'Teamwork'
“(Zonder de rechtvaardigheid), wat zijn koninkrijken anders dan grote roversbenden? Want ook roversbenden zelf, wat zijn ze anders dan kleine koninkrijken?”
Aurelius Augustinus (375-430), De Civitate Dei, IV.4.
'Teamwork' is een welluidend begrip (maar volgens sommigen een modewoord) met betrekking tot menselijke samenwerking, vooral in de (team)sport en in de zakenwereld en het feit dat de sport maar eveneens onze kapitalistische manier van handeldrijven verschijningsvormen zijn van de jacht, laat in dat begrip al meteen de dissonanten klinken.
Jacht is per definitie het opsporen van wilde dieren om die te doden maar ook op soortgenoten wordt jacht gemaakt, met name op de vogelvrij verklaarden, met andere woorden de 'wilden' onder ons, en het 'wilde' is het niet gecultiveerde, het niet gedomesticeerde, het ongetemde en derhalve datgene waarop men geen vat heeft, datgene waarmee men geen banden heeft, dat wat niet aan banden ligt, wat aan de greep van de groep ontsnapt en wat derhalve ongebonden is of vrij.
Reeds verschijnt hier de paradox in vol ornaat: 'teamwork' is gericht op de maximalisatie van efficiëntie en dus op het vergroten van de vrijheid, welke echter beknot wordt door 'kuddegeest', wat nota bene quasi een vertaling is van 'teamwork'. En uiteraard situeert zich het probleem bij de kwestie wiens vrijheid hier in het geding is.
Waar de vrijheid van enkelingen het voortbestaan van de groep bedreigt, verdient die slechts de betiteling van 'willekeur' maar steeds vaker zijn groepen (naties, unies...) verworden tot instrumenten van potentaten en waar aldus een groep de belangen van een elite dient, en dus de belangen van enkelingen, wordt de vrijheid van alle (niet-elitaire) enkelingen willekeurig beperkt.
In niet-democratische regimes is het probleem helder maar democratieën hebben nood aan dissidenten en aan figuren zoals Noam Chomsky om de onkiese gang van zaken aan het licht te brengen. Dat deze laatste nog geduld wordt, vindt zijn reden alleen hierin dat, wegens het intellectueel niveau van zijn protest, de getalsterkte van zijn publiek vooralsnog danig beperkt blijft dat zij in een democratie (waar de meerderheid beslist) voor de machthebbers geen direct gevaar kan betekenen.
De kwestie wie van de twee, de burger of de staat, de voorrang moet genieten, verdeelt niet alleen de partijpolitiek maar ook de wereld en het is allang niet meer zo duidelijk in welke maatschappijvormen de vrijheid triomfeert of, in wat andere bewoordingen, waar en hoe het cryptofascisme zijn slag thuis haalt.
Bibliotheken zijn reeds gevuld met de navenante problematiek en hier willen we slechts wijzen op een gedrag op microschaal waarbij groepen enkelingen viseren of er jacht op maken want dit gedrag neemt toe in gelijke tred waarmee de angst toeneemt om uit de toon te vallen, een angst waarvan de vreesachtigheid getuigt waarmee men zich paradoxaal genoeg vaak ten koste van zichzelf naar trends en modes schikt.
Wat eerst mondialisering en dan globalisering is gaan heten, verkapt in feite het gebrek aan sociale cohesie op microniveau, wat concreet inhoudt dat asociaal gedrag sowieso niet langer 'not done' is waar algemeen aanvaard wordt dat socialiteit door naties overkoepelende wetten wordt gegarandeerd. Ik hoef mijn buren niet langer uit de nood te helpen want de staat zorgt ervoor dat iedereen een uitkering krijgt, mensen moeten elkaar niet meer groeten want de 'social media' komen tegemoet aan ieders nood aan aandacht en op cultureel vlak is meewarigheid het gepaste antwoord op alle eigen initiatieven die immers verbleken in het licht van de megamanifestaties en de internationale culturele headlines. Kunst is wat als zodanig erkend wordt door Big Brother, ook als het een uitgestalde urinoir is of een strontmachine en romanschrijvers die niet moeten onderdoen voor Dostojevski blijven nitwits totdat een Nobelprijs ervoor zorgt dat zij door iedereen voor genieën zullen worden gehouden.
De kuddegeest berust op de angst om uit de groep gestoten te worden, een angst welke zoals bekend de doodsangst naar de kroon steekt als ze die al niet overtreft. Wie zich door hun gedrag van de groep distantiëren, vormen derhalve een wezenlijke bedreiging die door de kudde steeds feillozer wordt gedetecteerd en bestreden, vaak zonder vorm van proces of middels schijnprocessen, zoals ons bekend uit de geschiedenis van de heksen van Salem. Maar waar dit in de middeleeuwen gebeurde op microschaal, voltrekt de jacht op dissidenten zich vandaag op wereldvlak en in dezer wordt ook preventief te werk gegaan zodat een deel van de bevolking als 'potentieel dissident' zal gebrandmerkt worden en bijgevolg een veroordeling ondergaat waar geen rechters meer bij te pas komen omdat zij resulteert uit door algoritmen gestuurde automatismen en structuren.
Het volstaat voortaan dat de centrale macht een gedragscode ontwerpt en dat ze die via de media die zij bezit verspreidt middels influencers, opdat jan met de pet zich ten volle engageert om elk daarvan afwijkend gedrag op te sporen en te sanctioneren. Merk nu op dat zo doende de aangifte van het gedrag in kwestie, het onderzoek, het proces, de veroordeling en de bepaling van de strafmaat geheel overbodig worden: deze stappen die de rechtsstaat van weleer kenmerken, worden prompt overgeslagen en het lugubere van de hele zaak is dat geen haan er zal naar kraaien omdat wie kraaien, zichzelf veroordelen tot een vorm van medeplichtigheid waardoor zij zich eenzelfde lot toebedelen.
(J.B., 31 mei 2025)
|