Omsk
Van Togenbirger over de toestand in de wereld (deel 6)
En
ik heb het nog helemaal niet gehad over de ontwikkelingen van de
jongste tijd, mijn beste... hoe is uw naam alweer? Maar doet het er
ook toe? Want die ontwikkelingen maken koekjes van ons allemaal, dat
begrijpt u toch zeker wel, of niet?
Koekjes!?
Koekjes,
zei ik, of zeep, ja, zeep maar dit keer zullen het koekjes zijn,
geloof ik, om voor de hand liggende redenen trouwens. Ik wil maar
zeggen dat wat er in de jongste jaren gebeurt, een herhaling is van
wat wij hebben meegemaakt in de jaren dertig van de voorgaande eeuw,
maar dat zult u beslist nog gehoord hebben?
Bepaalde
kranten staan er vol van, ja.
Men
vult de nieuwsberichten met terreuraanslagen en vervolgens gaat men
in het teken van de veiligheid, de vrijheid aan banden leggen en de
controle op de burgers opvoeren. En hoe ver gaat men daarin? Hebt u
het onlangs gehoord, dat men de wielertoeristen wil verplichten om
hun kilometers te gaan malen in speciaal daartoe aangelegde circuits?
Men gaat of staat niet langer waar men wil, de openbare weg is
voorbehouden aan de agressieve automobilist. Dit is de zo gevreesde
terugkeer van het recht van de sterkste! Veiligheid? Laat mij niet
lachen! Als men fietspaden aanlegt zodat de kinderen op weg naar
school niet hoeven doodgereden te worden, zal ik geloven dat het de
politici om onze veiligheid te doen is maar niet eerder! De terugkeer
van het recht van de sterkste, dat is het waarover ik mij zorgen
maak: daarbij vergeleken verdwijnt al de rest in het niets.
Waar
vandaan dan die kentering?
Ik
vermoed dat het alles te maken heeft met het wegebben van het
christendom. In de mens zit een beest, kennelijk is alleen de religie
bij machte om het in toom te houden. Weet u wat er gebeurd is in het
zogenaamde Derde Rijk? Want men praat erover alsof het eeuwen geleden
is, in een vreemde, verre streek, onder een handvol criminelen, een
uitzonderingstoestand, een ongelukkig toeval haast. En niets is
minder waar dan dat, conferatur Stanley Milgram!
U
bedoelt het nazisme in Duitsland?
Ik
bedoel de grootheidswaanzin waaraan de mens ten prooi is van zodra
hij niet langer bereid is het hoofd te buigen voor zijn Schepper. U
moet weten dat er mensen bestaan die willen heersen over alle
anderen, en over de hele aarde, alsof zij god zelf waren. Binnen een
evenwichtige maatschappij kunnen zij zich nauwelijks manifesteren
maar eenmaal de tijden bepaalde kentekenen gaan vertonen, zien zij
hun kans schoon en slaan ze toe: de potentaten. In wezen gaat het om
brutale moordenaars; die zijn er altijd al geweest maar de cultuur
zorgt ervoor dat zij hun diepste verlangens sublimeren en de
godsdienst veroordeelt hun daden als zij nog in het stadium van
gedachten zijn. Hun bestaan is tot mislukken gedoemd, tenzij zij
ineens de dekmantel der dekmantels ontdekken: zij gaan namelijk de
natuur zelf een handje helpen en in tijden van een uitgesproken
liefde voor de natuur, klinkt dat niet eens zo onaardig en op die
manier krijgen zij tenslotte in een ogenblik van onoplettendheid de
wind in de zeilen en in een mum van tijd is het hek van de dam.
Kunt
u wat concreter zijn?
Een
exponent van deze misvatting vindt men daar waar sommigen in de
natuur de wet van het recht van de sterkste geloven te ontwaren,
waarna ze opmerken dat wat mensen en in het bijzonder christenen
doen, daar jammerlijk tegenin gaat. Jammerlijk, zo geloven zij, zoals
blijkt uit de toespraken van bijvoorbeeld Adolf Hitler die het
betreurde dat aan het front jonge en gezonde mensen moesten gaan
sneuvelen om de zieken en de bejaarden thuis in leven te houden.
Hitler betreurde de naastenliefde omdat zij de natuurwet dwarszit en
hij vond dat wij er uiteraard beter aan doen om de natuur een handje
te helpen: door het recht van de sterkste worden de zwakken
geëlimineerd, laten wij dus werk maken van het opruimen van de
zwakken want zij verzwakken de staat dat was de basis van zijn
pleidooi. De executie van dit 'inzicht' dat bijzonder weldenkend of
tenminste toch logisch lijkt, vindt men in de praktijk van de
holocaust: de moord op zo maar eventjes zes miljoen mensen. En nu
moet men weten dat deze industrialisering van de genocide volstrekt
in koelen bloede gebeurde en met de medewerking van talloze medici
ja, het was een medicalisering van de massamoord. Vrijwel geen verzet
daartegen, zij die zich verzetten werden immers op staande voet
geëxecuteerd. Er zijn er zelfs die geloven aan hun perverse
handelwijze een filosofische grondvesting te kunnen verlenen door te
verwijzen naar de grote doch krankzinnige dichter Friedrich Wilhelm
Nietzsche. Ik wil echter andermaal opmerken dat deze lieden
criminelen zijn, dat hun theorie een uitvlucht is en dat zij verdomd
goed weten waarmee zij bezig zijn: het transport van de joden naar
hun eigenhandig gedolven graf, gebeurde in gesloten gaswagens waarop
ter misleiding van het eigen volk geschilderd was: Kaisers
Kaffee. En toen Hitler inzag dat hij de oorlog aan het verliezen
was, liet hij de lijken uit de massagraven opdelven en verbranden, in
de hoop nog gauw alle sporen van de onbeschrijflijke gruwel te kunnen
uitwissen.
U
overdrijft...
Ach,
Shakespeare wist het al: de werkelijkheid is erger dan uw stoutste
fantasie. Maar over de exponent van de holocaust zullen we het straks
nog hebben. Wat ik hier eerst en vooral wil aanhalen in verband met
de menselijke eigenwijsheid of is dat dan geen grootheidswaan?
is de onwaarschijnlijke en aperte onnadenkendheid welke spreekt uit
de uitvluchten om te kunnen moorden, want daar gaat het in wezen om
waar potentaten mogelijkheden ontwaren om zich uit te leven de
nazi's, de nationalisten en de racisten in naam van volk, staat en
ras; de clerici in naam van het zielenheil; de uitwassen van de
medische wereld in naam van de gezondheid en de volksgezondheid, al
wordt de eed van Hippocrates in deze tijden door velen allang niet
meer ernstig genomen. Hebt u al gehoord over de schoonheidschirurgie
en nu heb ik het niet over een kind met een hazenlip of iemand
die verminkt uit een brand komt... ook in de geneeskunde hoort men
steeds vaker het wijsje van u vraagt, wij draaien...
Uitwassen
zullen er altijd zijn...
Om
te beginnen vinden lieden die van oordeel zijn dat ze de natuur een
handje moeten helpen, dat zij zelf geen deel uitmaken van de natuur.
Het is zo klaar als een klontje: mensen die vinden dat de mens als
zodanig deel uitmaakt van de natuur, kunnen ook het menselijke in de
mens niet tegennatuurlijk noemen. Zij die dat wel doen, zijn
uiteraard van oordeel dat de mens zelf tegennatuurlijk is. Edoch, als
zij dat geloven, dan moeten ze meteen ook aannemen dat hun wil om
alle zwakkeren uit te moorden, eveneens tegennatuurlijk is. Derhalve
kunnen ze met hun standpunt geen enkele kant op, wat zij verkondigen
snijdt geen hout, is het nep, het is een rookgordijn dat zij proberen
op te trekken om aan hun moordlust een schijn van waardigheid te
geven. En ze zouden dit nooit kunnen doen zonder de vastberadenheid
waarmee zij hun critici het zwijgen opleggen: deze lui zijn
terroristen zonder meer.
Vervolgens
dient hier op gewezen te worden: om de natuur een handje te kunnen
helpen, moet men de natuur eerst door en door kennen, men moet weten
wat de natuur wil en men moet het ook beter weten dan de natuur zelf,
wil men in staat zijn om hem te helpen. Wel, dan moet men mij eerst
en vooral eens uitleggen hoe zoiets mogelijk zou kunnen zijn. Want
ook hier moet men er dan van uit gaan dat men zelf buiten de natuur
staat en tevens moet men ervan overtuigd zijn dat men het als
buitenstaander beter weet dan de natuur zelf die het doet. Ik wens er
niet verder over uit te weiden, het is te gek om los te lopen. Maar
men dient op zijn hoede te zijn voor lui die met het mensdom deze weg
op willen: zij zijn gevaarlijk zonder meer, zij schuwen beschaving en
cultuur, zij willen de oorlog en de vernietiging en zij verwachten
daarvan alle heil... voor zichzelf! En vandaag komen deze lieden
overal ter wereld aan de macht: zal ik van Noord tot Zuid en van Oost
tot West hun namen spellen of is het verstandiger om dat niet te
doen, daar wij ons zeker geen illusies moeten maken over hun
vastberadenheid?
U
weet dat twee jaar geleden paus Franciscus, Oscar Romero zalig
verklaard heeft: de gewezen aartsbisschop van El Salvador verdiende
zijn sporen door tijdens een mis zijn mond open te doen over de
vijfenzeventigduizend burgerdoden, vaak kinderen, onder de militaire
junta. Daarop verleende de Katholieke Universiteit van Leuven hem een
eredoctoraat maar een week later, op 24 maart 1980, werd hij door het
regime vermoord. Paus Franciscus was zijn toenmalige ambtsgenoot in
buurland Argentinië waar een vergelijkbare dictatuur veertigduizend
slachtoffers maakte. Maar de toekomstige Franciscus had niets te
vrezen: hij beweert over de toestand in Argentinië niet op de hoogte
geweest te zijn. De katholieke kerk zelf weigerde toentertijd om
Romero heilig te verklaren begrijpelijk, daar zij de dictatoriale
Latijns-Amerikaanse regimes steunde; niemand immers kan twee heren
dienen. En van deze verhalen staat de geschiedenis bol. Vandaag
explodeert een bom van dictatoriale regimes over de gehele wereld met
vaak als enige antwoord een algemene onverschilligheid. En grote
mensen hebben herhaaldelijk gewaarschuwd dat dit het ergste is: de
onverschilligheid!
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
29 juli 2017)
|