Alle rechten voorbehouden Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres: http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/
15-06-2023
Gorecki Symphony No. 3 "Sorrowful Songs" - Lento e Largo
Gorecki Symphony No. 3 "Sorrowful Songs" - Lento e Largo
14-06-2023
Carmina Burana
Carmina Burana
Dreigroschenoper
Dreigroschenoper
Moorsoldatenlied
Moorsoldatenlied
Wohin auch das Auge blicket,
Moor und
Heide nur ringsum.
Vogelsang uns nicht erquicket,
Eichen stehen kahl
und stumm.
Wir sind die Moorsoldaten
und ziehen mit dem Spaten ins
Moor.
Hier in dieser öden Heide
ist das Lager aufgebaut,
wo wir fern
von jeder Freude
hinter Stacheldraht verstaut.
Morgens ziehen die
Kolonnen
in das Moor zur Arbeit hin.
Graben bei dem Brand der Sonne,
doch zur Heimat steht der Sinn.
Heimwärts, heimwärts, je
der sehnet, zu den Eltern, Weib und Kind.
Manche Brust ein Seufzen dehnet,
weil
wir hier gefangen sind.
Auf und nieder gehen die Posten.
Keiner,
keiner kann hindurch.
Flucht wird nur das Leben kosten!
Vierfach ist
umzäunt die Burg.
Doch für uns gibt es kein Klagen.
Ewig kann s
nicht Winter sein.
Einmal werden froh wir sagen:
Heimat, du bist
wieder mein!
Dann ziehn die Moorsoldaten
nicht mehr mit dem Spaten
ins Moor.
Worte: Johann Esser
Weise: Rudi Goguel
Auschwitz
Auschwitz
De productie van frontsoldaten
De
productie van frontsoldaten
Dictators
en hun tradities, religies en ideologieën misbruiken het algemene
onvermogen bij het volk tot het aanwenden van de redelijkheid en zij
doen dat in functie van de bestendiging van allerlei
verdrukkingsmechanismen en vrijheidsbeperkende maatregelen die de
ontwikkeling van het persoonlijke vrije denken in de weg staan en
derhalve het ontsnappen aan de uniformering van de mens en aan zijn
ontmenselijking en dat is het geval inzake allerlei
emancipatiebewegingen, incluis die van de LGBT-gemeenschap.
Het
algemene onvermogen tot redelijk denken uit zich in meningen welke
zich hullen in een mist van angst vermengd met oneerlijkheid,
zelfbedrog en onwetendheid en zo bijvoorbeeld gebruiken
geïndoctrineerde burgers die geconfronteerd worden met
homo-emancipatiebewegingen inzake homoseksualiteit omschrijvingen in
de aard van: het klopt niet of het is wansmakelijk, het
is beschamend waarbij het hen kennelijk ontgaat dat zij zodoende
een referentiepunt hanteren dat niet het hunne is maar waarmee zij
opgezadeld zitten in gevolge conditionering tijdens het
opvoedingsproces.
In de
'overtuiging' dat het niet klopt, wordt immers, listig genoeg,
abstractie gemaakt van het referentiepunt waarmee iets dient te
kloppen, want de uitdrukking dat het niet klopt is het
equivalent van de uitdrukking dat het niet overeenstemt,
waarbij het object waarmee iets dient te concorderen wordt
verdonkeremaand: de volledige of de correcte uitdrukking luidt: het
klopt niet met, of: het stemt niet overeen met,
waarbij datgene waarmee het niet overeenstemt, niets anders kan zijn
dan de onbewuste overtuiging welke men de zijne acht maar die
uiteindelijk een aangeleerde houding is die - overigens geheel
onterecht - niet wordt in vraag gesteld.
Zo
bijvoorbeeld stellen katholiek gevormden niet in vraag dat zij een
religie belijden van een jaloerse Jahweh die kinderoffers eiste en
wel in elke familie: met name de eerstgeborene (waarmee dan ook nog
eens als vanzelfsprekend de oudste zoon werd bedoeld) diende
door de vader te worden onthoofd en op een brandstapel tot as te
worden herleid ter ere van God, die aldus van de mensen het bewijs
wilde dat hun liefde voor Hem groter was dan die voor het eigen
nageslacht. Een begrijpelijkerwijze zware opdracht welke men echter
moest doorstaan als man zoals men ook een studentendoop moet
doorstaan om erbij te kunnen horen.
Edoch, dit
feitelijke machogedrag verkapt in wezen de (kleinzielige) angst om
uit een groep verstoten te worden, de angst om genegeerd en
uitgelachen te worden - wat bezwaarlijk als heldhaftig gedrag kan
worden bestempeld. Die lafheid is het overigens die maakt dat men
onschuldige en weerloze mensen koelbloedig afslacht terwijl zij die
zich daartoe lenen, bovendien willen doorgaan voor helden die
meedogenloos en hard zijn jegens zichzelf.
Verwijzen
wij hier naar de gegevens welke een eeuw na datum aan het licht
kwamen in verband met het gedrag van vooraanstaande heren ter
gelegenheid van het zinken van de Titanic in 1912: de reddingssloepen
telden quasi uitsluitend eerste klasse volwassen mannen; de vrouwen
en kinderen over welke zogenaamde mannen altijd met een grote bek de
bescherming opeisen, lieten zij prompt verdrinken, alsook de
opvarenden van tweede en derde klasse, waarover zij in andere
omstandigheden paternalistisch en schijnbaar grootmoedig de
verantwoordelijkheid opeisen.
Mannen
offeren hun kinderen aan hun goden om bij deze laatsten in het gevlei
te komen - iets waartoe zelfs vrouwen niet in staat zijn over wie
nochtans gezegd wordt dat zij, vermeend in tegenstelling tot mannen,
gretig de kunst van de vleierij zouden beoefenen. Kinderoffers vormen
overigens een algemeen kenmerk van religies die alleen al om die
reden barbaars zijn en die slechts het recht van de sterkste dienen,
wat gelijkstaat met de volstrekte wetteloosheid. Waar het Christendom
met zijn zogenaamde 'Nieuwe Testament' zou breken met die oude
tradities, blijft het echter kannibalistisch in de kern van zijn
viering, met name de heilige mis met de nuttiging van het lichaam en
het bloed van het lam Gods, de redder geofferd voor het heil van de
mensheid. De clerus werd intussen vervangen door het medisch korps en
de communie wordt nagebootst middels de gezond makende pil
voorgeschreven door de medicijnman.
Wanneer
derhalve mensen zeggen dat (om bij het voorbeeld te blijven)
homoseksualiteit naar hun aanvoelen niet klopt, dan beweren zij
eigenlijk dat het niet overeenstemt met wat zij vanwege hun
religie of ideologie dienen te geloven maar de gruwelijke inhoud van
dat geloof stellen zij nimmer in vraag omdat zij niet in staat zijn
om redelijk na te denken: zij laten zich leiden door een duister
aanvoelen waarvan zij de wrede oorsprong niet blijken te kennen en
dat slechts te maken heeft met de neiging om meningen te laten
concorderen met de reeds eigen gemaakte opinies opgedrongen door
religies en ideologieën... welke instrumenten zijn van autoritaire
regimes in functie van de onderwerping van de massa voor eigen
doeleinden, met als rampzalige consequentie de ontmenselijking van de
mens die dan herleid wordt tot de uniforme, gehoorzame robot of slaaf
- in de praktijk: de gewillige frontsoldaat.
(J.B.,
14 juni 2023)
11-06-2023
Het draaiboek van recessie, honger en oorlog
Het
draaiboek van recessie, honger en oorlog
Dat
de totale oorlog ondenkbaar geacht wordt, komt alleen hierdoor dat
men zich geen rekenschap geeft van enerzijds de geleidelijkheid
waarmee zich de ene toestand transformeert in een andere die daaraan
tegengesteld is en anderzijds gaat deze continuïteit tevens gepaard
met een discontinuïteit eigen aan de meest fundamentele wetten van
de natuur. Water warmt zeer geleidelijk op maar de overgang van water
naar waterdamp op het vaste kookpunt voltrekt zich quasi onmiddellijk
en hetzelfde gebeurt bij de geleidelijke afkoeling van water en de
quasi directe overgang van het vloeibare water naar het vaste ijs. Op
een gelijkaardige manier zal, zoals het ijzelvijsel dat zich koppig
richt naar het noorden, de toestand van vrede via talloze
gebeurtenissen, die zich als het ware allemaal oriënteren in één
en dezelfde fatale richting, quasi onopgemerkt overgaan in een
toestand van oorlog.
Bijna
niemand kan zich in vredestijd inbeelden dat hij op een dag aan het
front zal gaan vechten maar de transformaties welke plaatsvinden in
de aanloop naar die rampzalige dag, zijn van die aard dat ze de
omvorming van de vreedzame burger naar de frontsoldaat zich feilloos
doen voltrekken. In de laatste fase van die overgang zijn het de
honger en nog ander levensgevaar voor zichzelf en voor zijn
onmiddellijke naasten welke het maken van een begin met de effectieve
strijd onafwendbaar maken maar aan die fase gaan nog een aantal
cruciale stadia vooraf welke hier worden opgesomd omdat het
onloochenbare herkenningspunten zijn die zich voordoen telkenmale
wanneer de tijd keert.
De
fase waarin Europa momenteel beland is, is die van de recessie.
Economen hebben voor leken onbegrijpelijke definities en bepalingen
van het fenomeen maar deze achteruitgang kan in eenvoudige
bewoordingen beschreven en uitgelegd worden. Voorafgaand aan een
recessie is de stijging van de levensduurte ingevolge de verborgen
versassing van de staatskapitalen naar de middelen welke worden
ingezet voor oorlogsdoeleinden. Iedereen ondervindt dan dat eerst
luxeproducten en vervolgens ook levensnoodzakelijke middelen schaars en
daarom ook duur worden: de burgers kunnen niet langer leven van
hun vast inkomen, zij moeten aan hun spaarcenten gaan zitten en
vervolgens worden zij verplicht om hun eventuele eigendommen te
verkopen, meestal aan banken, welke groeperingen zijn van
kapitaalkrachtige burgers, die van de gelegenheid gebruik maken om
daar zeer goede zaken mee te doen omdat de nood aan financiële
middelen eigenaars dwingt om bezittingen onder hun waarde af te staan
aan hen die wél nog over kapitaal beschikken.
Het
tekort aan geld bij de burgers zorgt ervoor dat minder voedsel en
andere levensmiddelen worden verspild en als men weet dat ongeveer de
helft van het voedsel wordt weggegooid, betekent dit alleen reeds een
daling van de afzet met de helft.
Uiteraard
moet de productie deze trend volgen en ofschoon in de beginfase nog
gehoopt wordt dat het tij zal keren, zodat men op hetzelfde tempo als
voorheen blijft produceren terwijl men de overschotten naar de
voedselbedeling voor de armlastigen versast, zal na verloop van tijd,
als de hoop op beterschap alsook de reservekrachten het laten
afweten, ook de productie worden beperkt.
Op
dit punt gekomen start dan eigenlijk wat men 'recessie' noemt en dit
proces kan makkelijk onomkeerbaar worden omdat het zoals elke
vicieuze cirkel de eigen ondergang bewerkt: verminderde productie
betekent minder producenten en dus minder werkenden, meer werklozen
en hogere staatsuitgaven aan uitkeringen, wat dan weer de koopkracht
flink doet dalen en opnieuw gevolgen heeft voor de productie.
Eenmaal
de productie van heel wat middelen sputtert of zelfs stopt, zal die
uiteraard nog bijzonder moeilijk weer op gang kunnen worden gebracht
omdat ook de infrastructuur wegkwijnt, een proces dat gelijkenis
vertoont met de wet van de traagheid.
Maar
gedurende al die tijd is er nog steeds geen sprake van dat burgers
gaan vechten aan het front om de eenvoudige reden dat er nog geen
honger is of ander levensgevaar. Want honger en sociale onvrede zijn
tweelingbroers en het is van het grootste belang om in te zien dat in
het westen de honger momenteel een grote onbekende is, wat hem des te
gevaarlijker maakt: men spreekt wel over voedsel, over
voedselproductie, over levensduurte en over dergelijke zaken meer en
men spreekt zelfs over honger maar wat honger is, weet men hier in
het westen op de keper beschouwd helemaal niet meer.
Honger
is een fysieke toestand die wij niet kennen totdat die zich voordoet
en bijgevolg beseffen wij ook niet goed welke de invloed is van deze
toestand op onze psyche, op ons gemoed, op onze wil en op onze
bereidheid om bijvoorbeeld te gaan vechten aan het front. Honger is
een ingrijpende fysieke conditie die ons wezenlijk verandert en die
ons willens nillens met de neus drukt op feiten die wij in andere
tijden liever niet zien: dat wij moeten doden om in leven te kunnen
blijven, dat wij zwak en bijzonder kwetsbaar zijn, dat ons bestaan
zoals we het in vredestijd kennen ons de luxe verschaft om als het
ware in een droom te leven of eerder nog in de waan van een eeuwig
paradijs.
Zolang
er geen tekorten zijn, hoeft er niet gevochten te worden, kunnen er
ook makkelijk compromisen gesloten worden met iedereen en is de dood
veraf; doen zich tekorten voor en ervaren wij die aan de lijve in de
gedaante van de honger (die ook nog eens vele gezichten heeft), dan
keren de kaarten volledig en komen wij in een heel andere
werkelijkheid terecht.
Terwijl
wij nu niet begrijpen dat er ooit een dag komt dat wij naar het front
ten strijde zullen trekken, zo ook zullen we op die dag niet
begrijpen dat er een tijd geweest is dat wij dit geheel onmogelijk
achtten.
(J.B.,
11 juni 2023)
09-06-2023
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
08-06-2023
Uit het nieuws: Verband tussen pesticiden en schildklierkanker
Een korte meditatie bij 'Nosferatu' van Werner Herzog e.a.
31-05-2023
Over het licht van de Verlichting
Over het licht van de Verlichting
De vorst van dit
verschrikkelijke tijdperk is het onverstand - uitnemend geïllustreerd
met een verhaal van Kris Vansteenbrugge, getiteld: LGBTQIA+.1
Het verhaal gaat over hedendaagse modieuze maar simplistische
opvattingen die elke consistentie missen en zo zal verdraagzaamheid
jegens alles en iedereen onmogelijkheid blijken van zodra men de
proef op de som neemt en inziet dat bijvoorbeeld de verdraagzaamheid
tegenover homo's, onverdraagzaamheid
tegenover homohaters vereist. Men kan bezwaarlijk het racisme
veroordelen en tegelijk tolerant zijn jegens racisten, moord
verwerpen doch nalaten om moordenaars te straffen, mensen in een vak
bekwamen maar geen inspanningen van hen eisen. Dergelijke opvattingen
zijn oneigenlijk omdat zij het ware karakter van de werkelijkheid
ontkennen en zij steunen derhalve op onwetendheid - een van de meest
geduchte kwalen in een tijdperk dat zich alwetend waant. Wie vrienden
heeft, heeft ook vijanden en deze waarheid onderstreept zichzelf in
het onloochenbare gegeven dat geen band onder mensen zo sterk is als
deze die gesmeed wordt door het hebben van gemeenschappelijke
vijanden. Wie zekere waarden huldigen, zullen de tegengestelde
waarden verwerpen: het ideaal van de openbaarheid vloekt met dat van
de geheimhouding, de verheerlijking van de democratie impliceert de
veroordeling van de dictatuur, de erkenning van het privaatbezit
vloekt met de slogan dat alles van iedereen is en de inclusieve
maatschappij verwerpt de fascistische met haar concentratiekampen,
verbeteringsgestichten en goelags.
Ongetwijfeld ligt een
welbepaalde vorm van hypocrisie mede aan de basis van de malaise. Wij
gaan graag uit eten in chique restaurantjes maar het uitvoeren van de
executie van de runderen, varkens, kippen en konijnen die wij aldaar
verorberen, laten wij aan anderen over - aan slaven of aan automaten.
De steelse blikken welke rondwaren over de met kaarslicht betoverde
tafeltjes wensen te vergeten dat de schoonheid slechts zo dik is als
een vel, een strenge omerta bewaakt het genot van de rijken, zij
mogen er niet aan herinnerd worden dat onder de betoverende perfectie
van de gestalten van feestende nimfen en saters een minder
symmetrisch, grotesk organisch en onwelriekend spektakel aan de gang
is dat bij de minste hapering de extatische mens doet belanden op de
spoed. Van de twee zijden van de medaille er slechts eentje willen
zien, is een zelfbedrog dat nimmer nalaat wraak te nemen terwijl het
vereist wordt om de waanzinnige illusie te kunnen handhaven dat men
ongelijk is aan zichzelf: men wil meer zijn dan datgene wat men is:
god in plaats van mens.
Er is iets in de
werkelijkheid dat verhindert dat men ongestraft blijft waar men
zekere wetten overtreedt en ook als Genesis ernaast zit met zijn
bezwering dat wij pas in het zweet ons aanschijns ons brood zullen
eten, blijft gelden dat overdaad schaadt alsook bewegingstekort omdat
onze gezondheid nu eenmaal aan voorwaarden gebonden blijft: een
tekort aan zuurstof maakt ziek en dat tekort doet zich voor bij lui
die zich te buiten gaan aan spijs en drank en luiheid. 'Indien
beweging een pil was, iedereen zou ze nemen', aldus verwoordde het
onlangs nog een specialist ter zake.2
Het zijn wetten die misschien niet gelden in de dromen van heel wat
mensen maar in de werkelijkheid waarvan zelfs de dromers deel
uitmaken, oefent de aarde een aantrekkingskracht uit die verhindert
dat wij kunnen vliegen als wij ons niet van vleugels voorzien zoals
Daedalos en Ikaros en dan moeten we ook nog rekening houden met de
wet dat de was waarmee de pluimen aan onze armen vastzitten, smelt
onder de invloed van de hitte van de zon. Waar wij geen acht slaan op
die wetten, maken de goden die deze wetten schiepen, dat wij naar
beneden storten, recht in zee.
Het pacifisme is een
mooie maar eerder nog een mooi klinkende ideologie en er valt wat te
zeggen voor de stelling dat geweld moet worden gemeden omdat het
slechts nog meer geweld uitlokt maar als wijzelf of onze geliefden
fysiek worden bedreigd en aangevallen, hetzij door wilde dieren,
hetzij door kannibalen, dan baat het niet om redevoeringen af te
steken omdat wilde dieren noch kannibalen van woorden kunnen leven.
De ironie van het lot wil dat de zelfverklaarde pacifist Albert
Einstein de atoombom uitvond met de aanwending waarvan op 6 en 9
augustus 1945 in respectievelijk Hiroshima en Nagasaki een eind zou
zijn gekomen aan de Tweede Wereldoorlog. Het geloof in de goede god
maakt van de atheïsten ketters die met alle middelen moeten worden
bestreden met navenante oorlogen en wie de praktijk van de oorlog
verwerpen, spannen zich derhalve in om de godsdiensten uit de wereld
te helpen - uiteraard middels de uiteraard gewelddadige vervolging
der gelovigen. Het krijgen is een genot maar het bestaat slechts bij
de gratie van het geven en het genot is pas een realiteit door het
bestaan van leed waarvan het immers op de keper beschouwd de
afwezigheid is.
Onwetendheid nu, is niet
een gebrek aan wijsheid uit hermetische of heilige geschriften maar
slaat op de onkunde inzake de onloochenbare wetten die de kosmos
mogelijk maken en het leven waaraan ook wij participeren. Alleen het
zich beijveren voor het achterhalen en het zich eigen maken van die
wetten die men dan als het ware moet aanbidden omdat zij nu eenmaal
de waarheid zijn, kan ons behoeden voor het onverstand dat mensen
alras doet afglijden naar simplistische ideologieën die ondoordacht
zijn, daardoor inconsistent en dus onwerkbaar. Waar wij ijdele
deviezen nahollen zoals dat van de 'verdraagzaamheid jegens alles en
iedereen, incluis de onverdraagzamen', spreken wij zaken uit die
zelfs in dromen onmogelijk zijn, zoals reeds de grote Franse filosoof
en wiskundige René Descartes wist. Wiskundige zekerheden of wetten,
zo stelde hij, zijn even waar in de droom als in de werkelijkheid, ze
maken dus geen onderscheid tussen werkelijkheid en droom en derhalve
zijn zij nietszeggend. Voor de wetten die betrekking hebben op de
wereld daarentegen geldt dit helemaal niet (zodat wij bijvoorbeeld
kunnen dromen dat wij vliegen) en daarom ook zijn zij wel degelijk de
dragers van een onloochenbare waarheid met betrekking tot de
werkelijkheid. Waar wij eraan verzaken om ons deze wetten ter harte
te nemen, beladen wij ons met het gigantische onverstand dat, zoals
zekere deviezen verraden, kennelijk geheel onbelemmerd heerst over
het huidige tijdperk.
'Het
geweten van Vlaanderen', zoals professor ethica Jaap Kruithof
(1929-2009) ook wel genoemd werd omdat hij zich inzake
rechtvaardigheidskwesties geen blad voor de mond nam, verklaarde
toentertijd niet toe te willen treden tot de instelling van de loge
omdat die de democratie zou ondermijnen: wanneer zich onder
parlementairen logeleden bevinden van wie men kan verwachten dat die
hun stemgedrag op voorhand onderling zullen afspreken, dan kan van
democratische besluitvorming uiteraard geen sprake meer zijn.
Bovendien is het een publiek geheim dat logeleden elkaar de hand
boven het hoofd houden omdat dit een van de belangrijkste regels is
binnen hun groep. Of moet men het veeleer hebben over een 'bende'? De
vraag is pertinent omdat de wet weliswaar de vrijheid van vereniging
waarborgt maar zij verbiedt tevens bendevorming en terwijl
verenigingen inzake hun organisatie transparant horen te zijn, zijn
bendes dat per definitie allerminst: hun regels worden pas duidelijk
voor buitenstaanders op het ogenblik dat zich executies voltrekken
die immers vaak veel moeilijker in de doofpot passen dan het hele
santenkraam van de geheimdoenerij waardoor zij zich (zoals de kerk
destijds) omgeven met een zweem van dat soort van macht dat uit
bangmakerij over minder mondige mensen wordt gepuurd. Op de koop toe
is het bijna een natuurwet dat mensen gehoorzamen aan die regels
waarvan de naleving verzekerd wordt door de meest strenge sancties,
wat zoals algemeen bekend meebrengt dat maffiosi zo moeilijk te
temmen zijn: wettelijke sancties kunnen niet tippen aan de
meedogenloze liquidaties die in de eigen gelederen gangbaar zijn.
Van bendes kan weliswaar
pas sprake zijn waar verenigingen het oogmerk hebben van het plegen
van aanslagen op personen of op eigendommen maar zeer zeker kunnen
democratische rechten als immateriële eigendommen worden beschouwd
daar zij het fundament vormen van de materiële. In dat licht is het
hoger genoemde principe van Kruithof niet alleen terecht maar hoort
het ook te worden uitgebreid in functie van de handhaving van de
rechtsstaat. En dat daar in de jongste jaren het schoentje lijkt te
wringen, is ook geen geheim: de openbare kwijtschelding van
belastingfraude en de vrijkoping van straf door gangsters met het
excuus dat de staat nu eenmaal in geldnood verkeert, verraden plat
opportunisme en het zwichten voor chantage onder de
verantwoordelijkheid van de 'rechtsstaat'. Wanneer de internationale
pers steigert na het quasi vrijpleiten van de schuldigen aan een
racistische moord hier te lande, hoort de vraag gesteld te worden
naar de eventuele rol van verborgen machtsgroepen.
De
kwestie legt overigens ook nog een andere hypocrisie bloot welke men
dezer dagen tevens aantreft in de tactiek waarmee de massa warm
gemaakt wordt voor andermaal een grote oorlog die in wezen luistert
naar de titel van het beroemde kunstwerk van John Heartfield uit
1939: Krieg und Leichen - Die letzte
Hoffnung der Reichen. In
wezen immers is elke oorlog terug te voeren tot een klassenstrijd
waarbij machthebbers samenzweren tegen hun slaven (en waar vandaan
Marx' devies Arbeiders aller landen
verenigt u!)
terwijl die valselijk wordt voorgesteld als een strijd van landen
onderling (die nota bene geen enkele gewone burger wenst). Met
betrekking tot potentieel gevaarlijke geheime genootschappen geldt
immers eveneens dat zij zich weliswaar profileren als filantropen of
weldoeners die ijveren voor de humaniteit, terwijl hun op zijn minst
paternalistische ingesteldheid wezenlijk de belangen dient van een
elite die vegeteert op het zweet van de massa die zij paait met mooie
woorden en beloftes welke evenmin in te lossen zijn als die van de
kerk destijds.
En
En dan is er nog de kwestie van de ledenwerving want, ofschoon de wet
verbiedt dat burgers worden verboden of verplicht om tot verenigingen
toe te treden, geldt hier opnieuw een quasi natuurwet dat het
venijnige doopsel van de kerk in haar schaduw stelt. Weerstaan aan
lui die aan ledenwerving doen, is vaak quasi onmogelijk.
Immers, mensen die
geheel onopgemerkt blijven hebben een weinig benijdenswaardig lot
maar vaak wekken zij alsnog de jaloezie van hun tegenpolen die in het
licht van de schijnwerpers moeten lopen. Want het is een van de
allergevaarlijkste beslissingen om avances af te wijzen terwijl wie
te allen kante worden aangesproken vaak niet anders kunnen dan zich
daaraan schuldig maken omdat zij nu eenmaal moeten kiezen. Het vergt
een bijna bovenmenselijke behendigheid om zonder te kwetsen neen te
zeggen tegen allerlei aanbiedingen en dat wordt een wel bijzonder
gevaarlijk neen wanneer de aanbieders behoren tot iemands meerderen
in de pikorde. Het verwerven van privileges mag dan al geen sinecure
wezen, het is boven elke twijfel verheven dat de afwijzing ervan
verplicht tot een waar huzarenstukje.
We
weten dat avances van amoureuze aard niet zelden een dodelijke staart
hebben zoals in het geval van de grote negentiende-eeuwse Russische
componist Pjotr
Iljitsj Tsjaikovski wiens geesteskinderen het licht zagen in het
tijdperk van de hoogromantiek: waarschijnlijk stierf de musicus aan
cholera maar andere speculaties met betrekking tot zijn vroege dood
(hij werd drieënvijftig) zijn kleurrijker
en volgens een ervan zou de beroemdheid zijn vergiftigd door zijn
gefortuneerde aanbidster, gravin Nadezja Filaretovna von Meck met wie
hij een innige briefwisseling had en die zijn artistieke werk steunde
tot drie jaar voor zijn dood toen hij haar kennelijk moet hebben
afgewezen - Tsjaikovski
was homoseksueel.
De meeste avances zijn
echter van niet amoureuze aard en die hebben te maken met een aanbod
van privileges met betrekking tot het sociaal comfort, zoals jobs,
relaties en private kennis welke het beklimmen van het gebinte van de
sociëteit van het mensdom naar de top vergemakkelijken moeten maar
die al te dikwijls uitmonden in het tegendeel en die daarom vaak met
schroom moeten worden afgewezen, wat dan weer onvermijdelijk als
bijzonder beledigend overkomt bij de presentatoren van de
lekkernijen. Precies zoals in de geest van gravin von Meck
transponeren zich dan de toonladders der bewondering die de avances
voeden in staccato's van vaak blinde haat waarvan de uitwerking
afstoting is, verbanning, karaktermoord en ook wel doodslag. Slechts
weinigen verkiezen dat boven het in de doeken gedaan worden ofschoon
een lot van verstikking onder de dekmantel van liefkozing
ondraaglijker is dan het bruutst geweld. Aan wie op privileges azen,
vallen die bijna zeker nooit te beurt terwijl de aantrekkingskracht
van wie ze afwijzen alleen maar kan toenemen maar de aldus opgewekte
erotische spanning heeft uiteraard haar grenzen en eenmaal die
overschreden worden, manifesteert zich bij de beledigde prompt de
genoemde verandering van de emotie van genegenheid naar die van haat.
Niet zelden koelt de beledigde dan zijn haat met wraak zodat haat
uiteraard kan aanzetten tot vluchten. De bij uitstek door Shakespeare
uitmuntend beschreven intriges onder monarchen en hovelingen - mensen
met macht - behandelen in wezen avances en privileges omdat macht
erotiseert en de gevoelens uitvergroot tot somtijds bovenmenselijke
proporties. Al bij al wordt het mensen in feite onmogelijk gemaakt om
zekere bendes niet te gaan vervoegen zoals het ook onmogelijk is om
niet naar het front te trekken als men daartoe wordt opgeroepen omdat
het oorlog is. De logica van deze 'plichten' heerst over de massa
omdat de massa wordt gedomineerd door een elitair gezelschap, wat
betekent dat de ware strijd die aan de gang is het karakter heeft van
een (weliswaar verkapte) klassenstrijd.
De zaak is dat het
bestaan van bendes resulteert in een uitholling van de staat en van
haar wetten met dezelfde kracht waarmee een ondermaats ingeperkte
natuur de cultuur tot een laag vernis herleidt. Logebroederschap is
een heel fraaie term die echter de veel minder fraaie dwang
camoufleert onder welke de leden van een samenzwering gebukt gaan
omdat zij hun alle vrijheid ontneemt en daarmee ook alle
menselijkheid. In tal van samenzweringen wordt geijverd voor het
goede doel en voor het welzijn van de mensheid maar het paternalisme
in die gang van zaken verschilt niet wezenlijk van het autoritarisme
en mondt ook dikwijls uit in puur fascisme waardoor niet langer
sprake kan zijn van autonomie en vrijheid bij de burger, wat
tenslotte maakt dat al dergelijke broederschappen onvermijdelijk gaan
lijden aan fataal ondermijnende contraproductiviteit. De ironie van
het lot wil dat uitgerekend de aanhangers van de Verlichting die de
open debatcultuur propageert als fundament van elk wetenschappelijk
discours, zich bezondigen aan het stichten van geheime genootschappen
die wegens hun totaal gebrek aan transparantie haar eigen principes
met de voeten treedt.
(J.B., 29 mei 2023)
25-05-2023
De oven van Moloch
De
oven van Moloch
Opvoeding hoort in
dienst te staan van de humaniora of de menswording en menswording
betekent bevrijding van allerlei ketenen, zoals daar zijn: de stof en
de traagheid, de dierlijkheid, de natuurlijke beperkingen maar eerst
en vooral en zeker van tel in deze tijden van bedrog en illusie, is
menswording vooral het zich losmaken van behoeften die vals zijn
omdat ze ons werden aangepraat door lui die via die weg beslag op ons
leggen en ons van onszelf beroven.
Autonomie,
zelfstandigheid of zelfbestuur wordt immers uitermate bemoeilijkt in
een wereld waar concurrentie heerst met het oog op monopolievorming,
wat wil zeggen: de uitschakeling van de tegenstanders die in het
kapitalistische bestel alle mensen nillens willens voor elkaar
geworden zijn.
De concurrentieslag
wordt zoals elkeen dagelijks kan vaststellen vooral gevoerd middels
allerlei listen waarbij de menselijke afhankelijkheid van totaal
overbodige en bovendien rampzalige schijnhulpmiddelen de kroon spant.
Een eerlijke analyse van kosten en baten brengt aan het licht dat de
contraproductiviteit die sinds de Helleense Oudheid het Leitmotiv
vormt in de tragediespelen en waarvan de nefaste impact op de moderne
samenlevingen werd aangetoond en geïllustreerd door vooraanstaande
maatschappijcritici zoals Herbert Marcuse, Ivan Illich en Daniel
Boorstin, bijzonder groteske vormen is gaan aannemen sinds de opkomst
van de hightech met haar computers, smartphones, chips en nog veel
andere dergelijke bazaar.
Zo bijvoorbeeld. Wanneer
amper twee generaties geleden de school diende verwittigd te worden
dat een kind ziek was en afwezig zou zijn, volstond het voor een
ouder om dit mondeling mede te delen aan de directie. Echter, sinds
de auto de afstand van thuis naar de school heeft verveelvoudigd,
moest er getelefoneerd worden en sinds de computer met zijn ontelbare
apps de markt heeft veroverd tot groot jolijt van een handvol
miljardairs, dient door de ouder een speciaal computerprogramma te
worden aangeschaft, geïnstalleerd en in gestolen uurtjes ook nog
eens ingestudeerd, teneinde de afwezigheid van het kind aan de
schooldirectie te kunnen melden want dat handvol miljardairs
heeft ervoor gezorgd dat alle communicatie verloopt via hun kaduke
kanalen die alle menselijke omgang muilkorven of integraal verbannen.
Hiervoor zijn uiteraard
nodig, naast de aanschaf van al die peperdure prutsen die om de
haverklap gehackt worden of defect geraken: een aanzienlijke
investering van tijd en energie die roofbouw plegen op de slaap, om
maar te zwijgen over de resem aan problemen die opduiken in de marge
van die totaal zinloze beslommeringen in het tijdperk van de haast
met in zijn zog de navenante letale gezondheidsproblemen en de
afschuwelijke kwalen die het zenuwstelsel ondermijnen, het geheugen,
de mimiek, de fijne motoriek van de handbewegingen en de rest van
het bewegingsapparaat alsook alle zintuigen, inherent aan de
gedwongen onderwerping aan pc, smartphone, batterijen, stralingen,
kortom: de ganse lelijke en gevaarlijke infrastructuur welke het
mensdom van de toekomst degradeert tot instrument van de giga-vampier
die luistert naar de naam van Moloch.
Is het dan geen ten
hemel schreiend onrecht wanneer 'opvoeders', 'leraren' of hoe zij
zich ook noemen, de lui die door de staat worden betaald om kinderen
groot te brengen, hen daarentegen dag na dag de leugen op de mouw
trachten te spelden dat zij zich ondergeschikt horen te maken aan het
'kristallen paleis', zoals de ziener Fjodor Dostojevski ruim
anderhalve eeuw geleden de dystopie genoemd heeft die nu opgang
maakt, de wereld rond, ter ere van de mammon, en die uiteraard
uitmondt in een gruwelijke oorlog welke wel eens de allerlaatste zou
kunnen wezen?
Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie: