Vrijdagavond – wedstrijd – 8,92 km – 0:38:58 (13,72 km/h – 4,37 min/km)

Tijdens de wandeling gisteren doorheen het Heidebos meenden we eerst een aantal voetballen te zien liggen. Nader onderzoek wees uit dat het hier ging om een 'heksenkring' van reuzenbovisten, waarvan de meesten een diameter hadden tussen 25 en 30 cm. Bovenaan de foto zie je een jonger exemplaar, onderaan wat er overschiet van een ouder exemplaar. Blijkbaar kunnen deze bovisten zelfs een doorsnede hebben van 80 cm of meer.

Tijdens het ‘onkruid’ wieden gaat Fleur altijd heel selectief te werk, van iets onbekend laat ze wel eens een exemplaar staan om later uit te zoeken over welke plant het eigenlijk gaat. En zo bleef er dit plantje staan.

Eén probleem echter: in onze tamelijk uitgebreide literatuur over wilde planten en kruiden was echter niks te vinden tot grote frustratie van Fleur.

Dan maar beginnen googelen op internet, maar ook de eerste resultaten waren ontgoo(g)chelend vermits het heel moeilijk te zoeken is naar iets waarvan je de naam niet kent en ook twijfelt tot welke plantenfamilie ze behoort. Gisterenavond was het eindelijk BINGO! Het gaat hier over de Kleine majer (Amaranthus blitum), uit de Amarantenfamilie. Deze plant staat zelfs op de Rode lijst van Vlaanderen omdat ze vrij zeldzaam voorkomt. Fleur tevreden natuurlijk EN wij hebben een zeldzame ‘gast’ in onze tuin. Vermits hij éénjarig is, is het afwachten of hij volgend jaar weer zal ‘verschijnen’.

Maandag organiseerde onze wandelclub “De Kwartels”, Assenede hun 5^de Langeledetocht te Wachtebeke, dit ter gelegenheid van Langeledekermis. Deze kant van Wachtebeke is voor ons een beetje onbekend gebied dat we nu konden ontdekken via drie lussen die telkens vertrokken van in de feesttent, we besloten er twee van te bewandelen. De Langelede begint aan de grens met Nederland en mondt uit in de Moervaart, het voert het water af van de noordelijke polders naar de Moervaart. In het verleden was het een kanaaltje waarlangs mest naar de polders en landbouwproducten naar de stad Gent werden gevoerd. De eerste lus van 7 km voerde ons naar het Kloosterbos, dit bos is samen met het Heidebos één van de restanten van die grote gordel bossen die zich vroeger van Maldegem tot Stekene uitstrekte. Het grootste gedeelte van deze lus wandelden we dan ook doorheen de vele paden in het Kloosterbos. Geregeld passeerden we enkele privaatgebieden en weekendhuisjes en zelfs een heuse villa werd in het bosgebied gebouwd (illegaal?). Vooral in die gebieden troffen we veel zwerfvuil aan (storend). Het Kloosterbos bestaat het merendeel uit dennen. Een groot gedeelte van het Kloosterbos werd in 2002 door de provincie Oost-Vlaanderen aangekocht. Het provinciebestuur heeft een bosbeheersplan uitgewerkt, waarbij de monotone aanplantingen stilaan plaats kunnen maken voor een bos met inheemse boomsoorten, zoals berk, zomereik, lijsterbes, hazelaar of sporkenhout. Het was weeral te lang geleden dat Fleur en ik eens samen konden wandelen en we hebben er van genoten, onderwijl babbelend en veel foto’s nemend. Een mooi aantal paddestoelen waren uit de grond geschoten dankzij de vochtigheid, en de lijsterbessen, braam- en vlierstruiken hingen vol vruchten.

Meerdere foto's zijn ook te bekijken in ons wandelfotoboek (links) en de fotoreportage van Clement Coclez kun je hier bekijken

We hebben zoals zoveel toeristen gegeten in de “Rue des Bouchers”, matige prijs, tamelijk lekker, maar de bediening onverschillig, ons bord eten werd bijna voor ons op tafel gesmeten. En ze werden er niet vriendelijker op omdat we geen fooi gaven – dat moet men voor ons verdienen. Op de Grote Markt betaal je tussen 2,90 € en 3,20 € voor een koffie en een Duvel kost er 5,50 €, en de bediening net hetzelfde als in het restaurant. Behandelt men zo de toeristen, waar men tenslotte van moeten leven? Heel triest! In een acherafsteegje in het centrum van Brussel vonden we echter een heel gezellig cafeetje “De Goede Oude Tijd”, waar de tijd wel leek stil te staan en de Duvel kostte hier ‘maar’ 3,50 €.