch van bijzonder nut te kunnen zijn want wat anders kan een land behoeden voor ontbinding dan het eenheidsgevoel onder alle landgenoten? Niet toevallig hebben nationalisten en volgens sommigen zelfs fascisten zich in die strijd gemengd: zij willen Oekraïne immers losmaken van Rusland. Edoch, zien zij dan niet over het hoofd dat ook het westen dat hen met de belofte van de vrijheid lokt, uiteindelijk niet veel meer te bieden heeft dan werkloosheid en daardoor ook ongeluk vanwege dat andere type van slavernij dat bij het kapitalisme past: de slavernij van het geld.
Met de verkiezingen voor de deur zien we ook in eigen land het nationalisme opnieuw de kop opsteken en ook hier geschiedt dat kennelijk vanuit een terecht verzet tegen de bemoeienissen van een Europese Unie die niet een unie is van volkeren maar van volksverlakkers-tafelschuimers, en is dat niet smeken om ontbinding? Want de geschiedenis herhaalt zich: landen verenigen zich tot grote machtsblokken; hun leiders onttrekken zich dan makkelijk aan het oog der burgers; zij gaan op den duur hun eigen gang, zij regeren niet langer doch zij parasiteren, zij kennen zichzelf riante vergoedingen toe, laten zich aanspreken met excellentie, maken zich onschendbaar. Maar mooie liedjes duren niet lang, reeds liggen derden op de loer om de prooi onderling te gaan verdelen.
Toen ons op 26 april 1986 de grootste kernramp aller tijden trof, behoorde de Oekraïnse stad Tsjernobyl in de provincie Kiev nog tot de Sovjet-Unie, toen onder Mikail Gorbatsjov, de achtste en in feite ook de laatste Sovjetleider die regeerde tot kort voor de val van de USSR in 1991.
Voordien werd Rusland (Moskovië) sinds de zestiende eeuw geregeerd door de tsaren, die uitgemoord werden op 17 juli 1918. Maar het oorspronkelijke Rusland heette zowat 1000 jaar geleden het Kievse Rijk met als hoofdstad Kiev waar de Desna in de Dnjepr vloeit die op zijn beurt uitmondt in de Zwarte Zee ten Westen van het Oekraïnse schiereiland genaamd de Krim.
Als we Turkije en Kazachstan niet meerekenen omdat zij grotendeels in Azië liggen, dan is Oekraïne na Rusland Europa's grootste land. De door (rijke) toeristen zeer gegeerde Krim werd pas in 1783 geannexeerd door Rusland, ligt in de Zwarte Zee en in de Zee van Asov, is qua oppervlakte vergelijkbaar met België en telt 2,5 miljoen inwoners waarvan de bekendste de Krim-Tataren zijn: Turks sprekende soennitische moslims die de plek innamen in de dertiende eeuw. Turkije ligt 200 km bezuiden de Krim aan de overkant van de Zwarte Zee.
Onder het valse voorwendsel dat de eilandbewoners met de Nazi's hadden gecollaboreerd, werden 238.500 Krim-Tataren in 1944 door de (naar een subtropisch vakantieoord uitkijkende) dictator Stalin en zijn rechterhand (en later ook zijn vermoedelijke moordenaar) Beria (de wrede uitvinder van de zogenaamde 'psychopolitiek') massaal per trein gedeporteerd naar Centraal-Azië en meer dan de helft van hen verhongerden in deze genocide genaamd "sürgünlik", wat Tataars is voor "verbanning".
In 1954 schonk Chroesjtsjov de Krim aan zijn eigen geboorteland Oekraïne dat toen nog bij de Sovjet-Unie behoorde, zodat bij het uiteenvallen van de USSR in 1991 ook de Krim niet langer Russisch was. Sindsdien keren de in 1944 verdreven Krim-Tataren naar hun plek van herkomst terug en eisen zij hun intussen door vreemden ingenomen huizen weer op; ze maken zowat 10 percent van de Krimbevolking uit en schuwen uiteraard de Russen. Tegelijk acht 60 percent van de huidige Krimbevolking zich Rus en bovendien loopt er tot 2042 nog een contract met Rusland dat voor zijn Zwarte Zeevloot in Sebastopol een marinebasis huurt...
Inleiding tot een poging tot het verklaren van het gegeven van de extra-zintuiglijke waarnemingen
Inleiding tot een poging tot het verklaren van het gegeven van de extra-zintuiglijke waarnemingen
Steeds meer medici die sceptisch stonden tegenover het verschijnsel dat heropgestane hersendoden accurate herinneringen hebben over de periode dat zij er zogezegd niet waren, beginnen de mogelijkheid ernstig te nemen van het bestaan van alvast een gedeeltelijk onstoffelijk facet van het leven en enkelen onder hen hebben daaromtrent research verricht nadat zij zelf in de situatie hebben verkeerd van de patiënten van wie zij de verhalen zijn gaan bestuderen.
De menigvuldige en opvallend gelijkluidende verhalen over tunnels met licht van mensen die terugkeerden uit een comateuze toestand, zijn mogelijk achterhaald daar zij zouden kunnen worden verklaard als reacties van het brein op hypoxie, vergelijkbaar met de fata morgana van quasi elke dorstige in de woestijn. Maar dat is zeker niet het geval met de getuigenissen van de heropgestane hersendoden, eenvoudigweg omdat er dan geen enkele activiteit van het zenuwstelsel meetbaar was: zij blijken vaak letterlijk te kunnen weergeven wat hun oren zouden hebben gehoord en wat hun ogen zouden hebben gezien indien deze zintuigen ook konden horen en zien in de bewuste tijdspanne waarin zij effectief doof en blind zijn geweest.Lees het volledige artikel
16-01-2014
De lelijke leugen van de loonlasten
De lelijke leugen van de loonlasten
Loonlast: bijna zijn fascistoïde figuren erin geslaagd om met dit woord het kwaad bij uitstek te suggereren waar het daarentegen gaat om het grootste ooit door werknemers verworven goed: de verzekering van brood op de plank bij tegenslag - een verworvenheid die te danken is aan de onderlinge eensgezindheid onder arbeiders die de jarenlange strijd en de vele opofferingen die zij kostte, mogelijk maakte!
De zogenaamde loonlast bevat een deel van het loon waarop de werknemer recht heeft maar dat wordt achtergehouden door de werkgever die het op zijn beurt moet overhevelen naar een kas die alle werknemers gemeenschappelijk hebben. De regeling om niet meteen het volledige loon uit te betalen aan de arbeiders, maar om het via de werkgevers naar hun gemeenschappelijke kas te versassen, stamt nog uit de tijd dat men mensen onbekwaam achtte om verstandig over hun eigendom te beschikken, al is het hoofdmotief voor die regeling puur organisatorisch van aard: de moraal van het verhaal van de zeven vette en de zeven magere jaren indachtig, doet iedereen die werkt een duit in de zak die een inkomen verzekert voor wie de betaalde job verliezen door ziekte, ouderdom of nog andere redenen buiten de eigen wil.
De zogenaamde loonlast is dus helemaal geen last en het getuigt van een ongehoorde doortraptheid vanwege werkgeversorganisaties om hier op de koop toe zelfs te durven spreken van een last voor de werkgevers, want het gaat om gelden die weliswaar via werkgevers moeten worden overgeheveld naar de solidariteitskassen van de arbeiders, maar die aan de werkgevers nooit hebben toebehoord daar zij het uitgestelde loon zijn van de arbeiders zelf.
Hoe het ooit zover kon komen dat werknemers zelf niet meer blijken te beseffen hoe zij vandaag in de maling worden genomen, heeft alles te maken met het feit dat mensen die werken geen tijd hebben om zich met administratie bezig te houden. Wie werkt, laat die zorgen over aan de vakbonden die, hun schone start ten spijt, doorheen de jaren door de machthebbers werden geïnfiltreerd, zodat hun agenten niet langer de rechten van de werknemers verdedigen maar daarentegen meewerken aan de afbrokkeling ervan. En zij doen dat bewust of onbewust, want de sociale achteruitgang wordt uiteraard bespoedigd door allerlei mistgordijnen die kwistig worden opgetrokken door wie de touwtjes helemaal in handen willen hebben.
Het gaat zover dat zelfs vooraanstaande politici en andere komedianten die zogezegd het volk vertegenwoordigen, de machthebbers naar de mond gaan praten van A tot Z en herhalen dat de loonlast op de schouders der werkgevers drukt, wat de economie zou schaden en zo ook de werknemers. Met andere woorden proberen de werkgevers ons niet alleen op de mouw te spelden dat het uitgestelde loon der arbeiders aan hén toekomt, zij proberen bovendien effectief om het de arbeiders afhandig te maken, want dat is wat er gebeuren zal eenmaal de zogenaamde loonlasten worden opgeheven: de solidariteitsbijdrage van de arbeiders verdwijnt dan rechtstreeks in de zak van de werkgevers!
Onder de mistgordijnen die door de potentaten worden opgetrokken om hun wereldwijde plunderingen op rozen te laten lopen, is er in de jongste jaren de inmiddels bekende carrousel met de lagelonenlanden die een slavenhandel verkapt welke herinnert aan de tijd van de kolonies. Productiehuizen in lagelonenlanden zijn nog het beste vergelijkbaar met de concentratiekampen waarin dwangarbeiders de economie van nazi-Duitsland aanzwengelden totdat ze erbij neervielen. En zal iemand mij tegenspreken wanneer ik de hedendaagse werkkampen nog wraakroepender noem dan Auschwitz en Buchenwald omdat daar nu ook en vooral kleine kinderen aan de slag zijn? Net zoals toentertijd kijkt de 'onwetende' massa de andere kant op. 'Nivellering', zo scanderen toppolitici alsof ze het hebben over een zaak van rechtvaardigheid, maar in de plaats van de invoering van de sociale zekerheid in alle landen, volgt prompt de afschaffing ervan alom!
Uitbuiters verschuilen zich achter wetten om de geest ervan te verkrachten en tegelijk praten zij hun slachtoffers aan dat het zo hoort, dat dit recht is en dat elke tegenstand wordt bestraft. Deze ultieme tirannie berust op een complex instrumentarium dat zich beroept op de dienst aan recht en orde die de rechtsstaat zelf is.
In Chinese fabrieken zetten kinderen van amper negen de godganse dag onze leuke plastic wasspelden ineen totdat hun vingertjes bloeden, terwijl zij op school horen te zitten daar ook zij recht hebben op ontwikkeling en op een menswaardig leven. In Turkije worden onderbetaalde arbeiders in westerse textielfabrieken blind door het onbeschermde zandstralen van jeansbroeken en in Pakistan bedelft het puin van volgestouwde bouwvallige hangars de loonslaven voor Europese en Amerikaanse merken die miljardenwinsten boeken. In eigen land wordt illegale onderbetaalde arbeid door 'snuggere' politici door de vingers gezien om de internationale prijzenslag niet te verliezen.
We moeten de loonlasten verlagen, zo zingen de komedianten hier in koor, zodat we kunnen concurreren met de slaven in de derde en de vierde wereld. Daar hebben ze immers geen last van loonlasten.
(Jan Bauwens, 16 januari 2014)
13-01-2014
Een neo-nazi-regime in de maak?
Een neo-nazi-regime in de maak?
Problemen kunnen ofwel worden opgelost, ofwel onder de mat worden geveegd. Een leerling kan zijn wiskundevraagstuk aanpakken of hij kan het in de papiermand gooien. Een ziekte kan de wereld worden uitgeholpen door ze met gedegen onderzoek en studie te bestrijden of ook nog door de zieken zelf op te ruimen.
Deze laatste oplossingsmethode, waarin bij uitstek Hitler uitblonk, kenmerkt zowel het gebrek aan intelligentie als de gewetenloosheid - twee zaken waarvan Hannah Arendt aantoonde dat ze ook onderling coëxisteren. In Nazi-Duitsland werd het volk ertoe aangezet zich tegen de zwakkeren in de samenleving te keren middels grote affiches die de burger erop wezen dat het met zijn geld is dat krankzinnigen en andere ongeneeslijk zieken worden verpleegd. Euthanasie is een term die uit dit gruwelijke tijdperk stamt en die ook toen al betekende: 'de goede dood'. De inmiddels vrijgegeven documenten van het toenmalige regime tonen aan dat hele bevolkingslagen ook buiten de kampen en zonder hun eigen medeweten naarstig werden uitgeroeid of gesteriliseerd: de eugenetica die vandaag weer opgang doet, is helemaal niet nieuw en betekende ook toen al 'de goede voortplanting'.
Het zijn vaak prominente figuren die het voortouw nemen inzake maatregelen die vloeken met het gezond verstand, met de rede en met elke elementaire ethiek en zo bijvoorbeeld pleitte onlangs nog de grote dierenvriend Attenborough voor het aan hun lot overlaten van de hongerigen in de wereld en onder de beroemden in eigen land was er ethicus Etienne Vermeersch die opperde dat men arme Haïtiaanse moeders maar tot sterilisatie moest overreden met het handvol dollars die zij immers niet zullen weigeren vanwege een hongerig kroost.
De ziekte van deze tijd situeert zich ook en vooral in onze onder superconcurrentie lijdende economie en haar meervoudige slachtoffers zijn burgers zoals u en ik: wij consumeren nep omdat niet langer de kwaliteit van de producten en onze gezondheid van belang zijn maar wel de geldelijke winst der fabrikanten. Edoch, ook wijzelf worden door deze economie geconsumeerd en wel als werkkrachten en meer bepaald als wegwerpwerkkrachten. En dat betekent niet alleen dat slechts de sterkeren meedraaien terwijl de zwakkeren aan de kant worden gezet, want wij allen zijn slechts in onze beste jaren sterk en dat wil zeggen: totdat de burn-out komt, totdat een jammerlijk ongeval ons invalide maakt, totdat een tegenslag roet in het eten komt gooien of totdat de jaren beginnen te wegen en wij worden afgedankt. Een regime dat gebruik maakt van wegwerparbeiders, bestrijdt de werkloosheid niet door het probleem als zodanig aan te pakken met gedegen studie en onderzoek, maar wel door de mensen op te ruimen van zodra zij niet hard genoeg meer kunnen werken.
Tot vandaag is in onze contreien vooralsnog een meerderheid van de bevolking aan het werk, zij het vaak in nepstatuten, en wanneer deze 'sterkeren' vergeten dat van zodra zij de solidariteit met de zwakkeren opgeven, zij zichzelf de das omdoen, met name daar waar zijzelf en diegenen met wie zij samenleven niet langer zullen kunnen meedraaien, dreigen zij een meedogenloos en mensonwaardig regime te zullen steunen.
Het redden van de economie is een one-liner die ongeveer klinkt zoals die andere waarmee we eerder kennis hebben moeten maken: het redden van de banken. Zijn wij dan al zo afgestompt dat we niet langer kunnen snappen dat het in de eerste plaats mensen zijn die gered moeten worden? Zien wij nog steeds niet in dat de krankzinnige voortvarendheid der potentaten het volk zoals ten tijde van de gaskamers opstookt (namelijk totdat het burned-out is) ten dienste van een economie waarvan slechts die elite profiteert die ook de banken in haar bezit heeft? Welnu, als wij nu ook nog met verkiezingen die gekken aan de macht helpen die ons vandaag al expliciet beloven dat ze ons bij het schroot zullen zetten van zodra wij hun uitzuigers-economie niet langer kunnen dienen, dan vragen wij inderdaad om de ultieme tirannie. Onmogelijk, zegt u? Historici weten het beslist: de geschiedenis kan zich herhalen; ook Hitler kwam met democratische verkiezingen aan de macht.
Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie: