Democratie
en mensenrechten (deel 4)
De reeds door
Aristoteles (in de vierde eeuw voor Christus) en later door Alexis de
Tocqueville (in 1835-1840) beschreven zogenaamde tirannie
van de meerderheid wordt door de band
beschreven als het onrecht waarbij de meerderheid haar wil oplegt aan
een minderheid. Edoch, in een minder in het oog springende vorm kan
het hier ook gaan om een minderheid die haar wil oplegt aan een
meerderheid, met name waar deze minderheid stemgerechtigd is en de
meerderheid niet en in dat geval hebben wij te maken met een vorm van
het recht van de sterkste, eventueel gekoppeld aan bijvoorbeeld
nationalisme.
Dit euvel doet zich
vandaag voor waar het rijke noorden haar poorten sluit voor mensen
uit het arme zuiden: de vooralsnog welvarende landen metamorfoseren
tot heuse forten en houden, in weerwil van het asielrecht, armlastige
vluchtelingen, op de loop voor oorlogen en dictators, buiten hun
grenzen middels hekken over de hele breedte van een continent alsook
middels omkoopsommen waar behalve de rijke landen, alleen de
dictators in de arme streken wel bij varen.
Men ziet hierbij over
het hoofd dat dit geweld pas mogelijk is door onheuse voorrechten en
dat een beantwoording ervan middels tegengeweld te verwachten valt
aangezien de vluchtelingen, ofschoon zij arm en rechteloos zijn,
alsnog een absolute meerderheid vormen.
De mondiale
herschikkingen van de economie welke heden aan de gang zijn, gaan
uiteraard gepaard met oorlogen omdat de oorlog het verlengstuk is van
de economie. Omdat ook daar het recht van de sterkste van kracht is,
bestaat er weinig twijfel over de uitkomst van deze wereldwijde
gedaanteverandering, te meer daar deze zich voedt met het
kolonialisme en het neokolonialisme dat nu als een boemerang
terugkeert naar het noorden dat zich in feite rijk gestolen heeft en
dat nu in weerwil van de met juridische hoogstandjes gefabriceerde en
in stand gehouden 'schulden' van de derde wereld, op het wereldtoneel
wordt geconfronteerd met dit gigantische onrecht van de voorrechten,
met in zijn zog de plicht tot Wiedergutmachung
die neerkomt
op een af te lossen schuldenberg die de
Mount Everest naar de kroon steekt.
Een verschijnsel dat
dikwijls wordt omschreven als 'immanente rechtvaardigheid' zal er
wellicht voor zorgen dat de hekken die bedoeld waren om de
vluchtelingen uit het zuiden buiten het noordelijke fort te houden,
weldra gaan functioneren als de tralies van een noordelijke
gevangenis van zodra de oorlog hier goed en wel voet aan wal zal
gekregen hebben en de bevolking zal gevraagd worden zich te begeven
in de richting van het front.
Afgezien van
avonturiers, 'plichtsbewuste' burgers en ook lui die niet beseffen
waaraan ze beginnen, zullen wellicht amper mensen bereid zijn om
spontaan gevolg te geven aan die oproep: velen zullen het hazenpad
kiezen, wat zich zal vertalen in een stroom van vluchtelingen, dit
keer vanuit het rijke noorden richting het arme zuiden, waarbij zij
tegen de eigen hekken gaan aanlopen vooraleer zij beslist niet met
open armen ontvangen zullen worden in de door hen leeggeplunderde
gebieden.
(J.B., 11 maart 2024)
|