Alle rechten voorbehouden Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres: http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/
31-12-2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 8
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
8
Sinds
Modern Times van Charlie Chaplin weten wij allen dat met de komst van
de Industriële Revolutie de ontmenselijking zich met rasse schreden
heeft doorgezet ingevolge de specifieke middeldoelomkering waarbij de
menselijke instrumenten over de mens zijn gaan heersen of hem op hun
beurt tot hun instrument hebben gemaakt. Dat is vooral het geval met
de economie maar vandaag wellicht in een nog grotere mate met de
volksgezondheid.
Waar
de mens herleid wordt tot een onderdeel van de machine is de
middeldoelomkering duidelijk, al mag men hier niet uit het oog
verliezen dat zij enkel voor de arbeider geldt, terwijl de werkgever
het heft in handen houdt met zijn machines waarvan zijn arbeiders
onderdelen zijn. Maar op zijn beurt wordt uiteraard ook de werkgever
herleid tot een onderdeel van de omvattender machinerie die de
economie is en die is nog onpersoonlijker en abstracter is dan pakweg
een locomotief. (De uiteindelijke niet-persoon achter alle kwaad is
een 'zucht' - in dit geval de hebzucht).
De
onzichtbaarheid van de middeldoelomkering neemt toe in de mate dat de
afstand tussen de mens en zijn instrumenten groter wordt en op die
manier kunnen realiteiten zoals 'de economie', 'de maatschappij' en
vandaag bij uitstek 'de volksgezondheid' voor verwarring zorgen en
wel in die mate dat zekere middeldoelomkeringen aan het oog
onttrokken blijven en ten gevolge daarvan des te rampzaliger
toeslaan.
De
verwisseling van een optimale volksgezondheid met een gering aantal
zieken maakt geheel abstractie van de methodes waarmee het
terugschroeven van het aantal zieken kan worden bereikt, alsook sluit
men aldus de ogen voor de onontkoombare paradox dat meer medische
zorgen sowieso resulteren in een maatschappij met relatief minder
gezonde mensen omdat de geneeskunde de zieken in leven wenst te
houden. In de kaduke overtuiging dat hij de natuur maar best een
handje kon helpen, verkreeg Hitler een maatschappij met minder
zieken, gewoon door alle zieken om te brengen maar dat aldus de weg
open ligt voor de praktijk van het recht van de sterkste, dat een
eufemisme is voor de volstrekte rechteloosheid maar tevens de
volstrekte cultuurloosheid waarbij bijvoorbeeld de geneeskunde maar
beter vervangen kan worden door de massamoord, wordt onder de mat
geveegd.
Om
de een of andere reden blijkt het verstand van een massa mensen
gewoon ontoereikend om te kunnen of te willen inzien dat in de
gegeven, verkeerde definitie, waarbij de graad van de volksgezondheid bepaald wordt door het percentage aan gezonde
individuen, de volksgezondheid helemaal losgekoppeld werd van de
gezondheid van de mensen als zodanig. Hetzelfde probleem doet zich
voor in een wat minder onduidelijke vorm waar men de economie
loskoppelt van de welstand van de individuen.
Deze
op het eerste gezicht raadselachtige paradoxen zijn in feite terug te
brengen naar het probleem van de verwarring van het geheel met zijn
onderdelen - een probleem dat gevoed wordt door het feit van de
depersonalisering die de waarschijnlijkheidsrekening de eerste viool
laat spelen ten koste van de realiteitszin waarbij de eindwaarde die
de menselijke persoon is, geheel veronachtzaamd wordt. Wij weten
allen dat het gemiddelde inkomen van de Belg helemaal geen
betrouwbaar beeld kan geven van de welstand van de burgers, net zomin
als onze kennis omtrent de gemiddelde schoenmaat van een groep mensen
ons in staat zou stellen om voor al die mensen passende schoenen te
gaan fabrikeren. Als in een groep van honderd mensen er vijftig zijn
met schoenmaat 35 en vijftig met maat 45, dan zou de productie van
honderd paar schoenen met maat 40 weggegooid geld zijn. En als van
een groep van honderd mensen er één miljardair is terwijl de rest
helemaal niets bezitten of misschien alleen maar schulden, dan
resulteert de kaduke denkvorm die vandaag de wereld overheerst in de
misleidende conclusie dat het gemiddelde bezit van die honderd mensen
tien miljoen bedraagt.
Om
dezelfde reden houdt het percentage aan gezonde mensen in een volk
geen enkel verband met de volksgezondheid en kan het zonder meer
terugschroeven van het aantal zieken niets te maken hebben met wat
het ministerie van de volksgezondheid hoort na streven. Waar
abstracte realiteiten zoals maatschappelijkheid, economie en
volksgezondheid de voorrang krijgen op de werkelijkheid, dreigt de
mens herleid te worden tot een getal terwijl kwaliteiten niet tot
kwantiteiten kunnen worden herleid zonder dat hun inhoud en derhalve
hun eigen zijn miskend wordt. En wellicht schuilt hierin de grootste
dreiging voor een ongeremde toename van de voortschrijdende
ontmenselijking.
(J.B.,
1 januari 2024)
30-12-2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 7
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
7
Met
de uitspraak dat godsdienst opium is voor het volk bedoelt Karl Marx
heel eenvoudig te zeggen dat religie net als opium een middel is, zij
het een wat meer betaalbaar middel, waarmee mensen zich kunnen
verdoven voor de al te pijnlijke facetten van de werkelijkheid zoals
bij uitstek het lijden en de dood.
In
feite is religie het resultaat van een maatschappelijk aanvaarde,
geïntegreerde en geïnstitutionaliseerde vorm van dissociatie.
Dissociatie is de geestestoestand waarin mensen zichzelf kunnen
brengen wanneer zij de realiteit niet (langer) verdragen en waarin
zij de dingen die gebeuren gaan beschouwen als onecht, gespeeld,
voorgelogen of resulterend uit een complot.
De
Noord-Afrikaanse bisschop, kerkleraar en filosoof Sint-Augustinus Van
Hippo beschouwde de waarneembare werkelijkheid als onecht en als
slechts een façade voor een andere, pas onrechtstreeks waarneembare
en diepere werkelijkheid. In de religie krijgt de absurde
werkelijkheid van geluk en toeval een zin van zodra wordt aangenomen
dat wat op het eerste zicht volstrekt zinloos lijkt, een verborgen
betekenis heeft die men moet leren te ontdekken. De verschrikkingen
van het lijden en de dood krijgen in het licht van bijvoorbeeld de
katholieke theologie een zin, wat maakt dat men zich er beter kan mee
verzoenen. Tenminste als men aanleg heeft voor wat in de psychiatrie
als dissociatie wordt bestempeld en dissociatie kan beschouwd worden
als een vorm van zelfbedrog.
De
kern van het onderhavige probleem situeert zich vanzelfsprekend in de
kwestie of zingeving een vorm van dissociatie moet worden genoemd
ofwel of dissociatie een vorm van zingeving moet heten. Dissociatie
is een gedrag waarbij men zichzelf ontkoppelt van de werkelijkheid en
in die zin lijkt het ook een problematisch gedrag maar tevens is het
een functioneel gedrag, alleen al omdat dit het leven draaglijker
maakt. Ook hier gaat de vergelijking met opium op omdat pijnstillers
weliswaar de realiteit - van in dit geval de pijn - verhullen maar
voor het gebruik van pijnstillers is er wat te zeggen als men de
overtuiging is toegedaan dat het lijden helemaal geen zin heeft.
Anderzijds
blijft er uiteraard een wezenlijk onderscheid bestaan tussen
enerzijds pijnstillers en anderzijds bijvoorbeeld voedsel dat ons
immers bevrijdt van het leed ingevolge de honger maar dat tevens
noodzakelijk is voor de instandhouding van het leven. Men kan met
andere woorden bezwaarlijk volhouden dat het zin heeft om te vasten
tot de dood terwijl wellicht weinigen er graten zullen in zien
wanneer mensen aan het leed dat zij niet zelf gezocht hebben en
waarvan zij zich niet kunnen ontdoen, een zin wensen toe te kennen.
Het laatste lijkt onschuldig, het eerste vanzelfsprekend allerminst.
De
kwestie of religie ontmenselijkt ofwel of veeleer geheel andersom het
verbod op religie dat doet, lijkt onbeslist te moeten blijven. In
sterk materialistisch georiënteerde maatschappijen neigt men ertoe
om religie eerder als waanzin te beschouwen terwijl daarentegen in
religieus gekleurde culturen het atheïsme geldt als een opvatting
die de menselijkheid fnuikt en derhalve als een wezenlijk tekort of
zelfs als een geestesziekte.
De
zaken worden er helemaal niet eenvoudiger op van zodra men de visie
gaat delen dat de wetenschap een hedendaagse vorm is van religie want
voor die opvatting valt zeker en vast een en ander te zeggen, alras
vanuit de vaststelling dat ook in het wetenschappelijke wereldbeeld
de heilige huisjes van de partij zijn en wel in die mate dat zij aan
wie er ook maar durven toe uit te nodigen om over zekere zaken in
debat te gaan, desnoods manu militari het zwijgen opleggen.
(J.B.,
30 december 2023)
29-12-2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 6
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
6
Via
een sluikse omwisseling van rechten in gunsten sluipt in de wereld de
slavernij naar binnen. Mensen worden ertoe verleid om gunsten te
aanvaarden van lieden die het middels deze tactiek gemunt hebben op
hun rechten. En mensen zonder rechten zijn slaven: hun bestaan is
totaal afhankelijk van de willekeur van wie hen in bezit houden.
Het
bezitten van mensen slaat in de eerste plaats op het voeden (of
veeleer nog het voederen omdat wie geen (mensen)rechten genieten ook
niet als mensen worden beschouwd): wie honger hebben, bieden gehoor
aan wie beslag hebben gelegd op de middelen om deze nood te lenigen.
De afhankelijkheid van de willekeur van derden maakt dat mensen hun
gedrag afstemmen op wat anderen van hen verwachten en derhalve
voltrekken zij ook de wil van anderen, wat inhoudt dat zij de eigen
wil prijsgeven en zij doen dat vanuit de overtuiging dat dit de enige
manier is om te kunnen overleven.
Mensen
worden met andere woorden niet zomaar willoos maar datgene wat zij
willen, wordt alleen nog bepaald door het overlevingsinstinct dat hen
ertoe brengt om de wil uit te voeren van wie hen overheersen en zij
doen dat teneinde zelf niet overheerst te worden door de dood.
Chantage is wat aan de basis ligt van de slavernij en zo ziet men in
de geschiedenis ook dat slaven door de band buitgemaakte soldaten
zijn wiens leven wordt gespaard in ruil voor de dwangarbeid die hen
toelaat om te overleven.
Van
hun rechten en van hun wil beroofde mensen hebben geen andere keuze
dan zich te gedragen zoals huisdieren dat doen, wat wil zeggen dat
zij ernaar streven om in de gunst te staan van hun eigenaars. De
loonslavernij is op dat vlak zo mogelijk nog doortastender dan de
slavernij van weleer omdat middels die tactiek mensen met schulden
worden opgezadeld terwijl schuldenaren ertoe neigen om in de gunst te
komen van hun schuldeisers aan wie zij hun wil dan 'spontaan'
onderwerpen. Van zodra de aanname van kracht is dat het geld ongeacht
welk goed vertegenwoordigt, zal het door zijn eigenaars gebruikt
worden als universeel chantagemiddel dat ervoor zorgen kan dat ook
mensen tot het eigendom van mensen gaan behoren.
Het
proces van deshumanisatie gaat hand in hand met dat van onderwerping
dat op zijn beurt door minachting wordt voorafgegaan. In een cultuur
waar minachting en achting of kortom eer van tel is, handhaaft zich
het recht van de sterkste op grond van krachtmeting of oorlog waarvan
de uitgestelde vorm de (economische) concurrentie is welke pas kan
gedijen in een kapitalistisch bestel. Dit draait uit op
monopolievorming, dictatuur en tenslotte genocide, zoals de
geschiedenis leert en om die reden ligt in de concurrentiële
economie reeds op een fatale manier de massamoord besloten.
Het
alternatief van een samenwerking die resulteert uit redelijk overleg
in plaats van uit fysieke strijd, vergt een overstijging van het
louter dierlijke bestaansniveau. De mogelijkheid tot zo'n
overstijging wordt natuurlijkerwijze gegeven door het feit van het
mens-zijn zelf maar zij wordt gefnuikt door zekere praktijken.
Immers, cultuur, vrijheid, welzijn, humaniteit, veiligheid,
beschaving, maatschappelijkheid en nog vele andere goederen zijn geen
toestanden doch praktijken, wat wil zeggen dat zij helemaal
geen bestaan hebben waar zij niet worden uitgeoefend. Wij zijn
geen mensen maar wij oefenen het mens-zijn uit en op dezelfde manier
is ook de ontmenselijking een praktijk. Vernederingen, fascisme,
oorlog en concurrentie danken hun bestaan uitsluitend aan de
manifestatie van specifieke misdaden en deze laatsten kenmerken zich
door hun voor mensen nefaste resultaten. De hieraan tegengestelde
goederen zoals vrijheid, gelijkheid, menselijkheid en noem maar op,
zijn nooit verworvenheden maar zij worden in stand gehouden door
handelwijzen aan het gezag waarvan men zich dient te onderwerpen op
grond van de voor iedereen onmiskenbare vruchten die zij afwerpen.
(J.B.,
29 december 2023)
27-12-2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 5
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
5
Vanaf
2025, aldus heeft een minister beslist, zullen werkenden de voorrang
krijgen boven werkzoekenden inzake het recht op woonsubsidies of
sociale huisvesting. Met allerlei drogredenen wordt de stelling
verdedigd dat noodlijdenden minder rechten hebben dan welstellende
burgers, wat neerkomt op de visie dat nood niet langer het criterium
hoort te zijn inzake het recht op hulp: dat recht kan voortaan alleen
nog worden gekocht.
Edoch,
waar rechten koopwaar geworden zijn, zullen zij alleen nog worden
toegekend aan de rijken en waar dit recht van de sterkste heerst,
wordt het concept 'recht' uiteraard helemaal uitgehold omdat het
principe van Montesqieu of de scheiding der machten vereist dat
rechten wars van de politiek en derhalve ook wars van de economie
dienen te worden gehandhaafd.
De
trend is niet nieuw want sinds jaar en dag laat het Belgische gerecht
zich betalen voor de vrijkoping van schulden: fraudeurs en criminelen
van alle pluimage kunnen op initiatief van het gerecht zelf aan
torenhoge boetes en gevangenisstraffen ontkomen door zich spontaan
aan te geven. Deze 'minnelijke schikkingen' worden voorgesteld als
een win-winsituatie door een staat die op zwart zaad zit. Dat
belastingontduikers hier garen bij spinnen, is lang geen geheim: zij
bestelen de staat en blijven ongestraft wanneer zij een deeltje van
de buit teruggeven aan de eigenaar - het scheelt warempel niet veel
of zij werden erom geëerd.
De
staat gedraagt zich in dezer zoals de voetganger op de zebra's aan
wie voorrang wordt verleend: hij wuift de automobilist dankbaar na.
De chauffeur kon hem namelijk ook aangereden hebben en dan weggekomen
zijn met een smoes. Het immorele aan deze zaak is dat de dreiging van
het recht van de sterkste datgene wat een recht hoort te zijn, prompt
veranderd heeft in een gunst. De dreiging is even reëel als het
verschil tussen leven en dood omdat men uiteraard goed gek moet zijn
om niet opzij te springen voor een nozem. De wrange situatie is
verwant aan die welke volgt uit het Stockholmsyndroom.
Het
omtoveren van rechten in gunsten is een eerste fase in het proces
waarbij aan mensen met geweld en misbruik van macht hun rechten
worden ontnomen en waarbij het solidariteitsprincipe dat het
maatschappelijke leven draagt, wordt uitgehold en uiteindelijk ook
definitief vernietigd. Solidariteit betekent in wezen immers dat men
elkanders lasten draagt, meestal vanuit het redelijke inzicht dat
tegenslag iedereen kan overkomen en dat dit meestal ook zal gebeuren
omdat de meeste mensen oud worden of anderszins hulpbehoevend, als
zij het al niet van bij de geboorte zijn. Wie in een voor hen
vijandige omgeving moeten leven, kunnen niet rekenen op het normale
bestaan dat voor anderen vanzelfsprekend is en zij dreigen derhalve
in de problemen te komen als de maatschappij hier niet op anticipeert
met wetten die principieel de bescherming verzekeren van ongeacht
welke burger tegen vijandelijkheden waar hij niet heeft om gevraagd
en die meestal te wijten zijn aan onbegrip maar vandaag nog veel
vaker aan haat.
Het
woord is gevallen: blinde haat is wat er uiteindelijk schuilgaat
achter politieke beslissingen die de solidariteit ondermijnen omdat
de betrokken politici verkozen worden door een menigte die door haat
wordt gedreven. Populisten hebben hun politiek succes nu eenmaal te
danken aan meestal extreemrechts georiënteerde lui die elke vorm van
solidariteit verwerpen omdat zij nu eenmaal egoïstisch zijn en
asociaal. In een democratie is dit euvel uiteraard heel moeilijk te
bestrijden omdat het gevaar van de tirannie van de meerderheid er
structureel in verweven zit.
De
weigering van de massa om de solidariteit nog langer in het vaandel
te voeren, steekt meestal de kop op wanneer een periode van
maatschappelijke welstand aan haar einde komt en ontevredenheid de
kop opsteekt en aangewakkerd wordt. Hierbij worden dan zondebokken
aangeduid die met de recessie helemaal niets te maken hebben maar
deze beproefde tactiek weet de echte daders - de verantwoordelijke
politici - wel buiten schot te zetten, zoals ook geschiedt waar
gevangenen onschuldig vastzitten en er op die manier geheel ongewild
voor zorgen dat de echte daders met rust worden gelaten.
Jawel,
de benadeelden van de asociale wetten die aan de willekeur van
extreemrechts ontspruiten, zijn wezenlijk gevangenen die de straffen
uitzitten welke toekomen aan de populisten.
(J.B.,
27 december 2023)
25-12-2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 4
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
4
Leopold
II, onder wiens schrikbewind in een paar decennia tijd de helft van
de Congolezen in zijn kolonie werden afgeslacht in de roof van ivoor
en rubber die de megalomane vorst een gigantisch persoonlijk fortuin
opleverde, kreeg het voor mekaar om zich te laten doorgaan voor een
van de grootste filantropen op aarde - toentertijd maar ook vandaag
nog, nu in het zog van geschiedenisadaptor Daniël Van Reybrouck1
de dynastie voorbereidselen treft om het jubelpark dat met het
bloed van de zwarten werd gebouwd wat op te fleuren tegen de tijd dat
België zijn tweehonderdste verjaardag vieren moet.
Met
die pr-stunts als voorbeeld weten grootverdieners voortaan hoe zij
het aan boord moeten leggen om zich te beveiligen tegen de
onvermijdelijke plaag van jaloezie en rancune die sowieso alvast een
deel van hun talloze slachtoffers tegen hen in het harnas jaagt.
Gandhi werd afgeschilderd als een filantroop daar hij zijn volk
kalmeren moest met de politiek van de 'ahimsa', voor de
gelegenheid gepromoot in opdracht van de wrede Britse kolonisator.
Naast het portret van Mahatma Gandhi staat overigens prompt ook dat
van multimiljardair Bill Gates te prijken op dezelfde bladzij over
'mensenvrienden' in de schoolboeken van onze kinderen. En waarom
zouden de ministers achterblijven en de burgemeesters met de Kerst
die toch de unieke gelegenheid biedt voor een toneel waarop zij de
kerstman (Christus) zelf kunnen vertolken die zijn lekkers uitdeelt
aan de feesttafels der armen?
Op
de leeftijd van 103 jaar overleed in 1995 in New York Edward Bernays,
een neef van de beroemde psychiater Sigmund Freud, die zijn theorie
over de beïnvloeding van het onderbewuste van de massa in de
praktijk bracht als tactiek voor propaganda en 'public
relations'. Met de fabricatie van
allerlei stunts en van verborgen associaties met beroemdheden en
lusten, stellen potentaten voortaan de wetenschap in dienst van hun
imago en van hun persoonlijke belangen.
Ook
Adolf Hitler wist het: de massa heeft de leeftijd van een kind van
vier en kan via hypnose worden bespeeld met angsten en verlangens. De
volstrekte afwezigheid van mensen in de massa is een publiek geheim
waarvan iedereen getuigen kan sinds 2000 jaar geleden een uitzinnige
menigte de vrijheid van de moordenaar Barabbas verkoos boven die van
de Messias - die prompt tot de kruisdood werd veroordeeld. De furie
van dezelfde massa ook weet te verhinderen dat vluchtelingen in
barensnood een plek vinden om te bevallen omdat het onderbewuste
wordt bespeeld met associaties van armlastigen met demonen. Het
afschilderen van mensen in nood als lastpakken, ratten, nestbevuilers
en bloedvergiftigers zoals in het zog van Hitler de huidige
presidentskandidaat van de V.S., Donald Trump doet, betekent:
wetenschap in dienst van misdaad en ontmenselijking.
Dat
de wetenschap zich steeds vaker lijkt te ontwikkelen tot dienstmaagd
van het nefaste proces van deshumanisatie, toont aan dat zij een
moreel volstrekt neutraal instrument is waarmee eenieder die er
beslag weet op te leggen, willekeurig welke kant op kan. Het is
alarmerend dat het volk zich kennelijk niet bewust is van dat feit
en dat het in een soort van naïviteit de wetenschap net als de
religie van destijds blijft beschouwen als heilig en als
onaantastbaar en dit zeer in tegenstelling tot de mens.
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 3
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
3
In
juni 2020, zowat een half jaar na de intrede van de pandemie, stelde
de toenmalige prins Charles van Wales, de huidige koning van
Engeland, samen met de directeur van het Wereld Economisch Forum,
Klaus Schwab, voor om de pandemie aan te grijpen voor wat zij
betitelden als een Grote (dit is: wereldwijde) Herstart: een
heropstart van het kapitalistisch systeem dat bezig is de wereld
regelrecht naar de ondergang te leiden, en dit met het oog op het
behoud en het verstevigen ervan!
Uiteraard
geschiedde dit in de schoot van een conferentie van economen ofte
geldspecialisten aangezien de oppergod, verantwoordelijk voor het
onheil dat de planeet naar de afgrond voert, niemand minder is dan de
mammon, de verpersoonlijking van de ongeremde hebzucht. Pas met de
wereld op de rand van de afgrond staat ook het daarvoor
verantwoordelijk kapitalistisch systeem op instorten maar met dit
opzet werd en wordt gepoogd om dit systeem dat de vrekken in het
zadel houdt, in allerijl alsnog te redden door het zogezegd
milieubewust te maken en gericht op meer sociale gelijkheid: het
gedrocht verantwoord kapitalisme ziet het levenslicht. Zoals
wij allen weten, heeft nooit voorheen een meer belachelijke
contradictio in terminis bestaan.
Edoch,
the Great Reset was zeker geen primeur en zijn beroemdste
voorganger kennen wij als de Franse Revolutie van 1789, nu 235 jaar
geleden, toen de Verklaring van de Rechten van de Mens en van de
Burger werd afgekondigd met, hypocriet genoeg, het eigendomsrecht als
belangrijkste principe, incluis het lijfeigenschap. In Parijs
ontketende zich een volksopstand waarna de edellieden en de clerus in
serie werden onthoofd met de daartoe ontworpen guillotine zodat daar
alleen in één jaar tijd veertigduizend koppen rolden. De heropstart
geschiedde danig drastisch dat in 1793 zelfs de Gregoriaanse
kalender, die de jaartelling laat beginnen bij de geboorte van
Christus, het moest ontgelden: hij werd vervangen door de kalender
van de republiek en 1793 werd prompt uitgeroepen tot het jaar 1. De
heiligen op de kalender werden vervangen door wereldse figuren en nog
een ganse resem andere aanpassingen moesten een volledige
secularisering van de maatschappij helpen realiseren. In feite werd
de ene religie door de andere vervangen en die kalenderkermis werd
dertien jaar lang volgehouden, tot in het jaar 1806 - de Revolutie
zelf duurde tot 1799.
Sinds
geruime tijd verschijnen boekwerken die de wetenschap ontmaskeren als
een nieuwe vorm van religie en zo herhalen de geleerden dat er
uiteindelijk niets nieuws is onder de zon en dat door alle heisa heen
de ene dictatuur alleen maar wordt vervangen door de andere. Verkapt
als vooruitgang, strijd om mensenrechten en gelijkheid, broederschap
en welvaart, vestigen zich steeds dieper in alle wereldse structuren
nieuwe vormen van slavernij en privileges, oorlogen en ten hemel
schreiend onrecht. Sinds de opstand van Lucifer blijkt
ontmenselijking doorheen alle gebeurtenissen een nimmer uit te roeien
rizoom.
(J.B.,
Kerstavond 2023)
22-12-2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces - Aflevering 2
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Aflevering
2
Elf jaar geleden gaf
de straffeloosheid waarmee macht misbruikende politieagenten in de
USA blijken weg te komen met hun moordpartijen op (minderjarige)
zwarten aanleiding tot de beweging "#BlackLivesMatter" en
vandaag hebben videobeelden van gelijkaardig onrecht vanwege de
politie hier te lande zich een weg gebaand naar het Tv-journaal:
macht wordt bijna sowieso misbruikt wanneer dat misbruik uit het
licht gehouden wordt, hetzij letterlijk uit het licht van de dag,
hetzij uit het licht van het woord.
In dat laatste geval
wordt verwezen, enerzijds naar alle vormen van de omerta met
navenante afpersingsmethoden, gaande van regelrechte
doodsbedreigingen tot de goed gecamoufleerde sociale druk waarmee
politici in verkiezingstijd de oudjes in hun zorggevangenissen een
bezoek gaan brengen en, anderzijds, naar het tribunaal, de
rechtspraak, de openbaarmaking van het gebeurde middels getuigen die
publiekelijk en onder ede spreken.
Maar niet alleen
gerechtsdienaren komen in de verleiding om zich schuldig te maken aan
machtsmisbruik, waarbij zij hun absolute hoogdagen kennen van zodra
het fascisme tot wet wordt zoals dat 'kortstondig' wereldwijd het
geval was ten tijde van de pandemie: naast het politiekorps was daar
bijvoorbeeld ook het medisch korps van de partij en wel in die mate
dat zowat de helft van alle dokters in de genees-, heel- en
verloskunde er ernstig gingen aan denken om onder het juk van een
bijzonder eenzijdig gepolitiseerde Wereldgezondheidsorganisatie hun
beroep niet langer uit te oefenen omdat zij dit niet meer in
overeenstemming konden brengen met de door hen bij de aanvang van hun
ambt gezworen eed van Hippocrates.
Ten tijde van het
naziregime in het Duitsland onder Adolf Hitler verklaarde het medisch
korps zich quasi unaniem akkoord met de toen opgang makende,
volstrekt onwetenschappelijke, misdadige en racistische opvattingen
over volksgezondheid en misdaadpreventie en wel in die mate dat de
gezondheidssector nauw ging samenwerken met de doodseskaders van het
moorddadige regime om onder meer de zieken, die zij voor de
gelegenheid als 'rotte appelen' bestempelden, niet langer medisch te
behandelen met het oog op genezing maar voortaan medisch om te
brengen en wel met het oog op wat zij beschouwden als de genezing
van het ras.
Uiteraard worden de
geneeskundige studies en disciplines die het kruin van het
maatschappelijke kunnen verzamelen in één klap overbodig van zodra
de massa de opvatting van een gek door de strot werd geramd dat
gezondmaking van het volk bereikt kan worden met de veel simpelere
methode van de massale afslachting van alle zieken. En dit is
allemaal mogelijk bij de gratie van het feit dat een massa helemaal
geen intellectueel of ethisch peil heeft: gekoppeld aan het principe
dat niet wie zorg dragen en nadenken het voor het zeggen moeten
hebben maar wel een onverschillige meerderheid, volstaat plat
populisme om in de oprichting van concentratiekampen het wondermiddel
te gaan zien om de mensheid op te tillen naar de ongeziene niveaus
van welstand en beschaving waarvan het ganse mensdom ter gelegenheid
van de Tweede Wereldoorlog getuige is geweest.
Dat zekere
opvattingen via slinkse politici vandaag andermaal de medische
zorgverlening besmetten met volstrekt immorele praktijken mag blijken
uit het gemak waarmee hospitalen erin slagen om patiënten in het
ongewisse te laten omtrent de gezondheidsrisico's die zij lopen van
zodra zij deze anderszins streng gereglementeerde terreinen betreden:
er gelden geen verplichtingen om bezoekers in te lichten over de kans
die zij lopen op besmettingen met de fatale ziekenhuisbacterie of met
andere contagieuze aandoeningen en qua zorg lijkt de voorrang te
worden gegeven aan de indekking van de eigen belangen van de
zorgverstrekkers die, wars van alle wetgeving ter zake, niet zelden
het initiatief nemen om de patiënten te wijzen op uitgerekend die
rechten waarmee zij hun artsen van de plicht tot zorg kunnen
ontslaan.
De laatst genoemde
aberraties treden vanzelfsprekend op in het zog van de hegemonie van
een kapitalistische economie die zichzelf hoger acht dan de mens die
zij zou moeten dienen; het werktuig heeft zich verheven boven wie het
hanteren; de mens is verworden tot middel van de machinerie die
hijzelf zo moeizaam heeft opgebouwd om hem van dienst te zijn; het
menselijke werd door de megarobot die het uiteraard als redundant
beschouwt, gewoon geëlimineerd. Wat overschiet zijn op den duur
alleen nog kille statistieken en op helemaal niets meer slaande
getallen.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
22 december 2023)
20-12-2023
Kerst 2023
Kerst 2023
Deshumanisatie: het nieuwste proces
Deshumanisatie:
het nieuwste proces
Terwijl het ijdele
westen gelooft dat het op het wereldtoneel het voortouw neemt inzake
mensenrechten, antidiscriminatiewetten, respect voor diversiteit en
inclusie, tonen de politieke wendingen van dit ogenblik onomstotelijk
aan dat het tegenovergestelde het geval is, met name een gestaag
voortschrijdende deshumanisatie of ontmenselijking.
Een actueel voorbeeld is
de ter tafel liggende pensioenhervorming die rechtstreeks resulteert
uit het populisme dat ervoor zorgt dat politieke beslissingen
voortaan genomen worden door een steeds egoïstischer en botter
wordende dictatuur van de meerderheid, geleid door een massa bij
welke de naar pure machtswellust afgegleden politici willen scoren.
Er schiet gewis geen enkele partij meer over die het niet van de
daken schreeuwt dat aan wie geen twintig jaar effectief gewerkt
hebben, het recht op een minimumpensioen moet worden onthouden omdat
alle partijen in het zog van het succesrijke extreemrechts zijn gaan
vrezen voor de definitieve afstraffing door de nieuwe kiezer die nog
louter een product is van een door het kapitalisme totaal
geperverteerde maatschappij.
Een humane samenleving
zal mensen die op de arbeidsmarkt niet aan de bak komen omdat zij om
de een of andere reden verstoten worden, bijspringen met alle
mogelijke compensaties. Edoch, de maatschappij waarin wij vandaag
leven, doet exact het tegenovergestelde: wie geen betaalde job kunnen
vinden, zullen met de aan de gang zijnde hervormingen niet worden
gecompenseerd maar op de koop toe een tweede keer worden verstoten
waar hen ook nog eens het recht op een pensioen wordt ontzegd.
De achterliggende
'filosofie' verkapt een volstrekt perverse visie op arbeid: arbeid
wordt daar immers niet gezien als een mensenrecht, als het recht op
zin in de vorm van het recht op creatieve deelname aan het
maatschappelijke gebeuren maar wel als een loutere plicht welhaast in
de betekenis van een straf, welke dan gecompenseerd dient te worden
met een beloning, alsof men al werkende een stuk van zijn tijd en van
zijn vrijheid verkocht in ruil voor een som geld, waaronder een
bijdrage aan de verzekering op een inkomen bij werkonbekwaamheid
ingevolge ziekte of ouderdom.
Achter de benadering van
arbeid als een straf die gecompenseerd wordt met een loon schuilt
echter de frustrerende ervaring dat de hedendaagse job allerminst de
voldoening van een zelfrealisatie verschaft en zij heeft die zelfs
niet op het oog: steeds vaker komt de uitoefening van een job neer
op de blinde onderwerping van de eigen wil aan die van een ander in
ruil voor geld. Met andere woorden betekent werk vandaag steeds
duidelijker de verkoop van zichzelf waarbij de mens zichzelf onder
dwang reduceert tot een loutere robot die bediend wordt door een
baas.
Omdat de verkoop van
zichzelf, waar het in de uitoefening van een job om gaat, de eigen
vrijheid betreft, terwijl de vrijheid de essentie is van de
menselijkheid en omdat een mens, beroofd van zijn vrijheid, een slaaf
is, functioneert de huidige maatschappij bij de gratie van een
slavernij die dermate dwingend is dat zij degenen die er geen deel
van uitmaken, hetzij omdat zij dat niet kunnen, hetzij omdat zij het
niet willen, genadeloos liquideert. Het proces van liquidatie bestaat
in het onthouden van levensmiddelen aan wie hun vrijheid of hun
menselijkheid niet verkocht krijgen.
De eliminatie van
economisch onrendabele elementen brengt eer aan een samenleving die
er niet langer een is en zij voert allen die zij met de moordende
logica van haar systeem als ballast moet beschouwen, af naar een
front waar zij geconfronteerd worden met zichzelf als de ultieme
vijand. Aan het oorlogsfront immers ontnemen degenen elkaars leven
die uit hun perverse maatschappijen verstoten werden met als enige
resterende economisch zinvolle bestemming de reciproque
bestaansbeëindiging.
Met de recente
omkoopschandalen rond VB-politici Frank Creyelman en Filip De Winter
zijn rechtsextremisten allerminst aan hun proefstuk toe. Ten
tijde van het Derde Rijk maar ook reeds in de daaraan voorafgaande
jaren sinds 1933 bestond in Vlaanderen het Vlaams Nationaal Verbond
(VNV) onder de leiding van Staf De Clercq, dat in 1936 zestien zetels
behaalde in de Kamer en dat aanleunde bij de Duitsers met het blad
Volk en Staat dat vanwege het Duits Propagandaministerie (Promi) van
de NSDAP een toelage ontving van 800 Reichsmark - toentertijd een bom
geld dat door o.m. De Clercq werd opgehaald. In 1939 werd de subsidie
zelfs vervijfvoudigd naar 4000 RM per maand. Dat bedrag liep op tot
tenminste 40.800 RM. In totaal zou Volk en Staat tussen 1937 en 1939
meer dan 1.200.000 F Nazigeld ontvangen hebben.1
Het VNV-jeugdblad Deltakamp kreeg sinds april 1937 maandelijks 100 RM
van het Promi.2
Extreem Duitsgezinde nationaal-socialisten verenigden zich in de
NSVAP onder de toen 18-jarige August Segers, geruggensteund door de
Nederlandse nazi Van Rappard. De geschiedenis is complex maar vast
staat dat de hier genoemde en nog andere Hitlergezinden onder het
eigen volk gingen spioneren voor de Duitsers die hen financierden.
Een van de meest schrijnende vormen van een dergelijk 'burenverraad'
voltrok zich in het Roemenië van Ceaușescu maar de best bestudeerde
geschiedenis van moordende achterdocht betreft de Rwandese
volkerenmoord zoals ontleed door Abram de Swaan.34
1Maurice
De Wilde, De Nieuwe Orde, De Nederlandsche Boekhandel,
A'pen/A'dam (Tweede druk), 1982, pp. 9-12.
3
Abram de Swaan, The Killing
Compartments. On genocidal regimes and their perpetrators,
2014. (Nederlandse vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014), in de tekst afgekort als 'dS'. Voor een synthese,
zie: J.B., Verborgen massamoord, Serskamp 2017. Zie: 330786.pdf
(bloggen.be)
4Jan
Bauwens, Van libricide naar genocide. Over de uitbraak van
W.O.III. Artikels van 6 maart 2022 tot 9 maart 2023, Serskamp
2023, pp. 485v.
09-12-2023
Fragment film
fragment film "Uninformed Consent"
"Dus zo werkt het met vaccins: je bent niet ziek, maar je zou ziek kunnen zijn. Het is een heel andere manier van berekenen, Als je ziek zou kunnen zijn. Datgene wat je daarentegen iemand geeft, mag ze natuurlijk niet juist wél ziek maken. Je moet kunnen bewijzen dat alle kwalen die ze zouden hebben gekregen, voorkomen werden door wat je ze hebt gegeven. En dat is echt moeilijk te doen..."
08-12-2023
"Uninformed Consent"
"Uninformed Consent"
07-12-2023
Daarom is de waarheid een zaak van leven of dood
Daarom
is de waarheid een zaak van leven of dood
Bij de productie van
geneesmiddelen maakt men zich sterk dat men zich er middels
dubbelblind onderzoek kan van verzekeren of de bewuste middelen al
dan niet werkzaam zijn, in dit geval door uit
te sluiten dat tijdens het onderzoek niet alleen de patiënt maar ook
de onderzoeker op de hoogte zou zijn van hun werkzaamheid.
Dubbelblind betekent immers dat zowel de patiënten als de
onderzoekers in het ongewisse verkeren over het feit of zij behandeld
worden met het medicijn of met een placebo. Edoch, de voor de hand
liggende mogelijkheid van vervalsing van de uitkomst van het
onderzoek onder de invloed van het winstbejag
wordt met het grootste gemak over het hoofd gezien.
Teneinde te kunnen
uitsluiten dat winstbejag de geneesmiddelenproductie zou kunnen
beïnvloeden, zou deze moeten verlopen in volstrekte
onafhankelijkheid van de belangen van de producent maar in onze
kapitalistische economie is dat uiteraard een onmogelijkheid
aangezien de producent helemaal niet kan produceren zonder dat de
medicijnen naast hun eigenlijk doel, dat erin bestaat het belang van
de patiënt te dienen, ook
nog een ander, expliciet bedoeld gevolg hebben, met name het maken
van winst. Het is evident dat de geneesmiddelenproducent alle belang
heeft bij een maximale afzet en die realiseert zich pas waar een
maximaal aantal mensen het product kopen en dus waar zoveel mogelijk
mensen lijden aan die kwalen welke daadwerkelijk de nood scheppen om
zich het bewuste product aan te schaffen. Geneesmiddelenproducenten
zullen er derhalve alles aan doen om ervoor te zorgen dat zoveel
mogelijk mensen gaan geloven dat het product in kwestie - en
bovendien geen ander middel dan dat - voor hen onmisbaar is.
De concurrentie onder
geneesmiddelenproducenten kan zich vertalen in de bestrijding van
elkaars winsten door de werkzaamheid van de eigen producten te gaan
verdedigen en die van andermans producten te gaan ontkennen. Inzake
de jongste pandemie geldt nu het volgende. Omdat zij de gigantische
winsten in het zog van vaccinaties over de ganse aardbol niet aan hun
neus willen zien voorbijgaan, hebben de farmareuzen van bij de
aanvang van de pandemie uiteraard werk gemaakt van de ontkrachting
van de bewering dat stoffen zoals hydrochloroxine werkzaam zouden
zijn tegen het betrokken virus. Maar dit negationisme kan
vanzelfsprekend pas vruchten afwerpen als het pad dat zij bewandelt,
irrationeel en derhalve onwetenschappelijk is.
Nu heeft iedereen kunnen
bevroeden en uiteindelijk ook kunnen ondervinden dat in de hele
pandemie-discussie helemaal geen sprake is geweest van rationaliteit
of van redelijk overleg: de hele retoriek was er een van drogredenen
en zij hadden hun oorsprong bij de ongeremde hebzucht van een
beperkte groep die hier van bij de aanvang van de 'ramp' onmiskenbaar
in het spel is geweest.
De rede is gebaseerd op
de openbaarheid, die de basis vormt van de universaliteit. Dat is zo
omdat het bepalen van wat waar is en wat niet, in wezen altijd een
rechtszaak hoort te zijn: principieel mogen of moeten allen met hun
argumenten naar voren komen en op grond daarvan wordt in alle
openbaarheid beslist wie gelijk hebben en wie niet. Dit gebeurt
noodzakelijk in de openbaarheid, zodat iedereen kan getuigen dat er
geen bedrog gepleegd werd, wat onder meer inhoudt dat men niemand
heeft doen zwijgen, zo simpel als dat. Die werkwijze vormt overigens
ook de basis van de open debatcultuur.
In de corona-affaire
echter is vooral sprake van macht en van het recht van de sterkste.
Bijzonder om gade te slaan, is hoe men niet alleen de waarheid
verzwijgt maar hoe men die ook nog eens ten koste van alles op
zijn kop weet te zetten. In dat verband schrijft Hannah Arendt
over totalitarisme als over een systeem dat gekenmerkt wordt door een
verwisseling van de feiten met de ficties van de potentaten.
Die verwisseling van de
waarheid met zekere leugens gebeurt ook en vooral in de tijdspanne
die op de misdaad als zodanig volgt: men doet nu niet alleen mensen
zwijgen maar men zet de zaken ook op hun kop, zoals de Belgische
koning Leopold II het betrachtte waar hij, zichzelf persoonlijk
verrijkend met het bloed van de Congolezen, deze misdaden met alle
macht trachtte voor te stellen als de heldendaden van een groot
staatsman en filantroop.
Het is geen sinecure om
aan te tonen hoe het concreet in zijn werk gaat waar daders met
slachtoffers worden verwisseld en bovendien vergt het ook heel wat
uitleg om zo'n gang van zaken aan het licht te brengen want hier is
het lastige probleem van de kennis-extractie aan de orde: X doet
iets, efficiënt en snel, maar Y begrijpt niet hoe X dat doet en hij
kan derhalve X niet aanklagen wanneer het om een misdaad gaat omdat
die hem kennelijk altijd een stap voor is. Laten we dit mechanisme
hier eens trachten te schetsen aan de hand van een eenvoudig
voorbeeld, een voorbeeld van hoe X het klaarspeelt om Y de genoemde
peer te stoven: de dader weet zichzelf als slachtoffer te verkopen en
het slachtoffer als dader af te schilderen.
X ontmoet Y zonder
bijzijn van ook maar enig publiek en bij die gelegenheid vertikt X
het om Y te groeten. Bij elke volgende ontmoeting in gelijkaardige
omstandigheden en dus zonder de aanwezigheid van derden, creëert X
eenzelfde scenario. Edoch, wanneer bij een andere gelegenheid, dit
keer in het bijzijn van een publiek, X en Y elkaar ontmoeten,
presteert X het prompt om Y wél te gaan groeten en hij doet dat met
voorbedachten rade en bovendien op een zeer expliciete manier zodat
zijn vertoon het getuigenis geniet van alle aanwezigen. Uiteraard
ontgaat deze hypocrisie van X niet aan Y en dientengevolge weigert Y
uiteraard om op zijn beurt X te groeten. Ongelukkig genoeg is van dit
laatste feit nu wel iedereen getuige.
X is er met andere
woorden in geslaagd om zijn gelijk binnen te halen door Y aan het
publiek te tonen als degene die weigert om een groet uit te brengen
terwijl hij zich daarvan heeft verzekerd dat hijzelf zeker niet zal
beschouwd worden al degene die een ander negeert. En niemand zal er
nu aan denken om X in het ongelijk te stellen: iedereen zal Y
veroordelen. De dader heeft zich weten te verkopen als slachtoffer en
hij is erin geslaagd om van het slachtoffer een dader te maken. Dit
heeft hij gepresteerd door een spel te spelen met het publiek.
Het voorbeeld is met
opzet simpel gehouden omdat het helemaal niet simpel is. Mathematisch
gezien is het inderdaad heel simpel maar omdat het gaat over zaken
van leven en dood - zaken van waarheid en
leugen zijn uiteindelijk ook altijd zaken van leven en dood - krijgt
het een lading die alleen ervaren en gekend wordt door wie
echt in de zaak betrokken zijn. Het empathisch vermogen van het
merendeel van de mensen blijkt uit onderzoek immers zo goed als
onbestaande en in dat perspectief stelt Primo Levi dan ook dat
onverschilligheid nog erger is dan genocide. Als er geen eigen
belangen mee gemoeid zijn, is de interesse ver te zoeken. Maar nog
meer dan eigen belangen speelt de factor van de gezagsgetrouwheid
omdat die uiteraard op de eerste plaats komt bij wie eigenbelang
nastreven: men wil op een goed blaadje staan bij wie het voor het
zeggen hebben.
Zo'n dertig jaar geleden
betrapte een lokale arts een non erop dat zij in een hospitaal in
Wetteren verschillende roofmoorden pleegde op bedlegerige oudjes.
Toen hij deze feiten aan het licht had gebracht, riep op een
gemeentelijke vergadering de voorzitter uit: "Welk kieken
heeft dat aan de grote klok gehangen!" In dit geval wist de
klokkenluider (zij het met veel moeite) de journalisten uiteindelijk
voor zich te winnen maar waar klokkenluiders er niet (kunnen) in
slagen om de media aan hun kant te krijgen, triomferen de
samenzweerders en voltrekt zich een ramp. En dat is het geval waar
het vrije woord niet langer vanzelf spreekt.
Dat was het geval in de
coronatijd. En dat is nu de reden waarom de enorme leugen die zich
over het mensdom verheft, voor eeuwig en drie dagen zal blijven
heersen: de leugenaars gaan door voor de geloofwaardigen en wie de
waarheid verdedigen, worden nu voor leugenaars bekeken. Die
afschrikwekkende omkering wordt gerealiseerd door te gaan spelen met
het publiek en met de voeten van wie de waarheid willen verdedigen.
In de pandemie toont zich het bizarre huwelijk van twee perverse
machtsvormen: enerzijds die van de samenzwering en anderzijds die van
een door de samenzwering gecorrumpeerde media. Het is dan ook geen
geringe uitdaging om het gedrocht te lijf te gaan dat hier
onherroepelijk verrijst.
Maar niemand kan
verhinderen dat het allemaal alsnog onder woorden wordt gebracht. Het
enige wat samenzweerders uiteindelijk nog kunnen doen om hun leugens
te verdedigen, is tot moorden overgaan. Het is nu in het zich
voltrekken van dat jammerlijke gebeuren dat men dan ook de betekenis
kan ontdekken van de beroemde verzen van Heinrich Heine:
"Wo man Bücher verbrennt,
verbrennt man auch am ende Menschen."
(J.B., 7 december
2023)
06-12-2023
Gevaren van extreemrechts (8) Enkele fragmenten uit âHet grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereldâ Zesde fragment: pp. 481-484
Gevaren
van extreemrechts (8)
Enkele
fragmenten uit Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en
andere teksten over de totalitaire wereld
Zesde
fragment: pp. 481-484:
Oorlog,
het verlengstuk van de economie
De
Nederlandse socioloog Abram De Swaan heeft het grondig onderzocht en
beschreven in zijn Compartimenten
van vernietiging; over genocidale regimes en hun daders
(2014) aan
de hand van de goed bewaarde gegevens uit onder meer de volkerenmoord
in Rwanda waar de strijd tussen vermeend andere rassen in 1994 leidde
tot een genocide met een
miljoen Tutsi-slachtoffers:
stelt
men zich de vraag naar hoe het allemaal is kunnen gebeuren, dan kan
het antwoord kort en krachtig luiden dat, eenmaal de waanzin van het
moorden aan de gang is, er twee kampen ontstaan en daar waar de
misdaadgolf passeert, sluiten de mensen zich dan aan bij het
moordende en dus het 'winnende' kamp om niet te gaan behoren tot de
verliezende groep op wie jacht wordt gemaakt.1
De
cultuur van geheimhouding vindt in dezelfde realiteit zijn reden van
bestaan: niet de slachtoffers jagen angst aan maar wel het
slachtofferschap en dus de daders en derhalve kiest men de kant van
deze laatsten, hetzij op een actieve manier - door te participeren
aan de misdaden - hetzij passief - door de andere kant op te kijken,
door te zwijgen. Het zwijgen van de getuigen is de schijnbare
onverschilligheid en over de onverschilligheid als zodanig schrijft
Primo Levi in Se
questo è un uomouit
19472
dat zij erger nog is dan de misdaden zelf welke zij verzwijgen. Het
zwijgen uit angst is ook verwant met het negationisme dat - nog lang
na de gebeurtenissen - doorwerkt als een gesettelde angst of een
trauma. Achter een façade van totaal misplaatste stoerdoenerij
(zoals bij uitstek bij neonazi's het geval is) schuilen vrees en
lafheid: houdingen welke regelrecht in strijd zijn met de stelling
van Plato dat het verkieslijker is kwaad te ondergaan dan het te
doen.3
De
oorlog is het verlengstuk van de economie en derhalve zijn de twee
kampen met enerzijds de misdadigers en anderzijds de slachtoffers ook
reeds in het strijdperk van de economie een realiteit welke vaak heel
anders wordt voorgesteld dan deze in feite is. Men spreekt gemeenzaam
over de werkenden en de werklozen en men beschouwt de eersten als de
'gevers' en de laatsten als de 'krijgers' maar in de huidige
socio-economische constellatie is de identificatie van werken met
geld verdienen of een job hebben geheel onterecht en ware het
rechtvaardiger om het te hebben over enerzijds degenen die het geld
naar zich toetrekken en anderzijds zij die het moeten derven. Per
slot van rekening werkt sowieso iedereen naar best vermogen vanuit de
fundamenteel menselijke drang om een bijdrage te kunnen leveren aan
de gemeenschap, terwijl het bovendien helemaal niet waar is dat de
werkelijke verdiensten overeenkomen met de financiële: hardwerkende
mensen met lage lonen sterven gemiddeld tien jaar eerder dan goed
betaalde burgers met een comfortabele, vaste en stressvrije job.
Slaven die helemaal niets overhouden, werken het hardste en sterven
reeds jong. Gemiddeld moeten in de derde en de vierde wereld
vijfenveertig slaven - en dat zijn per definitie mensen zonder job -
werken om de hoge levensstandaard van één doorsnee westerling - mét
job - te garanderen.
Gaswagens
in de Oekraïne
Alle
sporen van de massagraven werden uitgewist door speciale eenheden van
arbeiders die dan op hun beurt werden vergast. De konvooien met
gaswagens verplaatsten zich doorheen de veroverde gebieden en vele
duizenden mensen werden aldus omgebracht. We
vervoerden mannen, vrouwen, ouderlingen en kinderen,
aldus een getuigenis: Ze
mochten niets bij zich hebben. Er gingen telkens 50 mensen in een
gaswagen. Die dag werden zowat duizend mensen vervoerd.4Tijdens
een bezoek van Italiaanse fascisten werden hen gaskamers getoond en
in zijn dagboek schrijft een getuige dat de bezoekers hevig geschokt
waren.
Ook
in de Oekraïne opereerden tenminste vijf gaswagens. Ziehier een
getuigenis van een commandolid over een operatie in november 1941 in
Poltava (in het zuiden van Oekraïne): Ik
zag zelf hoe het in zijn werk ging met twee gaswagens. Ze reden de
gevangenis binnen en de joden - mannen, vrouwen en kinderen - moesten
vanuit hun cel direct de gaswagens naar binnen gaan. Ik weet ook hoe
het er vanbinnen in de gaswagens uitzag. De ruimte was bedekt met
metalen platen en had een houten vloer. De uitlaat kwam terecht in de
binnenruimte van de wagens. Ik kan nog steeds het geklop en het
geschreeuw van de joden horen - 'Beste Duitsers, laat ons eruit!' De
joden liepen zonder aarzelen de gaswagens in. Van zodra de deuren
dicht waren, startte de chauffeur de motor, dichte rook werd erin
geblazen, dan was er een wirwar van verfrommelde lichamen. Het was
een angstaanjagend spektakel.56
4Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 57-59.
Gevaren van extreemrechts (7) Enkele fragmenten uit âHet grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereldâ Vijfde fragment: pp. 460-481
Gevaren
van extreemrechts (7)
Enkele
fragmenten uit Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en
andere teksten over de totalitaire wereld
Vijfde
fragment: pp. 460-481:
(...)
Duivelse
listen
In
de historische documentaire over het gebruik van gifgas, getiteld
Nazi Mass Murder,
worden de moordprocedures in detail beschreven. Het krankzinnige
karakter van de extreme rationaliteit of de zogenaamde
wetenschappelijkheid waarover professor Mattias Desmet het heeft,
blijkt uit de afstandelijkheid en uit de volstrekte gevoelloosheid
aan de dag gelegd door alle medewerkers aan de moordpartijen onder de
invloed van de hypnotiserende machtsgreep waarin zij in feite
gevangen zaten en die wellicht vergelijkbaar is met de greep die
werkgevers op hun werknemers hebben van wie zij immers een loon
moeten ontvangen en van wiens grillen zij derhalve afhankelijk zijn
voor de kwaliteit van hun leven, zo niet voor het feit of zij al dan
niet een menswaardig bestaan zullen kunnen leiden. Niemand zal
loochenen dat ook vandaag misbruik vanwege werkgevers algemeen
verspreid is precies vanwege de macht die zij met een zekere
willekeur over de job en derhalve over het leven van hun
ondergeschikten hebben. Blinde gehoorzaamheid aan de autoriteit en
blind respect voor de pikorde blijkt maar al te vaak het enig
mogelijke verweer tegen jobverlies met in zijn zog vaak oeverloze
ellende gegarandeerd door de economische onzekerheid welke dit
tijdsgewricht kenmerkt: werkloosheid betekent inkomensverlies en
sociale achterstelling of uitsluiting voor het kroost dat aan deze
wantoestanden tenslotte helemaal geen schuld heeft. Voor wie het nog
niet wisten: steeds meer kinderen arriveren 's morgens met een lege
maag op school en op steeds meer plaatsen moeten kleuterjuffen broden
meebrengen en begint de les met een ontbijt.
Zorginstellingen
werden door de nazi's omgevormd tot gaskamers en ovens, medici
overlegden over de meest doeltreffende massamoordmethodes, zij lieten
douchekoppen, valse leidingen en andere camouflage in de gaskamers
installeren, maakten gebruik van kalmeringsmiddelen en leugens om hun
slachtoffers om de tuin te leiden en daarna ook de families van de
slachtoffers. Het kort medisch onderzoek vooraleer de gaskamers te
betreden diende ter identificatie van de ongelukkigen en om hun
medische toestand in te kunnen schatten met het oog op een te
verzinnen doodsoorzaak welke aan de familie kenbaar zou gemaakt
worden na de moord. De te vergassen mensen waren naakt en werden
eerst ook nog gefotografeerd, hun doodstrijd werd door vensterglas
gadegeslagen en duurde twintig minuten., sommigen schreeuwden luid en
beukten met hun vuisten op de muren. Daarna werden de lijken naar de
ovens gebracht om te verbranden, asse werd op vraag naar de familie
gestuurd, zoals gezegd met vermelding van een verzonnen doodsoorzaak,
de kamer werd gedurende een uur verlucht om onmiddellijk weer in
gebruik te worden genomen voor de volgende groep. De hersenen werden
uit de lijken gehaald en voor onderzoek door geleerden naar de
universiteiten gestuurd. 12
Voorgewende
doodsoorzaken
De
euthanasie-centra van de nazi's hadden elk een secretariaat voor de
registratie van het aantal doden, het opstellen van overlijdensaktes
en het verzinnen van
doodsoorzaken. Wat
betreft dit laatste werd er middels een specifieke verzameling van
informatie over de herkomst van de vermoorde patiënten, de
woonplaatsen van hun familieleden en de data van overlijden op gelet
dat de families geen argwaan konden krijgen omtrent de doodsoorzaken
en zo bijvoorbeeld voorkwam men door vervalsing van de data dat over
teveel patiënten ineens op dezelfde plek gerapporteerd zou worden
dat zij aan dezelfde ziekte zouden overleden zijn. Aan de familie van
de ongelukkigen werden rouwbetuigingen gestuurd, standaardbrieven
waarin de voorgewende
doodsoorzaak vermeld werd
en daarin werd tevens gezegd dat het omwille
van het vermijden van besmettingsgevaar noodzakelijk was geweest om
onverwijld het lichaam te cremeren
wie dat wensten, konden op aanvraag een urn met asse bekomen. De
brieven werden ondertekend door de betrokken artsen maar dan wel
pseudoniemen. Ze werden bijgehouden in dossiers in Berlijn maar op
het einde van de oorlog werden ze naar Hartheim gebracht om daar
vernietigd te worden.34
Koolstofmonoxide
voor allerlei categorieën
De
stalen tanks van 40 liter met elk zes kubieke meter CO zagen eruit
zoals tanks met CO.2 of met O.2 en werden geleverd door BASF per
honderd stuks met vrachtwagens onder valse firmanamen.5
Onder
de joodse geesteszieken werd niemand van 'euthanasie' gespaard, zij
werden opgehaald met bussen door lui in witte uniformen om de indruk
te wekken dat het ging om medisch personeel. Aanvankelijk ging het
transport naar Brandenburg maar vanaf 1941 werden zij naar bezet
Polen vervoerd om daar hetzij gefusilleerd te worden, hetzij vergast.
Een speciaal registratiebureau telde de doden en verzamelde ook de
achterblijvende waardevolle zaken zoals gouden tanden; ook de
toegekende uitkeringen werden nog maanden na de vergassing van de
slachtoffers verder geïnd. 67
Geblindeerde
busjes en immer rokende crematoria, stapels standaardrouwbrieven,
versprekingen en vergissingen, op den duur zei men over elkaar: Gij
zult nog eindigen in de ovens van Hadamar! Men vreesde dat men
naast geesteszieken nu ook nog andere categorieën begon te vergassen
zoals dissidenten, bejaarden, alcoholici, bedlegerigen, bedelaars,
zwervers, prostituees en zogenaamde asocialen en antisocialen. De
onrust leidde reeds in 1940 tot protestbrieven vanwege onder meer
kerkelijke gezagsdragers, sommige politici en ook burgers. Het
sermoen door de bisschop van Münster op 28 juli 1941 waarin deze de
massamoord aankaartte, noopte Hitler op 24 augustus 1941 tot een
oponthoud in de activiteiten van T4. Maar dit was alleen maar schijn
want de activiteiten gingen gewoon door terwijl de geheimhouding
strenger werd. De locaties voor euthanasie werden verplaatst en de
moordpartijen gebeurden met vergif (morfine en scopolamine) en
uithongering. Kinderen met zowel joods als arisch bloed werden
omgebracht alsook tuberculosepatiënten. Aan de universiteiten was er
grote vraag naar hersenen voor onderzoek. Vervolgens werden ook de
zwakzinnigen en de epileptici vergast.89
Moorden
om te besparen!
De
voorzieningen voor euthanasie rapporteerden wekelijks aan het centrum
in Berlijn hoeveel patiënten gedood werden maar die gegevens werden
vernietigd voor het einde van de oorlog. Toch kwam men er later
achter dat in Grafeneck in 1940 meer dan 10.000 patiënten gedood
werden. Eenzelfde aantal in Hadamar. In totaal waren dat van januari
1940 tot augustus 1941, 70.273 [in
feite uiteindelijk: 71.088]patiënten.
Een werkgever aldaar beschrijft een viering onder werknemers als
volgt: Onder de lunch ( ) verklaarde dr. Berner dat er
die dag 10.000 lijken zouden verbrand worden, een gebeuren dat zou
bijgewoond worden door het voltallige personeel. 's Avond in de hall
kreeg iedereen een fles bier en daarna zakten we af naar de kelder.
Op een brancard lag het naakte lichaam van een man met een
waterhoofd. ( ) De 'cremators' legden het lichaam in een soort trog
en duwden het in de oven. De heer M., verkleed als pastoor, sprak een
lijkrede uit. (...) Dan volgt
een macabere berekening: In de veronderstelling dat de
[71.088] patiënten
nog gemiddeld tien jaar te leven hadden en wetende dat zij 3,5
Reichsmark per dag kostten, berekende men dat in de genoemde periode
de massamoorden een besparing hadden opgeleverd van 885.439.800
Reichsmark. De besparing aan voedsel bedroeg 141.775.573,8
Reichsmark.1011
'Kaiser's
Kaffee'
Na
de bezetting van het westen van Polen in de herfst van 1939 ging men
daar op gelijkaardige manier te werk. De SS evacueerde de
asielcentra. Mannen, vrouwen en kinderen (telkens een zeventigtal)
werden in een groot stalen voertuig gedreven dat geen vensters had,
alleen een grote metalen deur achteraan, en waarop de misleidende
tekst: Kaiser's
Kaffee Geschäft en
zij werden onmiddellijk vergast met koolstofmonoxide uit een tank
onder het voertuig. Nadien werden nieuwe voertuigen gebouwd waarvan
de uitlaatgassen via buizen direct in de passagiersruimte werd
geloosd. De patiënten kregen vooraf kalmeermiddelen ingespoten
(morfine en scopolamine), sommigen trachtten alsnog te ontkomen en
werden dan in dwangbuizen verpakt, anderen smeekten het personeel om
hun familie op de hoogte te brengen. De voertuigen brachten de
lijken naar een bos waar zij werden verbrand. Gelijkaardige moorden
vonden plaats in Pommeren en in Oost-Pruisen.1213
Dissidenten
Kampgevangenen
die geëlimineerd moesten worden kregen specifieke codes: '14f1' voor
natuurlijke dood, '14f2' voor zelfmoord, '14f3' voor neergeschotenen
die trachtten te vluchten, '14fI' voor geëxecuteerden. Door de zeer
slechte leefomstandigheden werden heel wat gevangenen in de kampen
ziek en inspecteur Himmler besloot ook deze categorie te elimineren,
hun code was '14f13'. In de bewaarde brieven van medewerker dr.
Friedrich Mennecke aan zijn vrouw omschrijft deze zijn werk als 'zeer
interessant'. Hij schrijft:
"Dankzij dit werk doe ik heel wat nieuwe ervaringen op."
Hij beschrijft wat hij eet in het kamp, hoe hij zeer veel patiënten
af te handelen heeft en ook dat eigenlijk niemand op de hoogte is van
wie de bevelhebbers zijn in Berlijn. Hij schrijft ook hoe hij het
onderzoek van een collega moest overdoen omdat die zijn formulieren
invulde zonder de patiënten gezien te hebben. Op 12 januari 1942
brieft dr. Mennecke aan zijn vrouw dat hij die dag 634 patiënten
afgehandeld heeft.
Aan
sommige brieven voegde Mennecke ook foto's van gevangenen toe met op
de keerzijde zijn commentaren, onder meer de volgende:
"Schneidhuber
Dorothea Sara, geboren op 3 april 1881 te Lach. Schreef alsmaar
ophitsende anti-Duitse artikels over het beleid m.b.t. de kerken in
Duitsland, en dit op basis van de info die zij kreeg vanwege de
Episcopale Curie in München. 541 Ravensbrück 1819."
"Stross
Otto Israel, geboren 22 september 1900 in Praag, advocaat, 22730
Dachau. Hevig anti-Duits. Agitator."1415
Aan
de kampgevangenen werd verteld dat zij het konden rapporteren als zij
zich ziek voelden en dan zouden zij enige tijd in een zogenaamd
'revalidatiekamp' kunnen verblijven om te herstellen. Echter, uit
brieven, getuigenissen en grondig onderzoek blijkt dat allen die zich
daarvoor inschreven ter dood werden gebracht door vergassing.16
Corona
en ons DNA
De
reden waarom Vladimir Poetin zijn langste tafel bovenhaalde voor de
conversatie met Emmanuel Macron, zo staat heden eindelijk in alle
kranten te lezen, bestaat erin dat Macron in Moskou weigerde om van
hem een coronatest te laten afnemen. En de reden waarom hij dat
weigerde, aldus de Franse president zelf, is zijn vrees dat men op
die manier zijn DNA had kunnen bemachtigen.
Elke
bioloog zal ons namelijk daarvan verzekeren dat wij als het ware
samenvallen met ons DNA en dat wil zeggen dat wie ons DNA bezitten,
ook alles bezitten wat er over ons te weten valt. Incluis datgene wat
nog niet geweten is: dat vindt men hoe dan ook binnen zeer afzienbare
tijd en DNA kan héél lang worden bewaard.
DNA
bekomt men makkelijk door bijvoorbeeld met een wattenstaafje enkele
slijmvliescellen los te wrijven aan de binnenkant van de wang.
Hetzelfde DNA zit namelijk in alle cellen van hetzelfde lichaam. Er
bestaan databanken waarin het DNA van misdadigers wordt bewaard die
dikwijls uitsluitsel geven bij sporenonderzoek in misdaadzaken. Een
databank met daarin het DNA van àlle wereldburgers zou het in
principe mogelijk maken om iedereen altijd en overal te kunnen
volgen, beter nog dan de reeds ontelbare camera's in de bewoonde
wereld dat doen.
Wie
niks doet wat niet mag, heeft ook niks te vrezen, zo zou men kunnen
argumenteren, maar de psychologie van mensen die op de hielen worden
gezeten door controlefreaks, leert ons heel andere dingen: het
onophoudelijk in de gaten worden gehouden door op de koop toe
onbekenden die echter uiteraard beschikken over heel veel macht, is
even rampzalig voor de geestelijke gezondheid als het verkeren in een
toestand waarin men zich beroofd weet van alle privacy.
Aanvankelijk
worden slachtoffers van controlefreaks of stalkers, die soms ook
'onderzoekers' heten, hetzij medische, hetzij commerciële, hetzij
politici, hetzij maffiosi, alleen maar heel erg gefrustreerd. Maar
als die toestand van frustratie die danig energierovend is, te lang
aanhoudt, begeeft de psychische weerstand het en gaat men zich
gedragen zoals dat van de gecontroleerde ook verwacht wordt.
Niet
alleen gaat men zich dan naar andermans wensen gedragen, men gaat ook
denken
zoals die ander dat wil, en 'willen' zoals die ander dat wil,
tenminste als dat dan nog 'willen' mag heten.
Alleen
al de idee dat heden wereldwijd ieders DNA verzameld of gestolen
wordt en verdwijnt in databanken waartoe alleen de machthebbers
toegang hebben, volstaat om het mensdom te herleiden tot een uiterst
gewillige kudde.17
Oorlog
wordt gevoerd met wapens en dat zijn allang geen knuppels en geen
katapulten meer: hightech heeft gesofisticeerde instrumenten mogelijk
gemaakt waarmee men met precisie alsook massaal kan vernietigen en
doden. Maar de meest intelligente wapens zijn instrumenten die
helemaal niet als wapen zijn bedoeld maar die door sluw gebruik
zodanig geperverteerd worden dat zij in feite bijna zonder moeite en
met zeer beperkte kosten enorme vernielingen kunnen aanrichten. En
bovenaan die lijst van instrumenten staat uiteraard de mens maar dan
wel de van zijn menselijkheid ontdane mens. Mensen zijn geen wapens
maar zij kunnen wel tot wapens worden omgeschoold.
De
omscholing van mens tot wapen gebeurt via indoctrinatie en
conditionering. Bij indoctrinatie worden vooral de hersenen bewerkt;
bij conditionering middels prikkels van pijn en lust spelen andere
organen en ook de zintuigen een grotere rol. In de twee gevallen
heersen derden over mensen die door hen gedegradeerd worden tot hun
quasi willoze of gehoorzame instrumenten. Als gehoorzaamheid hier een
deugd is, dan is het dat voor wie ze opeisen: voor wie gehoorzaamheid
bieden, is het een zwakheid want een teken van onderdanigheid,
ondergeschiktheid, geïndoctrineerd zijn of slavernij.
Indoctrinatie
gebeurt met ideologieën en een ideologie is een ideeëngoed of een
geheel van overtuigingen naar welke geïndoctrineerden gaan handelen,
desnoods - maar in feite in de regel - tegen de eigen belangen in.
Zij handelen volgens een doctrine, een leer, en zij zijn aldus
'geleerden'. Deze geleerden zijn mensen die handelen volgens een leer
en dat wil in feite zeggen: volgens een leer die per definitie niet
de hunne is maar die zij zich wel eigen gemaakt hebben, veelal onder
druk, en dat is dan eigenlijk de betekenis van indoctrinatie.
Zij
die de doctrine uitvinden, zijn uiteraard helemaal niet
geïndoctrineerd omdat niemand zichzelf indoctrineert: hun
uitvindsels zijn bedoeld om anderen
in hun greep te krijgen, het zijn retorische stelsels van
argumentaties die sowieso helemaal niet stroken met de eigenlijke
drijfveren van wie indoctrineren want hun uiteindelijk motief is het
verwerven van macht over derden.
Een
leermeester wil leerlingen werven en zijn middel daartoe is zijn
leer. Maar voor de leerlingen is de leer iets heel anders omdat zij
leerlingen zijn en geen meesters: voor hen is de leer de
rechtvaardiging van hun onderwerping aan de meester want zich
onderwerpen is wat zij uiteindelijk doen: zij geven de macht over
zichzelf uit handen aan de leermeester door zijn leer te gaan
belijden; zij onderwerpen zich aan hem en laten zich tot instrument
maken; zij geven hun persoonlijke vrijheid op en vinden hierin het
gemak van wie de last der verantwoordelijkheid van de schouders valt.
Oorlog
is onmogelijk zonder soldaten. Soldaten behoren tot de genoemde
categorie van 'geleerden': zij die zich hebben laten indoctrineren,
zij die hun vrijheid uit handen gaven om van hun verantwoordelijkheid
verlost te worden. In de koop die gesloten wordt tussen de
bevelhebber en zijn onderdanen, wordt voor de lust van de
onverantwoordelijkheid met de vrijheid betaald. Maar hoe zit het dan
aan de kant van de machthebber?
Men
zou mogen verwachten dat wie anderen aan zich onderwerpen, hen
bevelen en gehoorzaamheid van hen opeisen, in ruil daarvoor ook zorg
voor hen dragen, precies zoals verantwoordelijke ouders dat voor hun
kinderen doen. Maar niets blijkt minder waar: machthebbers stelen
andermans vrijheid, omdat zij hen in ruil de zorg over hen weliswaar
beloven
maar in de praktijk stelt die zorg niet veel meer voor dan in het
beste geval een gedenkteken een gedenkteken waar de gesneuvelden
zelf niets aan hebben omdat zij er dan uiteraard niet meer zijn.
Oorlog
is onmogelijk als er naast indoctrinatie niet ook conditionering is.
De druk om bevelen op te volgen is in dat geval zo groot dat verzet
quasi uitgesloten is. En meestal volstaat sociale druk om te bereiken
dat mensen zich tot wapens laten omscholen. Als iedereen het doet,
eist het beginsel van de gelijkheid, hier toegepast in zijn volle
negativiteit, dat wie zich eraan onttrekken, zullen doorgaan voor
lafaards en uit de groep worden gebannen. En voor kuddedieren is dat
de hoogst denkbare straf.
Er
bestaat kortom slechts één middel tegen oorlog en dat is de
persoonlijke ontwikkeling voor iedereen: het verwerven en het kunnen
waarderen van authentieke vrijheid en het aanleren van de waarde van
het verantwoordelijke handelen. Het leren omgaan met de verleiding om
zich te schikken naar de kudde of het opbouwen van een weerstand
tegen de kuddegeest. Dat gaat weliswaar in tegen de natuur van de
mens die hoe dan ook naar de kudde neigt maar dat is ook met de vrede
het geval omdat niet de vrede maar de oorlog natuurlijk is. De
tragiek van de mogelijkheid van een distopie zoals deze van
bijvoorbeeld het Derde Rijk ligt in wezen in het schrikwekkende
onverstand dat de mens 'de natuur' - die immers alleen maar wreed is
- als voorbeeld moest nemen en dat hij aldus de natuur maar beter een
handje kon helpen.18
'Vaccinatiedossiers'
De
Canadese politie heeft twee mensen gearresteerd die erin geslaagd
zijn de vaccinatie-databank te kraken. Het gaat om
regeringsmedewerkers die hun nek uitsteken in een poging om aan het
volk diets te maken hoe er met de privacy van de mensen gespeeld
wordt door diegenen die nu per se iedereen willen inspuiten met
'vaccins'. Men kan zich afvragen wat de informatie in de
vaccinatiedossiers nog te maken heeft met gezondheid en of hier de
wetten op geheimhouding van persoonsgegevens niet flagrant geschonden
worden. Er wordt onder meer bijgehouden hoeveel iemand verdient, of
hij (of zij) leningen heeft aangegaan en voor welk bedrag, wat zijn
seksuele oriëntatie is, of hij de booster al dan niet heeft
geweigerd, of hij een strafblad heeft enzoverder enzovoort.
Complottheorie of internazi's? Oordeel zelf:
Alle
gevangenen in de kampen die in staat waren om te werken, werden in
leven gehouden, alleen de zieken en de geesteszieken werden in het
kamp zelf omgebracht ofwel naar de gaskamers gebracht. Er waren er
ook die omgebracht werden omwille van hun religieuze overtuigingen.
Het gaat om vele duizenden mensen. Op de rug of de borst van sommigen
werd een kruis geschilderd, wat er op duidde dat zij gouden tanden
hadden.1920
Na
Hitlers inval in Rusland groeide het aantal om te brengen vijanden
maar de massa-executies ondermijnden de moraal zodat men besloot over
te gaan op vergassing, meer bepaald middels de uitlaatgassen van de
transportvoertuigen. De gevangenen werden van de barakken in de
voertuigen geloodst. Tegen de tijd dat zij bij de ovens arriveerden,
waren ze dood. Ze werden door gevangenen uit de voertuigen gedragen
en hadden de roze kleur die typisch is voor slachtoffers van
koolstofmonoxidevergiftiging.21
Het
Rijk bestelde op een keer dertig gaswagens van twee types: de
kleinere konden 25 à 30 personen bevatten, de grote 50 à 60. Ze
werden verder geperfectioneerd, wat wilde zeggen: kleinere ruimtes
met meer mensen zodat het gas sneller zijn werk deed. Zo waren in
1942 gaswagens als mobiele eenheden in gebruik van Belarus
(Wit-Rusland) tot aan de Krim en het noorden van de Kaukasus. Ze
werden bemand door functionarissen behorende tot verschillende
groepen maar met slechts één taak: de fysieke uitroeiing van joden,
zigeuners en politieke tegenstanders. Het staat allemaal beschreven
in de documenten (correspondentie, bestellingen...) van de betrokken
technici, die ook achteraf verklaarden dat zij op de hoogte waren van
wat er gebeurde en dat zij, zoals bevolen, alles geheim hielden. De
gaswagens werden in december 1941 vanuit Berlijn naar Riga gebracht
en deden hun werk in de Baltische staten, Wit-Rusland, Smolensk. Er
zijn meerdere getuigenissen waaronder deze van 9 december 1944 van de
joodse Mendel Vulfovich uit Riga: "In
februari 1942 zag ik met mijn eigen ogen hoe tweeduizend oudere joden
uit Duitsland, mannen en vrouwen, in speciale gaswagens geladen
werden. Die wagens waren geschilderd in grijsgroene kleur en hadden
een grote vracht, gesloten met hermetische deuren. Iedereen binnenin
werd door het gas gedood."22
1Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 26-29.
3Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 29-30.
5Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 30-31.
8Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 34-36.
10Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 36-37.
12Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 37-40.
14Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 40-44.
16Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation, by S. Fischer
Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 44-47.
19Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 48-51.
21Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 52-54.
22
Ib.,
pp. 54-57. Het citaat (in eigen vertaling) staat op p. 57.
04-12-2023
Feiten en meningen omtrent de pandemie: een gesprek met een journalist
Feiten en meningen omtrent de pandemie: een gesprek met een journalist
Gevaren van extreemrechts (6) Enkele fragmenten uit âHet grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereldâ Vierde fragment: pp. 449-460
Gevaren
van extreemrechts (6)
Enkele
fragmenten uit Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en
andere teksten over de totalitaire wereld
Vierde
fragment: pp. 449-460:
Totalitarisme
De
euthanasiemoorden van de nazi's voltrokken zich op zes plekken. Het
slot Grafeneck in Münsingen dat dienst deed als instelling voor
gehandicapten voor de Samaritaanse Stichting werd in 1939 ingepalmd
door T4 en heette 'Faciliteit A', het werd ontoegankelijk gemaakt met
barricades en de waarschuwing 'besmettingsgevaar'. Er werd
samengewerkt met het Italië van Mussolini dat er geesteszieken van
Duitse origine verblijvend in Italië heen bracht om ze te vergassen.
Andere plaatsen voor massamoord waren de 'zorginstellingen'
Brandenburg-Havel ('Faciliteit B'), Bernburg-an-der-Saale, waar net
zoals in Hadamar kinderen werden vergast, het slot van Hartheim
('Faciliteit C'), de instelling onder professor Nitsche in
Sonnenstein-bei- Pirna ('Faciliteit D') waarover ene verpleeghulp
Hermann Felfe schrijft dat gedurende diens verblijf van drie weken in
juli 1940 zowat duizend mensen werden vergast onder wie heel wat
vijftien- en zestienjarigen en het gesticht in Hadamar ('Faciliteit
E'). Van het leidinggevend personeel van deze instellingen werd geen
psychiatrische of neurologische bevoegdheid gevraagd.1
Wat
betreft het ondergekwalificeerd personeel waar auteur Willi Dressen
naar verwijst, blijkt bereidheid tot medewerking of dus
betrouwbaarheid belangrijker dan deskundigheid, ongetwijfeld wegens
het geheim karakter van de hele operatie. Opvallend genoeg gelden ook
vandaag gelijkaardige preferenties bij de bemanning van hedendaagse
zorginstellingen in het kader van de pandemie: paramedisch
geschoolden die de vaccinatie niet vertrouwen, verliezen hun job en
worden vervangen door ongeschoolde voorstanders van de vaccinatie.
Medici die zich uit verantwoordelijkheidszin voor de gezondheid van
hun patiënten of omwille van de volksgezondheid vragen stellen bij
de aanpak van de huidige crisis, worden in de media als 'ondeskundig'
afgeschilderd, als al niet wordt gepoogd hen bij het grote publiek
belachelijk te maken, of zij krijgen beroepsverbod als waren zij een
gevaar voor de volksgezondheid en het debat wordt uit de weg gegaan
terwijl op de koop toe en niet alleen in weerwil van de vrijheid van
mening maar tevens strijdig met het beginsel van het open debat
waarop de geldigheid van de wetenschappelijke besluitvorming berust,
filosofieprofessoren gaan pleiten voor een feitelijk spreekverbod
voor critici van de coronapolitiek.
De
vaccinatieverplichting wordt niet opgelegd vanwege de
verzekeringsrisico's aan de kant van de staat (in de USA oordelen
rechters dat sterfgevallen te wijten aan coronavaccinatie niet
vergoed kunnen worden omdat ze ingevolge de vrijheid om zich al dan
niet te laten vaccineren, gelden als zelfmoord) maar ministers en
presidenten, onder wie de Franse president Macron, verkondigen
schaamteloos op Tv dat wie van deze vrijheid gebruik maken door het
vaccin te weigeren, zo hard als maar kan moeten gepest worden.
Het
doet allemaal weer denken aan Hannah Arendts werk over de totalitaire
staat die eveneens gedijt dankzij de beruchte dubbele agenda die
naast de wet ook inzet op een in feite strafbare vorm van sociale
druk gelijk aan psychosociale dwang.
Leugens,
vroeger en nu
In
het onderhavige historisch document "Nazi Mass Murder", in
de paragraaf, getiteld: "Procedures van kennisgeving en
registratie", in het derde hoofdstuk over euthanasie van de hand
van officier van justitie Willi Dressen, worden vooreerst de
categorieën van geïnterneerden opgesomd die in aanmerking komen
voor 'euthanasie': de geestes- en zenuwzieken, zij die reeds
langdurig geïnterneerd waren en de misdadigers. De werkonbekwamen
werden overgeplaatst en 'stierven'. Na verloop van tijd begonnen
familieleden van de geïnterneerden na te gaan wat er in de
instellingen gebeurde en zij kwamen er achter dat de overgeplaatsten
systematisch ter dood werden gebracht. Om dat te voorkomen,
verklaarden sommige artsen mensen onterecht 'werkbekwaam' om hen van
een gewisse dood te redden en zij adviseerden hun families op
discrete wijze om hun zieken zo spoedig mogelijk naar huis mee te
nemen.2
Toen
bij het uitbreken van de pandemie in januari 2021 het bezoekrecht aan
ouderlingen in zorginstellingen werd opgeschort, zogezegd om
besmettingen te voorkomen en de ouderlingen te beschermen, moest men
met lede ogen vaststellen dat aan de families niet alleen niet werd
toegestaan om bij hun oudjes aanwezig te zijn in het stervensuur,
maar ook werd het de familieleden strikt verboden om het stoffelijk
overschot van de aan corona bezweken patiënten nog te zien of te
groeten: over hen werd door daartoe bevoegd personeel zonder meer
gerapporteerd dat zij ingevolge een besmetting met het virus
gestorven waren en vervolgens verast. Jammer genoeg moet zelfs de
verslaggever van deze feiten zich ervan onthouden namen en data vrij
te geven van Belgische artsen die heden in een gelijkaardige situatie
moesten opereren als hun Duitse collegae van tweeëntachtig jaar
geleden: ooit zullen zij ervan getuigen hoe gewetensnood en
beroepsethiek hen ertoe bracht om hun patiënten nog snel uit de
zorginstellingen weg te halen teneinde hen het lot te besparen van
anderen die daar in de grootste verlatenheid in grote getale omkwamen
omdat zij, al dan niet door het virus besmet, de zorg die zij
verdienden moesten ontberen en zij in hun bedden werden
achtergelaten, hetzij vanwege verbod, besmettingsangst of nog andere
redenen.3
Sadisme
In
1135 werd in het koninkrijk Napels Gioacchino da Fiore geboren,
mysticus en symbolist die een groot stuk van zijn leven besteedde aan
het ontcijferen van de Apocalyps van Joannes en die tot de slotsom
kwam dat zich in de geschiedenis drie stadia voordoen (die elk
duizend jaar duren), namelijk dat van de Vader (Oude Testament), dat
van de Zoon (Nieuwe Testament) en het huidige, dat van de Heilige
Geest, gekenmerkt door de onbemiddelde kennis in elk individu van de
Waarheid (van Gods Woord) - uiteindelijk uitlopend op het armageddon
en het Laatste Oordeel. 'Onbemiddeld' wil hier zeggen zonder
tussenkomst van kerk en clerus, wat aldus aanleiding gaf tot het
ontstaan van sekten van 'vrijgeesten' en 'verlichte geesten' (o.m.
Luciferianen, anabaptisten en homines intelligentiae) en tot
vervolging door de inquisitie.
Een
der bekendste vrijgeesten of libertijnen is de atheïst Markies de
Sade (1740-1814) voor wie de natuurlijke instincten alles domineren,
wars van goed en kwaad. Sade verwerpt het christendom en de
naastenliefde en erkent alleen de natuurwetten en het maximaliseren
van de eigen lusten. Naar hem noemde de psychiater Richard
Krafft-Ebing het aversief subklinisch persoonlijkheidskenmerk
'sadisme', dat de zogenaamde 'duistere driehoek' van machiavellisme,
narcisme en psychopathie aanvult4
en dat zich laat omschrijven als het ervaren van genot bij andermans
leed, dat daarom gezocht wordt middels wreedheid, agressie,
manipulatie en geweld, m.a.w.: het domineren en vernietigen van
anderen.
Het
gaat hier niet om het sadomasochistisch spel dat beoefend wordt door
mensen die zich vervelen bij 'gewone' seks maar wel om de perverse
vernietigingsdrang eigen aan de lustmaximalisatie. Lieden die blasé
zijn, wat wil zeggen: door overmatig genieten ongevoelig geworden
voor verder genot, vervelen zich stierlijk en kunnen alleen nog
soelaas vinden in de boostwelke
voelbaar wordt van zodra zij anderen doen lijden, bijvoorbeeld door
hen het leven zuur te maken, door hen te overheersen, door zich met
hun leven te gaan bemoeien, door hun vrijheid te beknotten, door hen
angst aan te jagen, door zich tegenover hen paternalistisch op te
stellen, door hen te betuttelen, door hen te verplichten handelingen
te stellen die zij niet willen stellen of door hen te verhinderen om
te doen wat zij willen doen, met andere woorden: door de neurotische
aanleg van hun slachtoffers tot de gruwelijkste kwellingen op te
stoken.
Mensen
die niet meer weten van welk hout pijlen te maken, niet omdat zij aan
de grond zouden zitten maar, integendeel, omdat zij alles hebben en
zijn wat een mens zich maar kan wensen, zouden zich letterlijk dood
vervelen indien zij niet die zo bevrijdende uitlaatklep hadden welke
erin bestaat anderen te koeioneren door hen van hun vrijheid te
beroven. Onder allerlei voorwendsels doen ze dit met dieren (zij
houden hen als proefkonijnen maar ook als wetenschappelijk te
observeren studie-objecten en zelfs als te beschermen soorten - denk
maar aan de dierentuinen) maar als ook dat geen bevrediging meer
biedt, beginnen ze aan hun soortgenoten - de zwaksten eerst. De
(gewetenloze/blasé) psychopaat (verzot op macht) maakt van zijn
'ondergeschikte' een neuroticus door hem te martelen en te pesten met
als kers op de taart de psychische, zo niet de fysieke dood van het
slachtoffer.
Door
de eeuwen heen of, om preciezer te zijn, tweeduizend jaar lang, heeft
de kerk het haar roeping geacht om alle mensen aldus levenslang te
kwellen, te beginnen met het opdringen van een kannibalistisch
wereldbeeld dat kant noch wal raakt, het opleggen van absurd,
neurotisch makend gedrag en het propageren van de zelfkastijding bij
het volk, want pas eerst als het volk ertoe komt zichzelf te
straffen, triomferen de elites. Macht over derden manifesteert zich
immers waar men mensen kan doen liegen of doen strijden tot de dood
en waar men hen kan beladen met een schuld die niet de hunne is.
Maar
de theologie wordt stilaan stokoud en sadisten kunnen derhalve pas
aan hun trekken blijven komen als zij de achterhaalde theologie nu
snel vervangen door de moderne technologie: voortaan kan het mensdom
worden gekweld middels allerlei methoden en technieken ingebouwd in
apparaten die men de getroffene zelf doet begeren en doet kopen voor
handenvol geld waarvoor hij dan levenslang slavenarbeid verricht.
Als
het geweten ontstaat door de interiorisering van wetten - wat immers
blijkt waar cultuurrelativisten laten zien hoe andere (met sancties
bekrachtigde) wetten telkens een ander geweten produceren en wat
zelfs wordt beleden in het Paulinische christendom dat de grondslag
van het katholicisme vormt (met name waar Paulus belijdt dat pas de
wet hem het onderscheidingsvermogen tussen goed en kwaad heeft
bijgebracht) - dan zal systematische beloning en bestraffing volgens
een vastgesteld programma feilloos het gewenste gedrag voortbrengen
en garanderen.
Als
bovendien met het martelende programma gespeeld wordt door om de
haverklap de regels te veranderen, dan maakt de sadist zijn
slachtoffer dermate murw dat zijn ziel zelf zal worden vernietigd,
zoals dat gebeurde middels de gesofisticeerde folteringsmethoden in
de concentratiekampen van de nazi's, waar mensen er bijvoorbeeld toe
verplicht werden om te kiezen welke van hun kinderen zij zouden
ombrengen. De verplichting om te handelen gekoppeld aan de
onmogelijkheid om goed te doen, ontstaat immers niet alleen daar waar
men tot het kwaad veroordeeld wordt maar evenzeer daar waar men van
zijn ethisch kompas beroofd wordt ingevolge het sadistische spel van
de onophoudelijke verandering van de regels dat, geruggensteund door
harde sancties, tenslotte het menselijk aanpassingsvermogen volledig
uitput, wat resulteert in de complete willoosheid eigen aan robots en
computers. Want waar lastdieren nog koppig verzet kunnen bieden aan
de wil van hun meesters, drijven sadisten hun spel zo ver door dat
hun slachtoffers ook die laatste weerstand opgeven. Op dat punt
werden mensen dan ook werkelijk herleid tot dingen.
Medelijden
kennen de sadisten niet, in hun hoogheidswaanzin eigenen zij zich de
bezwerende verzen toe welke ontspringen aan de duivelse wijsheid van
de profeet Zarathustra die scandeert: "Wer
auf den höchsten Bergen steigt, der lacht über alle Trauer-Spiele
un Trauer-Ernst."56
Complottheorieën?
Alle
patiënten die heimelijk waren veroordeeld tot de gaskamers werden
aan hun verblijfplaatsen met speciale bussen opgehaald. Passanten
getuigen hoe zij soms tegenspartelden en geweld moest worden
gebruikt. Om de bestemming geheim te houden werden tussenstations
ingelast en de families van de patiënten werden per brief leugens op
de mouw gespeld. De brieven aan de families luidden als volgt: Wij
informeren u hierbij dat overeenkomstig de ministeriële richtlijnen
X overgeplaatst werd en veilig aangekomen is op de bestemming. Om
veiligheidsoverwegingen is bezoek verboden alsook telefonisch
contact. Door de oorlog kampen wij met personeelstekort, neem dus
zelf geen contact op: bij eventuele wijzigingen wordt u onmiddellijk
op de hoogte gebracht. T4
klaagde erover dat sommige van de eveneens onwetende medewerkers
patiënten inschreven als goede werkers om aldus hun levens te
redden, daar zij het onheil vermoedden. Later werd aan de families
medegedeeld dat hun in een gaskamer omgebracht geliefde overleed
ingevolge bijvoorbeeld een longinfectie.7
Opnieuw
zal de lezer van deze historische documenten in het volstrekte
onvermogen verkeren om te ontkennen dat ook deze paragraaf
onwillekeurig doet denken aan de reglementeringen rond corona en aan
de gelijkenissen welke spontaan opduiken waar sprake is van de
opheffing van het bezoekrecht aan de verpleegden en aan het absolute
contactverbod. Andermaal opvallend gelijkend zijn de verklaringen ter
verantwoording van die ongewone reglementeringen want zowel ten tijde
van de nazi- moorden als in de huidige pandemie werd door de
autoriteiten medegedeeld dat deze maatregelen genomen werden in het
teken van de algemene veiligheid.
Stanley
Milgram kon maar moeilijk geloven dat de nazi-wreedheden zich hadden
voltrokken maar zijn gehoorzaamheidsexperiment bewees in 1963,
aan dezelfde Universiteit waar het hier besproken document werd
uitgegeven, dat
jan met de pet daartoe inderdaad in staat is en wel in vaak meer dan
de helft van de gevallen. Of de mensen van deze tijd beschikken over
een hoger moreel bewustzijn dan deze van pakweg tachtig jaar geleden
valt heel sterk te betwijfelen als men dezer dagen in de krant moet
lezen dat het welgeteld negen uur duurde vooraleer een
vierentachtigjarige fotograaf die in het centrum van Parijs op straat
neerviel, door een van de vele duizenden voorbijgangers geseind werd
- toen de hulpdiensten arriveerden was de ongelukkige helaas al
overleden.
Dat
de nazi's in staat waren om te liegen alsof het gedrukt stond, zoals
blijkt uit de hoger geciteerde en nog andere brieven die zij aan de
families van de vermoorde geesteszieken stuurden, is een bijzonder
schokkend gegeven maar wie de actualiteit omtrent corona een heel
klein beetje heeft gevolgd, weet dat de huidige Nederlandse
minister-president tijdens een ondervraging door een oppositielid in
zijn parlement op grove leugens werd betrapt waarna hij zich gedroeg
zoals psychopaten dat doen, dat wil zeggen: alsof er geen vuiltje aan
de lucht was en eveneens zonder schroom toonde zich in dezelfde
periode de Britse premier nadat die was betrapt op het overtreden van
de door hem zelf verordende wetten door zijn herhaalde aanwezigheid
op allerlei coronafuiven.
Wie
vandaag de vrees koesteren dat de genomen veiligheidsmaatregelen die
zogezegd in het teken staan van de bestrijding van de pandemie, in
feite dienen om praktijken toe te dekken die het daglicht schuwen,
worden er derhalve helemaal onterecht van verdacht complotdenkers te
zijn.8
1Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). pp. 17-18. Eigen
vertalingen.
2Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). pp. 20-21. Ik
citeer (p. 21): "Later,
as more and more of the euthanasia victims' families made
inquiries of the institutions, it gradually became apparent that all
the patients who had been transferred had been systematically put to
death. From then on, a number of the asylums' physicians neglected
to fill out the questionnaires, or they classified as "fit to
work" as many patients as was plausible. In many cases
patients' families were discreetly advised to take them home as
quickly as possible."
4D.L.
Paulus en K.M. Williams (2014), Toward
a Taxonomy of Dark Personalities,
in Current
Directions in Psychological Science,
vol. 23, issue 6, p. 421-426. (Cf. Wikipedia: 'sadisme').
5Citaat
bij het begin van het derde deel van F.W. Nietzsche, Also
sprach Zarathustra. Ein Buch für Alle und Keinen,
met een verwijzing naar de tekst Von
Lesen und Schreiben.(Eigen)
vertaling: "Wie
opgeklommen is tot de hoogste bergtoppen, moet lachen om alle
treur-spel en treur-ernst."
7Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 24-26. Het
citaat (in onze eigen vertaling) staat op de pagina 25.
Als
al onze vrijheid zal opgeofferd zijn aan onze veiligheid, zal de mens
niet langer bestaan.
Vaker
wordt in het nieuws melding gemaakt van vermiste 'bejaarden' die aan
de staat bakken geld kosten, zoals men wel kan vermoeden, omdat onder
meer politiehelikopters dienen te worden ingezet om de verdwaalden op
te sporen. Hetzelfde geldt voor kinderen, zekere categorieën van
gehandicapten alsook criminelen en nog andere mensen.
Verdwaalden
zijn er sowieso altijd al geweest omdat dementie helemaal geen nieuwe
ziekte is, maar dat zij nu allemaal het nieuws moeten halen, is vast
geen toeval, het lijkt wel een werkwijze met voorbedachte rade.
Uiteraard met het oog op de 'oplossing', de 'Endlösung'. Want
middeldoelomkering is weer in het spel.
De
oplossing laat zich al raden omdat zij volgt uit een logica die al
volop wordt toegepast inzake de eugenetica: als wij onze groenten
mogen veredelen middels eugenetica, waarom dan niet de mensen, zo
luidde het argument bij het begin van de eugenetische revolutie in de
landbouw. Vandaag eten we allemaal in fabrieken geteelde tomaten,
aardbeien en noem maar op; ze smaken weliswaar allemaal eender maar
het gaat erom dat wij beschikken over een nieuwe technologie en die
zal en moet worden toegepast omdat er een ongeschreven wet bestaat,
welke luidt: Nodig of niet: wat men kan doen, zal ook gedaan
worden.
En
gelijkluidend gaan nu reeds stemmen op: als wij onze huisdieren
(katten, honden, vogels, ratten en noem maar op) een chip mogen of
zelfs moeten steken omwille van hun welzijn, waarom dan niet de
mensen, of geven wij misschien minder om mensen dan om honden?
Edoch,
deze maatregel die potentaten allerhande reeds doet watertanden, zal
zich uiteraard uitbreiden naar meer categorieën van mensen om
tenslotte wettelijk verplicht te worden voor iedereen, of dan toch
voor bijna iedereen.
Met
een gevolg dat reeds gekend is en betreurd wordt sinds het invoeren
van de camera's alom: depressies en allerlei andere geestesziekten en
zelfmoorden bij de vleet. De chip zal immers de camera's overbodig
maken en de mens zal nu totaal worden beroofd van alle privacy en
derhalve van zijn eigenheid, van zijn identiteit, van zijn ziel. Met
het voorspelbare en zich reeds volop voltrekkende gevolg dat ook zijn
lichaam niet meer zal wensen te bestaan.
(J.B., 3 december
2023)
Gevaren van extreemrechts (5) Enkele fragmenten uit âHet grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereldâ Derde fragment: pp. 443-449
Gevaren
van extreemrechts (5)
Enkele
fragmenten uit Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en
andere teksten over de totalitaire wereld
Derde
fragment: pp. 443-449:
'De
natuur een handje helpen'
In
het slothoofdstuk van het historisch document over massamoord door de
nazi's wordt de vraag gesteld hoe de onvoorstelbare barbarij dan is
kunnen gebeuren.1
Fascisme en totalitarisme zullen wellicht meespelen, alsook de
verleiding om beslag te leggen op het enorme kapitaal van de joden,
het winstbejag van meewerkende firma's, het fanatisme waarmee de SS
de 'Nieuwe Orde' wilde doorvoeren, de autoriteit van Hitler, de
cultus van de leider. Maar die verklaringen blijven onvolledig: nooit
en nergens had de barbarij een omvang zoals in het Derde Rijk. Eugen
Kogon die het tiende hoofdstuk schreef, verklaart: Het
was de manier waarop het Nationaal Socialisme de wereld opvatte, en
die door Hitler werd gepropageerd als zijnde onbetwistbaar, welke dit
monster mogelijk maakte van het meest radicale antihumanisme dat de
wereld ooit te zien kreeg.2
Hitler
was overtuigd dat het mensdom net zoals de rest van de natuur het
proces van natuurlijke selectie moest doorlopen: hij las dit in zijn
jeugd bij H.S. Chamberlain, een Brit die dweepte met het Germaanse
ras en zijn cultuur. Ook las hij E. Dühring die hevig antisemiet was
omdat hij de joden toeschreef te streven naar wereldheerschappij ten
koste van alle andere volkeren. Hitler wilde de natuur met zijn recht
van de sterkste een handje helpen: (...)
alleen de zwakkelingen zullen dit wreed noemen,
zo argumenteert hij sluw in Mein
Kampf.3
Opnieuw
valt het op dat de gewilligheid van Hitlers trawanten ongetwijfeld te
maken zal hebben met gehoorzaamheid aan autoriteit of gezag, maar dan
niet alleen of niet zozeer het gezag dat komt van de persoon van
Hitler maar ook en vooral de autoriteit welke uitstraalt van de
zogenaamde 'wetenschappen' en meer in het bijzonder van de als
wetenschap erkende onzin die verwijst naar enerzijds de leer van
Darwin en anderzijds naar de toen opgang makende rassentheorie en
aanverwante leerstellingen. Bovendien blijken ook volstrekt
ongegronde verdachtmakingen van de joden een hoofdrol te spelen,
waarbij gedacht moet worden aan de vanuit Rusland verspreide
zogenaamde 'protocollen van de wijzen van Sion', waarvan nadien
overtuigend werd aangetoond dat het om vervalsingen ging, ter
verontschuldiging van de jodenvervolging, al moet hier nog worden aan
toegevoegd dat naast de joden nog andere subklassen uit de eigen
bevolking werden opgepakt voor eliminatie. Ook moet ons inziens
worden opgemerkt dat inzake de waan dat men het recht van de sterkste
maar best een handje kan helpen, de ook vandaag nog verkondigde maar
volstrekt irrelevante interpretaties van de leer van Spinoza
(ofschoon hij een Jood was) een rol kunnen hebben gespeeld, meer
bepaald waar men deze filosoof onterecht in de schoenen schuift dat
hij God met de Natuur identificeerde.4
Dan immers wordt God de auteur van het recht van de sterkste...5
'Endlösung'
Om
de joden af te schilderen gebruikte Hitler de terminologie uit de
parasitologie naar het voorbeeld van de conservatieve raciale
orientalist, darwinist en nazi-ideoloog Paul de Lagarde die in 1887
schreef: Men
onderhandelt niet met draadwormen en bacillen,
men
voedt ook geen draadwormen en bacillen op, men roeit ze alleen maar
uit, zo snel en zo radikaal als maar mogelijk is.6
Reeds
in 1921 had Hitler zijn partijprogramma opgesteld waarin stond dat
alleen Germanen Duitse burgers konden zijn, de joden waren ervan
uitgesloten en moesten dus verdreven worden. In 1933 werden de joden
geboycot, alleen een oorlog zou het mogelijk maken om nog verder te
gaan.
Als
de joden weer een oorlog gaan financieren,
zo schreef Hitler in 1939, dan
zullen niet de Duitsers maar de joden uitgeroeid worden.7
Zeven maanden later begon de oorlog. De plannen om de zogenaamd
'levensonwaardigen' uit te roeien middels vergassing waren toen al
klaar. In 1940 werden vele dorpen in de Sovjet Unie platgebrand en
hun bewoners uitgemoord. Omdat de beulen fysieke en psychologische
problemen kregen, werd overgeschakeld op vergassing, eerst met
koolstofmonoxide uit de uitlaat van vrachtauto's, later met gaskamers
in uitroeiingskampen.
Hitler
volgde deze activiteiten op de voet en bij de uitroeiing van de joden
werden ook de kinderen niet gespaard omdat, zo luidde zijn
argumentatie, hij wilde vermijden dat zij hun ouders of grootouders
zouden wreken door Duitsers om te brengen. Zelfs toen hij zijn
testament dicteerde op 2 april 1945, hamerde Hitler het de Duitsers
in dat zij de rassenleer moesten blijven volgen en dat ze dan
uiteindelijk zouden overwinnen: Het
volk zal mij dankbaar zijn dat ik Duitsland en Europa gezuiverd heb
van de joden.Reeds
in Mein
Kampf
klonk het aldus: Daarom
geloof ik nu dat ik handel zoals de Almachtige Schepper als ik de
joden afstraf, ik ijver voor de zaak van de Heer.8
Twee
elementen maakten de gruwel mogelijk, aldus besluit Eugen Kogon: de
eerste is het nationaalsocialistische wereldbeeld en de tweede is de
gehoorzaamheid aan bevelen. Hitlers beulen vormden slechts een kleine
minderheid; de grote massa bleef onverschillig en dat volstond opdat
zij de andere kant zouden opkijken bij de uitvoering van de
wreedheden. Ook die mensen die het eigenlijk oneens waren met wat
gebeurde, ondernamen niets omdat zij verlamd werden door de angst om
beschouwd te worden als jood-vriendelijk.910
Het
verbergen van de misdaad
Om
de aan de gang zijnde eliminatie van ongewenste bevolkingsgroepen
verborgen te houden, gebruikten de nazi's zoals hoger vermeld
codenamen zoals 'euthanasie' (stervensbegeleiding) dat de betekenis
kreeg van het ombrengen van geesteszieken en andere
'levensonwaardigen', 'Sonderbehandlung'
('Speciale behandeling', in de correspondentie vaak afgekort als
'SB') betekende onder meer executie, en 'Endlösung der Jugendfrage'
('de uiteindelijke oplossing voor het jodenprobleem'), wat wilde
zeggen: massale elimimatie van de joden door bijvoorbeeld vergassing.
Andere
bijzonder misleidende schuilnamen waren de 'Reichsarbeitsgemeinschaft
Heil- und Pflegeanstalten' of 'RAG' ('Rijks Werkgroep van Sanatoria
en Zorginstellingen') en de 'Gemeinnützige Stiftung für
Anstaltspflege' ('Liefdadigheidsinstelling voor Institutionele Zorg')
wat in feite afdelingen waren van de beruchte 'Aktion T4' voor de
uitvoering van massamoorden. Er waren ook nog het 'Gemeinnützige
Krankentransport GmbH' of: 'Gekrat' ('Liefdadigheidsinstelling voor
ziekentransport') waarmee in feite mensen naar hun plek van executie
werden gebracht en de 'Zentralverrechnungsstelle Heil- und
Pflegeanstalten' ('Centraal Compensatiebureau voor Sanatoria en
Zorginstellingen'), allemaal in feite behorend tot 'Aktion T4'. Er
werd gesteld dat alles geschiedde in het belang van de
landsverdediging en dat het daarom geheim moest worden gehouden.11
Codes
en schuilnamen, dubbele agenda's, façades, maskers, camouflage,
mimicry: ook vandaag kennen wij de dubbele staat, de organisatie met
de buiten- en de binnenkant, de in- en de outsiders, de wel en niet
ingewijden, de mooie verpakkingen, de verkooptechnieken en de bonte
leugens. Immers: wat stellen onze hedendaagse zorginstellingen in
vele gevallen anders voor dan transitplekken voor het overhevelen van
enorme kapitalen van de ziekenkassen naar de pharmacie en naar de
rest van de grootverdienende medische sector?
Een
niet kapitaalkrachtige en bovendien onverzekerde ouderling kan zich
in noodgevallen alleen nog wenden tot liefdadigheidsinstellingen maar
hij wordt tenminste met rust gelaten en zo is hij misschien nog veel
beter af dan zijn eveneens arme maar goed verzekerde buur die
officieel zorg ontvangt maar in wezen dienst doet als immer paraat
doorsluisluik voor ziekteverzekeringsgelden. Zelfs perfect gezonde
ouderlingen worden met preventieve peperdure en vaak risicovolle
onderzoeken overstelpt zonder de reële mogelijkheid om zich
hiertegen te verzetten, zeker in het geval zij 'dement' werden
verklaard. De etalage en het etiket is 'zorg' maar de praktijk houdt
dikwijls niets anders in dan gemene beroving van gemeenschapsgelden
middels de 'vrijwillige' medewerking van weerloze ouderlingen,
gehandicapten en zieken, zeker in het geval die vereenzaamd zijn en
derhalve niet meer moeten rekenen op verwanten of vrienden die een
oogje in het zeil houden. Hoe dan ook tonen de cijfers dat in onze
bijzonder georganiseerde samenleving de overconsumptie van
geneesmiddelen en medische diensten een nimmer tegen te spreken feit
is. Weliswaar leven wij niet onder een nazi-regime maar misschien
komt dat alleen hierdoor dat dit etiket het vandaag allang niet meer
doet...12
1Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). pp. 210-217.
3Ib.,
p. 212, eigen vertaling. Het citaat verwijst naar p. 390 in de
uitgave van Adolf Hitlers Mein
Kampf uit
1939 door Reynal and Hitchcock in New York.
4Voor
onze kritiek op deze misvatting, zie: Trans-atheïsme,
II.1.D,
stelling 21, pp. 342-344.
6Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). p. 213. (Eigen
vertaling).
11Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). pp. 17-18. Eigen
vertalingen.
Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereld
Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereld
Gevaren van extreemrechts (4) Enkele fragmenten uit âHet grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereldâ Tweede fragment: pp. 435-442
Gevaren
van extreemrechts (4)
Enkele
fragmenten uit Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en
andere teksten over de totalitaire wereld
Tweede
fragment: pp. 435-442:
Verdoken
massamoord
Het
begrip 'euthanasie' dat normaliter te maken heeft met
stervensbegeleiding krijgt een heel andere betekenis wanneer het in
verband gebracht wordt met eugenetica en erfelijke ziekten, aldus
begint het derde hoofdstuk van het document Nazi
Mass Murder.
De darwinistische 'struggle for life' indachtig, geloofden de nazi's
met Adolf Hitler dat zij de natuur een handje moesten helpen in het
elimineren van de zwaksten, bijvoorbeeld door hen te steriliseren. Er
werd daarbij gedacht aan alcoholici, epileptici, psychopaten,
zwervers, criminelen, prostituees, invaliden, geesteszieken,
kreupelen en ongeneeslijk zieken. Gerenommeerde wetenschappers hadden
het in de media dan over 'menselijk ballast', 'schijnmensen',
'defecte mensen', 'mentaal doden', 'lege hulzen van wat ooit mensen
waren' en zij bespraken ook wettelijke regelingen over de manier
waarop mensen behorend tot deze categorieën moesten worden
omgebracht.1
De waarde van een mensenleven werd schaamteloos uitgedrukt middels
een kosten-batenanalyse, precies zoals dat vandaag opnieuw het geval
is waar sommigen via de media de stelling verdedigen dat men inzake
de strijd tegen corona niet moet streven naar het redden van zoveel
mogelijk mensenlevens maar wel levensjaren. De moordpropaganda
beperkte zich niet tot de media maar drong zelfs door tot in de
schoolboeken en zo leest men in een wiskundeboek met vraagstukjes:
De bouw van een psychiatrisch ziekenhuis kost zes miljoen Mark.
Hoeveel nieuwe huizen van 15.000 Mark kan men voor dat bedrag
bouwen? De nazi's vreesden echter dat de concrete moordplannen die
reeds in 1938 klaar waren, het grote publiek niet langer zouden
afschrikken eenmaal de oorlog begon omdat dan de waarde van een
mensenleven sowieso fors gerelativeerd wordt.2
Reeds
in 1939 maakte Hitler duidelijk dat het 'levensonwaardig leven' van
geesteszieken moest beëindigd worden. In datzelfde jaar werd aan de
bevolking gevraagd om misvormde kinderen te rapporteren bij de
overheid: zij werden afgezonderd en gedood met injecties met morfine,
scopolamine en luminal ofwel liet men hen gewoon verhongeren. Ook
verordende Hitler deskundige artsen om volwassenen met mentale
achterstand in het geheim om te brengen, de ziekenhuisbedden moesten
immers vrijgemaakt worden met het oog op de komende oorlog.34
Millgram
In
1939 liet Hitler een lijst samenstellen met vooraanstaande medici,
onder wie professoren aan de universiteiten van Halle, Heidelberg en
Würzburg, die uitgenodigd werden op samenkomsten in Berlijn waar de
massamoordmethodes besproken werden. Alles gebeurde in het strikte
geheim en aan alle medewerkers werd verzekerd dat zij niet vervolgd
zouden worden. Desalniettemin eisten dezen een schriftelijke
bevestiging hiervan van Hitler die instemde. Hitler gebruikte de term
'genadedood' in plaats van 'moord'. Later wensten verschillende van
deze medewerkers de genadedood of euthanasie te legaliseren maar
Hitler verhinderde dat uit angst voor vijandige reacties.5
Omdat
de gruwel danig ongelooflijk was, trachtte Stanley Milgram in 1963
die onvoorstelbare feiten te weerleggen maar zij werden daarentegen
bevestigd door zijn zogenaamd 'gehoorzaamheidsexperiment'. De
oververtegenwoordiging van sociopaten onder politici en
leidinggevende figuren in het algemeen alsook het gemak waarmee
hoogwaardigheidsbekleders het volk misleiden onder het mom van hogere
doelen zijn allang geen geheim meer. In het licht van de openbaringen
in het zog van de Tweede Wereldoorlog en van de onophoudelijke stroom
aan onthullingen van machtsmisbruik door politici, lijkt ook en
vooral de algemene secularisering niet zozeer een gevolg van een
toenemende immoraliteit dan wel een consequentie van het inzicht in
de banale feitelijkheid dat alle goden en godmensen door hun
zelfverklaarde vertegenwoordigers gewoon werden verzonnen met het oog
op macht en heerschappij over alles en iedereen. Een van de
machtigste politieke groepen ooit is de katholieke kerk en er gaan
gewis enkele generaties overheen om te wennen aan de idee dat er
nooit ofte nimmer een andere Messias heeft bestaan dan het sluwe
verzinsel van de machtige beheerders van de kerk. Maar de ene bende
is nog niet opgedoekt of een andere, nog driester dan de eerste, is
reeds aan de macht.6
Malthus
In
oktober 1939, nadat Hitler de schriftelijke toelating had gegeven
voor de massamoordpartijen, ging de operatie van start waarbij de
bewoners van Duitse sanatoria en zorgcentra werden geëlimineerd.7De
codenaam hiervoor was 'Aktion T4', verwijzend naar het adres
'Tiergartenstrasse nr. 4'. Alle medewerkers waren gehoorzame
vrijwilligers die de partij-ideologie genegen waren en zij beloofden
het geheim te bewaren. Er werd hen ook verteld dat er sowieso een
euthanasiewet in de maak was. Niemand werd gedwongen maar bijna
niemand weigerde de job.8
Vandaag
bestaat bij velen nog steeds het misverstand dat Hitlers medewerkers
- zeg maar beulen - criminelen waren, mentaal zieken of sadisten maar
dat blijkt na grondig onderzoek helemaal niet het geval en Stanley
Milgrams onderzoek bevestigde dit ook. Hitlers moordenaars waren
doodnormale mensen, zeer vaak hoger opgeleiden, artsen en vermaarde
professoren, gezagsgetrouw en gehoorzaam, vlijtig en betrouwbaar: zij
vertrouwden hun oversten ofschoon zij schriftelijke garanties eisten
van de beloftes dat zij niet zouden vervolgd worden en zij voerden de
bevelen uit zoals goede werknemers dat doen. De slagzin 'Befehl ist
Befehl' heeft sindsdien overigens ook een bijzondere connotatie.
In
het licht van deze feiten moet dan ook met dwingende kracht worden
geconcludeerd dat een herhaling van de gruwel niet alleen mogelijk is
maar zich ook zal voordoen telkenmale machthebbers oordelen dat er
gegronde redenen bestaan om massa's mensen uit te roeien. En het
verschrikkelijke aan de hele historie is nu wel dat die machthebbers
bestaan en dat zij heden mee de wereld regeren.
Het
Mathusianisme is vandaag immers een door heel wat vooraanstaande
wetenschapslui, politici en in hun zog ook influencers aangehangen
stroming: de zogenaamd 'wetenschappelijke' theorie welke twee zaken
propageert, waarvan de eerste luidt dat overbevolking rampzalig is
voor het voortbestaan van de planeet en de tweede dat de planeet
momenteel overbevolkt is. Wie deze twee stellingen slikt
(bijvoorbeeld omdat zij als wetenschap worden verkocht), zal ook
bereid zijn om op grond van deze ideologie mee te werken aan
programma's die de acht miljard mensen tot een half miljard pogen
terug te brengen.
Wij
noemen die stellingen allerminst wetenschap maar wel een ideologie,
vooreerst omdat het niet zo is dat overbevolking als zodanig
rampzalig is voor de planeet aangezien het begrip afhankelijk is van
de zogenaamde ecologische voetafdruk. Want met een zuinig verbruik
(door onder meer energiebesparende maatregelen en minder
vleesconsumptie) en een beperking van de afvalproductie (door onder
meer recyclage) kunnen heel wat meer mensen op aarde leven zonder dat
van overbevolking sprake hoeft te zijn. Zo kan een wereldbevolking
van één miljoen mensen de aarde in een mum van tijd om zeep helpen
als zij maar genoeg verspillen en vervuilen, terwijl een leven met
respect voor de planeet geheel probleemloos een vertienvoudiging van
de huidige wereldbevolking aankan. Dit feit volgt uit het gegeven dat
één westerling, wiens levensstandaard mogelijk gemaakt wordt door
veertig tot vijftig slaven in de derde en de vierde wereld, door de
band tot het honderd- of duizendvoudige of meer verbruikt én
vervuilt van een paria in Indië. Wat ook de tweede stelling van de
Malthusianisten naar de prullenbak verwijst. Maar grote namen zoals
'natuurliefhebber' Sir David Attenborough, laten uitspraken als deze
blokletteren in vooraanstaande kranten: 'Let them starve!' ('Laat ze
verhongeren' - de armen welteverstaan, anders verdubbelt hun aantal
telkenjare).
Het
toverwoord 'wetenschap' maakt de gruwel mee mogelijk, zoals dat ook
het geval was in het Derde Rijk met zijn als wetenschap verkochte
ideologie van het Arische superras en zijn als wetenschap
voorgestelde eugenetica welke het uitzicht gaf van een groots opgezet
plan ten bate van de volksgezondheid. Ja, ook toentertijd draaide het
zogezegd allemaal om volksgezondheid... 9
1Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas,
Edited by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). p. 13.
5Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas,
Edited by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). pp. 15-16.
7Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas, Edited
by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983). p. 16, eigen
vertaling.
Gevaren van extreemrechts (3) Enkele fragmenten uit âHet grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereldâ Eerste fragment: pp. 427-434
Gevaren
van extreemrechts (3)
Enkele
fragmenten uit Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en
andere teksten over de totalitaire wereld
Eerste
fragment: pp. 427-434:
Onder
de dictatuur van Adolf Hitler gold de 'wetenschappelijke' theorie van
het superras der Ariërs waarvoor ruimte - Lebensraum
- moest worden vrijgemaakt door zogenaamde zuiveringsoperaties die in
feite massamoorden waren op de bewoners van door de Duitsers in te
palmen gebieden en zo zal de geschiedenis er nooit in slagen om voor
de gruwel gepleegd door de nazi's in onder meer Wit-Rusland enige
verantwoording te vinden.1
Ook
het eigen land diende gezuiverd te worden van zekere categorieën van
mensen die men eerst 'profiteurs' en 'ballast' en vervolgens 'rotte
appels' en 'ratten' is gaan noemen om de misdaad als een weldaad aan
de man te kunnen brengen en met dat doel voor ogen werden kampen
gebouwd waarheen het zogenaamde 'levensonwaardige' volk diende
versluisd te worden om daar op industriële wijze te kunnen worden
omgebracht, meer bepaald met het gifgas Zyklon-B, een pesticide
massaal geproduceerd door grote Duitse chemische bedrijven.
Aanvankelijk
werd het gifgas in concentratiekampen aangewend voor ontluizing van
kleren en tegen tyfus maar alras kwam men op het idee om er ook
mensen mee te doden. De eerste experimenten vonden in Auschwitz
plaats in september 1941 met gifgas zonder waarschuwende geurstof en
deze manier om massaal niets vermoedende en weerloze mensen te
'vernietigen' werd meteen ook in andere kampen aangewend.
De
massamoord met Zyklon-B door de Nationaal Socialisten werd
gecamoufleerd door het code-woord 'euthanasie'. Pas na de bevrijding
verschenen vele verschillende rapporten, fragmenten, over de
concentratiekampen en het duurde heel lang vooraleer het tot de
mensen doordrong wat er in feite gebeurd was en dat er gaskamers
waren. In 1983 werd een speciaal historisch document gemaakt waarin
de gruwelijke feiten eens en voorgoed werden vastgelegd, precies
omdat herhaaldelijk gebleken is dat mensen vaak niet in staat zijn om
zich in te denken dat deze wandaden daarwerkelijk hebben
plaatsgevonden, zodat zij de historische verslagen overdrijvingen
noemen ofwel gaan zij de feiten zelfs helemaal ontkennen, wat
uiteraard het gevaar dat zo'n tragedie opnieuw gebeurt alleen maar
kan doen toenemen.2
"Wie
zou ooit in staat zijn om zich in te denken",
zo leest men in het bewuste document, "dat
zo'n verschrikkelijke daden konden worden uitgebroed in het Centraal
Europa van de twintigste eeuw? Of dat een goed georganiseerde moderne
staat daarvoor verantwoordelijk had kunnen zijn?"3Gaan
wij er niet al te makkelijk vanuit dat Europa de beschaafde wereld is
en dat ordentelijke staten in de twintigste en eenentwintigste eeuw
onmogelijk van dergelijke beestachtigheden beschuldigd kunnen worden?
De
moordenaars communiceerden over de moorden in onschuldig klinkende
code-woorden, zodat verborgen bleef wat er eigenlijk gebeurde.
"Sonderbehandlung" ("Speciale behandeling", in de
correspondentie vaak afgekort als "SB" betekende
bijvoorbeeld: executie) of "Endlösung der Jugendfrage"
("de uiteindelijke oplossing voor het jodenprobleem") stond
voor (massa)moord. Het systeem was zo georganiseerd dat de werkelijke
bedoelingen verborgen bleven.
Maar
de goedgeorganiseerde moderne staat weet dus heel goed wat hij doet
en dat wat hij doet, moord is en heel fout. Vandaar dat bij de
bevrijding Hitler nog rap alle lijken wilde vernietigen door ze weer
op te graven uit de massagraven en ze in ovens te verbranden.
Maar
er is meer: Nazi-Duitsland is geen uniek geval inzake wandaden en de
verdoezeling ervan door de staat. Neem bijvoorbeeld België. In 1955
werd in België een wet ingevoerd, de zogenaamde 'archiefwet', en die
zegt dat de burger de archieven pas mag raadplegen na verloop van 100
jaar.4
Toen de Vlaamse historicus Maurice De Wilde onderzoek deed naar de
collaboratie in WOII, werden hij en zijn medewerkers door de
Staatsveiligheid prompt aan de deur gezet.5
Ze kregen de gezochte info wél van Duitsland.6
Het onderzoek betrof onder meer het Duitsvriendelijke fascistische
Verdinaso (Verbond
van Dietsche
Nationaal-Solidaristen)
van van Severen waarin bekende namen zoals Léon Bekaert
(industrieel), Pierre d'Ydewalle (West-Vlaams gouverneur), Hendrik De
Man, Philip Van Isacker... Na 1934 kwam het VNV (Vlaams Nationaal
Verbond) onder Staf De Clercq (en ook Rex van Léon Degrelle) en die
werden financieel gesteund door de Duitsers. De zogenaamde Vlaamse
idealisten gingen alras op Duitse financiële steun azen en laten we
dit nu wat concreter maken.
Walther
Reusch van het Verdinaso vroeg in april 1933 zo'n 20.000 Reichsmark
per jaar, geld dat via Nederland gestord moest worden. Het VNV kreeg,
zogezegd 'voor de kas van het blad Volk
en Staat', in
1937 per maand 9600 BF, wat volgens de auteurs overkomt met 120.000
BF in 1982 en in 1939 werd dat bedrag vervijfvoudigd tot 4000 RM of
45.000 BF, wat overeenstemt met een bedrag van 580.000 BF in 1982. In
juni 1939 ging het over een bedrag overeenkomend met 6 miljoen BF in
1982.
Dit
om maar een idee te geven van de enorme geldbedragen die werden
toegestopt aan collaborateurs met de nazi's hier ten lande: zij gaven
zich uit voor helden maar zij bleken opportunistische politici zonder
meer.7
In zijn onderzoek noemt Maurice De Wilde ook de namen van de
betrokkenen die, zoals de feiten getuigen, voor hun activiteiten
allerminst werden gestraft: sommigen van hen werden verheven in de
adelstand, bekleedden hoge functies, kregen standbeelden en straten
en pleinen naar hen genoemd.
Overigens
ontkwamen ook de nazibeulen zelf na WOII aan hun straf en wel met de
hulp van het Vaticaan via de zogenaamde Rattenlijn die voor hen de
vlucht mogelijk maakte naar vooral Zuid-Amerika waar sommigen in de
dictaturen aldaar nog jaren doorgingen met folteren. Moet men zich er
nog over verwonderen dat, zoals in de nieuwsberichten bleek, paus
Franciscus onlangs een CD ging kopen in een Romeinse platenzaak
waarvan de zaakvoerster voor de camera verklapte dat de heilige vader
een fan is van de muziek van Richard Wagner?8
Maar
wat mogelijk was onder Hitler, is ook niet onmogelijk in ongeacht
welke andere dictatuur. Daarenboven zegt een dictatuur ook niet over
zichzelf dat hij een dictatuur is. Dictaturen kenmerken zich door
zekere verordeningen en gebeurtenissen die burgers zelf dienen te
ontdekken en zij moeten die ook durven te ontdekken. Macht werkt nu
eenmaal verlammend en de grote meerderheid bezwijkt ervoor en kan
zeer moeilijk tot andere gedachten worden gebracht. Wie daarentegen
weerstand bieden, dragen daarvan ook de gevolgen; zij moeten roeien
tegen de stroom in, wat betekent dat zij geen 'loon' ontvangen omdat
dit de betekenis heeft van omkoopgeld, aanzien, jobs, relaties... als
zij al niet gestraft worden. De zin van het verzet toont zich pas
eerst als geschiedenis, als een voorbeeld dat men zich zal herinneren
na de kentering, na het aan het licht komen van de misdaden. Want zo
is macht, dat zij de meest verschrikkelijke misdaden het aanzien kan
geven van weldaden en ook andersom.
Er
zijn stoute tongen die beweren dat corona en de vaccinaties een
hedendaagse versie zijn van Zyklon-B: met immer nieuwe varianten zou
men dan proberen om stelselmatig de maatschappij te bevrijden van
ouderlingen en zieken of kortom van alle mogelijke lastpakken. Zij
beweren immers dat WOIII op til is, wat men ook kan opmaken uit de
inflatie: het geld wordt aan het volk onttrokken voor
bewapeningsdoeleinden, zoals dat telkenmale moet gebeuren voor de
strijd aanvangt. Stoute tongen moeten echter worden genegeerd; zoals
wij weten brengt alleen de officiële versie ons de waarheid.9
Niets
nieuws onder de zon
Gisteren
vertelde Omsk Van Togenbirger mij dat hij op straat werd aangesproken
door een onbekende die kennelijk zijn jongste blogtekst had gelezen.
Meneer, zo zei de lezer: waarom houdt u zich bezig met de nazi's, met
de concentratiekampen en met die dingen? Dat is toch allemaal
verleden tijd? Bovendien: de mensen zijn nu heel depressief geworden
door de pandemie: waarom schrijf je niet wat dingen die een beetje
kunnen opvrolijken? Dat behept zijn met die onfrisse praktijken uit
het verleden waar geen mens nu nog aan denkt, heeft toch geen enkele
zin? De vrede eist overigens amnestie, wij moeten immers vooruit!
Ik
trachtte de man duidelijk te maken, zo vervolgde de heer Van
Togenbirger zijn verhaal, dat het mij helemaal niet om die nazi's te
doen was maar om wat er vandaag allemaal op tafel ligt in de
naziwereld, of moet ik zeggen: in de internaziwereld, want het gaat
niet om nationaal maar om internationaal socialisme, is het niet? En
ik vertelde mijn lezer dus dat alles erop wijst wij vandaag te maken
hebben met een wereldwijd totalitair systeem terwijl van zodra iemand
ons met de neus op de feiten drukt, quasi iedereen het nog steeds
over complotdenken heeft. De brave Europeanen van straks een eeuw
geleden zullen wellicht ook gedacht hebben dat klokkenluiders die het
over uitroeiingskampen hadden, aan paranoïa leden. Pas na de
bevrijding en na de ontdekking van de massagraven, de gaskamers en de
geheime staatsdocumenten vielen hen de schellen van de ogen. Er zijn
overigens nog steeds mensen die er met hun verstand niet bij kunnen
dat die gruwel echt heeft plaatsgevonden en zij blijven dat ook
allemaal betwijfelen. Ik vertel mijn lezer dus dat het wél mogelijk
is en zelfs heel waarschijnlijk dat wij opnieuw gebukt gaan onder een
totalitair regime dat massaal mensen aan het uitmoorden is: het is
mogelijk want het is al een keer gebeurd. Eén keer? In de afgelopen
honderd jaar al talloze keren!
Omsk
Van Togenbirger toonde mij daarop het boek in kwestie uit 1983 dat
als een historisch document voor eens en voor altijd de welomschreven
feiten samenvat om alle twijfels weg te nemen.
2"Only
when the next generation came of age in the two countries - a
generation that did not have to justify its behaviour during the
period prior to 1945 - could one finally apprehend the horryfiing
facts that came to light in the trial of Adolf Eichmann in Jerusalem
(from April to December 1961), in the great Auschwitz trial in
Frankfurt (from December 1963 toAugust 1965), and in other German
judicial proceedings. The proof was so conclusive that during the
trials not one of the accused or their lawyers contested the
existence of the gas chambers."
(Uit de inleiding tot het historisch document daarover uit 1983:
Nazi
Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poicon Gas,
Edited by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl, Yale
University Press, New Haven and London, English-language edition
1993 by Yale University. Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation,
by S. Fischer Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983).
3"Who
could imagine
that such terrible acts could have been perpetrated in central
Europe in the twentieth century? Or that
a well-organised modern state could have been responsible for them?"
(Ib.)
4Maurice
De Wilde, De
Nieuwe Orde (in:
België
in de Tweede Wereldoorlog,
deel 3.) Uitgeverij De Nederlandse Boekhandel, Antwerpen/Amsterdam,
1982, p. 5.
7
Men
herinnere zich het verhaal
van de jood die geplaagd werden door kinderen die bellekentrek
deden: hij gaf aan de kinderen eerst tien frank, daarna nog negen,
dan acht, en zo verder. Toen hij nog amper vijf frank schonk, dropen
de kinderen het af omdat zij vonden dat zij het voor die prijs niet
meer konden doen. Dezelfde truc gebruiken politici die invloed
willen krijgen over groepen, in dit geval de nazi's over het VNV: ze
beginnen hen te betalen zodat die lieden op den duur niet meer
activeren voor hun eigen doel maar voor het geld dat ze krijgen. Op
die manier kunnen wie betalen uiteindelijk de beloonden ook beginnen
te sturen in de richting die zij willen.
8
De
componist was een notoir antisemiet en ook de muzikale held van
Hitler.
Extreemrechts
maar ook andere vormen van vlucht uit de werkelijkheid zoals het
religieus fundamentalisme en de overgave aan verslavingen steken de
kop op van zodra het leven tegenvalt, zoals bijvoorbeeld in tijden
van economische achteruitgang. Als tekorten dreigen, wordt het
territoriaal instinct gewekt omdat overleven ook een zaak is van
fysiek territorium, jachtgebied, landbouwgebied. Voedselschaarste
wakkert territorialiteitsgevoelens aan en het gemeenschappelijk bezit
moet inboeten ten koste van het privaatbezit, de concurrentie wordt
op de spits gedreven met de bedoeling dat er meer 'afvallers' zijn,
wat uiteraard uiteindelijk ook aanleiding geeft tot fysieke strijd,
incluis de fysieke uitschakeling van de zwakkeren.
Principieel
lijkt er geen enkel bezwaar denkbaar tegen de wil van mensen om
sterker te worden, in het bijzonder wanneer schaarste en verzwakking
dreigen maar waar deze wil zich omzet in daden, zoals dat
bijvoorbeeld het geval is met de aanwending van de geneeskunde en nu
bij uitstek de eugenetica, verschuift zich het probleem in de
richting van de vraag naar het al dan niet geoorloofd zijn van de
middelen waarmee dat resultaat wordt beoogd. De zorg voor de
zwakkeren is een bijzonder lastige en tijdrovende activiteit die haar
kracht haalt bij de sterkeren: het zich beijveren in de studie van de
geneeskunde en de inzet voor de zieken, lijken ten koste te gaan van
de sterkte van de maatschappij omdat die zorg veel tijd en energie
vergt vanwege de sterken die zichzelf aldus lijken te verzwakken
omdat zij er hun beste krachten aan wijden. Edoch, dat te geloven,
leidt tot catastrofen zoals deze die ons allen bekend zijn van het
nazi-regime in Duitsland, waar men geloofde dat men de gezondheid van
het volk als zodanig ten koste kon laten gaan van die van de
enkelingen.
Het
verwijderen van alle rotte appelen uit de mand lijkt de mand
weliswaar gezonder te maken in die zin dat men dan minder rotte
appelen overhoudt maar wie deze logica doortrekken, zullen op den
duur helemaal géén appelen meer overhouden omdat aldus de appelen
in de mand zichzelf helemaal kapot concurreren zoals ook bedrijven
doen in de wedren naar monopolievorming. Evenals geluk is gezondheid
uiteindelijk een kwestie van (sociale) vergelijking en na de veldslag
tussen de gezonde mensen en de zieken, met als 'Endlösung' de
'Gnadentod' voor de zieken, zal zich de concurrentie verplaatsen en
onder de sterkeren zal een andere veldslag ontstaan, namelijk die
tussen de allersterksten en de minder sterken en op die manier wordt
een trend in gang gezet die principieel niet zal eindigen totdat één
finale 'winnaar' overschiet die alle anderen zal verslagen hebben. De
maatschappij zal dan uiteraard niet langer een samenleving zijn welke
zich in stand houdt dankzij samenwerking doch een dictatuur waarin
alle elementen geslachtofferd werden aan één grote slokop -
tenminste indien dan nog sprake kon zijn van een maatschappij.
Zo
verkondigde ten tijde van de catastrofale aardverschuiving in Haïti
alhier een ethicus dat men nu maar eens werk moest maken van de
sterilisatie van de armen, wat er meteen zou voor zorgen, zo meende
de geleerde, dat er aldus alleen nog rijken zouden overschieten. Het
gegeven dat mensen hun hoge levensstandaard vooral te danken hebben
aan de slavernij in allerlei vormen waarbij, concreet berekend, voor
elke westerling zowat veertig werkenden in de derde en de vierde
wereld moeten opdraaien, leek de uitvinder van de reddende maatregel
helemaal te ontgaan. De welvaart is een eindige koek en vandaar eten
wie te veel hebben, het stuk op van degenen die honger lijden, toch?
Maar
vooral is het pertinent onjuist dat de inzet voor de zwakkeren de
sterken minder sterk zou maken: het tegendeel is het geval. Een
samenleving die zich niet verkijkt op de sterkte van de groep doch
die zich het lot behartigt van de zwakkeren, versterkt zichzelf
zodoende middels de inspanningen die haar sterkeren leveren en
waardoor zij nog sterker worden dan voorheen. In de genezing van haar
zieken, ontwikkelt zij de wetenschap van de geneeskunde en in het
onderrichten van haar onwetenden, ontwikkelt zij een krachtige
pedagogie; in het van voedsel voorzien van haar hongerigen, leert zij
de vruchtbaarheid van de akkers en van de veestapel te maximaliseren,
kortom: middels de hulp aan anderen helpt zij op de best mogelijke
manier zichzelf.
Maar
als het koesteren van de zwakkeren, de vreemdelingen en alle andere
groepen die nood hebben aan vormen van bijstand een maatschappij niet
verzwakt maar daarentegen sterker maakt, dan vormt inclusie de
sleutel tot succes. En deze leefregel wordt dan ook sinds oudsher
toegepast door de opperste elite, zeg maar de vorsten: zij rekruteren
het gezamenlijke volk, aan de verstandigen en de helden kennen zij
eretekens toe, de werkenden voorzien zij van spijs, onderdak en
kledij en op ogenblikken dat zijzelf aan het feesten gaan, vergeten
zij zelfs de criminelen niet en schenken zij aan de gevangenen
gratie. Indien het volk al was het slechts een heel klein stukje van
de sluwheid van zijn vorsten bezat, dan was inclusie even
vanzelfsprekend als respect, mensenrechten en gastvrijheid, alleen
gaat het vandaag met de genoemde waarden niet opperbest omdat
economische stagnatie het populisme wind in de zeilen geeft en het
kortetermijndenken en het kortzichtige egoïsme aanmoedigt.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
30 november 2023)
29-11-2023
Gevaren van extreemrechts (1)
Gevaren
van extreemrechts (1)
Onmiddellijk
na het beëindigen van de Eerste Wereldoorlog stichtte de avonturier
Adam Glauer die zich verrijkt had in de Balkanoorlogen van 1912-1913
en die zich naar zijn adoptievader Rudolf Freiherr
von
Sebottendorf liet noemen, in München een occult genootschap rond het
geloof dat de Duitsers behoren tot een superieur ras, de Ariërs,
afkomstig uit de Himalaya, meer bepaald uit Tibet, dat geassocieerd
werd met Xanadu, een dertiende-eeuws zomerverblijf van een kleinkind
van Dzjengis Khan, de in Karakorum residerende Mongoolse krijger en
Chinese keizer Kublai Khan. In de schoot van het Thule-Gesellschaft,
zoals zij zich noemden naar de Ultima Thule, wat wil zeggen het
Uiterste Noorden (van de hyperboreaanse volkeren), werd de Deutsche
Arbeiterpartei (DAP) gesticht waaruit Hitlers NSDAP
(Nationalsozialistische DAP)
ontsproot met als inspirerende krant de Völkische Beobachter.
De
voorgeschiedenis van de genoemde loge die stamt uit de Germanenorden
Walvater
van de Heilige Graal,
en met als embleem het hakenkruis of de swastika, (het 'geluksteken'
dat zowel voorkomt in de Indusbeschaving als bij de Amerikaanse
Indianen, de Vikingen, de Romeinen en de Grieken maar dat onder de
nazi's een van de oorspronkelijke betekenis afwijkende en aan racisme
en fascisme gelieerde betekenis kreeg), is ingewikkeld maar wat hen
samenhield, was de volstrekt onwetenschappelijke overtuiging dat er
mensenrassen bestaan (een waangedachte die mede aan de basis ligt van
discriminatie, slavernij, apartheid, kolonialisme en meer van dat
fraais) en dat het eigen ras, zeg maar de Germanen of de Duitsers,
superieur is en derhalve het recht en zelfs de plicht heeft om de
andere rassen te onderwerpen. De rassentheorie is afkomstig van
figuren zoals de Franse politicus en diplomaat Arthur de Gobineau met
zijn Essai
sur l'inégalité des races humaines uit
1853-1855 waarin hij drie rassen onderscheidt: het superieure blanke
ras (de Ariërs met hun Indo-Europese cultuur) en de inferieure
negroïde en Mongoolse rassen (maar ook de Arabieren en de Joden) die
bij vermenging de menselijke soort zouden doen degenereren.
Raszuiverheid was de boodschap en men vond die zijns inziens ten
Noorden van de rivier de Seine.
Het
boek van Gobineau werd naar het Duits vertaald op verzoek van Cosima
Wagner, dochter van Franz Lizst en echtgenote van de antisemiet
Richard Wagner, de componist van onder meer Der
Ring des Nibelungen, een
muzikaal theaterwerk over de machtsstrijd van oppergod Wotan,
verwijzend naar de Germaanse en Noordse oppergoden Wodan en Odin.
Misschien het vermelden waard is dat Wagner aanving met zijn aan de
Germaanse mythologie geïnspireerde opera nadat hij zijn plannen voor
composities over de christelijke mythologie (namelijk over
Barbarossa, keizer van het Heilig Roomse Rijk en over Jezus van
Nazareth) had geschrapt: hij zal hierbij wellicht geïnspireerd zijn
door een pleitbezorger van het genoemde occulte genootschap, Guido
von List (1848-1919), die immers het Germaanse heidendom ging
aanhangen nadat hij het Christendom vaarwel zegde. von List stichtte
met onder meer de vader van de Orde van de Nieuwe Tempelieren, de
Oostenrijkse racist Jörg Lanz von Liebenfels (1874-1954), de
Völkische Bewegung en de ariosofie, een pseudowetenschappelijk
allegaartje van esoterie, theosofie, antropologie, archeologie,
poleontologie en eugenetica waarrond in 1926 de Ariosophische
Sociëteit ontstond, in 1931 de Ariosophische Kulturzentrale genoemd.
Volgens
de geschriften van von List waren enerzijds de godenmensen of de
Germanen afstammelingen van Theozoa of interstellaire goden die zich
zouden voortplanten middels elektriciteit (sic!) en anderzijds de
lagere rassen, Anthropozoa, nakomelingen van Eva nadat zij door een
demon was bezwangerd alsook kruisingen tussen mensen en aapmensen.
Dit onderscheid gaat terug op de Geheime Leer uit 1888 van spiritiste
Helena Blavatsky die (zoals aangetoond bedrieglijke) seances hield
die toentertijd modieus waren en waarop ook figuren zoals de
antroposoof Rudolf Steiner en Nobelprijswinnares voor de Natuurkunde
Marie Curie aanwezig waren.
In
het occultisme van de ariosofie is ook het runengeloof van de partij:
runen zijn Germaanse tekens die een alfabet vormen dat in de Noordse
mythologie ook in verband staat met waarzeggerij of met het oproepen
van magische krachten. De nazi's gebruikten onder meer de sig-rune of
dubbele bliksemschicht als teken voor de SS en ook neonazi's en
skinheads gebruiken runetekens die daarom vaak bij wet verboden
worden en de linguïst en fictie-auteur J.R.R. Tolkien speelt in zijn
In de
ban van de ring met
naar hem genoemde 'Tolkienrunen'.
En
daarmee is het woord 'spel' gevallen, wat hier van belang is omdat
het geloof in magie terecht doet denken aan het kinderlijke spel
waarbij de spelers zodanig opgaan in hun eigen werkelijkheid dat
zij extatisch worden. Edoch, terwijl kinderen bijvoorbeeld bij
etenstijd uit hun spel kunnen gewekt worden door volwassenen, kunnen
volwassenen die in gelijkaardige spelvormen opgaan, dikwijls zelfs
niet door rechters worden gewekt nadat hun 'spel' in moord of in
genocide ontaardde.
Het
gevaar dat principieel schuilt in elke denkbare religie die ruimte
wil verschaffen aan zekere verzuchtingen binnen de primitieve mens
die wij voor een groot stuk misschien wel altijd zullen blijven,
bestaat in het al te ernstig nemen van aannamen gemaakt wars van het
verlichte verstand alsook in het gevaar dat die 'overgave' (want dat
is de betekenis van 'religie') ontaardt in het verlies van de
controle over een realiteit die zich niet door wensen laat dicteren.
Godsdienstbeoefening
kan verzanden in dat gevaar waar fundamentalisme de kop opsteekt maar
evenzeer is dat het geval met allerlei geheimdoenerijen waartoe
vooral die mensen hun toevlucht blijken te zoeken die in het moderne
openbare leven niet aan hun trekken komen. Hoe harder het leven,
bijvoorbeeld in gevolge economische recessie, hoe groter het gevaar
voor depressie en des te groter ook de neiging om zich voor de
realiteit af te schermen, wat dan kan gebeuren middels drankzucht of
verslaving aan medicatie, middels godsdienstbeoefening (omdat
godsdienst 'opium voor het volk' is) maar ook middels het zich
ingraven in fantasiewerelden en clubs waarin de harde wetten van de
(sociale) realiteit met veel aantrekkelijkere spelregels worden
verdoezeld. Als het oorlog wordt, lopen de kerken weer vol maar dan
gaan tevens occulte genootschappen floreren en ook de achterdocht
neemt toe, samen met het zoeken naar zondebokken.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
29 november 2023)
27-11-2023
Volksgezondheidszorg versus gezondheidszorg - een bedenking
Volksgezondheidszorg
versus gezondheidszorg - een bedenking
Het
kan paradoxaal klinken maar er bestaat zoiets als gezondheid omdat
niemand in staat is om de realiteit van ziekten te loochenen en dat
men ziek is, weet men dikwijls omdat men pijn heeft: het bestaan van
de werkelijkheid van de gezondheid treedt pas ons bewustzijn naar
binnen na de ervaring van de afwezigheid daarvan en in dat verband
spreekt men over la présence de l' absent, de voelbare
afwezigheid van het pijnvrij zijn of van het gezond zijn. Wie gezond
zijn, voelen namelijk helemaal niets en zij neigen er ook van uit het
gaan dat deze toestand een natuurlijk gegeven is, als het ware iets
neutraals. Hetzelfde kon men veronderstellen over het bestaan als
zodanig en niet gering is het aantal filosofen die het 'zijn' als
uitgangspunt nemen waarbij zij dan argumenteren dat het hemd nader is
dan de rok: de bestaanservaring of het bestaansbewustzijn, zo zeggen
zij, staat dichter bij mezelf dan het bestaan als zodanig, of het
leven, en is derhalve meer fundamenteel. Bij uitstek in het idealisme
van George Berkeley vindt men die neiging en zij zou weliswaar
vergeeflijk zijn ware het niet dat zij ons opscheept met het
vraagstuk van de pijn. Als wij de realiteit van het lijden en de dood
ernstig nemen, dan moeten wij ook erkennen dat gezondheid niet
vanzelfsprekend is en dat het leven geen abstract 'zijn' is maar een
complexe toestand, samenhangend met een quasi ondoorgrondelijke
ontstaansgeschiedenis, waaraan niets mag ontbreken, en waarbij een
levend organisme tot op zekere hoogte vergelijkbaar is met een
uurwerk of met een andere ingewikkelde machine die het immers begeeft
van zodra één onderdeel kapot is. Het is de veelheid aan bestaande
ziekten die het onmiddellijke bewijst levert van de complexiteit van
het levende organisme. De studie van het levende organisme is dan ook
de basis van de gezondheidszorg en omwille van de uiteindelijk
ondoorgrondelijke ingewikkeldheid van wat of wie leven, is die studie
dan ook principieel onvoltooibaar, onaf en altijd op zoek naar nieuwe
en meer omvattende inzichten.
Gezondheid
lijkt een term die verwant is aan volksgezondheid en weliswaar hebben
de twee een en ander met elkaar gemeen maar wie het inzicht missen
dat het hier om twee uiteindelijk totaal verschillende disciplines
gaat, dreigen te verzanden in pure waanzin. Gezondheidszorg betreft
immers de zorg voor levende organismen terwijl de instellingen die de
volksgezondheid in het oog houden zorg moeten dragen voor een volk:
een volk bestaat weliswaar uit mensen die vanuit een welbepaald
perspectief levende organismen zijn maar een volk zelf is helemaal
geen levend organisme doch een sociaal geheel waarvan de cellen
levende wezens zijn. Ik schreef bijna dat een levend organisme zich
verhoudt tot een volk zoals een cel zich verhoudt tot een levend
organisme maar dit is pertinent een trompe l'oeil omdat het
cement dat mensen tot een volk maakt niet organisch van aard is maar
bestaat uit wetten, overeenkomsten of dus afspraken met een dwingend
karakter, tot stand gekomen door verstandelijk overleg. Dat de
genoemde verwarring tot foute oordelen kan leiden, mag bijvoorbeeld
blijken uit het volgende.
Men
zou kunnen geloven dat een gezond volk een volk is dat weinig zieken
telt, en dit in analogie met een gezonde mens die men zou kunnen
definiëren als iemand die zelden ziek is of die weinig of geen
ziekten te verduren heeft. Edoch, mocht die vergelijking terecht
zijn, dan volstond het om uit het volk alle 'ongezonde' mensen te
verwijderen teneinde een gezonder volk te bekomen en dat was
inderdaad wat bijvoorbeeld Adolf Hitler deed toen hij streefde naar
de veredeling van zijn geliefkoosd, Germaanse 'ras' dat met geweld
ontdaan werd van zieken en van mensen die naar zijn 'inzichten'
ongezond waren en die in de terminologie van de nazi's werden
bestempeld als lebensunwertes
Leben:
gehandicapten, ouderen, joden, Roma-zigeuners, homo's, prostituées,
gevangenen, mensen met besmettelijke ziekten en noem maar op. Voor de
nazi's bestond de uitnemende remedie voor de optimalisatie van de
volksgezondheid in het euthanaseren van alle mensen die de gezondheid
van de gemiddelde burger naar beneden halen, waarbij in de eerste
plaats dient opgemerkt te worden dat de gemiddelde burger uitsluitend
bestaat als een wiskundige grootheid waaraan mogelijkerwijze geen
enkele echt bestaande man of vrouw uit het volk beantwoordt. Maar
bovendien bestaat er geen enkele echt levende man of vrouw in het
volk wiens persoonlijke gezondheidstoestand ook maar enige baat
ondervindt vanwege de volksgezondheid als zodanig, precies zoals geen
enkele concrete man of vrouw ook maar één cent rijker wordt van een
zogenaamd 'gezonde' economie. Het euvel dat hier speelt, is uiteraard
dat van de middeldoelomkering waarbij via allerlei bedrieglijke
kanalen de zaken zo voorgesteld worden als zou de mens in dienst of
in functie staan van de economie in plaats van andersom en deze
waanzin gaat dermate ver dat de neiging ontstaat om ermee in te
stemmen dat mensen die niet langer economisch nuttig geacht worden,
een economische last zijn en derhalve maar beter kunnen ophouden met
bestaan. Zijn instrumenten zijn meester geworden over de mens die ze
uitvond om zijn heerschappij te maximaliseren. Zijn
overmeesteringswerktuigen hebben de mens overmeesterd. De mens is een
werktuig van zijn werktuigen geworden, wat een vorm van suïcide is
omdat onze werktuigen niets anders zijn dan verlengstukken van onze
handen. Zo aanbidt men het werktuig geld, stelt men zichzelf in
dienst daarvan en wordt men er uiteindelijk door omgebracht. Op
precies dezelfde manier fnuikt de volksgezondheidszorg niet zelden de
gezondheid van de mensen.
Economische
vooruitgang heeft nooit geresulteerd in een toename van het aantal
rijken en in een terugdringen van de armoede maar wel in het groter
worden van de kloof tussen arm en rijk, precies zoals de uitvinding
van de auto niet geresulteerd heeft in meer snelheid en derhalve in
tijdswinst voor iedereen maar wel in het groter worden van de
afstanden en in een toename van de opdeling van het mensdom in
enerzijds wie baat hebben bij een auto en anderzijds wie er de slaaf
van zijn, met andere woorden heeft die uitvinding, andermaal,
geresulteerd in het groter worden van de kloof tussen arm en rijk.
Het door elkaar haspelen van enerzijds de studie van de mens of van
het menselijk organisme en anderzijds de studie van het volk of van
een specifiek facet daarvan, resulteert in vormen van waanzin die de
waanzinnige als zodanig in de waan laten dat hij goed bezig is, dat
zijn redeneringen hout snijden en dat er helemaal niets aan de hand
is met zijn theorieën. De bewering dat wat goed is voor de
volksgezondheid ook de gezondheid van elke mens afzonderlijk ten goede
komt, is een redenering die evenmin steekhoudend is als deze die zegt
dat Socrates past in deze koffer omdat hij ook past in zijn pak dat
op zijn beurt in deze koffer past.
Vulkanengeroffel IJsland hoorbaar op 24 november 2023 om 22 uur
Vulkanengeroffel
IJsland hoorbaar op 24 november 2023 om 22 uur
Wie
gisterenavond rond 22 uur 's avonds buiten was, kon het gehoord
hebben: IJslands vulkanengeroffel dat amper enkele seconden of
minuten aanhield. Een zeer onregelmatig geroffel dat misschien deed
denken aan een kermis in de buurt of aan vrachtwagens maar de
onregelmatige cadans hoort men op Tv in natuur-uitzendingen en de
gelijkenis met het vulkanengebrul was uiteraard treffend. En de wind
diende: Noord, Noord-West. Op de actuele IJslandse meteorologische
seismografische dienst op het internet (zie het screenshot in de
bijlage) ziet men een piek van de bevingen rond 21 uur Ijslandse
tijd, dat is hier exact één uur later. Er zit dan nog een verschil
op van enkele minuten maar dat is te wijten aan het feit dat het
geluid zich verplaatst met een snelheid van 300 meter per seconde. Is
dit dan zo ver hoorbaar? Wel, in 1883 is de Krakatau uitgebarsten, op
Indonesië was dat, en toen bleek het lawaai hoorbaar tot in
Australië, dus 5000 km verder. Welnu, Reykjavik ligt op ongeveer
2100 km van hier... Zie de screenshot van die IJslandse
seismografische dienst hierbij: een piek gisteren rond 21 uur
IJslandse tijd. Zie ook ons artikel over de uitbarsting van de
Krakatau in 1886 op Tisallemaiet:
Een zesde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: De sublieme chantage en de mythe van Sisyphus
Een
zesde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: De
sublieme chantage en de mythe van Sisyphus
Althans
volgens de joods-christelijke mythologie die samen met de Griekse
mede aan de basis ligt van onze westerse cultuur was de mens
oorspronkelijk een goddelijk want naar
Gods beeld en gelijkenis geschapen1
wezen dat echter verleid werd door de duivel om tegen de Schepper in
opstand te komen, waarna het viel, zijn goddelijkheid verloor en
sterfelijk werd. Sinds dat ogenblik regeert de duivel over de mens en
zijn wereld en een parabel uit het Nieuwe Testament verhaalt hoe
naast de mens ook nog de Godmens door de duivel werd verleid: na een
vastenperiode van veertig dagen en nachten bracht Lucifer Christus
naar de woestijn: Als
u de Zoon van God bent, beveel dan die stenen in broden te
veranderen., zo gebood hij Hem maar Jezus
weigerde: Er staat geschreven: De
mens leeft niet van brood alleen, maar van ieder woord dat klinkt uit
de mond van God.
Vervolgens nam de duivel Hem mee naar het hoogste punt van de tempel:
Als u
de Zoon van God bent, spring dan naar beneden. Want er staat
geschreven: Zijn engelen zal hij opdracht geven om u op hun handen
te dragen, zodat u uw voet niet zult stoten aan een steen.
Maar Hij weerstond ook deze tweede verzoeking: Er
staat ook geschreven: Stel de Heer, uw God, niet op de proef.
Dan nam de duivel hem mee naar een hoge berg en toonde hem alle
koninkrijken van de wereld in al hun pracht: Dit
alles zal ik u geven als u voor mij neervalt en mij aanbidt.
Daarop zei Jezus tegen hem: Ga
weg, Satan! Want er staat geschreven: Aanbid de Heer, uw God,
vereer alleen hem.2
Later
geeft Christus aan de apostel Petrus, samen met de macht om zonden te
vergeven, de macht over de toegang tot het paradijs: Gij
zijt Petrus; en op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen ( ) Ik
zal u de sleutels geven van het Rijk der hemelen (...). (Mt.
16, 13-19)
Wanneer
Fjodor Dostojevski in 1879-'80 in zijn parabel, De
grootinquisiteur van Sevilla,
een raamvertelling in zijn De
Gebroeders Karamazov,
Christus andermaal ten tonele laat verschijnen, herinnert hij aan
deze teksten en voert aan dat de katholieke kerk het werk van
Christus gelooft te hebben verbeterd vanuit de wetenschap dat
misschien wel een kleine groep van uitverkorenen maar niet de hele
mensheid waartoe zij zich richt, in staat is om in de voetsporen van
de Heiland te treden: de kerk plooit voor de wil van Lucifer, geeft
aan de mens zijn dagelijks brood, zegt wat hij moet en laten en
regeert de wereld. En Christus heeft zich daarmee niet meer te
bemoeien daar Hij aan de kerk zijn macht uit handen gegeven heeft;
niemand kan derhalve wereldse macht verwerven zonder de knieval voor
het kwaad. Het kwaad chanteert het mensdom.
Mythen
zijn verhalen maar zoals de levenservaring ons diets maakt, overklast
hun fictie vaker alle feiten omdat zij de genen van de geschiedenis
zelf blijken te zijn: de kern, gevat in een schijnbaar sprookje, dat
alleen maar ontplooien kan op de wijze zoals het werd geprogrammeerd,
zoals ook elk levend wezen zijn genetisch programma uitvoert tegen
wil en dank - Ge kunt van
een ezel geen koerspeerd maken, aldus
verantwoordt zich de vertegenwoordiger van de paus van Rome jegens de
teruggekeerde Heiland die Hij vervolgens verjaagt onder de bedreiging
Hem anders andermaal te zullen kruisigen.
Het geluk van
de bozen
is een realiteit, de wereld is aan de durvers, wie geen bloed aan de
handen willen, zullen het aardse rijk niet beërven, de pikorde is
een piramide met aan de top de massamoordenaars, aan de basis vindt
men alleen maar de 'onnozelen' in de betekenis van 'onschuldigen',
zij die niet (willen) weten of beamen dat het kwaad regeert in de
'civitas terenna'.
De
katholieke theologen maken zich sterk met de woorden die Jezus richt
tot Nicodemus:Zozeer
heeft God de wereld liefgehad dat hij zijn Eniggeboren Zoon gegeven
heeft om ons te verlossen3
maar zij lijken de verzen te vergeten die daar op volgen en die
herinneren aan de proloog4
van het Johannesevangelie: Het
licht is in de wereld gekomen, maar de mensen beminden de duisternis
meer dan het licht, omdat hun daden slecht waren ( ) uit vrees dat
(hun) werken openbaar gemaakt worden. (...)5
En valt uit deze woorden dan niet af te leiden dat het kerkelijke
devies tot het nastreven van aards geluk de mens opsluit in een grote
duisternis en dat derhalve een leer van blind geloof en devotie een
dwaalleer is?
Wat
mensen missen is de moed van Sysiphus, in het oorlogsjaar 1942 zo
treffend beschreven door Albert Camus6
- de moed om de steen telkens weer naar boven te rollen: het absurde
of grondeloze karakter van het bestaan moet ons niet tot wanhoop
drijven maar tot verzet.7
Ce qui
compte n'est pas de vivre le mieux, mais de vivre le plus,
aldus Camus. Sysiphus (...) (n'a pas d'espoir mais) il
n'est pas de destin qui ne se surmonte par le mépris. Sisyphus'
overwinning schuilt in de aanvaarding
van de absurditeit die hem niet langer verhindert nog iets te
ondernemen. La
lutte elle-même vers les sommets suffit à remplir un cur d'homme.
Il faut imaginer Sisyphe heureux.
Het is waar dat alle menselijke ondernemingen tot mislukken zijn
gedoemd maar als men de moed opbrengt om zich daarbij neer te leggen,
kan men het geluk ervaren dat Sisyphus alsnog te beurt valt. Die
grote wijsheid van een atheïst lijkt te raken aan de boodschap tot
volharding en tot vertrouwensvolle berusting in het lot uit menige
religieuze cultuur die roemt wie in staat zijn om te leven zonder ook
maar enig tastbaar houvast, zoals bij uitstek Job.
4Zie:
Joh. 1:1-18. Een fragment: In
het begin was het woord, en het woord was bij God, en het woord was
God. Het was in het begin bij God. Alles is door Hem ontstaan, en
buiten Hem om is er niets ontstaan. ( ) Het ware licht was er, dat
elke mens verlicht en dat in de wereld moest komen. Het was in de
wereld, een wereld die door Hem was ontstaan, en die wereld heeft
Hem niet erkend. In zijn eigen huis is Hij gekomen, en zijn eigen
mensen hebben Hem niet opgenomen. (...)
(Willibrord-vertaling, 1995 ).
6Albert
Camus, Le Mythe de Sisyphe ,
1942, ook reeds besproken in zijn L'étranger (1942) en verder
uitgewerkt in zijn L'Homme
révolté (1951).
7In
Wikipedia wordt de kern van het probleem als volgt samengevat:
Prendre l'absurde au sérieux signifie reconnaître la
contradiction entre le désir de la raison humaine et le monde
déraisonnable. Le suicide, alors, doit également être rejeté:
sans l'homme, l'absurde ne peut pas exister. La contradiction doit
être vécue; la raison et ses limites doivent être reconnues, sans
faux espoir. Cependant, l'absurde ne pourra jamais être accepté:
il exige une confrontation et une révolte constantes. Zie:
https://fr.wikipedia.org/wiki/Le_Mythe_de_Sisyphe
22-11-2023
Een vijfde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: De moordende eenzaamheid van de vogelvrij verklaarden
Een
vijfde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: De
moordende eenzaamheid van de vogelvrij verklaarden
Op
14 november l.l. kon men in het VRT-nieuws lezen: In Mexico is
Jesús Ociel Baena, de eerste openlijk non-binaire magistraat in
Latijns-Amerika, thuis do od teruggevonden. Baena was een belangrijke
voorvechter van LGBTQ-rechten op het hele continent. De doodsoorzaak
wordt nog onderzocht.1
Het gebeurt steeds vaker, mensen die vermoord worden omdat zij
opkomen voor hun rechten en de oorzaak is haat - in dit geval:
homohaat en homofobie.
Het
is een feit maar het wordt vaak uitsluitend door de slachtoffers
ervaren: LGBTQ-mensen worden gepest en vervolgd. Al te vaak is
homohaat een consequentie van fanatiek geloof: heel wat moreel in de
steek gelaten burgers hebben nood aan een houvast en eenmaal zij die
denken te hebben, is dat hun heilige zaak die derhalve tot elke prijs
zal worden verdedigd. Godsdienstwaanzin biedt een zeker comfort aan
de waanzinnigen zelf maar is tegelijk een gevaar voor alle 'ketters'.
Er
is een tijd van vrede en er is een tijd van oorlog, aldus
citeerde onlangs de Israëlische president Benjamin Netanyahu de
Bijbel om het geweld jegens de Palestijnen te verantwoorden. En met
Genesis 1:27 - Man en vrouw schiep Hij hen -
worden homo's wereldwijd gedemoniseerd, wat dan homofobie en ook
homohaat niet alleen mogelijk maar tevens noodzakelijk maakt want
waar ruimte gegeven wordt aan homoseksuelen, zo gelooft men althans,
geven zij een voorbeeld dat vloekt met het woord Gods, zouden deze
'handlangers van de duivel' wel eens navolging kunnen krijgen en
worden derhalve de zielen van anderen in gevaar gebracht.
Dat
een van de belangrijkste bronnen van homohaat de katholieke kerk is,
leidt geen twijfel en al haar recente en zeer plaatselijke
gebarenmakerij in het ijle om haar vel te redden ten spijt, blijkt
haar genadeloosheid tegenover holebi's bijvoorbeeld al van zeven
eeuwen geleden uit de verzen 24 tot en met 42 van de Veertiende Zang
van de Hel (Inferno) van het allegorische
epos van Dante Alleghieri
(1265-1321): De
Goddelijke Komedie2:
Weer
andren liepen zonder ooit te rusten. ( ) En traagzaam dwarrelde
over heel de vlakte/ een zee van vuur, in grote en dichte vlokken,/
(...) dat op de grond nog gloeide,/ (...) zo daalde hier deze eeuwge
vlammenregen,/waardoor het zand als tonder onder vuurslag/ ontvlamde,
om dus het lijden te verdubblen./ En nimmer was er rust voor 't
razend dansen/ der arme handen, die nu hier, dan ginder/ het vuur dat
nimmer uitdooft van zich sloegen.3
De
Florentijn Dante hield zich overigens ook in met de politiek in het
Italië van zijn tijd, onder meer maakte hij daar deel uit van het
bestuur van een volkspartij, de Capitano
del Popolo. In
1302 werd hij door zijn politieke tegenstanders veroordeeld, De
Goddelijke Komedie schreef
hij in ballingschap (1307-1321). De weldoener werd verraden en
verguisd omdat hij met kop en schouders boven de massa uit stak en zo
deelde hij het lot van vele groten voor en na hem, van Socrates, die
tot de gifbeker veroordeeld werd op beschuldiging van heiligschennis
en jeugdbederf, tot de Gekruisigde van Nazareth, door zijn apostelen
verraden, Nelson Mandela, Aleksej Navalny en noem maar
op: Nihil novi sub sole...
Zoals
Dante's werk getuigt, is de katholieke kerk hier sinds oudsher de
motor achter de demonisering en de vervolging van homo's maar
religies zijn niet de enige bron van homohaat: naast het geloof is er
ook nog het bijgeloof en behalve de religies zijn er ook nog de niet
te tellen ideologieën met hun belachelijke stereotypen die de
complexe realiteit simplificeren met niet alleen lachwekkende maar
vaak ook dramatische gevolgen voor zowel aanhangers als verwerpers
van de theorieën in kwestie. Mensen neigen ertoe zich te wapenen
tegen de realiteit door pogingen te ondernemen om die naar hun hand
te zetten. Soms lukt dat wel tot op zekere hoogte en dan spreekt men
over wetenschap en techniek maar waar men onwetenschappelijk te werk
gaat, komt het magische denken ten tonele en gaat men vlotjes over
tot het excommuniceren van zekere sociale categorieën, bij voorkeur
minderheden, zondebokken voor zowat alles wat niet naar wens
verloopt. Op die manier ontstond de nu exemplarische geschiedenis van
de 'heksen van Salem' waarbij onschuldigen werden veroordeeld en
gedood omdat een wat achterlijke, bijgelovige dorpsgemeenschap hen
omwille van uiterlijke, fysieke kenmerken voor 'heksen' hield.
Wij
leven weliswaar niet meer in de middeleeuwen maar (onder meer) op het
internet bieden allerlei vormen van bijgeloof alsook velerlei
ideologieën een houvast aan vooral jongeren wiens hunker daarnaar
vaak door sociaal miserabele omstandigheden maar even vaak door een
overmaat aan welvaart onbevredigd blijft. En in feite bestaan hier
geen onschuldige vormen van bijgeloof en van magie omdat leugens
sowieso altijd gevaarlijk zijn: toentertijd gingen armelui met hun
zieke kinderen bij de eerwaarde om die door hem te laten 'belezen' en
vandaag vraagt een vrouw met kanker raad aan een handlezer die haar
vertelt dat zij in uitstekende gezondheid verkeert, waardoor zij een
tijdig bezoek aan de dokter mist.
Nu
de laatste getuigen van de holocaust dood zijn, verhindert de door de
opsluiting van de ouderen in de hand gewerkte, vaak volstrekte
afwezigheid van het langetermijngeheugen dat de alarmbel gaat
rinkelen wanneer steeds grotere groepen mensen zich gaan vermeien in
een mentaliteit die polarisering bevordert en het huldigen van
stereotypen. Nog erger wordt het waar zij overgaat tot het opnieuw
aanbidden van uitgerekend die demonen die luttele generaties geleden
van de wereld een hel maakten door de natuur een handje te
helpen, wat neerkwam op brute genocide op basis van
pseudowetenschap en verkapt als 'zuivering'. De opmars van het
neonazisme en het identitair denken is een vaak totaal onderschat
kwaad met een doortastend werkelijkheidsgehalte waarvan in een wereld
van vereenzaming en egoïsme behalve de daders, vaak enkel de
slachtoffers weet hebben en daar ook moeten voor vrezen, vooral dan
als zij tot zekere 'risicogroepen' behoren.
Het
is een bekend gegeven uit de psychopathologie dat pesters er voor
zorgen dat zij niet worden betrapt en dat hun slachtoffers worden
beroofd van elke mogelijkheid om het geweld tegen hen (op een
geloofwaardige manier) kenbaar te maken, waardoor zij tot een quasi
volkomen hulpeloosheid veroordeeld zijn. Vaak weten de slachtoffers
door wie ze gepest worden maar zij beschikken niet de mogelijkheid om
daar bewijzen van te leveren; ze vertellen niet wat er aan de hand is
uit angst niet geloofd te worden en hun angst is terecht omdat de
pesters sowieso meer zelfzekerheid hebben dan hun slachtoffers en
derhalve als geloofwaardiger overkomen in geval de zaak ter sprake
zou komen.
Het
behoort niet tot de leefwereld van buitenstaanders en daarom ook
begrijpen zij niet wat het betekent om te moeten leven in de
voortdurende angst voor pesterijen. Dat geldt echter in een nog veel
grotere mate voor wie doodsbedreigingen ontvangen omdat de lafhartige
daders zich daar sowieso verborgen houden: wie met de dood worden
bedreigd moeten ongeacht wie beschouwen als hun mogelijke moordenaars
en de uiteraard prioritaire bezigheid van de eigen beveiliging (vaak
zonder hoop op hulp van derden) slorpt alle energie en aandacht op
zodat het leven tot een louter overleven wordt herleid met als enige
zekerheid het uitzicht op een gewisse totale uitputting,
ogenschijnlijk al te dikwijls uitmondend in zware ziekte of
zelfmoord.
2
Dante's naam wordt ook wel geschreven als Dante Alighieri.La Commedia, later ook Divina Commedia
genoemd en in het Nederlands vertaald als De Goddelijke
Komedie.
Quella che giva ntorno era più molta, e
quella men che giacëa al tormento, ma più al duolo avea la
lingua sciolta.
Sovra tutto l sabbion, dun cader
lento, piovean di foco dilatate falde, come di neve in alpe
sanza vento.
Quali Alessandro in quelle parti calde dIndïa
vide sopra l süo stuolo fiamme cadere infino a terra salde,
per chei provide a scalpitar lo suolo con
le sue schiere, acciò che lo vapore mei si stingueva mentre
chera solo:
tale scendeva letternale ardore; onde la
rena saccendea, com esca sotto focile, a doppiar lo dolore.
Sanza riposo mai era la tresca de le misere
mani, or quindi or quinci escotendo da sé larsura fresca.
20-11-2023
Een vierde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: âNon posse peccareâ
Een
vierde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: Non posse peccare
Het
effect van het alziend oog op het gedrag van wie er door in de gaten
worden gehouden is ons niet alleen welbekend uit George Orwells 1984
maar ook vanuit wetenschappelijk oogpunt: mensen neigen ertoe om hun
gedrag aan te passen aan de wensen van degenen door wie zij
gecontroleerd worden omdat controle en manipulatie een en hetzelfde
zijn. Manipulatie is er niet zozeer in de verordening of in het
opleggen van regels, wat in dat spel uiteraard een onmisbare factor
is, maar veeleer in de controle uitgeoefend met het oog op de
naleving van die regels alsook in het bestaan van afdoende sancties.
Dit is zo omdat machthebbers helemaal niet geïnteresseerd zijn in
wat mensen geloven maar wél in wat zij belijden. De
geloofsbelijdenis maakt een katholiek tot wie hij is en uiteraard
doet hij nooit wat hij zegt maar daartoe dient dan ook de biecht die
hem uiteindelijk binnen de kerk houdt en die ervoor zorgt dat zij
haar leden niet verliest. Machtig zijn degenen die in staat zijn om
anderen ertoe te dwingen te belijden dat de leugens die zij hen
vertellen, de waarheid zijn. Controleren is gebieden en zij die
werkelijk gecontroleerd worden, gehoorzamen dan ook aan hun
bevelhebbers. Tenzij zij revolteren.
Nu
miskijkt menigeen zich alras op het plaatje want de controle die op
Rousseau wordt uitgeoefend is niet zozeer die van de bodycams der
flikken maar deze van wie de man met de dood bedreigen. Het is immers
een heet hangijzer en een publiek geheim dat de straffen van de
maffia deze van de wetten van het land waar die zich heeft genesteld,
in hun schaduw stellen. Het slachtoffer gehoorzaamt met andere
woorden aan de allerstrengste controleur, hierbij in de eerste plaats
gehoor verlenend aan een wat andere vorm van de aloude spreuk dat men
het woord spreekt van hem wiens brood men eet: iemand spreekt het
woord van degene die zijn leven in de hand houdt want bedreigt. Aan
deze waarheid geeft Rousseau al dan niet bewust uiting door de
bodycams waarmee de wetsbewaarders hem te lijf gaan, te negeren. Er
zijn nog een meute controleurs van een heel ander kaliber aan de
slag, zo zou zijn gedrag hen duidelijk moeten maken maar zij hebben
er geen oren naar, zij negeren het kwaad en zij beschuldigen veel
liever het slachtoffer, wat in dit soort zaken altijd de tactiek is
omdat dit de weg is van de geringste weerstand.
De
controleurs van het andere kaliber werken niet met waarschuwingen en
boetes, vraag dat maar eens aan Karel Van Noppen, of is die
doodeerlijke man dan voor helemaal niets gesneuveld? Zo moeilijk is
het om in het voetspoor van helden te treden, dat ook vandaag nog
alle koeien in alle weiden van dit land aan bodybuilding lijken te
doen. Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen, zo zeggen sommigen
maar waar haalt men dan het recht om een man te stenigen die er niet
direct in slaagt om het summum van het heldendom te evenaren en die
zich daar bovendien ook nog eens uitgebreid en herhaaldelijk voor
excuseert? Want het gaat hier meer bepaald en ontegensprekelijk over
een dreiging die ook in de jaren dertig van de voorbije eeuw aan de
orde was en die nu weer gans Europa in de tang heeft en misschien wel
de hele wereld, kijk maar naar de koers die Rusland vaart en Indië,
weldra het meest bevolkte land op aarde.
Met
de hete adem in de nek van neonazi's en kortstondig maar zeer zeker
levensreddend vluchtend in een roes en zich de angst negerend alsnog
begevend in de open wereld waar men door het allergrootste gevaar van
heden vogelvrij verklaard werd en derhalve in de kijker loopt van een
geweer dat onafwendbaar aan het lot van de genoemde, gewetensvolle
vee-artskeurder herinnert, doet men allicht een kleine toegeving aan
het adres van de belagers en zegt men, misschien alleen maar om zijn
vel te redden, dronken in het duister van een nachtelijke kroeg:
inderdaad, die en gene lieden zijn hier vreemd, zij moeten worden
beteugeld want zij zien er schrikbarend bedreigend uit - en nog
enkele van die uitlatingen die aan elkeen zullen duidelijk maken dat
men het helemaal niet menen kan. Alleen zij hebben er geen oren naar:
zij die allang zaten te azen op de kop van de man die hen op één
been voorbij spurt in de wedloop die alras van wal zal steken om de
strijd te beslechten die nu voor de deur staat: de strijd tussen de
toekomst en de middeleeuwen.
(Jan
Bauwens, 20 november 2023)
Een derde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: âAlles van waarde is weerloosâ
Een
derde bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: Alles van waarde is
weerloos
Achtenzestig
jaar geleden overtrad in een toen nog onvrij werelddeel een zwarte
vrouw de wet en met deze 'misdaad' veranderde zij de wereld: in 1955
pleegde Rosa Parks verzet door de weigering haar zitplaats op de bus
aan een blanke af te staan en aldus herschiep zij mede een
apartheidsstaat tot het Amerika van de gelijke rechten. Toentertijd
schreven velen de authentieke politica een criminele inborst toe maar
binnen de kortste keren werd zij geroemd om het revolterende karakter
dat voor staatslui onontbeerlijk is. Vandaag is daarvan nog heel
weinig te zien: het gros van de politiekers blijken ordinaire
windhanen die zoals Pilatus de voor onze toekomst broodnodige
uitzonderingen op de regel geheel onterecht doch prompt en
gewetenloos veroordelen.
Wie
een tekst schrijft, maakt eerst een kladwerk met potlood en gom en
het papier wordt quasi onleesbaar van de vele doorhalingen en
verbeteringen van taal- en andere fouten. En dat voorbereidend werk
is een privézaak: een schilder verdraagt geen publiek totdat
zijn doek helemaal af is, een auteur laakt lieden die azen op zijn
recept en een chef-kok laat niet in zijn potten kijken. Hoe
omvangrijker en belangrijker de te leveren prestatie, des te groter
de ruimte vereist voor prospecties, probeersels en proeven. Vaklui
schuwen pottenkijkers als de pest maar in hun blinde na-ijver vallen
bemoeials vandaag de laboratoria van de meest creatieve mensen
binnen, gewapend met domme camera's: veiligheid eerst, zo schreeuwen
zij het als helden uit en de meest elementaire vrijheid,
onontbeerlijk voor de scheppende geest, moet het bekopen; het genie
wordt opgeofferd aan de middelmaat, alles van waarde is
weerloos.
Dit
eeuwig kersverse vers van Lucebert betekent vandaag dat de mens wordt
omgebracht op het altaar van het gouden kalf. Straks herstart in het
mondaine Parijs het megacircus van de Olympische Spelen waarbij alle
kinderrechten ten spijt, een onschuldige jeugd andermaal massaal
wordt geofferd aan de vlaggen van de naties: enkelingen schitteren op
het schavot in de muziek der sferen waartoe hun volkslied door de
gelegenheid wordt verheven maar een meerderheid belandt in diepe
depressies, gegraven door een veeleisende doch inerte massa.
Kind-atleten moeten de eerzucht van hun presidenten bevredigen en de
economische belangen van hun natie - brood en spelen - zoals
kindsoldaten, naar het front gedreven onder een bangelijk
getrompetter en het vervloekte nationalisme van een slappe vlag. Een
moedige doch veel te vroeg uit de zandbak weggerukte en tot krijgers
herleide jeugd betekent dwangarbeid voor kinderen en doet denken de
slachtoffers van pooiers, het hoofd op hol gebracht met drugs om te
kunnen renderen. De oude krokodillen, belust op jong bloed, dat hun
als masker moet dienen om stemmen te trekken en fortuin te maken:
goudhaantjes, zo heten zij hun 'beschermelingen' met wiens leven zij
spelen - hun geluk zal hen worst wezen.
Het
weze herhaald: als Conner Rousseau een racist is, dan kunnen wij met
zijn allen aanspraak maken op de titel van paus van Rome.
(Jan Bauwens, 20
november 2023)
19-11-2023
Een tweede bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: grove nalatigheden vanwege de rechtsstaat
Een
tweede bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau: grove nalatigheden
vanwege de rechtsstaat
In Antisemitism
(1948),het eerste
deel van haar 'trilogie', getiteld: The Origins of
Totalitarianism uit 19511,
besteedt Hannah Arendt
uitgebreid aandacht aan de zaak Dreyfus. Alfred Dreyfus was een
Frans-joodse legerofficier die in 1894 valselijk beschuldigd werd van
spionage voor de Duitsers en gestraft met degradatie en deportatie
naar het Duivelseiland. Twee jaar later toonde luitenant-kolonel
Picquart aan dat de bewijzen tegen Dreyfus vervalsingen waren en dat
de echte spion een legercommandant was. Edoch, een antisemitische
militaire overheid verwierp Dreyfus zijn onschuld. Mede onder invloed
van J'accuse van
Emile Zola die Dreyfus verdedigde, brak een schandaal uit dat de
Fransen polariseerde. In een nieuw proces werd Dreyfus tot tien jaar
gevangenisstraf veroordeeld en pas in 1906 werd de zaak als een
gerechtelijke dwaling erkend. In 1908 werd nog een aanslag gepleegd
op hem door een antisemiet die door de jury prompt werd
vrijgesproken. Later noemde president Chirac het proces een poging
tot het aanwakkeren van de Jodenhaat.
Joden, Roma en
homoseksuelen zijn de meest in het oog springende voorbeelden van
gehate en derhalve vervolgde en benadeelde minderheidsgroepen.
Minderheden worden sowieso gediscrimineerd maar vanaf het ogenblik
dat een hatende massa haar gelijkgestemde politici in het zadel heeft
gehesen, verschijnt daar ineens ook nog het mandaat om het
leven van de meest kwetsbaren ook met wettelijke middelen onmogelijk
te maken: de massa hijst haar Führer in het zadel en de reeds
middels demonisering ontmenselijkte mensen worden voortaan door de
politie opgepakt en nu ook fysiek massaal omgebracht in
zogenaamde concentratiekampen.
Het antisemitisme, de
vreemdelingenhaat en de intolerantie tegenover holebi's is nu terug
van 'weggeweest', wat hier uiteraard betekent weg uit de wet
want met semi-legale en legale middelen worden heden opnieuw
campagnes opgestart tegen de aloude zondebokken. Ook in de 'zaak'
Conner Rousseau glipt de wapenstok het toneel naar binnen, hier in de
gedaante van de verborgen camera, de bodycam van een gemeentelijk
politiekorps dat een door het 'gewone volk' op handen gedragen
politicus, uiteraard gevreesd door de gesettelde potentaten, op de
hielen volgt zoals inderdaad gebeurt met opgejaagd wild: zij volgen
hem tot net niet in de slaapkamer om dan te doen waarop het strengste
verbod geldt: in de openbaarheid gooien wat privé is.
Toegegeven, het is niet
helemaal privé wat men in zijn vrije tijd op café vertelt maar
mocht men alle mensen in de nog resterende volkse
communicatiegelegenheden die de kroegen tenslotte zijn, met camera's
op de hielen zitten, dan kon de complete bevolking van dit land in
gedwongen therapie en moesten alle openbare gebouwen herschapen
worden tot Dossin-kazernes. Bovendien kan men niet gaan keuvelen in
de kroeg zonder te consumeren; men kan daar ook water drinken, dat is
waar, op smaak gebracht met chocoladerepen.
Tenslotte is alcohol een
harddrug en dat het goedje alsnog door de wet kan worden toegelaten
op café, is te danken aan een bijkomende wet die mensen alsnog tegen
de drankduivel beschermt door de cafébazen te verplichten om er op
toe te zien dat de klanten niet dronken worden, of tenminste: dat zij
zich niet in die mate bezatten dat zij niet meer weten wat zij doen
want dan vormen zij een gevaar voor zichzelf en ook voor anderen.
Waar de waard zich kennelijk niet kwijt van deze plicht, zijn er
gebeurlijk alsnog agenten van de politie aanwezig om dit vast te
stellen en in het geval van de 'zaak' Conner Rousseau bewijzen zij
middels de opnamen van hun eigen bodycam niet zozeer dat de politicus
zatteklap vertelt maar in de eerste plaats dat zij het in weerwil van
hun plicht hebben nagelaten om een dronken man in bescherming te
nemen tegen het gevaar dat hij voor zichzelf is en mogelijkerwijze
ook voor anderen.
De situatie herinnert
aan de Dreyfus-affaire omdat zij exemplarisch is voor de
hardnekkigheid waarmee een aan de macht zijnde overheid, hiertoe
aangezet door haat, haar ongelijk verdedigt tegen beter weten in.
Niet alleen de gemeentelijke politie is betrokken maar ook het
gerecht, de politici, de media en de ganse bevolking, zelfs bijna in
de mate waarin de hele wereld betrokken werd in de pandemie-affaire
(ironisch genoeg zozeer verdedigd door de mentor van de hier
besproken politicus) welke een hypocriete miljardenfraude verkapt
waarvan het bedrieglijke karakter uiteraard pas binnen vele jaren het
licht zal mogen zien.
(Wordt vervolgd)
(Jan Bauwens, 19
november 2023)
1
Hannah Arendt, The Origins of Totalitarianism (1951).
Voor de zaak Dreyfus, zie de Nederlandse vertaling van het eerste
deel Antisemitisme (2021) door Willem Visser, uitgeverij
Boom, Amsterdam, 2021, pp. 149-190.
18-11-2023
Het Boek (J.B., 2007)
Het Boek (J.B., 2007)
16-11-2023
Wie brandmerkt wie en waarom? - Een bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau
Wie
brandmerkt wie en waarom?
Een
bedenking bij de 'zaak' Conner Rousseau
Het
brandmerken van een dier of een mens is het aanbrengen met een
gloeiende staaf van een merkteken op de huid van het dier of de mens
met de bedoeling dat het blijvend is en voor iedereen zichtbaar. Zo
kan men een paard brandmerken om het dier te kunnen identificeren als
eigendom van een zekere persoon. Slaven krijgen vaak een brandmerk en
auto's krijgen voor hun registratie een onuitwisbaar nummer in het
staal van het chassis. De identiteitskaart is in feite een brandmerk
dat evenwel niet op iemands huid of aangezicht geplakt wordt maar dan
toch op een afbeelding (een foto) van het aangezicht, waardoor de
persoon geïdentificeerd wordt met een naam, een geboortedatum en
-plaats, een adres, een geslacht, een rijksregisternummer en het
burgerschap van een zeker land. Het doopsel in het katholicisme, dat
volgens de kerkelijke leer een exorcisme is en dat, zoals de
catechismus het zegt, een onuitwisbaar merkteken nalaat in de ziel
van de dopeling, heeft de bedoeling iemand (en dan meestal nog
buiten diens medeweten en wil) te brandmerken als lid van de
katholieke kerk. De schandpaal identificeert publiekelijk en derhalve
eveneens op een onuitwisbare manier een misdadiger met zijn misdaad.
Vaak
mag het volk zijn woede kwijt op de geschandaliseerde die
bijvoorbeeld in het geval van het vergrijp van homoseksualiteit de
aanvallen dikwijls niet overleeft, wat per definitie gebeurt bij
steniging of kruisiging waarbij men aldus voor eeuwig tot zijn
misdaad wordt herleid en vandaag kent men de zogenaamde digitale
schandpaal die kan leiden tot moord of zelfmoord van de
gebrandmerkte.
In
de bovenstaande gevallen is sprake van het brandmerken van individuen
of personen en uiteraard is de impact daarvan onvergelijkbaar veel
groter dan in het geval waar eerder grote groepen of volkeren een
naam opgeplakt krijgen door een enkeling. Correcter uitgedrukt: een
enkeling is helemaal niet
in staat om een volk te
brandmerken en zo hij dit ogenschijnlijk alsnog doet, is zijn opzet
tot mislukken gedoemd, beseft hij dat ook heel goed en kan zijn
uithaal alleen maar gelabeld worden als een vorm van gekscheren. Zo
kunnen de Hollanders er glimlachend hun schouders bij ophalen wanneer
zij er door bijvoorbeeld een cursiefjesschrijver spottend aan
herinnerd worden dat zij gierigaards zijn, al zal men het
voorzichtigheidshalve wel hebben over zuinigheid. Daarentegen: waar
een welbepaald persoon, een enkeling, wordt opgezadeld met het stigma
van vrek en aldus te kijk gezet wordt ten aanschouwe van de hele
wereld, is uiteraard sprake van een misdaad van een heel andere orde.
In
het eerste geval gaat het om een 'aanval' van een enkeling op een
(grote) groep waartegen hij sowieso niet opgewassen is en waarbij die
enkeling eerder als dapper dan als misdadig zal bestempeld worden
terwijl in het laatste geval een hele groep de aanval richt op één
persoon, die daardoor even weerloos wordt als de man aan de
schandpaal. De massa die een enkeling aan de schandpaal ketent,
straalt geen dapperheid uit maar veeleer lafheid.
De
aanval van een enkeling op een groep krijgt echter een wat ander
karakter wanneer die enkeling een politicus is die zich tot een grote
menigte richt, zoals in het geval waar Adolf Hitler het Duitse volk
toespreekt. In huiselijk verband hoeft de politicus dan weer niet
meer zo voorzichtig te zijn als bij de uitoefening van zijn job omdat
hij zich daar helemaal niet richt tot een menigte van burgers maar
eerder tot familieleden, vrienden of collega's van wie overigens
bekend is dat zij om zich te 'ontspannen' al eens grappen over zaken
waar eigenlijk helemaal niet mee te lachen valt, zoals leraren,
zorgverleners of toppolitici doen wanneer zij geconfronteerd worden
met quasi hopeloze gevallen die alsnog remediëring vereisen:
uitspraken in dat verband zijn uiteraard niet gemeend maar vrienden
zullen elkaar nooit pakken op hun woorden en die gevallen zijn
veeleer verwant met zelfspot dan met spot of stigmatisering.
Conner
Rousseau verklapte eerder in een interview dat hij zich opgejaagd
wild voelde en te oordelen naar de situatie waarin hij
gemanoeuvreerd werd en geblokkeerd geraakte, is hij dat
ontegensprekelijk: hij zit in een hoek gejaagd en moet de voor een
politicus bijzonder pijnlijke vernederingen slikken van zowat
iedereen, gaande van zijn 'slachtoffers' (de Roma), wat weliswaar
begrijpelijk is (zolang geen sprake is van 'ziektegewin'), over zijn
collega's (die hem veroordelen, maar dan vooral, zoals destijds
Pilatus die zijn handen in onschuld waste, om zelf buiten schot te
blijven), tot zijn rechters die hem andermaal vernederen met
enerzijds de therapie die zij hem zelf opleggen - de confrontatie met
de genocide van de Roma - en die een beetje doet denken aan de
bestrijding van een mug met een canonbal en anderzijds de
verplichting om in therapie te gaan bij misschien wel een psychiater
waardoor zij hem nillens willens brandmerken als ziek of gestoord. De
associatie van gestoordheid met een van de norm afwijkende
seksualiteit is gauw gemaakt door een publiek dat het nog minder nauw
neemt met de feiten dan de rechters doen.
Waarmee
helemaal niet gezegd is dat het publiekelijk stigmatiseren van mensen
geen misdaad zou zijn maar er is een verschil tussen het bewust en
gepland toespreken van een publiek en het gekscheren onder vrienden
dat publiek gemaakt wordt door met een verborgen camera gewapende
lieden die iemands woorden uit de context rukken en die ze bovendien
tegen diens wil op straat gaan uitbazuinen. Is het dan niet wettelijk
verboden om in een publieke ruimte een mens herkenbaar te
fotograferen en zijn foto dan publiek te maken? En geldt hetzelfde
dan niet met betrekking tot wat iemand in eigen kring en niet voor
het publiek bedoeld, zegt? Een kroeg is uiteraard geen slaapkamer
maar het is nog veel minder een Tv-studio en wat men er ook van zegt:
uitgerekend dat hebben zekere lieden daarvan gemaakt. Het is
overigens duidelijk wie de daders zijn van deze wel bijzonder gemene
en moordende list waarmee ze er alvast in geslaagd blijken om hun
slachtoffer helemaal van streek te maken en het is ook duidelijk wat
hun motivatie zijn mag, in acht genomen het feit dat sinds de opkomst
van de politicus in kwestie bij het volk de overtuiging is gaan leven
dat Conner Rousseau binnen de kortste keren wel eens onze jongste
premier ooit zou kunnen zijn.
(Jan
Bauwens, 16 november 2023)
15-11-2023
Over het jodendom - Aflevering 6: Der Judenstaat
Over
het jodendom
Aflevering
6: Der Judenstaat
De
oorspronkelijk titel van Herzls Der
Judenstaat luidt:
Gericht aan de familie
Rothschild maar de
Rothschilds verwierpen Herzls plan. Het pamflet is een basistekst van
het Zionisme en betreft de stichting van een onafhankelijke joodse
staat in de twintigste eeuw in Palestina waar de joden vandaan komen.
Dit vanuit de noodzaak om aan de joden die dat wensen een thuisland
te geven waar zij in vrijheid en vrede kunnen leven op hun eigen
grond in plaats van in Europese ghetto's, wat niet anders kan in gevolge
het antisemitisme. Maar Herzl voorzag dat het inplanten van een
joodse kolonie weerstand zou oproepen bij de autochtone bevolking van
Palestina en achtte het daarom noodzakelijk om deze onderneming te
laten plaatsgrijpen onder Europees protectoraat teneinde de
soevereiniteit van het joodse volk te kunnen verzekeren. De Engelsen
wilden zich inzetten om de stichting van Israël te steunen, wat
vastgelegd werd in de Balfour Declaration van 1926, waarin
staatssecretaris Arthur Balfour zijn steun betuigt aan Lord
Rothschild van de Brits-Joodse Gemeenschap. Nadat zich in de jaren
dertig al joden waren gaan vestigen in Palestina met inderdaad de
voorziene Arabische revolte van 1936-'39 tot gevolg, moesten de
Britten de verdere instroom van joden afremmen. Na de Tweede
Wereldoorlog, in 1948 volgde de daadwerkelijke stichting van de staat
Israël.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
15 november 2023)
14-11-2023
Over het jodendom - Aflevering 5: Theodor Herzls zionisme, het Russische antisemitisme en de geschiedenis van de âProtocollen van de wijzen van Sionâollen van de wijzen van Sionâ
Over
het jodendom
Aflevering
5: Theodor Herzls zionisme, het Russische antisemitisme en de
geschiedenis van de Protocollen van de wijzen van Sion1
In
West-Europa werden de joden vervolgd en zij vluchtten naar Rusland
waar zij (geregelde vervolgingen ten spijt) thuis waren van in de
vroege middeleeuwen en wel in die mate dat in de elfde en twaalfde
eeuw een wijk van Kiev de joodse stad werd genoemd. Edoch in
1881 werden zij valselijk beschuldigd van de moord op tsaar Alexander
II waarna zij vervolgd werden: hun huizen werden platgebrand, zij
werden vermoord, niet toegelaten tot scholen en hogere beroepen, in
1886 uit Kiev verbannen, in 1891 uit Moskou verbannen en in 1892
kregen zij ook nog verbod op verkiezingsdeelname. Toen de
communistische revolutie broedde, gebruikte de geheime politie van de
tsaren, de ochrana, met de bijstand van de Russisch-Orthodoxe kerk,
het antisemitisme als wapen tegen de revolutionairen die zij
ervan beschuldigden een complot te smeden tegen de christenen en dat
trachtten ze te bewijzen middels een geschrift, de zogenaamde
Protocollen van de wijzen van Sion.
Het gaat om een fictief
verslag van een vergadering in Bazel in 1897 van complotterende
zionisten die het christendom zouden willen vervangen door de joodse
wereldheerschappij.
Het jaar voordien, in
1896 publiceerde de zionist Herzl inderdaad zijn essay Der
Judenstaat en daar omtrent plande hij ook vergaderingen met
gelijkgezinden maar dat handelde helemaal niet over een joodse
wereldheerschappij doch over de zoektocht naar een joods thuisland
teneinde eindelijk komaf te kunnen maken met de (in de voorgaande
aflevering van deze reeks vermelde) lange geschiedenis van
wereldwijde vervolging.
Dat de Protocollen een
vervalsing waren, bleek vrijwel onmiddellijk: iedereen kan nagaan dat
zij een quasi letterlijk plagiaat zijn van een oudere tekst gericht
tegen Napoleon III waarin deze keizer werd vervangen door 'de joden'
en Frankrijk door 'de wereld'. De vervalsing gebeurde door de
ochrana, de geheime politie van de tsaren.
De hocus pocus of hoax
zat, meer in detail, als volgt in elkaar. De oudere tekst waarvan zij
geplagieerd werden, dateert van 1864 en is van de hand van Maurice
Joly (1829-1878). Volgens Umberto Eco is die tekst op zijn beurt een
afschrijfsel van een werk van Eugène Sue (1804-1857) dat tevens
andermaal geplagieerd en aangepast werd, namelijk in 1868 door Herman
Goedsche. Over de authenticiteit van deze ontmaskerende bronnen kan
men overigens alle info vinden op het internet.
Niettemin ging deze
tekst een eigen leven leiden en werd hij wijd en zijd vertaald en
uitgegeven door antisemieten, vooral Islamieten en zo bijvoorbeeld
wordt ernaar verwezen als naar een 'historisch document' in het
handvest van de Palestijnse terreurbeweging Hamas. De Duitse uitgave
van 1922 kwam Hitler en zijn NSDAP goed van pas en vanaf 1967
verspreidden onder meer antisemitische islamitische fundamentalisten
zoals Faëz Ajjaz in Libanon, Syrië en Saoedi-Arabië de tekst om de
Jodenhaat aan te wakkeren. Faëz Ajjaz zou ook banden hebben met
extreemrechts in Vlaanderen, waar in 1941 Lannoo in Tielt de
Protocollen uitgaf.
De vervalsing wordt
tevens benut in de New Age-beweging door de fantast-evangelist Robin
De Ruiter met onder meer zijn in 2017 verschenen trilogie De 13
satanische bloedlijnen: de oorzaak van veel ellende en kwaad op
aarde, een fantasie over de Illuminati of de op wereldmacht
beluste, complotterende joden en vrijmetselaars, veelvuldig vertaald
in het Engels, Duits, Frans, Spaans, Turks en Russisch. Zij worden
vaker geïdentificeerd met de bankiersfamilie Rotschild die Hitler
nog zou hebben geholpen met zijn Holocaust. Naar deze potentaten werd
ook verwezen in de zogenaamde complottheorieën naar aanleiding van
de politieke perikelen omtrent de coronapandemie.
Over het jodendom - Aflevering 4: âDer Judenstaatâ (1896) van Theodor Herzl
Over
het jodendom
Aflevering
4: Der Judenstaat
(1896) van Theodor Herzl1
De
ondertitel van Herzls opstel luidt: Versuch
einer modernen Lösung der Judenfrage - in
vertaling: Poging
tot een moderne oplossing voor het jodenprobleem. Het
was ongetwijfeld deze verzuchting die Hitler spottend parafraseerde
met het gebruik van de term 'Endlösung'
of 'Finale
oplossing' waarmee
hij niets minder bedoelde dan de 'Vernichtung'
of de 'uitroeiing'
van de joden.
Toen
Herzl zijn essay schreef, was de Holocaust nog ver af maar de joden
die toentertijd vooral in tsaristisch Rusland verbleven, waren
(tussen 1881 en 1905) slachtoffer van de zogenaamde pogroms of een
soort van vervolgingen of razzia waarbij bijvoorbeeld de huizen
platgebrand werden, zoals ook gebeurde met de woningen van de
zwarten, meer bepaald om hen te onderwerpen, ten tijde van het ivoor-
en rubberschandaal in de Congo onder Leopold II.
In
Rusland (vooral in Oekraïne) stierven duizenden joden en ook na de
Oktoberrevolutie van 1917 werden in de Russische burgeroorlog
honderdduizend joden vermoord door de anticommunisten - de 'Witten',
namelijk de grootgrondbezitters en de adel die hun privileges niet
wilden afstaan, precies zoals dat gebeurde in het verzet tegen de
abolitionisten in de Amerikaanse burgeroorlog van 1861 tot 1865.
Berucht is de pogrom van 1905 in Jekaterinoslav waarbij vele joodse
kinderen werden omgebracht. Honderdduizenden joden emigreerden daarop
naar de V.S.
De
geschiedenis staat echter bol van de massamoorden op de joden:
tijdens de Babylonische ballingschap vanaf 597 voor Christus werden
de joden uitgemoord, in 1011 moorden de Moren hen uit in Córdoba, in
1033 en ook in 1276 in Fez in Marokko, in 1066 in Granada alsook
tijdens de Kruistochten, in 1291 in Bagdad, in 1309 in het
Nederlandse Born, tijdens de pestepidemie van 1348-'49 werden zij
vals beschuldigd de pest te verspreiden met navenante vervolgingen in
heel Europa (ook in Brussel), in 1465 werden àlle joden in Fez
vermoord, in 1506 was er in Lissabon een pogrom tegen joden op bevel
van Dominicanen met duizenden doden, in 1679 maakte een pogrom in
Jemen tienduizend doden (de joden werden daar in de woestijn
gedreven), in 1790 in Tétouan in Marokko, in 1819 in Duitsland,
daarna in Odessa door Grieken en Russen, in 1834 in Safed in
Palestina, in 1881-'84 in Rusland, in 1888 in Iran, in 1903 tot 1906
opnieuw in Rusland, onder meer in Odessa waarvan de latere
Israëlische premier Golda Meïr als klein meisje een trauma opliep,
in 1907 in Casablanca in Marokko, in 1910 in Iran, in 1912 in Fez, in
1919 in Catalonië en verder in Oekraïne (1919-1920), Palestina
(1929), Turkije (1934), Duitsland (de Reichskristallnacht
van 1938), de beruchte moordpartij op joden die met metalen staven de
schedel werden ingeslagen in Litouwen (1941), Bagdad (1941), Polen
(1946), talloze pogroms in de Arabische wereld na het uitroepen van
de joodse staat van 1948 tot 1954. De verzuchting van Herzl, het
verlangen naar een thuisland en een veilige haven, is meer dan
begrijpelijk.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
13 november 2023)
1Voor
de oorspronkelijke tekst, zie: THEODOR HERZL, DOCTOR DER RECHTE, DER
JUDENSTAAT. VERSUCH EINER MODERNEN LÖSUNG DER JUDENFRAGE,
LEIPZIG UND WIEN 1896, M. BREITENSTEINS VERLAGSBUCHHANDLUNG,
WIEN, IX., WÄHRINGERSTRASSE 5:
https://de.wikisource.org/wiki/Der_Judenstaat
12-11-2023
Over het jodendom - Aflevering 3: Op weg naar het 'beloofde' land: utopie en werkelijkheid
Over
het jodendom
Aflevering
3: Op weg naar het 'beloofde' land: utopie en werkelijkheid
(Jeroen Bosch, De hooiwagen (middenpaneel) 1515, kopie: J.B.)
Men zou het joodse volk
doorheen de geschiedenis kunnen vergelijken met een thuisloos kind
dat gedoemd is om op straat te leven, rond te zwerven en te leven van
allerlei klusjes her en der waardoor het weliswaar behendig en
zelfredzaam werd en heel wat kennis verzamelde over de vele plekken
waar het geweest is maar tegelijk bleef kampen met een diepe heimwee.
Het werd uiteindelijk door een rechter toegewezen aan een pleeggezin
dat het stiefmoederlijk behandelde, of eerder nog: een placebo-thuis
waarmee het in de clinch ging toen de jaren van volwassenheid het
naar onafhankelijkheid en vrijheid deed verlangen.
Er zijn volkeren die van
nature nomaden zijn en die ook niet liever willen dan rond te
trekken, zoals bijvoorbeeld de Roma, de 'bohemiens' (i.e.: van
Bohemen) die eertijds 'zigeuners' werden genoemd, trekkers van dorp
naar dorp, begaafde muzikanten met huizen op wielen die tot voor kort
als foorkramers onze kermissen opluisterden - nu stilaan overgenomen
door grote bedrijven. Interessant is hier dat het woord 'zigeuner'
verwant blijkt met het Engelse 'gipsy' en het Spaanse 'gitano',
verwijzend naar het woord 'Egyptisch', waaruit etymologen afleiden
dat de Roma wellicht verwant zijn met de (zeshonderdduizend of
volgens de Bijbel twee miljoen) joden die in 1313 voor Christus na
hun Exodus of uittocht uit Egypte (waar ze gedurende vier eeuwen
gevangen waren) veertig jaar lang ronddoolden in de woestijn, op zoek
naar het hun door Jahweh 'beloofde land'. De twee vrouwen met de
witte hoofddoek ('bern' genoemd) links onderaan op het middenpaneel
van 'De hooiwagen' van Jeroen Bosch uit 1515 (die daarmee Jesaja
40:6-7 illustreert) zijn Roma-vrouwen. Links naast de hooiwagen,
achter de hoogmoed symboliserende paus en de keizer te paard, zijn
overigens ook joden afgebeeld met in hun midden de Antichrist:
ofschoon hij vereenzelvigd werd met de Romeinse keizer Nero, die
'zwanger was van een worm', geloofde men dat hij een jood moest zijn.
Samen met de joden werden de Roma die het transport naar Polen misten
waar zij als slaven werden ingezet, door Hitler in concentratiekampen
in Bełżec,
Sobibór en Treblinkauitgemoord. Dat lot deelden allen die niet
beantwoordden aan het racistische ideaalbeeld van een waanzinnige
utopie die aan zes miljoen onschuldige mensen het leven kostte.
De daadwerkelijke
verwezenlijking van een (politieke, religieuze of nog andersoortige)
utopie blijkt overigens doorheen de hele geschiedenis het recept bij
uitstek voor het welslagen van gigantische catastrofen met in hun zog
onnoemelijk menselijk leed, oorlogen en genocides maar kennelijk kan
de mens het in zijn hoogmoed niet laten om aan de werkelijkheid zoals
zij is, zijn waanzin op te dringen. De katholieke kerk met haar
'heilige' missies die het kolonialisme moesten verkappen en de door
megalomanie gedreven rooftochten in alle continenten, sinds haar
bestaan doorheen de ganse geschiedenis met als voorbeeld uit de eigen
historie de droom van de door grootheidswaan gedreven vorst Leopold
II met een Afrikaans land waarvan hij de bevolking decimeerde om zich
eerst met ivoor en vervolgens met rubber persoonlijk onnoemelijk te
verrijken; de moordenaars van de autochtone bevolking van het
Amerikaanse continent in het zog van Christoffel Columbus; de
fundamentalistische islam met haar zending die de onderwerping wil
van alle mensen...
Plato's Republiek
of ideale staat was een aristocratie - de ganse werkelijkheid was in
zijn opvatting een schaduw van volmaakte (na te volgen)
ideaalbeelden, een onderneming die uiteraard tot mislukking is
gedoemd. Bij Plato gaat het om de verwezenlijking van een
verstandelijk gepland ideaal zoals onder meer het communistische. In
de vierde eeuw beschreef Augustinus' de ideale aardse staat (civitas
terrena) naar het model van de godsstaat
(Civitas Dei). Thomas
Morus' Utopia uit 1516
is een fantasie van een collectivistisch ideaal land in de
verwezenlijking waarvan hij uiteindelijk zelf niet geloofde. De
utopieën die de revue passeren zijn niet te tellen, de dystopieën
daarentegen verwezenlijken zich kennelijk met een verbluffende
voorspelbaarheid - het best gekende voorbeeld is uiteraard George
Orwells 1984. Maar we
moeten bij het onderwerp blijven: ook Israël is een poging tot
verwezenlijking van een utopie, zoals geformuleerd door Theodor
Herzl, eerst in zijn essay Der Jodenstaat van
1896 en vervolgens in zijn roman Altneuland
van 1902, geschriften die in het licht van de huidige opflakkering
van de Israëlische kwestie enige aandacht verdienen.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 13 november
2023)
09-11-2023
De gemeenschappelijke drijfveer van jodenhaters en IS-strijders â een speculatie (d.d. 16/11/2015, herhaling)
De
gemeenschappelijke drijfveer van jodenhaters en IS-strijders een
speculatie (d.d. 16/11/2015, herhaling)
De
gemeenschappelijke drijfveer van jodenhaters en IS-strijders een
speculatie
Geen
volk werd in de loop van de geschiedenis zozeer gehaat als de joden.
De joden werden beschouwd als een probleem het jodenprobleem, de
Judenfrage en de eindoplossing, de Endlösung,
bestond in geweld tegen de joden of in genocide, zoals in de pogroms
en in de Holocaust.
Pogroms
zijn belagingen door het volk van etnische groepen, in casu van
joden, gepaard gaande met fysiek geweld en moord, om hen te dwingen
zich aan te passen.
Reeds
in de middeleeuwen, in 1096, moordden de boeren in Duitsland
verschillende joodse gemeenschappen uit. In Nederland werden de joden
uitgesloten uit de gilden en konden zij slechts 'lagere' beroepen
uitoefenen zoals de diamantslijperij, de lenzenslijperij
lenzenslijper was overigens het beroep van de grote Nederlandse
filosoof Spinoza (1632-'77) en geldzaken die nu door het
bankwezen worden verricht, waardoor men onterecht zegde dat joden
belust zijn op geld.
Europa
beschouwde de joden als vreemdelingen en zij werden achtergesteld. Op
grond van de geschiedenis van de veroordeling van Jezus werden zij
bovendien afgeschilderd als godsmoordenaars. In 1492 werden in Spanje
alle joden die weigerden zich tot het christendom te bekeren,
verbannen, vaak naar Portugal, en toen aldaar in 1536 de inquisitie
van start ging, weken velen van hen uit naar Amsterdam dat in 1700
zo'n 10.000 joden telde. Luther in Duitsland spoorde er in zijn
geschrift Von den Juden und ihren Lügen (1543)onder meer toe aan de synagogen in brand te steken teneinde de
joden tot het christendom te bekeren.
Aan
het eind van de 19de eeuw ontstond in Oostenrijk-Hongarije tesamen
met het geloof in de Germaanse Übermensch, de zogenaamde ariosofie
(gesticht door nazimysticus Guido von List) van de Oostenrijkse Jörg
Lanz von Liebenfels (1874-1954) een xenofobie voor zogenaamde
beestmensen of aapmensen, waartoe de joden werden gerekend, samen met
de zwarten, de zigeuners en de Mongolen en von Liebenfels stichtte in
1900 in slot Werfenstein de Orde der Nieuwe Tempelieren.
In
de Russische burgeroorlog (1917-'22) die aan 15 miljoen Russen het
leven kostte, werden 100.000 joden vermoord. Reeds twee jaar na het
aantreden van Hitler werden door de wetten van Neurenberg in 1935 aan
de Duitse joden de burgerrechten ontnomen en dit antisemitisme
breidde zich over Europa uit met de shoah tot gevolg: de uit het
anti-joodse nationaalsocialisme van Hitler voortgekomen Holocaust
tijdens de Tweede Wereldoorlog kostte het leven aan 6 miljoen joden.
Nog
voor de aanvang van W.O.II zocht de grootmoefti bij Hitler steun voor
zijn jodenhaat. Er waren pogroms in Safed (onder meer in 1834),
Hebron (1929), Shiraz (Iran), Fez (Marokko) en Irak (1941). Tijdens
het Eichmann-proces in 1961 prees een Palestijnse krant deze
crimineel. De Iraanse president Ahmadinejat ontkende de Holocaust
herhaaldelijk.
In
de jongste jaren neemt de jodenhaat in het Westen weer toe en heeft
één burger op vier antisemitische opvattingen. Ter vergelijking: in
het Midden-Oosten en in Noord-Afrika is dat drie op vier.
Op
de vraag naar het waarom van de jodenhaat bestaat geen
eenduidig antwoord. Naast de fantasierijke horror zoals in de
zogenaamde bloedsprookjes geruchten waarin joden als kannibalen
en meer bepaald als kindereters werden afgeschilderd blijkt een
vaak opduikende reden voor jodenhaat de angst dat dit 'uitverkoren
volk' plannen zou hebben om de wereld te overheersen.
Zo
wordt vaak verwezen naar de zogenaamde Protocollen van de wijzen
van Sion, een geschrift dat zou
dateren van omstreeks 1900, dat wordt toegeschreven aan een groep
joden en waarin uitgelegd wordt hoe de joden de wereldheerschappij
zullen verwerven. Ondanks het feit dat werd aangetoond dat het
geschrift een vervalsing is, wordt het jammer genoeg nog steeds door
velen als authentiek voorgesteld en vormt het aldus een uitvlucht
voor jodenhaat.
Maar
er bestaat ook een heel andere opvatting over de oorsprong van de
jodenhaat, een opvatting die in het licht van de huidige ongelukkige
ontwikkelingen in onder meer Syrië, aan waarschijnlijkheid lijkt te
winnen, en dat is de overtuiging dat de grondslag voor jodenhaat ligt
in de wens om terug te keren naar een onbeteugeld driftleven.
Zo
bijvoorbeeld is er de Nederlands-joodse schrijver Abel Herzberg
(1893-1989) die onder meer Bergen-Belsen overleefde waarover zijn
Amor fati (1946) en wiens kampdagboek verscheen onder de titel
Tweestromenland (1950) naast zijn Kroniek der
jodenvervolging (1950).
Herzberg schrijft dat het jodendom, dat Christus voortbracht en het
christendom met zijn tien geboden, ons opzadelt met een lastige
opdracht, vaker ervaren als een juk, waarvan sommigen zich willen
bevrijden omdat zij wensen terug te keren naar het hedonisme.
In
het verschijnsel van de Islamitische Staat lijkt het er hoe dan ook
sterk op dat de aantrekkingskracht daarvan uitgaat van een in hoofde
van de daders door god zelf toegestane en zelfs aangeprezen of
bevolen barbarij. In de waanzin van systematische veroordelingen,
verkrachtingen en moord op talloze mensen die als 'ongelovigen'
worden bestempeld, proberen de daders het te doen uitschijnen alsof
hun slachtoffers een door hen, 'gelovigen', uitgevoerde goddelijke
straf ondergaan. Met andere woorden moet hier een dekmantel van
religieuze plichtsvervulling een handelwijze legitimeren die de facto
bestaat in het bewust crimineel botvieren van animale instincten.
Als
die interpretatie hout snijdt, gaat het in het geval van IS niet
alleen om misdadigers maar bovendien gaat het om criminelen die
bovendien te laf zijn om de verantwoordelijkheid voor hun daden op te
nemen. Die verantwoordelijkheid schuiven ze immer 'handig' van zich
af door bloeddorst en moorddadige wellust voor te stellen als een
(religieuze) plicht.
De
perversie in kwestie blijkt danig onvoorstelbaar voor wie zich er
niet schuldig aan maken: zij wordt niet doorgrond tot het ogenblik
waarop men er deelachtig aan wordt, terwijl wie eraan participeren,
ze uiteraard niet langer bevechten.
Israël - een beknopte geschiedenis & De Syriëcrisis in een notedop (d.d. 2012, herhaling)
Israël - een beknopte geschiedenis & De Syriëcrisis in een notedop (d.d. 2012, herhaling)
Israël - een beknopte geschiedenis & De Syriëcrisis in een notedop
(Om te lezen, klik op de flap!)
W.O. III, een ruzie om de Tempelberg? (d.d. 24/9/2012, herhaling)
W.O. III, een ruzie om de Tempelberg? (d.d. 24/9/2012, herhaling)
W.O. III, een ruzie om de Tempelberg?
"Gij zijt Petrus en op deze steenrots zal ik mijn kerk bouwen" - aldus sprak Jezus Christus tot zijn apostel Simon. (1) De bijnaam 'Petrus' betekent 'steenrots' en uiteraard wist men ook tweeduizend jaar geleden al dat grote bouwwerken degelijke fundamenten nodig hebben terwijl er geen betere fundering bestaat dan rots. In het oude Jeruzalem bevindt zich behalve de berg Zion en de Olijfberg ook nog de sinds zesduizend jaar bewoonde rots waarop de joden hun tempel moesten bouwen, zoals in het jaar 1050 voor Christus door de profeet Samuel vermeld wordt. Samuel verklapt daar tevens dat die rots toen (al minstens duizend jaar) fungeerde als dorsvloer van Arauna, gelegen in de burcht Jebus van de Kaänieten. Voor wie het niet meer weten zou: graan dorsen is met dorsvlegels (of anderszins) slaan tegen het graan dat wordt uitgespreid op een harde ondergrond teneinde aldus de lichte graanpelletjes of het kaf, mede middels de werking van de wind, van het zwaardere koren te scheiden. Uitgerekend dat - maar dan in de overdrachtelijke zin - is wat volgens dezelfde bijbel ook zal geschieden in de eindtijd en wel op diezelfde plek waar immers de joden de komst en de christenen de wederkomst van de messias verwachten. (2)
Ongelovigen kunnen tegenwerpen dat dit mythen zijn, maar de geschriften van de profeten zijn een feit, samen met de rots in Jeruzalem die door elk van de drie religies van het Boek als superheiligdom wordt opgeëist, en dit in een escalerende oorlog die op een nucleaire ramp dreigt uit te draaien in een eveneens bijbels voorspeld armageddon. Ziehier de wortels van die 'ruzie'.
De rots in Jeruzalem heet de Tempelberg omdat de joodse koning Salomo er de eerste tempel bouwde nadat zijn vader, koning David, er een altaar had. Volgens de christenen en de joden zou aldaar het nog veel oudere altaar liggen waar de aartsvader Abraham op het punt stond om er aan Jahweh zijn zoon Isaak te offeren. Volgens de moslims evenwel ging het om zoon Ismaël en was dit altaar de zogenaamde 'zwarte steen': een meteoriet, witter dan wit maar door de zonden zwart geworden. Zoals intussen elkeen weet, wordt de zwarte steen bewaard in de kaäba te Mekka, onafgebroken omkringeld door moslimbedevaarders uit alle hoeken van de wereld. Nebukadnezar II (de bouwmeester van de Hangende tuinen van Babylon, door Herodotos ook Labynetos genoemd en ook de figuur over wie in 1842 Guiseppe Verdi zijn 'Nabucco' schreef) vernietigde de tempel van Salomo in 586 v.C.
In 516 werd een tweede tempel opgericht die in 19 v.C. werd gerestaureerd door Herodes de Grote die er ook de Antoniaburcht bouwde, de plek waar Pontius Pilatus Jezus zou berechten. De joodse Klaagmuur is nog een restant van die tweede tempel. Onder Titus vernietigden de romeinen in 70 n.C. de hele Tempelberg en in 130 kwam daar in de plaats een heiligdom ter ere van Jupiter. In 325 bouwde de moeder van keizer Constantijn op de Tempelberg een christelijke kerk die in 363 alweer gesloopt werd door de antichristelijke keizer Julianus.
En dan kwam de islam: in 610 viel Jeruzalem in handen van de Sassaniden, die de stad overdroegen aan de christenen, die daar het intussen opgerichte joodse heiligdom kelderden. In 630 bouwde Omar op de Tempelberg een houten moskee en in 681 bouwde Abd Al-Malik daar de Rotskoepel (die in 1920 met goud bedekt zou worden). In 715 verving Kalief Al-Walid I de houten moskee door de Al-Aqsamoskee op de plek waar de profeet Mohammed ten hemel zou zijn opgestegen. Vandaar zien de moslims Jeruzalem als hún heiligste stad na Mekka en Medina.
Met de eerste kruistocht, in de elfde eeuw, vestigde zich op de Tempelberg de Tempeliersorde die van de moskee de Salomonstempel maakte en de Rotskoepel werd tot kerk gewijd. De Tempeliers werden in 1187 weggevaagd door moslimleider Saladin. Na de Israëlisch-Arabische oorlog van 1948 kwam het oude Jeruzalem onder Jordaans bewind met verboden toegang voor joden. In 1967 heroverde Israël Jeruzalem. Officieel zijn de joden meester op de Tempelberg maar feitelijk berust de zeggenschap er bij de moslims.
Joden, moslims én christenen eisen de Tempelberg voor zich op. Volgens bepaalde katholieken zal in de eindtijd op de Tempelberg de tempel voor de derde en laatste keer worden opgebouwd, al wordt daar aan toegevoegd dat men dit symbolisch moet verstaan. Zoals dat inmiddels het geval is met het overgrote deel van de katholieke leer. Het katholicisme verspreidde zich immers vooral in de westerse wereld, die zich sinds de Verlichting niet meer zo makkelijk allerlei curieuze verzinsels op de mouw laat spelden. Het is omzeggens van binnenuit door de rede leeggevreten. Gebeurde hetzelfde ook met de andere religies, dan was er nu wellicht helemaal geen sprake van het escalerende geweld en de nucleaire dreiging in het Midden-Oosten. Of ware dat een veel te optimistische visie, en zijn die religies slechts verkappingen van niet te stuiten irrationele wervelingen die de mensheid sinds de oudste tijden meesleuren tegen beter weten in? (3)
(J.B., 24 september 2012)
Noten:
(1) Volgens het evangelie van Matteüs 16,18.
(2) Zie: 2 Samuel 24:16 alsook 2 Samuel 24:18-25 en Lc 3:17 en Mt 3:12.
Over het jodendom - Aflevering 2: De atoombom, de nieuwe Ark des Verbonds
Over
het jodendom
Aflevering
2: De atoombom, de nieuwe Ark des Verbonds
De Ark van het Verbond
slaat op het verbond dat Jahweh via Mozes sloot met zijn volk dat
onder de goddelijke gratie zou vallen mits het de wet van Mozes zou
naleven - nadat het ten tijde van Noach gestraft werd met een
zondvloed die, als wij de klimatologen mogen geloven, heel binnenkort
aan een heruitgave toe is. Edoch, een herhaling van die ramp zou in
tegenspraak zijn met de belofte dat dit nooit meer zou gebeuren in
het zog van de goddelijke vergeving ten teken waarvan toentertijd aan
de hemel voor het eerst een regenboog verscheen, vandaag symbool van
de verdraagzaamheid jegens de verscheidenheid onder de mensen.
Dat dit alles beslist
louter bijgeloof is, kan blijken uit het feit dat dergelijke
verzinsels in geen geval kunnen stroken met de werkelijkheid maar het
geloof is hardleers en om bijvoorbeeld te kunnen verklaren waar Adams
zonen hun vrouwen vandaan haalden, (men kan het niet gekker
bedenken), ontwikkelde men de theorie van de preadamieten, de mensen
die geleefd moeten hebben voor Adam - hun bestaan moet immers
verklaren hoe de zonen van de eerste mensen aan hun vrouwen kwamen.1
Zo ook waren de hemelvaart van de Heer en die van zijn (immers
onbevlekt ontvangen) moeder verklaringen waarom niemand op aarde deze
onsterfelijke mensen ooit nog tegen het lijf is gelopen.2
Zoals oorlogende
primitieve stammen hun totem met zich mee droegen om hun
veiligheidsgevoel te garanderen, zo werd met de Ark des Verbonds
gezeuld van strijdperk naar strijdperk omdat men geloofde dat Jahweh
zelf er op zetelde, dat Hij aldus zijn dappere soldaten vergezelde en
bijstond: de Ark garandeerde de zege over de meest gevreesde vijanden
en zij was aldus het geheime en het meest krachtige wapen van het
uitverkoren volk. Vandaag wil men nog altijd de tempelberg innemen en
de verloren geraakte Ark onder het graniet van de rots vandaan halen
maar in feite koestert men een heel ander wapen, diep onder de grond,
in de kelders waar geen mens mag komen - het wapen mede verzonnen
door een man van joodse komaf die luistert naar de naam van Albert
Einstein.
Zoals men de naam van
God niet ijdel mag gebruiken, zo ook zwijgt men in alle talen over de
bom die, eenmaal gelanceerd, er zal voor zorgen dat de Vierde
Wereldoorlog met stenen zal worden uitgevochten, zoals Einstein zelf
het stelde. De geleerde was overigens pacifist, socialist en
antizionist en hij bedankte voor de eer toen hem het presidentschap
van Israël werd aangeboden na de dood van Chaim Weizmann.
Weizmann,
de eerste Israëlische president, was wel een zionist. Het zionisme
is als ideologie en nationale beweging ontstaan op het einde van de
negentiende eeuw vanuit een heimwee van de Joden naar een thuisland
sinds zij ballingen waren reeds ten tijde van de Babylonische
overheersing: zij wilden zich gaan vestigen waar ooit de stammen van
Juda en Israël leefden, namelijk bij Jahweh zelf, waar koning David
zijn graf heeft, waar het Laatste Avondmaal plaatshad en waar Maria
stierf, namelijk in Jeruzalem op de Tempelberg, ook de berg Sion of
Zion genaamd.
De
Zionistische Wereldorganisatie, gesticht door Theodor Herzl en Max
Nordau, reageerde op het antisemitisme maar werkte het ook in de
hand. Zij wilden een joodse staat oprichten en wat betreft de locatie
dachten zij vooral aan ons
onvergetelijk historisch thuisland Palestina
en aan (het dun bevolkte) Argentinië. Herzl wilde de joodse
huisvesting als een soort kolonie in een vreemd land omzichtig doen
verlopen want
het komt regelmatig voor dat de regering, daartoe geprest door de
zich bedreigd voelende bevolking, een verdere toevloed van joden
verhindert.
Hij wilde het doen onder Europees protectoraat. "De
Joden ( ) zullen hun eigen staat krijgen (en)
leven als vrije mensen op onze eigen grond, en vredig sterven in onze
eigen woningen. De wereld zal bevrijd worden door onze vrijheid,
verrijkt worden door onze rijkdom en versterkt worden door
grootheid..."3
Met
de 'utopische' roman Altneuland
(1902) maakte Herzl het zionisme aannemelijk ("Wij
zullen er voor Europa een bruggehoofd naar Azië vormen, een bolwerk
van de Beschaving tegen de Barbarij"4)
maar hij zag de autochtone Arabieren over het hoofd: "Men
moet de plaatselijke bevolking geen werk geven" (tenzij:)
"het droogleggen van moerassen en het
uitroeien van slangen". (Daarna moet men
ze) "ongemerkt over de grens zetten".5
Herzl kon Chamberlain
winnen voor de idee om de joodse staat in Oeganda te vestigen maar
hij overleed in 1904 en op zijn graf in Jeruzalem leest men: "Wenn
ihr wollt, ist es kein Märchen". Het
jaar daarop viel de keuze op het grondgebied Palestina dat in twee
verdeeld werd. Maar sommige Joden veroordelen Herzl's droom als een
dwarsbomen van Gods plannen met zijn uitverkoren volk.
Na het einde van W.O.II
met de moord op zes miljoen Joden in de concentratiekampen en de
atoombommen op Hiroshima en Nagasaki op 6 en 9 augustus 1945 met een
kwart miljoen doden en nog eens zoveel slachtoffers ingevolge de
stralingsziekte, werd in 1948 Israël gesticht dat reeds in 1966
beschikte over atoombommen - vandaag zo'n negentig stuks. momenteel
positioneren zich naar aanleiding van de oorlog een aantal
Amerikaanse vaartuigen in het oostelijk deel van de Middellandse Zee
en dat zijn geen vissersboten.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 8 november
2023)
1Deze
theorie werd ontwikkeld door Bijbelcriticus en Hugenoot Isaac La
Peyrère (1596-1676) die zich hiervoor baseerde op "Thesaurus
temporum" van de Franse protestantse humanist Josephus
Justus Scaliger (1540-1609).
2Dat
Onze-Lieve-Vrouw onbevlekt ontvangen is, betekent dat immers zij
niet bevlekt was met de erfzonde die volgens het eerste Bijbelboek
Genesis de mens sterfelijk heeft gemaakt.
Over het jodendom - Aflevering 1: beknopte historiek
Over
het jodendom
Aflevering
1: beknopte historiek
Van oudsher hebben
mensen zich gevestigd in vruchtbare gebieden, in streken waar water
is en zon en zo ligt in de Oudheid, zo'n vier duizend jaar voor
Christus, de wieg der beschavingen in drie stroomgebieden in het
Midden-Oosten, de Levant of het land van de opgaande zon. Op
de plek waar de delta van de Nijl gelegen is, situeert zich het oude
Egypte. De Harappa of de Indusbeschaving ontwikkelde zich rond de
Indus met zijn vele bijrivieren. En in het zogenaamde land
van melk en honing, het tweestromenland of Mesopatamië waar de
Tigris en de Eufraat lopen, was er
de beschaving van Sumer of de Sumerische beschaving, de plek vanwaar
de Joden stammen.
Volgens de Bijbelse
ontstaansgeschiedenis van het jodendom schiep God Adam en Eva en zij
hadden naast Kaïn en Abel nog een derde zoon, Set genaamd, die de
vader werd van Methusalem, wiens zoon Lamech was en diens zoon was
Noach. Naast Cham en Jafet was ook Sem een zoon van Noach - Sem zou
zijn naam gegeven hebben aan de Semieten, zoals de Joden ook worden
genoemd (ofschoon een andere uitleg aangeeft dat het Semitisch alleen
maar naar een taalgroep verwijst). Sem was een voorvader van Abraham,
de gemeenschappelijke stamvader van Arabieren en Joden.
De Joden kennen een
lange, bloedige voorgeschiedenis van machtsstrijd om de
troonsopvolging, te beginnen bij het Verenigd Koninkrijk Israël of
het Twaalfstammenrijk dat gesticht werd door Saul in Kanaän in 1030
voor Christus. De zoon van Saul, Isboset, verloor de troon aan een
hofdienaar uit de stam Juda, die koning David werd. Diens zoon werd
koning Salomo die het Tienstammenrijk regeerde. Uit de overige twee
stammen, die van Juda en Benjamin, ontstond het koninkrijk Juda.
Tussen 79 en 94 na
Christus schreef Flavius Josephus in het Grieks de volgens hemzelf
complete Joodse Geschiedenis (Ioudaïkè
Arkhailogia of
Antiquitates Judaicae).
De oorlogszuchtige Joden zouden rond Palestina geleefd hebben tussen
tussen 536 voor en 73 na Christus en in Judaea
(toentertijd een Romeinse provincie) vanaf 44 na Christus. Over de
jaren daarna (van 66 tot 73) vertelt Flavius Josephus in een ander
werk, getiteld: De Joodse oorlog tegen de Romeinen.1
Dat werk handelt over de verwoesting van Jeruzalem en van de tempel.
Vooraleer
zij tempels bouwden, kwamen de Joden onder Gods hoede samen in een
verplaatsbare ontmoetingstent, de tabernakel, gebouwd rond een
heilige kist, de Ark van het Verbond, waarin de twee stenen platen
met daarop de tien geboden, door Mozes van Jahweh zelf ontvangen op
de Sinaï tijdens de uittocht der Joden uit Egypte, bewaard werden.
Op die uittocht en gedurende hun oorlogen droegen de Joden Jahweh met
zich mee (als een licht dat boven de ark zweefde) om die desnoods
naar het front te sturen in de hoop aldus te zullen overwinnen.
Edoch, de Filistijnen maakten de ark buit en ofschoon aangenomen werd
dat de ark nadien in de tempel werd bewaard, is het onduidelijk wat
er verder mee gebeurde.
De
eerste tempel werd gebouwd door koning Salomo tussen 1000 en 900 voor
Christus en hij werd verwoest door de Babylonische koning
Nebucadonozor II in 586 voor Christus. De tweede tempel, de tempel
van Herodes, werd gebouwd in 515 voor Christus door de stadhouder van
Jehud, Zerubbabel; hij werd pas in 64 na Christus voltooid en amper
zes jaar later, in 70 na Christus, verwoest door de Romeinse keizer
Titus - een overblijfsel daarvan is de Westmuur of de Klaagmuur.
De
eredienst werd voortaan in de synagogen gehouden en men gelooft dat
de resten van de tempel zich bevinden onder het tempelplein op de
tempelberg waarop nu twee moskeeën staan: de zevende-eeuwse
Rotskoepel (waar Mohammeds hemelvaart plaatsvond) en de
achtste-eeuwse Al-Aqsamoskee. De tempelberg werd in de oudheid
bovenaan vlak gemaakt om gebruikt te worden als dorsvloer en dorsen
betekent dat het kaf van het koren wordt gescheiden, wat op deze plek
ook zou gebeurden met betrekking tot het mensdom, na het armageddon,
op het einde der tijden.
De
Joden en de Mohammedanen vechten om Jeruzalem, op de dorsvloer die de
tempelberg is, waar aan het begin der tijden het kaf gescheiden werd
van het koren en waar dat aan het einde der tijden opnieuw gebeuren
zou met betrekking tot het mensdom. En dat verschrikkelijke bijgeloof
heeft ervoor gezorgd dat die bloedige strijd ook vandaag in alle
hevigheid blijft doorgaan en zelfs nog uitbreiding neemt met slechts
het uitzicht op een nieuwe wereldoorlog.
Over het gebruik van de patiënt in de eenentwintigste eeuw
Over het gebruik van de patiënt in de eenentwintigste eeuw
Over het gebruik van de patiënt in de eenentwintigste eeuw
water
water
28-10-2023
Wat met osteopathie? Aflevering 4
Wat
met osteopathie?
Aflevering
4
Als
methodist verwierp de grondlegger van de osteopathie, dr. Andrew
Taylor Still, het materialisme, waarover wij hoger een en ander
hebben gezegd. Benadrukken wij vervolgens dat iemands kijk op de
wetenschap niet los staat van zijn wereldbeeld: wie vanuit een
materialistisch wereldbeeld geloven dat de geest een bijwerking is
van de hersenen, zullen geestesziekten behandelen door aan de
hersenen te gaan sleutelen; wie daarentegen een spiritualistisch
wereldbeeld aanhangen en derhalve geloven dat het lichaam een
emanatie is van de geest, zullen de oorzaak van lichamelijke ziekten
uiteraard gaan zoeken in de staat waarin de geest verkeert. Immers,
zouden ze anders handelen, dan ware hun geloof ijdel. Maar deze
laatste opvatting, die ook de methodist dokter Still deelde en die
mede aan het fundament ligt van zijn eigen geneeswijze die de
osteopathie genoemd wordt, is een overtuiging die in feite berust op
de wens of de waan van de mens om zijn lot in eigen handen houden.
Immers,
het geloof dat de geest heerst over de materie, voedt de overtuiging
dat men in staat is om met de eigen geest en meer bepaald met de
eigen wil het lichaam te beheersen zoals een ruiter een paard
beheerst. Dat is weliswaar tot op zekere hoogte het geval wat betreft
bijvoorbeeld het bewegingsapparaat en wat betreft alle zogenaamd
willekeurige zaken maar dat dit ook zou gelden met betrekking tot de
onwillekeurige lichaamsfuncties wordt alleen al door de nomenclatuur
zelf tegengesproken. Een gezond persoon is in staat om binnen de door
de natuur bepaalde grenzen een armbeweging te maken zoals hij dat
maar wenst, edoch, reeds over de kniereflex heeft hij geen
rechtstreeks meesterschap via zijn wil, laat staan over wat zijn
hartspier doet of over de werking van zijn maag, zijn schildklier en
zo verder. Trouwens, indien alle orgaanwerkingen zouden gehoorzamen
aan de bevelen van de vrije wil, dan zou het bewustzijn daardoor
zozeer in beslag worden genomen dat er geen tijd meer zou overblijven
voor nog andere gedachten en de mens zou dan herleid worden tot een
geestloos autonoom functionerend organisme, een automaat.
Een
wetenschap en in dit geval een geneeskunde die zich ent op de
overtuiging dat de stof een emanatie is van de geest en dat de geest
het lichaam beheerst, zal tegen haar eigen grenzen aanbotsen van
zodra de proef op de som uitwijst dat het lichaam helemaal niet
bereid is om gehoorzaamheid te bieden aan de geest of aan de wil en
alvast is het lichaam daartoe niet bereid waar het de autonome
fysieke functies betreft. Andermaal: het is weliswaar mogelijk om te
gaan en te staan waar men wil en ook kan men voor een beperkte tijd
zijn adem inhouden maar om het hart te doen ophouden met kloppen of,
eerder nog, om na een hartstilstand het hart weer op gang te brengen,
is veel meer nodig dan alleen maar de onmiddellijke wil (of eerder de
wens): om het hart te doen stoppen, is geweld nodig en om het na een
stilstand weer op gang te brengen, is wetenschap nodig. In dat
laatste geval dienen de wetten achterhaald te worden waaraan de stof
beantwoordt en vanuit de gehoorzaamheid aan die wetten kunnen dan
gebeurlijk technieken bedacht worden waarmee men die wetten tot op
zekere hoogte naar zijn hand kan zetten. En dat gebeurt in de
klassieke geneeskunde die immers steunt op een wereldbeeld dat
werkelijkheidsbeheersing toelaat en ze ook promoot.
Nu
zullen voorstanders van de tegenpartij antwoorden dat ook andere
geneeswijzen zoals de osteopathie dat vermag en uiteindelijk zullen
de resultaten van de geneeswijze in kwestie beslissend zijn voor de
beoordeling van haar effectiviteit. Vanuit deze praktijk waarbij de
specifieke geneeskunde een toetssteen is voor haar waarde, zal ook
het wereldbeeld dat aan die vorm van geneeskunde ten grondslag ligt,
afhankelijk van de bekomen resultaten, overeind blijven of sneuvelen.
Maar er is nog een probleem en zeker niet het geringste.
Immers,
de beoordeling van de werkzaamheid van een therapie is allerminst een
sinecure en de vraag rijst zelfs of zij wel mogelijk is op objectieve
gronden. Dat Coca-Cola u het best van alle bestaande dranken
verfrist, is alleen maar waar omdat het aldus aan iedereen van in de
wieg dagelijks meermaals, overal en met elk denkbaar middel
geproclameerd wordt. In de praktijk worden waarheden allerminst
bewezen met logisch-mathematische middelen maar ontspringen zij aan
de macht; zij worden gekocht, betaald en, eenmaal verworven, ook
juridisch overeind gehouden. En de waarheid van Coca-Cola
vertegenwoordigt hier talloze andere waarheden, zo niet élke
denkbare waarheid, zodat bijvoorbeeld ook de waarheid dat het
coronavaccin u tegen corona beschermt en de waarheid dat de pil u
gezond maakt precies zoals de heilig hostie dat doet. Niet een of
andere hogere, bewezen waarheid achter de reclame overtuigt, doch
haar eigen eindeloze herhaling en haar alomtegenwoordigheid waardoor
zij zich in het binnenste van haar prooien nestelt en van hen ook het
geweten gaat uitmaken, precies zoals het machtsmiddel dat de religie
is, dit van oudsher weet te presteren.
Van
wat de reclame dan allemaal voorhoudt, hoeft helemaal niets waar te
zijn zolang de door haar voorgewende waarheid maar beleden wordt
omdat die belijdenis zich manifesteert in de onderwerping aan de
reclamemaker welke in het geval van Coca-Cola bestaat in het kopen
van het flesje drank; in het geval van de heilige hostie bestaat zij
in een specifiek religieuze geloofsbelijdenis en in het geval van het
slikken van een medicijn of het volgen van een therapie bestaat zij
in de onderwerping aan de geneeskunde in kwestie.
Het
succes van een geneeswijze zou bepaald moeten worden door objectieve
resultaten maar de verwachting is dat veeleer zekere machten die daar
helemaal buiten staan, het volgelingschap zullen bepalen zoals dat
inderdaad ook met Coca-Cola het geval is. Wanneer een nar zoals
Desiderius Erasmus, die het Lof
der zotheid zong, naar
de kroon zou worden gestoken door een hedendaags auteur, dan zou die
laatste misschien wel onze geneeskunde afschilderen als één grote
commerce; een gigantische zwendel met therapieën die veel gelijkenis
vertonen met de ijle gebaren in de lucht van de priesters van weleer
in even indrukwekkende kerken, met klinieken volgestouwd met stoeten
figuranten die precies hetzelfde doen als de pastoors, onderpastoors,
misdienaren, kosters, zangers en gelovigen uit een nu vervlogen tijd
waar sommigen zelfs met heimwee naar terugkijken. Zij doen allemaal
alsof het inhoud heeft wat zij acteren en zij doen dat met een
dermate sterk geloof en met een even waanzinnige overtuigingskracht
dat zij hun publiek helemaal weten te hypnotiseren. Niemand betrapt
hen er op dat geen van al die artsen, verplegers, therapeuten en nog
vele andere specialisten die de ziekenhuizen bevolken, over ook maar
enige echte macht beschikt over het leven en de dood en dat zij allen
louter figuranten zijn die een toneel opvoeren precies zoals in het
destijds door alle gelovigen bijgewoonde theater in de kerk wiens
macht zelfs reikte tot in het hiernamaals, ja, tot in de eeuwigheid.
Herinner u dat toentertijd geen mens die in de kerk geloofde, in
twijfel trok dat het ook zin had wat de clerus wereldwijd presteerde:
de kracht van de gebeden en de litanieën, de genezende werking van
de hostie, de effectiviteit van de veelsoortige bezweringen in de
vorm van aanmaningen en hellepreken, de loutering van de biecht, de
rechten en de plichten, de geboden en verboden: louter figuranten en
figuraties waren zij, zonder ook maar enige aantoonbare band met de
materie en bij uitstek de 'waanzin' van de transsubstantiatie, de
verandering tijdens de consecratie van brood en wijn in het lichaam
van de godheid, kon model staan voor de macht van een tovenarij die
in feite nog altijd onverminderd aan de orde is omdat er nu eenmaal
helemaal niets nieuws is onder de zon.
Of
hiermee de vraag naar de werkzaamheid van osteopathie en van de vele
andere alternatieve geneeswijzen wordt beantwoordt, is een andere
kwestie. Maar wie eraan twijfelen dat ook de wetenschappelijke
waarheid tot een geldkwestie is verworden, moeten maar eens goed
rondkijken in bijvoorbeeld een apotheek: kruiden, theeën en
tincturen waarvan allang bewezen werd dat zij niet werken, liggen
daar uitgestald onder zalvende namen in de vitrine; men koopt er
verdovende en fataal verslavende middelen met ronkende namen die
allerminst genezen; men kan er boeken krijgen met daarin diëten en
voorschriften van wonderdokters en therapeuten van de meest exotische
pluimage. Ook moet men steeds vaker vaststellen dat ziekenbonden
reclame maken met een terugbetalingspolitiek inzake geneeswijzen die
door de klassieke wetenschap allang corrupt werden verklaard: deze
geneeswijzen dringen zich naar het voorplan middels reclame naar het
voorbeeld van het bijzonder succesrijke Coca-Colabedrijf en in een
mum van tijd weten zij eerst de consumenten te betoveren en daarna
ook de apothekers die er immers winst uitslaan, de
ziekteverzekeringsbedrijven die aan terugbetaling doen en naar de
pijpen van hun klanten moeten dansen, de artsen idem
dito en prompt ook de
professoren en de vorsers wiens onderzoek immers betaald wordt door
Coca-Cola, Coca-Pharma en noem maar op.
Marcuse
had het bij het rechte eind: wetenschap en techniek zijn in principe
wondere zaken maar besmet met het geld dat symbool staat voor de
hebzucht, wordt ook de zorgbehoevende niet langer geholpen doch
gepluimd; zijn uitgestoken hand om hulp ontvangt helemaal niets
tenzij een brief van de deurwaarder met een dringende aanmaning tot
aflossing van zijn schulden, ja, zijn meubelen staan reeds op de
stoep, hij kan nu de eindeloze stoet gaan vervoegen van de illegale
trekkers die de mist ingaan, zoals alleen nog geschouwd door Kaspar
Hauser in de visioenen welke voorafgingen aan zijn uur van waarheid.
(J.B.,
28 oktober 2023)
27-10-2023
Wat met osteopathie? Aflevering 3
Wat
met osteopathie?
Aflevering
3
De
denkfout die aan de grondslag ligt van het fysicalistisch wereldbeeld
dat hand in hand gaat met het materialisme betreft een specifieke,
onterechte veralgemening. Zij situeert zich waar de mens het denken
dat uit zijn leefwereld stamt, roekeloos projecteert op de gehele
werkelijkheid. In dat geval wordt de metafysische vraag naar de
ultieme zijnsgrond van de werkelijkheid verengd tot de technische
vraag naar haar ultieme bouwstenen. Ten onrechte, want de
werkelijkheid is geen constructie.
Reeds
in de vierde eeuw werd deze denkfout aan het licht gebracht door een
van de allergrootste filosofen, de Noord-Afrikaan Aurelius
Augustinus. In zijn De
Fide et Symbolo (II:§2)
bekritikeert hij namelijk ongelovigen die "vanuit
hun vertrouwdheid met handenarbeiders, huizenbouwers en allerlei
andere artisanen die niets kunnen tot stand brengen zonder
grondstof",
geloven dat ook God (een aan Hem externe) grondstof nodig had om
alles te 'maken'. Maar zelfs indien God dingen tot stand bracht uit
grondstof, dan werd ook die grondstof door Hem uit het niets
geschapen, aldus Augustinus.1
Immanuel
Kant wijst er op dat wij de natuur pas kunnen kennen in de mate dat
wij in staat zijn om hem zelf te maken; waarmee hij in feite zegt dat
wij de natuur niet kunnen kennen, want niet kunnen maken.2
En Spinoza onderscheidt, enerzijds, datgene wat zijn oorzaak in
zichzelf heeft, met name God en de natuur, en, anderzijds, de dingen
die hun oorzaak buiten zichzelf hebben.3
Ook Gödel wijst op het onderscheid tussen het scheppen van iets (-
uit niets) en het construeren van iets uit iets anders (- uit iets
dat reeds geschapen is).4
Ook Martin Heidegger wijst op het niet-geconstrueerde karakter van de
werkelijkheid. Michael Inwood verwoordt het als volgt: "Het
ingewikkelde is niet samengesteld: het is niet opgebouwd door
eenvoudige elementen te combineren, en het kan niet worden
geanalyseerd alsof dat wel zo is".
5
Als
we even abstractie mogen maken van kunst en ethiek, kunnen we zeggen
dat alle door mensenhanden gemaakte dingen werktuigen zijn,
verlengstukken van ons lichaam. Onze wereld is een instrument, hij is
ons gemeenschappelijk, uitgebreid lichaam. De grondstof voor dat
instrument rekruteren wij uit de natuur. Omdat onze wereld een
constructie is van onze handen, neigen wij er toe om ook de natuur
als een constructie op te vatten. Een bouwwerk dat wij afbreken om er
het onze mee op te richten. Maar dat is een vergissing. De natuur is
niet op zijn beurt opgebouwd uit grondstof die weer van elders komt.
Waar wij dat geloven, achten wij onszelf potentiële natuurmakers of
goden.
De betekenis van deze
uitspraak mag niet worden onderschat: wij kunnen de natuur niet
(na)maken, omdat de natuur geen maaksel is. Omdat al datgene wat wij
met onze plannen en handen tot stand brengen, opgebouwd wordt uit
elementen (die wij in de natuur aantreffen), hebben wij de neiging om
te denken dat ook de natuur zelf het resultaat van zo een bouwproces
zou zijn. Geven wij aan deze neiging toe, dan bezondigen we ons aan
inductie. Wanneer wij een boom materieel ontleden, vinden wij daarin
stoffen zoals water, koolstof, en nog andere elementen. In wezen is
die boom helemaal niet het resultaat van zo een samenstelling van
elementen, en een hersamenstelling zou ons dan ook geen boom
opleveren. In onze analyse hebben we ons immers beperkt tot de
materiële analyse van één specifieke boom. Wat daar boven
uitstijgt, kan niet meer worden geanalyseerd, wat namaak
uitsluit. Maar vooral is namaak onmogelijk omdat een boom, en
in het algemeen de natuur, geen maakwerk is. Het is bijvoorbeeld
mogelijk voor een papegaai om een menselijke uitspraak na te zeggen,
maar de essentie van de uitspraak, namelijk zijn betekenis, kan door
de papegaai niet worden gevat, wat zijn prestatie irrelevant maakt.
In zijn overmoedig geloof inzake het namaken van de schepping,
gelijkt de mens nu op zo een sprekende ara, zich niet bewust van zijn
potsierlijkheid. De mens met een mechanicistische wereldvisie is
vergelijkbaar met de instrumentist die niet in staat is om ook maar
het minste greintje gevoel te koesteren bij zijn eigen muzikale
uitvoeringen, omdat hij doof is: voor hem is musiceren een harde
labeur, iets zoals het sturen van een ingewikkelde machine. Nu
geloven fysicalisten dat de natuur zo een absurd orkest is zonder
klank, alleen omdat zij niet in staat zijn te horen.
Zo laken bepaalde
richtingen, zich beroepend op Carnap, de metafysica omdat haar
uitspraken niet experimenteel verifieerbaar zijn.6
Maar
de eis van toepasbaarheid van dit beginsel op de ganse werkelijkheid,
verkapt eigenlijk de overtuiging van de (na-)maakbaarheid van de
werkelijkheid. In het Logisch Positivisme, het fysicalisme en het
microreductionisme, hebben we aldus te maken met het gevaar van de
misvatting waarvoor onder meer Augustinus, Kant, Spinoza en Gödel
waarschuwen. Daar acht de mens zichzelf God. Hij is dat niet, zegt
Spinoza, want hij is niet 'zijn eigen oorzaak' (- 'causa sui').7
(Wordt vervolgd)
(J.B., 26 oktober
2023)
1AUGUSTINUS,
Aurelius, A treatise on faith and the creed (De fide et symbolo),
Christian Classics Ethereal Library,
Calvin College, updated May 27, 1999:322.
2DE
VOS, H., Kant als theoloog, Het Wereldvenster, Baarn 1968,
pag. 63.
3SPINOZA,
Benedictus, Ethica More Geometrico Demonstrata. Uit het
latijn vertaald en van aantekeningen voorzien door Nico Van
Suchtelen, Wereldbibliotheek, Amsterdam 1979.
4WANG,
Hao, Logical
Journey. From Gödel to philosophy,
The MIT Press, Cambridge, Massachusetts 1996, pag. 14: Gödel
distinguishes creation, in the sense of making something out of
nothing, from construction or invention, in the sense of making
something out of something else.
5INWOOD,
Michael, Heidegger,
Lemniscaat 2000, vertaling: W. de Leeuw (O.U.P., Oxford 1997), pp.
110-111.
6Zie:
AYER, A.J. (editor), Logical Positivism, Greenwood Press,
Westport-Connecticut 1978 (The Free Press, Macmillan, pp. 60-81.
Het
in het westen heersende, positivistische, materialistische
wereldbeeld steunt op het fysicalisme en op het microreductionisme:
het neemt aan dat alleen materie en energie bestaan, alleen datgene
wat (zintuiglijk of logisch-mathematisch uit het zintuiglijke
afgeleid) kan worden waargenomen en dat alles opgebouwd is uit
telkens kleinere bouwstenen, waarbij de meest elementaire zeer zeker
nog niet ontdekt zijn. De opvatting dat deze wezenlijk
energetisch-materiële werkelijkheid gehoorzaamt aan wiskundige en
natuurkundige wetten die derhalve principieel kenbaar zijn met de
menselijke rede, is bijzonder hoopgevend met het oog op het beheersen
van deze werkelijkheid omdat men gelooft dat er aldus op solide
gronden naar gestreefd kan worden om de fataliteit van de menselijke
afhankelijkheid van al het natuurlijke te overstijgen: ziekte en dood
hoeven misschien niet ons lot te zijn als wij maar de moed opbrengen
om er met onze rede, met zelfvertrouwen en met ijver met het hele
mensdom tegenaan te gaan.
Niet
alleen atheïsten zijn vaak deze mening toegedaan zoals beroemde
versregels uit Müllers Winterreise
getuigen: Will kein
Gott auf Erden sein,/Sind wir selber Götter. Ook
gelovigen en meer bepaald christelijke theologen, zijn die
overtuiging toegedaan omdat zij de mens steeds vaker gaan beschouwen
als deelnemer aan Gods schepping, met op de achtergrond het geloof
dat de menswording van God hand in hand gaat met de vergoddelijking
van de mens die dan zoals uitgebeeld door kunstenaars zoals de
schilder Jean Delville verrijst als l'
Homme Dieu want,
zoals de Bijbel leert, zijn wij geschapen naar
Gods beeld en gelijkenis.
Anderen
echter, noemen deze visie hoogmoedig en zo hangen zij een filosofie
aan van de eindigheid die de mens erop wijst dat achter zijn streven
naar zuivere kennis de zondige wil schuilt om aan God gelijk te zijn.
De Duits-Belgische fenomenoloog Rudolf Boehm heeft het streven naar
zuiver theoretische kennis in zijn werk uit 1977, Kritik
der Grundlagen des Zeitalters,
omschreven als hoogmoedig. De waarde van wetenschap kan
pas uitgedrukt worden in termen van haar ultiem nut voor ons, mensen,
en bij uitbreiding de ganse noösfeer. Kennis op zich of kennis
omwille van de kennis is een louter spel en derhalve een monster
omdat de toepasbaarheid van kennis haar ultieme feedback is.
Ook de zogenaamd louter
theoretische kennis ontspoort als zij niet uiteindelijk in functie
van haar toepasbaarheid beoefend wordt. Zelfs en bij uitstek de
wijsbegeerte is er voor ons. Kennis is derhalve noodzakelijk met
kunde verbonden en des te meer voor de geneeskunde geldt dat
haar waarde moet gemeten worden aan haar vermogen om de (menselijke)
gezondheid te herstellen of te handhaven. Zuiver theoretische kennis
zoals de wiskundige, kan over de werkelijkheid niets zeggen en dat
ervoer reeds René Descartes bij de vaststelling dat zowel in de
werkelijkheid als in de droom de som van de hoeken van een
rechthoekige driehoek 180 graden is, waaruit te besluiten valt dat de
zuiver wiskundige kennis en de zuiver theoretische kennis in het
algemeen, zich niets laat gelegen zijn aan het onderscheid tussen
werkelijkheid en droom en dat zij derhalve nietszeggend is - zij is
een louter spel.
De miskenning van de
plicht van het theoretische weten om zich te onderwerpen aan het
oordeel van de mensen in wiens dienst dit weten staat, verbergt zich
in allerlei uitvluchten (en zo bijvoorbeeld worden bepaalde werkingen
van medicijnen heel 'handig' 'bijwerkingen' genoemd) om tenslotte
niet te moeten toegeven dat al te vaak uiteindelijk de nadelen van
een behandeling de baten opheffen. Het beschreven euvel is eigen aan
de fundamenten zelf van onze tijd en het was Rudolf Boehm die
daarover zijn Kritik der Grundlagen des Zeitalters
publiceerde.
Bij uitstek de
geneeskunde is een wetenschap die zich principieel niet
bezondigt aan het weten ter wille van het weten zelf maar bij haar
toepassingen komt zij (alvast in onze contreien) in het vaarwater van
een kapitalistische economie die wél lijdt aan het euvel van de
middeldoelomkering: onze economie produceert om te produceren, zij
groeit om te groeien en deed zij dat niet, dan zou zij kapseizen, wat
zij vandaag ook doet omdat een onvoorziene crisis een rem zet op haar
groei. De rode economie - de planeconomie - blijkt hiertegen veel
beter bestand. De kapitalistische economie corrumpeert wetenschap en
techniek zoals macht waarheid corrumpeert.
Zo ook moet men zich
ervoor hoeden de feiten niet ondergeschikt te maken aan de
wetenschappelijke wetten zoals men doet waar men in zijn religieuze
arrogantie zelfverzekerd en heldhaftig wetenschappelijke bevindingen
van tafel veegt met Bijbelse citaten. Zo bijvoorbeeld werkt een
vaccin niet omdat de wetenschap voorschrijft dat het moet werken: het
werkt als het de afweer stimuleert precies zoals eender welk medicijn
werkt als het ons van een ziekte af helpt. De economie wil dat
vaccins die massaal worden geproduceerd ook worden verkocht en
daartoe moeten ze eerst werken, willen of niet. Hetzelfde geldt voor
de beruchte mondmaskers.1
Derhalve zijn zowel het
geloof in de almacht van het zuiver wetenschappelijk weten als het
geloof in de waarheid van de heilige geschriften in hetzelfde bedje
ziek: telkenmale gaat het om vormen van absolutisme of fanatisme, wat
wil zeggen: het onvermogen om de beperkingen te aanvaarden die nu
eenmaal horen bij het mens-zijn. Mensen zijn geen goden, er bestaat
geen absoluut weten, elke wetenschap die zich beroept op absolute
kennis deelt haar dictatoriaal karakter met de religies waaraan
mensen zich tegen beter weten in onderwerpen zoals de burgers in de
wereld van Georges Orwells dystopische roman 1984 belijden dat
1 opgeteld bij 1 gelijk is aan 3. Zij weten dat dit een onwaarheid is
maar zij belijden deze leugen omdat dit van hen wordt afgedwongen en
waar zij dat doen, manifesteert zich de triomf van de machthebber.
Op een bijzonder
gesofisticeerd verkapte manier sluipt onder de invloed van
machtshonger de leugen ook in de wetenschappelijke bedrijvigheid naar
binnen die dan niet langer nuttig is voor ons maar schadelijk. En de
leugen wordt gekenmerkt door haar neiging zich te verbergen, wat vrij
vertaald betekent dat zij het open debat schuwt: zij gelooft dat zij
met haar autoriteit de bevindingen en de meningen die haar
tegenspreken, de autoriteit van de waarheid kan overtreffen maar dat
laatste is uiteraard een gevaarlijke vorm van waanzin.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 26 oktober
2023)
1Zie
ook: J. Bauwens, Panopticum Corona, pp. 922-924.
25-10-2023
Wat met osteopathie? Aflevering 1
Wat
met osteopathie?
Aflevering
1
De
arts Andrew Taylor Still (1828-1917), tevens chirurg in de
Amerikaanse burgeroorlog (1861-1865) waarin hij overigens ook ijverde
voor de afschaffing van de slavernij, stichtte in Kirksville
(Missouri) de American School of Osteopathy (de huidige A.T.
Still University). In die oorlog stierven zijn vrouw en vier
kinderen door hersenvliesontsteking. De idee dat ziekten konden
verwekt worden door microben was er pas met Robert Koch die er in
1905 de Nobelprijs voor kreeg en het eerste antibioticum,
penicilline, werd pas in 1928 ontdekt (door A. Fleming) terwijl de
toenmalige behandelmethode van meningitis met kwik(I)chloride vaak
leidde tot vergiftiging. Still spendeerde de rest van zijn leven aan
het zoeken naar een minder schadelijke en meer effectieve
geneeswijze. Om de anatomische structuur en de functie bloot te
leggen van weefsels, werkte Still op lijken. Wellicht vanuit zijn
methodistische achtergrond1
kantte hij zich tegen het (metafysisch) materialisme dat alles ziet
als opgebouwd uit materie (en energie) en dat de geest beschouwt als
een product van de hersenwerking.2
Still liet zich inspireren door de tegenhanger ervan: het (vooral
door Berkeley uitgewerkte) spiritualisme dat, geheel andersom, de
stof beschouwt als een verschijningsvorm van de geest.
Dat laatste is niet
zonder belang voor een eventuele verdediging van alvast zekere
facetten van de osteopathie als een legitieme vorm van geneeskunde en
wel hierom, dat het materialistisch wereldbeeld niet zo
vanzelfsprekend is als vandaag vaak wordt aangenomen: de kritiek op
het fysicalisme en het microreductionisme die aan de grondslag ervan
liggen, dateert van de vierde eeuw en is even grondig als overtuigend
omdat het succes van het bekritiseerde wereldbeeld alles te maken
heeft met een jammerlijke doch bijzonder hardnekkige denkfout.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 25 oktober
2023)
1Dit
protestants geloof richt zich op de Bijbel; onder meer het sterk
door de barmhartigheid geïnspireerde Leger des Heils is er een
voortvloeisel van.
2Materialisme
kan gedefinieerd worden als: die opvatting
welke voorhoudt (1°) dat het wezen van al het zijnde enkel bepaald
wordt door de stoffelijkheid, en dus niet door een beginsel (zoals
God of de ideeën) dat het zijnde in kwestie eerst fundeert, en (2°)
dat het gedrag van al het zijnde enkel bepaald wordt door
oorzakelijkheid. (Materialismus
(von: Materie), die Anschauung, dasz alles, was ist, nicht bestimmt
sei durch etwas, das von u. über allem sinnlich Erfahr- u.
Begreifbaren dieses erst begründet (Gott, Geist, Weltvernunft,
Ideen), sondern in seinem Sein nur bestimmt sei durch Stofflichkeit
(Materialität), in seinem Verhalten nur durch
Wirkungsursächlichkeit (Kausalität). - Gegensatz: Spiritualismus.
Zie ook: Bauwens, Jan, Trans-atheïsme. Een
christelijk geïnspireerde verrijzenis uit het hedendaags
materialisme. (Bijgewerkte versie van de tekst, gedateerd: JUNI
2003), Serskamp 2003, pp. 27v.
24-10-2023
LUDO NOENS: SIGNALEN UIT EEN VERZWEGEN WERELD
LUDO NOENS: SIGNALEN UIT EEN VERZWEGEN WERELD
20-10-2023
Het lezen waard: Lieven Debrouwere: het-coronaraadsel
Iedereen
denkt te weten wat vakidiotie is maar kennelijk slagen maar weinigen
erin om deze vorm van onverstand ook nog te herkennen als hij zich
voordoet, getuige de aperte onfrisse onenigheid onder deskundigen
ter gelegenheid van de jongste pandemie waardoor het krediet dat de
(medische) wetenschap altijd al had genoten wereldwijd, een
historische deuk heeft gekregen waarvan zij nog steeds niet helemaal
bekomen is en ten gevolge waarvan sommigen gaan vrezen dat haar een
gelijkaardig lot is beschoren als de (katholieke) kerk.
De
verregaande specialisatie van vele samenwerkende individuen die zich
in de menselijke noösfeer voltrekt, bereikt een grotere
vruchtbaarheid of functionaliteit naarmate de verschillende
bedrijvigheden erin slagen om naadloos aansluiting te vinden bij
elkaar, wat wil zeggen: in de mate dat zij optimaal georganiseerd
zijn, en dat laatste betekent dat zij een organisatie moeten vormen
en wel naar het voorbeeld van een orgaan of zelfs van een organisme.
Functionaliteit of vruchtbaarheid als zodanig bereikt een climax in
de biosfeer of de sfeer van de levende organismen, die de dode
stoffen verenigen tot cellen, cellen tot weefsels, weefsels tot
organen en organen tot levende wezens maar die overtreffen dan ook
nog eens zichzelf door zich middels hun bewustzijn onderling te
organiseren tot groepen en uiteindelijk tot de wereldgemeenschap.
Dat
wil meteen zeggen dat daar waar de onderlinge aansluiting van de
verschillende entiteiten niet naadloos is, het systeem als zodanig
mank loopt, desintegreert en verdwijnt zoals dat ook het geval is met
organen en weefsels waaruit de orde verdwijnt, wat betekent dat er
niet langer wordt samengewerkt en in dat geval zullen het organisme,
de organen, de weefsels en de cellen gewoon rotten. Jammer genoeg
gebeurt dat vandaag bij de helft van de mensen en wel in gevolge de
vermeende productie van 'welvaart'.
Dit
rottingsproces inzake organisaties betekent de desintegratie van de
verschillende onderdelen en dat wil zeggen dat de elementen niet
langer onderling communiceren, dat ze terugvallen op zichzelf en zich
als het ware in zichzelf opsluiten: zij doen alleen nog wat onwetende
cellen doen, namelijk eten, groeien en afval (gif) produceren: zij
worden kankercellen. En het equivalent van de kankercellen in het
maatschappelijk verband zijn ongetwijfeld de vakidioten: kanker
betekent voor een levend wezen wat vakidiotie is voor een
organisatie. De vakidioot probeert zijn inzichten op te dringen aan
mensen die kijken door een heel andere bril en als ook zij vakidioten
zijn, wordt er niet langer samengewerkt maar geconcurreerd. Edoch, er
is nog een veel belangrijker aandachtspunt.
Waar
specialisatie en samenwerking zijn, is immers nog steeds geen sprake
van multidisciplinariteit: die slaat namelijk niet op het samen
bestaan van verschillende disciplines en zelfs niet op het onderling
interageren ervan. Van multidisciplinariteit kan pas sprake zijn waar
verschillende disciplines beheerst worden en die beheersing gebeurt
noodzakelijk door mensen. Meer bepaald geldt voor
multidisciplinariteit dat de beheersing van verschillende disciplines
zich moet verenigen in een persoon, waar ze in feite samenkomen in
zijn hersenen of in zijn gedachten, in zijn kennis. De kennis van de
ene discipline ontmoet de kennis van een andere discipline pas in
iemands hersenen en eerst daar zorgt het samenkomen van verschillende
kennisgebieden voor een vermenigvuldiging van die kennis, die dan
veel meer wordt dan de som van twee of meer vakgebieden naast elkaar.
Immers,
men stelt zich al te gauw tevreden met de idee dat
multidisciplinariteit bereikt wordt van zodra men specialisten van de
meest uiteenlopende pluimages rond één en dezelfde tafel kan zetten
en wat betreft de geneeskunde: als men een team ter beschikking heeft
met daarin een massa aan medici die elk een heel klein stukje kennen
van de totale mens want samen moeten die er wel alles over weten.
Edoch, hier wordt exact dezelfde denkfout gemaakt als onze politici
vandaag doen (en overigens altijd al gedaan hebben) en zo
bijvoorbeeld zeggen onze onderwijsministers: we hebben nu een nieuwe
methode van onderricht uitgevonden; de leerlingen moeten niets meer
uit het hoofd leren, ze moeten alleen nog weten waar ze alles kunnen
vinden! Alsof het volstond om toegang te hebben tot een database
teneinde kennis te hebben. Als dat ook nog eens waar was, dan was de
hoofdbibliothecaris van de boekentoren ongetwijfeld de verstandigste
mens van Vlaanderen.
Een
halve eeuw geleden, in een college ergens te lande, spelde een oude
pater Jezuïet in het dagelijkse uurtje godsdienst aan zijn
leerlingen de volgende les: Waar moet gij op letten als ge in
nood zijt en ge zoekt hulp? Twee zaken, kindertjes! Niet één maar
wel twee zaken! En dat zijn de volgende. Vooreerst moet ge u wenden
tot iemand met kennis van zaken. Met buikpijn moet ge niet naar een
handlezer gaan! Hoort gij dat goed? We zijn nu in het jaar 1973 maar
nog altijd sterven massa's mensen door bijgeloof, mensen die gered
hadden kunnen worden. Erg voor mensen die niet naar een dokter toe
kunnen omdat er geen dokter is of omdat zij die niet kunnen betalen,
maar nog veel erger voor mensen die dat wel kunnen maar die liever
naar een astroloog gaan of naar een pendelaar! Dus onthoud het goed:
met maagpijn gaat gij naar een dokter toe, iemand die geneeskunde
gestudeerd heeft!
De
pater Jezuïet kijkt of zijn leerlingen nog volgen, hij herademt en
gaat door: Raadpleeg iemand met kennis van zaken, dat is dus de
eerste regel die gij in acht moet nemen. Maar luister nu goed: er is
nog een tweede regel en die is zo mogelijk nog belangrijker dan de
eerste. Heeft er iemand een idee? Niemand? Luister nu dus maar heel
goed!
De
leerlingen zetten zich schrap, de pater vervolgt: Degene die
gij raadpleegt moet kennis van zaken hebben maar alleen kennis van
zaken volstaat niet: een raadgever moet u niet alleen kùnnen
helpen, hij moet het ook nog willen
doen! Ja, gij hoort mij goed want het is geen vanzelfsprekendheid dat
mensen hun kennis gebruiken om het goede te doen! Steeds vaker
gebruiken mensen hun kennis... niet om anderen te helpen maar om er
zichzelf mee te verrijken en andere mensen te bedriegen! Kennis is
een verrukkelijk goed... als die ook nog in goede handen is en
vanzelfsprekend is dat niet: wetenschap en techniek worden in één
adem genoemd met de vooruitgang maar als de ethiek ontbreekt, dient
de kennis om wapentuig te fabriceren!
De
leerlingen zijn nu een en al aandacht. Wat de pater zegt, lijkt
eenvoudig maar dat is het allerminst. En hij opent nu zijn doos met
voorbeelden: Er bestaan malafide artsen die u kunnen maar niet
willen helpen omdat het hun eerste zorg is om zich middels uw ziekte
te verrijken en zij houden u aan het lijntje en dan doen ze uiteraard
het tegenovergestelde van datgene waarvoor zij gestudeerd hebben want
ze hebben er baat bij dat gij ziek zijt en dat ge ziek blijft
omdat ge dan op consultatie blijft
komen en pillen blijft
nemen. Steeds meer artsen schrijven hun patiënten verslavende
middelen voor en het gebeurt wel in die mate dat vandaag een vierde
van alle mensen in de geïndustrialiseerde wereld geregeld
tranquillizers nemen, pepmiddelen, slaappillen, pijnstillers of
antidepressiva en de farmaceutische industrie, die hier een
gigantische bedrijvigheid vertegenwoordigt, zou iedereen wel kunnen
helpen maar het hoofddoel wordt steeds vaker winst... en dus mensen
ziek maken!
Knoop
het dus goed in uw oren: niet één doch twéé voorwaarden moeten
voldaan zijn als gij bij iemand om hulp gaat: de helper moet u kunnen
helpen maar hij moet dat ook nog willen
doen en die tweede voorwaarde wordt mettertijd belangrijker om in het
oog te houden omdat de wereld onmenselijker wordt onder invloed van
de nieuwe religie, het bijgeloof aan de mammon. Hebt gij dat allemaal
goed begrepen?
Een
halve eeuw later, in het jaar 2023, blokken de kranten: Artificiële
intelligentie belt eenzame ouderen in Madrid
en in het artikel leest men: Oudere mensen
zullen automatisch worden opgebeld. De stem van de AI zal bijzonder
realistisch klinken.1
Inderdaad, met kennis,
met wetenschap, met artificiële intelligentie worden de oudjes in de
waan gebracht dat iemand naar hen luistert, ja, dat een medemens
medelijden met hen heeft en weldra iets zal doen om hen uit hun
benarde situatie te bevrijden. Misschien zal hij of zij de betrokken
senior wel een bezoekje brengen? Misschien zal die er wel voor zorgen
dat de maaltijden morgen wat steviger worden want van een budget van
twee euro daags kan men zich bezwaarlijk gezond voeden? Misschien zal
hij of zij, hem of haar wel weghalen uit dat vervloekte tehuis en
worden de ouderen dan elders ondergebracht waar zij niet zo betutteld
worden alsof zij kleine kleuters waren? Wie zal het zeggen!
Edoch, artificiële
intelligentie belt niemand op want artificiële intelligentie is geen
mens, artificiële intelligentie denkt niet na en voelt ook niet,
maakt geen plannen en zeker geen plannen om bij de 'gesprekspartner'
op bezoek te komen, laat staan om die bij te springen en uit zijn
benarde toestand te bevrijden. Artificiële intelligentie is een
louter instrument, een ding dat doet alsof het spreekt en luistert,
meeleeft en belooft. Het doet alsof, het is een stukje
hoogtechnologie bedoeld om anderen laag te houden, om hen om de tuin
te leiden, rustig te houden, op het verkeerde been te zetten, te
manipuleren of in een waan te brengen die alleen profijt bezorgt aan
wie het technologisch snufje in kwestie kopen en verkopen.
En is dit niet de te
verwachten logische stap na de aan de gang zijnde ontmenselijking van
de mens? Want aan de kassa van het warenhuis zit een juffrouw zich
zwaarlijvig te drinken in de cola terwijl zij voldoet aan de eis van
haar werkgever: zij glimlacht, rekent af en wenst de klant die zij
van haar noch pluimen kent, een fijne dag. Het is niet uitgesloten
dat die wens vanuit het diepste van haar hart komt maar (en nu volgt
een paradox:) veel waarschijnlijker is het dat zij zich gedraagt
precies zoals het door haar baas van haar wordt gevraagd, wat wil
zeggen: als een robot want zij is tenslotte ook maar een mens. De
kassajuf maar ook de gerant, de rekkenvullers, de mensen aan de
beenhouwerij, de bakkers in de winkels en de leraren op school, de
politiemensen op straat, de dokters en de advocaten, kortom allen die
aan de slag zijn in een maatschappij die doet denken aan wat
Dostojevski typeerde als het 'kristallen paradijs', waarmee de grote
automaat bedoeld wordt waarop de staat is gaan gelijken en waarvan
wij allen steeds vaker louter onderdelen zijn, ontmenselijkte mensen
en derhalve massamensen, in de economie elkaar beconcurrerende
automaten die gestaag evolueren naar in de oorlog elkaar dodende
soldaten.
De
robot of de niet-mens die onvermijdelijk de onmens is, volgt
logischerwijze uit de mens als die ontmenselijkt wordt en zo ziet men
na de rage van de modepoppen, zoals vrouwen maar ook mannen steeds
vaker worden getypeerd, dat echte poppen nu hun plaats gaan innemen.
Bejaarde doch stinkend rijke potentaten pronken op de foto met aan
hun zijde een jeugdige filmster; zij geven alle anderen het nakijken
maar dat doet de filmster op den duur ook met hen omdat zij nu
eenmaal werd betaald om te acteren en omdat zij daar ook mee ophoudt
als de input stopt of als een concurrent van haar bestuurder méér
biedt.
De
eerste fase is dus die waarbij mensen onder druk van het bestuur van
geld en macht zichzelf herleiden tot in dit geval een modepop en in
de tweede fase die daar logischerwijze op volgt, houden mensen gewoon
op met trouwen en schaffen zij zich een pop aan van plastiek die
echter échter lijkt dan de onbetaalbare eega van de potentaat.
Inderdaad, steeds meer jonge mensen
blijven single en getrouwde koppels slapen apart.2
In de kranten leest men almaar vaker: Mannen en vrouwen
weten niet meer hoe ze elkaar kunnen verleiden. Maar ook de virtuele
en fictieve wereld waarin velen leven is een rem. Jongens worden
verliefd op manga-figuren. Fysiek contact in het openbaar is taboe.3
Prostitutie, telefoonseks en sekspoppen van siliconen nemen de plaats
in van de onder druk van de hegemonie van het geld sowieso al
geacteerde partners.4
Zelfs filosofieprofessor Etienne Vermeersch geloofde in het
zogenaamde Turing-criterium: van een machine moet aangenomen worden
dat zij kan denken vanaf het ogenblik dat men niet langer in staat is
om (in casu: bij contact middels chatten) de machine erop te
betrappen dat zij géén mens is. En is dit niet de omgekeerde
wereld?
Jawel,
op geacteerde partners of ontmenselijkte mensen volgt geheel
logischerwijze de Artificial Intelligence want met die
ronkende titel pakken de sales managers van die perverse
producten uit terwijl zij het vervolg van de ontmenselijkte mensen op
de markt brengen en dat zijn de niet-mensen, de robots. Gij hoort het
goed en het is de klaspater van weleer die ons vanuit het graf herinnert
aan de les: Het lijkt er hoe langer hoe meer op dat de robots
die volgen op de ontmenselijkte mensen, waarachtig intelligent zijn
en als geen ander kennis van zaken hebben maar het staat als een paal
boven water dat al wie dat geloven en het bovendien slikken dat zij
ook nog de wil hebben
om te helpen, de bal helemaal mis slaan: van een wil kan daar slechts
sprake zijn in de zin waarin men ook aan een valstrik een wil kon
toeschrijven want in wezen gaat het hier om uiterst bedrieglijke
tuigen, koelbloedige moordtuigen zelfs, geprogrammeerd om bij hun
cliënten - zeg maar slachtoffers - dezelfde waan te creëren die het
lokaas schept voor de vis net vooraleer die toehapt en aan de hengel
bengelt!
In
de vierde eeuw beschreef Augustinus van Hippo drie stadia in de
menselijk evolutie gezien door de bril van wat de katholieke
theologie zou worden. Het eerste stadium dateert van voor de
zondeval, waarin de mens nog vrij was om te "kunnen
zondigen", hij kon immers nog steeds kiezen om al dan niet
van de boom van de kennis van goed en kwaad te eten. Dit was het
stadium van "posse peccare". Edoch, eenmaal hij
gegeten had van de appel, eenmaal hij ongehoorzaam geweest was,
eenmaal hij gezondigd had, was hij eens en voorgoed een zondaar en
kon hij er niet meer voor kiezen om niét te zondigen: hij was niet
langer totaal vrij. Dit
tweede stadium is volgens Augustinus het stadium van het "niet
(meer) kunnen niet zondigen"of "non posse
non peccare". Als derde en laatste stadium zag Augustinus
het stadium van na de wederkomst van Christus op de nieuwe aarde waar
mensen niet meer kunnen (en ook niet meer willen) zondigen, het
stadium van het "non posse peccare"dat
het paradijs in glorie nog zou overtreffen.
Wij
willen Augustinus niet naar de kroon steken maar de werkelijkheid van
alledag toont overtuigend en jammer genoeg aan dat het derde stadium
van het "niet (meer) kunnen zondigen" of het non
posse peccarezich nu inderdaad aandient, maar dan
helemaal niet in die betekenis die Augustinus eraan gaf. Immers, niet
Christus is teruggekomen maar wel Lucifer en de nieuwe aarde
overtreft het paradijs van weleer ook niet, zij is daarentegen de hel
zelf met al haar attributen, het vuur en de duivels incluis. Het "non
posse peccare" is er nu immers in de ooit ondenkbare
betekenis van het allergrootste kwaad waarbij alle waarden omgekeerd
werden, gehoor gevend naar het gebod: "De duivel ziet u, hier
vloekt men niet". En men moet blind zijn om dit niet te
zien.
"Orde
der Artsen wil dat u uw dokter verwittigt wanneer u een consultatie
opneemt met smartphone"1,
zo blokt HLN van
gisteren en dat wil zeggen dat voortaan iedereen gecontroleerd wordt
en wel door iedereen
en ook nog met betrekking tot alle gestelde en niet gestelde
handelingen en gesproken én niet gesproken woorden. De camera's alom
en het BurgerInformatieNetwerk met als het op de planken naar binnen
geslopen motto van "iedereen spion van
iedereen", blijkt helemaal niet de
uitkomst van de veiligheid die men oorspronkelijk beweerde na te
streven maar wel die van het waterdichte wantrouwen: het vertrouwen
immers werd definitief onmogelijk gemaakt, iedereen gaat nu
principieel altijd en overal bij de duivel te biechten en men kan
zich het beste de situatie voorstellen van de biechteling in de
biechtstoel waarin de biechtvader werd vervangen door een camera die
de bekentenissen opneemt en ook stante pede
uitzendt naar de verste uithoeken der aarde
(op ieders smartphone en pc).
Hiermee rijft de sluwe
Lucifer uit Vondels gelijknamige toneelspel de overwinning binnen met
als resultaat het einde van de vrijheid, wat nota bene ook het einde
is van de mens. In het jaar 1654 beschrijft Joost van den Vondel hoe
Lucifer, aangesteld als stadhouder over de schepping, het afkeurt dat
God de engelen, die toch zuivere geesten zijn, de opdracht geeft om
de mens die deels van stof is, te dienen. In zijn Lucifer schreeuwt
de jaloerse Belzebub het uit nadat de gezant Apollion verslag
uitbracht over hoe de mens door de schepper op handen wordt gedragen:
"Men zou ons
Paradys om Adams hof verwenschen.
't Geluck der
Engelen moet wycken voor de menschen'."
Uiteraard
is de bovenstaande gedachtegang oneigenlijk: de eigenschap van
sterfelijkheid of onsterfelijkheid is irrelevant met betrekking tot
de idee 'mens'. Een idee kan niet sterfelijk of onsterfelijk
zijn, evenmin als een vorm, een archetype, het DNA van een soort of
een getal: al die zaken zijn immaterieel, zij hebben een stoffelijk
en derhalve een vergankelijk medium nodig dat bovendien verwisselbaar
is maar hun essentie is onstoffelijk van aard. En dat houdt uiteraard
in dat zowel de zondeval waarmee Adam de mens als zodanig sterfelijk
zou hebben gemaakt als het verlossingswerk waarmee de 'tweede Adam'
de onsterfelijkheid van 'de' mens hersteld zou hebben, irrelevant
zijn: de eigenschappen van sterfelijkheid of onsterfelijkheid zijn
irrelevant met betrekking tot ideeën en de theorieën van zondeval
en verlossing zijn in dat licht nog maar moeilijk te begrijpen.
Vandaar
moet dan ook een onderscheid gemaakt worden tussen enerzijds de
mensheid en anderzijds de mens of de idee 'mens' en de
mensheid moet dan noodzakelijkerwijze gezien worden als een nieuw,
stoffelijk organisme, bestaande uit al de stoffelijke mensen. Het
gaat niet om de soort of om het soortbegrip maar om het tot stand
komen of het opnieuw tot stand komen van een organisme, namelijk het
lichaam van een nieuw wezen - de mensheid - waartoe alle
afzonderlijke menselijke individuen dienst doen als cellen.
Onmiddellijk
moet hierbij opgemerkt worden dat het nieuwe wezen dat aldus tot
stand komt en dat de hele aarde zou omvatten, zal gekarakteriseerd
worden door een specifieke orde waaraan al de afzonderlijke cellen
gehoorzamen en die orde wordt tot stand gebracht en in stand gehouden
door regels en wetten. Gaat het om puur natuurlijke wetten, meer
bepaald om de wetten van de jungle gehoorzamend aan het recht van de
sterkste, dan kan er bezwaarlijk sprake zijn van een nieuw lichaam
omdat het geheel van alle mensen dan gewoon resulteert in de soort.
Gaat het om een totalitair systeem dat gehoorzaamt aan een potentaat,
dan worden alle cellen geëgaliseerd tot een massa van volgelingen,
robots of soldaten. Is er echter sprake van een gecoördineerd
samenwerkingsverband tussen alle cellen die functionele weefsels en
organen vormen, dan kan men misschien al spreken over 'een mensheid'.
Nu
is er helemaal geen religie nodig en zeker geen christendom om 'een
mensheid' in een of andere vorm tot stand te brengen: het communisme
streeft met het wereldcommunisme exact hetzelfde na als de
Islamitische Staat, het Katholicisme en de liberale wereldhandel die
zich vertrouwt op de 'onzichtbare hand' van Adam Smith. Maar allemaal
willen zij dat iedereen hùn ideologie aanneemt. In het geval waarbij
alle individuen gekerstend zijn, zou het zogenaamde verrezen lichaam
van Christus tot stand komen. Waar allen zich tot het communisme
bekeren, wordt de wereld één staat zoals beschreven door Orwell in
zijn 1984. En ook de theocratieën streven de
wereldheerschappij na. Het resultaat is echter nimmer de mensheid
onder een of andere ideologie maar wel een strijd van de aanhangers
van de vele verschillende ideologieën en dat wil zeggen: oorlog.
(J.B.,
14 oktober 2023)
13-10-2023
Plato en de opstanding (aflevering 5)
Plato
en de opstanding (aflevering 5)
Het
geloof in de opstanding van het vlees is eigen aan de Zoroastriërs
uit Perzië (het huidige Iran - Zarathustra leefde ca. 1000 voor
Christus en vandaag telt het Zoroastrisme nog steeds ca. 300.000
gelovigen) en aan de religies van het Boek, dat wil zeggen: het
jodendom, het christendom en de islam maar niet alle joden geloven in
de opstanding (de farizeeën deden dat, de sadduceeën echter niet)
en ook in het christendom wordt over de opstanding niet veel gezegd,
behalve dan bij Paulus in zijn brieven aan de Korintiërs (1
Korintiërs 15:12-581)
en aan de Romeinen (Romeinen 4:23-252
en Romeinen 10:93)
en het
Paulinische christendom is dan ook de kern van het katholicisme. De
derde-eeuwse exegeet Origenes (die Mattheüs 19:124
toepaste en zichzelf castreerde) heeft het over de verrijzenis in
een vergeestelijkte mens en niet over de verrijzenis van het vlees,
de kerkvader Methodius van Olympos (311) spreekt over de
verrijzenis als over het het opnieuw 'gieten' van de mens, die door
de dood 'gesmolten' is, in zijn oorspronkelijke 'vorm' en de heilige
Gregorius van Nyssa (335-394) ziet, zoals ook Paulus, de verrijzenis
als een herstelproces: zoals de zonde van Adam de mens sterfelijke
maakte, zo is Christus de tweede Adam die door het uitboeten van de
zonde aan de mens zijn staat van onsterfelijkheid teruggeeft.
Echter,
men kan zich hierbij de bedenking maken dat hier niet de persoonlijke
onsterfelijkheid van elke mens bedoeld kan worden aangezien de
voorgestelde vergelijking wat betreft het eerste deel slaat op Adam
en derhalve op de mensheid als zodanig die ten val komt, zodat ook
met het tweede deel van de vergelijking, namelijk betreffende de
verlossing en de opstanding, niet de afzonderlijke mensen bedoeld
kunnen worden maar wel opnieuw de mensheid als zodanig die dan immers
via het als kerk verrezen lichaam van Christus diens eeuwig leven of
diens onsterfelijkheid realiseert.
Dat
laatste brengt ons terug bij Plato's vormenleer en bij de gedachte om
de individuele mensen te beschouwen als onvolmaakte en vergankelijke
emanaties van de volmaakte en onsterfelijke idee 'mens'.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
13 oktober 2023)
1
1 Korintiërs 15:12-58, Statenvertaling: 12
Indien nu Christus gepredikt wordt, dat Hij uit de doden opgewekt
is, hoe zeggen sommigen onder u, dat er geen opstanding der doden
is?/13 En indien er geen opstanding der doden is, zo is Christus ook
niet opgewekt./14 En indien Christus niet opgewekt is, zo is dan
onze prediking ijdel, en ijdel is ook uw geloof./15 En zo worden wij
ook bevonden valse getuigen Gods; want wij hebben van God getuigd,
dat Hij Christus opgewekt heeft, Dien Hij niet heeft opgewekt, zo
namelijk de doden niet opgewekt worden./16 Want indien de doden niet
opgewekt worden, zo is ook Christus niet opgewekt./17 En indien
Christus niet opgewekt is, zo is uw geloof tevergeefs, zo zijt gij
nog in uw zonden./18 Zo zijn dan ook verloren, die in Christus
ontslapen zijn./19 Indien wij alleenlijk in dit leven op Christus
zijn hopende, zo zijn wij de ellendigste van alle mensen./20 Maar
nu, Christus is opgewekt uit de doden, en is de Eersteling geworden
dergenen, die ontslapen zijn./21 Want dewijl de dood door een mens
is, zo is ook de opstanding der doden door een Mens./22 Want gelijk
zij allen in Adam sterven, alzo zullen zij ook in Christus allen
levend gemaakt worden./23 Maar een iegelijk in zijn orde: de
eersteling Christus, daarna die van Christus zijn, in Zijn
toekomst./24 Daarna zal het einde zijn, wanneer Hij het Koninkrijk
aan God en den Vader zal overgegeven hebben; wanneer Hij zal te niet
gedaan hebben alle heerschappij, en alle macht en kracht./25 Want
Hij moet als Koning heersen, totdat Hij al de vijanden onder Zijn
voeten zal gelegd hebben./26 De laatste vijand, die te niet gedaan
wordt, is de dood./27 Want Hij heeft alle dingen Zijn voeten
onderworpen. Doch wanneer Hij zegt, dat Hem alle dingen onderworpen
zijn, zo is het openbaar, dat Hij uitgenomen wordt, Die Hem alle
dingen onderworpen heeft./28 En wanneer Hem alle dingen zullen
onderworpen zijn, dan zal ook de Zoon Zelf onderworpen worden Dien,
Die Hem alle dingen onderworpen heeft, opdat God zij alles in
allen./29 Anders, wat zullen zij doen, die voor de doden gedoopt
worden, indien de doden ganselijk niet opgewekt worden? Waarom
worden zij voor de doden ook gedoopt?/30 Waarom zijn ook wij alle
ure in gevaar?/31 Ik sterf alle dagen, hetwelk ik betuig bij onzen
roem, dien ik heb in Christus Jezus, onzen Heere./32 Zo ik, naar den
mens, tegen de beesten gevochten heb te Efeze, wat nuttigheid is het
mij, indien de doden niet opgewekt worden? Laat ons eten en drinken,
want morgen sterven wij./33 Dwaalt niet. Kwade samensprekingen
verderven goede zeden./34 Waakt op rechtvaardiglijk, en zondigt
niet. Want sommigen hebben de kennis van God niet. Ik zeg het u tot
schaamte./35 Maar, zal iemand zeggen: Hoe zullen de doden opgewekt
worden, en met hoedanig een lichaam zullen zij komen?/36 Gij dwaas,
hetgeen gij zaait, wordt niet levend, tenzij dat het gestorven
is;/37 En hetgeen gij zaait, daarvan zaait gij het lichaam niet, dat
worden zal, maar een bloot graan, naar het voorvalt, van tarwe, of
van enig der andere granen./38 Maar God geeft hetzelve een lichaam,
gelijk Hij wil, en aan een iegelijk zaad zijn eigen lichaam./39 Alle
vlees is niet hetzelfde vlees; maar een ander is het vlees der
mensen, en een ander is het vlees der beesten, en een ander der
vissen, en een ander der vogelen./40 En er zijn hemelse lichamen, en
er zijn aardse lichamen; maar een andere is de heerlijkheid der
hemelse, en een andere der aardse./41 Een andere is de heerlijkheid
der zon, en een andere is de heerlijkheid der maan, en een andere is
de heerlijkheid der sterren; want de ene ster verschilt in
heerlijkheid van de andere ster./42 Alzo zal ook de opstanding der
doden zijn. Het lichaam wordt gezaaid in verderfelijkheid, het wordt
opgewekt in onverderfelijkheid;/43 Het wordt gezaaid in oneer, het
wordt opgewekt in heerlijkheid; het wordt gezaaid in zwakheid, het
wordt opgewekt in kracht./44 Een natuurlijk lichaam wordt er
gezaaid, een geestelijk lichaam wordt er opgewekt. Er is een
natuurlijk lichaam, en er is een geestelijk lichaam./45 Alzo is er
ook geschreven: De eerste mens Adam is geworden tot een levende
ziel; de laatste Adam tot een levendmakenden Geest./46 Doch het
geestelijke is niet eerst, maar het natuurlijke, daarna het
geestelijke./47 De eerste mens is uit de aarde, aards; de tweede
Mens is de Heere uit den Hemel./48 Hoedanig de aardse is, zodanige
zijn ook de aardsen; en hoedanig de Hemelse is, zodanige zijn ook de
hemelsen./49 En gelijkerwijs wij het beeld des aardsen gedragen
hebben, alzo zullen wij ook het beeld des Hemelsen dragen./50 Doch
dit zeg ik, broeders, dat vlees en bloed het Koninkrijk Gods niet
beërven kunnen, en de verderfelijkheid beërft de
onverderfelijkheid niet./51 Ziet, ik zeg u een verborgenheid: wij
zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd
worden;/52 In een punt des tijds, in een ogenblik, met de laatste
bazuin; want de bazuin zal slaan, en de doden zullen onverderfelijk
opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden./53 Want dit
verderfelijke moet onverderfelijkheid aandoen, en dit sterfelijke
moet onsterfelijkheid aandoen./54 En wanneer dit verderfelijke zal
onverderfelijkheid aangedaan hebben, en dit sterfelijke zal
onsterfelijkheid aangedaan hebben, alsdan zal het woord geschieden,
dat geschreven is: De dood is verslonden tot overwinning./55 Dood,
waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning?/56 De prikkel nu
des doods is de zonde; en de kracht der zonde is de wet./57 Maar
Gode zij dank, Die ons de overwinning geeft door onzen Heere Jezus
Christus./58 Zo dan, mijn geliefde broeders! Zijt standvastig,
onbewegelijk, altijd overvloedig zijnde in het werk des Heeren, als
die weet dat uw arbeid niet ijdel is in den Heere.
2
Romeinen 4:23-25, Statenvertaling: 23
Nu is het niet alleen om zijnentwil geschreven, dat het hem
toegerekend is;/24 Maar ook om onzentwil, welken het zal toegerekend
worden, namelijk dengenen, die geloven in Hem, Die Jezus, onzen
Heere, uit de doden opgewekt heeft;/25 Welke overgeleverd is om onze
zonden, en opgewekt om onze rechtvaardigmaking.
3
Romeinen 10:9, Statenvertaling: 9 Namelijk,
indien gij met uw mond zult belijden den Heere Jezus, en met uw hart
geloven, dat God Hem uit de doden opgewekt heeft, zo zult gij zalig
worden.
4
Mattheüs 19:12, Statenvertaling: Want
er zijn gesnedenen, die uit moeders lijf alzo geboren zijn; en er
zijn gesnedenen, die van de mensen gesneden zijn; en er zijn
gesnedenen, die zichzelven gesneden hebben, om het Koninkrijk der
hemelen. Die dit vatten kan, vatte het.
11-10-2023
Plato en de opstanding (aflevering 4: Agustinus)
Plato
en de opstanding (aflevering 4: Augustinus)
Een
redelijke benadering van het geloof in een wereld waarin het geloof
ten onrechte als onredelijk afgeschilderd wordt, wordt ons reeds in
de eerste eeuwen na Christus geboden door kerkvaders die gepoogd
hebben om aan de christelijke leer gestalte te geven in een Grieks,
filosofisch denkkader, vooral gebaseerd op Plato en de neoplatonici.
Wellicht de grootste christelijke filosoof uit die vroegere periode,
die de (periode van de) Patristiek genoemd wordt (van het
Latijnse woord pater dat betekent: vader, en dat hier
betekent: kerkvader), is de in Noord-Afrika geboren Aurelius
Augustinus (354-430), bisschop van Hippo (in het huidige Algerije).
Augustinus
noemde zijn eigen jeugd losbandig, en hij zocht naar een verklaring
voor het kwaad. Eerst vond hij die bij de sekte van Mani
(216-276/77), de zogenaamde manicheeërs, in hun uit christelijke en
zoroastrische elementen opgebouwde theorie die stelt dat er zowel een
goede als een kwade god bestond; het kwaad zou alleen door ascese
overwonnen kunnen worden. Op zijn drieëndertigste wordt Augustinus
christen. Hij wil het Christendom in een filosofisch (Platoons en
neo-Platoons) denkkader plaatsen.
God
is het goede, en de bron van alles wat is; de ware werkelijkheid is
geestelijk en de ware gids tot geluk en kennis is de Heilige Schrift.
De ziel is eeuwig, maar zij wordt al dan niet gered in de tijd.
Religie speelt zich af tussen onze ziel, die geschapen is naar Gods
beeld, en God zelf: zelfkennis is daarom een weg naar kennis van God
- het doel van ons bestaan.
God
is de schepper, maar hij grijpt ook in de wereld in. Hij verlicht ons
verstand om de waarheid te kennen. God wordt ons geopenbaard in de
Schrift, maar ook in de orde en de schoonheid van de natuur. Ons
verlangen naar geluk wordt pas bevredigd door onze vereniging met
God.
Het
kwaad is niet (door God) geschapen: het is slechts een tekort aan het
goede, net zoals wanorde een gebrek aan orde is. God bedoelde de mens
als medewerker in vrijheid, en de mogelijkheid tot misbruik van die
vrijheid is een onvermijdelijk gevolg daarvan. De erfzonde deed de
ganse mensheid vallen en maakte haar onderhevig aan verleidingen.
Toch hebben verleidingen de zonde niet veroorzaakt: zij zijn alleen
een gevolg ervan. Bovendien gaf God de mens de middelen om tot
verlossing te komen: hij moet namelijk God aanvaarden.
Het
is de overtuiging van Augustinus dat men eerst moet geloven om te
kunnen begrijpen. Tevens is de rede de mogelijkheidsvoorwaarde tot
het geloof. Naar het beeld van God geschapen, kunnen wij redelijk
denken, maar het is pas door oefening dat wij intelligentie
verwerven. Eerst is er dus rede, dan intelligentie of begrip,
tenslotte geloof. Zoals Plato aantoonde in zijn Meno, is de rede in
staat om te herkennen wat men haar toont: de slaaf Meno 'herinnert
zich' het bewijs van de stelling van Pythagoras; het bewijs is een
waarheid die reeds in zijn ziel aanwezig is, en die hem duidelijk
wordt door de gerichte (zelf)ondervraging. De erfzonde heeft de
onmacht van de rede veroorzaakt. Augustinus zegt: "Begrijp
mijn woorden teneinde te kunnen geloven, maar om te begrijpen, geloof
in het woord van God". Anders uitgedrukt: "Crede ut
intelligas" ("geloof opdat je zou (kunnen)
begrijpen"). Eerst is er het geloof dat als het ware een
vermoeden heeft van de waarheid: het geloof zoekt, en dit zoeken is
noodzakelijk voor het vinden (van de waarheid): "Fides
quaerit, intellectus invenit". Zo is het begrip de beloning
voor het geloof ("Intellectus merces est fidei").
Wat is dan geloven? Geloven in God ("croire en Dieu")
is leven zoals God het wil. Dit is iets anders dan geloven dat God
bestaat ("croire à Dieu"), want dat doet ook de
duivel. Om in God te geloven, moet men eerst God beminnen. Alleen de
gelukzaligen weten wat wij slechts kunnen geloven. Als ge niet
gelooft, zult ge niet vinden; zoekt en gij zult vinden; het zoeken
verschilt van het vinden zoals het geloven verschilt van het
begrijpen; het geloof zoekt, het verstand vindt; het geloof is een
weg naar het kennen of het begrijpen. Want als het zo is dat het
geloof zoekt en het verstand vindt, dan is Diegene die gevonden wordt
zodanig dat, eenmaal Hij gevonden is, men Hem nog zoekt. Onze kennis
van de tijdelijke én van de eeuwige zaken steunt op geloof en hoop:
we kennen het verleden door geloof, de toekomst door hoop, het heden
door geloof in getuigen; het onzichtbare (zoals de Rechtvaardigheid
en de Wijsheid, ) geloven en hopen we ooit te zien, en 'zien' we nu
reeds door het licht van de intelligentie, waarbij de rede even zeker
is als datgene wat we door de rede kennen. Wat we zien met het
verstand is zekerder dan wat we zien met de zintuigen. Altijd wordt
het begrijpen, het denken, gedragen door de liefde voor de waarheid
of de wijsheid (filo-sofie). Daarom is ware filosofie ook
christelijke filosofie. Wat we zintuiglijk kennen is onzeker; wat we
kennen met het verstand is zekerder; maar wat we kennen met het
geloof (de liefde) is het zekerste, en die kennis overtreft alle
argumenten; we ervaren dit in de liefdesverklaring van wie zegt:
"Geloof me, dat ik van je hou".
We
kunnen ons vergissen inzake zintuiglijke kennis, maar we weten wel
zeker dat we 'iets' waarnemen: zelfs als we ons vergissen, mogen we
besluiten dat we bestaan: "Si enim fallor, sum". René
Descartes zal dit 1200 jaar later herhalen. Onze twijfel leidt tot
een zekerheid: wij denken, wij hebben een ziel. Wat is de ziel?
De
mens bestaat uit een lichaam en een ziel, zo stelt Augustinus. De
ziel is reeds volmaakt en onsterfelijk; zij moet het lichaam leiden.
De mens is een redelijke ziel die zich van het lichaam bedient (zoals
de werkman een werktuig bedient) en die het lichaam begeestert. Hoe
de twee verbonden zijn, is een groot mysterie. De ziel bezielt het
lichaam zoals zijzelf bezield wordt door de goddelijke ideeën, en
alleen zo blijft het lichaam in leven. Dat de ziel waarneemt,
betekent dat zij een bepaald gebruik maakt van het lichaam. We kunnen
niet gewaarworden zonder tegelijk te kennen (of waar te nemen):
"sentire non est corporis sed animae per corpus".
Het hogere veroorzaakt het lagere en niet andersom. Het is de ziel
die het lichaam doet leven en doet voelen (ze 'bezielt' het lichaam)
teneinde het deelachtig te maken aan het hogere: de ziel wil het
lichaam laten leven en doen verrijzen. De pijn illustreert dit: het
pijngevoel is een verhoogde aandacht van de (beschermende) ziel voor
het lichaam dat in gevaar verkeert.
De
analyse van de waarnemingskennis toont het bestaan van de ziel aan,
en zo ook toont de analyse van de ziel het bestaan van God aan. Wij
maken onze gedachten immers niet zelf. Ze komen tot ons via woorden,
maar ze vallen er niet mee samen. Het bewijs: soms kan een toehoorder
een woord beter begrijpen dan diegene die het uitspreekt. Men
begrijpt een woord pas als men de betekenis ervan reeds kent. Waar
komt die kennis dan vandaan? Men moet ze in zichzelf ontdekken, zo
zegt Augustinus. Onze woorden en onze leraren kunnen ons slechts
uitnodigen tot het raadplegen van de waarheid in onszelf. Die
waarheid is niet ons eigen bezit, want zij wordt door allen gedeeld,
net zoals het licht, dat geen product is van onze ogen. Dat licht is
God, of Christus. Waarheid vinden is daarom God ontmoeten (het licht
zien). Zoals de zon de dingen belicht voor het oog, zo belicht God de
waarheid voor onze ziel. God is dus het licht van ons verstand. Wij
kunnen zien wat verlicht wordt (het denken), maar wij kunnen ook het
licht zelf zien (de mystiek). Zintuiglijke kennis dient slechts om
ons naar binnen te doen kijken, namelijk naar de ideeën die aan de
oorsprong liggen van de zintuiglijk waargenomen dingen. Het ganse
universum is doordrongen van de goddelijke waarheid, en verkeert in
een perfecte orde, die (afhankelijk van onze graad van volmaaktheid)
gekend kan worden.
Omdat
we moeten zoeken om te kunnen vinden, is ons vinden een herkennen van
wat we al kenden, en van wat we ons herinneren. De ziel zoekt nu haar
eigen natuur, die gelukzaligheid is, en die ze (door de erfzonde)
vergat, te herkennen. De ziel zoekt spontaan het geluk (God) omdat ze
het zich herinnert. Zich God herinneren betekent: aandacht hebben
voor zijn voortdurende aanwezigheid (Alomtegenwoordigheid). God doet
de ziel leven zoals de ziel het lichaam doet leven. Veeleer dan God
te bewijzen, moeten we Hem vinden. Die wijsheid is het einddoel van
onze kennis. Ons leven is een voorbereiding op de mystieke
contemplatie van God; wijsheid is een overgave aan die contemplatie.
Waar wij begeren, doen wij kwaad; het grootste kwaad van de mens is
dat hij zichzelf als einddoel van Gods schepping beschouwt.
Wijsheid
(geweten) en wetenschap (verstand) openbaren dezelfde waarheid, maar
elk op een ander niveau, want eenzelfde licht verlicht het hogere en
het lagere. De mens ondergaat de goddelijke orde maar hij kiest
vrijwillig voor of tegen de morele orde. Anders gezegd: de morele
orde vraagt de vrijwillige medewerking van de mens. Zoals alle
lichamen geordend worden door hun zwaarte, zo ook worden de zielen
geordend door de liefde, die hen naar hun natuurlijke plaats brengt:
de mens wordt door zijn liefde bewogen (ook wanneer hij kwaad doet).
De vraag luidt dus wat hij moet beminnen, met andere woorden: wat is
de deugd? De deugd is: willen wat we moeten willen, beminnen wat we
moeten beminnen. De liefde bepaalt de wil, de wil bepaalt de daad.
Wanneer is een daad goed of slecht? Augustinus zegt dat er geen goede
of kwade passies of voorwerpen zijn, wel zijn er goede en kwade
intenties. Het hoogste goed is de liefde van een persoon voor
een andere persoon. Dit is de 'liefdadigheid': de liefde waardoor men
bemint wat men moet beminnen, en die is gericht op God. In de liefde
tot de dingen, bemint men slechts zichzelf; personen bemint men
daarentegen om henzelf (dit is: 'intrinsiek'). De naastenliefde
steunt op de menselijke gelijkwaardigheid, en zij maakt daarom één.
Deze liefde kent geen maat: "perdre son âme, c'est le
sauver". Wie het hoogste goed bezit, bezit alles. Dit is: de
liefde tot God, of: het mateloze geven van zichzelf ("Deus
charitas est"). "De prijs van het graan is uw geld;
de prijs van een stuk land is uw zilver; de prijs van een parel is uw
grond; maar de prijs van de naastenliefde zijt gijzelf". Dat
betekent: iets is zoveel waard als gij ervoor moet betalen, en het
meest waardevolle is dus datgene waarmee ge met uzelf betaalt. "Uw
schepper eist alles van u" ("Totum exigit te, qui fecit
te"). "Bemin en doe wat je wil" ("Dilige,
et quod vis fac"). Alle moraal vloeit vanzelf voort uit
alles wat uitdrukking geeft aan de liefde van God.
Verwijzingen:
Bovenstaande
tekst komt grotendeels overeen met het zesde hoofdstuk van ons
geschrift, getiteld: Het goede zoeken (Serskamp,
2003). De integrale tekst daarvan vindt men hier:
Augustinus,
Aurelius, A
treatise on faith and the creed (De
Fidei et Symbolo),
Christian Classics Ethereal Library, at Calvin College, upd. 27 May
1999.
Gilson,
E., Introduction
à l'étude de Saint-Augustin,
J. Vrin, Paris 1949.
Plato,
Verzameld
werk,
ingeleid en geannoteerd door X. De Win, DNB,
Antwerpen 1980.
VAN LIBRICIDE NAAR GENOCIDE - Over de uitbraak van WOIII
VAN LIBRICIDE NAAR GENOCIDE - Over de uitbraak van WOIII
Jan Bauwens Serskamp maart 2023
09-10-2023
Plato en de opstanding (aflevering 3)
Plato
en de opstanding (aflevering 3)
Is
het geloof als zodanig vergezocht en verraadt het een paranoïde
ingesteldheid, ja, een geestesziekte, zoals sommigen het stellen? Een
soort van achterdocht, een wantrouwen tegenover al datgene wat voor
de hand ligt en het zoeken naar een andere betekenis daarachter,
misschien ook omdat men stiekem hoopt op een verrassing van formaat
die 'eindelijk' een antwoord kon bieden op de duisternissen van
onwetendheid en wanhoop waarin mensen dan toch verstrikt en verstikt
zitten sinds het begin der tijden, zoals onder meer de oude
tragediespelen het verraden welke de contraproductiviteit van al ons
streven etaleren?
Plato
is lang niet de enige die de materiële, zintuiglijke en zo
vergankelijke wereld wantrouwt om daarachter dan te gaan zoeken naar
een andere, hogere en onvergankelijke werkelijkheid. In de vierde
eeuw (na Christus) heeft Augustinus van Hippo hem herhaald met zijn
symbolisme, zijn leer over de schepping als symbool van een
daarachter verborgen goddelijke realiteit die ontdekt wil worden -
een leer die model stond voor de grondslag van de katholieke
theologie van zeshonderd jaar later, namelijk het Thomisme, het
wereldbeeld van Thomas Aquinas, met daarin enerzijds de aardse
werkelijkheid (civitas
terrena)
en anderzijds de Godsstaat (civitas
Dei) waarbij
de kerk dan als lichaam van Christus met één been in de ene,
vergankelijke, en met het andere been in de andere, onvergankelijke
realiteit staat zoals ook de mens als evenbeeld van God (imago
Dei) een
sterfelijk lichaam heeft en een onvergankelijke ziel.
De
idee dat de mens naast een lichaam ook nog een ziel zou hebben, alsof
dat lichaam alleen niet genoeg was, is waarschijnlijk ontstaan vanuit
allerlei ervaringen die te maken hebben met extase, ek-stasis, wat
betekent: het buiten zichzelf treden - een toestand die uiteraard
vereist dat men zichzelf (of zijn ziel) van zijn lichaam ontkoppelt.1
In
feite heeft ieder mens de ervaring van extase wanneer hij (al dan
niet slapend) droomt en zich daarbij met zijn geest als het ware
verplaatst zonder daarvoor aanspraak te maken op (de krachten van)
zijn lichaam. Maar ook de intermenselijke communicatie brengt een
vorm van extase teweeg en wel een hogere vorm omdat zij wezenlijk
bestaat in het delen van de eigen ervaringen en gedachten met
anderen. Beter uitgedrukt: de communicatie bestaat in het delen van
de eigen geest met de geest van anderen waarbij men, terwijl men met
anderen converseert, kan ervaren hoe de eigen gedachten niet
vastzitten aan het eigen lichaam maar middels de taal overgaan van
het eigen lichaam naar dat van de gespreksgenoot en omgekeerd, zodat
dezelfde geest, die dan aanwezig lijkt in de inhoud van de woorden
die men spreekt en hoort, gedeeld wordt met de ander.
Men
gelooft zijn lichaam te verlaten in de droom maar mogelijkerwijze ook
in de dans of in de zang en in de vele vormen van communicatie die
nota bene een dermate extatisch karakter kunnen hebben dat zij het
vermogen om op het eerste gezicht onmogelijke zaken te realiseren en
meer bepaald blijken zij onmetelijke afstanden in tijd en ruimte te
kunnen overbruggen, zoals dat bijvoorbeeld het geval is waar wij
vandaag de Politeia
lezen die Plato schreef in de vierde eeuw voor Christus of daar waar
Pythagoras de wiskundige stelling neerschrijft die hij op dat
eigenste ogenblik bewust deelt met principieel alle mensen in de
toekomst van de mensheid en in feite nog meer met degenen die nog
niet bestaan dan met zijn Helleense tijdgenoten.
Door
te communiceren wordt men zich bewust van het bestaan van zijn ziel
maar tevens ervaart men dan dat de eigen ziel in feite geen
persoonlijk bezit is doch dat zij met anderen gedeeld kan worden. En
wat bij uitstek met anderen gedeeld kan worden, is de rede, die in de
filosofie - 'moeder van alle wetenschappen' - ontwikkeld wordt. In de
Dialogen van Plato
komt nu heel duidelijk tot uiting dat de rede of het redeneren in
wezen ontstaat in de conversatie, in het tweegesprek, de dialoog,
waarvan het redeneren of kortom het denken een verinnerlijking is.
Denken is spreken met zichzelf. Maar denken is ook meer dan dat.
Immers,
over dromen zou men eveneens kunnen zeggen dat het spreken is met
zichzelf, doch de droom onderscheidt zich van de werkelijkheid omdat
men in de droom alleen staat terwijl men de wakkere wereld deelt met
iedereen en dat doet men meer bepaald met de rede. Meer nog: zoals
Socrates dat in de Dialogen
aantoont, kan in principe ieder mens de stelling van Pythagoras in
zichzelf terugvinden en de waarheid ervan bewijzen middels eenvoudig,
waarachtig redeneren. Op die manier is de redelijke ziel van de mens
niet alleen in staat om buiten zichzelf te treden of om haar inhouden
met anderen te delen maar bovendien kan zij participeren aan een zaak
die haar en ook de ziel van alle anderen overstijgt, namelijk de
Waarheid als zodanig, waarvan derhalve de oorsprong goddelijk geacht
wordt: de Waarheid bestaat los van het individuele, zij is voor
iedereen dezelfde, zij bestaat derhalve onafhankelijk van ons allen,
boven ons allen en op zichzelf. De extase middels de rede brengt de
mens dichter bij de Waarheid die een identiteit is van God zelf en
waar mensen zich als redelijke wezens verenigen, waar zij dialogeren,
filosoferen of wetenschap beoefenen, verenigen zij zich - alvast voor
de duur van deze bezigheden - met de godheid.
Het
verband met de opstanding zal nu meteen al duidelijker worden omdat
de sterfelijkheid waarmee het lichaam behept is, in geen geval geldt
voor de ziel die zich immers noch door individualiteit, noch door
tijd en ruimte laat beperken: wie zich inlaten met de redelijke ziel,
treden buiten zichzelf, zij verliezen hun individualiteit omdat zij
hun zijn met allen anderen delen en tevens versmelten zij met de
Waarheid waar zij deze ook zoeken en derhalve met het goddelijke.
De
tactiek die de leraar Socrates in de Dialogen
aanwendt om zijn leerlingen tot het niveau van de waarheid te
verheffen, is deze van de maieutiek of de vroedkunde, waarbij men
zichzelf systematisch vragen stelt en ze beantwoordt met het oog op
het laten geboren worden van de waarheid in de ziel van de leerling
die zodoende op zijn beurt in de onsterfelijke waarheid herboren
wordt waar hij haar vindt.
Zoals
Plato betoogt is er naast de wereld van de materiële en
vergankelijke dingen nog de wereld van de wiskundige objecten - de
getallen en de meetkundige figuren - die op zich geheel onstoffelijk
zijn terwijl zij toch (ongeacht welke) materiële zaken nodig hebben
om die dan te tellen maar daarnaast is er ook nog de geheel
immateriële wereld van het goddelijke, waarbij deze drie werelden
zich dan onderling verhouden als volgt: de wiskundige wereld is een
schaduw van de goddelijke en de materiële wereld is een schaduw van
de wiskundige. Met de allegorie van de grot die het eerste stuk
beslaat van het zevende boek van Plato's Politeia
verduidelijkt hij met Socrates hoe wij slechts de materiële
afschaduwing zien van de ware, goddelijke werkelijkheid die zelf aan
ons oog onttrokken blijft omdat wij gevangen zitten in ruimte en tijd
en gebonden zijn aan onze zintuigen en aan de rest van onze
lichamelijkheid. Wij
zitten als het ware gevangen in een grot, de echte wereld buiten de
grot blijft aan ons oog onttrokken en wij zien slechts op de
grotwanden geprojecteerde schaduwen die wij verkeerdelijk voor de
echte dingen houden.
Die
leer is in feite afkomstig van de wiskundige Pythagoras (570-500
A.X.) die (volgens Jamblicus) geboren was uit de maagd Parthenis als
zoon van de zonnegod Apollo om de mensheid te verlossen. De
gelijkenis met Jezus is opvallend en zo belanden we bij de leer der
archetypen van de Zwitserse dieptepsycholoog Carl Gustav Jung
(1875-1961). Want messiasfiguren zijn er doorheen de geschiedenis bij
de vleet en hun levensverhalen volgen opvallend genoeg vaak tot in de
kleinste details hetzelfde patroon. Messiasfiguren maar ook alle
andere archetypen die dan opduiken in sprookjes, tragedies, epossen
en zo meer.
Pythagoras
kreeg onderricht van Anaximander alsook van de negentigjarige Thales
die op zijn beurt zijn kennis opdeed bij Egyptische astronomen
terwijl hij voor de getallenleer ook bij de Phoeniciërs en de
Chaldeeën in de leer ging en bij de magiërs uit Perzië, de thuis
van Zarathustra. Hij richtte een religieus broederschap op om de
geest van de mens van zijn ketenen te bevrijden. In zijn
mysterieschool onderwees hij in het kader van de astronomie
bijvoorbeeld dat het planetenstelsel een toonladder vormde, de
zogenaamde 'harmonie der sferen', waarvan gezegd werd dat Pythagoras
die kon horen.
In
zijn geheime leer verkondigde Pythagoras onder invloed van onder meer
de Orfische mysteriecultus de onsterfelijkheid van de ziel en het
geloof in de reïncarnatie, de metempsychosis of de zielsverhuizing.
'Re-in-carnatie' betekent letterlijk het 'terug in het vlees
(komen)'.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
8 oktober 2023)
07-10-2023
Plato en de opstanding (aflevering 1)
Plato
en de opstanding (aflevering 1)
Quasi
alle grote wijsgeren zijn het erover eens dat de ganse geschiedenis
van de filosofie niet meer kan zijn dan een voetnoot bij Plato. De
Griekse wijsgeer Plato leefde en werkte in Athene van 427 tot 347
voor Christus en wij kennen hem vooral van zijn zogenaamde
ideeënleer, ons bijgebracht door het hoofdpersonage van zijn
dialogen, Socrates, en dan in het bijzonder in de allegorie van de
grot.1
Dat
alle mensen en dingen uit deze wereld ook nog, en wel eerst en
vooral, bestaan als volmaakte vormen in een ideeënwereld is een
theorie waaraan ook vandaag nog herinnerd wordt met de regelmaat van
de klok en zo bijvoorbeeld kennen wij in de dieptepsychologie (van
Carl Gustav Jung) de archetypen of de oervormen waarvan in alle
tijden en culturen emanaties opduiken; in de biologie spreken wij
over het in elke celkern aanwezige DNA dat in staat is om (als ei)
het wezen in kwestie integraal te reproduceren; in de informatica
hebben we het over de immateriële vormen die zich volledig boven elk
materieel medium verheffen en in de ideologieën kwam nog niet zo
lang geleden de term 'meme' in zwang: allemaal geven zij uitdrukking
aan een bijzondere waarheid welke verwijst naar een immer en alom
ervaarbare werkelijkheid of zelfs naar de essentie van al wat is.
Wanneer
vandaag vorsers aan de universiteit kikkerdril mixen om daarop vast
te stellen dat de onderdelen van de vernielde cellen elkaar opnieuw
gaan opzoeken om zichzelf te herorganiseren volgens een vastgestelde
orde die bijna onnaspeurbaar maar even daadwerkelijk in alles wat
leeft aanwezig blijkt, lijkt het wel alsof de dood onbestaande is of
eerder nog een illusie die plaats moet maken voor de idee van een wel
bijzonder hardnekkige levensdrang die van veel dieper komt dan tot nu
toe kon worden vermoed. Men zou haast gaan vrezen voor wie zich na
hun dood willen laten verassen omdat het er in het licht van die
recente proef gaat op gelijken dat men de sporen van het leven nog
wat speling of krediet dient te geven na de dood voor het geval dat
het geloof in de opstanding van het vlees mettertijd terecht zou
blijken. Eerder maakten we de vergelijking met de engerlingen die na
een onderaards bestaan van drie of vier jaar, zich een weg graven
naar het licht en meikevers worden2
en ook denkt men nu aan de verzen van Dante Alighieri over de rups
die verpopt en vlinder wordt3
maar wellicht nog veel meer dingen die wij niet denken en die wij
helemaal niet denken kunnen, zijn waar en manifesteren zich terwijl
wij alsnog niet in staat zijn om dit ook vast te stellen en te
beamen.
Minister
Van Quickenborne speelt luchtgitaar en Theo Francken op stap met Bart
De Wever vindt geen muur om tegen te wateren, het voltallige Vlaams
Belang adverteert op grote reclameborden op straat ongegeneerd zijn
afkeer voor al wie uit den vreemde komen en illustreert die afkeer
ook met een bezem, Dries Van Langenhove noemt de regenboogvlaggen
'pedofielenvlaggen', nog andere rechts extremisten brengen de groet
aan Adolf Hitler die zes miljoen joden, Roma-zigeuners en homo's
vermoordde, de burgemeester van Aalst weigert zebrapaden in
regenboogkleuren onder het motto 'ik ben normaal' maar als Conner
Rousseau onder vrienden op café het woord Roma in zijn mond durft te
nemen in een context van netheid op de openbare weg, lijkt een
hedendaagse Gestapo of een of ander BurgerInformatieNetwerk in actie
te zijn geschoten en blijken al zijn bewegingen met bodycams gefilmd
te worden en zijn woorden opgenomen, ten vierden male met het oog op
het klissen van de door jaloerse politieke rivalen gevreesde
toekomstige leider van dit land.
Omsk Van Togenbirger en het vaccin Uit: âPanopticum Coronaâ, pp. 1060-1065. ( Tekst d.d. Pasen 2021)
Omsk
Van Togenbirger en het vaccin
Uit:
Panopticum
Corona, pp.
1060-1065.(
Tekst d.d. Pasen 2021)
- Omsk Van Togenbirger! Loop niet weg, wij hebben u
nodig: heb je twee minuten alsjeblieft?
OVT: Een heel goeie avond ook ja! Wat nu weer?
- Ik wil niet vervelend zijn maar...
OVT: Aber die Weltnisse sind nicht so?
Je neemt mij de woorden uit de mond!
OVT: Ga gerust uw gang, ik ben een en al aandacht!
Ik wilde graag weten of je nog steeds voet bij
stuk houdt inzake vaccinatie...
OVT: Jij wilt weten of ik nu alsnog een vaccin wil?
Neen, dat wil ik niet!
En waarom niet?
OVT: Ik ben al oud maar ik wil graag toch nog een
tijdje mee, zie je?
Hoezo?
OVT: Ik volg degenen niet die de waarde van een
mensenleven reduceren tot wat men gemiddeld nog te gaan heeft,
begrijp je? Ik weet dat er zo'n heertjes rondlopen die alles door een
geldbrilletje bekijken en die ook willen dat wij dat brilletje
allemaal gaan dragen, alsof het ook nog normaal was om dat te doen.
Wat bedoel je?
OVT: Mensen zijn net zoveel waard als ze nog kunnen
opbrengen, zo beweren zij, en daarom denken zij niet in termen van
mensenlevens maar in termen van levensjaren en meer bepaald:
levensjaren die men nog te gaan heeft. Daarom vinden ze het niet zo
erg om een mens van jaren te verliezen.
Vreemd dat u dit zegt want de vaccinatie is er
net op gericht om senioren te sparen!
OVT: Jazeker, dat is het uithangbord! Indien dat waar
was, ik liet me onmiddellijk vaccineren!
Jij denkt dat het niet waar is?
OVT: Hebben we het niet al eens uitgebreid gehad over
de middeldoelomkering?1
Het sparen van senioren: dat is het voorwendsel, niet het doel. Het
doel wordt immers verkapt omdat men wil dat het onttrokken blijft aan
de ogen van het volk. Het doel, mijn beste, is vaccineren! Je kijkt
verwonderd?
Waar zie jij die middeldoelomkering dan?
OVT: Jagers zeggen dat zij een haas willen schieten,
om die dan op te eten, nietwaar? Want wat zouden ze anders aanvangen
met een geschoten haas? Het doel, zo vertellen zij ons, is de haas,
het stillen van de honger, en is dat niet een zaak van leven of dood
en dus een goede en rechtvaardige zaak? En het middel is de jacht.
Wij weten wel beter, nietwaar? Het schieten van de haas is niet het
doel maar het voorwendsel! Het doel is jagen! Het botvieren van een
primitief instinct! Moordlust! Of vergis ik mij? Het idee en het
voorbeeld zijn afkomstig uit Pensées van Blaise Pascal2
en je weet dat Pascal niet de eerste de beste is! Je ziet nu
natuurlijk direct het verband met die vaccins, nietwaar? Het doel is
niet het bedwingen van een virus: het virus is allang rondgegaan en
wie ermee in contact kwamen, zijn reeds natuurlijkerwijze
gevaccineerd ofwel gestorven, zoals dat gaat met elke griep. Het
bedwingen van het virus is het voorwendsel; het doel is vaccineren!
Ligt het motief niet voor de hand?
Winstbejag?
OVT: Sinds jaar en dag staat de sector van de
farmaceutische industrie met ruime voorsprong op kop in de ranglijst
van de winstmakers.
Is dat zo?
OVT: Een ranglijst met de gemiddelde brutolonen per
sector laat er geen twijfel over bestaan: op nummer één staat de
sector Chemie & farmaceutische industrie. Wie in die sector
werken, verdienen gemiddeld 4279 euro bruto per maand. Op twee staat
de sector Energie en milieu met een maandloon van 3926 euro en
op drie, de sector Bank en verzekeringen met 3812 euro.3
Ook het hoogste bedrijfsresultaat vindt men in de farmaceutische
industrie: volgens een ranglijst uit 2015 staat de sector van de
farmacie op nummer één, gevolgd door de tabaksindustrie, de
drankensector, die van de machines en die van de kleding.4
Gezondheidszorg is wel belangrijk: levensreddende
medicijnen zijn toch onbetaalbaar?
OVT: Die recordwinsten zijn voor een groot stuk te
danken aan reclame! U weet net zo goed als ik dat er slechts een
handvol werkzame medicijnen bestaan. Zeker niet genoeg om een kleine
apotheek mee te vullen en een winkel moet een beetje volume hebben,
toch? Reclame dus, vooral via de media, waar verhalen over kwalen de
mensen bang maken, hen benevelen zeg maar, om hen dan makkelijk geld
afhandig te kunnen maken. Als die verhalen dan wat wetenschappelijk
klinken, worden de prullen die zij aanbevelen algauw een must.
Prullen, zeg je?
OVT: Schoonheidsproducten, dieetkoekjes en allerlei
homeopathische middelen: ze bezetten steeds meer ruimte in de winkel
van de apotheker en ze mogen ook niet ontbreken in de huisapotheek
waarvan de waarde concurreert met die van de provisiekast. De cijfers
liegen er niet om: de voedingsindustrie hinkt ver achterop bij die
van de pillen. Voor een doosje pillen bij de apotheek betaal je alras
vijftig euro en met dat bedrag kun je makkelijk een winkelkarretje
vullen bij de supermarkt. Ik herhaal: dit is voor een groot stuk te
danken aan reclame. Maar het punt is nu dat sinds de komst van de
pandemie, de farmacie helemaal geen reclame meer hoeft te maken!
Is dat zo?
OVT: Haar gigantische vermogens worden wereldwijd
integraal geïnvesteerd in de aanbouw van reusachtige
medicijnenfabrieken omdat zij de vaccins en de andere
coronamedicamenten niet meer tijdig kan leveren! De vraag is dermate
groot en dringend dat zij zelfs het meest reusachtige aanbod op de
markt ruimschoots overtreft! En wat meer is: gezien de aard van de
nieuwe te verhelpen kwalen, ziet het ernaar uit dat het in de
toekomst almaar moeilijker zal worden voor de productie om de vraag
bij te benen want zoals je weet, muteren de nieuwste virussen dat het
een lieve lust is! Nog maar een paar percent van de wereldbevolking
heeft het vaccin tegen het eerste virus gekregen of er moeten al een
tweede, een derde, een vierde en een vijfde vaccin gemaakt worden
tegen de mutanten en we zijn pas één jaar ver! Vaccinatie zal niet
eenmaal worden toegediend maar jaarlijks, ja, trimesterieel en zelfs
nog vaker! En het is gratis, wat wil zeggen dat de staten alles
voorschieten zodat wie niet kunnen betalen, schuldenaren worden!
Waarom ben je zo zeker van je gelijk? Artsen zijn
gebonden aan een zeer strenge beroepsethiek!
OVT: Mijn beste, het spijt mij maar wij vallen in
herhaling. Mag ik u verwijzen naar onze eerdere overdenkingen ter
zake? 5
1Zie
de afleveringen 26 tot en met 35 van het hoofdstuk, getiteld: Corona
en de heilige zaak.
2M.b.t.
Pascal, zie vooral het hoofdstuk 27, getiteld: Een
met voorwendsels geperverteerde werkelijkheid:
Bauwens, Jan. (2021), deel V, par. 26: Pandora
en het panopticum.
Over de uitroeiing van bejaarden Uit: âPanopticum Coronaâ, deel I, paragraaf 16. ( Tekst d.d. 29 oktober 2018)
Over
de uitroeiing van bejaarden
Uit:
Panopticum
Corona, deel
I, paragraaf
16.(
Tekst d.d. 29 oktober 2018)
1. De naaste
Grote geleerden uit de voorgaande decennia hebben
erop gewezen dat de zorg voor het kroost geen zelfopoffering zou
vergen vanwege de ouders omdat mensen zich hierin allerminst
onderscheiden van de andere dieren die immers amoreel handelen
terwijl het er anders zou aan toe gaan inzake de zorg van de kinderen
voor hun ouders: alleen mensen zouden hiertoe in staat zijn.
Inmiddels hebben etiologen ook bij niet-menselijke dieren
altruïstisch gedrag ontdekt dat niet direct zou te maken hebben met
het soortbehoud en andersom blijken ook mensen in staat tot vormen
van egoïsme die men zelfs bij wreedaardige dieren niet terugvindt
maar de interpretaties van die bevindingen blijken nogal uiteen te
lopen. Volgens sommigen staat niet het mens-zijn garant voor het
overstijgen van het recht van de sterkste maar veeleer het
christendom en de daaruit voortvloeiende beschaving die zich immers
sterk onderscheidt van talrijke meedogenloze en barbaarse culturen:
het ethisch besef is naar hun zeggen niet afkomstig van de menselijke
natuur doch van de bovennatuur welke door de Godmens Christus in de
natuurlijke wereld wordt naar binnen gebracht om deze op te tillen
naar een hoger bestaansniveau. Hoe dan ook ziet men hoe in werelden
die niet of nog niet gechristianiseerd werden, vaak een volkomen
afwezigheid van de belangeloosheid welke de christelijke caritas
kenmerkt waaraan men zo gewoon geworden was. Edoch, nog veel
frappanter en tevens redelijk angstwekkend is het in het westen
terugkerende egoïsme dat gestaag het wegebben van het christendom
begeleidt. Het lugubere verschijnsel blijft voor velen vooralsnog
verborgen omdat het verkapt wordt door een sociaal en politiek
geïnstitutionaliseerde solidariteit die eveneens haar wortels in het
christendom heeft gehad en die men 'normaal' is gaan vinden terwijl
zij eigenlijk allerminst natuurlijk is. Maar samen met de
christelijke ethiek ziet men in onze contreien deze solidariteit
sinds enkele decennia afbrokkelen en dat proces zet zich in met het
verdwijnen van het universaliteitsbeginsel: de menselijke
solidariteit is niet langer de solidariteit onder alle mensen wat
bij uitstek een christelijk idee is, een gedachte die zich
kristalliseert in de betekenis van de term 'katholicisme' want
'katholicos' betekent 'universeel' maar zij beperkt zich tot de
mensen van het eigen werelddeel, tot de landgenoten, tot de
streekgenoten of nog enger, zoals bijvoorbeeld daar waar zij zich
beperkt tot de leeftijdgenoten. En die verenging houdt allerminst
halt bij het egoïsme want ook het ego wordt nog verder opgedeeld,
zoals dat het geval is bij allerlei verslavingen, waar deelsystemen
van een individu eisen stellen welke de persoon in kwestie moet
inwilligen en soms zelfs met zijn leven moet betalen: de maag
controleert de hersenen, de morfine-, alcohol- of nicotinereceptoren
bepalen de gedachten en de ideologie van het betrokken individu en
zij controleren zijn gedrag. En ook in de andere richting extern
aan de mens geldt niet langer het personalisme de ideologie
waarbij de (menselijke) persoon centraal staat en waar diens geluk
het einddoel is van alle streven maar een volkomen
gefragmenteerde en gedepersonaliseerde werkelijkheid die niet langer
bestuurd wordt door een wil maar door onpersoonlijke, anonieme en
blinde tendensen zoals de koers van een munt, allerlei
belangengroepen welke als abstracte eenheden hun belanghebbers
overleven en overstijgen, economieën en industrieën, wisselende
modes en mentaliteiten of 'geesten' die in feite datgene gemeen
hebben met kanker dat aan hun groei nooit een einde kan komen omdat
zij als zodanig onverzadigbaar zijn: men kan nooit rijk genoeg zijn,
het genot moet zonder grenzen opgedreven kunnen worden, het
energieverbruik moet samen met de economische groei eindeloos
aangezwengeld worden, het enige moto luidt: altius, citius,
fortius en concurrentie vervangt samenwerking, leidt tot
monopolievorming, dictatuur en oorlog met als uiteindelijke uitkomst
de dood voor allen.
Vreemd genoeg is het pas de bewustwording van onze
eindigheid die als enige met een krachtdadige stem aan deze waanzin
een halt kan toeroepen: het bewustzijn van de eindigheid gaat gepaard
met het zich realiseren van het bedrog van de droom waarin wij het
echte leven voor een spel geloofden te mogen houden. De ernst keert
pas terug als het de tijd menens wordt, als de krachten beperkt
blijken en bijna op, als de bodem van de geldbeugel in zicht komt,
als de voorraad aan grondstoffen slinkt, als de krachten uitgeput
raken en de honger zich laat voelen. Pas de pijn drukt ons weer met
de neus op de feiten, wekt ons abrupt uit het bedrog van de droom,
herinnert ons aan de afspraken die ons bestaan dragen en die wij
vergaten terwijl zij op hun beurt ons allerminst kunnen vergeten
omdat het leven nu eenmaal niet wordt gedragen door wensen en
verlangens maar door harde regels en door overeenkomsten met een
geheugen zo feilloos als de natuurwetten zelf. En de bevinding van de
eindigheid van het bestaan concentreert zich in de bejaarde, in de
mens die zijn jaren begint te tellen en die vaststelt dat zijn tijd
er bijna op zit: hij kan de verblinding niet langer handhaven, hij
wordt met hoogdringendheid en tegen heug en meug tot ziener gemaakt
en als hij zich niet in het verderf stort maar daarentegen rechtuit
spreekt, blijkt hij in het bezit van een wetenschap waarvoor alle
anderen op de vlucht zijn. En dat is ook de eigenlijke reden waarom
de bejaarde uiteraard op onvoorstelbaar gesofisticeerde manieren
door elke beschaving die haar illusies wenst te handhaven,
uitgeschakeld wordt.
2. De dissident
In feite is de bejaarde de door de natuur tot
dissident verheven mens 'verheven', want het heersende regime is
alles behalve goed, het is repressief omdat het haar ontmaskering
niet kan dulden. Reeds in het jonge christendom wordt bij de
vierde-eeuwse Augustinus van Hippo een onderscheid gemaakt tussen het
rijk van de wereld (civitas terrena) en het rijk van God
(civitas caelestis of
civitas Dei), uitvoerig uitgewerkt in de waanzinnige dertiende
eeuw door Thomas Aquinas. In de katholieke theologie kan men het
geluk pas bereiken doorheen het lijden dat in de navolging van
Christus uit de wereldse beproevingen volgt aan welke men dient te
verzaken en ook in de hedendaagse theologie geldt dat er zonder de
kruisdood geen opstanding mogelijk is. In de Faustlegende ruilt het
hoofdpersonage zijn eeuwige ziel voor tijdelijk aards voordeel, wat
suggereert dat de twee elkaar uitsluiten en dat derhalve het leed een
noodzaak is voor het hemelse geluk waaraan het wereldse moet
opgeofferd worden. Atheïsten zien in die opvatting enkel zelfbedrog:
de gelovige probeert het lijden te aanvaarden en goed te praten door
er een zin aan toe te kennen en het als noodzakelijk uit te leggen
maar ook die atheïstische verklaring doet niets af aan de realiteit
van het lijden waarmee wij nu eenmaal moeten leven, alle
'pijnstillers' ten spijt. De dood te aanvaarden als de ultieme
pijnstiller is een onverstand vanjewelste en te spreken van het
meesterschap over het leven waar het euthanasie betreft, is de zaken
op hun kop zetten omdat er voor moord nu eenmaal geen andere kennis
vereist wordt dan deze waarover zelfs de laagste dieren beschikken,
maar wij leven nu eenmaal in de waanzinnige eenentwintigste eeuw.
Alleen al door er te zijn confronteert de bejaarde de
mens met de onafwendbaarheid van zijn lot tenminste als hij
zichtbaar is want precies daar ligt het paard gebonden: onze
bedrieglijke samenleving doet er alles aan om haar bejaarden
onzichtbaar te maken. Zij worden uit het actieve leven gehaald, naar
hun mening wordt niet meer gevraagd, zij worden door de jongere en
onwetende generaties paternalistisch benaderd, behandeld met
pedanterie, betutteld en geïnfantiliseerd. Maar dat is slechts een
fase welke voorafgaat aan de eigenlijke doodsteek.
Sinds jaar en dag weten wij allen dat sociale
uitsluiting en moord een en dezelfde handeling zijn: karaktermoord
gaat vooraf aan moord en bestaat erin dat het slachtoffer niet langer
als mens benaderd wordt en het lot deelt van wie zichzelf hebben
overleefd. De geschiedenis van de heksen van Salem waarbij weerlozen
gedemoniseerd worden en op grond daarvan veroordeeld en omgebracht is
het archetype van deze gruwelijke vorm van misdaad. Zij herhaalt zich
telkenmale daar waar een bejaarde dement verklaard wordt op grond van
het feit dat zijn prestatievermogen achteruitgaat, dat hij trager en
vergeetachtiger wordt en zich vaker vergist allemaal normale
verschijnselen bij mensen op jaren. Of ware het dan veeleer normaal
wanneer men op tachtigjarige leeftijd rapper kon lopen of spraakzamer
was dan als jonge twintiger?
De vernietiging van de oude mens start met het tot
patiënt verklaren van de persoon in kwestie de geneeskundige
sector wil immers van elke burger een dossier zoals ook de banksector
van iedereen een fiche aanlegt van klanten én van potentiële
klanten en dat is al de rest en zoals de staat iedereen tot het
burgerschap heeft veroordeeld nog van voor zijn geboorte. Soms is dat
een zegen, soms ook niet, maar het probleem is wel dat al deze
instellingen welke aanvankelijk ten dienste stonden van de mensen,
mede onder de invloed van het tanende christendom, het middel met het
doel hebben verwisseld zodat zij vandaag in heel wat gevallen de
mensen tot hun eigen nut hebben gemaakt. De toestand is dermate
ernstig dat ook de directe toekomst van de mensheid aan de haak wordt
gehangen: vaak staan zelfs onze scholen niet langer ten dienste van
de opvoedelingen maar worden daarentegen de kinderen door hen
feitelijk als klanten beschouwd, getuige hun verborgen agenda waarin
zij de leerkrachten ertoe aanzetten om geen eisen meer te stellen aan
de leerlingen en dat met de verborgen reden dat zij anders de school
zullen verlaten zodat het personeel werkloos achterblijft: Denk
eraan dat elke leerling anderhalf lesuur waard is! zo klinkt
het tijdens de besloten vergaderingen van de leerkrachten uit de mond
van een voor zijn eigen job bezorgde directeur, weliswaar nadat deze
eerst gewaarschuwd heeft dat voor al het in de vergadering besprokene
geheimhouding geldt. Leerkrachten die zich daar niet aan houden,
verliezen sowieso hun werk en op deze manier speelt de macht van het
geld haar troeven uit... in de civitas terrena. Met betrekking
tot de bejaarden die helemaal geen zorgzame ouders meer hebben en
vaak ook geen kinderen waarin zij hun vertrouwen kunnen stellen,
wordt vanzelfsprekend een nog veel omvangrijker carrousel op touw
gezet, temeer daar zij behalve weerloos vaak ook gefortuneerd zijn,
wat concreet betekent dat zich plotseling allerlei menslievende
personages en instellingen komen aandienen om de last voor de zorg
voor dat fortuin van hun schouders te nemen of te helpen dragen. Dat
zal de bejaarde waarschijnlijk worst wezen omdat zijn tijd op aarde
er bijna op zit maar op de drempel van de civitas caelestis,
is het zijn gelatenheid ter zake welke onmiskenbaar waarschuwt voor
een lot waaraan geen mens ooit is ontsnapt.
3. Het onrecht
Oud worden als zodanig is niet per se problematisch
maar dat wordt het wel vanaf het ogenblik dat men het opgeplakte
etiket 'oud' beaamt omdat betutteling heteronoom maakt, de
zelfzekerheid aantast en daardoor ook de zelfstandigheid: men wordt
afhankelijk van derden die er in feite op uit zijn om zich boven de
betuttelden te positioneren in een pikorde waarvan zij de agenda
bepalen. Bejaarden worden dikwijls genoeg valselijk voor onverstandig
gehouden terwijl zij alleen maar niet antwoorden op vragen omdat ze
hardhorig zijn. Bejaarden zijn vaak minder spraakzaam, niet uit
onwetendheid maar omdat de staat van hun gebit hun de spraak
bemoeilijkt ofwel omdat zij geleerd hebben dat zwijgen soms het beste
is. Bejaarden zijn slecht te been terwijl er vaak niets mis is met
hun benen, het ontbreekt hen alleen aan ruimte om te lopen in de
zorginstelling zonder tuin waarin zij opgesloten zitten. Als
gevangenen worden zij onwillekeurig beschouwd als onzelfstandigen of
als (geestes)zieken en onder meer om die reden krijgen zij in
instellingen zelden bezoek. Zelf hebben zij ook moeite met het
overbruggen van de afstanden die hen scheiden van hun bekenden, zodat
zij minder converseren en het daardoor op den duur dan ook verleren
om te communiceren, precies zoals zij het verleren om te lopen bij
gebrek aan ruimte. Het lichaam en de geest zijn er nog maar bejaarden
worden al te vaak beroofd van de mogelijkheden om die twee te laten
functioneren met reeds na zeer korte tijd het teniet gaan van die
bekwaamheden want bijvoorbeeld de atrofie van het spierapparaat dat
ons in staat stelt om te lopen, treedt al in na twee weken
bedlegerigheid. Voor hun gebreken zijn bejaarden aldus zelden zelf
verantwoordelijk: de schuldige is meestal de allerminst
bejaardenvriendelijke maatschappij die de schijn hoog wil houden van
een aards paradijs met als wetenschappelijk hoogstandje de eeuwige
jeugd alles wat niet beantwoordt aan de bedrieglijke droom,
verdwijnt achter de façade in vergeetputten en crypten. En het
aantal van die 'verdwijningen' neemt hals over kop toe: in 2016 telde
België bijna drie miljoen zestigplussers bijna een derde van de
bevolking en in 2050 zullen dat er vier miljoen zijn of bijna de
helft van de bevolking. In 2060 zal de helft van de Belgen met
pensioen zijn. Maar misschien zal dat het tij doen keren, want de
bejaarden worden gewis een meerderheid en wij leven in een
democratie...12
Honger is niet ver meer af Uit: âPanopticum Coronaâ, deel V, paragraaf 9. ( Tekst d.d. 30 december 2020)
Honger is niet ver meer af
Uit:
Panopticum
Corona, deel
V, paragraaf
9.(
Tekst d.d. 30 december 2020)
Of
beter: honger voor iedereen is niet ver meer af, want velen
lijden al honger, ook al maken zij daarrond niet veel reclame.
Ongeveer
een derde van het voedsel of zelfs iets meer wordt weggegooid, dat
werd nog niet zo heel lang geleden berekend.1
Er was toen nog geen sprake van corona, geen mens zou het in zijn
hoofd hebben gehaald dat amper enkele maanden later de wereld zou
getroffen worden door de plaag en nog steeds zijn er mensen tot wie
dit niet is doorgedrongen. De negationisten wringen zich alsnog in de
meest onmogelijke bochten om de visie te verdedigen dat het alleen in
onze hoofden zit en dat het gaat om een 'reset' geënsceneerd door de
machtigen der aarde. Daar zal natuurlijk ongetwijfeld iets van aan
zijn in een wereld waarin het opportunisme bloeit als nooit voorheen:
opportunisten zijn een soort van veredelde gauwdieven die zowat
overal hun voordeel weten mee te doen en dus ook met de plaag die nu
door de wereld trekt en die, gelijk de grote tsunami van intussen
exact zestien jaar geleden, een spoor van vernieling achter zich aan
sleept. Maar deze plaag die alle straten ter wereld leeg doet lopen,
doet ons de tsunami vergeten alsook het bombardement op de Twin
Towers van straks twintig jaar geleden en alle andere
terreuraanslagen die alle straten wereldwijd met protesterende mensen
vulden. Vandaag protesteren de microben tegen de mensen en de
fantastische gruwel uit La Peste van de Nobelprijswinnaar
Literatuur uit 1957, Albert Camus, is uit de droomwereld uitgebroken
en zwerft nu rond over dezelfde aarde die wij met onze lichamen
bewonen: zowel de fysieke plaag als de verrechtsing waar het de
schrijver toentertijd eigenlijk om doen was. Geen van de twee plagen
kan nog met muren of met prikkeldraad bedwongen worden.
Zoals
gezegd wordt meer dan een derde van het geproduceerde voedsel
weggegooid of dan toch tot voor kort want de kentering heeft tot
gevolg dat de verkoop van voedsel nu met een derde terugloopt. Een
derde van de voedselproducenten verliezen hun baan, samen met een
derde van de voedseltransporteurs, de magazijnbedienden, de
afvalverwerkers en ga zo maar door langsheen de hele voedselketen.
Omdat zowat alles om voedsel draait terwijl dat draaien heden danig
in de war raakt dat het een vierkant draaien wordt, ligt de honger al
een tijdje op de loer en slaat hij reeds toe bij de minst beschermden
onder de mensen: de bewoners van de derde en de vierde wereld, de
illegalen, de zieken, de ouderen en de kinderen, kortom de zwaksten,
want als puntje bij paaltje komt, moeten zij het bekopen in een
wereld waarin alles om het recht van de sterkste draait.
Voedsel
is een groot mysterie. Toen bij het laatste avondmaal de Nazoreeër
het brood brak en zegende, sprak hij tot zijn aanhangers: Neemt
en eet want dit zijn mijn lichaam en toen hij de beker nam,
sprak hij: Neemt en drinkt want dit is mijn bloed. En blijft
dit doen om mij te gedenken.2
Zijn volgelingen die deze woorden al te letterlijk namen, geloofden
hieruit te mogen afleiden dat hun meester had bedoeld dat hij het
brood had veranderd in zijn lichaam en de wijn in zijn bloed
en zij hadden het over het wonder van de transsubstantiatie waarover
doorheen heel de geschiedenis zoveel te doen is geweest en dat nog
steeds de kern uitmaakt van de consecratie, die het wezen is van de
heilige mis: precies zoals de kannibalen die ook hun overleden
voorouders als voedsel tot zich namen, wilden de apostelen hun
verloren meester vanbinnen in zich hebben. En uiteraard ook
vanbuiten, in de kerk die dan zijn verrezen lichaam wezen moet
waaraan de afzonderlijke cellen hun bloed offeren: de martelaren uit
de eerste eeuwen die het voorbeeld geven met de ganse
geloofsgemeenschap in hun spoor. Of dan toch in theorie.
Maar
zeer waarschijnlijk hoeft men helemaal niet aan een wonderlijke
transsubstantiatie te denken omdat wellicht niets anders bedoeld werd
dan wat ook feitelijk werd gezegd, met andere woorden: Dit brood,
deze wijn, kortom: het voedsel dat gij dagelijks tot u neemt, dat ben
ik, uw godheid, die het leven zelf is en aan wie gij het leven dankt.
Ik immers ben de weg, de waarheid en het leven. Het wonder van het
voedsel is aldus al groot genoeg, men moet er niet een tweede wonder
bij verzinnen, dat overigens alleen maar de aandacht van het echte,
oorspronkelijke en natuurlijke wonder afleiden kan. Het wonder van
het voedsel ligt hierin dat dit klaar en duidelijk laat zien hoe
niets van al wat leeft, het leven aan zichzelf te danken heeft. In
het wonder van het voedsel openbaart zich de schenker van het leven
zelf en hij wil dat wij, terwijl wij eten, aan dit wonder denken.
Maar
dat gebeurt helaas niet altijd meer: de mensen eten dat het een lieve
lust is en hun gedachten blijven hangen bij het eten zelf: bij de
aard van het voedsel, de kwaliteit, de prijs, de
prijs-kwaliteitverhouding, de bereiding, de koks van op Tv, de
kookboeken en de vele gidsen over kruiden en allerlei specerijen,
lekkernijen, snoepgoed, chocolade, digestieven, aperitieven en noem
maar op. Naar de bron van het voedsel die het leven geeft, gaan
zelden nog gedachten uit. De dankbaarheid immers verdwijnt uit een
wereld waarin men alles ook en vooral het voedsel koopt:
kopen betekent betalen, een tol vereffenen, een ruilhandel voeren,
een goed tegen een goed, een oog voor een oog, een tand voor een tand
en het principe van de wraak is van een andere orde dan dat van de
dank en van het gulle geven. Want uitgerekend dat, het gulle groeien
van het voedsel op de akkers, het aanzwellen van het wildbestand in
de wereldwouden en van de kudden en het vee in onze stallen
uitgerekend dat geschiedde altijd al helemaal gratis.
Vandaar
de honger, zo spreekt de logica zelf, want de gulle schenker moet
herinnerd worden opdat men hem niet per ongeluk voor een prooi zou
aanzien en doden. De gulle schenker werd vergeten en onzichtbaar,
alleen de honger kan weliswaar in het allerbeste geval het
mysterie opnieuw aan het licht brengen. Het gaat om la présence
de l' absent, zoals de filosofen het noemen: wat vergeten werd
komt pas weer aan het licht wanneer wij het moeten missen want dan
voelen wij het tegen heug en meug. En daartoe dient de honger.
Althans, zo zeggen sommigen. En misschien hebben zij gelijk.3
Uit:
Panopticum Corona,
deel II, paragraaf
43:(Tekst
d.d. 4 mei 2020)
In
tijden van coronagekte leest men in de kranten over de uit de States
overgewaaide drive-ins: drive-in cinema's, drive-in super- markten en
nu ook drive-in biechtstoelen. In verre landen weliswaar maar in
feite is het echt niet om mee te lachen want als die social
distancing
of eender wat de biecht onmogelijk maakt, verliest de katholieke kerk
haar reden van bestaan en kan om het even welke belastingbetaler van
een land dat aan die kerk subsidies toekent, eisen dat die financiële
aderlating ophoudt.
Velen
van de jongste generaties zullen bij het vernemen van die
aankondiging de wenkbrauwen fronsen omdat de kennis ook op dat vlak
achterwege blijft maar de bestaansreden van de kerk ligt in het feit
dat zij als staatsgodsdienst of dan toch als door de staat erkende
godsdienst een soort van verzekeringsmaatschappij vormt voor het
postpensioen van de burger. Het postpensioen is de termijn die na
('post') het pensioen komt, de tijdspanne die volgt op die van het
pensioen en omdat het pen-sioen loopt tot de dood van de
gepensioneerde, betreft het hier de eeuwigheid en dat is gewis niet
niks.
Hoezo?
- zouden de niet langer ingewijden vragen. Welnu, het katholieke
geloof leert, in het kort, dat de mens geschapen is als een
onsterfelijk wezen dat door eigen zonde sterfelijk werd en dat
derhalve de tussenkomst van een redder nodig heeft om alsnog de
eeuwigheid terug te kunnen winnen. Die redder kwam 2020 jaar geleden
op aarde als Jezus van Nazareth die zich de zoon van God liet noemen,
om die zonde van de mens die veel te groot was voor vergeving, uit te
boeten in zijn plaats en zo zijn onsterfelijkheid te herstellen. Dit
goddelijke offer ligt overigens aan de basis van de grootste
kunstwerken aller tijden zoals de passies van Johann Sebastian Bach.
Een
voorwaarde is wel dat wie aldus gered willen worden van de eeuwige
dood, ook echt geloven, wat inhoudt dat zij gehoorzaam zijn aan
zekere geboden zoals door de kerk geopenbaard. Een onmogelijke opgave
weliswaar omdat geen mens zonder zonde is en precies daarom heeft
Christus zijn macht om zonden kwijt te schelden overgedragen aan zijn
apostelen en in de eerste plaats aan zijn plaatsvervanger Petrus, de
eerste paus, die deze macht, die nota bene de sleutel is tot het
koninkrijk der hemelen, delegeerde aan de bisschoppen en aan de hele
clerus. Wie zondigen, verliezen het recht op eeuwig leven maar door
hun zonde te belijden in het sacrament van de biecht, kunnen zij
absolutie krijgen en dat recht terugwinnen en dit zo dikwijls als zij
dat nodig achten. En zo zijn er voorbeelden bij de vleet van
historische figuren die een leven lang hebben gemoord en gebrand om
dan op hun sterfbed na het opbiechten van al die gruwel, van een
priester absolutie te ontvangen en 'zo recht als een sikkel' ten
hemel te varen. Of dat is alvast wat de katholieke kerk voorhoudt te
geloven - een verzekeringspolis die kan tellen.
Omdat
onwetendheid omtrent de zaken des geloof zich heeft verspreid zoals
een ware pandemie, dient hierbij ook nog verduidelijkt te worden dat
het sacrament van de biecht traditioneel plaatsheeft in een
biechtstoel: een vaak met fraai beeldhouwwerk in hout omkaderd meubel
waarin men kan gaan zitten of knielen en waarin zich de biechteling
en de priester elk in een andere ruimte bevinden, half verduisterd
omwille van de onherkenbaarheid, en gescheiden door een houten plaat
met kleine gaatjes om de overdracht van de stemgeluiden maar helaas
ook die van het coronavirus mogelijk te maken.
Het
kon weliswaar veel eenvoudiger dan met een drive-in, als men maar
gedacht had aan de nieuwe technologie van de telefonie en de
elektronische spraakoverdracht, zo zullen mensen van deze tijd
opmerken. Edoch, dan hebben zij helemaal geen rekening gehouden met
de voorwaarde van de geheimhouding die essentieel is voor de biecht
omdat het daar in wezen een gesprek betreft tussen de zondaar en zijn
redder - Christus zelf, wiens plaats door het bestaan van dit heilig
sacrament kan ingenomen worden door de priester. In de dialoog tussen
het schepsel en zijn Schepper is luistervinken uitgesloten en de zaak
is nu dat de hoogtechnologische spullen waarvan sprake zeer vatbaar
zijn voor corruptie zodat geheimhouding niet langer kan verzekerd
worden of gezien de toestand van de wereld zelfs helemaal uitgesloten
is, waardoor de biecht zijn geldigheid verliest. En, eens te meer, de
kerk haar reden van bestaan.
Dat
hete hangijzer hangt de machtigste religie aller tijden overigens al
langer boven het hoofd want sinds het schandaal van het
kindermisbruik is de staat van de kerk gaan eisen dat zij dergelijke
aan haar opgebiechte misdaden voortaan op haar beurt moet gaan
'opbiechten' en wel bij het gerecht. Maar als zij dat doet, erkent
zij uiteraard meteen dat de wereld niet bestuurd wordt door de
Schepper van hemel en aarde (of althans door zijn délégués) maar
door de wereldheerser die het in het evangelie op een hoge berg
zonder enige tegenspraak van zijn broer Christus had over zijn rijk
dat hij Hem in ruil voor een simpele kniebuiging schenken zou. Nog
ter verduidelijking: iedereen weet dat in het Oudtestamentische boek
Job, Satan wordt genoemd als een van de zonen van God.
Ingevolge
de zaak Vangheluwe willen een groot aantal mensen zich laten
schrappen uit het doopregister maar volgens de kerk is dat krachtens
de geloofsleer onmogelijk omdat een toegediend sacrament niet
ongedaan gemaakt kan worden. Tevens zou het schrappen van de namen
van de gedoopten gelijkstaan aan het vernietigen van historische
documenten, wat verboden is.
Voor
gelovigen is een sacrament een geloofsgeheim, een gewijde handeling,
een handeling gesteld in de naam van Christus, het is een toenadering
van God tot de mens en aldus een tegenbeweging van het gebed en het
offer die een toenadering zijn van de mens tot God. Voor ongelovigen
is een sacrament uiteraard een zinledig gebaar maar dat de kerk een
erkende staatsgodsdienst is, houdt in dat zij erkent dat de kerk haar
sacramenten heeft, haar eigen regels als het ware, welke echter
vanzelfsprekend niet in tegenspraak mogen zijn met de wet.
Het
doopsel is een sacrament en kan derhalve niet ongedaan gemaakt
worden. Ook het priesterschap is een sacrament maar het is tevens een
ambt. De eerste paragraaf van artikel 181 van de Belgische grondwet
bepaalt: De
wedden en pensioenen van de bedienaren der erediensten komen ten
laste van de Staat; de daartoe vereiste bedragen worden jaarlijks op
de begroting uitgetrokken. (Volgens
de tweede paragraaf van hetzelfde artikel geldt overigens hetzelfde
voor de door de wet erkende organisaties die morele diensten verlenen
op basis van een niet-confessionele levensbeschouwing.) En als
gedoopten zich niet kunnen laten 'ont-dopen', dan kunnen ook alle
andere gewijde handelingen niet ongedaan gemaakt worden en derhalve
is men ook priester tot in de eeuwen der eeuwen.
Edoch, zoals het
priesterschap naast een gewijde status ingevolge de toediening van
een sacrament tevens een ambt is - en dat wil hier zeggen: het beroep
van een kerkelijk bediende in een door de staat erkende godsdienst en
derhalve een door de staat betaald beroep - zo ook is het doopsel
naast een sacrament tevens een handeling welke van invloed is op de
som van alle dopelingen en derhalve ook op de geldsom die wordt
toegekend aan de godsdienst of aan de kerk in kwestie. In België
gaat het om een vast bedrag waarop schommelingen van het aantal namen
op het doopregister geen invloed kunnen uitoefenen maar in bepaalde
andere landen kunnen burgers ter gelegenheid van de verkiezingen zelf
bepalen of hun aandeel van een voor erediensten of humanitaire hulp
bestemde som al dan niet naar de kerk zal gaan en waarschijnlijk
zullen door de recente perikelen in de nabije toekomst pogingen
gedaan worden om ook hier te lande dat systeem te gaan toepassen.
Een ander sacrament is
de biecht, de voor de gelovigen verplichte belijdenis van de zonden
aan een biechtvader, wat doorheen de eeuwen de clerus wereldwijd een
macht heeft verschaft die zo mogelijk nog doortastender is dan die
van de beheerders van de ontelbare camera's en de
BuurtInformatieNetwerken welke onder het voorwendsel van de
veiligheid, de vrijheid van principieel alle wereldburgers fnuiken,
zodat wij inderdaad afstevenen op de toestand van non
posse peccare: het niet
meer kunnen zondigen of dus het van alle
vrijheid beroofd zijn en meteen het beroofd zijn van zijn mens-zijn
als zodanig. Men herinnere zich met Aureloius Augustinus dat de
paradijslijke toestand van de mens er een was van posse
peccare of kunnen
zondigen, wat betekent: vrijheid, terwijl
na de zondeval die toestand overging in het non
posse non peccare, niet kunnen niet zondigen
of het zich niet kunnen onttrekken aan zijn zondigheid. Met de
eindtijd in het verschiet verdwijnt de vrijheid daar de tijd ten
einde is en de mens zichzelf dan helemaal bepaald zal hebben zodat
hij niet meer kan zondigen omdat hij ook niet langer de vrijheid
bezit om dat te doen. Het sacrament van de biecht zal dan geen
relevantie meer hebben en voor gelovigen betekent die toestand dan
uiteraard ook echt het einde der tijden.1
Schuldig
verzuim of schuldig hulpverzuim is een misdrijf in het Belgisch recht
waarvan sprake is wanneer iemand het nalaat een ander te helpen die
in groot gevaar verkeert, terwijl men kon helpen zonder zichzelf in
gevaar te brengen.1
Inzake
schuldig verzuim wordt meestal de misdaad van een particulier bedoeld
maar wanneer een collectief de misdaad begaat of wanneer er
autoriteiten en wetten mee gemoeid zijn, wordt de (massa)moord
uiteraard veel beter verkapt en dan ook veel vlotter verkocht. En wie
er het wetboek op naslaan, zullen er overigens versteld van staan hoe
goedkoop men ervan af komt met een misdaad die per slot van rekening
de dood van een ander tot gevolg heeft. In het merendeel van de
gevallen wordt er over misdadigheid zelfs helemaal niet gerept.
Terwijl
alle verkeersveiligheidsindicatoren al jaren dalen, blijft het aantal
fietsers dat betrokken is bij verkeersongevallen stijgen,2
zo deelt de Belgische overheid ons op 15 juni laatstleden mee en
kennelijk komt het bij die overheid niet op dat zijzelf de
verantwoordelijkheid draagt over dat alsmaar stijgende aantal
fietsers wiens leven aan haar nalatigheid moet opgeofferd worden
omdat zij het verzuimt om bijvoorbeeld de moordstrookjes door veilige
fietspaden te vervangen: in 2023 steeg het aantal op de weg gedode
fietsers vergeleken bij de cijfers van drie jaar voordien met maar
liefst 7,5 percent naar 102 per jaar.
Een
ander voorbeeld is de wereldwijde massamoord op jaarlijks 44 miljoen
ongeboren baby's en wel bijzonder cynisch is daarbij de gigantische
menselijke onverschilligheid blijkens het feit dat de helft van die
abortussen 'veilig' worden genoemd, alsof het een vergissing zou zijn
om in dat jammerlijke gebeuren ook de eerste slachtoffers, de
kinderen zelf dus, mee te tellen. En in het zog van die massamoord
wordt alras een tweede voorbereid die zo mogelijk de eerste qua
omvang en qua cynisme nog overschrijdt: onlangs verkondigde in de
Vlaamse media een voorzitster van de zorginstellingen voor senioren
alhier dat men eens ernstig moet gaan nadenken over euthanasie voor
demente bejaarden - wel te verstaan eveneens zonder de toestemming
van de betrokken slachtoffers.
Tevens
merkt men alras dat de kloof tussen enerzijds de nalatigheid of het
verzuim om hulp te bieden aan noodlijdenden en anderzijds het actief
'opruimen' van mensen wel bijzonder smal lijkt maar in wezen is die
kloof uiteraard geheel onbestaande en - om nog een vierde voorbeeld
aan te halen - rust de verantwoordelijkheid voor de transformatie van
de Middellandse Zee in het massagraf van de Afrikaanse vluchtelingen
en slachtoffers van mensenhandel nergens anders dan bij de leiders
van de Europese Unie.
En
dan hebben we het nog niet gehad over de honger in de wereld die geen
tegenslag is maar een aanslag en over de oorlog, altijd zo lafhartig
gevoerd door schurken die zich leiders wanen terwijl zij altijd
uiterst bezorgd om het eigen hachje, het volk geheel ongestraft
blijven behandelen als louter kanonnenvlees. En het feit dat wie
teveel hebben - getuige de navenante verspilling - verantwoordelijk
zijn voor andermans tekorten, omdat de rijkdommen der aarde nu
eenmaal eindig zijn en derhalve verdeeld dienen te worden.
In
al deze gevallen is sprake van slachtoffers - doden dus - door
toedoen van derden maar het moordwapen lijkt onzichtbaar omdat het nu
eenmaal geen hakbijl is of geen kalasjnikov en om die geheel absurde
reden kunnen deze moorden, vaak massamoorden, gewoon ongestoord
blijven doorgaan.
Wie
de dingen met eerlijke ogen bekijken en ze ook bij naam durven te
noemen, weten echter dat de sterfgevallen in de hoger genoemde
tragedies in wezen neerkomen op doodslag en (massa)moord en dat de
moordwapens als instituties verankerd liggen in de staatkundige
instellingen van onze eigen beschaving ingevolge de aanbidding van
niemand minder dan de geldgod.
Massaal
komen zekere categorieën van mensen op straat om te protesteren
tegen seksuele opvoeding op school: seksuele opvoeding is niets voor
kinderen, zo menen zij en zij insinueren zelfs dat de opvoeders
helemaal geen goede bedoelingen kunnen hebben met die lessen; het
lijkt erop dat zij die seksuele opvoeding van hun kinderen in eigen
handen willen kunnen blijven houden. Het is alleen de vraag wat die
selfmade seksuele opvoeding dan wel mag inhouden, in acht genomen de
onnoemelijke feiten die vrijwel dagelijks te kijk zetten hoe het
gesteld is bij een flink deel van de betrokkenen met de kennis over
de onderhavige materie en met de morele kwaliteit van de gangbare
oordelen daar omtrent.
Seksuele
opvoeding is een deel van de opvoeding als zodanig en over opvoeding
valt veel te zeggen maar dan vooreerst wel dit, dat wie geloven dat
zij gemist zou kunnen worden, aan de (democratisch geregeerde) staat
onttrokken, geprivatiseerd of in handen gegeven van 'het internet',
helemaal niet op de hoogte zijn van de geschiedenis. Precies zoals
het beginsel van Montesquieu de scheiding der machten grondvest als
een onontbeerlijk principe dat moet helpen voorkomen dat wij belanden
in een dictatuur (waarin immers de wetgevende en de uitvoerende
machten zichzelf berechten), zo ook moet worden voorkomen dat de
vorming van de mensen die onze toekomst zijn, wordt scheefgetrokken
door wie dan bij die misvormingen garen willen kunnen spinnen.
Wil men dan
de seksuele opvoeding, of waarom niet de opvoeding als zodanig,
overlaten aan de godsdienst of aan de godsdiensten? Want ofschoon zij
allemaal spreken over de ene god, blijken er in de wereld dan toch
heel wat godsdiensten te bestaan en de meest wreedaardige daarvan
zijn ook de meest succesvolle geworden, wat op zich al een en ander
zegt over hun ware aard.
Op kop van
de instituten voor tovenarij staat de katholieke kerk die bestuurd
wordt vanuit het Vaticaan in Rome waarover luttele jaren geleden de
Franse socioloog Frédéric Martel zijn Sodoma schreef, een
bijzonder grondig gedocumenteerd boek dat niets aan de verbeelding
overlaat. Eveneens van relatief recente datum is het boek van Dirk
Verhofstadt dat de avonturen van de kerk ten tijde van de nazi's
doorlicht. De samenwerking van de Rooms Katholieke kerk met
extreemrechts doorheen de geschiedenis is al lange tijd een publiek
geheim en het zou ons hier al te ver brengen om de rol van de kerk in
de genocides ten tijde van het kolonialisme en in het huidige
neokolonialisme te belichten. Edoch, dat de kerk met het oog op eigen
profijt gedurende eeuwen het onderwijs beheerst heeft met haar onzin,
staat als een paal boven water.
Wat immers
hebben wij hier in België te maken met een millennia oude religie
uit het Midden-Oosten, met name met het jodendom uit Israël, dat
extreem nationalistisch is gezien het zich het uitverkoren volk
acht en waarop de Nazoreeër al dan niet gewild een variant gemaakt
heeft met het Christendom dat zich inmiddels heeft versnipperd in
talloze sekten waarvan de meest agressieve, de Rooms-katholieke, het
voortouw heeft genomen met haar dogma's die kant noch wal raken maar
die wel beleden moeten worden door haar onderdanen zoals ook de
stelling dat één opgeteld bij één gelijk is aan drie in de
dystopische roman van George Orwell? Het christendom werd de erkende
staatsgodsdienst in het Romeinse Rijk en geraakte via de
veroveringstochten van onder andere Julius Caesar tot hier verspreid
en dan verder over de gehele wereld en dat gebeurde meer bepaald
dankzij de opvoeding van kinderen op een leeftijd waarop zij zelfs
hun moedertaal nog niet beheersen en wel met die ene bedoeling om die
klinkklare onzin er zo diep in te stampen dat zij die nog altijd
vanzelfsprekend blijven vinden als hun haren grijs geworden zijn en
hun laatste tanden uitgevallen. Al tweeduizend jaar lang is men aldus
die fabels blijven herhalen en willen nu bezorgde ouders, zoals zij
zichzelf bestempelen, de onaantastbaarheid van het bedrog waaronder
zij al die tijd zozeer te lijden hadden, nu ook nog eigenhandig gaan
beschermen?
Alleen een
bijzonder diep gewortelde angst kan het voor mekaar krijgen dat zij
geen afstand willen doen van deze allergrootste slavernij op aarde.
Tot op een gegeven ogenblik verbood de kerk zelfs de lectuur van de
heilige schrift waarop zij haar leer zegde te baseren en toen
protestanten de Bijbel naar de volkstaal gingen omzetten, moesten
alle exemplaren worden opgespoord en ook verbrand, overigens samen
met de stoutmoedige vertalers. Fjodor Dostojevski schreef over die
tijd van libricide en ook genocide die de Inquisitie heet een mooi
verhaal waarin hij argumenteert dat niemand minder dan de duivel op
het woord Gods beslag gelegd heeft en dat sindsdien de halve wereld
wordt misleid met grove leugens in functie van dictatoriale
grootmachten en totalitaire systemen die ons onder de dekmantel van
opvoeding dom houden en op de koop toe arm.
Men
herinnere zich toch wel dat de jaloerse joodse God van elke
vader eist dat die zijn oudste zoon aan hem slachtoffert, heel
letterlijk, een bevel dat staat te lezen in het heilige boek Genesis,
samen met nog veel andere onzin? Eva zou gemaakt zijn uit een rib van
Adam, terwijl zelfs een kind weet dat het andersom is en dat Adam
zoals alle andere mensen voortkomt voort uit een vrouw, toch? Maar
ook de mannelijke jaloezie heeft blijkbaar haar rechten.
Dat
geloof in kwestie is bovendien danig corrupt dat de paus die nog niet
zo lang geleden de homo's handlangers van de duivel noemde, ook over
deze kwestie nu een draai van honderdtachtig graden heeft gemaakt, al
praat hij in andere streken de mensen die daar anders over denken
tijdens zijn reisjes ook telkenmale en zonder aarzelen naar de mond
om dan bij zijn terugkeer naar het westen alweer een draai van 180
graden te maken: hij draait omzeggens met de aardrotatie mee en
gelijkt daarom op een draaiende derwisj.
En
daarmee zijn we bij de tweede grootste religie beland, waar de
leidinggevende mystici zich zonder behoefte aan de katholieke alcohol
bezatten door gewoon te draaien om hun eigen as. Maar om nu terug te
keren naar de onnoemelijke feiten die vrijwel
dagelijks te kijk zetten hoe het gesteld is bij een flink deel van de
betrokkenen met de kennis over de onderhavige materie en met de
morele kwaliteit van de gangbare oordelen daar omtrent, bekijken wij
de vraag wat men nu eigenlijk bedoelt met die lessen seksuele
opvoeding op school.
Met
die lessen immers wordt geprobeerd om aan kinderen zaken bij te
brengen waarover ze thuis kennelijk niets leren of waarover ze thuis
verkeerde dingen leren, omdat het thuis bijvoorbeeld extreemrechtse
katholieken zijn of jihadisten. En om het bij dit ene voorbeeld maar
te houden, valt dat af te leiden aan het feit dat het minderjarigen
zijn, kinderen dus, die op straat mensen aanvallen en aftuigen van
zodra zij denken dat het gaat om homo's. Van één op de vier homo's
wordt het leven op straat bedreigd door snotneuzen en wel op de meest
lafhartige manier daar zij tot met messen toe gewapend, in bendes hun
aanvallen op weerloze enkelingen richten. Vergeten wij vooral
niet dat die kinderen worden opgejut door extreemrechtse
populisten die zich zelf rijk en veilig mogen achten en die daarom
ook zeker zijn van hun stemmenaantal bij de menigte aan zich in
straffeloosheid vermeiende misdadigers die zij vertegenwoordigen.
Gewis, men moet bezorgd zijn en bevreesd dat men nu onder druk van
malafide stemmingmakerij ook nog die enkele uurtjes seksuele
opvoeding dreigt af te zullen schaffen.
Edoch,
wat daarentegen afgeschaft moet worden, ja, verboden, is het
'onderricht' van leugens aan kinderen. Eerst en vooral moeten
opruiers zoals de extreemrechtse praatjesmakers die misbruik maken
van de wet op de vrije meningsuiting gestraft kunnen worden omdat het
geen vrije mening is die ze uiten maar aanzetting tot moord en dat is
niet hetzelfde, of wie denkt daar dan anders over?
Moed
is wat kinderen ontberen en wat zij moeten leren: moed om zichzelf
vrij te kunnen maken van alle soorten van onzin, psychologische
betovering, moordende sociale druk en bemoeienissen allerhande.
Vrijheid immers komt niet vanzelf maar moet veroverd worden en
bovendien verdedigd om ze dan ook nog te kunnen behouden.
Het
'natuurlijke' bestaat niet, dat is alleen de jungle, het recht van de
sterkste. De concentratiekampen zijn er gekomen omdat Hitler van plan
was om de natuur een handje te gaan helpen: dat heerschap was niet
van de slimsten maar de massa miste nu eenmaal de moed om hem tegen
te spreken. Hitler keert terug, zijn populisme dat de achterlijke
massa bespeelt is alomtegenwoordig. Alleen met opvoeding kan men een
dam opwerpen tegen zaken zoals analfabetisme, armoede en zinloos
geweld welke onze vrijheid fnuiken en die de wereld dreigen terug te
katapulteren naar de meest duistere krochten van de waanzinnige
middeleeuwen.
Misdadigers
maken slachtoffers en dat is één zaak maar een andere zaak is dat
slachtoffers inzake de misdaden die hen treffen, er altijd en overal
het zwijgen toe doen. Waarom spreken zij niet? Het lijkt er op dat
zij bang zijn voor hun belagers en misschien is dat voor een stuk wel
zo maar wat zij veeleer vrezen is een heel andere zaak en dat weten
criminelen opperbest.
Het
slachtoffer van een misdaad staat voor de keuze tussen zwijgen en
spreken maar komt er niet toe om tot spreken over te gaan uit angst
voor een nog veel groter kwaad dan de revanche van de betrokken
misdadigers. Want het kwaad dat zij vrezen, kent zijn gelijke niet in
deze wereld, het is immers van precies hetzelfde kaliber als het
kwaad dat treft wie in de hel belanden - de hel die in de moderne
theologie immers gedefinieerd wordt als het afgesneden zijn van alle
menselijke contacten. Het kwaad dat slachtoffers vrezen als zij
overgaan tot spreken, is dat van de wanhoop.
Zolang
slachtoffers van misdaden zwijgen, houden zij de actualisatie tegen
van de onomkeerbare afwijzing van hun klacht, die immers de afwijzing
van hun eigen bestaan inhoudt. Zolang zij zwijgen en zich ervan
weerhouden om bij anderen aan te kloppen voor hulp, bewaren zij met
andere woorden de hoop dat zij die wel zouden ontvangen indien zij
daarom ook effectief zouden verzoeken. Echter, van zodra zij spreken
en derhalve effectief om hulp vragen, hebben zij al de reële
mogelijkheid aanvaard van de genoemde afwijzing die veelal een fataal
karakter heeft. Als zij spreken, nemen zij het risico dat zij niet
zullen worden geloofd en indien zij daadwerkelijk niet worden
geloofd, verliezen zij meteen ook de hoop die zij kunnen blijven
koesteren zolang zij er het zwijgen toe doen. Wie spreken en niet
geloofd worden, blijven in de kou staan, voelen zich verraden en
worden geconfronteerd met de noodlottigheid van het onrecht. Om
zichzelf voor die confrontatie te behoeden, kiezen de slachtoffers
van misdaden ervoor om te zwijgen.
Het feit
niet geloofd te worden met zijn klacht, is een bijkomende
veroordeling voor het slachtoffer en tegelijk houdt de verklaring van
ongeloof jegens het slachtoffer, het vrijpleiten in van de
misdadiger: niet het slachtoffer van de misdaad vreest voor de
crimineel maar wel degenen tot wie het slachtoffer dat niet langer
wenst te zwijgen, zich wendt met zijn verklaring en met zijn
hulpvraag. Immers, wie hulp bieden aan slachtoffers van misdadigers
plaatsen zich zodoende in het kamp van die slachtoffers en jagen de
misdadigers die het slachtoffer hebben mishandeld nu ook tegen
zichzelf in het harnas. Slachtoffers zwijgen omdat zij kunnen
vermoeden dat het degenen tot wie zij zich moeten wenden voor hulp,
zal ontbreken aan de moed om de strijd met de misdadigers aan te
gaan. Want dat is tenslotte hetgeen niemand kan vermijden als het er
op aan komt de vrijheid en de rechten van zijn medemensen te
verdedigen. Het ten allen prijze willen vermijden van een conflict,
verankert het betreffende kwaad tot een instelling, het wordt
geïnstitutionaliseerd kwaad, een vorm van kwaad dat nog moeilijk te
bestrijden valt omdat het danig onzichtbaar wordt.
(J.B.,
20 september 2023)
19-09-2023
Kuddegeest
Kuddegeest
Hij treedt
de leefruimte naar binnen en declameert: Dag allemaal!
en alle aanwezigen antwoorden, gedwee en in koor: Dag Sjarel!
Zij beseffen het nauwelijks, maar ze worden gesjareld. Sjarel heeft
het woord genomen, hij leidt en zij antwoorden - zij volgen. Sjarel
is iémand, zij zijn slechts een menigte, een massa. Sjarel heeft een
naam die uniek is en zij heten allen in één adem: allemaal.
Want stel eens dat in een menigte iemand roept: Dag allemaal!
en dat hij dan wacht op antwoord. Zouden alle anderen dan niet
opkijken en zeggen: Wie denkt dat heerschap wel dat hij zijn
mag!? Maar zo gaat het nu eenmaal in de kudde. Alleen de
leider is een persoon, alle anderen zijn 'volgers' en de omvang van
de persoon is, democratisch genoeg, recht evenredig met de omvang
van het aantal van zijn volgers, die alleen maar goed genoeg zijn om
een getal te helpen vormen dat het getal is van de leider, de
vooraanstaande, de priester, de minister, de vedette, de
televisiester.
Deze
laatste lanceert een nieuwe broek en daags nadien holt de massa naar
de klerenwinkel om die broek te halen die voortaan het straatbeeld
kleurt; een broek met brede pijpen, een jeansbroek of wat dacht u van
een broek vol gaten? Het is eender, apen apen apen na, de kudde volgt
de leider, als die in de afgrond stapt, doen ze het allemaal, gedwee
en zonder morren na. Zij worden tot de laatste man gesjareld. Dag
Sjarel, dag mijnheer pastoor, dag dokter. En aan wie daar in de
pikorde nog boven staan - zijne excellentie, zijne koninklijke
hoogheid en zijne heiligheid - kan niemand uit de kudde nog een
goedendag toewensen, zij krijgen daar gewoon niet de gelegenheid toe.
Luttele tijd geleden reisde een al wat oudere vrouw vanuit den
vreemde naar het verre Rome om daar na een nachtje kamperen post te
gaan vatten op het Sint-Pietersplein om onze paus te kunnen groeten.
Zij had het geluk dat hij passeerde bij de dranghekken waar zij stond
te hunkeren naar eindelijk de vervulling van haar allergrootste wens
waarvoor zij ook een leven lang gewerkt had en gespaard, zij kon toen
hij passeerde nog net zijn mouw aanraken. Maar prompt veranderde de
tronie van de Heilige Vader in het norse masker dat haar achtervolgen
zal tot in de hel: warempel, hij bracht het besje een nijdige slag
toe op de van het schuren van de vele paternosterbolletjes met eelt
bedekte knokkels! Helaas voor de reputatie van de plaatsvervanger
Gods op aarde, werd dat vastgelegd op video door een mensje met een
iPhone die tot het einde der tijden alle acht miljard stervelingen op
het internet kunnen bekijken. Maar de reputatie van de dictator
blijkt er allerminst door geschaad, alleen de nederige vrouw die kwam
van o zo verre krijgt het te verduren, zij heet nu 'die
opdringerige'. Om niet te zeggen dat haar knokkels blijven bloeden
zoals de stigmata der heiligen.
Massamensen,
kuddedieren, apen, volgelingen. En daar tegenover staan hun leiders,
de dictators of de pausen, de ministers, koningen en keizers, de
kardinalen die nu naar het schijnt nood hebben aan nieuwe zijde voor
de fabricatie van voldoende rode baretten van uitgerekend deze kleur
ter herinnering aan het feit dat zij werden gecreëerd om in
navolging van Christus te betalen met hun bloed in tijden van nood
voor 't welzijn van de kudde waarvan zij de herders zijn. Over de
opalen die hun mijters sieren en met de opbrengst waarvan alle
hongerigen ter wereld een geruime tijd konden gevoederd worden, moet
men zwijgen. Maar wat gezegd moet worden, is: de kudde volgt haar
leider, ook als die haar minacht, haar ontrouw is en beliegt, wat hij
prompt doet en zonder blozen. De kudde zegt de leugens van haar
leider na met dezelfde onverschilligheid waarmee de koren in de hel
het refrein van Lucifer herhalen dat door de ijskoude, zwarte kosmos
galmt: Mijn naam is legioen, want wij zijn met velen.1
De kudde zelf, misleid, beseft niet meer dat zij van mensen is
gemaakt.
Antidepressiva
en pijnstillers bespoedigen de ontwikkeling van dementie. Bij de
pijnstillers zijn dat vooral opium en opioïden. Geheugenproblemen
alsook problemen met nog andere cognitieve functies treden vooral op
bij het gebruik van (de overigens bijzonder verslavende)
benzodiazepines die voorgeschreven worden tegen gevoelens van onrust
en angst en tegen slapeloosheid. Deze en nog andere medicijnen zijn
bijzonder verslavend en zo is het ook niet te verwonderen dat
intussen welhaast het merendeel van de bevolking er met de regelmaat
van de klok zijn toevlucht toe zoekt. Of beter: steeds meer mensen
krijgen die middelen voorgeschreven.
Die
voorschriften worden uiteraard opgesteld door artsen en artsen worden
gevormd door universiteitsprofessoren wiens onderzoek steeds vaker
gefinancierd wordt door farmaceutische firma's. Dat die firma's
beschikken over bijzonder veel macht, mag niemand verwonderen: met de
handel in medicijnen zijn grote geldsommen gemoeid, er is steeds meer
belangenvermenging in het spel en tenslotte gaat het zeker en vast
wat betreft de pijnbestrijders en de psychofarmaca over wat wij in de
volksmond zoal verstaan onder 'drugs'. Het gaat dus om drugshandel,
weliswaar legale en door geneesheren gecontroleerde drugshandel maar
niettemin handel in 'drugs'.
Brengt men
zich nu voor de geest dat ook de verboden hormonenhandel door artsen
- in dit geval veeartsen - 'gecontroleerd' wordt, terwijl het apert
gecontinueerde hormonengebruik na de moord op veearts Karel Van
Noppen er niet de minste twijfel laat over bestaan dat die controle
in werkelijkheid helemaal niets meer kan voorstellen. Maar als de
controle door veeartsen kennelijk niets vermag, wat vermag dan een
controle door artsen, in acht genomen dat de kapitalen waar het om
draait in de mensengeneeskunde nog veel groter zijn dan die inzake de
handel in producten voor de veefokkerij?
Onder het
regime van de nazi's werden onnutte burgers massaal opgeruimd, eerst
middels allerlei spitsvondige tactieken en in het zog daarvan ook
steeds meer op uiteindelijk de meest brutale manieren. Het volk werd
in de waan gelaten van de aan de gang zijnde massamoorden en die waan
werd versterkt door de algemene angst om ook echt te kunnen zien wat
zich in feite onder ieders ogen afspeelde. Mensen voelen immers aan
dat het veiliger is om bij het ontdekken van samenzweringen over
massamoordpartijen de andere kant op te kijken of, om het wat
scherper te stellen, dat ook zij zullen geviseerd (i.e.:
geliquideerd) worden van zodra zij het wagen om ook te zeggen wat
zij daadwerkelijk zien. Men denke aan 1984 van George
Orwell: macht manifesteert zich daar waar men mensen kan doen zeggen
dat één opgeteld bij één gelijk is aan drie. En uiteraard liegen
bijna alle mensen met de moordenaars mee omdat zij weten dat zij in
het andere geval voor hun leven moeten vrezen. De daders (van in dit
geval de genocide) worden met andere woorden het best geholpen door
hun slachtoffers zelf die op die manier immers aan de massamoord
hopen te ontkomen. Getuigen zijn gevaarlijk voor de moordenaars maar
als zij de andere kant op kijken, zijn ze eigenlijk onschadelijk, wat
wil zeggen zo goed als dood, zodat ze dan niet meer vermoord hoeven
te worden. De moordenaars zorgen ervoor dat eventuele getuigen de
andere kant op kijken, met name door hen bang te maken en wel
doodsbang. Maar een gelijkaardige tactiek speelt zich vandaag af voor
de ogen van in principe zowat iedereen.
Het plan
dat wordt bedisseld in de hogere kringen is momenteel niet langer dat
van de grote kweek maar volgens stoute tongen wel dat van de grote
zuiveringen, precies zoals dat ten tijde van Hitler het geval was,
die voor zijn Ariërs, zijn 'Herrenvolk', 'Lebensraum' zocht. Om
massaal mensen op te kunnen ruimen zonder iemand door heeft wat er
gebeurt, moet er uiteraard flink gelogen worden en wel op een
geloofwaardige manier en bovendien moet het plan van de
samenzweerders zelf verborgen blijven. Dat laatste gebeurt zoals de
ervaring leert het beste middels een voorwendsel of dus door een vals
plan in de plaats te stellen. En de ervaring leert ons tevens dat
leugens wonderwel een hoge geloofwaardigheid verkrijgen van zodra zij
worden beleden door zogenaamde autoriteiten. Concreet kan het plaatje
er dan als volgt uitzien.
Om mensen
massaal te kunnen 'opruimen' of 'opkuisen' - werkwoorden die niet
alleen gebruikt worden door extreemrechtse politici maar nu ook door
katholieke bisschoppen wanneer zij in paniek hun mond voorbijpraten -
moeten zij eerst gedemoniseerd worden of tenminste afgeschilderd als
'minderwaardig', als 'lebensunwertes
Leben', om eens in de taal van het nazisme te spreken. Omdat wij vandaag leven onder de heerschappij
van de mammon en derhalve het geld beschouwd wordt als het meest
waardevolle van alle dingen, worden mensen beschouwd als
minderwaardig van zodra zij minder gaan renderen ofwel wanneer zij
alsnog niet rendabel zijn.
Tot die
laatste categorie behoren uiteraard de ongeborenen die dankzij onze
democratische systemen heden zonder tegenspraak met gemak legaal
massaal geaborteerd kunnen worden. En de categorie van de niet
langer rendabele mensen of, in grote trekken, de gehandicapten en
de ouderen, krijgen het extra duwtje dat nodig is om hun
euthanasering te legaliseren middels enerzijds de wetenschappelijke
oordelen van professoren in de ethica (denk aan de uitspraak:
Niemand zal betwisten dat een wereld zonder mongooltjes een
betere wereld is) en anderzijds het (psychisch) gehandicapt
maken van bejaarden middels (wat dacht u van) de zogenaamde
'pijnstillers' en 'antidepressiva' die in feite alleen maar
pijnstilling als bijwerking hebben terwijl hun hoofdwerking bestaat
uit het veroorzaken van dementie - u voelt het al komen: dementie die
dan aanleiding geeft tot uitspraken als van voorzitters of
voorzitsters van zorgcentra in de zin van: Wij moeten eens
ernstig gaan nadenken over het legaal maken van euthanasie voor
demente bejaarden - waaronder uiteraard valt te verstaan:
zonder hun eigen toestemming).
Alles op
een rijtje, hebben we het hier over massamoord, over opruiming van de
menigte aan mensen die niet (langer) economisch rendabel zijn en die
in feite nog slechts een negatieve reden van bestaan hebben,
bijvoorbeeld omdat zij er beter niet waren, nota bene
zoals geen redelijk mens zal betwijfelen.
Maar het
snode plan zit beter in elkaar dan men op het eerste zicht kon
vermoeden want de ouderen en de andere onnutte elementen van wie men
zich wil ontdoen, kunnen uiteraard niet zomaar worden
ge-euthanaseerd: zij dienen eerst in een toestand gebracht te worden
waarin zij zich nog nauwelijks bewust zijn van het eigen bestaan,
zodat men dan over hen kan zeggen dat het quasi geen verschil meer
uitmaakt of zij nu nog in leven zijn of niet.
Nu staat
het als een paaltje boven water: in die toestand tussen zijn en
niet-zijn, welke nodig is om te kunnen beweren dat het geen verschil
meer uitmaakt of men al dan niet leeft, kan men massa's mensen
brengen door hen massaal opium te laten slikken alsook
benzodiazepines en nog andere dergelijke troep. En men dient op te
merken dat de werking van die medicijnen erin bestaat dat zij
mensen dement maken, terwijl (fysieke en psychische)
pijnstilling niet meer is dan een bijwerking die overigens ook eigen
is aan de consumptie van vele andere drugs zoals alcohol, tabak en
cannabis.
(J.B.,
16 september 2023)
15-09-2023
Thomas a Kempis, De navolging van Christus - facsimile
Thomas a Kempis, De navolging van Christus - facsimile
Nederlandse vertaling door Willem Cloos
Thomas a Kempis, De navolging van Christus
Thomas a Kempis, De navolging van Christus
<<<Deze link opent op Boek II bij de hoofdstukken 11 en 12.
14-09-2023
âWij staan aan de kant van hemâ
Wij
staan aan de kant van hem
Op
11 september 2023 citeert het VRT-nieuws de Antwerpse bisschop1
Bonny over de Tv-serie "Godvergeten"
met de uitspraak dat hij "geen
priester geworden is om dit te moeten opkuisen"2,
waarbij hij ontegenzeggelijk verwijst naar de schande voortspruitend
uit de misdaad en de zonde van het kindermisbruik in de kerk en naar
de praktijk van het verborgen houden van die misdaad welke zich
uitstrekt over vele decennia - zo niet over vele eeuwen - en die
wellicht nog altijd gangbaar was indien hij niet aan het licht werd
gebracht door enkelingen aan wie de kerk dit allerminst in dank heeft
afgenomen.
Wat
in deze uitspraak menigeen tegen de borst stoot, is het aperte
contrast van de bisschoppelijke woorden met de kern van de
christelijke geloofsbelijdenis waarvoor 'priesters' (wat betekent:
'vooraanstaanden' of 'voorbeelden'3)
verondersteld worden het prototype te zijn voor alle anderen, meer
bepaald inzake de navolging van Christus wiens reden van bestaan het
is om de zonden van anderen uit te boeten teneinde voor hen de
toegang tot het geluk mogelijk te maken. En krachtens het bestaan van
de kerk van Christus die volgens het Katholieke geloof Zijn verrezen
lichaam is, ligt aldus voor de kerk nog steeds diezelfde reden van
bestaan in die navolging van haar stichter. Over die navolging
schreef de in de zogenaamde 'waanzinnige veertiende eeuw'4
geboren Thomas Haemerken, alias de mysticus Thomas a Kempis, het ook
naar het Nederlands vertaalde boekje 'De
imitatione Christi'
('Over
de navolging van Christus').
De navolging van Christus betekent het opnemen van het kruis dat
ingevolge de erfzonde (en voor Christus zelf ingevolge de
vereenzelviging van Zijn wil met die van de Vader) op de menselijke
schouders rust.
Wanneer
mensen die zichzelf christelijke voorbeelden achten, verklaren dat
zij geen voorbeeld geworden zijn om andermans zonden uit te boeten
zoals ook Christus deed, stelt zich de vraag wie dan wel hun
voorbeeld mag zijn. Overigens ook hun aperte huiver voor de schande
om in de ogen van de anderen voor een misdadiger door te gaan, staat
in schril contrast met wat Christus zelf op dat vlak te doorstaan had
door als een misdadiger aan de schandpaal te worden genageld.
Kennelijk verkiezen die christelijke 'voorbeelden' dan toch de schuld
boven de schande, in acht genomen het feit dat de schande resulteert
uit het openbaar worden van schuld, wat inhoudt dat deze
'voorbeelden' zich niet zozeer door het geweten laten leiden maar
veeleer door wat anderen over hen denken en zeggen.
En
wie mag dan wél het voorbeeld van deze bisschoppen zijn? Een
verklaring van de genoemde ongeloofwaardigheid voortspruitend uit het
verkiezen van de goede reputatie boven het goede geweten, wordt ons
gegeven door niemand minder dan de grote Russische schrijver Fjodor
Michajlovitsj Dostojevski, meer bepaald in de raamvertelling 'De
Grootinquisiteur van Sevilla' in
zijn roman 'De
Gebroeders Karamazov' uit
1879-1880.
Daar immers verklaart de grootinquisiteur die het hoofd van de kerk
vertegenwoordigt dat de kerk allerminst door Christus wordt geleid
maar wel door de daar niet expliciet genoemde afvallige engel
Lucifer.
(J.B.,
14 september 2023)
Verwijzingen:
Zie
ook: Thomas a Kempis, Over de navolging van Christus,
Nederlandstalige tekst:
3'Priester' betekent 'voorganger', zowel in de
betekenis van 'hij die anderen voorafgegaan is' (meer bepaald
in de tijd) of dus de 'ouderling' (het Griekse 'πρεσβύτερος'
('presbuteros') of het Latijnse 'presbyter')
als in de betekenis van vooraanstaande (cfr. het Latijnse werkwoord
'prae-stare', waarvan de letterlijke vertaling 'vooraan
staan' is).
4Deze
benaming is afkomstig van de Amerikaanse historica Barbara Tuchman
naar haar boek uit 1978, getiteld:
A Distant Mirror: The Calamitous 14th Century waarin
zij de verwantschap van de veertiende-eeuwse calamiteiten zoals de
pest, de honderdjarige oorlog en de plunderingen met die van haar
eigen (twintigste) eeuw (met name de verschrikking van de Eerste
Wereldoorlog) wil aan het licht brengen.
12-09-2023
Papaoutai
Papaoutai
Alleen volstrekte onverschilligheid kan het ongeloof
voeden in wat in het verlengde van de Oekraïense oorlog in de nabije
toekomst in Europa te gebeuren staat. Momenteel zijn daar minstens
vijftigduizend Russische soldaten gesneuveld1
en waar onnadenkende westerlingen dit menen te moeten beschouwen als
een trofee, ziet de werkelijkheid er heel anders uit: vijftigduizend
dode soldaten waarvan het merendeel jonge vaders, zijn vijftigduizend
gezinnen, vaak met kleine kinderen, die zich afvragen waar hun vader
blijft, die dag in dag uit wenen en onafgebroken aan moeders rokken
trekken. Papaoutai.
De auteur van Papaoutai verloor zelf als kind
zijn vader in een oorlog - de Rwandese genocide2
en de kreet van het achterblijvende jongetje echoot na vele jaren
niet alleen wereldwijd na maar brengt ook de ellende van het heden in
het vizier en maakt voelbaar wat ons in de nabije toekomst te wachten
staat - alleen criminelen en mensen met dementie hebben daar geen
oren naar.
Papaoutai.
En de moeders hebben geleerd beleefd te blijven, te zwijgen en te
glimlachen - in koor scanderen zij Cheese
maar
er ligt een vloek op de houdbaarheid van dat liedje en alras zullen
de vele wezen volwassen worden en het westen verwensen. En bij alleen
maar een wens zal het gewis niet blijven. Alle dingen lijken
onderhevig aan een noodlottigheid.
In
de Indische kosmogonische mythe gaat alles in een onophoudelijk
cirkelgang als van een rad met telkens een opgang en een ondergang en
die eindtijd wordt gesymboliseerd door de godin Kali die het prayala
inluidt: een duistere tijd die miljarden jaren duurt. Een fragment
uit de samenvatting in Wikipedia:
(Kali)
is de grote moederfiguur die beschermt. Zoals een baarmoeder die in
duisternis nieuw leven in zich kan doen ontstaan. Ze is naakt en
zwart. Ze staat symbool voor zuivere goddelijke duisternis met
oneindige macht, pure energie, die in de eindtijd alle onzuivere
zwarte demonen vernietigt. (Met haar begint) het zwarte tijdperk
(...) wanneer de spiritualiteit verloren gaat en de demonen de
overhand krijgen. ( ) Kali hakt al de demonen de kop af met een
kromzwaard. ( ) De harmonie wordt hersteld (wanneer)
alles
verdwijnt in de grote duisternis: pralaya. (...)3
Quasi
onmiddellijk na de start van de verkoop van de staatsbons hebben de
Belgen gezamenlijk voor 22 miljard euro aan staatsbons uitgegeven: de
initiatiefnemers noemen het een succes maar de actie heeft haar doel
nimmer bereikt want de door de banken toegekende renten bleven
onveranderd. We gingen te rade bij Omsk Van Togenbirger.
-
Mijnheer Van Togenbirger, mogen wij u wat vragen over de staatsbon.
OVT:
Jazeker maar ik waarschuw u dat ik geen econoom ben en ik raad u aan
om te rade te gaan bij een econoom of hebt u dan geen vertrouwen in
onze economen?
Ik
heb het gevoel dat ook zij de bomen niet meer zien van het bos.
OVT: Tja,
dat is natuurlijk een algemene plaag: wie willen weten hoe laat het
is, moeten zeker niet naar de horlogewinkel stappen want daar hangen
honderden uurwerken die allemaal een verschillende tijd aangeven; wie
problemen hebben met de gezondheid, zullen alras ondervinden dat er
zoveel verschillende diagnoses én therapieën zijn als er artsen
rondlopen en zelfs de talloze weerberichten spreken elkaar allemaal
tegen. En vraag je uitleg aan je bankier als je problemen hebt met
het beleggen van je geld, dan zal zijn antwoord gekleurd worden, om
niet te zeggen bepaald worden door zijn persoonlijk winstbejag...
Hij
zal je naar zijn vrienden toe zenden?
OVT:
Bijvoorbeeld. We leven nu eenmaal in het tijdperk van leugen en
bedrog, het tijdperk van de voorwendsels en de geheel verborgen
eigenlijke doelen, het tijdperk ook van de meest schaamteloze
belijdenissen van de meest onzinnige onwaarheden.
En
precies daarom komen we bij u met onze vraag.
OVT: En dat
is?
Wat
is een staatsbon? En moeten we die kopen?
OVT: Kijk
naar de vogelen des hemels en de bloemen in het veld: zij zaaien en
zij maaien niet en toch is geen van u schoner gekleed dan deze
schepselen, ha! Maar ik veronderstel dat ik geacht word om abstractie
te maken van die waarheid en om uw vraag even ernstig te nemen als u
doet met uw geld?
Als
het u belieft, mijnheer Van Togenbirger...
OVT:
Schandalig is het, dat dit wel uw grootste zorg lijkt, maar goed, het
is niet anders. Ik zal u een antwoord geven omdat het waar is dat gij
overal belogen wordt met deze kwesties. Men mag er niet aan denken
wat er vandaag met de waarheid allemaal gebeurt, er staan helemaal
geen remmen meer op al die duivelse praktijken... Maar beloof mij
eerst dat u mij niet zult verwijten dat ik een betweter ben want
herinner u dat het eerste wat ik u geantwoord hebt, is dat ik geen
econoom ben en dat ik u de raad geef om bij een econoom aan te
kloppen. Hemeltje, wat een perversies! Ik word er echt niet goed
van...
Ik
zal u van niets van dit alles betichten, dat beloof ik u. U hebt ons
trouwens ook een uitgebreid antwoord gegeven op onze vraag met
betrekking tot de historie van de Congo, de geschiedenis van de
slavernij, de rol van het katholicisme in het beschavingsproces en
nog andere zaken met betrekking tot de volksgezondheid.
OVT: Dat is
waar en u bent daarvan getuige geweest dat het mij allemaal niet in
dank is afgenomen. De leugenaars daarentegen hebben allerlei prijzen
ontvangen, eretitels en ook heel veel geld maar dat gun ik hen
allemaal want wie de waarheid verkopen, verkopen hun eigen ziel en al
de hier opgesomde baten kunnen dat hoe dan ook nooit meer goedmaken,
helaas! Hebt gij overigens ook gelezen in het nieuws dat onze vorsten
tegen binnen een zevental jaren het Jubelpark een beurt willen geven
voor de viering van tweehonderd jaar België? Ze zijn in staat, hou
het eens in de gaten, om een krans neer te leggen bij een voor de
gelegenheid te improviseren gedenkteken van Patrice Lumumba. De
hypocrisie kent waarlijk geen grenzen meer. Maar laat ik het nu
hebben over de kwestie die u mij hebt voorgelegd: de staatsbon!
Bij
voorbaat dank!
OVT: Ik kan
daar eigenlijk heel kort over wezen, weet u? En ik zal dat doen ook,
als u geen bezwaar hebt?
Wij
luisteren met aandacht!
OVT: Een
staatsbon is een aandeel van het bedrijf dat de staat is. Wie een
staatsbon kopen, kopen een aandeel van de staat en worden
mede-eigenaar van de staat. Een staatsbon kopen is in feite geld
lenen aan de staat. En daar hebben we meteen het antwoord op uw
tweede vraag: als de staat wenst dat wij haar geld lenen, kan dat
niets anders betekenen dan dat zij blut is. Of vergis ik mij?
Het
lijkt mij logisch dat wie geld van iemand willen lenen, er een tekort
aan hebben, ja. Daarom ook betalen zij aan hun leners een flinke
interest.
OVT: En dat
is dus het lokmiddel, maar u zult meteen begrijpen waarom dit een
bedrieglijk lokmiddel is als u zich ook realiseert dat de staat de
waarde van het geld kan laten zakken zoals het haar zint.
Is
dat zo?
OVT: De
nationale bank - en nu met de euro gaat het uiteraard om een Europese
geldstichting - heeft bij mijn beste weten de munt al eerder laten
devalueren en de staatslieden zullen er zeker en vast wel voor zorgen
dat dit ook nu gebeurt en wel in die mate dat het de rente die zij
uitbetaalt, ruimschoots zal overtreffen. Maar u kent nu al het
antwoord op uw vraag of het goed is dat u staatsbons koopt: als u dat
doet, wordt u immers mede-eigenaar van een schuldenberg.
Wat
u daar zegt...
OVT: En het
gaat om een enorme schuldenberg. Hier en elders in Europa, het is
immers oorlog. Het vertrouwen van de mensen in de staat is daarom
gewoon surrealistisch, mijn beste! En meer heb ik daarover eigenlijk
niet te zeggen. Andermaal, ik ben helemaal geen econoom! Maar ik hoop
dat ik u tevreden heb kunnen stellen, al kan ik mij indenken dat u
liever een heel andere uitleg had gehoord over die zaak omtrent uw
beminde centjes. Een fijne dag nog!
(J.B., 9
september 2023)
05-09-2023
Repressie - Aflevering 5: âMoorden om te besparen!â
Repressie
Aflevering
5: Moorden om te besparen!
Repressie
is het verbergen van moord en massamoord door het verzwijgen van de
moordenaars zelf en van hun moorddadige activiteiten en door het
voorstellen van de activiteit van de moord als een gebeurtenis (die
nu eenmaal had plaats te vinden buiten de wil van ongeacht wie om).
Vervolgens worden degenen die geacht worden de feiten te verslaan,
onder druk gezet om hun vakkennis zodanig aan te wenden dat het voor
de lezer moet lijken alsof er helemaal niets met opzet werd gedaan en
alsof het gaat om een gebeurtenis die geheel los staat van wat mensen
zoal zouden kunnen denken, willen of doen.
Het is al
ruim twintig jaar aan de gang maar nu kon het uiteindelijk niet
langer meer uit het nieuws gehouden worden: steeds vaker zijn voor
vele mensen levensnoodzakelijke geneesmiddelen niet meer te
verkrijgen en noch de dokters noch de apothekers hebben een ander
antwoord op de vraag hoe dat dan komt en dat dit dan toch zeker niet
te verantwoorden is, dan de volgende verkapte en omfloerste
schuldbekentenis welke hier op neerkomt: de staat zou veel meer
kunnen doen om te verhinderen dat vaak levensbelangrijke medicijnen
niet meer voorradig zijn voor steeds meer mensen.
De staat
laat dus toe dat zekere levensbelangrijke medicijnen niet meer
verkrijgbaar zijn. De staat gedoogt dat mensen sterven in gevolge het
onverkrijgbaar zijn van zekere medicijnen. De staat veroorzaakt de
dood van een steeds groter aantal mensen en zij doet dat op een wel
zeer verkapte manier, met name door er voor te zorgen dat die mensen
de medicijnen die hen in leven moeten houden, niet langer kunnen
kopen.
Het gaat
hier wel te verstaan om zieke mensen, mensen die vaak helemaal niet
meer economisch rendabel zijn maar die daarentegen dikwijls veel geld
kosten aan de maatschappij en die des te meer geld gaan kosten
naarmate zij ook langer in leven moeten worden gehouden. Met nog
andere woorden: door een zekere categorie van mensen te doden,
bespaart de staat een grote som geld. Moorden om te besparen?
Moorden
om te besparen is de titel van een paragraaf in het hoofdstuk,
getiteld: Corona, het nieuwe Zyklon-B op de pp. 468-469
in het boek d.d. 2022, getiteld: Het grote interview met Omsk
Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereld.
Voor wie zou denken dat een en ander uit de lucht gegrepen werd,
wordt hierna de tekst herhaald. De gevoelige lezer wordt gewaarschuwd
want het gaat om feiten. Bovendien werd intussen ook wetenschappelijk
aangetoond dat de ambtenaren uit de streek en uit de periode waar
deze tekst op slaat, geen mensen waren met een abnormaal laag IQ en
ook geen criminelen. Het gaat om ambtenaren die met andere woorden
helemaal niet verschillen van bijvoorbeeld de Belgische ambtenaren
van vandaag, de dag waarop het Tv-nieuws berichtte over het
onverklaarbare onverkrijgbaar zijn van steeds meer
levensnoodzakelijke medicijnen. Hier volgt dan de tekst in kwestie.
De citaten zijn van de hand van Duitse ambtenaren en dateren van
1941.
Moorden
om te besparen!
De
voorzieningen voor euthanasie rapporteerden wekelijks aan het centrum
in Berlijn hoeveel patiënten gedood werden maar die gegevens werden
vernietigd voor het einde van de oorlog. Toch kwam men er later
achter dat in Grafeneck in 1940 meer dan 10.000 patiënten gedood
werden. Eenzelfde aantal in Hadamar. In totaal waren dat van januari
1940 tot augustus 1941, 70.273 [in feite uiteindelijk: 71.088]
patiënten. Een werkgever aldaar beschrijft een viering onder
werknemers als volgt: Onder
de lunch ( ) verklaarde dr. Berner dat er die dag 10.000 lijken
zouden verbrand worden, een gebeuren dat zou bijgewoond worden door
het voltallige personeel. 's Avond in de hall kreeg iedereen een fles
bier en daarna zakten we af naar de kelder. Op een brancard lag het
naakte lichaam van een man met een waterhoofd. ( ) De 'cremators'
legden het lichaam in een soort trog en duwden het in de oven. De
heer M., verkleed als pastoor, sprak een lijkrede uit. (...)Dan volgt een macabere berekening: In
de veronderstelling dat de [71.088] patiënten nog gemiddeld tien
jaar te leven hadden en wetende dat zij 3,5 Reichsmark per dag
kostten, berekende men dat in de genoemde periode de massamoorden een
besparing hadden opgeleverd van 885.439.800 Reichsmark. De besparing
aan voedsel bedroeg 141.775.573,8 Reichsmark.1
(Wordt
vervolgd)
(J.B., 5
september 2023)
1Nazi Mass Murder. A Documentary History of the Use of Poison Gas,
Edited by Eugen Kogon, Hermann Langbein and Adalbert Rückerl,
Yale University Press, New Haven and London, English-language
edition 1993 by Yale University. (Oorspr.: Nationalsozialistische
Massentötungen durch Giftgas: Eine Dokumentation, by S. Fischer
Verlag GmbH, Frankfurt a.M. 1983), pp. 36-37. Zie: Jan Bauwens, Het
grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de
totalitaire wereld, Serskamp
2022, pp. 468-469.
03-09-2023
Repressie - Aflevering 4
Repressie
Aflevering
4
De algemene
secularisering van de wereld ging gepaard met een aantal
gedaanteverwisselingen. Eerwaarde heer pastoor werd vervangen door
mijnheer doktoor, de gezond makende hosties in de sacristie werden de
pillen in de apotheek, siroop kwam in de plaats van wijn; ter
vervanging van het exorcisme door het doopsel kwam de uitdrijving van
het virus door het vaccin - periodiek te hernieuwen zoals ook de
inentingen; de toverformules werden scheikundige formules; de
gelovige is nu de patiënt; het kerkgebouw, de kliniek; de
biechtvader werd de psychiater; de kerk, universiteit en de dogma's,
axioma's; het geloof, wetenschap. Maar een bijzondere
gedaanteverwisseling is wel die van de donderpreken.
Donderpreken
(ook 'zedenpreken' of 'hellepreken' genoemd) werden onder meer
gehouden in parochiekerken door bij voorkeur predikheren (Ordo
Praedicatorum) of dominicanen (in eigen gelederen sprak men over
Domini canes, Latijn
voor honden des Heren) - destijds
belast met de inquisitie en hun tirades handelden over de
voortdurende dreiging van het verloren gaan van de ziel in het
eeuwige hellevuur ten gevolge van de zonden. Wie zonder zonde
is, werpe de eerste steen: enerzijds houden de woorden van de
Heer zelf in dat alle mensen zondaars zijn en anderzijds leert reeds
het Oude Testament dat de slang de listigste is van alle
dieren is, zodat wellicht niemand in staat is om haar listen
te doorzien en zo zondigt derhalve ongetwijfeld elke sterveling, zo
is de gemeenschap van de uitverkorenen klein en zo moet het wel heel
waarschijnlijk zijn dat de hel zo niet voor iedereen, dan toch voor
de meerderheid van de mensen de eindbestemming zal zijn van het
bestaan. Omdat dominicanen bovendien biechtvaders waren, wisten zij
de gelovigen ook doeltreffend te vermanen en zij deden dat door de
dreiging van het allerergste kwaad middels hun preken tot leven te
wekken in de geesten van hun toehoorders. In de kerk, zo beweren de
laatste getuigen, kon men een muis horen lopen; de gelovigen zaten
aan hun stoel genageld en het angstzweet brak hen uit; sommigen
vielen in zwijm en te oordelen naar de opbrengst van de telkenmale op
de preek volgende geldinzamelacties moet de gemaakte indruk altijd
gigantisch zijn geweest.
Althans in
onze contreien bestaan zondagsmissen nog nauwelijks, laat staan
hellepreken, maar dat betekent niet dat ook zij niet getransformeerd
werden in - zo mogelijk - iets nog veel ergers, zoals de vaccinatie
ook veel erger is dan het doopsel en de pijnstillers en andere pillen
ingrijpender en schadelijker dan de heilige hostie van weleer. Het
preekgestoelte van vandaag is de heilige televisie, vedetten
vervangen er de heiligen van uit de tijd, de kijkbuiskinderen worden
op de hoogte gehouden van het reilen en zeilen in de kerk - de wereld
- en zij worden ook vermaand en op het rechte pad gehouden want welke
biechtvader kan tippen aan Facebook, Twitter en hoe heten die Meta
Platforms ook allemaal, die geautomatiseerde klaagmuren en
bekentenisverzamelaars?
Verdoken
zijn de boodschappen die via de mediakanalen worden doorgegeven via
soaps en Holywood-producties ('Holywood' betekent 'Sanctus Boscum',
'Heilig Woud') en die ook niemand mist omdat elkeen eraan gekluisterd
zit omwille van de trends en modes, de muziek en, ja, de ontelbare
'heiligen', die ons voorzeggen en voordoen hoe het moet en wee
degenen die niet volgen, die geen 'volgers' zijn, want hen ontgaat
alras wat 'in' is en al wie niet mee zijn, vallen genadeloos uit de
boot: zij behoren niet langer tot de uitverkorenen, zij worden niet
getolereerd, zij worden verbannen, zij belanden in de hedendaagse
hel.
Repressie
bestaat waar televisie koning is, en leugenachtige nieuwsberichten,
oorlogspropaganda, zwijgplicht waar alle 'leiders' schaamteloos
zichzelf verrijken, corrupt blijken en miljarden-industrieën naar de
mond praten om mee te kunnen likken van het potje. Maar bloed kleeft
aan hun handen want repressie zonder bloedvergieten is ondenkbaar,
alleen wordt het oorzakelijk verband tussen daders en slachtoffers
wat mistiger gemaakt. Zoals ook het kwaad, waarmee men dan om 't even
welke kant op kan, zodat men altijd wel een stok vindt om willekeurig
welke hond te slaan. Ja, de slang is het listigste onder alle dieren,
alleen kronkelt zij niet langer in het zand, zij troont daarentegen
in den hoge, welhaast onaantastbaar op haar Meta-Platform, zoals
Moloch en Mammon.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
3 september 2023)
01-09-2023
Repressie - Aflevering 3
Repressie
Aflevering
3
Repressie
werkt middels polarisering of verdeling van het volk teneinde er te
kunnen over heersen. Polarisering wordt bekomen door het
stigmatiseren van een zeker deel van het volk waarbij het achter het
stigma veronderstelde kwaad zo vaag wordt gehouden dat het eigenlijk
alleen maar bestaat in de geesten van de mensen. Het bestaat daar dan
bovendien alleen maar ingevolge het feit dat het door de machthebbers
aan iedereen werd opgedrongen maar dan wel op de manier waarop men
aan mensen leugens opdringt, op de manier waarop men mensen doet
belijden dat één opgeteld bij één gelijk is aan drie.
Vandaag is
het kerstmis, zo verkondigt men van op de kansel: vandaag is de zoon
van god geboren. En de toeschouwers, het ganse volk, beamen dit
zonder protest en belijden dit ook. Alom worden stalletjes gebouwd
met beeldjes die uitbeelden hetgeen men voorhoudt te geloven. Men
doet alsof het waar is wat van op de kansel wordt verkondigd terwijl
men heel goed weet dat dit niet meer is dan een spel, een fictie.
Repressie is het opdringen van zekere ficties aan het volk; repressie
is het vastleggen van spelregels waaraan iedereen zich dient te
houden die erbij wil blijven horen; repressie is het voorstellen van
een leugen als de ene en enige waarheid waarbij verwacht wordt dat
elkeen die aanneemt en belijdt. Repressie is het toekennen van
specifieke rollen aan alle burgers of ook nog het onthouden van een
rol aan wie bij voorbaat uitgesloten worden van het spel.
Zonder
repressie is het maatschappelijke rollenspel weliswaar onmogelijk
maar daar waar meer fictie wordt geschapen dan absoluut noodzakelijk
is om een samenleving mogelijk te maken, bestaat repressie in de
pejoratieve betekenis van het woord. Zekere ficties dienen immers
enkel de belangen van zekere groepen; met welbepaalde ficties beroven
welbepaalde groepen de anderen.
Een gekend
voorbeeld van zo'n fictie is de auto die wordt verkocht als een
middel om tijd te winnen terwijl tijdwinst via de auto enkel
weggelegd is voor wie een bepaald inkomen hebben omdat alleen zij
genoeg verdienen en dus minder tijd moeten investeren in het
bekostigen van hun auto dan dat deze hun tijdwinst kan opleveren.
Voor alle anderen kost de auto meer tijd dan dat hij hen laat winnen
omdat hun inkomen te laag is. Voor hen is de auto een fictie. Voor
grootverdieners levert de auto tijdwinst op maar dezelfde auto
berooft mensen met een relatief laag inkomen van hun tijd en voor
deze laatsten is de auto derhalve een illusie, hij bestaat niet. De
auto, de wasmachine, de stofzuiger, de tuinknecht, de computer, de
smartphone en noem maar op: alle moderne prutsen dienen slechts de
belangen van de mensen uit de hogere klassen terwijl zij de mensen
uit de lagere klassen doen inleveren. De moderne tijd is een
verrijking voor de rijken maar voor de armen is hij een hel.
Repressie is het opdringen van al die alles behalve verrijkende
prutsen die aan iedereen, ook aan de grote meerderheid van de mensen
voor wie zij ficties zijn en die (vaak zonder dat zij zich er ook
heel goed van bewust zijn) daarvan groot nadeel moeten ondervinden
omdat ze noch begerenswaardig noch rendabel zijn maar daarentegen
irritant en peperduur.
(Wordt
vervolgd)
(J.B., 1
september 2023)
31-08-2023
Repressie - Aflevering 2
Repressie
Aflevering
2
Een
wereldwijde repressie is aan de gang ten aanzien van
bevolkingsgroepen die weerstand bieden aan machthebbers die proberen
te verhinderen dat de waarheid omtrent hetgeen zij doen geschieden
aan het licht komt. Deze repressie voltrekt zich middels de tactiek
van het divide et impera-principe van Philippus II van
Macedonië uit de vierde eeuw voor Christus. Het gaat om een
overheersingsstrategie uit de Oudheid die al vaak werd toegepast bij
oorlogsvoering, in de katholieke kerk en in de Europese koloniale
politiek. De Nederlandse socioloog Abram de Swaan onderzocht deze
tactiek bijzonder grondig met betrekking tot de Rwandese genocide
waarbij heel duidelijk aan het licht kwam dat verdrukking door
verdrukkers welhaast dwangmatig wordt gepleegd vanuit de angst om bij
de aan de gang zijnde tweestrijd zelf te worden verdrukt: het hele
gebeuren verwordt namelijk tot een zaak van doden of gedood worden.
Polarisering
ontstaat van zodra een bevolkingsgroep beticht wordt van een of ander
schandaliserend kwaad: niemand wil met de geschandaliseerden nog iets
te maken hebben en iedereen haast zich ervoor zich van hen te
distantiëren, wat resulteert in de vervolging van de beschuldigden
door alle anderen. De beschuldigingsdrang ontstaat vanuit de bij
iedereen levende angst om zelf beschuldigd te worden en zij blijkt
vaak het enige middel waarmee men kan pogen zich van beschuldigingen
te vrijwaren. Een gekend concreet voorbeeld, op zekere lagen van de
bevolking van toepassing, is het in jongerenculturen gevreesde
verwijt om door de anderen voor een 'mietje' te worden gehouden en
vaak beperkt zich het enig mogelijke verweer hiertegen in het zich
aansluiten bij de groep van de pesters. Men pest om te ontkomen aan
het gepest worden.
Mensen
werken zichzelf in nesten voor de schone ogen van de anderen en in de
concurrentieslag waarbij men zich beter tracht voor te doen dan men
is, pijnigt men zichzelf steeds vaker tot het bittere einde.
Armlastigen spenderen hun laatste duit aan bedrieglijke tekenen van
rijkdom om niet als armlastig ontdekt en bestempeld te worden, homo's
kruipen in de kast om zichzelf niet te verraden terwijl zij het op
die manier juist wél doen en op nog tal van andere wijzen wordt een
zekere schijn hoog gehouden ten koste van het eigen zijn. De
achterliggende waarheid is uiteraard deze dat wij sociale wezens
zijn, uitermate beducht voor uitsluiting uit de groep, een straf die
sinds oudsher als de allerergste staat geboekstaafd; overigens wordt
ook de hel door de theologen gedefinieerd als een toestand waarbij
men beroofd is van alle contact met de anderen.
Repressie
bestaat nu precies in de 'kunst' van zekere machthebbers om het volk
te dwingen tot het doen van belijdenissen en bekentenissen die niet
de hunne zijn en tot het uitspreken tegen beter weten in van door de
heersers gecultiveerde onwaarheden. De geloofsbelijdenis (van bij
uitstek de katholieke kerk) is hiervan nog steeds het toonaangevende
voorbeeld: zogenaamd gelovigen getuigen van het bestaan van een
verregaande repressie door hun religieuze oversten met het op straffe
van verbanning belijden van zaken waar geen zinnig mens kan achter
staan, een tactiek die meesterlijk werd ontrafeld door George Orwell
in zijn 1984: repressie manifesteert zich volgens dat meesterwerk
daar waar men anderen kan doen belijden dat één opgeteld bij één
gelijk is aan drie.
De
parameter voor macht is het succes waarmee het verbod op het spreken
van de waarheid gehandhaafd wordt. In de Doema worden door de
opperste bevelhebber gepromoveerd degenen die zich bereid hebben
getoond om voor hem te moorden, zoals bijvoorbeeld gebleken is na de
moord met radioactief Polonium 210 op de Russische spion Alexander
Litvinenko in 2006, wat door diens weduwe in de media werd
uitgebracht. Gesneuvelde frontsoldaten worden met eerbewijzen
overladen en gecompromitteerden in de Congolese genocide onder
Leopold II van België werden met belangrijke eerbewijzen en posten
beloond, evenals de talloze hypocriete opportunisten die hun uiterste
best doen om deze misdaden met verachtelijke leugens te verschonen.
De essentie van het Victoriaanse tijdperk bestaat in niets anders dan
in de etalering van de repressie met een defilé van volgelingen die
in alle ernst beamen dat de keizer kleren draagt. De snobs minachten
in hun preutsheid, waarvan de morele waarde vergelijkbaar is met de
artistieke waarde van de kitsch in de kunst, al wie korte broeken
dragen terwijl het kapitaal dat zij allerminst middels onverdroten
arbeid in het zweet des aanschijns verworven hebben, garandeert dat
zij zich aan aller oog onttrokken kunnen bezondigen aan allerhande
wellustigheden, wat dan private ondernemingen heten waarvan de
vrijheden in een politiestaat worden beschermd.
Bijzonder
aan het soort van polarisering dat vereist wordt om te kunnen
overgaan tot de overspannen toestand van beschuldigers en
beschuldigden die somtijds leidt tot ware genocide, is dat het kwaad
waarvan de ene groep de andere beticht, een zwevend karakter heeft,
moeilijk aanwijsbaar is, onduidelijk en veranderlijk. In het geval
van de strijd tussen Huttu's en Tutsi's in Rwanda ging het om het al
dan niet behoren tot hetzij de ene hetzij de andere stam, wat gepaard
ging met bijzonder onduidelijke kenmerken zoals de lichaamslengte of
het fysieke uitzicht. Bovendien was het vermeende onderscheid daar
geheel fictief en aangepraat door de overheersers die daarmee geen
andere bedoeling hadden dan het volk te verdelen en de twee groepen
tegen elkaar op te zetten. Huttu's tegen niet-Huttu's, mietjes tegen
niet-mietjes, autochtonen tegen inwijkelingen en blanken tegen
kleurlingen waarbij dan de afkomst onduidelijk of tweeslachtig is, de
huidskleur ondefinieerbaar getint, de identiteitsbewijzen
onbetrouwbaar, de getuigenissen misschien wel vals. In de nazitijd
veranderden de joden hun namen, waar racisme heerst proberen mensen
het uitzicht van huid en haar te wijzigen, men gaat liegen over
afkomst, geslacht, seksuele voorkeur en zo meer en de mensen
verwisselen hun bestaan voor dat van fictieve personages, zij leven
niet langer doch zij acteren, zij houden zich bezig met de vervalsing
van hun papieren, met het inoefenen van vreemde talen, met het
bijkleuren van hun huid en zij gaan schijnhuwelijken aan waarin de
beide partijen elkaar met liefdesverklaringen bedriegen tegen beter
weten in om te ontkomen aan vervolging. Het kwaad dat zweeft, is bij
voorkeur zelfs totaal fictief, zoals in het geval van de korte
broeken en het hoog niveau van de dames uit de badstad. Dat deze
fictie met de werkelijkheid wordt verwisseld is evenwel een bekend
gegeven uit de werelden van het totalitarisme omdat een dictatuur met
alles en met iedereen toch elke kant moet uit kunnen. Nergens blijkt
die willekeur zo groot als in De arrestatie uit de
Goelag Archipel van Alexandr Solzjenitsyn. Onder Stalin
werden uiteindelijk arrestaties verricht om te kunnen voldoen aan de
vereiste quota van de opdrachtgever: het kwaad was daar gewoonweg
onbestaand.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
31 augustus 2023)
30-08-2023
Repressie - Aflevering 1
Repressie
Aflevering
1
De
Belgische kolonie Congo werd op 30 juni 1960 onafhankelijk en daarna
werd de macht toegekend aan stromannen die tot op heden een verkapt
kolonialisme voerden om de westerse belangen in Afrika veilig te
stellen en daarbij werden opstandelingen zoals Patrice Lumumba door
het westen systematisch onschadelijk gemaakt. Maar Congo was niet de
enige Afrikaanse kolonie die in 1960 de zogenaamde onafhankelijkheid
verwierf en zo bijvoorbeeld veroverde op 3 augustus 1960 Niger de
onafhankelijkheid van Frankrijk en op 17 augustus 1960 was het de
beurt aan de Franse kolonie Gabon. Telkens kwamen daar dan stromannen
aan het bewind die voor de ogen van de wereld de schijn hoog moesten
houden dat het kolonialisme teneinde was terwijl de uitbuiting gewoon
doorging onder een andere vlag.
België
gelooft tegen binnen een zevental jaren het jubelpark te kunnen
opfleuren om daar het tweehonderdjarige bestaan van het land te
kunnen vieren - jawel, in het jubelpark, een van de megalomane
bouwwerken van koning Leopold II, opgericht met het fortuin dat onder
zijn alleenheerschappij verworven werd dankzij het bloed van naar
schatting acht tot twaalf miljoen zwarte Congolezen - maar in zeven
jaar tijd kan veel gebeuren. En zo is op 24 februari 2022 een van de
belangrijkste BRICS-landen de sinds 1991 onafhankelijke
democratie Oekraïne binnengevallen met als feitelijk gevolg een zich
almaar uitbreidende oorlog tussen het rijke noorden - dat de
Oekraïense democratie bijtreedt - en het arme zuiden - dat nu
gesteund wordt door onder meer Rusland en China die de belangrijkste
participanten zijn in de nieuwe alliantie van de zogenaamde de
BRICS-landen.
De toegang
tot de graanschuur van Europa werd versperd en ook de voorraden aan
voor het westen noodzakelijke grondstoffen waaraan Afrika zo rijk is,
dreigt buiten ons bereik te vallen nu, de ene na de andere, de
Afrikaanse landen de westerse stromannen verjagen met het plegen van
staatsgrepen, waarbij zij kennelijk geruggensteund worden door de
genoemde BRICS-alliantie waartoe intussen nog meer landen zijn
toegetreden.1
Het gaat daar tussen haakjes om een economische alliantie maar in de
praktijk blijkt het verbond ook en vooral politiek en militair van
aard te zijn omdat de band tussen economie en oorlog uiteraard
onlosmakelijk is. Op 26 juli l.l. was er de staatsgreep in Niger en
vandaag 30 augustus wordt de wereld geconfronteerd met een coup in
Gabon.2
De gang van
zaken was te voorzien, vooral sinds de recente samenkomst in
Sint-Petersburg, maar die historie wordt doodgezwegen zoals dat in
tijden van oorlog de gewoonte is omdat nieuws dan meer dan ooit moet
plaatsmaken voor propaganda en zo is het enige wat westerlingen nu
dagdagelijks en willens nillens in de vroege ochtend - want op hun
smartphone - te zien krijgen, the last moments van weer
een of ander Russisch vliegtuig aan het front, waarmee onverdroten
wordt gepoogd om de gemoederen op te hitsen en om de partijdigheid
aan te wakkeren in de aanloop naar de fatale dag dat wij allen
genadeloos naar het front zullen worden gestuurd om daar
andermaal te gaan sneuvelen zoals dat in het verleden altijd al het
geval is geweest. De tijd is rijp omdat, zoals de laatste getuigen
(van W.O.II) vreesden, na hun dood de fatale vergetelheid
onmiddellijk toeslaat. Niemand die het niet zelf meemaakte, weet wat
oorlog inhoudt en het inlevingsvermogen dienaangaande van een
ongeletterde en ik-zuchtige massa is vrijwel onbestaande.
Maar om
mensen naar het front te krijgen is meer nodig dan het aanwakkeren
van partijdigheid, supporterschap en ver te zoeken vaderlandsliefde
omdat frontsoldaten tenslotte met hun leven moeten spelen: iets dat
zwaarder dan het eigen leven weegt, moet in het spel worden naar
binnen gesleept, iets dat verhindert dat wie geïnviteerd worden om
te gaan vechten, 'neen' kunnen zeggen en dat vermag alleen de
dreiging van de schande.
Nu ligt de
geschiedenis van de wereldwijde pandemie nog vers in het geheugen en
men zal zich herinneren hoe absurde maatregelen gehandhaafd werden
met fikse boetes en gevangenisstraffen, met het systematisch en
schaamteloos fnuiken van de vrijheid van meningsuiting en van
beweging, en tenslotte middels het schandaliseren van wie geen gehoor
bleken te hebben voor het panel van deskundigen waaronder
wetenschappers, technocraten en politici die dagelijks en op een vast
tijdstip op Tv het publiek aanmaanden om alleen naar het
officiële nieuws te luisteren, een devies regelrecht uit de
dystopische toekomstroman van George Orwell. Tussen haakjes
geschiedde dit ondanks diepgaande onenigheid in medische middens
zowel over diagnose als over behandeling van de kwaal waarmee het
geneeskundige bedrijf zijn eigen krediet en ei-zo-na ook dat van de
zogenaamde 'wetenschappen' tout-court hebben verspeeld bij wie nog
durven na te denken - een malaise die bovendien onomkeerbaar werd
toen naderhand bleek dat zowat de helft van de Belgische huisartsen
hadden overwogen om er de brui aan te geven. Maar om terug te keren
naar het drukkingsmiddel - het wapen - van de schandalisering: men
herinnere zich de woorden van de Franse president Macron die in de
krant Le Parisien zegde vastbesloten te zijn de
niet-gevaccineerden "tot op het einde te willen pesten"
door "hen zoveel mogelijk de toegang tot activiteiten in het
sociaal leven te beperken" en vervolgens het feit dat toen
hij dat standpunt op een daaropvolgende persconferentie in het Elysée
met klem herhaalde, de Europese commissievoorzitster er het zwijgen
toe deed.3
De
schande weegt zwaarder dan ongeacht wat en het is dan ook het wapen
bij uitstek om niet alleen druk uit te oefenen maar om tevens gedaan
te krijgen wat onmogelijk lijkt. Die waarheid komt aan het licht in
het werk van de Nederlandse socioloog Abram de Swaan over de genocide
in Rwanda tussen Hutu's en Tutsi's, meer bepaald in zijn werk uit
2014, getiteld: Compartimenten van
vernietiging; over genocidale regimes en hun daders.4
Op de
bladzijde 134 schrijft de Swaan: Mensen
zoeken bescherming voor de dreiging die het regime met zo veel succes
heeft opgeroepen, en eisen dus drastische maatregelen tegen de
boosdoeners die het regime zelf heeft aangewezen.5
Al
dan niet moorddadige gedrag blijkt afhankelijk van omstandigheden
zoals sociale druk en nabijheid van de bevelhebbers en van de
slachtoffers.6
Maar situaties die van gewone burgers beulen maken, werden gecreëerd
door genocidale regimes en de vraag luidt hoe die dan konden
ontstaan. De Swaan laat Michael Mann aan het woord: Moorddadige
zuivering is modern omdat het de duistere kant van de democratie
is.7
Ook komen dictaturen vaak uit democratieën voort. Er is iets
aan de moderniteit dat dit bijzondere kwaad op een massale schaal los
maakt.8
Politici polariseren. Maar hoe ontstaat polarisatie?
Een
genocidaal regime kiest een bepaalde volksgroep uit als voorwerp van
massahaat gevolgd door een intensieve haatcampagne aansluitend
op reeds bestaande meningen en gevoelens.9
Maar het 'wij-zij'-denken gebeurt altijd in een dynamiek van
concurrentie: emoties veronderstellen belangen en vergezellen
ze, zegt Nico Frijda. En Freud had het over 'projectieve
identificatie': men loochent zijn gevoelens en men projecteert ze
(middels 'geruchten' - cf. D.L. Horowitz) op de ander en aldus wordt
het slachtoffer als dader afgeschilderd. H.F. Stein spreekt over
'antagonistische symbiose': het vijandsbeeld versterkt de
cohesie van de eigen groep.10
De
moderniteit heeft wellicht genocides gecombineerd met nieuwe
ideologieën of met nieuwe technologieën, maar het fenomeen zelf is
waarschijnlijk zo oud als de beschaving zelf.11Administratieve capaciteit,
logistieke middelen, militaire technologie en propaganda hebben het
potentieel van de staat voor het uitvoeren van genocidale campagnes
enorm vergroot.12De staat is de grootste
mensendoder in de moderne wereld maar zij wist de sporen van haar
vernietiging samen met haar documenten uit. (...) De meeste
slachtoffers (...) zijn ongewapende burgers
met als doelgroepen ras, etnie, geloof, nationaliteit, klasse of
politieke overtuiging ofwel werd lukraak terreur gezaaid.13
Staan we even stil bij de exemplarische Rwandese genocide.
De
massavernietiging van Tutsi's (T) (aristocraten) en verdachte Hutu's
(H) (boeren) door de Hutu-Power-beweging in Rwanda in het voorjaar
van 1994 (voorafgegaan door wederzijdse slachtingen in 1959 [door H
op T] en in 1962 [door T op H]) gebeurde met machetes maar bleek
zorgvuldig voorbereid. De VN onttrok zich aan haar
beschermingsplicht. H en T werden door de kolonisten bestempeld als
verschillende rassen - een puur verzinsel.14(...) de fanatiekste voorstanders van een erfelijk onderscheid
tussen T en H waren geobsedeerd door de mogelijkheid dat T zich als H
konden voordoen om zo verwarring en verdeeldheid te zaaien15
de referenties zijn identiteitskaarten... waarmee mogelijkerwijze
geknoeid werd en er zijn ook veel gemengde huwelijken. Toch
doodden de Hutu-Power-moordcommando's talloze Rwandezen puur op
verdenking van Tutsi-herkomst of connecties, of enkel vanwege
veronderstelde loyauteit aan Tutsi's.16
Uiterlijke Kenmerken zoals lichaamslengte hebben aanvankelijk niets
met ras te maken, wel met rijkdom, met al dan niet doorvoed zijn. Op
gelijkaardige wijze werd foutief een onderscheid verondersteld tussen
Khmer en Vietnamezen en tussen zuivere Ariërs en andere Duitsers.
In
Rwanda leidde de strijd tussen vermeend andere rassen in 1994 tot een
genocide met tot een miljoen Tutsi-slachtoffers. H mogen geen
medelijden hebben met T die 'kakkerlakken' worden genoemd zij
vertegenwoordigen het absolute kwaad en haat wordt emotieloze
vernietigingsdrang (desidentificatie); H moeten andere H als broeders
beschouwen (identificatie) deze berichten worden onophoudelijk via
de radio onder de H verspreid. Een radicalisering van deze aldus
reeds
bestaande gevoelens
leidde uiteindelijk tot de genocide van 1994 met als startsein de
dood van de Rwandese president Habyarimana na de aanslag op het
vliegtuig waarop ook de Burundese president zat. De T van het
Rwandees Patriottisch Front (RPF) werden geholpen door de Fransen die
vruchteloos probeerden het moorden te voorkomen. De T vielen
Oost-Congo binnen en Mobutu werd er vervangen door Kabila, waarna
burgertwisten 20 jaar lang miljoenen slachtoffers maakten terwijl de
wereld toekeek. De
doelbevolking van een genocidale haatcampagne hoeft niet een 'reële'
dreiging te vormen: dat was niet zo in het geval van de joden in
Duitsland; de Koelakken in de Sovjet-Unie hadden onteigend kunnen
worden in plaats van uitgeroeid; en het is moeilijk voor te stellen
dat de slachtoffers van de Culturele Revolutie in China een
bedreiging waren voor het Chinese communistische regime. In dit
opzicht wordt de betrekkelijke autonomie van de collectieve fantasie
nog eens bevestigd, vooral als die aangewakkerd wordt door de
propaganda van het regime.17
Binnenlandse instabiliteit, onzekere internationale relaties,
economische recessie, tekort aan landbouwgrond, bevolkingsexplosie en
navenante concurrentie maakten de toestand explosief. De moordenaars
werden door de overheid heimelijk gesteund maar de polarisatie was
allang voorbereid. Velen
werden gedwongen mee te doen om niet vermoord te worden.18
(het was dus mee moorden met de medestanders of door hen vermoord
worden) Er waren 100.000 tot 200.000 daders, de moordpartijen
gebeurden in een
sfeer van afschuw en opwinding maar ook van een wreedaardig
carnaval.19Alles
was erop gericht de kring van medeplichtigen uit te breiden20De
doelstellingen van het genocidale regime: een schoolvoorbeeld van
collectieve regressie in dienst van het regime21Het
was een
delirium van vernietiging
[aangemoedigd via de radio]in
het aanzicht van de militaire nederlaag.22
En de Rwandese genocide is in dit opzicht niet uniek. De
moordenaars creëerden gezamenlijk een mobiel, tijdelijk
moordcompartiment waarin alles geoorloofd was, waar morele geboden
niet meer golden, en waarin zij elkaar opzweepten tot een razernij
die ze tot doden dreef, tot de moord die hun razernij nog weer verder
opstookte. Aan het eind van de dag gingen de moordenaars naar huis en
hielden zich bezig met de dingen van alledag. De volgende dag konden
ze evengoed weer meegaan in de koortsige opwinding van de moordbende.
(...) Hierin lijken ze op sportfans die, gezamenlijk en tamelijk
onschuldig, een sfeer van extase en overgave creëren. (...) Ze
opereerden (...) binnen een compartiment van woeste wreedheid dat zij
zelf hadden opgetrokken op instigatie en onder dwang van het
heersende regime.23
Tot
daar de verwijzing naar het werk van de Swaan. We onthouden dat de
furie waarin (massa's) mensen ter dood worden gebracht, voorafgegaan
wordt door polarisering door politici geïnduceerd: het
wij-zij-denken, het stokpaardje van de populisten. Vervolgens haast
men zich om erbij te horen en het 'erbij horen' manifesteert zich op
geen andere manier dan door de 'anderen' te liquideren. Wie niet
meedoet met de moordpartijen, maakt zichzelf verdacht en riskeert
zelf vermoord te worden. Moord en uiteraard ook schandalisering werkt
op deze manier als een quasi geheel autonoom mechanisme; eenmaal de
machine in gang gezet, voltrekt de catastrofale vernietiging
zich als vanzelf. En dat is dan ook de beproefde tactiek waarmee
mensen massaal naar het front gekatapulteerd worden. Want wie
weigeren om te moorden, maken zich verdacht: zij situeren zich in het
vijandige kamp en dienen derhalve zelf vermoord te worden.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
30 augustus 2023)
1Op
24 augustus 2023, hebben zes nieuwe landen de BRICS-landen vervoegd,
wat officieel zal plaatsgrijpen op 1 januari 2024. De alliantie
bestaat heden uit Brazilië, Rusland, India, China, Zuid-Afrika,
Saudi-Arabië, Iran, Argentinië, Egypte, de Verenigde Arabische
Emiraten en Ethiopië. Zie:
http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/archief.php?ID=2558765
4Abram
de Swaan, The
Killing Compartments. On genocidal regimes and their perpetrators,
2014. (Nederlandse vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014). Samenvattend
volgen hierna enkele fragmenten uit onze artikelenreeks Verborgen
massamoord
d.d. 29.11 tot 11.12.2017. Zie:
https://www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=3039205
en volgende.
Op
27 augustus 2023 maakt het Brusselse mediahuis BRUZZ melding van het
opduiken van flyers in het Brusselse Zuidstation (met de prachtige
tekst: Daklozen
zijn geen overlast, zeg nee tegen repressie)
nadat daar zaterdagochtend l.l. een grootschalige politieactie
plaatsvond waarbij onder
meer daklozen werden aangemaand de regio rond het station te
verlaten.1
Minister
Annelies Verlinden had het in dat verband al over criminaliteit,
preventie en veiligheid2
waarmee ze doelt op het wegwerken van vervelende problemen voor de
economisch rendabele reizigers maar de primaire levensbehoeften van
de daklozen lijkt niet zozeer een punt: Bruzz schrijft over de
politiepatrouilles dat die ervoor
zorgen dat daklozen en andere mensen die voor overlast kunnen zorgen
zich niet opnieuw komen nestelen rond het treinstation.3
en haar reporter kon
vaststellen dat de urinegeur zondag al terug aanwezig was.4
en dat daar een
man zijn roes lag uit te slapen.5
Urineren
en slapen behoren bij mijn beste weten tot de primaire
levensbehoeften en wel omdat geen mens nog drie dagen lang in leven
kan blijven zonder daaraan te voldoen. Mensen die urinoirs en
slaapplaatsen moeten ontberen hebben geen andere keuze dan
wildplassen en 'wildslapen', zij moeten met andere woorden
'wildleven'.
De
repressie bestaat erin dat menselijk leven slechts geduld wordt
binnen het burgerschap: het mens-zijn wordt beschouwd als een product
van het burgerschap, alsof het de burgerlijke wet was die aan de
grondslag van het mens-zijn lag, wat in feite betekent dat politici
zich goden wanen: zij achten zich verheven boven de mensen omdat zij
ervan uit gaan dat wij ons burgerschap en derhalve ook ons
mens-zijn aan hen te danken hebben.
Deze
waanzin die in feite hoogheidswaanzin is, wint steeds meer veld en is
met het kapitalisme reeds een feit waar de mammon uit jaloezie jegens
het leven, de vruchtbaarheid van het graan op de akkers voor het dode
en in wezen waardeloze geld voor zich opeist met het systeem van
beleggen en rentenieren en de problematiek omtrent de recente
pandemie cirkelt rond exact hetzelfde kwaad waar morgen reeds de
toegang tot het leven het entreekaartje zal vereisen van een
(periodiek te herhalen en te betalen) inenting.
De
berichtgeving over daklozen wiens bestaan onze zogenaamde beschaving
op de schandpaal zet daar die er niet in slaagt om te voorzien in de
primaire levensbehoeften van de inwoners van haar territoria, kadert
in dezelfde blinde cultuur van de zogenaamde
'BuurtInformatieNetwerken' 'à la Roumanie' die immers getuigen van
een volstrekte onwetendheid omtrent de ellende in het zog van de
verklikkersmentaliteit zoals tijdens de dictatuur van Nicolae
Ceaușescu. Het gaat om een cultuur
die in zijn egoïsme geheel eenzijdig de belangen van de gevestigde
burger verdedigt terwijl hij uitgerekend zijn slachtoffers
culpabiliseert. Het gaat om een cultuur van wildplassende ministers6
met 'opkuisacties', zoals zij die noemen, in onder meer het Brusselse
Maximiliaanpark.7
Het gaat om een cultuur in niets meer verschillend van de cultuur van
de jodenhaat uit de nazitijd.
In
verband met het extreemrechtse populisme en de berichtgeving hierover
begint de Vlaamse moraalfilosoof Gie vanden Berghe zijn artikel over
naar zijn eigen zeggen de
meest virulente anti-semitische propagandafilm ooit,
getiteld Der
ewige Jude, een dadergetuigenis,
met een citaat van Adolf Hitler: 'Elke
propaganda moet populair zijn en haar intellectueel peil afstemmen op
het begripsvermogen van de minst begaafden onder diegenen tot wie ze
zich richt. Daarom moet het peil ervan, zuiver intellectueel gezien,
des te lager gehouden worden naarmate de te bereiken massa groter is'
(Hitler, 197).8
Ik
ben ook maar een mens9,
aldus de minister nadat die gefilmd werd in een dronken roes en die,
ofschoon deel uitmakend van een bende grootgraaiers wiens gulle
zelfzorg alweer uit het nieuws is, er blijkbaar alsnog vanuit gaat
dat hij voor een halfgod gehouden wordt: laat hij zich bezinnen over
het feit dat daklozen mensen zijn, dat zij in tegenstelling tot
hemzelf, niet anders kunnen dan wildplassen, en dat voor die trieste
ellende hij nu in meer betekenissen en meer dan ooit de
verantwoordelijke is.
Islamocommunisme - Aflevering 5: Het einde van het westen?
Islamocommunisme
Aflevering
5: Het einde van het westen?
Gisteren, 24 augustus 2023, hebben
zes nieuwe landen de BRICS-landen vervoegd, wat officieel zal
plaatsgrijpen op 1 januari 2024. Met Brazilië, Rusland, India,
China, Zuid-Afrika, Saudi-Arabië, Iran, Argentinië, Egypte, de Verenigde Arabische Emiraten en
Ethiopië beslaat deze nieuwe in spoedtempo uit de grond gestampte
unie zowat de helft van de wereldeconomie en zij wil definitief een
punt zetten achter de hegemonie van de VS en de uitbuitingspolitiek
van de kolonisatoren die tot vandaag de dag zijn doorgegaan met het
leegroven van achtergestelde gebieden (die misleidend werden
bestempeld als 'protectoraat') onder de dekmantel van
ontwikkelingshulp.
De verarming van Europa is reeds
een tijdlang aan de gang en beterschap valt in geen geval te
verwachten. Als de oorlog in Europa escaleert, is de kans groot dat
ons continent zijn geforceerde 'vriendschapsbanden' met de VS gaat
herbekijken of, eerder nog, dat de VS dit continent of althans een
deel ervan laat vallen, in die zin dat de NAVO dan zou herschikt
worden. In dat geval kan verwacht worden dat Rusland Europa voor een
deel ofwel helemaal opslokt. Antonio Guterres, de voorzitter van de
VN, heeft de kentering die een herschikking van de wereldorde
inhoudt, reeds volmondig toegejuicht, wat gezien zijn socialistische
overtuiging in feite niet te verwonderen is. Maar dat de vergadering
van de nieuwe unie, waartoe ongetwijfeld nog meer Afrikaanse en
Aziatische landen zullen toetreden, niet mals zal zijn voor hun
beulen van de voorbije eeuwen, klinkt niet anders dan
vanzelfsprekend.
Hoeveel tijd hier zal over gaan
wanneer zo'n scenario zich zou voltrekken, kan wellicht niemand
voorspellen maar de zaken zouden wel eens veel sneller kunnen
evolueren dan gedacht. Hoe dan ook wordt Poetins belofte dat hij de
Europese middenstand zou laten verdwijnen, nu kennelijk ingelost. Uit
de graanschuur van Europa zullen wij alvast niet langer naar believen
kunnen putten en hetzelfde geldt voor de Afrikaanse grondstoffen, de
olie, het gas en de kinderarbeid uit het oosten.
Tevens gaat het er op gelijken dat
men van hogerhand opdracht heeft gegeven om het lot dat de bevolking
van het rijke noorden staat te wachten, wat te gaan verzachten met
vormen van verdwazing en verdoving die elders al werden uitgetest. De
oorlog immers wordt gevoerd op vele fronten tegelijk; de economie,
het slagveld, het internet, de farmacie: geen bedrijfstak wordt over
het hoofd gezien, geen wapen blijft rusten in de schuif.
(J.B.,
25 augustus 2023)
Corrupte wetenschap
Corrupte
wetenschap
Hoe
wordt de kritische dr. Humphries (zie het artikel en de video's hier
onder) aangepakt? Wie haar naam intikt in het zoekvakje van Google,
krijgt op de eerste pagina een aantal teksten, zoals de hier volgende
twee:
(1°)
In de tekst, getiteld: Why
Dr Suzanne Humphries, an anti-vaccine activist, is lying to you about
measles1schrijft
ene Isabella
B.
(een 'twitteraarster', verder gespecificeerd als a
mom who became intrigued by the vaccine debate when she first had a
baby)
dat dr. Suzanne Humphries een hele reeks valse beweringen doet over
onder meer mazelen en vaccinaties en dat zij onwetenschappelijk tewerk
gaat. Ofschoon de schrijfster in kwestie helemaal niet medisch
geschoold is, komt haar tekst, zoals reeds gezegd, helemaal vooraan
te staan van zodra de naam van dr. Humphries wordt ingetikt in het
zoekvakje van 'Google'.
(2°)
Een andere tekst die dan onmiddellijk opduikt is een beschrijving van
dr. Humphries in: https://rationalwiki.org/wiki/Suzanne_Humphries
. Het gaat om een bijzonder denigrerende beschrijving omtrent
vermeende activiteiten en uitlatingen van dr. Humphries maar de
bronnen van het artikel vermelden helemaal geen wetenschappelijke
artikels van de (anonieme?) auteur(s).
Een beknopte
bedenking hierbij
De
wetenschappelijke activiteit verdient haar naam door de openbaarheid
en de controleerbaarheid van haar uitspraken waardoor zij het
karakter krijgt van een juridisch proces met het oog op het aan het
licht brengen van de waarheid. Edoch, daarentegen brengt aperte
onenigheid onder wetenschapslui over de waarheidswaarde van
wetenschappelijk geachte uitspraken aan het licht dat in zogenaamd
wetenschappelijke middens kennelijk niet zozeer de jacht op waarheid
aan de orde is maar veeleer de jacht op aanzien, geld en macht.
Kwesties
van belangenvermenging zijn in de jongste decennia wereldwijd
schering en inslag. Verantwoordelijken voor wetenschappelijke
instellingen laten de onderzoeken die zij voeren financieren door
industriëlen die op hun beurt financiële belangen hebben bij de
onderzoeksresultaten welke zij dan naar hun hand zetten zodat men
naar de waarheid alleen nog maar het raden kan hebben. De schandalen,
waarvoor de softenonkwestie uit 1961 exemplarisch is, zijn legio en
de (wetenschappelijk wél degelijk onderbouwd gebleken) kritische
literatuur is dat evenzeer.
Het
euvel heeft alles te maken met de problematiek die wordt aangesneden
in de kritiek van de marxistische cultuurfilosoof Herbert Marcuse in
zijn werk uit 1964, getiteld "One-Dimensional
Man: Studies in the Ideology of Advanced Industrial Society."
En ook hier zijn aanzien en machtswellust van de partij want de idee
werd (al dan niet met expliciete bronvermeldingen) 'overgenomen' door
Max Wildiers met zijn zogenaamde 'WTK-complex', door Etienne
Vermeersch, meer bepaald in diens opstel, getiteld: "De
ogen van de panda" uit
1988, waar het 'WTK-bestel' genoemd wordt en door nog anderen.
Een
conclusie? Wetenschap blijkt de nieuwe religie, even onbetrouwbaar en
corrupt als haar voorgangster, even arrogant ook en op macht en geld
belust. En het volk is daar de dupe van, wereldwijd worden mensen bij
de neus genomen, onwetend gehouden en leeggemolken door een beperkte
bende van malafide soortgenoten met bijzonder veel noten op hun zang.
Zij die deze jammerlijke realiteit alsnog ontkennen, lijden aan het
Stockholmsyndroom.
(Dit
artikels is een paragraaf uit het boek, getiteld: Het grote
interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de
totalitaire wereld, Jan
Bauwens, Serskamp 2022 )
Alle bomen dreigen te sterven, de gewassen volgen: tarwe, rijst, groenten...
1
Leven
is activiteit of verbranding en dat geeft hitte die zich verspreidt
in de lucht die daardoor steeds meer waterdamp naar zich toe trekt en
in warme, vochtige lucht gaan schimmels woekeren: deze micro-
organismen vreten het leven aan en ontbinden tenslotte alle andere
organismen tot niets dan mest.
Het
woord 'schimmel' komt van 'scimmel', dat 'roest' betekent en is ook
verwant met 'schemer'; het Latijnse 'fungus' zou een samentrekking
zijn van 'funus ago', wat wil zeggen: "Ik maak een lijk".
Schimmels
vreten de bomen aan, de olm verdween vrijwel totaal, van de berken
schieten er nog weinig over en ook alle andere soorten krijgen het
zwaar te verduren, de groene bossen worden sinds kort ontsierd door
grote groepen dorre stammen, de mot zit in de hagen, het gras kleurt
donkergeel en rot.
Fungi:
ze hebben gemeenschappelijke voorouders met de dieren, het zijn
vezeldraden die zich met miljarden tegelijk verspreiden door de
lucht, ze nestelen zich in planten, pelsen, darmen en longen waar zij
wassen ten koste van het leven van hun zieke gastheer die geen lucht
meer krijgt en stikt.
De
paddenstoel die wij zien is slechts een klein deel - het
vruchtlichaam - van de meercellige schimmel, het is schijnweefsel,
bestaande uit schimmeldraden die voor het overgrote deel onzichtbaar
zijn ofwel zien zij er bijvoorbeeld uit als een aanslag. Toch is de
honingzwam het grootste levende wezen op aarde en ook het oudste. In
Oregon leeft zo'n zwam die 2400 jaar oud is en zij beslaat 890
hectare.
De
meeste planten leven in symbiose met schimmels die ook een
voedselbron zijn voor sommige insecten en bepaalde soorten zijn
eetbaar of leveren antibiotica voor de mens terwijl andere ons kunnen
infecteren met bijvoorbeeld kalknagel of zwemmerseczeem.
In
de longen van twintig percent van de coronapatiënten op de Intensive
Care vindt men de Aspergillus schimmel die
heel vaak tot de dood leidt.
Aspergillus gedijt wonderwel op lichaamstemperatuur maar een gezond
immuunsysteem houdt die binnen de perken. Waarschijnlijk is de
schimmel er al maar gaat die pas gevaarlijk woekeren wanneer
bijvoorbeeld corona de patiënt verzwakt en het antimalariamiddel
hydroxychloroquine zou de groei van deze schimmel tegenwerken.1
2
Schimmels,
bacteriën, virussen en nog andere micro-organismen vindt men terug
in allerlei grotere levende organismen - in planten, dieren en mensen
- maar als die wezens gezond zijn, houden zij de microben binnen de
perken zodat die helemaal geen kwaad kunnen verrichten. Men moet er
eens op letten: als de verkoudheden de kop opsteken, hoort men zelfs
de dokters zeggen dat men helemaal niet hoeft te vrezen voor de kou
omdat het de microben zijn en niet de kou die ziek maakt. Maar
etaleren zij aldus niet hoe weinig voeling zij maar hebben met
gezondheid en met ziekte? Gaat immers het ziek zijn niet vooraf aan
de invasie van de microben in ons lijf? Het ziek zijn of de honger of
het onderkoeld zijn maken ons vatbaar voor microben die zonder die
omstandigheden zo onschuldig zouden zijn als onze naaste buren.
Waarmee
nota bene gezegd is dat slechts de omstandigheden hoeven te
veranderen om van buren aartsvijanden te maken welke wij te vrezen
hebben zoals de burgers onder het regime van Nicolae Ceaușescu van
Roemenië hun medeburgers vreesden die hen immers naar het leven
stonden waar de regel gold dat verraad een burgerplicht is.
Een
boom wordt pas vatbaar voor schimmels als hij dood is want schimmels
voeden zich met dode organismen. De bacteriën die immer met ons
meereizen in onze keel, veroorzaken pas keelpijn als wij oververmoeid
geraken. Het griepvirus kan ons pas het bed in jagen als onze
gezondheidstoestand suboptimaal is en zo ook corona.
Als
mensen doodgaan, wordt dat al te makkelijk toegeschreven aan een
'ziekte', zoals men een microbe geheel onterecht gaan noemen is: een
microbe op zich is helemaal geen ziekte, een microbe is een levend
wezen. De ziekte daarentegen is een eigenschap van de mens zelf, een
toestand die optreedt waar wij er niet in slagen om de ontmoeting met
de microbe te laten verlopen zoals wij dat wensen.
Als
mensen sterven en hun dood wordt toegeschreven aan corona, kan dit
slechts betekenen dat corona op het ogenblik van hun verzwakking de
sterkste vijand was, want wij herbergen duizenden, zo niet miljoenen
microben in ons lijf en het zal uiteraard de allersterkste zijn die
ons het eerste velt als wij verzwakken, precies zoals het ook bij de
allerzwakste schakel is dat een ketting onder spanning breekt.
Waarmee meteen gezegd is dat het uitschakelen van corona de dood niet
weghoudt omdat dan nummer twee de klus zal klaren, precies zoals de
tweede zwakste schakel van een ketting onder spanning niet zal
weigeren te breken eenmaal de zwakste door een sterke werd vervangen.
Wanneer
een micro-organisme de ronde doet, zal nooit iedereen er ziek van
worden; zelfs de pest, typhus en ebola sparen meer mensen dan zij er
vellen. Zo blijkt er niet alleen een verband tussen enerzijds
gezondheid en ziekte en anderzijds lichamelijke omstandigheden:
gezondheid en ziekte staan ook in relatie tot de soort. Wanneer het
lijkt dat een ziekte uitgewoed raakt van zodra zij een zeker gedeelte
van het volk gedood heeft, dan toont zich die groepsfactor als mede
bepalend voor het ziekteverloop.
Andermaal:
de ziekte is niet de microbe maar wel onze vatbaarheid ervoor. Die
vatbaarheid is uiteraard een zaak van lichamelijke gezondheid maar
zij houdt ook verband met de groep waarvan men deel uitmaakt. Ziekten
immers vellen naar gelang hun aard een vast percentage van de
bevolking: waar zij weerstand ondervinden, worden zij agressiever
maar waar zij het al te makkelijk hebben, doen zij alras een stap
terug.
Microben
hebben er immers geen baat bij dat diegenen aan wie zij hun
voortbestaan danken, zouden verdwijnen en in die zin zijn zij dan ook
best vergelijkbaar met vampieren die periodiek opstaan uit hun graf
om zich aan mensenbloed te laven: ook zij hebben er alle baat bij dat
zij hun gulzigheid in toom houden zodat hun levensbronnen niet worden
drooggelegd.
Uiteraard
hebben mythen, sagen en legenden met geneeskunde niets te maken maar
misschien wel met geneeskunst: brengen zij niet vaker aan het licht
wat door de mazen van al te rationele zeven valt?
En
dan is er nog het getal, de magie der cijfers en de verhoudingen
welke de
facto
de wereld regeren, daar men immers heeft ontdekt dat de
kwantummechanica of dus de waarschijnlijkheidsrekening ultiem
bepalend blijkt voor wat al dan niet te gebeuren staat. Want niemand
is bij machte om de toekomst te voorspellen terwijl anderzijds die
fameuze wet der grote getallen nimmer faalt.2
3
Bepaalde
microben in het lichaam zijn niet alleen normaal, ze zijn ook goed
voor de gezondheid en niet alleen omdat ze het immuunsysteem trainen
maar ook in die zin dat ze ons beschermen tegen meer schadelijke
microben van wie deze mee-eters immers de stoel bezet houden. Het
ministerie van volksgezondheid waarschuwt er in dit kader zelfs voor
om het gebruik van antibiotica te beperken of zo mogelijk te
vermijden.3
Antibiotica
doden weliswaar bacteriën maar de keerzijde van dit verhaal bestaat
erin dat aldus zitplaatsen vrijkomen voor superbacteriën, met andere
woorden: mutanten van microben waartegen geen antibiotica meer helpen
omdat zij resistent geworden zijn. Soms is het dus beter om de
relatief onschadelijke bacteriën te laten zitten, hen niet met
antibiotica te verjagen en zodoende te vermijden dat hun plek wordt
ingenomen door micro-organismen tegen welke geen kruid meer gewassen
is. Vooral bij longontstekingen zou men zien dat de overlijdens
veelal volgen kort nadat antibiotica werden toegediend, al is het
bijzonder moeilijk om te bepalen welke factor daar de doorslag geeft.
Superbacteriën
worden ook ziekenhuisbacteriën genoemd omdat ze vooral floreren waar
veel antibiotica worden gebruikt: het zijn eigenlijk mutanten die
immuun geworden zijn voor elke bestaande bestrijdingsvorm. De kans
dat die mutanten opduiken wordt ook groter naarmate de microben in
kwestie feller worden bestreden, met name middels vaccinatie.4
Men
kan ze misschien wel vergelijken met inbrekers die eenmaal men hen
gewapenderhand gaat bestrijden, zich voortaan zelf niet langer
ongewapend naar de plek van de misdaad begeven. De maatschappij
bestrijdt inbraak en diefstal middels sociale wetten die honger
helpen te voorkomen en op een gelijkaardige manier worden microben
ook vriendelijker als men hen niet al te zeer schuwt: vandaag raden
medici ouders aan hun kinderen vaker buiten in het zand te laten
spelen teneinde te bekomen dat hun afweersysteem verbetert, wat
betekent dat voor hen alvast bepaalde microben niet langer
ziekteverwekkers zullen zijn.
En
dan is er nog de kritiek van dr. Suzanne Humphries die de vaccinatie
als zodanig in vraag stelt. Zij onderzocht de vaccinatie van pokken
en zag dat in het Engelse Lester het aantal sterfgevallen ingevolge
pokken hoog bleef ondanks het feit dat daar duchtig gevaccineerd
werd. Ondanks alle waarschuwingen voor rampscenario's, besloot deze
stad ooit om te stoppen met vaccineren en tegen alle verwachtingen
in, waren er plots minder zieken en ook minder sterfgevallen.
Bovendien, wetende dat amper 5 tot 10 percent van de wereldbevolking
ooit werd ingeënt tegen de pokken en dat de pokken niet
zijn uitgeroeid, tonen grafieken inderdaad een afname van de
sterfgevallen mettertijd, edoch: vanaf het ogenblik dat men is gaan
vaccineren, is die afname vertraagd!567
Gefabriceerde toestemming (dr. Suzanne Humphries) deel 1
Gefabriceerde toestemming (dr. Suzanne Humphries) deel 1
Gefabriceerde toestemming (dr. Suzanne Humphries) deel 2
Gefabriceerde toestemming (dr. Suzanne Humphries) deel 2
Dr Suzanne Humphries - Gefabriceerde Toestemming Deel 3
Dr Suzanne Humphries - Gefabriceerde Toestemming Deel 3
Dr Suzanne Humphries - Gefabriceerde Toestemming Deel 4
Dr Suzanne Humphries - Gefabriceerde Toestemming Deel 4
23-08-2023
Het christendom of de liefde tot een fictief persoon - Aflevering 2: van fictie naar feit
Het
christendom of de liefde tot een fictief persoon
Aflevering
2: van fictie naar feit
Jezus
heeft nooit bestaan en als hij bestaan heeft dan was hij niet degene
over wie wij hoorden en lazen. Geen bezwaar, zo zeggen intussen
steeds meer theologen, want het christendom zelf is een realiteit.
Edoch, als Jezus niet bestaan heeft, dan is er ook geen sprake van
een goddelijke openbaring en dan heeft geloof geen enkele zin behalve
dan de betekenis welke men aan drugs toeschrijft en dat is die van
het bedrog: godsdienst is opium voor het volk. Maar is de liefde tot
een fictief persoon dan zonder enige betekenis?
Laten
wij eens ronddwalen in de witgekalkte kloostergangen waar in de
vroege ochtend de metten weergalmen en in de avonduren de vespers.
Doorheen de lange gangen glijden monniken voorbij, geruisloos onder
losse, witte pijen, kelderdiep verzonken met het summum van de geest
vermeiend in extase bij een fictieve god, de ingebeelde beminde. Hun
hele bestaan is aan hem gewijd, zij zingen dag en nacht zijn lof en
worden het niet moe omdat zij zich door hem geheiligd wanen, zij zijn
als kinderen in de vreemde ban van een verhaal dat hen betovert en
verheft tot in de hoogste toppen van de hemel, nog ver voorbij het
licht van de wereldlijke zon. Daar rusten zij op kanten lauweren in
een eeuwig lentelied dat hun gezangen draagt naar de allerverste
oorden van het heelal waar hun refreinen echo's zijn, neerbuitelend
uit het hiernamaals.
Maar
de ultieme beminde is fictief, hij bestaat niet, hij heeft ook nooit
bestaan en nimmer zullen zij hem zien: wat men van hem vertelt, op
straat, in kerken en in dikke boeken, is puur fantasie, het zijn
verhalen en verdichtsels om degenen tot vrede te stemmen die komen
bedelen om een antwoord op de bijtende vraag naar het waarom van alle
dingen en meer nog naar de kwestie van de zin van pijn en leed en
folteringen waarvan het einde maar niet in zicht wil komen, ook niet
na het onverdroten wachten dat een leven lang en langer duurt en
duren blijft terwijl de dagen verstrijken, de dagen en de nachten, de
lentedagen en de winters die de kou niet langer weten te verdragen en
die telkenjare weer naar de tijdelijke heropstand trachten. Die
houdt hen dan aan het lijntje zoals ook de fictie dat vermag van de
beminde die alleen bestaat in de gezangen die dag in dag uit
weergalmen in de kloostergangen en onder het gebinte van de oude kerk
van de abdij, het schuiloord van de bedelorde, de plek waar fictie
eeuwig duren blijft, het heiligdom waar de onzichtbare beminde aan de
geringste van de minderbroeders op elk willekeurig ogenblik van de
dag en van de nacht verschijnt. Om hen zijn wederliefde te betuigen.
De
liefde tot een fictieve beminde, het lijkt wel een vorm van
psychische masturbatie maar dan rijst de vraag naar de echtheid van
de uniciteit welke leken maar al te graag toeschrijven aan hun eigen
niet-fictief geachte liefde. Want beminden van vlees en bloed geloven
in hun verliefdheid steevast dat zij voor elkaar geschapen zijn, dat
een onzichtbare doch goddelijke hand de band gesmeed heeft die hen
aan elkander bindt sinds het begin der tijden en die hen een leven
lang de ene in de ander doet verblijden.
Totdat
de dood hen scheidt. En na de rouw, die helemaal niet fictief is,
volgt vaker een ander voor het wonder der vervanging. De vervanging
die een wonder heten mag omdat ook de nieuwe liefde weer uniek blijkt
en de beminde even onvervangbaar. Ja, het lijkt wel of de oude is
teruggekomen in een kersverse bruid of bruidegom, alsof de dode is
verrezen zoals telkenjare een nieuwe lente weer verrijst. En was de
eeuwige beminde dan fictief omdat zijn of haar bestaan niet eeuwig
was? Omdat het voorbestemd zijn louter in de fantasie bestond en in
de vrome wensen? Beminnen ook beminden die van vlees en bloed zijn
niets dan ijle schimmen? Of is de liefde tot personen dan niet
sowieso altijd een beetje fictie? Onderscheidt de grote liefde zich
dan niet van de gezamenlijke masturbatie?
Edoch,
duikt hier niet het probleem op dat in deze troebele tijden om
bevrijding schreeuwt: het probleem van het door elkaar haspelen van
wat men verliefdheid noemt en liefde? Het gigantische probleem
waarbij heel onterecht de liefde als zodanig wordt geassocieerd met
het genot, de schoonheid en de lichamelijke lust die daarmee wordt
verbonden?
Alleen
de ijle gezangen van de monniken die onder witte pijen die door de
glad geboende kloostergangen glijden, dragen nog de kennis dat de
liefde niet met lust beproefd wordt maar met leed. Want alleen de
beproeving zonder maat met leed brengt de waarheid van de liefde die
men tot de fictie rekenen zou, tot leven en niet alleen tot leven
maar ook tot onsterfelijkheid.
(J.B.,
23 augustus 2023)
22-08-2023
Het christendom of de liefde tot een fictief persoon
Het
christendom of de liefde tot een fictief persoon
Carl
Gustav Jung die samen met Alfred Adler en Sigmund Freud gestalte gaf
aan de dieptepsychologie, ziet in Jezus een mythisch archetype dat in
zowat alle culturen opduikt in de een of andere vorm en dat een
antwoord geeft op de nood aan hoop, ontstaan in confrontatie met het
noodlot van de dood, door te functioneren als een na te volgen
voorbeeld op de door hem beloofde weg naar heil. Volgens heel wat
onderzoekers zou Jezus wellicht helemaal niet echt bestaan hebben:
wat over hem geschreven en gezegd geworden is alsook de woorden die
hem in de mond gelegd zijn, zouden grotendeels berusten op fantasieën
die de basis zijn gaan vormen van het zogenaamde christendom, een
leer en een ethiek die in de loop van de tijd ook theologisch en
filosofisch onderbouwd werd door uiteenlopende denkers met elk eigen
opvattingen, zodat er niet één christendom bestaat doch een ganse
waaier van christelijke religies en van kerken met elk eigen accenten
die op hun beurt de wereld van de politiek, de cultuur en de kunst
hebben geïnspireerd met al dan niet toe te juichen overtuigingen.
Sommige
denkers verdedigen de opvatting dat de kwestie van de historiciteit
van Jezus er eigenlijk niet toe doet en dat het christendom als
zodanig voldoende zou zijn om aan een zekere menselijke nood tegemoet
te komen maar omdat het christendom, overigens ook al sinds het
jodendom, een openbaringsgodsdienst is, kan die uitleg niet
bevredigen want het gaat nu eenmaal om de kwestie of wij kunnen
geloven dat god echt mens geworden is en of voor ons een eeuwig leven
weggelegd is en daartoe is het uiteraard nodig om opgehelderd te
krijgen wie de geopenbaarde god dan is of was, waar en wanneer hij
geboren is en wat hij allemaal gedaan en verteld heeft. Derhalve is
de historiciteit van Jezus wel degelijk cruciaal en betekent het
ontbreken daarvan niets anders dan dat wij hier andermaal te maken
hebben met een archetype, een mythe en dus een fictief persoon in het
leven van allen die zich christenen noemen. De paradox is dan deze:
ofschoon voor alle christenen Jezus objectief gezien een fictief
persoon is gebleken, is hij in het leven van alle christenen tevens
de belangrijkste persoon.
In
theorie is één mens op drie een christen en beschouwt die derhalve
een niet bestaand persoon als de belangrijkste mens in zijn bestaan.
De theorie die zegt dat het niet bewezen is dat Jezus ooit bestaan
heeft of dat hij dezelfde was als de goddelijke figuur uit de bijbel,
wordt onder de mat geveegd met het argument dat in feite neerkomt op
de huldiging van het principe: true is what works
of waar is wat werkt. Maar
wat werkt er dan? De
leugen uiteraard. En dan luidt het argument als volgt: Waar
is wat werkt. De leugen werkt. Dus de leugen is waar.
En is dit niet de gedachtegang die men terugvindt bij wie soelaas
zoeken in drugs of in gelijkaardige bedrieglijke zaken? Men kent
weliswaar de repliek van wie in dat geval zijn, zij antwoorden:
Liever zat dan zot!
Zij gaan er dus vanuit dat wie het bedrog niet accepteren sowieso een
neus gezet worden door het leven als zodanig, dat immers een
tranendal is met als kers op de taart de dood. Geloof in Jezus is
derhalve zelfbedrog tegen beter weten in of zoals Karl Marx het
formuleerde, is godsdienst opium voor het volk (dat echte opium niet
kan betalen).
Dat
de leugen waar is, is alvast een brug te ver maar waar is wel dat de
leugen een realiteit is en dat die realiteit, althans in het geval
van de kwestie van de religie, een zekere houdbaarheid heeft, ook al
is het een beperkte. De verdedigers van het geloof tegen beter weten
in, zouden dan moeten antwoorden dat ook het leven zelf een beperkte
houdbaarheid heeft terwijl het ook zo blijkt dat men best vuur met
vuur dient te bestrijden. Maar dat doen zij niet: zij blijven hopen
dat de leugen op een dag de waarheid zal blijken te zijn.
Ongevaarlijk
is dat geloof uiteraard allerminst: roekeloosheid is immers het
onmiddellijke gevolg van ijdele hoop. Wie zich beroepen op een
ingebeelde godheid om zich in de strijd op leven en dood te kunnen
werpen met een vijand die op zijn beurt een god aanbidt waarvan die
gelooft dat deze hem de overwinning garandeert, storten zich in een
waanzin zonder grenzen. In acht genomen het feit dat het christendom
via de kerk of de kerken ook volop politiek bedrijft, kan het niet
anders dan dat de wereld onophoudelijk verkeert in een toestand van
oorlog. En zeer in tegenstelling tot de aanbeden godheid kan van de
oorlog bezwaarlijk gezegd worden dat hij louter fictie is.
(J.B.,
22 augustus 2023)
20-08-2023
De oude dag en de jeugd
De
oude dag en de jeugd
Als
ik piano speel, verwonder ik mij over het instrument dat ik onder
handen heb, dat zo vernuftig werd gebouwd, dat muziek voortbrengt
zoals ik dat wens, ik had het ding nooit zelf kunnen bedenken, ik heb
het gekregen en het is nu het mijne, ik kan het bespelen, ik kan het
mijn wil opleggen en er mijn muziek mee maken.
Maar
nog meer verwonder ik me over het instrument dat de piano bespeelt en
ik bedoel mijn lichaam, want nog veel minder begrijp ik hoe dit dan
werkt, hoe ik het kan gebruiken zoals ik dat wens, ik kan het mijn
wil opleggen en er een piano mee bespelen, ik had het nooit zelf
kunnen bedenken maar kijk: ik heb of ben het zelf en het is geen
eigen maaksel, het komt van elders, ik heb het gewis gekregen, dat
stel ik immers vast en waar het vandaan komt, weet ik niet, ik weet
alleen maar dat het niet van mezelf afkomstig is.
Heel
vaak beseft men pas wat men onder handen heeft, als het niet meer
werkt zoals het hoort. Zolang de piano gehoorzaamt aan mijn wil, denk
ik slechts aan de muziek, het instrument is naar de achtergrond
verhuisd. Maar gaat ineens een snaar vals klinken, dan trekt het ding
mijn aandacht, dan vergeet ik de muziek en ga ik zoeken naar de
stemsleutel om de snaar die niet langer de juiste toon weergeeft, wat
meer aan te spannen.
En
hetzelfde gebeurt met het instrument dat mijn lichaam is: zolang het
werkt zoals het hoort, ben ik mij nauwelijks van zijn bestaan bewust,
het is pas wanneer iets niet langer functioneert zoals het hoort, dat
ik besef dat het er is, dat het in mijn aandacht verschijnt en dat ik
in paniek geraak omdat het niet langer aan mijn wil gehoorzaamt.
Toch
is dat wat er normaal gezien gebeurt met het lichaam van elke mens
die ouder wordt: mankementen doen zich voor, eerst heel sporadisch
maar daarna steeds vaker. De wil ondervindt weerstand, het lijf
luistert niet meer zoals gewenst, op de activiteit van mijn wil sluit
niet langer de beweging aan die er zou moeten op volgen, ik wil de
toets van de sol aanslaan maar mijn wijsvinger doet het niet naar
behoren en er weerklinkt een fa. En die fouten maak ik niet
vrijwillig, ik maak ze even onwillekeurig als het foutloze spel van
voorheen maar bij het foutloze spel stelde ik mij geen vragen,
terwijl het optreden van haperingen mij frustreert. Het maakt mij
ongelukkig dat mijn lichaam niet langer luistert naar mijn wil, het
lijkt alsof het niet meer helemaal van mij is, alsof een vreemde wil
zich bemoeit met zaken die ik alleen de mijne waande.
Er
is een opgang en een ondergang: als ik een klein kind ben, luistert
mijn lichaam niet naar mij, ik moet het als het ware temmen, het
frustreert mij dat het niet luistert en de frustratie maakt dat ik
oefen totdat het wél gehoorzaamt aan mijn wil. Maar eenmaal het
aftakelingsproces aanvangt, is het met de gehoorzaamheid gedaan en
daar keert dan de frustratie terug en dit keer mogen oefeningen niet
meer baten om de frustratie weg te werken en daarbij dienen wij ons
neer te leggen: wij moeten ons neerleggen bij onze ondergang teneinde
niet voortijdig ten onder te moeten gaan.
Misschien
dient onze ondergang wel om ons bewust te maken van het leven dat wij
immers alleen maar dromen zolang het ons allemaal voor de wind gaat.
De mens met wie alles goed gaat, leeft op de automatische piloot, wat
wil zeggen dat hij zelf dan slaapt, dat hij niet of nauwelijks weet
dat hij bestaat, dat zijn leven eigenlijk aan hem voorbijgaat. Om het
aanwezig te maken, moet het ten onder gaan; de opgang vereist de
ondergang, er is geen opgang zonder ondergang, geen leven zonder
dood. Indien het leven niet eindigde, dan had het ook geen begin en
dan was het niets omdat er niets was waar tegenover het zich
aftekende. En pas wat voorbij is, treedt ons bewustzijn naar binnen.
En
zo is de oude dag de levensfase die het verleden tot leven roept:
zonder de oude dag blijft het verleden ongeboren; zonder de oude dag
hebben wij uiteindelijk helemaal geen jeugd gehad.
(J.B.,
20 augustus 2023)
18-08-2023
Prokofiev Piano Concerto No. 5 in G major Op. 55
Prokofiev Piano Concerto No. 5 in G major Op. 55
Ouderenzorg - Aflevering 4: Het sprookje van de 'ouderdomsdementie'
Ouderenzorg
Aflevering
4: Het sprookje van de 'ouderdomsdementie'
Het
wordt aangenomen als vanzelfsprekend dat hersenziekten en verwante
fysieke aandoeningen aan de basis liggen van dementie maar die
opvatting maakt in feite deel uit van de bijzonder kwalijke aberratie
van het materialistische mensbeeld dat zich in zijn vooringenomenheid
helemaal blind staart op de stof, de scheikunde en de daarmee verband
houdende, louter fysiologische processen. Deze kortzichtigheid is
even erg als een behandeling van spieratrofie zou zijn die deze uit
haar context zou rukken, meer bepaald door de toestand van onze
spieren helemaal los te koppelen van hun functionaliteit. Het gestel
van mensen die ter observatie tijdelijk opgenomen worden in het
ziekenhuis en die daar soms een week of langer gedwongen bedlegerig
zijn, moet het zwaar bekopen wanneer de hulp van een kinesist
ontbreekt omdat de inactiviteit van ons bewegingsapparaat binnen de
kortste keren atrofie van de spieren meebrengt alsook aftakeling van
de gewrichten, van de pezen en zelfs van het hele beenderstelsel. Een
onderzoek van slechts de spiercellen of de spieren kan immers nimmer
aan het licht brengen dat zij te kampen hebben met inactiviteit,
alleen met de observatie van het gedrag van een zieke of met een
ondervraging naar zijn dagelijkse handelwijzen kan men aan de weet
komen waarom de spiercellen versneld afsterven - bewegingsarmoede is
immers als zodanig geheel onzichtbaar onder de microscoop.
Edoch,
nog minder zichtbaar dan bewegingsarmoede zijn de effectieve
mogelijkheden tot beweging van de betrokken patiënten en in de
eerste plaats is dat uiteraard de ruimte die iemand ter beschikking
staat om bijvoorbeeld te gaan wandelen, of het voorhanden zijn van de
gelegenheid tot zwemmen of tot eender welke sportieve activiteit in
de buurt van iemands verblijf. Tenslotte, nog veel minder zichtbaar
dan die materiële accommodatie, is uiteraard de motivatie welke
verstrekt wordt middels het netwerk aan menselijke relaties dat de
patiënt te been houdt. Niets van dat alles is te zien onder de
microscoop of in de bloedanalyses, tenzij men reeds de invloed kent
van onder meer de menselijke activiteit op het functioneren van de
lichaamsprocessen en op de toestand van de cellen.
De
fenomenologie van de beweging toont hoezeer iemands lichaam een
weerspiegeling kan zijn van de omgeving waarin de persoon in kwestie
leeft en zo zijn krachteloze benen een product van veel te kleine
leefruimtes, van rolstoelen, van trappenvrije gebouwen en van onze
autocultuur. Het euvel dient gecompenseerd te worden met het werk van
de kinesist maar ook met hometrainers en sportbeoefening.
Maar
nu is een gelijkaardige problematiek alsook een navenante remediëring
aan de orde inzake de zogenaamde geestelijke gezondheid, de toestand
van iemands brein, de capaciteit van het geheugen en iemands
probleemoplossend vermogen.
Of
men al dan niet voortijdig dement wordt en of hersenziektes de kans
krijgen om zich te ontwikkelen, hangt ook af van het beroep dat
ouderen nog kunnen, moeten of willen doen op hun eigen brein omdat
ook de gezondheid van het brein verband houdt met zijn functioneren.
Spiercellen sterven af wanneer zij niet meer aangesproken worden maar
ook hersencellen doen dat en op die manier is overdreven hulp of zorg
voor wie dan ook rampzalig. Alleen een goede ondersteuning van
iemands zelfstandigheid, hoe paradoxaal dat ook moge klinken, is de
zorg die passend is met het oog op gezondheid en geluk. Men bewijst
de hongerige geen dienst door hem voedsel te verschaffen maar veeleer
door hem te leren hoe hij aan zijn voedsel komt en op dezelfde manier
is ook de beste ondersteuning van de ouderen gericht op het aanreiken
van middelen die de zelfstandigheid maximaliseren.
In
veel gevallen is het brandmerken van mensen met 'dementie' een
gemakkelijkheidsoplossing met echter catastrofale gevolgen voor deze
slachtoffers: soms gaat het om gehoorproblemen of om slecht zien,
zodat men niet begrijpt wat er gaande is, waardoor men reageert op
een manier die buitenstanders bestempelen als 'vreemd'. Soms worden
woorden, zinswendingen of understatements gebruikt die mensen van een
andere generatie helemaal niet kennen omdat wie maatschappelijk aan
de kant worden geschoven nu eenmaal niet in de gelegenheid verkeren
om voldoende te converseren en bijlezen doen zij niet omdat de
bibliotheek buiten hun bereik is. Zij worden niet op de hoogte
gehouden van veranderingen omdat zij afgezonderd worden of op nog
andere manieren uitgesloten en heel wat van de fysieke mankementen
die zij dan gaan vertonen, zijn zichtbare en hinderlijke gevolgen van
een vrijwel onzichtbaar geïnstitutionaliseerd onrecht dat ingevolge
onze onverschilligheid door niemand aangeklaagd wordt en derhalve ook
niet wordt verholpen. Men maakt zich al te vaak van mensen af door
hen het etiket 'dement' op te plakken en dit etiket bespoedigt
uiteraard ook het werkelijk ontstaan van dementie. Dat geeft dan weer
vrij spel aan nog grotere misdaden zoals diefstal en moord: de zorg
over het bezit van dementen wordt door derden gedragen die dat dan
meestal doen 'mits een kleine vergoeding' en godbetert vanuit de
zorgsector zelf gaan nu ook stemmen op om eens ernstig te gaan
nadenken over euthanasie op demente bejaarden, waarmee bedoeld wordt:
zonder toestemming van de betrokkenen.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
18 augustus 2023)
Verwijzingen:
Zie
ook onze tekst over de problematiek van de afasie, getiteld: 'Elders
zijn', hierna opnieuw opgedrukt.
Elders zijn & De opeising der ultieme productiemiddelen
Elders zijn & De opeising der ultieme productiemiddelen
(Om te lezen, klik op de flap!)
17-08-2023
Ouderenzorg - Aflevering 3: De oude dag en de zelfzorg
Ouderenzorg
Aflevering
3: De oude dag en de zelfzorg
Het tweede
gebod dat gelijk is aan het eerste en dat luidt: 'Bemin uw naaste
zoals uzelf', houdt in dat men in de eerste plaats zichzelf bemint en
dat doet men gewoonlijk ook wel van nature, tenzij een perverse
cultuur hier stokken in de wielen steekt. In dat laatste geval
verwaarloost men zichzelf, doet men zichzelf kwaad of offert men
zichzelf aan anderen op. Of een mens daartoe het recht heeft, is,
gezien het tweede gebod, wel zeer de vraag: niemand mag Gods
schepselen kwaad doen en tot die schepselen behoort men uiteraard ook
zelf. De christelijke Verlosser mag dan nog het grote voorbeeld zijn
en tot navolging uitnodigen: godengelijkheid zit er voor de
sterfelijke mens niet in en de identificatie met het opperwezen mag
misschien wel gerust beschouwd worden als een daad van overmoed.
Hieraan
maken zich ongetwijfeld schuldig, in de eerste plaats de paus van
Rome, die Christus op aarde zegt te vertegenwoordigen en die reeds
bij de verovering van Amerika ten tijde van Columbus een geschrift
uitvaardigde aan het adres van de autochtone bevolking aldaar waarin
hij klaar en duidelijk stelt dat, op straffe van veroordeling tot
slavernij, allen hem gehoorzaamheid verschuldigd zijn en onderwerping
aangezien hij God zelf vertegenwoordigt die alles en allen heeft
geschapen.
In de
tweede plaats maken zich aan deze megalomanie ook schuldig alle
mensen die geloven dat zij in de voetsporen kunnen treden van de
Heiland en die de heiligheid niet slechts nastreven maar die deze bij
monde van hun medestanders ook suggereren bereikt te hebben, getuige
de talloze zalig- en heiligverklaringen in de kerkgeschiedenis.
Heiligen staan boven de natuur aangezien zij tenminste drie wonderen
moeten hebben verricht om heilig verklaard te kunnen worden terwijl
het geloof in het meesterschap over de natuur uiteraard bijzonder
gevaarlijk is: mensen die hun onderworpenheid aan de wetten der
natuur ontkennen, maken zich schuldig aan een negationisme dat kan
leiden tot onder meer het absurde geloof dat de vernietiging van het
milieu door de mens geen kwaad kan omdat een catastrofe op tijd en
stond wel zal gecounterd worden door een tussenkomst van de goede God
zelf die overigens, zoals zij steevast belijden, aan hun kant staat
in tijden van strijd en oorlog.
Van dit
negationisme is overigens ook sprake in verband met de natuur van de
mens die, wat men er ook van maakt, gebonden is aan een stoffelijk en
derhalve ook sterfelijk lichaam dat onderhevig is aan onverbiddelijke
wetten. Begaafd met verstand zijn mensen dan ook ten volle
verantwoordelijk voor onverstandige handelingen waartoe in de eerste
plaats elk gedrag behoort dat de miskenning van onze onderworpenheid
aan de stof impliceert. Het is derhalve een gebod, gelijk aan het
tweede, om zorg te dragen voor zijn gezondheid en voor de gezondheid
van alle anderen en dat doet men vandaag overeenkomstig de stand van
de wetenschap die de zorg voor het milieu waarin wij moeten ademen,
eten en leven, hoog in het vaandel te voeren alsook de zorg voor het
eigen lichaam waarvan de bewoner op bevel van de Schepper zelf zijn
brood zal eten in het zweet van zijn aanschijn.
Dat laatste
betekent dat niemand gezond kan blijven zonder ook de daartoe
noodzakelijke inspanningen te willen leveren: fysieke inspanningen in
de eerste plaats die, andermaal overeenkomstig de huidige
wetenschappelijke bevindingen, een voldoende zuurstoftoevoer naar elk
van onze twintig biljoen lichaamscellen moeten garanderen. Leven is
energie verbranden en die verbranding speelt zich niet alleen af op
het niveau van de spijsvertering maar ook op het niveau van onze
lichaamscellen: energie komt vrij door de verbranding van brandstof
middels zuurstof en weliswaar kan een tekort aan voedsel ons fataal
worden maar dat geldt evenzeer voor een tekort aan zuurstof, terwijl
wij pas een voldoende zuurstoftoevoer kunnen garanderen middels
voldoende fysieke inspanningen. In een wat scheefgegroeide wereld
waarin heel wat mensen met een zittend beroep zitten opgezadeld,
betekent dat heel concreet dan ook de plicht tot sportbeoefening.
Dit alles
om te zeggen dat ook senioren aan de plicht tot zelfzorg gebonden
zijn en die bestaat niet in de eerste plaats in de voorzichtige
activiteiten van pensioensparen en beleggen maar eerst en vooral in
de investering in zijn gezondheidskapitaal en wel van kindsbeen af.
Voldoende lichaamsbeweging geeft weliswaar geen garantie op de
vrijwaring van ziekte maar over een tekort daaraan kan men gerust
stellen dat het een gezond leven uitermate bemoeilijkt.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
17 augustus 2023)
16-08-2023
Ouderenzorg - Aflevering 2: Pretparken en gevangenissen, voor elk wat wils!
Ouderenzorg
Aflevering
2: Pretparken en gevangenissen, voor elk wat wils!
De
aandachtige lezer van de eerste aflevering heeft beslist het
rekensommetje al gemaakt: als het zorgnetwerk zonder winstoogmerk'Whocares'/Emmaüs jaarlijks 20 miljoen euro winst maakt op
de kap van naar ruwe schatting 40.000 OCMW-rusthuisbewoners, verarmt
deze winst elk oudje jaarlijks met een bedrag van welgeteld 500 euro
en dat maakt bijna 2 euro per dag. Nu is 2 euro per dag welgeteld het
dagelijkse maaltijdbudget van een woonzorgcentrumbewoner. Is het dan
echt te kort door de bocht geredeneerd als wie deze rekensom maken,
concluderen dat Inge Vervotte alle rusthuisbewoners van de helft van
hun maaltijden berooft? Zelfs als het ging om 80.000
OCMW-rusthuisbewoners, dan nog vertegenwoordigde die winst een hap
van 1 euro uit het mogelijke budget van 3 euro voor de dagelijkse
maaltijden.1
Hier is
duidelijk andermaal de middeldoelomkering van Blaise Pascal van de
partij, een bijzonder christelijke filosoof die de genoemde
zorgbeheerders zeker zullen kennen: de zorg wordt voorgesteld als het
doel van de firma maar in feite is zorg slechts het voorwendsel - het
doel blijkt winst of zelfverrijking. De miljarden van het handvol
rijkste Belgen spreken tot de verbeelding maar zij worden uiteraard
vergaard bij de vele duizenden armste Belgen. Gij zult niet
stelen, zo luidt het zevende gebod van de heilige kerk en het
weze herhaald: Emmaüs is een weinig gekende steunpilaar van de
katholieke zuil.
Van
middeldoelomkering is andermaal sprake waar de massa er naar streeft
om de uitzondering te zijn en uitgerekend deze waanzin vormt een van
de krachtigste drijfveren voor de sociale uitsluiting van bejaarden
en hun levenslange opsluiting in muf riekende gebouwen waarvan het
naambordje bedoeld is om elkeen zand in de ogen te strooien en om het
geweten te sussen want zij heten prompt 'woonzorgcentra'. En het gaat
hier uiteraard om de verafgoding van idealen welke per definitie
uitzonderingen zijn - een verering met als keerzijde het misprijzen
voor wie niet aan die idealen kunnen beantwoorden en in dat geval
verkeren het leeuwendeel van de stervelingen, zo niet iederéén die
het geluk heeft oud te worden.
De
huidige wereld bulkt van de festivals, wat heel leuk lijkt, en
inderdaad, festivals zien er amusant en onschuldig uit maar op de
keper beschouwd is de kern van dit amusement de overgave aan de
idolatrie. Alle neuzen wijzen richting het idool op het podium, het
idool doet gekke dingen en alle neuzen apen die dingen na. De
identificatie met het voorbeeld brengt de massa in vervoering, ieder
voor zichzelf verkeert kortstondig in de waan zelf op het podium te
staan en het idool te zijn, het centrum van alle aandacht. Echter,
als het festival voorbij is en zijn betovering is uitgewerkt, blijven
vele enkelingen achter met in hun hoofden nog dat onmogelijke
verlangen naar hun ideaal en de kloof tussen wie of wat zij zelf zijn
en wie of wat zij verlangen te zijn is dan dermate groot dat zij er
op den duur toe neigen om zichzelf te gaan verachten.
Of
tenminste koesteren zij een verachting voor wie van dat vereerde
ideaal heel ver verwijderd zijn en voor hen die gedoemd zijn om van
dat ideaal heel ver verwijderd te blijven, en zijn dat met name niet
al degenen aan wie het ontbreekt aan jeugd en kracht omdat ze in een
lang leven al het beste van zichzelf gegeven hebben?
Maar
neen, uitgerekend degenen die met hun dagelijkse noeste arbeid deze
festivals mogelijk gemaakt hebben, worden verdreven uit het pretpark
en, jawel, opgesloten in muffe kamertjes: Levenslang!,
zo luidt het verdict en, andermaal: van de vier euro daags die voor
de maaltijden zijn voorzien, gaan er twee recht naar de beurs van een
der rijkste Belgen.
Aflevering
1: De rijkste en de armste Belgen, twee handen op één buik...
Wie voor
het vermaak een stonde grasduinen in de pagina's van de rijkste
Belgen, kunnen wel eens van de ene verbazing in de andere vallen.
Zoals eigenlijk algemeen bekend wordt de kroon van de minnaars van
goud en zilver gespannen door de drugsbarons, onder wie de brouwers
van dranken verantwoordelijk voor dronkenschap en navenante miserie,
incluis jaarlijks de vele dode kinderen in het verkeer. Naast de
stokers van alcohol zijn daar uiteraard ook de pillendraaiers die in
de jongste jaren in de gedaante van megavaccineerders onder de vlag
van filantroop Bill Gates briljante cijfers haalden. Uiteraard naast
die enkele families die de media in handen houden en meteen ook aan
banden leggen en die grof geld verdienen aan het in leven houden van
de leugens, onder meer omtrent pandemieën en nog andere bedreigingen
waarmee zij de vreesachtige massa naar hun graaihand zetten. En zoals
het er ook aan toe gaat in de jungle, hebben roofdieren het in de
eerste plaats op de zwakkeren gemunt: de zwakke weggebruikers (die
van onvoorzichtigheid worden beschuldigd als zij onder grote wielen
verpletterd worden), de mensen die niet aan de bak geraken, werkloos
blijven en vervolgens ook zonder pensioen dreigen te vallen, de
invaliden en dan de categorieën (die de onze waren of die dat met
een beetje geluk nog zullen worden) van de kinderen (of de vooralsnog
nog onvolwassenen) en de ouderen.
Een almaar
aanzwellend deel van de kinderen worden nog voor de geboorte
geliquideerd, heel vaak om economische redenen en met dezelfde smoes
doen op macht en roem beluste pioniers allerhande sinds kort verwoede
pogingen om bejaarden aan te praten dat zij eigenlijk beter af zijn
wanneer zij er tijdig een punt achter zetten om zo in schoonheid te
kunnen eindigen, zoals zij de verkrachting noemen van het in de eed
der artsen opgenomen eerste advies van Hippocrates: primum non
nocere.
Waar
ouderen er echter alsnog kunnen
voor kiezen om in
leven te blijven (want in het bestuur van de zorgsector zelf gaan nu
prompt stemmen op met de aansporing om eens ernstig te gaan nadenken
over euthanasie voor demente bejaarden, waarmee gemikt wordt op een
wet die de toepassing van euthanasie voor bejaarden zal goedkeuren
zonder dat zij hun eigen toestemming hoeven te geven, als zij maar
dement zijn!), belanden zij in zogenaamde zorginstellingen waar zij
in werkelijkheid van alle zorg onttrokken worden (voor alle
duidelijkheid: in de OCMW-rusthuizen moeten zij eten van twee euro
daags) en daarentegen gaan functioneren als opbrengst-entiteiten voor
enerzijds de zogenaamde geneeskundige sector (zij verworden vaak tot
doorgeefluik van ziekenkasgelden naar de regie van de medische sector
en de verpleeginstellingen) en anderzijds voor de beleggers in de
zogenaamde zorgcentra die er zoals intussen algemeen geweten flink
wat garen bij weten te spinnen.
Laten
wij, om slechts één voorbeeld te noemen, een kijkje nemen in de
pagina's van de rijkste Belgen en daar kunnen wij onder meer het
volgende lezen in een bericht d.d. 24 mei 2023 over het netwerk
'Whocares', verbonden met het zorgnetwerk van de vzw Emmaüs dat
garant staat voor (en wij citeren) een
jaarlijkse omzet van bijna 700 miljoen euro, een jaarlijkse winst van
15 tot 20 miljoen euro en een vermogen van 556 miljoen euro. Emmaüs
is een weinig gekende steunpilaar van de katholieke zuil en wordt
geleid door Inge Vervotte, de politica die 10 jaar terug haar rug
keerde naar de nationale politiek. Maar op vraag van de huidige CD&V
voorzitter Sammy Madhi werd ze eind vorig jaar terug lid van de
partijraad van de Vlaamse christen-democraten. Waarnemers zien er een
opstap in van Vervotte naar het lijsttrekkerschap bij de verkiezingen
volgend jaar op de Antwerpse CD&V lijst:
NETWERK
Jo Vandeurzen, Hilde Crevits en het miljoenenbedrijf Emmaüs van
Inge Vervotte
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
15 augustus 2023)
13-08-2023
Philip Glass - Symphony No.11 complete (Pedro Vázquez, Orquesta Sinfónica Metropolitana de Sevilla)
Philip Glass - Symphony No.11 complete (Pedro Vázquez, Orquesta Sinfónica Metropolitana de Sevilla)
10-08-2023
Philip Glass: Symphony No. 2 (1993)
Philip Glass: Symphony No. 2 (1993)
Philip Glass - Orquesta de Valencia: Concierto FantasÃa para Timbales
Philip Glass - Orquesta de Valencia: Concierto Fantasía para Timbales
08-08-2023
Islamocommunisme - Aflevering 4: Na de graanschuur, de grondstoffenschuur
Islamocommunisme
Aflevering
4: Na de graanschuur, de grondstoffenschuur
Het
Stockholmsyndroom waarbij gijzelaars uit angst voor hun leven
(ogenschijnlijk) gaan sympathiseren met hun gijzelnemers is ook van
de partij inzake de partijdigheid ten tijde van oorlogsvoering. Met
betrekking tot de aan de gang zijnde Europese oorlog in Oekraïne
(maar sinds kort ook dreigend op het Afrikaanse continent) houdt dit
syndroom in dat Europeanen het door de band niet aandurven om kritiek
te leveren op de gang van zaken binnen het NAVO-bondgenootschap
waarin het de facto de VS zijn die de lakens uitdelen in een goede
verstandhouding met de Britten. Uiteraard hebben zij zich in de
verleden conflicten altijd heel veilig gevoeld met dank aan hun
geografische posities maar sinds de opkomst van de atoomraketten, de
vermoedelijke onbetrouwbaarheid van een rakettenschild en de
aanwezigheid van atoomwapens in derdewereldlanden die zich nu lijken
te zullen keren tegen hun vroegere kolonisatoren, is hieraan wellicht
een einde gekomen. Europa grenst aan Rusland en in de jongste
decennia hebben een aantal communistische staten zich van Rusland
losgemaakt en zijn zij onze naaste buren geworden terwijl de
Russische invloed zich opnieuw laat gelden. Het is moeilijk voor
Europeanen maar nog veel moeilijker voor Noord-Amerikanen om zich in
te leven in de ideologieën van de Russen en de Chinezen om het
gebeurlijke gelijk van bepaalde door hen verdedigde stellingen te
erkennen. Europeanen gaan er prat op de democratie hoog in het
vaandel te voeren en een dam op te werpen tegen het recht van de
sterkste door ook op te komen voor minderheidsgroepen maar als zij
geconfronteerd worden met de wandaden van het neoliberalisme en met
de uitwassen van het kapitalisme en het imperialisme, lijken zij
blind voor de alternatieven van revolutionairen of geloven zij
klakkeloos in de leugenachtige kritieken van de aanhangers van het
rechts liberalisme en heeft het er alle schijn van dat dit te maken
heeft met het hoger genoemde Stockholmsyndroom: wiens brood men eet,
diens woord men spreekt, maar nog meer geldt dat men helemaal geen
kritiek durft te uiten op degenen door wie men met de dood wordt
bedreigd. Niemand minder dan Noam Chomsky heeft ter gelegenheid van
de oorlog in Oekraïne in een videoboodschap nog eens klaar en
duidelijk gesteld dat de VS een atoombom geworpen hebben op Hiroshima
(op 6 augustus laatst leden exact 78 jaar geleden) en dan ook (morgen
9 augustus exact 78 jaar geleden) op Nagasaki met één enkele
bedoeling, namelijk aan de wereld te tonen dat wie het met hen niet
eens zijn, niet alleen als vijanden zullen beschouwd worden maar
meteen ook vernietigd zullen worden. De wereld moet weten dat wij
onze vijanden effectief kunnen vernietigen en dat niemand ons ervan
kan en zal weerhouden om dat ook te doen: dat is, in weerwil van de
propagandafilms die de zaken helemaal verdraaien en ze zelfs durven
voor te stellen als een stap naar wereldvrede, de ultieme boodschap
van die beestachtige daad.
Nikolaj
Lenin (in feite de schuilnaam van VladimirIljitsj
Oeljanov
en vandaar ook de revolutionaire schuilnaam Vladimir
Iljitsj Lenin)
schreef het eerder aangekaart essay, getiteld: Imperialism,
the Highest Stage of Capitalism. A Popular Outline1,
middenin
de Eerste Wereldoorlog, ten tijde van de Russische Revolutie van
1917. Zoals eerder gezegd waarschuwt hij in het voorwoord tot de
Franse en de Engelse uitgave dat de revolutie zich eerst zal
voltrekken in de kolonies en pas daarna bij de achtergestelde
arbeiders in de geïndustrialiseerde landen.
De
Eerste Wereldoorlog werd gevoerd met imperialistische motieven, zo
schrijft Lenin, en niet vanuit nationalisme: het was de strijders van
beide zijden te doen om de verdeling van de kolonies en om de
invloedssferen van het financieel kapitaal. Dergelijke oorlogen zijn
onvermijdelijk zolang er privaatbezit bestaat en de miljoenen
slachtoffers ervan hebben slechts de belangen van de bourgeoisie
gediend.
Het
marxisme is in een crisis terechtgekomen en de Sovjet-Unie viel
uiteen maar deze denkstroming bleef inspireren en zo ontstond onder
meer bij de Amerikaanse socioloog en andersglobalist Immanuel
Wallerstein sinds 1974 de zogenaamde wereld-systeemtheorie, hier
vermeldenswaardig omdat ze aandacht besteedt aan de betekenis van het
Afrikaanse continent en aan de uitbuiting van de derde wereld.
Volgens
Wallerstein ontwikkelt de economie van kolonisering over imperialisme
naar globalisering en dat laatste gaat over de wereldmarkt met
arbeidsdeling onder de verschillende landen: volgens de zogenaamde
dependencia-theorie (de Spaanse benaming wijst erop dat de theorie
werd uitgewerkt m.b.t. Latijns-Amerika) ruilt het kapitaalkrachtige
westen hoogwaardige technologische producten voor goedkope
grondstoffen en voedsel met derdewereldlanden, wat echter neerkomt op
uitbuiting en wat tot resultaat heeft dat de ontwikkelingslanden
stagneren in plaats van te ontwikkelen.
Het
systeem is in beweging aangezien vroegere ontwikkelingslanden zoals
China economische grootmachten werden terwijl verschillende gewezen
Oostbloklanden ontwikkelingsgebied geworden zijn. Sinds geruime tijd
exploiteert China het Afrikaanse continent waar (in feite sinds
Lumumba) verschillende landen verleid worden om toe te treden tot het
wereldcommunisme terwijl daar ook islamitische strijders voet aan wal
krijgen.
Waar
sinds kort oost en west strijden op het 'neutrale' Oekraïne dat
bekend is als de graanschuur van Europa, dreigt het conflict nu uit
te breiden naar wereldvoedselproducent
Afrika dat tevens de meest vooraanstaande en steeds meer onmisbare
grondstoffenproducent is voor het geïndustrialiseerde deel van de
wereld, het 'rijke noorden' dat, gezien de hegemonie van de banken
die, zeer in contrast met oorlogswapens, van papier zijn, misschien
niet lang meer zal bestaan.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
8 augustus 2023)
1Vladimir
Ilyich Lenin, Imperialism, the Highest Stage of Capitalism. A
Popular Outline, geschreven in januari-juni 1916, aanvankelijk
gepubliceerd in midden 1917 als pamflet in Sint-Petersburg,
overeenkomstig het handschrift en de tekst van het pamflet. Bron:
Lenins Selected Works, Progress Publishers, 1963, Moscow,
Volume 1, pp. 667-766. TranscriptieMarkup: Tim Delaney & Kevin
Goins (2008); Public Domain: Lenin Internet Archive 2005. Bron:
Marxists Internet Archive.
07-08-2023
Islamocommunisme - Aflevering 3: Opstand der kolonies, voorspeld door Lenin
Islamocommunisme
Aflevering
3: Opstand der kolonies, voorspeld door Lenin
Oorlogen
worden niet gemotiveerd door vaderlandsliefde maar door geldzucht
(volgens Lenin)
De
zaak van de sociale rechtvaardigheid wordt gedeeld door zowel de
islamieten als de marxisten en heeft geleid tot de huidige opstand in
Centraal Afrika, om te beginnen in het destijds door Frankrijk
gekoloniseerde Niger waar de uitbuiting gecontinueerd wordt onder de
dekmantel van ontwikkelingssamenwerking zoals dat ook in de andere
gewezen kolonies van de westerse imperia het geval is. Het is te
verwachten dat de staatsgreep in Niger in gans Afrika (en wellicht
ook in de Aziatische gewezen westerse kolonies) navolging zal
krijgen, in acht genomen de jongste conferentie in Sint-Petersburg
van enkele weken geleden.
Een
opmerkelijk feit hierbij dat verklarend kan zijn voor de
oorlogspolitiek van Rusland en China wiens beider ontstaan en groei
beïnvloed zijn door Marx en Lenin, is de voorspelling door Lenin van
de huidige ontwikkelingen in Centraal Afrika en meer bepaald de
opstand van de oud-kolonies tegen hun kolonisatoren in deze tijd van
het bedrieglijke neokolonialisme. Het betreft meer bepaald het essay
van Vladimir Lenin uit 1917 dat de titel draagt: Империализм
как высшая стадия капитализма,of:
Imperialisme,
de hoogste trap van het kapitalisme.1
In
dit werk dat geïnspireerd is op de theorieën van de Engelse econoom
en socioloog John A. Hobson (handelend over het welbekende probleem
van de overproductie, ontstaan uit het ongeremd karakter van de
hebzucht die geen rekening houdt met de eindigheid) en de
Oostenrijkse socioloog en grondlegger van de Duitse SPD, Rudolf
Hilferding (in: Das
Finanzkapital, handelend
over het georganiseerde kapitalisme) wordt betoogd dat de motivatie
voor het voeren van de Eerste Wereldoorlog niet nationalisme was maar
wel economische alleenheerschappij, dus geen vaderlandsliefde doch
geld.
Lenin
legt uit hoe de vrije markt leidt tot monopolievorming zodat slechts
enkele oligarchen de markt gaan beheersen (en men moet hier misschien
niet zozeer denken aan de Russische oligarchen maar veeleer aan
figuren zoals Bill Gates en Elon Musk). Met als enig doel de
winstmaximalisatie wordt de consument bedrogen middels
prijsafspraken, in het westen worden arbeiders zoet gehouden door de
angst voor werkloosheid, er ontstaat tevens een parasitisme (rijkelui
gaan op hun lauweren rusten) en het kapitalisme dreigt te stagneren.
De banken en de industrie dicteren de politiek en dit imperialisme
gaat het kapitaal investeren in onderontwikkelde streken met het oog
op uitbuiting: het uitbuitingskolonialisme. Deze financiële
oligarchie betekent heel concreet dat de banken de leiders omkopen
teneinde die uitbuiting te kunnen voortzetten. Zoals dat in de
periode 1876 tot 1900 het geval was, verdelen de imperialistische
machten de wereld onder elkaar.
In
het voorwoord van de Franse en Duitse uitgave schrijft Lenin dat de
opstand tegen het kapitalistische wereldimperium zich niet zal
voltrekken middels de westerse arbeiders maar wel door toedoen van
het miljard mensen van de kolonies en semi-kolonies. Lenin voorspelde
dus dat de revolutie zal in gang gezet worden door de onderdrukten in
de westerse kolonies en pas daarna zal ze overwaaien naar het westen
en gevolgd worden door opstanden bij de onderdrukten in de
geïndustrialiseerde landen zelf, zoals dat overigens ook gebeurde in
het Rusland onder de Tsaren.
Islamocommunisme - Aflevering 2: Uitbuiting versus zuivering. Over de zakât.
Islamocommunisme
Aflevering
2: Uitbuiting versus zuivering. Over de zakât.
De zakât zuivert het
vermogen zoals het gebed de geest zuivert en het vasten het lichaam.
Afrika,
het rijkste continent op aarde, het continent ook waar de mens
ontstond, werd tot drie keer toe bijzonder grondig uitgebuit. Een
eerste keer werd vanaf Columbus in 1492 zijn jonge mannelijke
bevolking gedurende eeuwen 'buit gemaakt', gevangen genomen en met
grote zeilschepen verscheept naar Noord-Amerika om daar als slaven op
de thee-, koffie- en katoenplantages te gaan werken; vrouwen en
kinderen werden prompt aan hun lot overgelaten, die geschiedenis
verdween in de vergetelheid, op één getuigenis na, één van de
vele miljoenen zwarten,
Oluale
Kossola, vertelde
in 1927 zijn verhaal aan de schrijfster
Zora Neale Hurston en deze interviews verschenen in 2018 in boekvorm
getiteld: Barracoon:
The Story of the Last "Black Cargo", een
van de meest aangrijpende verhalen ooit.
Een
tweede golf van uitbuiting was de kolonisering van Afrika, waarin het
België van Leopold II het voortouw nam: onder de dekmantel van
ontwikkelingswerk, maakte de megalomane vorst fortuin, eerst met
ivoorhandel en vervolgens middels het rubberschandaal dat aan een
tiental miljoen Congolezen het leven kostte.
Een
derde golf van uitbuiting volgde na de zogenaamde dekolonisering: wat
betreft België werd in 1961 de tot premier verkozen
onafhankelijkheidsstrijder Patrice Lumumba vermoord en een stroman
van het westen, de kleptomaan Mobutu, zette de uitbuitingspolitiek,
nu vooral gericht op de bodemschatten, verder tot 1997. Vrijwel alle
westerse mogendheden voerden een gelijkaardige koloniale en
neokoloniale politiek in heel Afrika en in nog andere continenten tot
vandaag de dag.
Maar
de Afrikanen werden niet alleen uitgebuit door de superverspillers,
ze werden bovendien met hun schuld beladen: terwijl overbevolking
betekent dat het bevolkingsaantal de draagkracht van de aarde te
boven gaat, wat wordt uitgedrukt in de ecologische voetafdruk die
resulteert uit verbruik en afvalproductie, zodat tienduizend
verspillers een zwaardere belasting kunnen vormen dan dertig miljard
armen, zijn het alsnog de armen die geculpabiliseerd worden omwille
van hun kroost die bovendien onmisbaar is voor hen aan wie sociale
rechten worden onthouden.
Diametraal
tegenover de uitbuiting van een volk staat de tegemoetkoming aan zijn
noden. Een dam tegen de uitbuiting werd opgeworpen door de marxisten
en zij hebben met de islamieten in hun programma de eis van sociale
rechtvaardigheid gemeen, een maatschappelijk verhaal waarmee mensen
zich distantiëren van de wet van de jungle of van het recht van de
sterkste dat botgevierd wordt in het neoliberalisme waarin het
kapitalisme uitmondt.
De
breuk met de kapitalistische, concurrentiële economie is dan vrijwel
totaal: inzake sociale rechten spreekt de islam zelfs niet over hulp
waarvoor dankbaarheid verschuldigd is maar over plichten inherent aan
het mens-zijn. Waar het socialisme het heeft over solidariteit, dat
in wezen een uitbreiding is van het egoïsme omdat de wij-zucht die
in de plaats komt van de ik-zucht, een vorm van zelf-zucht blijft,
vormt het een van de vijf pijlers van de islam dat welstellenden hulp
verschuldigd zijn aan behoeftigen, wat zakât heet.
De
Vlaamse historicus Herman de Ley schrijft dat het gaat om 2,5 tot 10 pct.
van de jaarwinst, ten
behoeve van de armen en behoeftigen [zij hoeven niet per se moslim te
zijn], voor hen die ermee belast zijn [d.w.z. met het inzamelen en
uitdelen ervan] en voor hen wier harten tot elkaar gebracht zijn [de
nieuw- bekeerden], voor de vrijkoop van slaven en schuldenaren, om in
te zetten op Gods weg [de mujâhidûn] en voor hem die onderweg is
[de reiziger]." De
Ley verduidelijkt de betekenis van de zakât: (...)
de meest adequate vertaling ervan zou de formule zijn:
maatschappelijke belasting (of takse) die zuivert. ( ) het
gaat om een plicht tegenover God en tegenover de mensen (...) De
zakât zuivert het vermogen zoals het gebed de geest zuivert en het
vasten het lichaam. (...) De rijke is er, voor God en de
samenleving, metterdaad toe gehouden zich van deze belasting te
kwijten; de arme, anderzijds, is behalve aan God aan niemand
dankbaarheid verschuldigd: hij krijgt slechts datgene waarop hij
recht heeft.1
De
huidige Europese oorlog krijgt nu met zijn uitbreiding naar Afrika
gestaag de allures van een wereldoorlog en dat ook werkelijk sprake
zou zijn van een geheim pact van marxisten met jihadisten kan gezien
de geschiedenis zeker geen vergezocht complotdenken worden genoemd.
Wij zullen alvast dringend moeten wennen aan de gedachte dat rijkdom
zonder schuld een onmogelijkheid is, dat schulden ingelost dienen te
worden en dat het ogenblik waarop dit recht geschieden zal, niet
blijvend op de lange baan kan geschoven worden. Wij zullen moeten
wennen aan de gedachte dat de wereldorde die tot nog toe de
voorrechten van het westen kon garanderen, haar beste tijd gehad
heeft. Wij zullen moeten wennen aan de idee van een onontkoombare
keuze tussen enerzijds de oorlog en de dood en anderzijds een
regeling die voor ons heel anders zal uitpakken dan wij dat wensen.
Gorecki â Symphonia No 3, Beth Gibbons & Polish National Radio Symphony con subt (Integrale symfonie, ondertiteld in Pools, Engels en Spaans)
Gorecki Symphonia No 3,
Beth Gibbons & Polish National Radio Symphony con subt (Integrale
symfonie, ondertiteld in Pools, Engels en Spaans)
Islamocommunisme - Eerste aflevering: de verrijzenis van Lumumba
Islamocommunisme
Eerste
aflevering: de verrijzenis van Lumumba
Niemand
kan de waarheid bezitten;
van
de waarheid kan men alleen maar bezeten zijn.
God
die - in de wereld - bestaat bij de gratie van de duivel: dat is het
belaagde christendom alsnog gespaard door de politiek - van
aanvankelijk het Romeinse Rijk - in ruil voor de knieval - welke
Christus zelf op de berg Tabor weigerde te doen. Het christendom
bestaat nog 'ergens' maar niet in de wereld voor zover die
beheersbaar is omdat de wereld - sinds de zondeval en dus door
toedoen van de mens - aan de duivel toebehoort - Christus verzette
zich niet toen de duivel het wereldse rijk impliciet het zijne noemde
op het ogenblik dat hij Hem dat in ruil voor een knieval heeft
aangeboden.
Wat
wél in de wereld bestaat, is de (Rooms-katholieke, Anglikaanse,
Byzantijnse) kerk waarvan de geschiedenis ons welbekend is: zij heeft
gediend voor de onderwerping van eerst de eigen volkeren en
vervolgens de volkeren van de vreemde continenten, te beginnen bij de
slavenhandel sinds Columbus, de kolonisering van de grote
wereldcontinenten en vervolgens de voortzetting van die
ontmenselijking in het bedrieglijke systeem van het neokolonialisme
dat in de vierde wereld - de regio van oorsprong - bestaat als de
loonslavernij ter verkapping van de slavernij.
Maar
terwijl het katholicisme de religie is van de veroveraars of de
rijken, profileert zich de islam of althans een zekere strekking
daarvan als de godsdienst van de achtergestelden. En in tegenstelling
tot het christendom blijkt de islam - of alvast zekere takken daarvan
- in het nastreven van haar idealen het geweld niet te schuwen. Is
het neerhalen van de Twin Towers niet het werk van de islam dan
kadert het alvast als een symbolische actie in het plan om recht te
doen geschieden: de torens van het WTC (of dus het World Trade
Center, het Wereld Handels Centrum) symboliseren immers het onrecht
van de neokolonialistische wereldhandel en de aanslag daarop vormt aldus een aanklacht
daartegen.
Evenmin
als de islam schuwt het marxistisch communisme het geweld en evenals
de islamieten engageren de marxisten zich voor de achtergestelden
volgens het bekende maar even gevreesde devies: Arbeiders aller
landen, verenigt u!
Nu
werden onlangs vier leden van de Europese commissie gearresteerd voor
corruptie: in ruil voor grote sommen geld afkomstig van de Arabieren
zouden zij zich hebben laten beïnvloeden om de Europese politiek
door hun omkopers te laten beïnvloeden. Maar de vraag of dan alleen
Europese politici gevoelig zijn voor omkoping kan slechts als
retorisch worden verstaan: in de figuur van Trump bleken de
Amerikanen zich al te hebben laten bewerken door zowel de Islamieten
(de Arabieren) als de communisten (zekere Russen alsook de Chinezen)
en wel in die mate dat de Amerikaanse president samen met de Saoedi
in hun thuisland de zwaarddans is gaan dansen en dat hij de
communisten lof heeft toegezwaaid incluis met betrekking tot hun
dictatoriaal systeem; de Amerikaans-Chinese vriendschap bereikte een
climax toen ook de gezinnen van de respectievelijke leiders van de VS
en van China elkaar ontmoetten.
De
islam koopt politici om in Europa, in Amerika en nu ook in Afrika en
vooral in het laatst genoemde continent blijkt zij dat te doen in
samenwerking met de communisten, aldus vermoedelijk in een poging om
alvast één facet van hun beider ideaal te verwezenlijken: de
uitbuiting van de achtergestelde wereld te lijf gaan door het
neokolonialisme een halt toe te roepen en de kolonialen er te gaan
verjagen. De recente top in Sint-Petersburg laat niets aan de
verbeelding over en in het spoor van Patrice Lumumba - toentertijd
communistisch gesteund - is Niger nu het eerste Afrikaanse land waar
men zich met een staatsgreep van de buitenlandse inmenging probeert
te bevrijden.
Als het
katholicisme vooralsnog de grootste religie is, komt dat in de eerste
plaats doordat men katholiek wordt buiten zijn eigen wil: men wordt
reeds kort na de geboorte gedoopt door de wens van een katholieke
peter en die wens wordt gevormd onder druk van een vloek omdat
volgens de katholieke leer elke mens geboren wordt als kind van de
duivel en derhalve ter helle is bestemd tenzij de duivel middels het
doopsel uit het kind geëxorciseerd wordt. Ten tweede rekent het
katholicisme voor zijn voortzetting uiteraard ook op de macht van de
traditie welke ervoor zorgt dat ook de nazaten van katholieken
gedoopt zullen worden, terwijl het er ook alles aan doet om dat
nakomelingschap zo hoog mogelijk te houden middels de lepe truc van
het verbod op anticonceptie. Tot voor kort gold eveneens het recht
van de man op de beschikking van het lichaam van zijn echtgenote -
wat sinds kort echter als verkrachting kan gelden - alsook het verbod
op homoseksualiteit en polygamie (bijvoorbeeld gangbaar ten tijde van
de aartsvader Abraham).
De 2,4
miljard christenen waarvan de helft katholieken, een derde
protestanten en anglicanen, een achtste oosters-orthodoxen en de rest
Jehova's getuigen, mormonen en nog enkele andere sekten, zijn in
feite meestal geen mensen die bewust gekozen hebben voor het
christendom, terwijl bijvoorbeeld de Afrikanen die zich vandaag tot
de islam bekeren, dat dikwijls doen omdat zij geloven dat deze
religie hen toekomstperspectieven biedt, welteverstaan vooreerst op
materieel vlak. Volledigheidshalve te vermelden is dat de derde
godsdienst van het boek, het jodendom, het christendom niet
aanvaardt; het jodendom wordt vrijwel louter traditioneel doorgegeven
en kent geen proselitisme omdat het joodse volk zich door Jahweh
uitverkoren acht.
De
aanslagen op de Twin Towers die een symbolische verwerping zijn van
het structurele onrecht van de huidige wereldhandel werden
onmiddellijk (reeds na een week) gevolgd door aanslagen in het kader
van de jihad of de islamitische oorlogsvoering, eerst als
antraxaanslagen, later als bomaanslagen. Toen de WTC torens tegen de
vlakte gingen, werden alle vliegtuigen in de VS aan de grond gehouden
op uitzondering van dat van de achteraf door de VS aangewezen dader
Bin Laden die rustig terug kon keren naar zijn thuisland en die later
zogezegd werd uitgeschakeld - volgens de autoriteiten kreeg hij een
zeemansgraf. Toen alom ter wereld de door Islamitische Staat
opgeëiste aanslagen hun tol begonnen te eisen, kon hieraan op geen
andere manier een einde worden gesteld dan door andermaal het
vliegverkeer te verbieden en bovendien het verkeer onder alle mensen,
in de vorm van het wereldwijde huisarrest, 'lockdown' genoemd, dat
de ganse wereld overspande en waarvoor de uitleg werd verzonnen dat
dit werd opgelegd ten behoeve van de volksgezondheid. Zoals iedereen
weet, zouden die maatregelen noodzakelijk geweest zijn om vele
mensenlevens te redden die bedreigd werden door een pandemie. Stoute
tongen beweren dat die pandemie de jihad is. Er bestaat, zo zegt men,
een geheime samenzwering tussen radicale communisten en even radicale
islamieten die luistert naar de naam Islamocommunisme
en zij steekt de kop weer op nu de westerse mogendheden erin geslaagd
lijken om de voortzetting van de plundering van de oud-kolonies weg
te zetten als 'ontwikkelingswerk', nu ook ons land voorbereidingen
treft om met het oog op de viering van twee eeuwen België tegen 2030
het jubelpark wat op te fleuren, dat immers gebouwd werd met dank aan
de miljoenen 'gesneuvelde' Congolezen waaraan Patrice Lumumba in een
welbekende toespraak tot Boudewijn van België eer bracht ten koste
van zijn eigen leven.
(Wordt
vervolgd)
(J.B., 4
augustus 2023)
02-08-2023
Orchestre de Paris perform Philip Glass
Orchestre de Paris perform Philip Glass
Philip Glass: Concerto for two pianos and orchestra (European premiere)
Dmitri Shostakovich: Symphony No. 5 in D minor, Op. 47
Philip Glass Pianoconcerto nr 2
Philip Glass Pianoconcerto nr 2
31-07-2023
Is de klimaatcrisis een hoax?
Is
de klimaatcrisis een hoax?
Er
zijn mensen die beweren dat onderzoekers die besluiten dat er een
klimaatcrisis is, hun resultaten hebben vervalst omdat ze denken dat
alarmerende wetenschappelijke bevindingen zullen zorgen voor meer
subsidies voor hun wetenschappelijk onderzoek. Onder hen de
Australische professor Clive Hamilton die ook lid is van de raad van
bestuur van een klimaatcommissie van de Australische regering alsook
de Amerikaanse televisieweerman John Coleman. Die zogenaamde
complottheorie is overigens nog vrij aannemelijk als men weet dat het
een trend is aan universiteiten om hun onderzoek te laten financieren
door de industrie.
In
2006 beweerde professor William M. Gray dat met een valse
klimaattheorie werd gepoogd om een wereldregering te vormen en de
Engelsman Martin Durkin maakte in 2007 de documentaire The Great
Global Warming Swindle waarin hij beweert dat de
opwarmingstheorie het werk is van milieuactivisten die de industrie
willen lam leggen. In de film zou hij voorspeld hebben dat vijf jaar
later het broeikaseffect zou aangewezen worden als de grote
boosdoener. Edoch, reeds in 1995 en dus twaalf jaar eerder schreef
een hoogleraar aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent de opwarming
aan het broeikaseffect toe.
Gesteund
door Al Gore beschuldigde Trump China ervan achter de complottheorie
te zitten met de bedoeling stokken te steken in de industriële
vooruitgang van het westen en een inhaalbeweging te kunnen maken. Nog
anderen beschuldigen de investeerders in kernenergie.
Er
valt beslist wat te zeggen voor de kritiek op de opwarmingstheorie
maar die is ook van toepassing op andere zogenaamd wetenschappelijke
theorieën en heel vaak betreft de kritiek de trend dat
wetenschappelijke instellingen zich laten financieren door de
politiek en door de industrie, wat de betrouwbaarheid van hun
onderzoeksresultaten inderdaad bezwaarlijk ten goede kan komen. En
daarvoor heeft ruim een halve eeuw geleden Herbert Marcuse al
gewaarschuwd en hij was lang niet de eerste want hoe oud is niet het
spreekwoord dat zegt: Wiens brood men eet, diens woord men
spreekt? Het is een feit gebleken: het kapitalisme corrumpeert
wetenschap en technologie.
Maar
anderzijds pleit datzelfde argument ook tégen de complotdenkers
omdat rechtse (neo)liberalen en grootverdieners die verblind worden
door geld zich de kaas niet van het brood willen laten nemen door de
milieu-activisten, 'de groenen', die zij ervan beschuldigen dat zij
met hun kritiek op de industrie het communisme in de hand willen
werken. Hoe dan ook is het een feit dat zij die rijk worden ten koste
van milieu en volksgezondheid er alles aan doen om de milieukritiek
de kop in te drukken door die voor te stellen als overdreven of als
onterecht.
Denk
maar aan de PFAS-affaire of aan het goedpraten van het gebruik van
chemisch gift zoals insecticiden (zenuwgif) of onkruidverdelgers
(carcinogenen). Wat deze extreemrechts georiënteerde lui vrijheid en
vooruitgang noemen, is niets anders dan willekeur en wetteloosheid in
functie van zelfverrijking ten koste van de vooruitgang en van het
algemeen welzijn. Ongeremde concurrentie betekent immers allerminst
vooruitgang omdat bedrog het meest efficiënte middel blijkt voor het
vergaren van fortuinen, wat inhoudt dat in die context de producten
zullen inboeten aan kwaliteit ten bate van de winst. Maar geld is een
fictieve waar, alleen functioneel als dwangmiddel dat noodlijdenden
behoeft en ze daarom ook creëert.
Dat
er niets mis is met het klimaat is een wetenschappelijk standpunt dat
inderdaad door maar weinig wetenschappers wordt gedeeld maar
anderzijds is het ook zo dat slechts weinig onderzoekscentra
onafhankelijk van geldschieters kunnen bestaan. De vraag luidt dan of
wetenschap nog wetenschap kan zijn, wel te verstaan in een landschap
waarin de geldgod heerst die derhalve zal bepalen hoe de waarheid
klinkt.
Zo
vertelde ons heel onlangs nog de heer Van Togenbirger hoe hij in een
plaatselijk ziekenhuis getuige was van een wat bevreemdende en
luidruchtige ruzie tussen een hoofdverpleegster en een cardiologe op
de afdeling van de spoed: de arts-specialist in kwestie had toelating
gegeven aan een hartpatiënt om in het ziekenhuisrestaurant het
middagmaal te gaan gebruiken samen met de heer Van Togenbirger die de
man in kwestie naar de spoed had begeleid maar toen die aanstalten
maakte om zijn bed te verlaten kwam de hoofdverpleegster tussenbeide:
zij verbood de patiënt om zich te verplaatsen en vergastte de
cardiologe op een uitbrander vanjewelste.
In het
Westen wordt of werd gewerkt - dat wordt althans algemeen aangenomen:
in de middeleeuwen waren er naast de landbouwers ook nog de ambachten
en de handelaars en sinds de Industriële Revolutie kwam daar de
kaste van de loonarbeiders bij die gerekruteerd werden onder de
vaklui van voorheen die immers de boeken moesten dicht doen. Immers,
de aanwending van de stoommachine maakte massaproductie mogelijk voor
wie de beschikking had over grote sommen geld en dat waren
stedelingen met een (meestal protestantse) christelijke achtergrond
die vanwege enerzijds hun arbeidsplicht en anderzijds hun lustangst,
(beide vanuit het zondebesef) veel geld verdienden doch het niet
verkwistten: zij stelden de gewezen ambachtslui te werk in hun
fabrieken of dus hun overdekte werkplaatsen met dure machines die
alleen nog bediend moesten worden, zodat de vaklui van voorheen
herleid werden tot niets meer dan goedkope en vervangbare aanhangsels
van die machines. Vervangbare aanhangsels (die daarom niets meer in
de pap te brokken hadden) wiens vakkennis totaal overbodig was
geworden daar de bediening van machines weinig meer inhoudt dan
routinewerk.
De 'wilden'
daarentegen werken niet, zij dienen derhalve beschaafd te worden,
eerst bekeerd en dan 'beletterd', zodat zij de bevelen van hun
oversten in de taal van die oversten ook kunnen verstaan en geen
uitvlucht meer hebben om ze niet te moeten uitvoeren (en hier
verdient Paulo Freire's Pedagogie van de verdrukten alle
aandacht maar dit zou ons nu te ver brengen). Lezende en sprekende in
de taal van hun oversten, vergeten de mensen hun eigen taal en aard,
verliezen ze in feite zichzelf en worden zij tentakels van de
machinerie van de potentaten. (Denk bijvoorbeeld aan het obligate ABN
of AN alhier op school te leren, onder Napoleon het Frans te leren op
de kostschool en vandaag het Engels of beter: het Amerikaans zonder
hetwelke men geen toestel meer bedienen kan... maar morgen, onthoud
dit goed: het Chinees!)
Concreet
gebeurt het 'beschavingswerk' door in de eerste plaats de zogenaamde
'christianisering' welke in werkelijkheid met het christendom
helemaal niets meer te maken heeft en er zelfs het tegendeel van is:
de Nazoreeër was een opstandeling tegen de (toentertijd Romeinse)
bezetter van het jodenland, terwijl aan hen die worden gekerstend
wordt geleerd om het gezag te respecteren: de koning krijgt zijn
macht van god, zo leren zij gewis aan alle kinderen in de katholieke
schooltjes die in de brousse als paddenstoelen uit de grond schieten
en in het spoor daarvan volgen de soldaten. Toentertijd, middels
Stanley en een groot aantal militairen van de moordzuchtige 'Force
Publique' (in alle opzichten te vergelijken met de huidige Russische
Wagnergroep), vestigde Leopold II zijn macht in de Congo door het
decimeren van eerst de olifanten (om hun ivoor) en vervolgens de
zwarten (massamoord als drukkingsmiddel voor de rubberslavernij),
wiens aantal in luttele jaren gehalveerd werd. Het dodental liep op
tot het dubbele aantal van de in Hitlers kampen omgebrachte joden.
Met de aldus vergaarde rijkdom schonk de megalomane vorst cadeautjes
aan zijn buitenechtelijke vrouw en startte hij enorme bouwprojecten
zoals het casino kursaal van Oostende en het jubelpark. Dat laatste,
gebouwd met het bloed van twaalf miljoen negers, zal tegen 2030
worden opgekalefaterd om daar twee eeuwen België te kunnen vieren
voor het domste publiek op aarde. (Het werd gebouwd om tegen 1930 het
eeuwfeest van ons land in de bloemetjes te zetten). Naast het grote
museum voor oorlogswapens bevindt zich in dat park een tweede museum,
genaamd 'autoworld', dus met fierheid verwijzend naar het
rubberschandaal. Toen in 1960 in de Belgische kolonie de opstand
uitbrak, leek het einde van de uitbuiting in zicht. Gedurende één
kortstondig ogenblik, want de vrijheidsstrijder, de democratisch
verkozen Patrice Lumumba werd prompt vermoord door figuren die het
achteraf samen met hun nazaten dan ook heel ver hebben geschopt in
België en in de USA. Daarop hesen zij in de plaats van Lumumba de
kleptomaan Mobutu in het zadel die het tijdperk van het
neokolonialisme inluidde, zoals twee eeuwen voordien, na het
beëindigen van de slavernij, de Industriële Revolutie het tijdperk
van de loonslaven had ingeluid. De voortzetting van de koloniale
uitbuiting werd sindsdien verzekerd met de aanstelling en de
bescherming van dergelijke stromannen zoals de voortzetting van de
slavernij verzekerd werd middels het in voege treden van de
loonslavernij.
Afrika werd
gekoloniseerd en die kolonisatie werd bestendigd met het
neokolonialisme onder de bedrieglijke vlag van de onafhankelijkheid
zoals de loonslavernij de slavernij voortzet onder de bedrieglijke
vlag der vrijheid. Edoch, gisteren vond in het Russische
Sint-Petersburg een top plaats met de leiders van 46 Afrikaanse
landen welke allemaal zullen toetreden tot de BRICS, en vandaag is de
staatsgreep van de antikolonialisten in Niger al een feit, zij wordt
overigens gesteund door de Wagnergroep én door de Jihadisten. Poetin
heeft intussen zijn belofte waar gemaakt dat hij de Europese
middenstand zou uitroeien, nu volgt de honger na het inpikken van de
graanschuur van Europa en als de Saoedi's toetreden tot de genoemde
nieuwe unie, vallen wij binnen de kortste keren zonder olie. Driewerf
helaas zullen elektrische auto's geen soelaas brengen omdat de
batterijen grondstoffen behoeven zoals Lithium welke tot op heden
gestolen werden op het Afrikaanse continent - een zaak waaraan
wellicht zeer spoedig een einde komt of die in het andere geval wel
zeer bemoeilijkt zal worden. Men herinnere zich tevens dat de oude
Kabila een communistische strijder was aan de zijde van Che die
vermoord werd vooraleer hij Afrika tot het wereldcommunisme kon
bekeren.
Dit alles
tussen haakjes om maar te zeggen hoe het ene kwaad onder de mom van
een oplossing in een ander, zo mogelijk nog erger kwaad overgaat. En
niet anders gaat het eraan toe inzake de zaak van
LGBTQIA+-gemeenschap:
een groep van mensen wordt geliquideerd middels... kolonisering.
Bijzonder
misleidend is die allernieuwste indoctrinatietactiek die er zoals
gezegd in bestaat de aloude ketenen in een kersvers kleedje aan de
man te brengen: de slachtoffers denken dat zij gepamperd worden maar
als zij zien wat er met hen gebeurd is, is het al te laat en hangen
zij vast. Kolonisering is ook hier de passende term.
Zo worden
sinds oudsher homo's gemarginaliseerd maar anderzijds ook heimelijk
benijd omdat zij ontsnappen aan de sleur van een gezinsleven met
kinderen, lees: mondjes om te voeden. Het woord 'mama' verwijst naar
de borsten die melk geven of dus voedsel van het eigen lijf maar de
vader is de 'voeder' en hij dient het voedsel in feite te gaan vangen
in de wildernis; hij is verantwoordelijk voor zijn kroost, moet
jagen, aan landbouw doen, handel drijven, stelen of wat dan ook om
etenswaar voor vrouw en kind te kunnen bemachtigen. Homo's ontsnappen
hier grotendeels aan en worden daarom ook vaak beneden. Wie dacht dat
het homohuwelijk bedoeld was als een tegemoetkoming van de
maatschappij aan de verzuchtingen van homo's, heeft de realiteit van
de genoemde nijd over het hoofd gezien. Vandaag heeft men in het
westen homo's zo ver gebracht dat ze zelf zijn gaan vragen om te
mogen trouwen en om kinderen te mogen krijgen, terwijl hen dat werd
aangepraat door lui die het niet hebben kunnen dat ongehuwden aan de
sleur van het gezin ontsnappen en genieten van een vrijheid waarop
'normale' mensen moeten wachten tot zij met pensioen zijn, wat wil
zeggen: tot nooit, want het pensioen wordt helaas vergezeld van de
oude dag die enkel nog het vooruitzicht op het levenseinde te bieden
heeft.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
29 juli 2023)
28-07-2023
LGBTQIA+ - Aflevering 4: Een strijd om vrijheid
LGBTQIA+
Aflevering
4: Een strijd om vrijheid
Zoals hoger
al aangestipt is het kennelijk zo dat uitbuiters er in slagen om te
gaan spelen met de aandacht van het publiek door die aandacht af te
leiden van het eigenlijke item van de uitbuiting naar het voorwendsel
zelf. In dit geval wordt de homoseksualiteit of ongeacht welke andere
atypische (erotische) voorkeur (of eigenschap) van een persoon
betrokken op de maatschappelijke moraal terwijl die daar in feite
helemaal niet van toepassing is. Een verondersteld probleem wordt
uitgevonden of aangedikt teneinde aldus de aandacht af te leiden van
de misdaad welke erin bestaat om onder het voorwendsel van dat
'probleem' maatregelen te treffen die in wezen niets anders zijn dan
het zich manifesteren van een fascisme, het uitdelen van klappen aan
(veronderstelde) ondergeschikten, het zich in vol ornaat tooien van
de pikorde.
Actuele
voorbeelden hiervan op andere terreinen zijn legio en vindt men nu in
het gigantische bedrog rond de corona-epidemie en de klimaatcrisis:
daarin worden middels gesofisticeerde listen waarheden vermengd met
leugens op zo'n manier dat het voor leken vrijwel onmogelijk wordt om
daar nog klaar in te zien, zodat potentaten ongehinderd hun slag
kunnen slaan, wat concreet betekent dat (vaak ten koste van
mensenlevens) megafortuinen gemaakt worden door de plundering van
gewone mensen door topfiguren en organisaties met ronkende namen die
hun helemaal boven het hoofd gegroeid zijn en waarop zij alleen maar
kritiek kunnen leveren ten koste van uiteindelijk het eigen leven. De
WereldGezondheidsOrganisatie, de Klimaattop, het
WereldEconomischForum, de Kerk, de Wetenschap, de Politiek, de Hoge
Raad van dit of dat.
Verzet is
niet alleen moeilijk: verzetshelden worden nu geheel onmogelijk omdat
alle goede wil en opofferingsgezindheid ten spijt, de middelen
waarover mensen van nature beschikken om zich te verzetten tegen
externe bedreigingen in regimes die naar het totalitarisme neigen,
prompt van hen worden afgepakt. Het woord als ultieme verweermiddel
dat aanspraak maakt op het aan het licht kunnen brengen van de
waarheid wordt onmogelijk gemaakt door (jawel!) het onhoorbaar maken
van geluid en het onleesbaar maken van tekst. Waar alsnog zinnen,
zinsfragmenten of woorden aan de dans ontsnappen, worden de sprekers
ervan zelf beboet met gigantische straffen, gevangen genomen,
monddood gemaakt, vergiftigd of vermoord, aan stukken gereten en
opgelost in zwavelzuur, waarna over deze misdaad zelf een
spreekverbod van kracht wordt, wat inhoudt dat wie het wagen dit
verbod alsnog te overtreden, op hun beurt kunnen worden vervolgd en
vermoord. Waarna, opnieuw, ook over die misdaad een spreekverbod van
kracht wordt. En op die manier haast zich de leugen om de waarheid in
te halen.
Atypische
voorkeuren kunnen met moraal niets te maken hebben omdat zij niets te
maken hebben met de vrije wil en derhalve helemaal niet gestuurd
kunnen worden. Mensen die manken, doen helemaal niets dat moreel
verwerpelijk zou kunnen zijn omdat uiteindelijk niemand zelf te
beslissen heeft over de manier waarop hij zich het beste voortbeweegt
en dat geldt ook voor mensen die veel sneller kunnen lopen dan alle
anderen of voor mensen die zich op atypische manieren verplaatsen.
Voortbewegen, spreken, denken, muziek maken, vrijen en ga zo maar
door. Zolang het gaat om handelingen gesteld binnen de perken van de
wet, kan er geen probleem zijn, het probleem situeert zich vaak pas
daar waar de wet zelf haar boekje te buiten gaat door zich te gaan
bemoeien met het privéleven van volwassen burgers.
Vele eeuwen
lang heeft de staat zich middels de medewerking van de kerk of van
nog andere instituten ingelaten met private aangelegenheden van
burgers om aldus haar macht over haar onderdanen te kunnen
bestendigen of te kunnen vergroten en op de halve wereldbol is dat
nog altijd het geval. Emancipatie vormt het enig mogelijke antwoord
op die mistoestanden omdat niemand het recht heeft om over andermans
leven beslissingen te nemen, om andermans wil aan de eigen wil te
onderwerpen, om andermans leven te beëindigen of ook maar te
beknotten. Weliswaar, er wordt geschermd met goden en met nog andere
hogere machten die in wezen producten zijn van de fantasie van
criminelen en dat alleen al is een reden om godsdiensten te verbieden
of tenminste om hun macht over het volk in te perken.
Edoch, om
vrijheid dient te worden gestreden en zelfs om het behoud ervan en
dat dit laatste waar is, betekent tevens dat vrijheid nooit een
voorgoed verworven recht is en dat wij alert dienen te zijn voor de
bedreigingen ervan die, als de aandacht verslapt, in geen tijd het
spook van de slavernij terug kunnen brengen.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
27 juli 2023)
27-07-2023
LGBTQIA+ - Aflevering 3: Blaise Pascal en markies de Sade
LGBTQIA+
Aflevering
3: Blaise Pascal en markies de Sade
Onder het
voorwendsel dat men voor voedsel moet zorgen, wordt groen licht
gegeven voor de jacht maar in feite is het de jagers helemaal niet te
doen om dat voedsel maar om het jagen zelf, dat hun jachtinstinct en
hun moordlust moet bevredigen. Het opgegeven doel waarmee jagers hun
activiteit legitimeren is in wezen een voorwendsel of dus een middel
om te kunnen jagen en de jacht zelf is niet het middel maar is het
ultieme doel.
Het gaat
hier om een middel-doelomkering die ook aanwezig is inzake de
discriminatie (en derhalve de achterstelling en de uitbuiting) van
LGBTQIA+-personen
wier maatschappelijke uitsluiting (al dan niet in de openbaarheid)
wordt voorgesteld als een middel met de bedoeling om de maatschappij
gezonder te maken ("de rotte appels uit de mand verwijderen"),
terwijl dat doel enkel een voorwendsel is om op mensen te kunnen
jagen (zoals vandaag Ramzan Kadyrov in Tsjetsjenië doet1)
en dus om aan de moordlust van bepaalde lui tegemoet te komen. Die
moordlust zit ook verscholen in het paternalisme, in het kolonialisme
en in zekere vormen van pedagogie, onder meer deze die Paulo Freire's
in zijn Pedagogy of the oppressed aan kritiek onderwerpt en op
de keper beschouwd draagt onze ganse cultuur daar de sporen van, wat
de tegendoelmatigheid van ons handelen in de hand werkt. Wat betreft
de argumenten om op mensen jacht te kunnen maken, doet de inhoud er
in wezen helemaal niet toe (zoals dat ook het geval is met
geloofsbelijdenissen), wat hier wil zeggen dat er altijd wel een
reden zal gevonden worden en valt er vooralsnog geen enkele reden te
bekennen, dan neemt men alras zijn toevlucht tot de inbeelding welke
voor de gelegenheid met het grootste gemak voor waar wordt aan de man
gebracht.
Dat men op
mensen jacht wil kunnen maken kan vreemd klinken in de oren van wie
niet vertrouwd zijn met zekere takken van de psychologie maar het is
helaas een realiteit dat een aantal mensen lust ervaren wanneer zij
aan anderen schade kunnen toebrengen. In de sport bestaat er zoiets
als gezonde rivaliteit, het is een soort van onderlinge strijd of een
concurrentie welke in het spel geoorloofd is en daar situeert zich de
betekenis van de eumoreel geladen term 'sportiviteit'. De
concurrentie in de wereld van de economie is minder 'sportief' omdat
aldaar naast de eerlijke prestaties (of producten) ook reclame
toegelaten is waarmee klanten bedrogen kunnen worden. Maar dat is nog
steeds geen misdaad zoals dat wel het geval is waar met opzet aan
medemensen kwaad berokkend wordt zonder dat zij daarvoor op de een of
andere manier vergoed worden maar ook zonder dat de dader daarvan ook
maar enig ander voordeel heeft dan de voldoening die hij kennelijk
ervaart wanneer zich zijn macht over zijn slachtoffer manifesteert in
de vorm van de schade die hij het toebrengt. In dat geval dient het
kwaad geen ander doel dan de lust die het opwekt bij de dader. En om
die werkelijkheid enigszins te kunnen vatten, kan men te rade gaan
bij enkele wijsgeren en literatoren die het mechanisme van dit
misdadige genot beschrijven.
Zo
gaat de Duits-Vlaamse filosoof Rudolf Boehm op zoek naar de essentie
van de middeldoelomkering en de eerste auteur die hij analyseert als
ontmaskeraar van de middeldoelomkering is Blaise Pascal (1623-1662)
in zijn Pensées.
Het is de hoogmoed, het streven naar godgelijkheid, wat de mens doet
vallen, zegt Pascal: de goddelijkheid van de ellendige mens bestaat
alleen in zijn fantasie, in zijn gedachten. Tegen de ellende en de
dood valt niets anders te bedenken dan er niet aan te denken. Vandaar
zoeken mensen afleiding (Pascal gebruikt de term 'divertissement') om
hun dodelijke levenseinde niet te moeten zien: in de filosofie, in de
oorlog, in het spel, in de wetenschappelijke arbeid. Daarbij is nu de
middeldoelomkering bij uitstek zichtbaar in het spel: we nemen aan
dat de gokker speelt (middel) voor geldwinst (doel) maar in feite is
het omgekeerde waar: de geldwinst is slechts een voorwendsel (dus
geen doel doch een middel) om te kunnen spelen, zodat het spel zelf
het doel is. Het voorwendsel is onontbeerlijk maar het doel is het
spel, het 'divertissement', de afleiding die ons ons trieste lot moet
doen vergeten. Rudolf Boehm verwoordt de essentie van de
middeldoelomkering bij Pascal als volgt: De
haas die men achterna rent - men zou hem niet moeten hebben, indien
hij zo werd aangeboden ... Deze haas zou ons niet beschermen tegen de
aanblik van de dood en van de ellende die er ons nog van afhouden,
maar de jacht beschermt er ons tegen. De jacht schijnt een middel
tot het doel: de haas neerschieten. De haas blijkt een voorwendsel te
zijn, hoewel een onontbeerlijk voorwendsel. De jacht is geen louter
middel; in de jacht zelf ligt de belangstelling. Hij leidt af.2
Een
goede eeuw na Pascal behandelde marquis de Sade (1740-1814) een
gelijkaardig fenomeen in zijn literaire oeuvre en meer bepaald in de
pornografische roman Les
120 Journées de Sodome ou l'école du libertinage uit
1785, waarin vier rijke libertijnen gedurende vier maanden in een
kasteel in het Zwarte Woud orgieën houden waarbij zij geïnspireerd
door de verhalen van vier prostituées zesendertig tieners seksueel
misbruiken en folteren, hetgeen eindigt in een erbarmelijke toestand.
Later werd het beleven van lust in het pijnigen van anderen, naar de
Sade, sadisme genoemd.
In
feite hoeft het onderhavige verschijnsel ons helemaal niet te
verwonderen want ofschoon het geheel immaterieel lijkt, ligt het aan
de grondslag van menige activiteit waaraan heel wat materiële
middelen opgeofferd worden. Wij weten dat een groot deel van de
menselijke maatschappelijke inspanningen draaien om het verwerven van
een positie in de zogenaamde pikorde, wat concreet betekent dat
mensen zich dag in dag uit uitsloven voor het verwerven van een
plaats in de sociale rangorde waarin zij het zo comfortabel mogelijk
hebben, wat betekent dat zij zo weinig mogelijk meerderen en zo veel
mogelijk ondergeschikten overhouden en dit met het uiteindelijke
streefdoel om zoveel mogelijk pikken aan anderen te kunnen uitdelen
en er zo weinig mogelijk te moeten ontvangen. In de activiteit van
dit pikken en gepikt worden manifesteert zich in feite een fascisme
dat uiteindelijk berust op de moordlust welke ook de basis uitmaakt
van het jachtinstinct. Die handelwijze zou nog kunnen gelegitimeerd
worden waar prestaties die elkeen ten goede komen aan de basis liggen
van de maatschappelijke status maar waar atypische eigenschappen van
derden aan de orde zijn, kan slechts sprake zijn van discriminatie
van minderheden of dus van het recht van de sterkste.
2Boehm,
Rudolf. Kritiek
der grondslagen van onze tijd, Het
Wereldvenster, Baarn. (Oorspronkelijk: Kritik
der Grundlagen des Zeitalters (1973)).
Nederlandse vertaling door Willy Coolsaet met een taalkundige
revisie d.d. 2011 van Guy Quintelier. (1977),
par. 18, eerste deel.Boehm,
Rudolf. (1977). (NB: de integrale tekst van het werk is beschikbaar
op het internet op het volgende adres:
https://www.marxists.org/nederlands/boehm/1977/kritiek/index.htm
Zie
ook: Jan Bauwens, Panopticum Corona,
Panopticum Corona. Artikels Pasen 2018 Pasen 2021, Jan
Bauwens, uitgever, Serskamp 2021, (ISBN: 978-90-775-3200-3), p.
961.
26-07-2023
LGBTQIA+ - Aflevering 2: L, G, B, T, Q, I, A, +: voorwendsels!
LGBTQIA+
Aflevering
2: L, G, B, T, Q, I, A, +: voorwendsels!
De in de
bedoelde categorie van mensen (het gaat immers veeleer om een
categorie dan om een gemeenschap) opgesomde initialen staan voor
allerlei parafilieën of atypische erotische voorkeuren die op
zich helemaal niets te maken hebben met het eigenlijke probleem dat
een probleem is van achterstelling en uitbuiting of beroving dat
zich bedient van de meest uiteenlopende eigenschappen van mensen om
tot hun demonisering en culpabilisering te kunnen overgaan om
vervolgens van hen een zogenaamde schadeloosstelling te kunnen eisen,
hetgeen neerkomt op pure uitbuiting.
Toen de
tijd der kolonies achter de rug was, begon het neokolonialisme en met
de afschaffing van de slavernij werd de loonslavernij ingevoerd en zo
bijvoorbeeld in de Verenigde Staten werden massaal Chinezen
geïmporteerd (van welker import Chinatown een restant is) of naar
dat land gelokt met loze beloftes over rijkdom die niet werden
ingelost: de betrokken buitenlanders waren er wel aan gehouden om hun
heenreis af te betalen, iets waarin vrijwel niemand slaagde omdat die
schadeloosstelling jegens hun 'werkgevers' door de lage verloningen
van hun slavenwerk meer tijd vergde dan er in een mensenleven
voorradig is. Demonisering en culpabilisering om vervolgens
schadeloosstelling te kunnen eisen en tot brute uitbuiting te kunnen
overgaan vormen de drie etappen in deze specifieke misdaad die
mensen jegens hun soortgenoten begaan.
Het jammere
is nu wel dat uitbuiters er kennelijk in slagen om te gaan spelen met
de aandacht van het publiek door die aandacht af te leiden van het
eigenlijke item van de uitbuiting naar het voorwendsel zelf dat
listig wordt voorgesteld als een probleem waarvan de ganse
maatschappij nadelen zou ondervinden en deze aanvalstactiek heeft tot
effect dat het publiek partijdig wordt en zich vijandig opstelt
tegenover groepen van mensen die hen op de keper beschouwd helemaal
geen kwaad doen maar waarbij het publiek zichzelf maar al te graag
verblindt met de door de uitbuiters aangereikte voorwendsels waarmee
het ook zijn voordeel doet. Zo werden de joden in de jaren dertig van
de voorbije eeuw voor de ogen van alle Duitsers opgepakt en
weggebracht naar concentratiekampen waar ze slavenwerk verrichtten en
waar ze uiteindelijk werden vergast terwijl de Duitsers zwegen omdat
zij konden meegenieten van het feit dat de bezittingen der joden voor
een habbekrats werden verpatst: hun woningen werden door de Duitsers
(die immers 'Lebensraum' nodig hadden, zoals Hitler het stelde) voor
geen geld gekocht en het goud dat na de genocide achterbleef belandde
bij Zwitserse bankiers die van plan waren om het nooit terug te
geven.
Atypische
eigenschappen met betrekking tot de erotiek maar ook met betrekking
tot heel andere zaken: zwaarlijvigheid en magerzucht, schoonheid,
allerlei handicaps, genialiteit, huidskleur, afkomst enzovoort. Zij
vormen de voorwendsels om tot discriminatie en tot uitbuiting te
kunnen overgaan en waar die alsnog ontbreken, veinst men de
aanwezigheid van atypische kenmerken om tot achterstelling te kunnen
overgaan en om de eis tot schadeloosstelling hard te kunnen maken.
Ja, waar alle opgesomde kenmerken ontbreken, verzint men prompt
kenmerken die voor het blote oog onzichtbaar zijn: men zegt dat
de betrokkenen die men wil doden om hun bezittingen te kunnen
inpalmen, behekst zijn, zoals in de welbekende historie van de heksen
van Salem. De hedendaagse versie hiervan is de demonisering van
bijvoorbeeld de categorie van de bejaarden die weliswaar niet langer
met de term 'behekst' worden gebrandmerkt maar met de term 'dement',
wat op hetzelfde neerkomt: zij leven nog maar zij zijn dement en in
feite zijn zij dus al dood, zo wordt het aan de man gebracht.
Hoofdverantwoordelijken in de sector van de zorgverlening voor
bejaarden spreken zich nu op televisie al openlijk uit over wat zij
de noodzaak noemen van een debat over de vraag of het niet de plicht
is van de maatschappij om demente bejaarden uit hun lijden te
verlossen, uiteraard middels euthanasie, wat wil zeggen: de goede
dood of de dood vrij van leed. Ten tijde van de dictatuur onder
Hitler werden verschillende categorieën van mensen uitgedacht en van
hen werden ook namenlijsten opgemaakt welke dienden afgevinkt te
worden na hun 'overlijden', zo'n zes miljoen in totaal en indien het
regime de oorlog had overleefd zou dat nog een veelvoud van dat
aantal geworden zijn. Onder hen dus ook mensen die omgebracht werden
onder het voorwendsel dat zij behoorden tot de categorieën
L, G, B, T, Q, I, A, +...
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
25 juli 2023)
25-07-2023
LGBTQIA+
LGBTQIA+
Levende
wezens reageren op prikkels uit hun omgeving (waartoe ook het eigen
lichaam behoort) en zij doen dat enerzijds grotendeels onbewust,
spontaan, reflexmatig of onpersoonlijk en anderzijds alsnog met
'bedoelingen' maar dan wel bedoelingen waarvan zij zich eveneens vaak
niet bewust zijn - bedoelingen die behoren tot het domein van een
autonoom werkzame natuur waarover wijzelf nauwelijks of helemaal geen
zeggenschap hebben. Onze maag verteert voedsel en doet dat zonder de
tussenkomst van onze vrije wil; onze ogen volgen spontaan bewegende
voorwerpen omdat bewegingen de aanwezigheid doen vermoeden van
vreemde entiteiten die bedreigend kunnen zijn; onze gedachten worden
deels door indrukken vanuit onze omgeving bepaald, hetzij
zintuiglijke prikkels, hetzij media welke gedachten of gevoelens
dragen; onze (al dan niet vermeende) wil wordt mede gestuurd door
reclameboodschappen, allang 'vergeten' of verdrongen ervaringen of
diep gewortelde overtuigingen welke vaak een autonoom leven zijn gaan
leiden en op die manier worden wij onwillekeurig, onvermijdelijk of
noodzakelijkerwijze voor een stuk geleefd of bepaald door externe
zaken omdat het interne met het externe in verband staat of er
evenmin van los te denken is als een vis van het water. Onze natuur
maakt dat wij reageren op dingen met geen ander doel dan zelfbehoud
en soortbehoud en als men deze zaken concreet en in detail probeert
te analyseren, komt men alras tot een caleidoscoop van factoren die
met elkaar verwikkeld zijn in een spel dat wetenschapslui die zich
bijvoorbeeld bezig houden met de problematiek van de kennisextractie
voor nog onopgeloste raadsels blijft stellen: wij lijken te 'weten'
wat wij doen want op de een of andere manier werpt ons gerichte
handelen vruchten af maar tegelijk blijken wij niet te weten hoe en
waarom we het zo doen zoals wij het doen - een situatie die een
beetje doet denken aan de vaardigheid van het autorijden van een
chauffeur die helemaal niet weet wat zich afspeelt onder de motorkap
van de wagen die hij bestuurt.
Maar het
niet of niet ten volle begrijpen van wat men doet, kan maar zelden
een reden zijn om het voortaan te laten: ons onbegrip mag de
effectiviteit en de efficiëntie van ons bovendien grotendeels
geautomatiseerde handelen niet in de weg staan. Controlefreaks kunnen
het daar wel eens moeilijk mee hebben omdat zij geneigd zijn om alles
wat zij niet kunnen controleren en dus ook alles wat zij voor
zichzelf niet kunnen verklaren, te barricaderen, de pas af te snijden
of te verbieden - bij anderen maar ook bij zichzelf. Het voortbestaan
van handelwijzen die onbegrepen bleven maar die tegelijk noodzakelijk
gebleken zijn, wordt beschermd door tradities die hun kracht halen
uit enerzijds de lange tijdsduur van hun voortbestaan en anderzijds
het feit dat zij onderhouden worden door heel veel mensen - door een
gans volk. Dikwijls weet een volk niet meer waarom het zekere
tradities eert en nog veel vaker zijn tradities niet langer
effectief, bijvoorbeeld omdat zij hun bestaansreden ontlenen aan
toestanden welke intussen niet meer bestaan, wat deze betrokken
gebruiken overbodig maakt of zelfs contraproductief.
De grijze
zone van handelwijzen die niet, niet langer of vooralsnog niet door
kennis worden gedragen maakt zekere handelwijzen fragiel en vatbaar
voor kritiek terwijl zij van levensbelang kunnen zijn en in dit
verband moeten controlefreaks maar ook alles wat daarmee te maken
heeft, zoals overdreven rationalisering, worden geducht. Controle
hangt samen met begrip en met rationaliteit omdat redelijkheid met
argumenteren heeft te maken en ook met reglementeren: argumenten zijn
verbale strijdmiddelen en reglementen hebben behalve met woorden ook
met daden te maken omdat zij hun kracht halen uit mogelijke
bestraffingen die uiteindelijk fysiek van aard zijn - zij hebben te
maken met macht. Waar de macht van het vermeende verstand zich
opdringt om de 'macht' van de natuur stokken in de wielen te steken,
dreigt het sinds oudsher gevreesde gevaar van de hybris of de
overmoed welke destijds Icarus deed neerstorten in de zee.
De
LGBTQIA+-gemeenschap is een categorie van mensen die zich willen
bevrijden van het keurslijf waarmee zij verstikt geworden zijn in
tijdperken getekend door machtswellust, kolonialisme (incluis de
kolonisering van het eigen volk) (waarbij kolonisering nota bene
betekent: het tot kolonie of tot massa reduceren, het
'gelijkschakelen' en derhalve het ontmenselijken van 'unieke mensen'
(een tautologie)), tijdperken getekend door dictators, representanten
van (al dan niet vermeende) goden en alles wat daarmee samenhangt:
controlerende regimes, naar paranoia ruikende ideologieën, door
machthebbers opgelegde, stringente morele regels waarbij een eerloze
Victoriaanse 'cultuur' van preutsheid, schaamte en schande prevaleert
op die van schuld en geweten, alsook navenante wetgevingen en
moraliserende, paternalistische, betuttelende verhalen over goed en
kwaad.
Waarmee
meteen gezegd is dat de emancipatie van de LGBTQIA+-gemeenschap niet
wezenlijk verschilt van elke andere authentieke emancipatiebeweging:
emancipatie is bevrijding, men bevrijdt zichzelf van een juk opgelegd
door potentaten die de kunst blijken te verstaan om onder allerlei
voorwendsels beslag te leggen op andermans bestaan. Zo bijvoorbeeld
kennen we de emancipatie van vrouwen, zwarten, slaven, arbeiders of
loonslaven en religieuze of etnische gemeenschappen: eens werden al
dergelijke categorieën van mensen achtergesteld zodat zij door een
bevoorrechte categorie (van een zekere meerderheid ofwel van een
hogere of beter bewapende klasse of kaste) naar willekeur konden
worden uitgebuit. Emancipatie is het stellen van paal en perk aan het
recht van de sterkste dat, pervers genoeg, de wetteloosheid wenst te
wettigen. Vanuit de wetenschap dat de mens een wolf is voor zijn
medemens, is emancipatie een poging van onderdrukten om zich te
bevrijden van de wet van de jungle of van een dierlijkheid die door
hun onderdrukkers wordt in stand gehouden. Waar regimes opduiken die
deze wetteloosheid pogen te wettigen, zoals het nazi-regime in het
Duitsland van voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog, draait de
'cultuur' uit op pure barbarij van het moorden om te moorden, zoals
232 jaar geleden te boek gesteld door marquis de Sade en zoals dat
ook nu in de nieuwe Europese oorlog weer het geval is met de
nationalistische regimes aan de beide kanten van de frontlijn die,
gesteund door hun eigen bisschoppen en papen, het onwetende volk van
de beide kanten tegen elkaar trachten op te zetten of, concreter
gesteld: zij willen dat het volk zich verdeelt opdat het vervolgens
zichzelf zou decimeren, zodat zij dan, zoals zij dat in de ganse loop
van de geschiedenis deden, met de buit aan de haal kunnen gaan: Krieg
und Leichen, die letzste Hoffnung der Reichen.
Morgen, 23
juli 2023, worden in Spanje vervroegde verkiezingen gehouden en wordt
aldaar de dreiging van extreemrechts groter met de opkomst van de
neoliberale partij Vox onder de leiding van de Bask Santiago Abascal
Conde, getogen in de Partido Popular waarin Vox haar wortels had maar
waartegen ze zich alras heeft afgezet om nu een populistische,
anti-Europese koers te varen met op het partijprogramma: de teruggave
van alle macht aan Madrid en het verbod op afscheidingsbewegingen (à
la Carlos Piedmont met zijn Catalanisten), het verbod op abortus,
euthanasie en de genderbeweging, de uitwijzing van moslims en ook nog
de bescherming van het recht op het houden van stierengevechten die
weer 'cultureel erfgoed' moeten worden genoemd en die dan ook
subsidies verdienen.
De
ideologische basis van Vox is het regime van Francisco Franco, de
Spaanse dictator vanaf de vooravond van W.O.II tot aan zijn dood in
1975: hij werd in 1936 'generalisimo' en liet zich in 1953 (naar
aanleiding van een afspraak met het Vaticaan over gedeelde belangen
waarbij het nationaalkatholicisme de staatsgodsdienst van Spanje werd
en het burgerlijk huwelijk alsook de echtscheiding werden afgeschaft)
Spaanse leider bij de gratie Gods noemen, executeerde in de
Spaanse burgeroorlog naar schatting tussen de 15.000 en 270.000
tegenstanders (Spanjaarden), voerde het Spaanse vreemdelingenlegioen
aan en liet zich steunen door Mussolini en door Hitler maar bleef
neutraal (afzijdig) in de strijd en Spanje werd pas in 1955 tot de VN
toegelaten. Ofschoon na Franco's dood in Spanje socialisten aan de
macht kwamen, straatnamen werden gewijzigd en standbeelden opgeruimd,
volgde er geen rehabilitatie van slachtoffers van de dictatuur en
bleef er een 'Nationale Francisco Franco Stichting' bestaan om zijn
naam in ere te houden. Tussen haakjes bleven toentertijd de (eveneens
ultra-katholieke) Belgische vorst en vorstin Boudewijn en Fabiola
Franco zeer genegen.
De zwaai
naar extreemrechts in Spanje heeft dezelfde kenmerken als het
populisme elders in Europa dat vooral teert op een onwetendheid
gevoed door vergetelheid ingevolge het wegebben van de verleden
gruwels uit het geheugen van het volk. Menig getuige heeft tot voor
kort voor het gevaar van die vergetelheid gewaarschuwd maar nu
niemand van hen nog in leven is, tooit de duivel zich weer ongestoord
in het ornaat van de stralende engel die hij eenmaal was.
(J.B.,
22 juli 2023)
20-07-2023
Over de macht van vertrouwenspersonen
Over
de macht van vertrouwenspersonen
Misbruik
van vertrouwen ligt vaker aan de grondslag van wantoestanden die hun
gelijke niet kennen omdat vertrouwenszaken te maken hebben met macht
over jezelf die je aan een ander geeft en waarmee die ander dingen
kan doen waar je baat bij hebt maar evengoed dingen die je naar de
verdommenis kunnen helpen.
Wie hulp
zoeken dienen vooral deze twee zaken voor ogen te houden met
betrekking tot degene bij wie ze gaan aankloppen: in de eerste plaats
moet die persoon kennis van zaken hebben maar het tweede punt is even
belangrijk en luidt dat de helpende het ook goed moet menen met de
hulpzoekende. De kennis slaat op de mogelijkheid om te helpen
en de goede bedoelingen slaan op de wil om dat ook te doen en
geen van beide mag ontbreken: een priester kan het goed bedoelen maar
gebedstherapie zal weinig baat brengen voor een zieke die om raad
komt en ook een arts die misbruik maakt van de klacht van zijn
patiënt om deze aan het lijntje te houden, heb je beter niet.
De twee
misbruikers bestaan en met een combinatie van de twee is men
uiteraard nog slechter af. Bovendien zijn die misbruiken niet
zeldzaam en in bepaalde gevallen zou men zelfs gaan geloven dat ze
veeleer de regel vormen dan de uitzondering. In de reclamewereld is
dat pertinent het geval en dit bedrog wordt door de staat gedoogd, al
bestaan er nu ook wetten die de reclame voor bijvoorbeeld tabak
verbieden.
Maar niet
alleen in de wereld van de reclame wordt men misleid, ook religies en
ideologieën blijken kampioen in de aanbiedingen van schijnbare hulp
die alleen maar lokaas is om (vooral kwetsbare) mensen mee aan zich
te binden en hen dan leeg te zuigen. Malafide figuren of organisaties
beschouwen elke mens die zij winnen als een goudmijn en dat het
slachtoffer daaraan uiteindelijk ten onder gaat, zal hen worst wezen
omdat immorele organisaties en individuen nu eenmaal geen geweten
hebben als er ook geen wetten bestaan die hen hun misleidende
praktijken verbieden.
Het
zou een vuistregel moeten zijn dat men op zijn hoede hoort te zijn
jegens organisaties of figuren die er warmpjes inzitten omdat macht
en rijkdom altijd wel ergens te maken hebben met het bestelen van
anderen, zo niet met een onrechtvaardige verdeling van de taart die
de rijkdom is: rijkdom is altijd beperkt en wat de een teveel heeft,
komt daarom ook de ander tekort.
Geheel
onterecht ontsnappen gevestigde instituten omwille van hun faam
gemakkelijk aan verdenking en waakzaamheid is daarom allerminst
overbodig. De wreedaardige conversietherapie die opnieuw de
krantenkoppen haalt, laat zien hoe psychiaters die dan toch
wetenschappers zijn, zich in zekere gevallen door priesters de les
laten spellen en hun patiënten laten terechtkomen in de klauwen van,
jawel, exorcisten. Het gaat niet om pseudopsychologen of om sekten
maar om vooraanstaande burgers met een opleiding in de geneeskunde en
om katholieke priesters. Zo bijvoorbeeld kopt op 7 mei 2019 Het
Laatste Nieuws: Exorcisten
verzamelen deze week in Vaticaan om krachten te bundelen in strijd
tegen duivel" en
men leest warempel: "De meeting
vindt plaats in het Ateno Pontificio Regina Apostolorum in Rome - een
universiteit die gelinkt is aan het Vaticaan - en er zijn
geestelijken aanwezig van de katholieke, anglicaanse, lutheraanse,
Grieks-Orthodoxe en pinksterkerken".1
En de clerici leggen uit: "We
kunnen dan in overleg met dokters, psychologen en psychiaters
pastorale zorg bieden".2
Wat, gruwelijk genoeg, betekent dat wetenschappelijk gevormde mensen,
artsen, specialisten, hieraan meewerken.
Misbruik
van vertrouwen: religie, extreemrechts maar vooral ook kapitaal is
hier van de partij en minder mondige mensen krijgen het te verduren.
Zoals ook daar waar de fortuinen op het spel staan van de
neoliberalen die omwille van de centen het milieu willen blijven om
zeep kunnen helpen en er godbetert ook nog in slagen om aan een massa
van vooral ongeschoolde en makkelijk te misleiden mensen wijs te maken dat de klimaatwetten er komen om hen in de tang te houden.
62 jaar na de moord op Patrice Lumumba
(+17 januari 1961):
de moord op Chérubin Okende Senga (+13
juli 2023)
13-07-2023
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
Over macht - 3. De aanstaande nieuwe wereldorde
Over
macht
3.
De aanstaande nieuwe wereldorde
Macht houdt maar zolang
stand totdat de slaven ongehoorzaam worden en de derde en de vierde
wereld hun plek opeisen onder de gewone burgers in de rechtsstaat.
Edoch, de slavernij verdwijnt niet, zij verpakt zich onder andere
opschriften en zij wordt loonslavernij; de kolonies worden
'ontwikkelingslanden' onder het 'protectoraat' van hun onverminderde
uitbuiters want 'uitbuiting' heet voortaan 'bescherming' en die
'bescherming' slaat niet op de territoria die worden leeggeroofd maar
op de rovers zelf, het gaat om de bescherming van voorrechten en om
de continuering van het kolonialisme, het neokolonialisme.
Het rijke noorden en het
arme zuiden: gedurende eeuwen heeft het westen het zuiden leeggeroofd
en als slaaf gevangen gehouden en dit hoofdzakelijk dankzij enerzijds
het buskruit of de gevreesde wapens en anderzijds de tovenarij of de
religie die de mens gedefinieerd heeft als de hoeder van de
schepping, zeg maar: de vertegenwoordiger van god op aarde, wat de
paus ook zelf beweert te zijn. De papen zijn de bazen en wie het
daarmee niet eens zijn, krijgen de kogel van de keizers (twee handen
op één buik): het is gewoon een versie van de ordinaire bedreiging
welke luidt tot in de cinema en de strips: Uw geld of uw
leven!
Evenwel gaat het om een
westerse elite want die houdt ook het 'eigen' volk onder de
duim in haar fabrieken. Het eigen volk en dan het volk uit de
kolonies, de miljoenen geïmporteerde slaven en tenslotte de
zogenaamde illegalen welke door de landsgrenzen worden gefabriceerd.
Die maken immers dat wie ze overschrijdt, in de volkomen slavernij
belandt omdat hij arriveert op een plek waar hij tegelijk aanwezig is
én niet aanwezig mag zijn, terwijl hij wel moet eten, zodat
hij daarvoor moet werken zonder verder eisen te kunnen stellen omdat
hij nu eenmaal illegaal is op die plek en zonder rechten: hij moet
dan maar tevreden zijn met wat hij krijgt en dat is precies genoeg om
aan de slag te kunnen blijven en altijd te weinig om terug te kunnen
keren; hij zit zoals een vogel in een kooi gevangen en moet daar de
tredmolen waarin hij loopt, draaiende houden tot hij erbij neervalt.
Maar alle dingen kennen
een einde en dus ook deze dingen: het systeem wordt oud, de
werklieden verenigen zich en staan op tegen hun patroons, de honger
doet de armen stelen, de opstand holt het systeem uit, burgeroorlogen
woeden, zij worden doodgezwegen maar kunnen niet langer neergeslagen
worden, de verdovende middelen zelf brengen onrust teweeg, de weelde
ziekte en krankzinnigheid. Uiteindelijk laat de elite de teugels los
en zij kijkt uit naar nieuwe vormen van vermaak.
In het huidige
wereldbestel lijken nog altijd twee systemen tegen elkaar op te
boksen en dat zijn de zogenaamde vrije wereld (zoals die althans
zichzelf benoemt) en de wereld van het communisme. In 2009 ziet BRIC
het levenslicht, twee jaar later uitgegroeid tot BRICS (Brazilië,
Rusland, India, China en Zuid-Afrika) en dat is een gloednieuwe unie
van landen die bijna de helft van de wereldbevolking uitmaken en het
vierde deel van het landoppervlak bestrijken, het zijn omzeggens de
verdrukte gebieden uit de voorbije eeuwen die zich verenigen,
'waarschijnlijk' onder de vlag van het wereldcommunisme dat immers
luistert naar het devies van Karl Marx: Arbeiders aller landen,
verenigt u!
Zij
die denken dat Marx nu oude koek is, vergissen zich wel schromelijk:
de aloude leveranciers van grondstoffen en spijzen welke maken dat de
levensstandaard van elke westerling te danken is aan veertig slaven
uit de derde wereld lijken in staking te zijn gegaan en zij plannen
het over een heel andere boeg te gaan gooien. Het meer ontwikkelde
deel van de westerlingen is hierin wel mee maar vormt vooralsnog een
minderheid omdat de informatie over deze evolutie achter wordt
gehouden ofwel wordt vervalst door potentaten die blijven weigeren om
hun macht uit handen te geven en die de wereld liever zien vergaan
door milieuschade zoals vergif, opwarming en nucleaire wapens dan een
brijzel van hun macht prijs te geven. Edoch, zij zullen alle
macht verliezen, het tij is al gekeerd, de beweging is ingezet en
wast, het is alleen nog maar een kwestie van tijd. En men moet zich
niet vergissen: nu gaat alles ook veel sneller dan pakweg een halve
eeuw geleden.
(J.B., 13 juli 2023)
Over macht - 2. Gedrogeerde machineonderdelen
Over
macht
2.
Gedrogeerde machineonderdelen
Nu de spraaktechnologie
van Lernaut en Hauspie door de Amerikanen in hun software werd
gestopt, zullen ze zeldzaam zijn geworden maar de senioren onder ons
zullen zich hen nog herinneren: de typistes van het ministerie die de
ganse dag hun Erika lieten ratelen of hun Olivetti, waar blad na blad
uit rolde dat het een plezier was om te zien. Zij deden dit, en nu
komt het: zij deden dit terwijl zij onderling in gesprek waren over
koetjes en kalfjes en aldus bewezen zij een realiteit die alle
neurologen uitermate interesseerde: zij toonden aan, zonder het zelf
te weten, dat bij het overtypen van tekst het hoofd volledig
overbodig is; de informatiestroom geschiedt bij alle geoefende
exemplaren van deze heel bijzondere ambtenaren van de oogzenuwen naar
de zenuwen en spieren van de handen en de vingers en het hoofd komt
daar omzeggens niet meer aan te pas, dat kan zich voortaan lustig
vermeien in gesprekken over het weer, over de collega's of over de
Tv-soaps; de stroom van informatie hoeft het hoofd helemaal niet meer
te passeren. En geoefende pianisten doen iets gelijkaardigs. Ja, het
verstand van handenarbeiders situeert zich letterlijk in de handen.
Die werkelijkheid lijkt
leuk, het gaat om verregaande automatisering van fysieke handelingen
waarbij ook zintuigen betrokken zijn maar het dan toch opmerkelijke
gebeuren heeft ook een wrede schaduwkant: het lichaam van steeds meer
mensen wordt in een steeds uitgebreider deel van hun tijd in beslag
genomen door processen die zich in feite helemaal buiten hen om
afspelen en die ook niet langer door henzelf worden gestuurd maar
door plichten opgelegd door derden die de arbeiders daarvoor
verlonen. In werkelijkheid gaat het erom dat mensen op die wijze hun
hele lijf verkopen aan voor hen onbekenden die hen op de keper
beschouwd chanteren omdat zij werkweigeraars bestraffen met honger,
dorst en kou of dus met de inbeslagname van hun leven. De benaming
daarvoor is loonslavernij. Wat wel te verstaan heel letterlijk
betekent dat het gros der mensen niet langer over het eigen lijf en
leven meester is. Een ander heeft daarover het meesterschap
verworven, iemand met meer macht en de uitoefening van die macht
bestaat in het zich op de beschreven wijze toe-eigenen van de
lichamen van anderen.
Het erge van de hele
zaak is dat wij het kennelijk niet beseffen wat ze met ons doen, wij
verkeren immers in de waan dat wij al werkende helemaal vrij zijn
want wij kunnen praten over het weer en over nog duizend andere
dingen, onze gedachten zijn vrij: ja, die Gedanken sind frei,
zo zongen in de strafkampen van nazi-Duitsland ook de joden maar
uiteraard veeleer met zelfspot dan met zelfvoldoening want wat baten
gedachten die zo vrij zijn dat zij zich de meest exquise delicatessen
kunnen dromen als de maag leeg blijft? Wij trappen aardig in de val
als wij geloven in dat soort van vrijheid en de verleiding daartoe is
vandaag groter dan ooit, in dit tijdperk van een gigantisch
schijnbestaan dat geproduceerd wordt middels het internet en dat zich
situeert op chips niet groter dan een vingernagel.
En zo belanden wij bij
de macht van het sprookje dat ons meevoert naar Disneyworld, de
Olympic Games of het Elisabeth Concours: wij verworden tot 'beste
kijkers', 'luisteraars', 'liefhebbers' of andersoortige consumenten
die met geld betalen om al onze aandacht te spenderen aan het
santenkraam van vreemdelingen die ons pluimen door op meer dan één
manier aan de haal te gaan met onze tijd en derhalve met ons leven.
De geautomatiseerde constante verbinding tussen de ogen en de handen
laat weliswaar het hoofd met rust maar vergeten wij dan vooral niet
dat wij aldus in het echte leven alsnog geketend zitten aan een
scherm en een klavier, een bureaustoel en een horloge, wat betekent
dat wij (en dat zijn onze lichamen) herleid werden tot een aanhangsel
van die machines gedurende (goed berekend) elk ogenblik van de ons
door de natuur toegemeten actieve tijd. Gevangen zijn wij dan omdat
ons naast de werkplek geen ander oord meer wordt gegund, omdat onze
beperkte levenstijd geheel opgaat in een stoel die eigenlijk een
kerker is of een vergeetpunt. In het echte leven liggen onze lichamen
vastgeketend opdat onze 'geest' zou kunnen dromen in het
schijnbestaan van het internet. 'Geest'!? Ja, wij boeten dag na dag
om te kunnen schitteren op facebook maar wat stelt een bestaan op
facebook voor? Het is een plekje niet groter dan het puntje van een
naald op een of andere chip in een vreemd land, een plekje nog
vergankelijker dan een stofje in de wind. En uiteraard zijn het
degenen die ons dit alles aandoen die dan binnenrijven wat zij aan
ons ontnemen. Zoals ze trouwens doen met alle andere moderne
toestellen en prutsen die ons worden aangesmeerd als waren zij
hulpmiddelen die wij niet kunnen missen maar die geen ander resultaat
opleveren dan dat zij levenstijd van burgers beneden in de
maatschappelijke orde overhevelen naar burgers die wat hogerop
gesetteld zijn. Die van helemaal boven komen uiteraard ook ooit aan
hun einde maar dat staat de uitoefening van hun macht niet in de weg.
Het lijkt er sterk op dat de zogenaamde geest een uitvinding is van
overheersers waarmee zij hun slaven kortwieken, beteugelen en
gevangen houden. Lichaam en materie zijn niet belangrijk, zo liegen
zij hen voor: geef dat maar aan ons en kies zelf voor de
onvergankelijke geest! Toentertijd waren de potentaten religieuze
leiders, vandaag zijn zij de bazen van de nieuwe sprookjeswereld.
(J.B., 13 juli 2023)
11-07-2023
Over macht - 1. Andermans hoofd
Over
macht
1.
Andermans hoofd
Aan de mensen wordt
verteld dat zij hun verstand moeten ontwikkelen teneinde autonoom te
kunnen denken maar wij weten intussen dat deze smoes een waarheid
verbergt die heel anders klinkt. Ons hoofd, onze hersenen, zijn
immers helemaal geen instrumenten in onze eigen handen, het zijn
daarentegen de teugels waarmee de maatschappelijk hoger geplaatsten
ons sturen waarheen zij maar willen, zoals ook de ruiters met hun
paarden doen. Geef mij een kind totdat het zes jaar oud is en doe er
daarna mee wat ge wilt: waren het niet de Jezuïeten die dat zegden?
Wisten zij niet al dat het ganse leven van een mens bestuurd kan
worden met een vorming in de zes eerste levensjaren? Want dan worden
de teugels aan de mens bevestigd, dan leert hij 'tuk' van 'jurt'
onderscheiden en 'ju' van 'hauw'. Dan leert hij te gehoorzamen aan
wetten van welker bestaan hij zich niet eens bewust kan worden. Zoals
het lichaam in alle autonomie en dus zonder dat wijzelf dat beseffen,
leert om vetreserves op te slaan van zodra het wat honger te verduren
krijgt, wat zich dan vertaalt in het onomkeerbare jojo-effect dat
ervoor zorgt dat men dik zal worden eenmaal men na de vastentijd weer
normaal begint te eten, zo ook leert ons hoofd te reageren op externe
prikkels zonder dat wij ons daarvan bewust zijn. Zoals het lichaam,
eenmaal oud geworden, zichzelf verdooft met vergeetachtigheid en met
wat men nu ook 'dementie' noemt, teneinde te ontsnappen aan het wrede
besef van het naderende levenseinde, zo spint ons zwaar beteugeld
hoofd voor ons de juiste dromen die er moeten voor zorgen dat wij
gaan geloven in een onzin die ons warempel recht genoeg houdt om met
werken door te kunnen gaan van zodra wij de school verlaten totdat
wij mij pensioen moeten omdat wij dan door de band niet meer renderen
kunnen. De dromen over een 'later' waarvan men ooit aan de weet komt
dat het niet bestaat, om nog te zwijgen over de vertelsels van de
hemel met zijn honderdvoudig loon voor hen aan wie het werd onthouden
in dit tranendal zoals de zaligsprekingen het verhalen naar welke al
de onvergolden mensen smachten omdat zij nu eenmaal geen opium
betalen kunnen.
Maar intussen weten wij
dus al dat dit zo gebeurt en het wordt ons ook niet langer verhinderd
dit te weten omdat in deze tijd de dingen op hun einde lopen zodat
die kennis in het hoofdje van jan met de pet nu niet veel kwaad meer
kan berokkenen aan zijn meerderen. Dat deze laatsten nu ook de
teugels lijken los te laten, voorspelt zowaar niet veel goeds over
wat er morgen in de wereld te gebeuren staat: viert maar feest, jij
lieden, nu het nog even kan, zo leest men in de gedachteballonnetjes
van hen die eens de autoriteiten waren, want morgen gaat gij richting
slachtbank, een andere richting zal er voor u helaas niet meer zijn,
getrouw het devies van John Heartfield: Krieg und Leichen, die
letzte Hoffnung der Reichen. Het is een soort van galgenmaal
dat zelfs aan moordenaars wordt gegund vanuit een mededogen dat zelfs
de wilde dieren kennen, die immers hun prooi met gif verdoven
alvorens ze die naar binnen werken, ze maken er een spel van dat
zelfs iets erotisch heeft omdat Eros en Thanatos nu eenmaal een
koppel vormen: de liefde en de dood. Over hen wordt altijd zo mooi
gelogen dat de eerste de laatste overwint maar wij zullen alsnog
tegen heug en meug moeten leren verteren dat de bemanning van de
reddingssloepen van 'the Unsinkable' vrijwel uitsluitend bestond uit
volwassenen van de mannelijke kunne. Het recht van de sterkste of de
wetteloosheid is een reus of een Titaan, Eros daarentegen is een kind
dat speelt met vuur, wellicht met het gevaarlijkste vuur op aarde.
Verstand verdwijnt spoorslags eenmaal het zo ver is, precies omdat de
hersenen teugels zijn en teugelloosheid rest van zodra Eros doel
treft. Aan de mensen wordt verteld en zij belijden het te geloven en
dat volstaat ook voor de potentaat die aldus zijn macht bevestigd
ziet. Want macht is altijd macht over de waarheid, macht om de
waarheid het zwijgen op te leggen. Vergankelijke macht maar alsnog
macht.
(J.B., 11 juli 2023)
10-07-2023
UVC: Prof. Arne Burkhardt: Autopsies: Bewijs voor gezondheidsschade en overlijden door Covid-19 vaccinaties
UVC: Prof. Arne Burkhardt: Autopsies: Bewijs voor gezondheidsschade en overlijden door Covid-19 vaccinaties:
Atoombommen,
microben en vergiften: ziedaar de drie horrores die overigens al
werden uitgetest op grote schaal en dat waren onder meer de
atoombommen op 6 en 9 augustus 1945 in respectievelijk Hiroshima en
Nagasaki met meer dan 300.000 slachtoffers, het agens SARS-Co-2 dat
sinds december 2019 wereldwijd een pandemie veroorzaakte met meer dan
zes miljoen doden1,
mosterdgas of Yperiet dat in de Eerste Wereldoorlog werd ingezet (in
Ieper) en in de Tweede Wereldoorlog maakte het door Bayer
geproduceerde Zyklon B met blauwzuur (hetzelfde gif dat vrij kwam bij
de giframp in Wetteren op 4 mei 2013) in de gaskamers van de nazi's
miljoenen slachtoffers. Binnenkort is het dan de beurt aan het
'nieuwste vergif', het zenuwgif novitsjok waarover Sergei Skripal en
zijn dochter Joelia alsook Alekseji Navalny kunnen meespreken: het
werkt zoals de pesticiden, het verkrampt de spieren van zijn
slachtoffers en één milligram, aangebracht op de huid, is al
dodelijk; de Russen hadden in 1997 reeds 39.967
ton van het goedje
geproduceerd2
(wat dus genoeg zou zijn om 40 miljard mensen of vijf keer de
wereldbevolking om te brengen) en ze produceren het gif gewis niet
alleen maar om er hun opslagplaatsen mee te vullen of om zich te
oefenen, zoals ze ook beweerden inzake de stationering van een
troepenmacht van honderdduizend aan de grens met Oekraïne in maart
2021.
Massavernietiging
is slechts in schijn een zaak die de verbeelding tart: we weten dat
honingbijen relatief vredelievende insecten zijn maar nadert men de
kasten op minder dan pakweg vier meter, dan gaan zij in de
aanvalsmodus, zoals men de agressie noemt waarbij deze weldoeners hun
belagers met hun gifangels steken ten koste van het eigen leven en
die modus kan niet zomaar worden gestopt. De bevlieging van de 'grote
kuis' is een vergelijkbare modus bij mensen die, eenmaal
ingeschakeld, nog moeilijk te stoppen is; het verschijnsel is
wellicht van alle tijden doch waanzin maakt dat deze agressie ook met
betrekking tot de eigen soort wordt geduld en waar tevens
hoogtechnologie van de partij is, hoeft men alleen nog te wachten op
het uitbreken van een oorlog om getuige te kunnen zijn van een ware
genocide. En tot die waanzin behoort niet in het minst de redenering
dat er geen enkele reden is om het principe van de maximalisatie van
de efficiëntie te veronachtzamen inzake de inzet van oorlogswapens.
Eenmaal het hek van de dam, kan aldus in een bijzonder korte
tijdspanne een gigantisch leed worden aangericht dat generaties lang
aanhoudt - vraag het maar aan de slachtoffers gezegend met 'Little
Boy' en 'Fat Man' of Agent Orange en napalm.
De
massa is mensvijandig maar waar hij geviseerd wordt, spint de mens
daar uiteraard geen garen bij. In de oorlogslogica reduceert de
aanvaller zijn vijand tot massa en massavernietiging wordt dan niets
minder dan het gewenste resultaat. Om uiteindelijk tot dat resultaat
te kunnen komen, moet de productie van massavernietigingswapens
alsook alles wat te maken heeft met de aanwending ervan strikt geheim
gehouden worden en dat is dan ook de reden voor het feit dat
uitsluitend ingewijden beschikken over informatie met betrekking
daartoe: leken (of dus alle gewone burgers) hebben er het raden naar
welke massavernietigingswapens bestaan, waar ze gestockeerd worden,
hoe ze uitgetest worden en wanneer en waar ze ingezet worden. Wij
gingen niet na hoe het er in België aan toe gaat maar in Nederland
bijvoorbeeld legt de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst van
het Nederlandse Ministerie van Binnenlandse zaken en
Koningsrijksrelaties aan de bedrijven regels op welke er moeten voor
zorgen dat informatie desbetreffend ontoegankelijk blijft voor het
publiek. Ik citeer uit een tekst op de betreffende webstek: Een
werknemer mag alleen van vertrouwelijke informatie kennisnemen als
dat nodig is om zijn werk te kunnen doen. Bovendien mag hij deze
kennis niet met collegas delen voor wie deze kennis niet
noodzakelijk is. Een werknemer
heeft alleen fysieke toegang tot ruimtes waar vertrouwelijke
informatie voorhanden is als dat nodig is om zijn werk te kunnen
doen. Rapporteer incidenten en geef er opvolging aan. Houd toezicht
en controle. Leg beveiligingsprocedures vast en zie toe op naleving
ervan. Breng informatiestromen in kaart en beperk ze. Draag zorg voor
een goed intern export-complianceprogramma dat deel uitmaakt van de
bedrijfscultuur en dat een breed draagvlak heeft binnen de hele
organisatie."3
Nu
zal men zeker onmiddellijk begrijpen dat de veiligheidsmaatregelen
welke genomen worden in functie van het voorkomen van
massavernietiging, een mes zijn dat aan twee kanten snijdt: enerzijds
lijkt het wel logisch dat informatie daaromtrent ontoegankelijk
gehouden wordt voor het publiek maar anderzijds fnuikt deze
handelwijze de aanwending van het principe van de openbaarheid of de
transparantie dat zijn bestaansrecht evenzeer baseert op het argument
van algemeen welzijn, in
casu het
veiligheidsargument. Zo bijvoorbeeld moet in acht genomen worden dat
wapens en derhalve ook massavernietigingswapens niet alleen door
staten kunnen ingezet worden maar eveneens door particulieren, zoals
terroristen of terroristische organisaties en steeds vaker vallen de
twee samen. Ook het feit dat stilzwijgend abstractie gemaakt wordt
van de realiteit van een kapitalistische economie met het reële
gevaar van belangenvermenging vormt een niet te onderschatten euvel
omdat geheimhouding ook de controle verhindert op activiteiten van op
winst beluste producenten van de gewenste maar tegelijk ook geduchte
wapens. Het is bijvoorbeeld een publiek geheim dat Amerikaanse
wapenproducenten verkiezingscampagnes financieren van kandidaten van
wie zij garanties hebben dat die hun producten zullen aankopen en
naar zij hopen ook zullen aanwenden in te voeren oorlogen teneinde de
aankopen te kunnen laten voortduren. Het verhaal van een wereldvrede
gebaseerd op afschrikking kan immers niemand meer bekoren in het
licht van het onmiskenbare feit dat de leiding over de wereld en
derhalve ook over het arsenaal aan vernietigingsmiddelen van alle
leven in handen blijkt van regelrechte monsters.
Het
materialisme heeft talloze rampzalige gevolgen en wellicht een van de
ergste maar tegelijk meest miskende bestaat erin dat onder deze
ideologie het immaterieel kwaad vrij spel krijgt.
In
feite is kwaad altijd immaterieel en hier wordt dan ook het al dan
niet materieel karakter van door het kwaad aangerichte schade
bedoeld: diefstal is altijd diefstal van een zichtbaar of anderszins
traceerbaar goed maar waar bijvoorbeeld de beschadiging van iemands
naam aan de orde is, ofwel pestgedrag, bestaat een enorme
wanverhouding tussen de omvang van de aangerichte schade en de
zichtbaarheid (en derhalve ook de bewijsbaarheid) ervan. Ook is het
in dat laatste geval vaak geen sinecure om het causale verband uit te
tekenen tussen kwaad en schade of tussen enerzijds datgene wat een
misdadiger aanricht en anderzijds datgene wat zijn slachtoffer te
verduren krijgt.
1.
Irrationele machten
Om
te beginnen het volgende citaat (in blauwe kleur) uit een tekst d.d.
Oktober 2019, getiteld: Over het
misbruik van macht1
:
Ook
al wordt de waarheid door iedereen gekend, dan nog zijn er
machten die er kunnen voor zorgen dat mensen oordelen en handelen
tegen beter weten in. Maar wat meer is: het zich voordoen van die
machten is helemaal niet uitzonderlijk, het is veeleer de regel. Op
een archetypische manier heeft zich deze werkelijkheid voorgedaan bij
de veroordeling van Jezus van Nazareth door het Joodse volk ten tijde
van de Romeinse overheersing: Pontius Pilatus, de toenmalige prefect
van Judea onder het gezag van de Romeinse keizer Tiberius, was bekend
als een onbuigzame man2
maar toch zwicht hij voor het volk dat zijn kruisiging eist en het
verkiest om de moordenaar Barabbas vrij te laten. De beschrijving van
de evangelist Lucas gaat als volgt: "En als Pilatus de
overpriesters, en de oversten, en het volk bijeengeroepen had, zeide
hij tot hen: Gij hebt dezen Mens tot mij gebracht, als een, die het
volk afkerig maakt; en ziet, ik heb [Hem] in uw tegenwoordigheid
ondervraagd, en heb in dezen Mens geen schuld gevonden, van hetgeen
daar gij Hem mede beschuldigt; Ja, ook Herodes niet; want ik heb
ulieden tot hem gezonden, en ziet, er is van Hem niets gedaan, dat
des doods waardig is. Zo zal ik Hem dan kastijden en loslaten. En hij
moest hun op het feest een loslaten. Doch al de menigte riep
gelijkelijk, zeggende: Weg met Dezen, en laat ons Barabbas los.
Dewelke was om zeker oproer, dat in de stad geschied was, en [om] een
doodslag, in de gevangenis geworpen. Pilatus dan riep [hun] wederom
toe, willende Jezus loslaten. Maar zij riepen daartegen, zeggende:
Kruis [Hem], kruis Hem! En hij zeide ten derden male tot hen: Wat
heeft Deze dan kwaads gedaan? Ik heb geen schuld des doods in Hem
gevonden. Zo zal ik Hem dan kastijden en loslaten. Maar zij hielden
aan met groot geroep, eisende, dat Hij zou gekruist worden; en hun en
der overpriesteren geroep werd geweldiger. En Pilatus oordeelde, dat
hun eis geschieden zou. En hij liet hun los degene, die om oproer en
doodslag in de gevangenis geworpen was, welken zij geëist hadden;
maar Jezus gaf hij over tot hun wil."3
De
machten die maken dat mensen tegen beter weten in oordelen en
handelen waarbij aldus de aperte waarheid volstrekt genegeerd wordt,
zijn altijd al alom onafgebroken werkzaam geweest in de wereld en de
veroordeling van Socrates (eveneens op valse beschuldigingen van
onder meer godslastering) in 399 voor Christus is ons bekend uit de
Apologie van Socrates zoals opgetekend door Plato in zijn
Dialogen. Een ander historisch voorbeeld is de veroordeling
van Giordano Bruno in Rome in het jaar 1600. Wie in het bezit zijn
van de waarheid lopen gevaar wanneer duistere machten die niet de
waarheid nastreven maar bijvoorbeeld wél het persoonlijk gewin,
willen verhinderen dat de waarheid aan het licht komt. Over de
moordende machten die de waarheid tegenwerken publiceerde de
Roemeens-Amerikaanse filosoof Costica Bradatan onlangs het boek:
"Dying for ideas: The dangerous lives of the philosophers"4De lijst op Wikipedia van vermoorde journalisten - mensen die
beroepshalve pogen de waarheid te achterhalen om die openbaar te
maken - telt vijftig bladzijden.5
Alleen al in 2018 werden 84 journalisten vermoord6
en de moord d.d. 2 oktober 2018 op de kritische journalist Jamal
Khashoggi ligt nog vers in het geheugen.
Volgens
het rapport van VN ging het daar om "een brutale moord met
voorbedachten rade, gepland en uitgevoerd door overheidspersoneel van
Saoedi-Arabië".7
Deze laffe en gruwelijke daad mag dan tot internationale
verontwaardiging hebben geleid: president Trump blokkeerde de door
het Huis Van Afgevaardigden voorgestelde sancties tegen Saoedi-Arabië
omwille van economische belangen en vriendjespolitiek: Salman bezit
een verdieping in de Trumptower en is close met Trumps schoonzoon
Jared Kushner.
2.
De heksen van Salem
In
onze tekst van 28 januari l.l., getiteld: De
nieuwe Securitate Aflevering 2: De heksenprocessen van Salem
achterna
klinkt het als volgt (hierna een citaat in groene kleur):
Informatie
begint met waarneming en waarneming is selectief. Die selectiviteit
staat in functie van het beoogde maar zij kan ook voor een stuk een
gevolg zijn van conditionering, manipulatie of zinsbegoocheling, om
maar iets te zeggen.
Vooreerst
geldt de regel dat men vindt wat men zoekt of, correcter uitgedrukt,
dat men niet
vindt wat men niet
zoekt: men moet met andere woorden oog hebben voor zekere dingen om
ze te kunnen zien. De waarneming wordt bovendien niet alleen gekleurd
door wat men weet: ook emoties spelen een rol en zo bijvoorbeeld
zullen mensen met specifieke angsten ook zaken registreren die
daarmee te maken hebben.
Maar
de waarneming wordt niet alleen geaccentueerd door wat we al in ons
hebben en door wat we vrezen en wensen: zij wordt daardoor ook op het
verkeerde been gezet en wel in die mate dat we niet alleen dingen die
er zijn, helemaal niet zien omdat we er geen oog voor hebben maar ook
dat we dingen gaan zien die er helemaal niet zijn.
En
dan hebben we het nog niet gehad over de kloof tussen onze
waarnemingen en het verslag dat wij daarover uitbrengen, niet alleen
omdat het geven van een exacte beschrijving van het waargenomene op
zich al uiterst moeilijk is, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het
problematisch karakter van diagnostisering, proces-verbaal of
kennisextractie maar omdat bovendien de mogelijkheid van het al dan
niet bewuste liegen om de hoek komt kijken, zoals bijvoorbeeld bij
selffulfilling prophecy, bij het liegen om bestwil en bij het
minimaliseren of het overdrijven van de 'feiten'. Want wat zijn
tenslotte feiten?
Het
is een feit dat het negroïde ras minder intelligent is dan het
blanke, zo beweerde men ooit vanuit de 'rassenleer' die inmiddels
allang naar de prullenmand werd verwezen omdat mensenrassen nu
eenmaal helemaal niet bestaan. Het is een feit dat mensen van adel
edelmoediger zijn, zo werd het volk ooit voorgehouden door
gezagsdragers, totdat aan het licht kwam dat het misschien wel eens
net andersom kon zijn: toen de Titanic zonk, sloten de opvarenden van
eerste klas de hekkens van de verdiepingen van de lagere klassen
zodat die mensen verdronken en wat later kieperden de mannen uit
eerste klas ook hun vrouwen en kinderen uit de reddingssloepen
overboord, zoals blijkt uit de cijfers welke pas werden vrijgegeven
nadat alle 'daders' overleden waren: de sloepen bleken vrijwel
uitsluitend bevolkt met volwassen mannen.
Met
het feit van de onfeilbaarheid van de paus en de geloofspunten van de
kerk wordt inmiddels zelfs de spot niet meer gedreven omdat de
gevolgen van deze flagrante leugens al te veel slachtoffers hebben
gemaakt en nog steeds maken en zo zou men de doop allang een bij wet
verboden praktijk moeten zijn omdat zij weerloze kinderen inlijft bij
een sekte opgericht door zelfverklaarde heiligen en
hoogwaardigheidsbekleders die de geest van een groot deel van de
mensheid manipuleren en die via die weg ook heersen over de mensen
hun wil, hun lichamen, hun daden en hun bezittingen welke zij zich
ostentatief toe-eigenen om daarmee 's werelds meest exuberante
luxehotel Vaticaan op te smukken terwijl zij tegelijk geheel
schaamteloos bij het door hen beroofde volk de armoede propageren -
nota bene praktijken die in geval van secularisering lustig worden
verdergezet door politici.
De
waarneming op zich is geen sinecure, zoals de biologie ons leert en
daarna ook de psychologie, de sociologie en ga zo maar door. Zonder
microscoop ziet men de microben niet die echter een letaal karakter
kunnen hebben maar even dodelijk zijn de 'waarnemers' van wie door
hen bestempeld worden als een bedreiging omdat zij een andere taal of
huidskleur hebben of omdat zij een al te povere indruk maken en dat
leert ons de geschiedenis waarvoor de historie van de heksen van
Salem exemplarisch is. Het gaat om heksenprocessen in het Amerikaanse
Salem in 1692 en 1693 waarbij tenminste vierentwintig onschuldigen
werden terechtgesteld - zij werden beschuldigd van hekserij.
Ingevolge
wetteloosheid of het recht van de sterkste keert een meerderheid zich
tegen een minderheid en omdat zij bij die minderheid geen kwaad
kunnen vinden, nemen zij hun toevlucht tot valse beschuldigingen
waaraan zij geloofwaardigheid trachten te doen toekennen middels het
demoniseren van hun slachtoffers. De vreemde taal wordt 'gebrabbel'
genoemd, wat de betekenis is van 'barbarij', waaruit dan alras wordt
afgeleid dat het gaat om geestloze en derhalve onechte mensen. De
zwarte huidskleur wordt uitgelegd als een teken van het ontbreken van
de ziel en algauw neemt men aan dat het om dieren gaat die in bezit
genomen kunnen worden en slavernij krijgt dan de vrije hand. Armoede
lijkt zoals in het Bijbelse boek Job
een goddelijke straf voor aangericht kwaad zodat armen rap doorgaan
voor booswichten en hetzelfde lot delen 'lelijkaards', kreupelen,
blinden en doofstommen alsook allen die kampen met rampspoed en die
aldus twee keer onschuldig worden gestraft zonder hoop op ook maar
enige vorm van zelfverdediging in een proces.
Het
proces dient overigens voor een groot stuk om vast te leggen wat in
feite werd waargenomen, wat de getuigen echt hebben gezien en
gehoord, of de afgelegde verklaringen de analyse van de verzamelde
alibi's kunnen doorstaan, of zij niet onderling tegenstrijdig zijn of
überhaupt mogelijk. Waar echter zoals in de buurtinformatienetwerken
dat alles onder de mat dreigt te worden geveegd, lijkt iets
gelijkaardigs aan de gang als in de politieke benoemingen waarbij
immers diploma's en opleidingscertificaten het onderspit moeten
delven voor de willekeur in het nepotisme van politici wiens
onbekwaamheid pas aan het licht komt tijdens hun ambtstermijn en voor
hun verkiezingssucces wordt geen enkele andere competentie vereist
dan voor dat van een venter wiens welslagen, dat gelijkstaat aan
financiële winst, louter afhangt van de mate waarin hij de kunst
beheerst om met liegen en bedriegen spullen te slijten die hun geld
niet waard zijn. Maar dit zijn nog lang niet de gevaarlijkste kapers
op de kust.8
3.
Hysterie
In de
middeleeuwen geloofde men dat hysterie een onrust was veroorzaakt
door een in het lichaam van de vrouw ronddolende baarmoeder op zoek
naar een kind en in het zog van de neuroloog Jean-Martin Charcot
(18251883) schreef Sigmund Freud (18561939) zekere lichamelijke
ziektetekenen toe aan psychische oorzaken maar het zal alvast een
feit zijn dat aan de basis van bepaalde vormen van hysterie
frustraties liggen met een sterk sociaal karakter en zo is ook
massahysterie een feit of dus de (psychische) besmettelijkheid van
een psychische aandoening, welke uiteraard te maken heeft met
inbeelding zoals dat ook het geval is bij placebo-effecten en nog
meer inzake bijgeloof, geloof, incluis geloof in de wetenschappen,
waaronder in de eerste plaats de medische die om die reden naast een
kunde ook getypeerd worden als een kunst.
In de
huidige tijd van (uit het Victoriaanse tijdperk) terugkerende
preutsheid welke volgt op een periode van bevrijding welke aanving
met de golden sixties, blijken onoverwonnen frustraties met
dubbele kracht terug te keren en krijgt de revanche tegen wie terecht
zekere teugels (van onderdrukking, discriminatie en slavernij) van
zich afgeworpen hebben een wel bijzonder giftig karakter zoals blijkt
uit de opkomst van extreemrechts in zowel de politiek als de religie.
Gevreesd wordt in de eerste plaats een door gewezen potentaten
geïnstrumentaliseerde massa waarvan vooral de achterlijkheid wordt
bespeeld in functie van hardnekkige pogingen tot het herstel van de
getaande machten welke er voor ijveren om alsnog de repressie her in
te voeren en de eigen verloren voorrechten te herstellen. Uiteraard
zal de economie slinken waar burgers voortaan de perversie afzweren
om nog langer zichzelf te herleiden tot een louter instrument daarvan
en die 'achteruitgang' (die echter alleen maar slaat op die
specifieke, namelijk kapitalistische economie) wordt uiteraard
tenietgedaan door de gigantische winst op emancipatorisch of
bevrijdend gebied en derhalve inzake de humaniteit. Wie echter garen
spinnen bij de instandhouding van de slavernij proberen met alle
middelen zodanig te focussen op een zogenaamd economisch debacle dat
de humanitaire winst erdoor verdonkeremaand wordt samen met die
ingeburgerde en allerminst onschadelijke middeldoelomkering: het feit
dat de economie een menselijk instrument is en in geen geval een
doel.
Waar
oude krokodillen van potentaten terrein herwinnen, doen zij dat met
dank aan het onverstand dat zij dan ook met alle mogelijke en
onmogelijke middelen proberen in stand te houden en te versterken en
tot die middelen behoren in de eerste plaats allerlei vormen van
waanzin zoals religie maar ook voorgewende wetenschappelijkheid,
samen met de installatie van allerlei remsystemen op de
verstandelijke ontwikkeling van het volk waarbij het schijnonderwijs
(in de betekenis hieraan gegeven door de Braziliaanse cultuurfilosoof
Paulo Freire met zijn Pedagogiek van de
onderdrukten uit
1970) ongetwijfeld kan
worden beschouwd als een van de meest effectieve. Het ware, het goede
en het schone kunnen immers niet doeltreffender geliquideerd worden
dan door hun schijnbeelden: het ware verdwijnt pas eerst waar zijn
plaats wordt ingenomen door leugens, het goede waar het kwaad in de
plaats treedt en het verdwijnen van de schone dingen gebeurt niet
anders dan door hun plaats te laten innemen door kitsch. Een volk
wordt op de meest effectieve wijze gefnuikt door het verlenen van
macht aan onbenullen, zijn cultuur wordt efficiënt kapotgemaakt door
de huldiging van cultuurbarbaren, zijn vooruitgang wordt het snelst
geremd door het faciliteren van autoritarisme en het onderdrukken van
democratie en diversiteit.
Het
is nu in het kader van deze vormen van regressie dat de preutsheid
terug voet aan wal krijgt en preutsheid is 'gemaakte eerbaarheid',
het is een valse schijn zoals ook kitsch dat is: alles waarvan het
uithangbord allerminst de lading dekt en derhalve vrijwel alle dingen
eigen aan een wereld die gedijt op het bedrog. Waar het conflict
tussen uithangbord en lading wordt verdonkeremaand, dreigen de
voorwendsels die per definitie vals zijn, navolging te krijgen door
een onnadenkende massa, wat uiteraard moet resulteren in een leger
van gefrustreerde individuen die het eigen ongelijk pas (tijdelijk)
weten te onderdrukken met het beproefde middel van het proselitisme
of de bekeringsdrang waarvan men weet dat die in de eerste plaats
dient om het gevoel
van het eigen gelijk te versterken of dus om het besef van de eigen
twijfel te verdoezelen. Vanzelfsprekend zwengelt de waanzin via deze
weg zichzelf dan eindeloos aan, wat het vaak gigantische succes van
de meest absurde ideologieën of geloofssystemen kan verklaren. De
massa van de aldus gefrustreerden zijn hysterisch omdat zij nooit in
staat zullen zijn om de twijfel voortspruitend uit de tegenstelling
tussen enerzijds het voorgewende en anderzijds het ware te verzoenen,
met massahysterie als resultaat. In het nazitijdperk veroorzaakte die
malaise vernietigingskampen die het eigen gelijk moesten 'bewijzen'
eenvoudigweg door allen die het anders zegden te liquideren. Deze
blinde vernietigingsdrang welke zoals gezegd uit de genoemde
massahysterie voortspruit, is het te vrezen wilde beest bij
extreemrechts en in elke vorm van fanatisme.
In
het woord 'fanatisme' zit het Latijnse 'fanum' dat 'heiligdom'
betekent; de fanaticus beschermt zijn heiligdom met alle middelen en
is per definitie redeloos, hij is bezeten door aan hemzelf externe
machten. In deze tijden van regressie en van pogingen tot herstel van
de slavernij en van de waanzin zijn hysterie en massahysterie tekenen
van bezetenheid: zij demoniseren bij voorkeur de voortrekkers van het
ware, het goede en het schone en zijn daarom een reminiscentie aan de
heksenprocessen van Salem en jammer genoeg ook aan de meest duistere
perioden uit de geschiedenis van de mensheid.
2
Volgens de filosoof Philo Van Alexandrië alsook ook volgens de
geschiedschrijver Flavius Josephus, zwichtte Pilatus niet en
bij ongehoorzaamheid van het volk, aarzelde hij niet om een bloedbad
aan te richten. Het was de hogepriester Kajafas die Pilatus
adviseerde om Jezus te veroordelen omdat hij vreesde dat Jezus een
politieke tegenstander van hem was en hij beschuldigde hem valselijk
van godslastering. Pilatus stemde hiermee in om een gevreesde
volksopstand te voorkomen. Pilatus zou later uit zijn ambt worden
gezet wegens onterechte executies.
4
Costica Bradatan, "Dying for
ideas: The dangerous lives of the philosophers",
Bloomsbury Academic edition 2015. In het Nederlands
verschenen bij Ten Have (2015) onder de titel: Sterven voor een
idee filosoferen met gevaar voor eigen leven.
Over het misbruik van macht (J.B., 1-19 oktober 2019)
Over het misbruik van macht (JB, 1-19.10.2019)
21-06-2023
Dmitri Shostakovich, Symphony No. 7 in C major, Leningrad (1941)
Dmitri Shostakovich, Symphony No. 7 in C major, Leningrad (1941)
Dmitri Sjostakovitsj speelt een stukje uit zijn Zevende Symfonie op de piano
Dmitri Sjostakovitsj speelt een stukje uit zijn Zevende Symfonie op de piano
хор мальчиков хорового училища им.М.И.Глин
хор мальчиков хорового училища им.М.И.Глинки (СПб) часть 6
19-06-2023
Flucht wird nur das Leben kosten!
Flucht
wird nur das Leben kosten!
Federale
ministers moeten kritiek voortaan inslikken volgens nieuwe
deontologische code,1
zo kopte eergisteren de krant en derhalve is de dictatuur niet
slechts een feit maar bovendien een werkelijkheid welke nu ook
schaamteloos wordt afgekondigd van op de kansel. Na de georganiseerde
grootverdienerij van het voltallige parlement werd een nieuwe
ethische code aangekondigd en te verwachten was dat die paal en perk
zou stellen aan de ongebreidelde zakkenvullerij van degenen die
allerlei besparingen verzinnen voor de werkman, de dopper, de zieke
en de ouderling maar dat was warempel zonder de waard gerekend want
in plaats van in te binden, kent de premier aan zichzelf voortaan de
absolute macht toe: (...)
Er
zijn twee mogelijkheden, staat er in de code. Ofwel de lijn van
de regering volgen en zich onthouden van kritiek op mogelijke
beslissingen, ofwel ontslag aanbieden. Kritiek van eigen ministers
op beslissingen van de federale regering wordt dus niet langer
geduld.",
aldus De
Morgen
van 17 juni 2023. Tussen haakjes: de architect van de code, minister
Verlinden, verdiende haar sporen met muilkorverij ten tijde van de
pandemie, zoals men zich misschien herinnert. "Ge moet maar
durven", zo klaagt mijn buurman over de VLD: "met amper
acht percent van de stemmen in de peiling van de afgelopen week!"
Maar de liberalen zijn hiermee niet aan hun proefstuk toe: in de
jongste verkiezingen leverden zij met dezelfde losersscore de
premier. Uiteraard na anderhalf jaar talmen voor de regeringsvorming
maar dat is de geijkte methode voor dergelijk bedrog: in die
tijdspanne zijn de kiezers de uitslag helemaal vergeten. In dit geval
waren er kennelijk slechts enkele weken nodig om iedereen het
gigantische misbruik van vertrouwen door het voltallige parlement te
doen vergeten want het schandaal van de persioenbonussen werd
bedolven onder het proces over de moord op Sanda Dia, waar tussen
haakjes ook al die methode van de lange baan werd toegepast: vijf
jaar talmen heeft de feitelijke vrijspraak van de daders (die
ruimschoots de tijd hadden om bijna alle sporen uit te wissen)
opgeleverd, alsook de onmogelijkheid voor elk verder procederen
wegens uitputting bij de slachtoffers.
Volgens
hun eigen media wil de liberale premier de regeringsconsensus doen
respecteren maar iedereen weet intussen wat een regeringsconcensus
is: afgezien van het feit dat de stemming de open debatcultuur
ondermijnt omdat zij het kwalitatieve van de argumenten verstopt
onder de blinde kwantiteit van een stom stemmenaantal, gaat het hier
telkenmale om een opportunistisch handeltje vanjewelste dat zelfs de
rechtsstaat verkracht zoals blijkt uit de openlijke vrijkoperij van
belastingfraudeurs tot ware gangsterbendes met bloed aan de handen.
Waar verbod geldt op kritiek, is de ondergang een gegarandeerd feit.
Men herinnere zich dat de meest prominente specialiste ter zake,
Hannah Arendt, heeft aantoond hoe de
totalitaire terreur (massazuiveringen, deportatie, genocide) wordt
ontketend
op
het moment dat elke georganiseerde oppositie uitgedoofd is en de
totalitaire heerser weet dat hij niets meer te vrezen heeft.2
Kamp
Börgermoor was een van de vijftien concentratie-, straf- en
krijgsgevangenenkampen in Emsland (Duitsland) nabij de Nederlandse
grens waar nazitegenstanders, homo's en Jehova's getuigen met de
spade in het veen (das
Moor)
kanalen moesten graven en daar ontstond in 1933 het Moorsoldatenlied,
dat ook onmiddellijk verboden werd. Uit het vijfde couplet blijkt hoe
uitzichtloos de kampgevangenschap was:
Auf
und nieder gehen die Posten.
Keiner,
keiner kann hindurch.
Flucht
wird nur das Leben kosten!
Vierfach
ist umzäunt die Burg.
In
een dergelijke tang worden nu ook alle burgers gehouden en de nieuwe
regels worden erdoor gejaagd tijdens een hittegolf en met de vakantie
in het vooruitzicht, wanneer niemand nog zin heeft om zich druk te
maken over reglementen allerhande, die het leven dat nà de vakantie
komt, zonder pardon zullen ketenen.
2Hannah
Arendt, Totalitarisme,
Boom, Amsterdam, vijfde oplage
2021 (eerste druk 2014), in het Nederlands vertaald door Remi
Peeters en Dirk De Schutter. Oorspronkelijk: Totalitarianism,
deel III, alsook (in een appendix) een gedeeltelijk samengevat
negende hoofdstuk uit deel II, getiteld: The
Decline of the Nation-State and the End of the Rights of Man,
p. 52.
15-06-2023
Gorecki â Symphonia No 3, Beth Gibbons & Polish National Radio Symphony con subt (Integrale symfonie, ondertiteld in Pools, Engels en Spaans)
Gorecki Symphonia No 3,
Beth Gibbons & Polish National Radio Symphony con subt (Integrale
symfonie, ondertiteld in Pools, Engels en Spaans)
Beth Gibbons / Penderecki / Górecki - Symphony No. 3 Final Movement [English Subtitles]
Beth Gibbons / Penderecki / Górecki - Symphony No. 3 Final Movement [English Subtitles]
Gorecki Symphony No. 3 "Sorrowful Songs" - Lento e Largo
Gorecki Symphony No. 3 "Sorrowful Songs" - Lento e Largo
14-06-2023
Carmina Burana
Carmina Burana
Dreigroschenoper
Dreigroschenoper
Moorsoldatenlied
Moorsoldatenlied
Wohin auch das Auge blicket,
Moor und
Heide nur ringsum.
Vogelsang uns nicht erquicket,
Eichen stehen kahl
und stumm.
Wir sind die Moorsoldaten
und ziehen mit dem Spaten ins
Moor.
Hier in dieser öden Heide
ist das Lager aufgebaut,
wo wir fern
von jeder Freude
hinter Stacheldraht verstaut.
Morgens ziehen die
Kolonnen
in das Moor zur Arbeit hin.
Graben bei dem Brand der Sonne,
doch zur Heimat steht der Sinn.
Heimwärts, heimwärts, je
der sehnet, zu den Eltern, Weib und Kind.
Manche Brust ein Seufzen dehnet,
weil
wir hier gefangen sind.
Auf und nieder gehen die Posten.
Keiner,
keiner kann hindurch.
Flucht wird nur das Leben kosten!
Vierfach ist
umzäunt die Burg.
Doch für uns gibt es kein Klagen.
Ewig kann s
nicht Winter sein.
Einmal werden froh wir sagen:
Heimat, du bist
wieder mein!
Dann ziehn die Moorsoldaten
nicht mehr mit dem Spaten
ins Moor.
Worte: Johann Esser
Weise: Rudi Goguel
Auschwitz
Auschwitz
De productie van frontsoldaten
De
productie van frontsoldaten
Dictators
en hun tradities, religies en ideologieën misbruiken het algemene
onvermogen bij het volk tot het aanwenden van de redelijkheid en zij
doen dat in functie van de bestendiging van allerlei
verdrukkingsmechanismen en vrijheidsbeperkende maatregelen die de
ontwikkeling van het persoonlijke vrije denken in de weg staan en
derhalve het ontsnappen aan de uniformering van de mens en aan zijn
ontmenselijking en dat is het geval inzake allerlei
emancipatiebewegingen, incluis die van de LGBT-gemeenschap.
Het
algemene onvermogen tot redelijk denken uit zich in meningen welke
zich hullen in een mist van angst vermengd met oneerlijkheid,
zelfbedrog en onwetendheid en zo bijvoorbeeld gebruiken
geïndoctrineerde burgers die geconfronteerd worden met
homo-emancipatiebewegingen inzake homoseksualiteit omschrijvingen in
de aard van: het klopt niet of het is wansmakelijk, het
is beschamend waarbij het hen kennelijk ontgaat dat zij zodoende
een referentiepunt hanteren dat niet het hunne is maar waarmee zij
opgezadeld zitten in gevolge conditionering tijdens het
opvoedingsproces.
In de
'overtuiging' dat het niet klopt, wordt immers, listig genoeg,
abstractie gemaakt van het referentiepunt waarmee iets dient te
kloppen, want de uitdrukking dat het niet klopt is het
equivalent van de uitdrukking dat het niet overeenstemt,
waarbij het object waarmee iets dient te concorderen wordt
verdonkeremaand: de volledige of de correcte uitdrukking luidt: het
klopt niet met, of: het stemt niet overeen met,
waarbij datgene waarmee het niet overeenstemt, niets anders kan zijn
dan de onbewuste overtuiging welke men de zijne acht maar die
uiteindelijk een aangeleerde houding is die - overigens geheel
onterecht - niet wordt in vraag gesteld.
Zo
bijvoorbeeld stellen katholiek gevormden niet in vraag dat zij een
religie belijden van een jaloerse Jahweh die kinderoffers eiste en
wel in elke familie: met name de eerstgeborene (waarmee dan ook nog
eens als vanzelfsprekend de oudste zoon werd bedoeld) diende
door de vader te worden onthoofd en op een brandstapel tot as te
worden herleid ter ere van God, die aldus van de mensen het bewijs
wilde dat hun liefde voor Hem groter was dan die voor het eigen
nageslacht. Een begrijpelijkerwijze zware opdracht welke men echter
moest doorstaan als man zoals men ook een studentendoop moet
doorstaan om erbij te kunnen horen.
Edoch, dit
feitelijke machogedrag verkapt in wezen de (kleinzielige) angst om
uit een groep verstoten te worden, de angst om genegeerd en
uitgelachen te worden - wat bezwaarlijk als heldhaftig gedrag kan
worden bestempeld. Die lafheid is het overigens die maakt dat men
onschuldige en weerloze mensen koelbloedig afslacht terwijl zij die
zich daartoe lenen, bovendien willen doorgaan voor helden die
meedogenloos en hard zijn jegens zichzelf.
Verwijzen
wij hier naar de gegevens welke een eeuw na datum aan het licht
kwamen in verband met het gedrag van vooraanstaande heren ter
gelegenheid van het zinken van de Titanic in 1912: de reddingssloepen
telden quasi uitsluitend eerste klasse volwassen mannen; de vrouwen
en kinderen over welke zogenaamde mannen altijd met een grote bek de
bescherming opeisen, lieten zij prompt verdrinken, alsook de
opvarenden van tweede en derde klasse, waarover zij in andere
omstandigheden paternalistisch en schijnbaar grootmoedig de
verantwoordelijkheid opeisen.
Mannen
offeren hun kinderen aan hun goden om bij deze laatsten in het gevlei
te komen - iets waartoe zelfs vrouwen niet in staat zijn over wie
nochtans gezegd wordt dat zij, vermeend in tegenstelling tot mannen,
gretig de kunst van de vleierij zouden beoefenen. Kinderoffers vormen
overigens een algemeen kenmerk van religies die alleen al om die
reden barbaars zijn en die slechts het recht van de sterkste dienen,
wat gelijkstaat met de volstrekte wetteloosheid. Waar het Christendom
met zijn zogenaamde 'Nieuwe Testament' zou breken met die oude
tradities, blijft het echter kannibalistisch in de kern van zijn
viering, met name de heilige mis met de nuttiging van het lichaam en
het bloed van het lam Gods, de redder geofferd voor het heil van de
mensheid. De clerus werd intussen vervangen door het medisch korps en
de communie wordt nagebootst middels de gezond makende pil
voorgeschreven door de medicijnman.
Wanneer
derhalve mensen zeggen dat (om bij het voorbeeld te blijven)
homoseksualiteit naar hun aanvoelen niet klopt, dan beweren zij
eigenlijk dat het niet overeenstemt met wat zij vanwege hun
religie of ideologie dienen te geloven maar de gruwelijke inhoud van
dat geloof stellen zij nimmer in vraag omdat zij niet in staat zijn
om redelijk na te denken: zij laten zich leiden door een duister
aanvoelen waarvan zij de wrede oorsprong niet blijken te kennen en
dat slechts te maken heeft met de neiging om meningen te laten
concorderen met de reeds eigen gemaakte opinies opgedrongen door
religies en ideologieën... welke instrumenten zijn van autoritaire
regimes in functie van de onderwerping van de massa voor eigen
doeleinden, met als rampzalige consequentie de ontmenselijking van de
mens die dan herleid wordt tot de uniforme, gehoorzame robot of slaaf
- in de praktijk: de gewillige frontsoldaat.
(J.B.,
14 juni 2023)
11-06-2023
Het draaiboek van recessie, honger en oorlog
Het
draaiboek van recessie, honger en oorlog
Dat
de totale oorlog ondenkbaar geacht wordt, komt alleen hierdoor dat
men zich geen rekenschap geeft van enerzijds de geleidelijkheid
waarmee zich de ene toestand transformeert in een andere die daaraan
tegengesteld is en anderzijds gaat deze continuïteit tevens gepaard
met een discontinuïteit eigen aan de meest fundamentele wetten van
de natuur. Water warmt zeer geleidelijk op maar de overgang van water
naar waterdamp op het vaste kookpunt voltrekt zich quasi onmiddellijk
en hetzelfde gebeurt bij de geleidelijke afkoeling van water en de
quasi directe overgang van het vloeibare water naar het vaste ijs. Op
een gelijkaardige manier zal, zoals het ijzelvijsel dat zich koppig
richt naar het noorden, de toestand van vrede via talloze
gebeurtenissen, die zich als het ware allemaal oriënteren in één
en dezelfde fatale richting, quasi onopgemerkt overgaan in een
toestand van oorlog.
Bijna
niemand kan zich in vredestijd inbeelden dat hij op een dag aan het
front zal gaan vechten maar de transformaties welke plaatsvinden in
de aanloop naar die rampzalige dag, zijn van die aard dat ze de
omvorming van de vreedzame burger naar de frontsoldaat zich feilloos
doen voltrekken. In de laatste fase van die overgang zijn het de
honger en nog ander levensgevaar voor zichzelf en voor zijn
onmiddellijke naasten welke het maken van een begin met de effectieve
strijd onafwendbaar maken maar aan die fase gaan nog een aantal
cruciale stadia vooraf welke hier worden opgesomd omdat het
onloochenbare herkenningspunten zijn die zich voordoen telkenmale
wanneer de tijd keert.
De
fase waarin Europa momenteel beland is, is die van de recessie.
Economen hebben voor leken onbegrijpelijke definities en bepalingen
van het fenomeen maar deze achteruitgang kan in eenvoudige
bewoordingen beschreven en uitgelegd worden. Voorafgaand aan een
recessie is de stijging van de levensduurte ingevolge de verborgen
versassing van de staatskapitalen naar de middelen welke worden
ingezet voor oorlogsdoeleinden. Iedereen ondervindt dan dat eerst
luxeproducten en vervolgens ook levensnoodzakelijke middelen schaars en
daarom ook duur worden: de burgers kunnen niet langer leven van
hun vast inkomen, zij moeten aan hun spaarcenten gaan zitten en
vervolgens worden zij verplicht om hun eventuele eigendommen te
verkopen, meestal aan banken, welke groeperingen zijn van
kapitaalkrachtige burgers, die van de gelegenheid gebruik maken om
daar zeer goede zaken mee te doen omdat de nood aan financiële
middelen eigenaars dwingt om bezittingen onder hun waarde af te staan
aan hen die wél nog over kapitaal beschikken.
Het
tekort aan geld bij de burgers zorgt ervoor dat minder voedsel en
andere levensmiddelen worden verspild en als men weet dat ongeveer de
helft van het voedsel wordt weggegooid, betekent dit alleen reeds een
daling van de afzet met de helft.
Uiteraard
moet de productie deze trend volgen en ofschoon in de beginfase nog
gehoopt wordt dat het tij zal keren, zodat men op hetzelfde tempo als
voorheen blijft produceren terwijl men de overschotten naar de
voedselbedeling voor de armlastigen versast, zal na verloop van tijd,
als de hoop op beterschap alsook de reservekrachten het laten
afweten, ook de productie worden beperkt.
Op
dit punt gekomen start dan eigenlijk wat men 'recessie' noemt en dit
proces kan makkelijk onomkeerbaar worden omdat het zoals elke
vicieuze cirkel de eigen ondergang bewerkt: verminderde productie
betekent minder producenten en dus minder werkenden, meer werklozen
en hogere staatsuitgaven aan uitkeringen, wat dan weer de koopkracht
flink doet dalen en opnieuw gevolgen heeft voor de productie.
Eenmaal
de productie van heel wat middelen sputtert of zelfs stopt, zal die
uiteraard nog bijzonder moeilijk weer op gang kunnen worden gebracht
omdat ook de infrastructuur wegkwijnt, een proces dat gelijkenis
vertoont met de wet van de traagheid.
Maar
gedurende al die tijd is er nog steeds geen sprake van dat burgers
gaan vechten aan het front om de eenvoudige reden dat er nog geen
honger is of ander levensgevaar. Want honger en sociale onvrede zijn
tweelingbroers en het is van het grootste belang om in te zien dat in
het westen de honger momenteel een grote onbekende is, wat hem des te
gevaarlijker maakt: men spreekt wel over voedsel, over
voedselproductie, over levensduurte en over dergelijke zaken meer en
men spreekt zelfs over honger maar wat honger is, weet men hier in
het westen op de keper beschouwd helemaal niet meer.
Honger
is een fysieke toestand die wij niet kennen totdat die zich voordoet
en bijgevolg beseffen wij ook niet goed welke de invloed is van deze
toestand op onze psyche, op ons gemoed, op onze wil en op onze
bereidheid om bijvoorbeeld te gaan vechten aan het front. Honger is
een ingrijpende fysieke conditie die ons wezenlijk verandert en die
ons willens nillens met de neus drukt op feiten die wij in andere
tijden liever niet zien: dat wij moeten doden om in leven te kunnen
blijven, dat wij zwak en bijzonder kwetsbaar zijn, dat ons bestaan
zoals we het in vredestijd kennen ons de luxe verschaft om als het
ware in een droom te leven of eerder nog in de waan van een eeuwig
paradijs.
Zolang
er geen tekorten zijn, hoeft er niet gevochten te worden, kunnen er
ook makkelijk compromisen gesloten worden met iedereen en is de dood
veraf; doen zich tekorten voor en ervaren wij die aan de lijve in de
gedaante van de honger (die ook nog eens vele gezichten heeft), dan
keren de kaarten volledig en komen wij in een heel andere
werkelijkheid terecht.
Terwijl
wij nu niet begrijpen dat er ooit een dag komt dat wij naar het front
ten strijde zullen trekken, zo ook zullen we op die dag niet
begrijpen dat er een tijd geweest is dat wij dit geheel onmogelijk
achtten.
(J.B.,
11 juni 2023)
09-06-2023
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
08-06-2023
Uit het nieuws: Verband tussen pesticiden en schildklierkanker
Een korte meditatie bij 'Nosferatu' van Werner Herzog e.a.
31-05-2023
Over het licht van de Verlichting
Over het licht van de Verlichting
De vorst van dit
verschrikkelijke tijdperk is het onverstand - uitnemend geïllustreerd
met een verhaal van Kris Vansteenbrugge, getiteld: LGBTQIA+.1
Het verhaal gaat over hedendaagse modieuze maar simplistische
opvattingen die elke consistentie missen en zo zal verdraagzaamheid
jegens alles en iedereen onmogelijkheid blijken van zodra men de
proef op de som neemt en inziet dat bijvoorbeeld de verdraagzaamheid
tegenover homo's, onverdraagzaamheid
tegenover homohaters vereist. Men kan bezwaarlijk het racisme
veroordelen en tegelijk tolerant zijn jegens racisten, moord
verwerpen doch nalaten om moordenaars te straffen, mensen in een vak
bekwamen maar geen inspanningen van hen eisen. Dergelijke opvattingen
zijn oneigenlijk omdat zij het ware karakter van de werkelijkheid
ontkennen en zij steunen derhalve op onwetendheid - een van de meest
geduchte kwalen in een tijdperk dat zich alwetend waant. Wie vrienden
heeft, heeft ook vijanden en deze waarheid onderstreept zichzelf in
het onloochenbare gegeven dat geen band onder mensen zo sterk is als
deze die gesmeed wordt door het hebben van gemeenschappelijke
vijanden. Wie zekere waarden huldigen, zullen de tegengestelde
waarden verwerpen: het ideaal van de openbaarheid vloekt met dat van
de geheimhouding, de verheerlijking van de democratie impliceert de
veroordeling van de dictatuur, de erkenning van het privaatbezit
vloekt met de slogan dat alles van iedereen is en de inclusieve
maatschappij verwerpt de fascistische met haar concentratiekampen,
verbeteringsgestichten en goelags.
Ongetwijfeld ligt een
welbepaalde vorm van hypocrisie mede aan de basis van de malaise. Wij
gaan graag uit eten in chique restaurantjes maar het uitvoeren van de
executie van de runderen, varkens, kippen en konijnen die wij aldaar
verorberen, laten wij aan anderen over - aan slaven of aan automaten.
De steelse blikken welke rondwaren over de met kaarslicht betoverde
tafeltjes wensen te vergeten dat de schoonheid slechts zo dik is als
een vel, een strenge omerta bewaakt het genot van de rijken, zij
mogen er niet aan herinnerd worden dat onder de betoverende perfectie
van de gestalten van feestende nimfen en saters een minder
symmetrisch, grotesk organisch en onwelriekend spektakel aan de gang
is dat bij de minste hapering de extatische mens doet belanden op de
spoed. Van de twee zijden van de medaille er slechts eentje willen
zien, is een zelfbedrog dat nimmer nalaat wraak te nemen terwijl het
vereist wordt om de waanzinnige illusie te kunnen handhaven dat men
ongelijk is aan zichzelf: men wil meer zijn dan datgene wat men is:
god in plaats van mens.
Er is iets in de
werkelijkheid dat verhindert dat men ongestraft blijft waar men
zekere wetten overtreedt en ook als Genesis ernaast zit met zijn
bezwering dat wij pas in het zweet ons aanschijns ons brood zullen
eten, blijft gelden dat overdaad schaadt alsook bewegingstekort omdat
onze gezondheid nu eenmaal aan voorwaarden gebonden blijft: een
tekort aan zuurstof maakt ziek en dat tekort doet zich voor bij lui
die zich te buiten gaan aan spijs en drank en luiheid. 'Indien
beweging een pil was, iedereen zou ze nemen', aldus verwoordde het
onlangs nog een specialist ter zake.2
Het zijn wetten die misschien niet gelden in de dromen van heel wat
mensen maar in de werkelijkheid waarvan zelfs de dromers deel
uitmaken, oefent de aarde een aantrekkingskracht uit die verhindert
dat wij kunnen vliegen als wij ons niet van vleugels voorzien zoals
Daedalos en Ikaros en dan moeten we ook nog rekening houden met de
wet dat de was waarmee de pluimen aan onze armen vastzitten, smelt
onder de invloed van de hitte van de zon. Waar wij geen acht slaan op
die wetten, maken de goden die deze wetten schiepen, dat wij naar
beneden storten, recht in zee.
Het pacifisme is een
mooie maar eerder nog een mooi klinkende ideologie en er valt wat te
zeggen voor de stelling dat geweld moet worden gemeden omdat het
slechts nog meer geweld uitlokt maar als wijzelf of onze geliefden
fysiek worden bedreigd en aangevallen, hetzij door wilde dieren,
hetzij door kannibalen, dan baat het niet om redevoeringen af te
steken omdat wilde dieren noch kannibalen van woorden kunnen leven.
De ironie van het lot wil dat de zelfverklaarde pacifist Albert
Einstein de atoombom uitvond met de aanwending waarvan op 6 en 9
augustus 1945 in respectievelijk Hiroshima en Nagasaki een eind zou
zijn gekomen aan de Tweede Wereldoorlog. Het geloof in de goede god
maakt van de atheïsten ketters die met alle middelen moeten worden
bestreden met navenante oorlogen en wie de praktijk van de oorlog
verwerpen, spannen zich derhalve in om de godsdiensten uit de wereld
te helpen - uiteraard middels de uiteraard gewelddadige vervolging
der gelovigen. Het krijgen is een genot maar het bestaat slechts bij
de gratie van het geven en het genot is pas een realiteit door het
bestaan van leed waarvan het immers op de keper beschouwd de
afwezigheid is.
Onwetendheid nu, is niet
een gebrek aan wijsheid uit hermetische of heilige geschriften maar
slaat op de onkunde inzake de onloochenbare wetten die de kosmos
mogelijk maken en het leven waaraan ook wij participeren. Alleen het
zich beijveren voor het achterhalen en het zich eigen maken van die
wetten die men dan als het ware moet aanbidden omdat zij nu eenmaal
de waarheid zijn, kan ons behoeden voor het onverstand dat mensen
alras doet afglijden naar simplistische ideologieën die ondoordacht
zijn, daardoor inconsistent en dus onwerkbaar. Waar wij ijdele
deviezen nahollen zoals dat van de 'verdraagzaamheid jegens alles en
iedereen, incluis de onverdraagzamen', spreken wij zaken uit die
zelfs in dromen onmogelijk zijn, zoals reeds de grote Franse filosoof
en wiskundige René Descartes wist. Wiskundige zekerheden of wetten,
zo stelde hij, zijn even waar in de droom als in de werkelijkheid, ze
maken dus geen onderscheid tussen werkelijkheid en droom en derhalve
zijn zij nietszeggend. Voor de wetten die betrekking hebben op de
wereld daarentegen geldt dit helemaal niet (zodat wij bijvoorbeeld
kunnen dromen dat wij vliegen) en daarom ook zijn zij wel degelijk de
dragers van een onloochenbare waarheid met betrekking tot de
werkelijkheid. Waar wij eraan verzaken om ons deze wetten ter harte
te nemen, beladen wij ons met het gigantische onverstand dat, zoals
zekere deviezen verraden, kennelijk geheel onbelemmerd heerst over
het huidige tijdperk.
'Het
geweten van Vlaanderen', zoals professor ethica Jaap Kruithof
(1929-2009) ook wel genoemd werd omdat hij zich inzake
rechtvaardigheidskwesties geen blad voor de mond nam, verklaarde
toentertijd niet toe te willen treden tot de instelling van de loge
omdat die de democratie zou ondermijnen: wanneer zich onder
parlementairen logeleden bevinden van wie men kan verwachten dat die
hun stemgedrag op voorhand onderling zullen afspreken, dan kan van
democratische besluitvorming uiteraard geen sprake meer zijn.
Bovendien is het een publiek geheim dat logeleden elkaar de hand
boven het hoofd houden omdat dit een van de belangrijkste regels is
binnen hun groep. Of moet men het veeleer hebben over een 'bende'? De
vraag is pertinent omdat de wet weliswaar de vrijheid van vereniging
waarborgt maar zij verbiedt tevens bendevorming en terwijl
verenigingen inzake hun organisatie transparant horen te zijn, zijn
bendes dat per definitie allerminst: hun regels worden pas duidelijk
voor buitenstaanders op het ogenblik dat zich executies voltrekken
die immers vaak veel moeilijker in de doofpot passen dan het hele
santenkraam van de geheimdoenerij waardoor zij zich (zoals de kerk
destijds) omgeven met een zweem van dat soort van macht dat uit
bangmakerij over minder mondige mensen wordt gepuurd. Op de koop toe
is het bijna een natuurwet dat mensen gehoorzamen aan die regels
waarvan de naleving verzekerd wordt door de meest strenge sancties,
wat zoals algemeen bekend meebrengt dat maffiosi zo moeilijk te
temmen zijn: wettelijke sancties kunnen niet tippen aan de
meedogenloze liquidaties die in de eigen gelederen gangbaar zijn.
Van bendes kan weliswaar
pas sprake zijn waar verenigingen het oogmerk hebben van het plegen
van aanslagen op personen of op eigendommen maar zeer zeker kunnen
democratische rechten als immateriële eigendommen worden beschouwd
daar zij het fundament vormen van de materiële. In dat licht is het
hoger genoemde principe van Kruithof niet alleen terecht maar hoort
het ook te worden uitgebreid in functie van de handhaving van de
rechtsstaat. En dat daar in de jongste jaren het schoentje lijkt te
wringen, is ook geen geheim: de openbare kwijtschelding van
belastingfraude en de vrijkoping van straf door gangsters met het
excuus dat de staat nu eenmaal in geldnood verkeert, verraden plat
opportunisme en het zwichten voor chantage onder de
verantwoordelijkheid van de 'rechtsstaat'. Wanneer de internationale
pers steigert na het quasi vrijpleiten van de schuldigen aan een
racistische moord hier te lande, hoort de vraag gesteld te worden
naar de eventuele rol van verborgen machtsgroepen.
De
kwestie legt overigens ook nog een andere hypocrisie bloot welke men
dezer dagen tevens aantreft in de tactiek waarmee de massa warm
gemaakt wordt voor andermaal een grote oorlog die in wezen luistert
naar de titel van het beroemde kunstwerk van John Heartfield uit
1939: Krieg und Leichen - Die letzte
Hoffnung der Reichen. In
wezen immers is elke oorlog terug te voeren tot een klassenstrijd
waarbij machthebbers samenzweren tegen hun slaven (en waar vandaan
Marx' devies Arbeiders aller landen
verenigt u!)
terwijl die valselijk wordt voorgesteld als een strijd van landen
onderling (die nota bene geen enkele gewone burger wenst). Met
betrekking tot potentieel gevaarlijke geheime genootschappen geldt
immers eveneens dat zij zich weliswaar profileren als filantropen of
weldoeners die ijveren voor de humaniteit, terwijl hun op zijn minst
paternalistische ingesteldheid wezenlijk de belangen dient van een
elite die vegeteert op het zweet van de massa die zij paait met mooie
woorden en beloftes welke evenmin in te lossen zijn als die van de
kerk destijds.
En
En dan is er nog de kwestie van de ledenwerving want, ofschoon de wet
verbiedt dat burgers worden verboden of verplicht om tot verenigingen
toe te treden, geldt hier opnieuw een quasi natuurwet dat het
venijnige doopsel van de kerk in haar schaduw stelt. Weerstaan aan
lui die aan ledenwerving doen, is vaak quasi onmogelijk.
Immers, mensen die
geheel onopgemerkt blijven hebben een weinig benijdenswaardig lot
maar vaak wekken zij alsnog de jaloezie van hun tegenpolen die in het
licht van de schijnwerpers moeten lopen. Want het is een van de
allergevaarlijkste beslissingen om avances af te wijzen terwijl wie
te allen kante worden aangesproken vaak niet anders kunnen dan zich
daaraan schuldig maken omdat zij nu eenmaal moeten kiezen. Het vergt
een bijna bovenmenselijke behendigheid om zonder te kwetsen neen te
zeggen tegen allerlei aanbiedingen en dat wordt een wel bijzonder
gevaarlijk neen wanneer de aanbieders behoren tot iemands meerderen
in de pikorde. Het verwerven van privileges mag dan al geen sinecure
wezen, het is boven elke twijfel verheven dat de afwijzing ervan
verplicht tot een waar huzarenstukje.
We
weten dat avances van amoureuze aard niet zelden een dodelijke staart
hebben zoals in het geval van de grote negentiende-eeuwse Russische
componist Pjotr
Iljitsj Tsjaikovski wiens geesteskinderen het licht zagen in het
tijdperk van de hoogromantiek: waarschijnlijk stierf de musicus aan
cholera maar andere speculaties met betrekking tot zijn vroege dood
(hij werd drieënvijftig) zijn kleurrijker
en volgens een ervan zou de beroemdheid zijn vergiftigd door zijn
gefortuneerde aanbidster, gravin Nadezja Filaretovna von Meck met wie
hij een innige briefwisseling had en die zijn artistieke werk steunde
tot drie jaar voor zijn dood toen hij haar kennelijk moet hebben
afgewezen - Tsjaikovski
was homoseksueel.
De meeste avances zijn
echter van niet amoureuze aard en die hebben te maken met een aanbod
van privileges met betrekking tot het sociaal comfort, zoals jobs,
relaties en private kennis welke het beklimmen van het gebinte van de
sociëteit van het mensdom naar de top vergemakkelijken moeten maar
die al te dikwijls uitmonden in het tegendeel en die daarom vaak met
schroom moeten worden afgewezen, wat dan weer onvermijdelijk als
bijzonder beledigend overkomt bij de presentatoren van de
lekkernijen. Precies zoals in de geest van gravin von Meck
transponeren zich dan de toonladders der bewondering die de avances
voeden in staccato's van vaak blinde haat waarvan de uitwerking
afstoting is, verbanning, karaktermoord en ook wel doodslag. Slechts
weinigen verkiezen dat boven het in de doeken gedaan worden ofschoon
een lot van verstikking onder de dekmantel van liefkozing
ondraaglijker is dan het bruutst geweld. Aan wie op privileges azen,
vallen die bijna zeker nooit te beurt terwijl de aantrekkingskracht
van wie ze afwijzen alleen maar kan toenemen maar de aldus opgewekte
erotische spanning heeft uiteraard haar grenzen en eenmaal die
overschreden worden, manifesteert zich bij de beledigde prompt de
genoemde verandering van de emotie van genegenheid naar die van haat.
Niet zelden koelt de beledigde dan zijn haat met wraak zodat haat
uiteraard kan aanzetten tot vluchten. De bij uitstek door Shakespeare
uitmuntend beschreven intriges onder monarchen en hovelingen - mensen
met macht - behandelen in wezen avances en privileges omdat macht
erotiseert en de gevoelens uitvergroot tot somtijds bovenmenselijke
proporties. Al bij al wordt het mensen in feite onmogelijk gemaakt om
zekere bendes niet te gaan vervoegen zoals het ook onmogelijk is om
niet naar het front te trekken als men daartoe wordt opgeroepen omdat
het oorlog is. De logica van deze 'plichten' heerst over de massa
omdat de massa wordt gedomineerd door een elitair gezelschap, wat
betekent dat de ware strijd die aan de gang is het karakter heeft van
een (weliswaar verkapte) klassenstrijd.
De zaak is dat het
bestaan van bendes resulteert in een uitholling van de staat en van
haar wetten met dezelfde kracht waarmee een ondermaats ingeperkte
natuur de cultuur tot een laag vernis herleidt. Logebroederschap is
een heel fraaie term die echter de veel minder fraaie dwang
camoufleert onder welke de leden van een samenzwering gebukt gaan
omdat zij hun alle vrijheid ontneemt en daarmee ook alle
menselijkheid. In tal van samenzweringen wordt geijverd voor het
goede doel en voor het welzijn van de mensheid maar het paternalisme
in die gang van zaken verschilt niet wezenlijk van het autoritarisme
en mondt ook dikwijls uit in puur fascisme waardoor niet langer
sprake kan zijn van autonomie en vrijheid bij de burger, wat
tenslotte maakt dat al dergelijke broederschappen onvermijdelijk gaan
lijden aan fataal ondermijnende contraproductiviteit. De ironie van
het lot wil dat uitgerekend de aanhangers van de Verlichting die de
open debatcultuur propageert als fundament van elk wetenschappelijk
discours, zich bezondigen aan het stichten van geheime genootschappen
die wegens hun totaal gebrek aan transparantie haar eigen principes
met de voeten treedt.
(J.B., 29 mei 2023)
25-05-2023
De oven van Moloch
De
oven van Moloch
Opvoeding hoort in
dienst te staan van de humaniora of de menswording en menswording
betekent bevrijding van allerlei ketenen, zoals daar zijn: de stof en
de traagheid, de dierlijkheid, de natuurlijke beperkingen maar eerst
en vooral en zeker van tel in deze tijden van bedrog en illusie, is
menswording vooral het zich losmaken van behoeften die vals zijn
omdat ze ons werden aangepraat door lui die via die weg beslag op ons
leggen en ons van onszelf beroven.
Autonomie,
zelfstandigheid of zelfbestuur wordt immers uitermate bemoeilijkt in
een wereld waar concurrentie heerst met het oog op monopolievorming,
wat wil zeggen: de uitschakeling van de tegenstanders die in het
kapitalistische bestel alle mensen nillens willens voor elkaar
geworden zijn.
De concurrentieslag
wordt zoals elkeen dagelijks kan vaststellen vooral gevoerd middels
allerlei listen waarbij de menselijke afhankelijkheid van totaal
overbodige en bovendien rampzalige schijnhulpmiddelen de kroon spant.
Een eerlijke analyse van kosten en baten brengt aan het licht dat de
contraproductiviteit die sinds de Helleense Oudheid het Leitmotiv
vormt in de tragediespelen en waarvan de nefaste impact op de moderne
samenlevingen werd aangetoond en geïllustreerd door vooraanstaande
maatschappijcritici zoals Herbert Marcuse, Ivan Illich en Daniel
Boorstin, bijzonder groteske vormen is gaan aannemen sinds de opkomst
van de hightech met haar computers, smartphones, chips en nog veel
andere dergelijke bazaar.
Zo bijvoorbeeld. Wanneer
amper twee generaties geleden de school diende verwittigd te worden
dat een kind ziek was en afwezig zou zijn, volstond het voor een
ouder om dit mondeling mede te delen aan de directie. Echter, sinds
de auto de afstand van thuis naar de school heeft verveelvoudigd,
moest er getelefoneerd worden en sinds de computer met zijn ontelbare
apps de markt heeft veroverd tot groot jolijt van een handvol
miljardairs, dient door de ouder een speciaal computerprogramma te
worden aangeschaft, geïnstalleerd en in gestolen uurtjes ook nog
eens ingestudeerd, teneinde de afwezigheid van het kind aan de
schooldirectie te kunnen melden want dat handvol miljardairs
heeft ervoor gezorgd dat alle communicatie verloopt via hun kaduke
kanalen die alle menselijke omgang muilkorven of integraal verbannen.
Hiervoor zijn uiteraard
nodig, naast de aanschaf van al die peperdure prutsen die om de
haverklap gehackt worden of defect geraken: een aanzienlijke
investering van tijd en energie die roofbouw plegen op de slaap, om
maar te zwijgen over de resem aan problemen die opduiken in de marge
van die totaal zinloze beslommeringen in het tijdperk van de haast
met in zijn zog de navenante letale gezondheidsproblemen en de
afschuwelijke kwalen die het zenuwstelsel ondermijnen, het geheugen,
de mimiek, de fijne motoriek van de handbewegingen en de rest van
het bewegingsapparaat alsook alle zintuigen, inherent aan de
gedwongen onderwerping aan pc, smartphone, batterijen, stralingen,
kortom: de ganse lelijke en gevaarlijke infrastructuur welke het
mensdom van de toekomst degradeert tot instrument van de giga-vampier
die luistert naar de naam van Moloch.
Is het dan geen ten
hemel schreiend onrecht wanneer 'opvoeders', 'leraren' of hoe zij
zich ook noemen, de lui die door de staat worden betaald om kinderen
groot te brengen, hen daarentegen dag na dag de leugen op de mouw
trachten te spelden dat zij zich ondergeschikt horen te maken aan het
'kristallen paleis', zoals de ziener Fjodor Dostojevski ruim
anderhalve eeuw geleden de dystopie genoemd heeft die nu opgang
maakt, de wereld rond, ter ere van de mammon, en die uiteraard
uitmondt in een gruwelijke oorlog welke wel eens de allerlaatste zou
kunnen wezen?
(J.B., 25 mei 2023)
14-05-2023
Waar is de meikever gebleven?
Waar
is de meikever gebleven?
De meikever werd
lange tijd met alle mogelijke middelen bestreden door de mens, maar
omdat de larve ondergronds leeft, was deze lastig te doden. Toen in
de twintigste eeuw insecticiden
op grote schaal werden ingezet was het snel gedaan met de meikever.
Tegenwoordig is de kever veel zeldzamer en in
sommige streken is de soort volledig uitgeroeid. (Wikipedia:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Meikever#Bestrijding_door_de_mens
)
09-05-2023
Nosferatu
Nosferatu
Nosferatu (video)
Een korte meditatie bij 'Nosferatu' van Werner Herzog e.a.
Dat komt ervan als men kinderen aan de macht brengt: zij trekken veel stemmen maar missen de ervaring broodnodig om voor alle mensen zorg te kunnen dragen: niet alleen voor hen die zelf wel hun plan kunnen trekken maar vooreerst voor wie uitgerangeerd worden omwille van gebrekkigheden die zij niet in de hand hebben. Connor Rousseau is (vooralsnog) jong, hij oogt fris, is fit, komt uit een stabiel midden van grootverdieners, kreeg een opleiding om u tegen te zeggen; hij is alles behalve behoeftig, eenzaam, tandeloos, verstoten, ondervoed, ziek, onverzorgd, schuldenaar, opgeslorpt door de zorg voor familieleden met terminale kankers, slachtoffer van een crimineel milieu, zwaarlijvig, genetisch benadeeld, bedreigd, onevenwichtig. En het is maar goed ook dat hij dat allemaal niet is want dat zou hem niet van pas komen in zijn toch maar veeleisend en verantwoordelijk beroep. Maar wat hem ook van pas zou komen en wat hij kennelijk mist, is die ervaring die hem moet leren dat mensen meestal niet te kiezen hebben over hun lot: net zomin als hij prat kan gaan over het zijne, moet hij daarvoor dan ook niemand verantwoordelijk houden.
Andermaal, een politicus hoeft geen zorg te dragen voor wie dat wel voor zichzelf kunnen doen: een maatschappelijke orde ontstaan vanuit humaniteit dient weerwerk te bieden aan het recht van de sterkste, aan de wet van de jungle, aan de wetteloosheid en aan het brute geweld waarbij de zwakkeren het onderspit delven en uiteindelijk worden uitgeroeid. Een politicus is er om de sterksten te verplichten om de zorg op zich te nemen voor de zwaksten waar zij dat niet uit eigen beweging doen. Zo niet gedraagt hij zich zoals die achterlijke moordenaar die Adolf Hitler heette en die geloofde dat hij de natuur een handje moest gaan helpen.
Werkvoorziening is een plicht van de overheid en in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens wordt niet gezegd dat elke mens de plicht heeft om te werken want werk is in de eerste plaats een recht. Indien het handvest de Universele Verklaring van de Plichten van de Mens zou heten, dan zou daarin gezegd worden dat elke mens de plicht heeft om ook anderen mee te laten werken, ook en vooral als hun natuurlijk lot hen in de steek liet.
Bovendien staat in de mensenrechtenverklaring dat elke mens het recht heeft op passend werk en dat wil zeggen dat men niet willekeurig iedereen tot om het even welke activiteit mag kunnen verplichten op straffe van verbanning uit de maatschappij. Uiteraard is de dreiging dat dit alsnog gebeurt, en dat dus bekwame mensen niet aan een job geraken, het broertje van een ander euvel, met name dit waarbij onbekwame lui door vriendjespolitiek belanden in posities die zij helemaal niet aankunnen.
(J.B., 2 mei 2023)
Fascisme
Fascisme
Wie op macht azen proberen de massa te verleiden door iedereen naar de mond te praten en geen weldenkend mens zal ontkennen dat dit ongetwijfeld het geval is in wat men een democratie noemt.
Eenmaal de stemmen van de meerderheid werden binnengerijfd, gaan wie in het zadel zitten van start met de tweede fase die erin bestaat de massa voor de bevrediging van allerlei behoeften van zich afhankelijk te maken.
Daartoe wordt vandaag nog meer dan ooit het gigantische instrument van de technologie aangewend. Iedereen rijdt auto en de auto schept meer afstanden dan hij kan overbruggen. Niemand kan nog zonder elektriciteit en de elektriciteit maakt zichzelf van langs om meer onmisbaar.De verwarming van onze huizen wordt afhankelijk van de gasdistributie en ook communiceren kan men bijna enkel nog via de netwerken die door de machthebbers worden beheerd.
Opvoeding, ziekenzorg, verzekeringswezen, voedseldistributie en ga zo maar door: het lijken best bijzonder efficiënte instrumenten die het leven van elkeen makkelijk en draaglijk maken en die de vooruitgang dienen.
Maar de 'eigenaars' van deze netwerken verbergen zich steeds vaker, worden steeds meer onbereikbaar en vormen ook een alsmaar beperkter clubje.
Verbijsterend genoeg ontplooit de methode van dat clubje zich voor ieders ogen geleidelijk maar onafwendbaar in de richting van misbruik van vertrouwen.
Immers, slapen wij op twee oren inzake de voorziening door al die netwerken in onze fundamentele en ook secundaire behoeften, dan blijkt dat geheel onterecht op het ogenblik dat wij ontdekken dat deze voorzieningen en netwerken niet onze eigen instrumenten zijn - dat lijkt alleen maar zo. In wezen zijn zij instrumenten in handen van een bende onbekenden die ze alras gaan gebruiken als middelen om de massa te chanteren, om uiteindelijk ook van de mensen een gewillig instrument te maken, een volstrekt onzelfstandig geworden en derhalve gehoorzaam leger dat streng bestraft zal worden als het niet blindelings de bevelen uitvoert van feitelijke bewindvoerders die deze massa nooit te zien krijgt.
De vervreemding is dan inderdaad totaal. De mens is weg. Er zijn alleen nog bange individuen die hun problemen enkel nog opgelost kunnen zien door exact uit te voeren wat hen wordt voorgezegd. Doen zij dat niet, dan volgen stokslagen onder een of andere vorm en dat is de betekenis van het Latijnse fasces, waarvan de term fascisme werd afgeleid.
'Onvrede' is een veel te zachte term om uit te drukken wat die toestand van aliënatie uiteindelijk teweeg brengt. Het is een feit dat hieruit onvermijdelijk een soort van 'tegenmassa' gaat ontstaan: een massa die helemaal geen gehoorzaamheid meer biedt aan wet en aan gezag. Zij verzamelt, illegaal, provocatief (want op militair domein) en onstuitbaar want de handhavers van het gezag kunnen dan alleen nog verklaren dat zij 'beslist hebben' om het ding te laten uitdoven.
Ontbreken nog: een micro en een toespraak. En daar zijn ze dan, de volwassen kweekvijvers van extreemrechts en de voedingsbodem van de nieuwe Hitlers. Op vele plekken zijn ze er al, het zijn ware vampieren, de begraafplaatsen van hun slachtoffers worden alsmaar uitgestrekter. De 'tegenmassa' verschilt slechts hierin van de massa dat zij volstrekt ongehoorzaam is aan de oude leiders doch volstrekt gehoorzaam aan de nieuwe. En de nieuwe leiders verschillen slechts hierin van de huidige malafide potentaten dat zij niet langer een masker dragen.
(J.B., 30 april 2023)
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
Philip Glass, Concerto voor Viool en Orkest nr. 2
24-04-2023
Niet het complotdenken is het probleem maar de complotcultuur
Niet
het complotdenken is het probleem maar de complotcultuur
Intussen
enkele decennia geleden op een lerarenvergadering in een middelbare
school. Bij de aanvang van de conferentie waarschuwt de voorzitter
dat de vergadering geheim is: niets van wat daar besproken wordt, mag
bekend worden aan de buitenwereld. Buis zeker niemand van de
leerlingen, zo spoort hij het lerarenkorps aan, want de
leerlingen kiezen sowieso de school waar zij met de minste moeite het
getuigschrift halen. Voor de slechte verstaander voegt hij daar
aan toe: Denk eraan: elke leerling is anderhalf lesuur waard.
En de betekenis van dit gedoe is niet gering. Scholen dienen voortaan
leerlingen te strikken met gemak als lokaas want zij blijken er niet
langer te zijn omwille van de leerlingen maar omwille van een bemanning
die zich van een inkomen wil verzekeren ten koste van de
leerlingen en vanhet onderwijs als zodanig. Cliëntelisme en
middel-doelomkering: het algemeen goed - onderwijs - is nog slechts
een voorwendsel; het
eigenlijke doel is particulier profijt ten koste van het
onderwijs. Het algemeen belang wordt opgeofferd aan het
particulier profijt. Het welslagen van de criminele
middeldoelomkering wordt verzekerd door een stok achter de deur die
bestaat in het feitelijke ontslag van wie het wagen om de
samenzwering aan het licht te brengen. Die 'verraders' kunnen wegens
de voor insiders aperte omerta immers moeiteloos worden afgeschilderd
als nitwits die het bestaan van de zwaartekracht ontkennen en die
derhalve het onderwijs in diskrediet brengen. Machtsmisbruik in alle
vormen is van alle tijden. Ons kent ons, in het onderwijs, in de
ziekenzorg, in de politiek en noem maar op.
Op 10
februari 1978 wordt in Wetteren ene zuster Godfrieda opgepakt: zij
blijkt een twintigtal van haar bejaarde patiënten met
insulinespuiten te hebben omgebracht. Op de daarop volgende OCMW-raad
roept de secretaris uit: Welk kieken heeft dat hier aan de grote
klok gehangen? Alleen met een inderhaast georganiseerde
persconferentie kon het voor de bekendmaking verantwoordelijke
drietal zich ternauwernood nog redden van de beschuldiging
complotdenkers te zijn of van een lynchpartij - op drie man kwam het
nu ook niet meer aan. Zijn de complotdenkers het kwaad of is het de
complotcultuur? Als er geen complotdenkers waren, dan hadden we ze
moeten uitvinden, zo merkte iemand op naar aanleiding van de
samenzweringen rond corona.
Het gebruik
van hormonen in de veevoeding is in België wettelijk verboden maar
het is een door de magistrale omvang van de koeien in de wei publiek
gemaakt geheim dat de hormonenhandel bloeit en dit dankzij een
samenzwering onder handelaars. Op 20 februari 1995 wordt
veeartskeurder Karel Van Noppen die gewetensvol zijn plicht vervult,
in Wechelderzande doodgeschoten door de hormonenmaffia die rijkdommen
vergaart ten koste van de volksgezondheid. De aanhoudende magistrale
omvang van de koeien in de wei verraadt het ongestoorde voortbestaan
van de betrokken complotten en boven de hoofden van alle
veearts-keurders bengelt het zwaard van Damocles.
De
racistische moord op Sanda Dia wordt afgedaan als een uit de hand
gelopen studentengrap, de daders komen er van af met een blaam en als
het toch tot een proces komt, krijgen zij maandenlang de tijd om alle
sporen die konden wijzen op moord en op racisme uit te wissen. De
elites van dit land, gewapend met de duurste advocaten, staan niet
toe dat hun kroost gestraft wordt en justitie schikt zich braaf naar
deze eis.
De
leden van de federale maar ook die van de regionale regeringen hebben
zichzelf voorzien van extra bonussen bovenop de riante pensioenen
waarop zij zichzelf hebben bedacht, waarna zij zich van krommenaas
gebaren en liegen tegen de sterren op. Bij de leden van het Europese
parlement vindt men op de keukentafels pakken smeergeld van dezelfde
Saoedi's die op 2 oktober 2018 hun journalist
Jamal Khashoggi op de ambassade in Istanboel
waar hij papieren haalde voor zijn huwelijk, prompt het eeuwige
zwijgen oplegden. Het lijk, de enig resterende getuige, werd in
stukjes gehakt en opgelost in een bijtend zuur, waarna de toenmalige
Amerikaanse president Donald Trump alle mogelijke kritiek op de wrede
moordpartij verbood om de handelsbetrekkingen met de rijke Arabieren
niet in het gedrang te brengen. Zoals de Belgische regering met
medewerking van de CIA drieënzestig jaar geleden ook Patrice Lumumba
vermoordde om middels stroman en kleptomaan Mobutu en diens opvolgers
met de westerse plunderingen van de Congo en het ganse Afrikaanse
continent lustig door te kunnen gaan. Handjes kappen, handjes
kappen, de Congo is van ons, zo zongen ook de moordenaars van
Sanda Dia. By the
way: ter
gelegenheid van tweehonderd jaar België zal tegen 2030 het Jubelpark
met zijn 'bogen van de afgehakte handen' die in 1930 als een triomf
over de Congo werden opgericht, 'worden opgewaardeerd' wat dat ook
moge betekenen, de tien miljoen Congolezen indachtig die het
koloniaal verleden niet hebben overleefd.
De
voorzitster van de vergadering van de Europese Unie wist prompt al
haar sms-jes te wissen om de bewijzen ongedaan te maken van de
afspraken die zij maakte met de CEO van farmareus Pfizer in verband
met de levering van een paar miljard spuiten met 'vaccins' tegen een
als een pandemie voorgestelde griep die het bedrijf zegende met een
verzekerde gigantische winst waaraan alle samenzweerders deelhebben
ten koste van de wereldgezondheid. Het is nog niet erg genoeg dat de
lucratieve productie van vergiften allerhande garandeert dat straks
het leeuwendeel van onze kinderen zal verslonden worden door steeds
wredere kankers.
Mensen
met een hart voor medemensen wijzen op de aan de gang zijnde
samenzwering maar worden uitgerekend door de propagandisten van de
open debatcultuur met hun grote mond, de mond gesnoerd, beboet, elk
forum ontzegd, uit hun ambt ontzet, hun werk ontnomen en hun boeken
geboycot. Op het internet worden hun kritische geschriften door
Microsoft itself, dat er overigens ook in de EU middels haar corrupte
politici een wet van maakt, gelabeld als 'tijdelijk ontoegankelijk'.
Op de libricide volgt de genocide, aldus de dichter Heinrich Heine
exact tweehonderd jaar geleden. De baas van Microsoft is tevens de
grote man van de 'vaccins' wereldwijd waarover kwatongen beweren dat
zij moorden. Een besloten clubje hogepriesters van Mammon en Moloch
heerst over de wereldeconomie, over ziekte en gezondheid, over leven
en dood, over vrede en oorlog. Want zijn ziektes dan rendabel, de
dood is dat nog meer, niets immers brengt zoveel op als wapenhandel
en de massamoord beperkt zich niet langer tot foetussen, ouderlingen
en invaliden nu de jeugd zelf, de toekomst van de mensheid, naar het
front gelokt zal worden met de ongevraagde dagelijkse portie
oorlogspropaganda op de iPhone. Met grof geld opgefokte en wegens
aperte en door ons betaalde leugens onuitstaanbare praatbarakken
blijken alle media te bezetten. De Britse vorst die het duivelse
clubje voorzit en die onlangs nog een man in de gevangenis liet
werpen omdat die op straat uitschreeuwde dat Engeland zich vetmest
met het bloed van slaven, kreeg godbetert afgelopen week nog uit de
handen van een miljonair die paus is en die zichzelf genoemd heeft
naar de arme heilige Franciscus, een relikwie cadeau afkomstig van de
schandpaal waaraan de Redder van de mensheid werd genageld!
Uiteraard,
niet het complotdenken is het probleem.
(J.B.,
24 april 2023)
19-04-2023
Het lezen waard: www.dewereldmorgen.be: wat-de-dood-van-sanda-dia-ons-leert-over-de-zelfverklaarde-elite-in-vlaanderen/
Samenzweringen: en gewetenloosheid: schering en inslag
Samenzweringen en gewetenloosheid: schering en inslag
14-04-2023
Noam Chomsky over de grootste misdaad van de vorige eeuw
nc
08-04-2023
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 8. Het geloof dat bergen kan verzetten
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
8.
Het geloof dat bergen kan verzetten
Terwijl
de Heiland rondwaart in de hel om daar de ontelbare zielen die
ongedoopt moesten blijven omdat zij leefden in het tijdperk
voorafgaande aan het begin van onze jaartelling, uit het
voorgeborchte te bevrijden, lazen wij het vijfde hoofdstuk uit het
boek Signalen uit een verzwegen wereld het Mysterie en de
ontstolen dimensie waarin Ludo Noens vertelt over het
Bindelof-experiment met zwevende tafels en klopgeesten,
gedachtenfotografie en het vastleggen op film van de opgeroepen geest
van dokter Bindelof die dan de participanten aan de proef behandelde
met heilzame massage. Sommigen schrijven de verschijnselen toe aan
groepsprojectie, anderen blijven steevast geloven dat er meer aan de
hand is. Ook het Philip-experiment komt ter sprake, het verhaal The
White People van Arthur Machen, het geschrift Qui Sait van
Guy de Maupassant en de magiër Aleister Crowley. In The psychic
Life of Jesus bespreekt Maurice Elliot de mirakels uit het
evangelie en hij merkt op dat het Griekse 'pistis' wijst op een
actief geloof dat dwingt en dat, naar de woorden van de Heiland,
bergen kan verzetten. Want telkenmale valt de nadruk op de eis van
een gepaste ingesteldheid bij de deelnemers aan de scéances - met
andere woorden: zonder geloof worden geen bergen verzet of blijven
zij obstakels.
En
kijk nu wie van de nieuwe paragraaf handig gebruik maakt om zich
tussen de regels van onze tekst te komen wringen: Omsk Van
Togenbirger!
OVT:
Zeg dat wel! En ik heb u een verrassing mee!
Een
verrassing!?
OVT:
Had gij mij niet de vraag gesteld hoe wij de zaken moeten zien welke
besproken worden in het boek van Ludo Noens? Wel, ik heb de auteur
zelf aangeschreven!
Fantastisch! En? Heb je ook antwoord gekregen?
OVT:
Reken maar!
En?
OVT:
Ging het niet over de essentie van de dingen, mijn beste?
Ja,
dat was inderdaad ons probleem. En hoe moeten we dat nu zien?
OVT:
Zoals te verwachten komt het antwoord van de auteur voor een groot
stuk overeen met dat van Immanuel Kant uit Koningsbergen van wie wij
volgend jaar de driehonderdste verjaardag vieren.
Ja?
OVT:
Kant zegt dat wij het ding op zich niet kunnen kennen en ook Noens
noemt het ding op zich een mysterie en hij voegt er aan toe dat hij
daar ook vrede mee neemt.
Dan
blijven we met een raadsel zitten?
OVT:
Het is geen raadsel, mijn beste: een raadsel is oplosbaar en als het
opgelost wordt, is het ook verdwenen. Maar dit is een mysterie. Een
mysterie is niet oplosbaar, het blijft voor eeuwig een mysterie, het
verdwijnt nooit. Men zou daarom zelfs kunnen zeggen dat een mysterie
onsterfelijk is.
Maar...
OVT:
Het ding op zich is een mysterie en een mysterie is onsterfelijk...
derhalve is het ding op zich onsterfelijk!
Dat
is wel heel kort door de bocht, zo lijkt het mij.
OVT:
Dat denk je maar!
Hoezo!?
OVT:
Neem nu het paasei, morgen vallen er paaseieren te rapen...
Ja?
OVT:
In dit tijdperk van ongeloof en van misplaatst geloof in de macht van
de wetenschap, zeg maar in de almacht van de mens, in de
goddelijkheid van de mens, zijn de paaseieren van chocola.
En
wat heeft dat met wetenschap te maken?
OVT:
Ik viseer de wetenschap niet, mijn beste: ik heb wel vragen bij het
geloof van sommigen in de almacht van de wetenschap.
Oké...
OVT:
De eieren zijn van chocola, nietwaar? Ze worden als maakbaar
beschouwd. De eieren, de levenskiemen, het geheim van het leven: het
wordt gefabriceerd, mijn beste, en wel van chocola, van oppep-suiker,
om de instemming van de snoepers te bekomen met de verborgen
boodschap dat het leven maakbaar is, te ontleden in fragmenten en dan
weer samen te stellen, beheersbaar, te overheersen door de mens, de
nieuwe god, en door de goden te verslinden ook, zoals dat gebeurde in
de mythen van de Oude Grieken.
Ik
kan u niet goed volgen...
OVT:
Paaseieren horen échte eieren te zijn, mijn beste, zij horen niet te
worden opgegeten. Wij dienen het voorbeeld te volgen van de vogelen
des hemels: leggen die eieren om die dan op te eten?
Wat
bedoel je?
OVT:
Wel, wat ik zeg! Alleen mensen eten hun eigen kinderen op. Wat zeg
ik? Alleen mensen die zich goden wanen doen dat!
Ik
begrijp er niets van.
OVT:
De mens wordt geconsumeerd, zeker nu het hier weer oorlog wordt, de
oorlog hongert naar kanonnenvoer. En de oorlog is het verlengstuk van
de economie: in de economie worden de mensen geofferd aan de mammon,
de mens staat in dienst van het geld in plaats van andersom. Alleen
mensen die zich goden wanen verslinden hun eigen nazaten en bezegelen
aldus hun sterfelijkheid. Eieren symboliseren de onsterfelijkheid,
zij horen daarom niet van chocola te zijn, wij moesten onze kinderen
leren om échte eieren te verzamelen met Pasen, en die dan uit te
laten broeden met veel zorg, zodat zij kunnen getuigen hoe uit het ei
een vogel opstaat die ten hemel klimt en zingt: hij hoeft zelfs geen
bergen te verzetten, hij vliegt er over heen! En op zijn beurt legt
hij weer eieren, telkenjare opnieuw, in de lente, met Pasen.
Zolang
de aarde niet verwoest werd...
OVT:
Precies daarom.
Volkomen
spoorloos is Van Togenbirger plots verdwenen. Hij is te rade gegaan
bij de auteur van het besproken boek dat nu voor ons ligt en dat
uitnodigt om in zijn sporen te gaan lopen. We staan in feite oog in
oog met een hedendaagse Odysseus wiens mentale omzwerving van
inmiddels zowat driekwart eeuw hem geen windeieren heeft gelegd omdat
ook de verboden paden werden verkend welke naar de ontstolen dimensie
leiden - een reis doorheen de wereld van de geest door een
stoutmoedig vorser, heden uitgekristalliseerd als een geüpdate
Ilias. In wat nog volgt, blijkt elke bladzij - een kleine driehonderd
in totaal - een welhaast eigenzinnig paasei dat na bestudering zijn
geheim prijsgeeft in de vorm van telkens weer een nieuwe mysterieuze
vogelsoort. Het monster van Lochness, de Tibetanen, het heilige van
Rudolf Otto, John Lennon, het mysterie van de tijd, het
Nibelungenlied, de Heilige Graal en nog tientallen andere
verschijnselen die wij nooit zullen doorgronden, verklappen dat de
wereld niet datgene is waarvoor wij hem houden, want wij denken
alleen wat ons werd verteld en wat wij ons dan eigen maakten. Wij
moeten dwars door de waas van de tijds- en cultuurgebonden verhalen
heen waarin ons bestaan werd ingesponnen, naar de diepere lagen omdat
de dingen aan de oppervlakte slechts symbolen zijn en dat zijn
allerminst dingen op zichzelf, het zijn louter tekens en tekens zijn
wegwijzers, zij wijzen weg van zichzelf naar elders, naar verder.
Het
paasei dient heus niet te worden geconsumeerd, het consumentendom
heeft ons alleen geleerd om te verslinden maar dat doen hier zelfs de
dieren niet, die ons nu uitnodigen om hun voorbeeld te gaan volgen en
met zorg aan het broeden te gaan en als de vogel uit het ei komt,
moeten wij die voederen met al het verteerbare dat wij in de wereld
kunnen vinden, totdat hij krachtig genoeg is om zijn vleugels uit te
slaan en de obstakels van de hoogste bergen te verschalken middels de
lichte vlucht in de lucht, die daarom sinds oudsher pneuma wordt
genoemd, wat betekent: adem die het leven schenkt en tegelijk
ook: woord, geest en ziel.
Signalen
uit een verzwegen wereld het Mysterie en de ontstolen dimensie
van Ludo Noens is een uitermate rijk gedocumenteerd werk met ruim
twintig bladzijden aan verwijzingen met betrekking tot alle takken
van de wetenschappen en de kunsten - met inbegrip van de
verdonkeremaande, getaboeëerde en verboden feiten en geschriften die
niet passen in het kader van wat heden opgang maakt maar morgen
alras is vergeten. Een werk om te lezen maar ook om te herlezen, om
uit te diepen en verder te bespreken omdat de dimensie waarvan de
auteur ons op het spoor brengt, niemand minder dan de godheid zelf
bergt, terwijl in dit woeste tijdperk dat is uitgemond in wrede
oorlogen, alleen een god ons nog kan redden.
(J.B.,
Stille Zaterdag 2023)
1
Ludo Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
06-04-2023
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 7. Omsk Van Togenbirger over kwanta
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
7.
Omsk Van Togenbirger over kwanta
-
Omsk Van Togenbirger, wij zitten momenteel middenin een boek van Ludo
Noens, een heel bijzonder boek, zo komt het ons voor, zoals er de
jongste tijd wel meer geschreven worden maar nog anders. Het gaat
over onverklaarbare fenomenen maar het gaat ook over filosofie en
over ernstige levensvragen. Mogen wij u daar omtrent eens
interpelleren? Hebt gij enkele minuten tijd voor ons?
-
Omsk Van Togenbirger (OVT): Wij lopen elkaar altijd op deze parking
bij de supermarkt tegen het lijf... maar goed, waar komen mensen
elkaar anders nog eens tegen: wij moeten alleen nog naar buiten om
eten te halen, dat is vooralsnog niet digitaal beschikbaar, al de
rest wel, zo lijkt het toch...
-
Wel, uiteraard staat ook het antwoord op onze prangende vragen niet
online...
OVT:
Kennelijk niet. Maar wat precies wilt gij dan weten? Ik heb gehoord
over het boek van Noens, een collega van mij breekt zich daar het
hoofd over, zo heeft hij me verteld: het zou in de lijn liggen van...
inderdaad een groot aantal werken die de zogenaamde kwantummechanica
wel lijken te gebruiken om daarmee het bestaan van God te bewijzen of
het leven na de dood, iets in die zin... Maar ik heb het niet
gelezen... Ik veronderstel dat gij wilt weten of die link met de
kwantumgeleerdheid van honderd jaar geleden terecht is, nietwaar? Die
atoomgeleerden die daar beginnen te dichten en aan mystiek gaan doen,
nietwaar? Ja, ik kan nu niet direct op hun namen komen, de oude dag
speelt ook mij parten, ziet ge, maar zij zouden beweren, als ik mij
niet vergis, en met veel meer en ook met veel grotere woorden
uiteraard, dat nu ook de natuurvorsers een godsbewijs gevonden
hebben, is het dat waarover gij iets wilt vragen? Een wiskundig
bewijs van het bestaan van god, als het ware? Zij zien, naar men
althans toch zegt, dat hun ingewikkelde wiskundige formules in feite
precies hetzelfde uitdrukken als datgene wat reeds duizenden jaren
geleden werd gezegd, maar dan in wat andere bewoordingen, in oude
religieuze geschriften bij uiteenlopende volkeren overal ter wereld,
is het dat?
-
Dat is het ongeveer, ja.
-
OVT: Tja, het is allemaal niet te verwonderen natuurlijk, de mensen
zijn de dystopie in het zog van dat wereldwijde bedrog rond corona
een beetje beu, en ook het gezanik van statistici, politici en nog
andere soorten van fabuleerders... als dat woord überhaupt
bestaat... Neen, het is niet meer dan normaal dat men nu ineens terug
wil grijpen naar het onwetenschappelijke en naar het mysterie, zoals
men dat zegt en ge zult zien dat ook de religies daar alras garen
gaan bij spinnen - een goede zaak is dat toch niet maar het is te
verklaren, inderdaad...
-
Is het terecht wanneer gezegd wordt of geschreven dat de fysica van
de kleinste deeltjes de waarheid van de oudste wijsheden bevestigt?
-
OVT: Wel, de geleerden over wie gij het hebt, zoeken naar de grond
van de werkelijkheid, en zij zijn vaker gebeten door de microbe
van het microreductionisme, zoals ge weet... zij beschouwen alle
dingen als samengesteld uit eenvoudigere dingen, en die uit nog
eenvoudigere dingen, en uiteindelijk zou men dan moeten belanden bij
de meest simpele dingen... Vroeger sprak men over niet meer deelbare
stukjes of atomen, maar die hebben ze al helemaal uit elkaar gehaald,
zeggen ze, en nu hebben ze de mond vol over kwanta, kleine pakketjes,
ik weet ook niet wat ze precies bedoelen en ik denk dat ze het zelf
niet weten.
-
Weten ze het zelf niet?
OVT:
Wel, zoals Kant al zei: Das Ding an sich ist ein Unbekanntes.
Wij weten dat wij in feite onwetend zijn omtrent bijvoorbeeld het
atoom als zodanig. Het atoom kan men nooit zien. Aan de hand van de
eigenschappen van de stof in kwestie, bijvoorbeeld ijzer, maken wij
een hypothetische constructie van het atoom, bijvoorbeeld het
ijzeratoom. Een model dat in staat is om de verschijnselen die we wél
kunnen waarnemen, te verklaren, bijvoorbeeld de hardheid van ijzer.
Maar duiken er nieuwe verschijnselen op, dan moet het model uiteraard
aangepast worden. En een definitief model zal er nooit zijn, de
aanpassingen zullen blijven duren en dat weten wij wel zeker, alleen
al omdat zich onophoudelijk nieuwe verschijnselen voordoen, en dit
alleen al door het voortschrijden van de tijd, begrijpt gij? En het
gaat niet om details of om kleinigheden, zoals bij het aanscherpen
van een of ander wereldrecord in de atletiek: de herzieningen kunnen
bijzonder drastisch zijn.
-
Dat snap ik toch niet zo goed...
OVT:
Men kan het vergelijken met het beeld dat men zich vormt over iemand
over wie men hoort praten zonder dat men de persoon in kwestie ooit
ontmoet heeft. Er wordt gezegd dat het een vriendelijke verschijning
is, tamelijk klein van gestalte, goed gekend in de buurt, zwartharig.
Men vormt zich een beeld van een klein en nog jong persoon en men
gelooft een relatief goed beeld te hebben van de man of vrouw in
kwestie, totdat men bijvoorbeeld verneemt dat gaat om een kater of
een hondje. Of een mythologische figuur, een personage uit een roman
of iemand die opdook in een droom. En in dat geval is die figuur
vanzelfsprekend niets anders dan haar beschrijving. Maar misschien is
dat in alle gevallen wel zo.
-
Denkt gij dat echt?
OVT:
Wel, ook als men iemand in levenden lijve heeft ontmoet, zoals men
dat zegt, moet men het doen met een verschijning en met dingen die al
dan niet worden gezegd, gehoord, getoond, gezien... Ik kan zelfs niet
zeggen dat ik mijn eigen vrouw ken, als ge begrijpt wat ik bedoel?
-
Inderdaad, ik begrijp het: tot de kern van de zaak kan men niet
doordringen...
-
OVT: Misschien is er geen kern!
Tja...
-
OVT: Ik ben geen atoomgeleerde, mijn beste, en bovendien heb ik uw
boek van Ludo Noens nog niet gelezen, mijn ogen zijn overigens,
driewerf helaas, veel te slecht geworden om nog lang te kunnen lezen.
Maar het lijkt mij in elk geval toch zo te zijn dat men niet eeuwig
kan doorgaan met het in steeds kleinere stukjes kappen van de dingen.
-
En waarom niet?
-
OVT: Behalve dan omdat op den duur onze ogen niet goed genoeg meer
zien, heel eenvoudig omdat de werktuigen waarmee men kapt, eveneens
van stof zijn, ziet u? Men kan er geen abstractie van maken! Wil men
een stuk hout in stukken zagen, dan heeft men ijzer nodig, een
ijzerzaag bedoel ik. Wil men ijzer doorzagen dan behoeft men een nog
harder materiaal, zoals high
speed steel. Wil
men dat doorzagen dan heeft men weer een hardere materie nodig... Nu,
ik ben geen werktuigbouwkundigemaar
misschien mag ik wel veronderstellen dat er aan die reeks algauw een
einde komt, met andere woorden: dat men alras arriveert op een punt
waarop men het niet meer kleiner kan omdat de werktuigen om verder te
gaan, ontbreken. Want ook het zaagje moet steeds kleiner worden, ziet
u?
-
Nauwelijks...
-
OVT: Ik moet nu ervandoor, mijn beste. Ik zou zeggen: lees maar eerst
dat boek helemaal uit, misschien zien we elkaar nog achteraf. Tot
kijk!
-
Tot kijk, Omsk Van Togenbirger...
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
6 april 2023)
1
Ludo Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
05-04-2023
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 6. De geest achter het brein
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
6.
De geest achter het brein
In
zijn vierde hoofdstuk ontplooit Ludo Noens de thesis die suggereert
dat het stoffelijke brein allerminst de geest voorbrengt maar dat het
die daarentegen alleen maar kan remmen. Volgens ( ) Frederic
Myers ( ) 'filtreren' de fysieke hersenen een bovenzinnelijk
'Subliminaal Zelf' tot een ingedamd menselijk zelfbewustzijn, (dat)
zou overleven na de dood van het fysiek brein.2
Vergelijkbaar met het pre-existent 'transcendentaal subject'
van Carl Du Prel waarvan de wakende persoonlijkheid of
zelfbewustzijn slechts een pragmatisch fenomenologisch deel is (dat)
in de loop van de evolutie gradueel de sfeer van het empirisch
zelf van de mens zal naar binnen treden.3Het hiernamaals is het hier en nu, slechts op een andere wijze
ervaren.4
Pim Van Lommel: Hoe kan men zich helder bewust zijn van een
buitenlichamelijke toestand, met een volledig platte EEG dat op een
uitgeschakeld brein wijst?5
Nog straffer dan de bijnadoodervaringen is de participatie aan
doodsbedvisioenen door buitenstaanders. John Lorber (in het artikel:
Is Your Brain Really Necessary?) beschrijft een patiënt die
praktisch geen hersenen heeft maar wel een IQ van 126. Kort voor het
sterven is er bij 5 à 10 pct. van de Alzheimerpatiënten maar ook
bij mensen met andere vormen van dementie zgn. 'terminale luciditeit'
(overigens reeds opgemerkt door Hippocrates, Plutarchus, Cicero
en Galenus6
als een intacte ziel achter een stervend brein7).
Sommigen zeggen de indruk te hebben dat de geest ook achter het
brein schuilt en erdoor wordt beperkt.8
Over een 26-jarige patiënte die op 1 maart 1922 in Schwalmstadt
stierf, schreef haar verzorger, Friedrich Happich: Käthe, die
nooit een woord had gesproken en van geboorte af mentaal invalide
was, zong doodsliederen voor zichzelf. ( ) Een half uur lang zong
zij. Haar gezicht, tot dan toe dwaas, was getransfigureerd en
gespiritualiseerd. Toen ging zij zachtjes heen.9
Gelijkaardig lijken de ogenblikkelijke genezingen in het Nieuwe
Testament. Men denke ook aan de gevallen waarbij een tengere
moeder ( ) een personenwagen optilde die haar kind dreigde te
verpletteren...10
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
5 april 2023)
1
Ludo Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
âWHO: 1 op de 6 mensen wereldwijd is onvruchtbaar"
Uit
het ochtendnieuws d.d. 4 april 2023:
WHO: 1 op de
6 mensen wereldwijd is onvruchtbaar
Wereldwijd is ongeveer één op
de zes mensen onvruchtbaar, zo blijkt uit een rapport van de
Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Het probleem doet zich overal in
ongeveer gelijke mate voor, ongeacht of een land rijk of arm is.
"Onvruchtbaarheid discrimineert niet", zegt WHO-topman
Adhanom Ghebreyesus.
IB
04-04-23, 03:20 Laatste update: 03:26 Bron: BELGA
Maar
uiteraard heeft dit helemaal niets te maken met
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 5. De stof als creatie van de geest
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
5.
De stof als creatie van de geest
Onze
werkelijkheid heeft een (inter)subjectief karakter, de dingen op zich
kennen wij niet (zegt Kant) maar met het uitsterven van alle
levende wezens blijft er mogelijk een primaire substantie achter ( )
een autonoom primair substraat (van de Britse empiristen) dat
doet denken aan bepaalde occulte ideeën.2
De realiteit (en ons lichaam) zijn samengesteld uit zeven alsmaar
subtiele wordende niveaus3
die tot elkaar niet kunnen doordringen - alleen 'helderzienden'
kunnen buiten het zintuiglijke treden. E.W. Berridge: Als een
mens iets verbeeldt, schept hij in feite een vorm op het astraal ( )
vlak, ( ) even werkelijk en objectief voor intelligente wezens op
dàt niveau (sic), als onze aardse omgeving voor ons is.4
Dion Fortune alsook W. Tenhaeff beweren zelfs dat met een krachtige
wil gedachten kunnen gematerialiseerd worden (bijvoorbeeld als
poltergeist).
Kwantumdeeltjes
bestaan niet op zichzelf, ze zijn er enkel in de mathematische taal,
als een waarschijnlijkheid (vergelijk met het hindoeistische begrip
'maya') en Max Planck verklaarde dat materie een afgeleide is van
bewustzijn. Mathematische vormen generen soms tegenstrijdigheden met
een correlaat in de stoffelijke wereld en zo kan bijvoorbeeld licht
geïnterpreteerd worden als deeltjes maar ook als golf want de
waarnemer bepaalt mee wat hij ziet. Arthur Koestler omschreef deze
'vaagheid' in 1972: massa bleek equivalent met energiepakketten, bij
Einstein worden massa, traagheid en zwaartekracht herleid tot
spanningen, krommingen en kronkels in de lege,
multidimensionale ruimte.5
De kwantumdeeltjes ('niet-dingen') zijn de culminatie van een
ontwikkeling die tegen het eind van de vorige eeuw begonnen is6
Selffulfilling prophecy? De kwantumdeeltjes bestonden kennelijk niet
voordat we ze observeerden. (Cf. het 'informatie-realisme' van Max
Tegmark). De stoffelijke wereld bestaat niet los van onze geest.
Wanneer paradigma's veranderen, aldus Kuhn, verandert de wereld zélf
samen met hen.7
Het plastische van de subatomaire dingen doet denken aan het
plastische van de astrale wereld. Dion Fortune: Krachtige
willen zijn in staat zelfstandige mentale vormen te scheppen, die
zelfs een stoffelijke vorm kunnen aannemen.8
Volgens
de rationalist zijn de duivel en de natuurgeesten, elfen en kabouters
van de middeleeuwers, projecties van bijgeloof maar hun bestaan wordt
door sommigen nog steeds verdedigd: zij zouden levende wezens uit de
astrale wereld zijn, wisselend van voorkomen: Hun astrale
constitutie is zo ontvankelijk dat zij de gedachten/emoties van hun
toevallige fysieke waarnemer weerkaatsen.9
De vraag luidt dan of de elf een loutere creatie van de verbeelding
is ofwel nog voor een stuk een zelfstandige maar door de verbeelding
te kneden entiteit. Noens: Omdat bij dit alles de elementaire
substantie op zichzelf van de Verlichtingsfilosofen zich hardnekkig
blijft opdringen, ben ik geneigd deze buiten ons cognitief bereik
vallende substantie te vereenzelvigen met de plastische,
fijnstoffelijke astrale wereld van de occultisten.10
Feiten en denkbeelden bevestigen elkaar wederzijds in theorie-geladen
observaties (zoals inzake de Ark van Noach op de berg Ararat of de
waarneming van UFO's) en magiërs kunnen de astrale lichamen
manipuleren. Niels Bohr zei al: Het zijn dingen die niet passen
in ons huidig realiteitsbeeld die ons (denken) in een nieuwe richting
zullen dwingen (...)11
Jules Vernes schreef: Al wat een mens zich in zijn verbeelding
kan voorstellen, kunnen andere mensen tot werkelijkheid maken.12
Pablo Picasso: Al wat een mens zich kan inbeelden, bestaat ook
echt.13
John Flanders (Jean Ray) geloofde dat de Oud-Griekse goden
begonnen uit te sterven toen de mensen aan hun bestaan gingen
twijfelen.14
En Sir James Barry (de auteur van Peter Pan): Every time
a child says 'I don't believe in fairies', there is a little fairy
somewhere that falls dow,n dead.15
(Wordt vervolgd)
(J.B.,
4 april 2023)
1
Ludo Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 4. Pseudowetenschap als bevrijdende poëzie
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
4.
Pseudowetenschap als bevrijdende poëzie
Is geloof in
pseudowetenschap een gevolg van ervaringen uit de kindertijd? Noens
verhaalt hoe hij als tiener in vervoering kwam door de boeken van de
wiskundige en skepticus (!) Martin Gardner en Erich von Däniken (met
hun stelling dat de menselijke beschaving een geschenk is van
buitenaardse kosmonauten) en hoe hij die vervoering herkende in het
numineuze (het mysterium tremendum et fascinans) zoals
beschreven in Het Heilige van de godsdienstwetenschapper
Rudolf Otto. Gelijkaardig is de uitwerking van het fantastisch
realisme of het magisch realisme.
Maar terwijl
pseudowetenschap verketterd wordt, wordt ook door geleerden geloof
gehecht aan bijvoorbeeld de goddelijke schepping zoals verhaald in de
Bijbel. Charlatans teren op de fundamentele eenzaamheid en het gevoel
van zinloosheid van de mens in een gerationaliseerde wereld maar ook
geleerden geraken vaker begeesterd door 'het mysterie'. Waar vandaan
de blijvende opwinding, de 'irrationele ijver', de haast
neurotische drang tot 'voortvertellen' (het Amerikaanse weekblad Time
gaf de nieuwe hype toen de naam Dänikitis)?2
als 'profeten' elkaar tegenspreken of als zij onmogelijke zaken
vertellen? Noens: Het komt mij voor dat een groot deel van de
bekoring van pseudowetenschappelijk leesvoer inderdaad ligt in zijn
'poëzie, in haar volledige en nu vergeten betekenis van het woord.'
Bij hiervoor ontvankelijke lieden maakt een dergelijke
poëtisch/fantastische inkijk op de realiteit een onderhuids wéten
wakker, los van opvoeding en geïnstitutionaliseerd onderwijs en over
filosofische en methodologische analyses heen, dat alles niet zo
exclusief hoeft te zijn zoals de consensus het van de daken roept.
Dat de basiswerkelijkheid ook op een volledig andere
of ruimere manier in
elkaar kan zitten en ervaren/beoordeeld kan worden dan de
uitsluitende rationele en logisch-mathematische unanimiteit het
vandaag ordonneert.3
William James noemt het
rationeel bewustzijn slechts één van de vele vormen van bewustzijn.
Ook Noens gelooft dat principieel iedereen intuïtief intieme kennis
kan krijgen over de plaats van de mens in deze wereld: het gaat om
universele mystieke ervaringen zoals bijvoorbeeld neergeschreven in
de Kaballa. Dat figuren zoals Daniel Dennett zelfs het bestaan van
bewustzijn loochenen kan slechts resulteren uit elitaire
bijziendheid als gevolg van psychosociale dwang, culturele fixaties
of het negeren van 'ongepaste' informatie.4
Onze maatschappelijke
realiteit is het bezinksel van eeuwenlange evolutie met ideeën
voortgesproten uit het brein van een beperkt aantal
individuen5
en volgens de psychohistorie zou hun psychoanalyse kunnen
verklaren waar hun revolutionaire ideeën dan vandaan komen - vaak
bleken zij neurotici. Noens: Is het vergezocht een lijn te
trekken van de neurotische Gelover die subliminaal aanvoelt dat niets
zo 'vast' is als het lijkt, naar de neurotische historische
vernieuwer die geniale intuïtieve (subliminale, transpersoonlijke?)
wenken weldoordacht in de praktijk bracht?6
Volgens Thomas Kuhn (The Structure of Scientific Revolutions,
1962) treedt een paradigmaverschuiving op onder dwang
van het uiteindelijk niet meer 'werken', bij onvoorziene anomalieën,
van de oude theorieën ( ).7
De pseudowetenschapper nu, die zich niet gebonden acht aan de
wetenschappelijke methode, zou dan vlotter zijn creatief wereldbeeld
vernieuwen naar eigen inzichten en hij tracht zijn
werkelijkheidsinterpretatie intersubjectief te maken.8
(Wordt vervolgd)
(J.B., 3 april 2023)
1
Ludo Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 3. De 'wetenschappelijke' wereld en de wereld van de 'fantasie'
Het Mysterie en de ontstolen dimensie -
3. De 'wetenschappelijke' wereld en de wereld van de 'fantasie'
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
3.
De 'wetenschappelijke' wereld en de wereld van de 'fantasie'
Materialisten beschouwen
de wereld als een objectieve, van de geest onafhankelijke realiteit:
alles is opgebouwd uit stof en het bewustzijn is een product van de
hersenwerking. Voor de zogenaamde Skeptici leven de zogenaamde
Gelovers grotendeels in een fantasiewereld, aldus de auteur:
de natuur volgt wetten die met de rede te begrijpen zijn. Gelovers
daarentegen willen helemaal geen logische verklaring maar zij zoeken
een transcendente, levende realiteit achter de
natuurverschijnselen waarbij zij ook de verbeelding en de intuïtie
laten spreken die door materialisten compleet genegeerd worden. Veel
gelovers volgen (...) het ontologisch idealisme: één allesomvattend
onstoffelijk Primordiaal Ervarend Bewustzijn of Subject als onderlaag
van de realiteit dat zich via het geïndividualiseerd 'stoffelijk'
brein in een driedimensionaal kader openbaart als ontelbare bewuste
menselijke/dierlijke subjecten.1
Het hemd (het bewustzijn) is nader dan de rok (wat in het bewustzijn
verschijnt) en de fysicus en Nobelprijswinnaar Erwin Schrödinger
verwijst hier naar de oude Veda's.2
Bijzonder verhelderend
klinkt de daaropvolgende zin: Het idee dat er buiten de
logisch-mathematische beschrijving/interpretatie van het autonoom
gedachte, zintuiglijk waarneembaar universum helemaal niets te vinden
is, oogt dan op een paradoxaal lijkende manier oppervlakkig of zelfs
dwaas.3
Tot groot ongenoegen van het sciëntisme beschouwt de
(postmodernistische) sociologie van de Wetenschappelijke Kennis
natuurwetenschappelijke feiten en de taal die ze beschrijft als
louter sociale constructies of surrogaat-realiteiten berustend op
cultureel/historisch gestuurde interpretaties. De pogingen om
'geloof' en rede te verzoenen worden door de sceptici niet ernstig
genomen maar zij lijken niet te beseffen dat hun geëmotioneerde
houding zelf irrationeel is. Het gaat hier in feite om een
krampachtig bezweren van een irrationele angst4:(de
skepticus) kan er gewoonweg 'niet tegen'5en hij heeft het inzake
parapsychologie over pseudowetenschap en doorgedraaide
romantiek die hand in hand gingen met fascisme en völkische
nazi-ideologie.6
Maar
Noens merkt fijntjes op dat de skepticus zedig zwijgt over de
lonende onderwerping van de Duitse academische gemeenschap van toen
aan het misdadig regime (veel bijval van universiteiten)7
Om het niet te hebben over de crimineel aangewende
spitstechnologie en de
wetenschappelijke experimenten ( ) in de
nazi-moordkampen8
In
weerwil van de vele skeptici hebben fysici zoals Gary Zukav en
Fritjof Capra de kwantumtheorie in verband gebracht met mystiek en
parapsychologie zoals ook de grondleggers van de kwantumtheorie (Max
Planck e.a.) die vooreerst de beperkingen van het fysicalistisch
denken aan het licht brachten.9
Noens
zelf spreekt het niet op die manier uit maar als we alle stukjes
naast elkaar leggen, dan blijken niet de 'believers' maar wel de
sciëntisten in een fantasiewereld te leven en bovendien in een
bijzonder gevaarlijke. Fysicus en astronoom Sir Arthur Eddington
wordt hier geciteerd: Wij hebben geleerd dat de
verkenning van de uiterlijke wereld met de natuurwetenschappelijke
methodes niet naar een concrete realiteit leidt, maar naar een
schaduwwereld van (mathematische) symbolen waar deze methodes niet
kunnen doordringen. Voelende dat er hierachter méér moet zitten,
keren wij terug naar ons punt van vertrek in het menselijk bewustzijn
- het centrum dat revelaties zou kunnen bieden die niet
geconditioneerd zijn door de wereld der symbolen.10
En verder: (...) Kortom, wij horen niet thuis in de
wereld die de wetenschap voor ons construeert. Wij staan er niet in;
wij staan er buiten.11
Waar vandaan dan het
feit van de radicaal verschillende perspectieven, zo vraagt Noens
zich vervolgens geheel onpartijdig af: Waarom manifesteren zich
bovendien aan de ene groep verschijnselen die voor de andere
onbestaand en onaanvaardbaar zijn?12
Waar vandaan die afkeer van de ene groep voor de andere?
De spirituele band
tussen mens en natuur werd verbroken sinds de Verlichting die het
vakjesdenken promoot, het reductionisme, dat de organische eenheid
uit het oog verliest en de sense of wonder.13
Bij het doorsnijden van
de twee hersenhelften (die met een dichte zenuwbundel verbonden
waren) lijken twéé individuen te ontstaan die echter onder zekere
omstandigheden weer als één individu blijven handelen. Neurobioloog
Roger Sperry: Op een bepaald punt beginnen de hogere
eigenschappen van het geheel (het bewustzijn) de leiding over te
nemen en het lot van zijn samenstellende delen te beheersen.14
De diversiteit van wereldbeelden wordt dan mogelijkerwijze verklaard
door neurologische reorganisatie ingevolge omgevingsfactoren (leren,
ervaren of gewenning) overeenkomstig de cognitieve
dissonantietheorie, wat zelfs bevestigd wordt door persoonlijke
ervaringen van betrokken wetenschapslui (in casu de wis- en
natuurkundige Bernard Carr).15
Verder kunnen (volgens
J.J. Oosten, verwijzend L. Wittgenstein) verschillende (subjectieve)
taalspelen even verschillende wereldbeelden uitlokken. Noens: Het
ligt voor de hand dat geen enkel taalspel op deze wijze effectief
naar een corresponderende finale werkelijkheid wijst. De praktische
waarde van ieder taalspel ligt in het feit dat het zin en orde in het
leven van diens hanteerder geeft. Het hypostaseren
en verabsoluteren van een taalspel geschiedt wanneer een groep HAAR
taalspel claimt als direct samenvallend met de absolute realiteit,
met uitsluiting van alle andere.16
Ook de wetenschappelijke
regel van algemeengeldendheid ingevolge intersubjectiviteit behoort
tot een taalspel dat niet alleenzaligmakend kan zijn: volgens J.J.
Oosten laten sciëntisten de wetenschappelijke methode op magische
wijze samenvallen met de cognitief onbereikbare realiteit op
zichzelf.17
Uiteraard zijn er
bedriegers die de spiritualiteit uitbaten maar ook exclusieve
rationaliteit laat de mens op zijn honger zitten. Het stemt tot
nadenken dat bij de eerste maanlanding op 20 juli 1969, de grootste
techno-wetenschappelijke onderneming uit de menselijke geschiedenis,
piloot Edwin 'Buzz' Aldrin een zilveren kelk met wijn en brood uit
zijn zak haalde om de H. Communie te vieren (maar dat werd buiten
beeld gehouden). De man in kwestie was overigens tegelijk diepgelovig
én vrijmetselaar.18
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 2. Inleiding (vervolg)
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 2. Inleiding (vervolg)
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
2.
Inleiding (vervolg)
In het cursiefje,
getiteld: Pif-paf-poef in Amerika2
waarschuwt de Vlaamse auteur Kris Vansteenbrugge voor de misvatting
als zouden massamoordenaars een bijzondere categorie van mensen
vormen waarmee jan met de pet helemaal geen uitstaans heeft. Het gaat
hem erom aan te tonen dat de gelegenheid de moordenaar schept (of
onmogelijk maakt): in een internaat bereikt een gepeste puber zo'n
niveau van frustratie dat hij een massamoord had kunnen begaan indien
hij op het bewuste ogenblik maar had beschikt over een geladen
geweer.
De nasmaak van de
vertelling wordt wel bijzonder bitter waar men zich realiseert dat de
massa helemaal geen scrupules blijkt te hebben als zij een
onschuldige en weerloze enkeling straffeloos kan tergen, waarbij in
de betekenis van het werkwoord 'tergen' vervat zit dat aan die
misdaad bovendien plezier wordt beleefd. Het gaat er ons hier om te
willen illustreren dat groepsaffiliatie niet in het minst wordt
geremd door het moreel verwerpelijk karakter van de betrokken
handelingen - een vaststelling die bij uitstek werd gedaan naar
aanleiding van de door doordeweekse ambtenaren begane gruweldaden in
de concentratiekampen van nazi-Duitsland en die in 1963 werd
onderzocht door Stanley Milgram en bekendheid verwierf als het
'gehoorzaamheidsexperiment'. Men sluit zich aan bij de meerderheid,
ook als die meerderheid leugenachtig, moorddadig of nog anderszins
misdadig is en wel omdat alvast voor meer dan de helft van ons geen
straf erger blijkt dan sociale uitsluiting.
Het thema belangt ons
hier in het bijzonder aan in het kader van een invraagstelling van de
wetenschappelijke bedrijvigheid omdat wetenschap niet zozeer draait
om het weten maar vooreerst om het juiste weten, het kennen
van de waarheid. Wetenschapsbeoefening
mag dan al hoge eisen stellen aan het zintuiglijk en
intellectueel vermogen: die vereisten staan alsnog in de schaduw van
de morele kwaliteit van de eerlijkheid zonder welke wetenschap alras
ontaardt in charlatanerie. Dat kan gebeuren ingevolge de werkzaamheid
van het WTK-bestel (of de jammerlijke vermenging van Wetenschap en
Techniek met de Kapitalistische economie) maar nog veel gevaarlijker
is de vergiftigende invloed van de groepsgeest: het napraten en
na-apen blijkt zich evenmin te storen aan de waarheid als aan de
morele standaarden welke in het hoger besproken verhaal aan de orde
zijn. Overigens bijzonder verontrustend in dit verband is dan ook het
toenemend belang dat in jongste tijd gehecht wordt aan de zogenaamde
wetenschappelijke 'common sense' want alvast in het Engels verwijst
'gezond verstand' direct naar het oordeel van de meerderheid terwijl
waarheid onafhankelijk hoort te zijn van wat de meerderheid denkt
omdat die in de regel helemaal niet denkt.
Het gedogen van
gezagsargumenten (of dus het foute redeneren) is een
specifieke manifestatie van groepsgeest: de massa sluit zich aan bij
dezelfde wetenschappelijke helden die zij negeerde, misprees of
verbrandde in de tijdspanne die aan hun erkenning voorafging. Voor
wie beamen wat Giordano Bruno of Jezus van Nazareth beweren, is hier
en nu de kans zeer klein dat zij de massa tegen zich in het harnas
jagen maar toentertijd werd de Nazoreeër verraden en vervolgd tot de
marteldood aan de schandpaal, belandde Giordano Bruno op de
brandstapel en riskeerden hun volgelingen hetzelfde weinig
benijdenswaardige lot. Om erbij te kunnen blijven horen, belijden
massa's mensen de meest onzinnige sprookjesreligies en wellicht nog
groter is vandaag het aantal van wie om exact dezelfde reden duimen
voor de wetenschap terwijl het blijvend in vraag stellen van altijd
voorlopige stellingen een conditio sine qua non is voor vooruitgang
en voor wetenschap als zodanig. Ooit was het vanzelfsprekend om aan
te nemen dat de aarde plat is en niemand zou het in zijn hoofd hebben
gehaald om te gaan beweren dat wij tegenvoeters hebben. De zon
draaide rond de aarde, zij kwam op en zij ging onder, zoals iedereen
heel duidelijk kon vaststellen, toch? Het blijkt bijzonder moeilijk
om in twijfel te trekken wat door iedereen als vanzelfsprekend wordt
bestempeld en de ervaring leert (en ook het wetenschappelijk
experiment toont dit aan) dat mensen eerder zullen geneigd zijn om de
eigen zintuiglijke waarnemingen te betwijfelen dan wat een als
deskundig erkend gezag of een meerderheid van mensen voor waar
houden. Het mag niet verbazen dat Marie Curie toentertijd deelnam aan
scéances, in tegendeel: alleen wetenschappelijke geesten zoals deze
eminente Nobelprijswinnares Natuurkunde (in 1911) laten andermans
'zekerheden' achter zich, nemen uitzonderingen op de regel ernstig en
onderzoeken de waarheid van getuigenissen vanuit het beginsel van de
eerlijkheid - hier in de gedaante van de stelregel van het voordeel
van de twijfel. Men dient immers voor ogen te houden dat het
onderzoek naar de waarheid als grond van het proces van
kennisverwerving sowieso altijd het karakter zal hebben van een
rechtspraak: alle getuigen worden gehoord, geen mogelijkheid wordt
uitgesloten en er worden geen beslissingen genomen of veroordelingen
uitgesproken op twijfelachtige gronden omdat bestraffingen vaker een
onomkeerbaar karakter hebben, waardoor de bestraffer zichzelf in die
hoedanigheid zou vernietigen door zichzelf aldus op te zadelen met
schuld.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 1 april 2023)
1Ludo
Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 1. Inleiding
Het Mysterie en de ontstolen dimensie - 1. Inleiding
Signalen
uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de ontstolen dimensie.1
Het
wereldbeeld van de Vlaamse schrijver Ludo Noens
1. Inleiding
In zijn nieuwste boek
koppelt Ludo Noens de filosofische vraag omtrent het wezen van
de Realiteit aan de parapsychologie door het antwoord daarop
te relateren aan de kwestie of men al dan niet een 'believer' is.
Dat criterium is gewaagd
omdat 'believers' door de band door sceptici niet ernstig worden
genomen terwijl het omgekeerde wel het geval is waar de besproken
auteur het wereldbeeld van de rationalisten ontleedt en hen
confronteert met vragen die zij zich krachtens hun eigen beginselen
hadden moeten stellen doch die zij hebben ontweken - kennelijk
teneinde te kunnen volharden in een principieel volkomen bevattelijke
en derhalve beheersbare werkelijkheid.
De verdonkeremaande
vragen betreffen die verschijnselen welke niet mogen
plaatsvinden omdat zij het wereldbeeld van de rationalisten doen
wankelen en zodoende de zelfgenoegzaamheid waarin de laatst genoemden
baden, verstoren.
Aldus ziet het ernaar
uit dat de 'non-believers' zich gedragen zoals totalitaristen: zij
beoefenen immers de bijzondere sport welke erin bestaat alle feiten
ondergeschikt te maken aan hun theorie. Feiten die niet passen in hun
theorie dienen kordaat te worden genegeerd.
De napraters van Newton
en Einstein maar ook de volgelingen van de Nazoreeër missen de
authenticiteit van hun voorbeeld van zodra zij overgaan tot de
vergoddelijking en de aanbidding ervan omdat het na-apen het nadenken
uitsluit. Gezagsargumenten krijgen de voorrang op de redelijkheid
waarop zij zich nochtans beroepen en veralgemeningen negeren
uitzonderingstoestanden met hetzelfde gemak waarmee een meerderheid
de minderheden aan de kant schuift. Dit terwijl wij, Spinoza
indachtig, heel goed weten dat al het excellente even zeldzaam als
moeilijk is.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 31 maart 2023)
1Ludo
Noens, Signalen uit een verzwegen wereld. Het Mysterie en de
ontstolen dimensie, Aspekt, Soesterberg 2023.
De Derde Wereldoorlog - Aflevering 2. Een gedateerde ideologie met hardnekkige aanhangers versus de ongelimiteerde, suïcidale vrijheid?
De
Derde Wereldoorlog
Aflevering
2. Een gedateerde ideologie met hardnekkige aanhangers versus de
ongelimiteerde, suïcidale vrijheid?
Van het Rode Boekje
werden ten tijde van Mao in meer dan honderd landen pakweg zes
miljard exemplaren verspreid en het bevat dan ook de kern van het
maoïsme waarmee deze dictator, tuk op zelfverheerlijking, in de
voetsporen trad van de Chinese keizers die op gelijkaardige manieren
hun wijsheden aan het volk opdrongen. Toen Mao 'in' was behoorden tot
zijn fans de Franse filosoof Jean-Paul Sartre alsook onze 'rode
koningin' Elisabeth (1876-1965) die echter vooral de bedoeling had om
middels kunst en dialoog een vreedzame wereld te helpen stichten en
zij werd hierin tegengewerkt door onder meer Paul-Henri Spaak die
nota bene een van de organisatoren was van de moord op Lumumba, die
in zijn strijd tegen het imperialisme van de westerse kolonisatoren
gesteund werd door het Oostblok.
In het Rode Boekje staat
(en de cijfers verwijzen naar de genummerde citaten) dat de
communistische partij, steunend op de leer van Marx en Lenin, (1)
noodzakelijk is voor de vooruitgang (3) die resulteert uit de
onderlinge strijd tussen de klassen doorheen de geschiedenis. (14)
Wie tot een bepaalde klasse behoort, denkt ook zoals die klasse. (15)
De lagere klassen staan op tegen de hogere die hen onderdrukken en
bijvoorbeeld in de VS wordt die klassenstrijd gevoerd tussen de
zwarten en de blanke imperialisten. Deze laatsten zijn echter niet
representatief voor het gros van de blanken. (18) De imperialisten
verdwijnen ook niet vanzelf, zij moeten bestreden worden, (19, 20)
met geweld, in een revolutie, waarbij de ene klasse de andere omver
werpt. (21)
Even
belangrijk is volgens Mao de ideologische strijd: Er zal een vrij
lange tijd nodig zijn, voor in ons land in de ideologische strijd
tussen socialisme en kapitalisme de beslissing valt. Dit komt doordat
de invloed van de intellectuelen en de bourgeoisie, die afkomstig
zijn uit de oude maatschappij in ons land nog lange tijd zal
voortbestaan, en met hen de ideologie van hun klasse. (33) Het
feodalisme is achter de rug en in China (en in de toenmalige USSR)
behoort ook reeds het kapitalisme tot de verleden tijd: het westen
loopt hier dus achterop. (36) Het
socialistische systeem zal uiteindelijk de plaats innemen van het
kapitalisme; dit is een objectieve wet, onafhankelijk van wat de
mensen willen. (37)
Hierbij
moet opgemerkt worden dat deze stelregel regelrecht volgt uit de
geschiedenisopvatting van de grote Duitse wijsgeer Hegel, die ten
tijde van Karl Marx nog klakkeloos werd aanvaard. Maar Hegels
omvattende systeem werd alras bespot en alleen de dialectische
methode bleef overeind, al werd zij door Marx binnenstebuiten
gekeerd.1
De
naam van onze Partij en onze marxistische wereldbeschouwing wijzen
allebei ondubbelzinnig naar dit hoogste ideaal voor de toekomst, een
toekomst die onvergelijkbaar stralend en prachtig zal zijn.
(38) Over de vastberadenheid van de communisten bestaat geen twijfel:
De democratische revolutie is de noodzakelijke
voorbereiding tot de socialistische revolutie en de socialistische
revolutie is het onvermijdelijke vervolg op de democratische
revolutie. Het uiteindelijke doel waarnaar alle communisten streven,
is het tot stand brengen van een socialistische en communistische
maatschappij. (39) Het gaat om de overgang van individueel
(particulier) eigendom ( ) naar socialistisch (gemeenschappelijk)
eigendom. (40)
Het
grote probleem is de opvoeding van de boeren. De boereneconomie is
versplinterd en zoals we uit de ervaringen in de Sovjet-Unie kunnen
leren, zal er een lange periode van nauwgezet werk nodig zijn voor de
socialisering van de landbouw. Zonder socialisering van de landbouw
kan er niet een volledig, stevig gevestigd socialisme zijn. (45)
Aldus Mao.
Hierbij
dient opgemerkt te worden dat die door Mao voorgestelde
collectivisering van de landbouw die bekend staat als de 'Grote
Sprong Voorwaarts' slechts een ongeziene hongersnood met miljoenen
doden tot resultaat had.
Het
mag hier tevens worden vermeld dat ook de verregaande betutteling
door een (bovendien apert corrupte) Europese regering voor ons een
gelijkaardig scenario in het vooruitzicht stelt dat quasi
onafwendbaar is omdat het alternatief van het nationalisme het
continent zou verbrokkelen, wat zou resulteren in oorlogen van de
Europese staten onderling met wars van de leuze nooit meer
oorlog een terugkeer naar de jammerlijke toestanden uit de
voorgaande eeuw.
Bovendien
en andermaal: wars van het (partieel) achterhaald karakter van de
betrokken ideologieën predikt de communistische ideologie nog steeds
wat zij de 'rechtvaardige oorlog' noemt en zij bedoelt die strijd ook
als een wereldwijde revolutie die niet mag ophouden totdat het doel
bereikt is: het wereldcommunisme, de afschaffing van het privaatbezit
die zij beschouwt als de eigenlijke oorzaak van oorlog.
We
weten ondertussen wat grote denkers zoals Dostojevski hierover te
zeggen hadden, die, onder meer in zijn Demonen,
op het aldus gevreesde einde van de vrijheid en op de intrede van het
'kristallen paleis' anticipeerde. Tegelijk werd intussen
overduidelijk dat de ongecontroleerde vrijheid welke zich vertaalt in
het zogenaamde WTK-bestel of het conglomeraat van Wetenschap,
Techniek en Kapitalisme waarop Marcuse heeft gewezen, niets minder
betekent dan de totale vernietiging van de aarde. Misschien wordt de
totale ondergang van het milieu door de vernietigende kracht van de
oorlog nog de loef afgestoken.
1Zie:
Robert Heiss, Hegel, Kierkegaard, Marx. De grote dialectische
denkers van de negentiende eeuw. Uitgeverij Het Spektrum,
Utrecht/Antwerpen 1976 (1969) in een vertaling van M. Kok.
Oorspronkelijk: Die grossen Dialektiker des 19. Jahrhunderts,
Hegel, Kierkegaard, Marx, Verlag Kiepenheuer&Witsch,
Keulen/Berlijn1966, pp. 178-179.
24-03-2023
De Derde Wereldoorlog - Aflevering 1. Komt China in de Oekraïne vrede stichten?
De
Derde Wereldoorlog
Aflevering
1. Komt China in de Oekraïne vrede stichten?
De Chinese politiek kwam
hier enkele jaren geleden in het nieuws ter gelegenheid van de
pandemie en zij werd in onze media voorgesteld als dictatoriaal,
totalitair en leugenachtig. Meer bepaald werd op de laatste dag van
het jaar 2019 door China medegedeeld aan de
Wereldgezondheidsorganisatie dat een sinds jaren gevreesde zeer
besmettelijke variant van het dodelijke SARS-virus was opgedoken in
Wuhan, de stad die in 1927 onder Chiang K'ai-Sjek nog een korte tijd
de Chinese hoofdstad was en waar nu de grote universiteiten van
Centraal-China zijn gevestigd, met onder meer 400.000 deskundigen in
350 onderzoekscentra en 1470 hoogtechnologische bedrijven. Inderdaad
duizelingwekkende cijfers maar met zijn bevolking van 1,4 miljard
mensen is China dan ook 's werelds grootste land, al zal het eerlang
wellicht worden ingehaald door India (met nu reeds 1,32 miljard
mensen).
China mag dan al een van
de koplopers zijn inzake hightech: bij de uitbraak van de pandemie
kwam ook de keerzijde van de 'grote Chinese droom' welke door Xi
Jinping gedeeld wordt, om de hoek kijken waar enkele artsen, onder
wie de ontdekker van SARS-CoV-2, dr. Li Wenliang, werden opgepakt
omdat zij zonder toelating van hun regering de wereld hadden
gewaarschuwd voor het gevaar. Li Wenliang zou aan het virus zijn
bezweken maar de omstandigheden van zijn overlijden bleven duister.
Toch kreeg de Chinese
aanpak van de pandemie wereldwijd navolging: de methodes van de
lock-down, het zero-covid-beleid, de doorgedreven
quarantainemaatregelen alsook de strenge bestraffing van
regelovertreders gaven eensklaps de hele wereld het uitzicht van het
totalitair systeem zoals dat in China dag in dag uit bestaat. En dat
is zeker het geval sinds Xi Jinping daar in 2012 aan de macht kwam:
hij zorgde voor een wet die hem toelaat levenslang te heersen en
onder zijn heerschappij wordt China gezuiverd van Christenen en van
Islamieten maar ook van Oeigoeren die in heropvoedingskampen
terechtkomen en waarvan de vrouwen gedwongen worden gesteriliseerd.
De Britse kolonie Hongkong werd reeds in 2019 bij China ingelijfd en
Xi kijkt er naar uit om nu ook de 'afvallige provincie' Taiwan te
annexeren. Wie vandaag de mond vol hebben over het surveillance
capitalism van onder meer de Amerikaanse
Shoshana
Zuboff, moeten zich realiseren dat men hier voor burgertoezicht bij
de communisten in de leer is gegaan en wie dat nog betwijfelen,
moeten maar eens dringend Aleksandr Isajevitsj Solzjenitsyn gaan
lezen.
Xi
Jinping wil Mao Zedong evenaren die zijn grote marxistische voorbeeld
is en het is in het licht van de uitbraak van W.O.III dan ook
allerminst tijdverspilling om eens te kijken naar wat het zogenaamde
Rode Boekje (een verzameling van citaten van Mao) over de oorlog te
zeggen heeft.
Het
zou wel eens waar kunnen zijn dat oorlog niet bestond totdat het
privaatbezit zijn intrede deed en het ontstaan van de
klassenmaatschappij (citaat 80) en oorlog wordt dan ook gedefinieerd
als voortzetting van de politiek met andere middelen, waarmee
politiek meteen gedefinieerd wordt als oorlog zonder
bloedvergieten. (Citaat 81) Oorlog is de hoogste vorm van
strijd, zo wordt eveneens in citaat 80 gezegd, voor de
oplossing van de tegenstellingen tussen klassen, volken, landen of
politieke groeperingen. Alle oorlogen die de vooruitgang op het
oog hebben, zijn rechtvaardig en zij worden niet alleen goedgekeurd
maar tevens meegestreden door de communisten. (Citaat 82) Oorlog is
bovendien noodzakelijk omdat zonder oorlog geen verandering of
vooruitgang mogelijk zijn. (Citaat 83) En met een oorlog ontdoet men
zich niet alleen van de vijand maar ook van 'zijn eigen vuil'.
(Citaat 84)
Het
daarop volgende citaat stelt: Politieke macht komt voort uit de
loop van een geweer en in citaat 87 waarschuwt Mao dat de
gewapende strijd noodzakelijk is voor de huidige stand van de partij
waarvoor, nooit te vergeten, met bloed werd betaald. Mao is ervan
overtuigd dat oorlog gewapenderhand moet worden nagestreefd. (Citaten
89 en 90)
Ook
het wereldcommunisme komt aan bod. Volgens Mao willen alleen de
monopoliekapitalisten en de imperialisten oorlog omdat hun winsten
afhankelijk zijn van agressie. (Citaat 91) Om een duurzame
wereldvrede te bereiken, zo zegt hij, moeten we onze
vriendschap en samenwerking met de broederlanden in het
socialistische kamp verder ontwikkelen en onze solidariteit met alle
vredelievende landen versterken. We moeten ernaar streven om normale
diplomatieke betrekkingen aan te knopen met alle landen die bereid
zijn in vrede met ons te leven, op basis van wederzijds respect voor
onschendbaarheid en zelfstandigheid van elkaars grondgebied en van
gelijkheid en wederzijds voordeel. We moeten actieve steun geven aan
de nationale bevrijdings- en onafhankelijkheidsbewegingen in de
landen van Azië, Afrika en Latijns-Amerika maar ook aan de
vredesbeweging en aan de rechtvaardige strijd in alle landen van de
wereld. (Citaat 92)
Met
de imperialistische landen mogen economische betrekkingen worden
aangeknoopt maar we mogen onder geen enkele omstandigheid
onrealistische opvattingen over hen hebben. (citaat 93)
In
1957 zegt Mao: Over de hele wereld discussiëren mensen nu over de
vraag of er nu al dan niet een derde wereldoorlog zal uitbreken. ( )
We zijn krachtig voor de vrede en tegen de oorlog. Maar als de
imperialisten op het ontketenen van een nieuwe oorlog aandringen, dan
moeten we daar niet bang voor zijn. ( ) De Eerste Wereldoorlog werd
gevolgd door de geboorte van de Sovjet-Unie met een bevolking van 200
miljoen. Na de Tweede Wereldoorlog verscheen het socialistische kamp
met een bevolking van 900 miljoen. Als de imperialisten op het
ontketenen van een Derde Wereldoorlog blijven aandringen, staat wel
vast dat verscheidene honderden miljoenen meer zich tot het
socialisme zullen wenden, en dan zal er op aarde niet veel plaats
meer voor de imperialisten overblijven: bovendien is het
waarschijnlijk dat de hele structuur van het imperialisme dan
volkomen ineen zal storten. (Citaat 95).
Vecht,
faal, vecht
opnieuw, faal weer, vecht nogmaals ( ... ) tot aan de overwinning;
dat is de logica van het volk, en ook dat zal nooit tegen deze logica
ingaan. Dit is een andere marxistische wet. De revolutie van het
Russische volk volgde deze wet, en de revolutie van het Chinese volk
eveneens. (Citaat 96) De commandanten en soldaten van het
gehele Chinese Volksbevrijdingsleger mogen beslist hun strijdlust
niet in het minst laten verslappen; elke gedachtengang die de
strijdlust vermindert en de vijand kleineert is fout. (Citaat 100)
Wat
mogen we derhalve verwachten van Xi Jinping en de Chinezen die zich
nu als vredestichters profileren? Als antwoord op die vraag volstaat
het Mao's waarschuwing toe te passen op zijn eigen volk : We mogen
onder geen enkele omstandigheid onrealistische opvattingen over hen
hebben!
Dit boek ligt in het verlengde van Panopticum Corona (2021) en Het grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de totalitaire wereld (2022) waar geschetst wordt hoe, onder het voorwendsel van een pandemie, de vrijheid van alle wereldburgers wordt beknot door een totalitair regime dat slechts één credo duldt.
In dit werk staat de bestraffing van de ongehoorzamen centraal: de boekverbranding met in haar zog de massamoord. Maar die wereldwijde praktijk ontgaat de massa daar die werd opgesloten in een kerker van virtualiteit.
De vooralsnog onovertroffen voorloper van deze gruwel is de Congo-historie: de pronkzucht van een megalomane vorst en de slachting van miljoenen zwarten welke nog steeds wil blijven doorgaan voor bekerings- en beschavingswerk.
Het slechte geweten van de demagogen creëert angst, angst roept om veiligheid en veiligheid eist controle. Meer bepaald controle op het onderhouden van de omerta. Wie het niet kunnen laten om de waarheid te spreken, hebben nu alleen nog uitzicht op het einde.
OOK DIT BOEK IS
ALTIJD TOEGANKELIJK:
congoboekje
c
Rusland-China - Een zeer beknopte geschiedenis - tekst d.d. 2012 - herhaling
Rusland-China - Een zeer beknopte geschiedenis - tekst d.d. 2012 - herhaling
Hoe Europa groot en rijk werd - tekst d.d. 2020 - herhaling
Hoe Europa groot en rijk werd - tekst d.d. 2020 - herhaling
De Verenigde Staten van Amerika - Een zeer summiere historiek & Het antwoord van Seattle - tekst d.d. 2012 - herhaling
De Verenigde Staten van Amerika - Een zeer summiere historiek & Het antwoord van Seattle - tekst d.d. 2012 - herhaling
08-03-2023
S Prokofiev strijkkwartet 2
S Prokofiev strijkkwartet 2
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 17: Mattias Desmet en de kern van alle dingen
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
17: Mattias Desmet en de kern van alle dingen
De
kern van alle dingen
De
kern van alle dingen is stil en eindeloos. Alleen de dingen
zingen. Ons lied is kort en broos.
En donker zingt mijn
bloed, van heimwee zwaar doorwogen. Ik zeil langs regenbogen
Gods stilte tegemoet.
(Felix
Timmermans, uit: Adagio)
Mattias
Desmet: Het wezen van de
dingen is niet rationeel kenbaar en de werkelijkheid kan niet worden
gereduceerd tot mechanistische schema's. ( ) (Het
is) in datgene wat altijd maar
weer aan rationalisering en mechanisering ontsnapt, in datgene wat
uit een gesprek verdwijnt als je het digitaliseert, in het verschil
tussen de moederschoot en een artificiële kunststof baarmoeder, in
het verschil tussen de warmte van een elektrische verwarming en deze
van een houtkachel enzovoort.1
Wat verderop citeert Desmet de fysicus Max Planck met zijn mystieke
uitspraken en zijn geloof in de beschermende god die
het lot van de wereld en elk mens in zijn almachtige hand houdt.2
Een
overigens niet ongevaarlijk geloof uiteraard dat ook middeleeuws
aandoet omdat het zich verlaten op een god de mens in de illusie kan
doen verkeren dat zijn eigen handelen er niet toe doet, dat hij zich
omzeggens ruggelings in een ravijn mag laten vallen omdat hij kan
vertrouwen op de engelen die hem wel tijdig zullen opvangen zodat hij
er ongedeerd van af komt, precies zoals het kind dat zich laat vallen
en er op vertrouwt dat zijn vader hem wel opvangt. De vader doet dat
omdat hij verantwoordelijk is voor zijn kind maar over een vorst of
een president die een oorlog begint en gelooft te mogen rekenen op de
steun van god voor de eindoverwinning zeggen wij terecht (tenzij het
gaat om een sprookje uit de oudheid) dat die niet goed snik is.
Grote
wetenschappers hebben het logisch-feitelijke discours van de
wetenschap achter zich gelaten3,
schrijft Desmet en het is nu nog een kleine stap om te gaan beweren
dat geloof uiteindelijk de rede overbodig maakt en dat men inderdaad
niet langer hoeft te vrezen dat de harde natuurwetten zullen toeslaan
om hem van het leven te benemen op het ogenblik dat vijandelijke
vliegtuigen bommen droppen boven zijn hoofd.
Wanneer
sociale spanningen toenemen gaan bij ons ofwel de stoppen springen en
komen wij in een angstige verstening terecht ofwel gaan wij over in
een modus van 'zweven' en van irrationaliteit die dan het schijnbare
voordeel biedt een einde te maken aan het zenuwslopende besef dat men
geen kant meer op kan. In dat laatste geval biedt de religie enig
soelaas omdat de 'reddende' illusie aan overtuigingskracht gaat
winnen van zodra zij met vele anderen wordt gedeeld en wie er
ontvankelijk voor zijn gaan dan ook niet langer gebukt onder het
stigma dat kleeft op geesteszieken en dat hen excommuniceert en
isoleert. Integendeel kunnen wie aldus uit de realiteit naar buiten
treden, samen met huns gelijken een alternatieve werkelijkheid gaan
beleven waartoe 'gezonde' mensen geen behoefte en ook geen toegang
hebben. Zij vormen dan als het ware een zelfhulpgroep en als die
groot genoeg wordt en ook aansluiting vindt bij een gelijkaardig
verleden, spreken wij van een religie.
Gaat
die alternatieve werkelijkheid onder de druk van moeilijke
omstandigheden zoals een pandemie of een oorlog alsmaar groeien dan
kan het uiteraard zo uitdraaien dat deze groep niet langer een
minderheid van 'geesteszieken' doch een meerderheid van de bevolking
gaat verzamelen, die dan ook niet langer als 'zieken' weggezet horen
te worden en verketterd maar onder de benaming van 'gezonde
gelovigen' zullen doorgaan met een bijzonder leven onder de paraplu
van een irrationeel maar gemeenschappelijke erkenning vindend verhaal
of toneel. Dan dreigen wie voordien als 'gezond' werden bestempeld,
als 'ongelovigen' verketterd te worden van zodra die een minderheid
gaan vormen en op die manier neemt een fictie de plaats in die
voordien aan de werkelijkheid toebehoorde terwijl, andersom, de
werkelijkheid zal worden afgedaan als 'ontoereikend'.
Het
is waar dat vaklui in de opleiding regels volgen die zij achter zich
kunnen laten van zodra zij enige behendigheid ontwikkelen en dat op
deze wijze door en door geoefende dansers bij het publiek de illusie
kunnen opwekken te kunnen vliegen, zoals de legendarische Vaslav
Nijinsky (1888?/1889?/1890?-1950). Het is ook waar dat muziek niet op
maar tussen de noten wordt geschreven en dat woorden sowieso niet
naar zichzelf verwijzen daar zij slechts afbeeldingen zijn in de
wereld van de taal van dingen in een andere dan de talige wereld. De
kern van een verhaal en de schoonheid van een melodie zijn niet
aanwijsbaar en bevinden zich op een ander niveau dan dat van de
hoorbare geluiden omdat er met het vatten van muziek ook nog tijd
gemoeid is en vooral geheugen: de capaciteit om in het heden door
vereniging tot bestaan te brengen wat in het verleden ligt en
eigenlijk niet meer bestaat met wat verwacht wordt en nog komen moet
en dus nog niet bestaat. Tussen haakjes: Augustinus van Hippo heeft
hierover ruim zestien eeuwen geleden al bijzonder diepe wijsheden
verkondigd.
Dat
vermogen om op de keper beschouwd en in fysisch opzicht
niet-bestaande dingen (meer bepaald: enerzijds het niet meer
bestaande dat in het verleden ligt en dat men zich kan herinneren
en, anderzijds, het nog niet bestaande dat in de toekomst ligt en dat
men kan verwachten,
waarbij
de herinnering en de verwachting activiteiten zijn die een levende en
denkende persoon vereisen) tot bestaan te wekken, vereist het
optillen ervan tot een niveau dat zich aan de wereld van de dode
fysica onttrekt en dat is meer bepaald uiteraard de wereld van het
levende: de melodie die zich uitstrekt over een hele tijdsperiode
wordt begrepen of als één geheel bevat door het geheugen dat wij
ook wel benoemen als de geest en zonder dit niveau van spiritualiteit
kan van de schoonheid van muziek geen sprake zijn. En ook niet van de
betekenis van een zin of een verhaal, een beeld, een schilderij. Het
onderscheid tussen het ware en het gedroomde wordt niet meer gemaakt,
laat staan dat tussen goed en kwaad.
En
hiermee werd de kwestie nog altijd niet verhelderd wat dan het leven
zijn mag dat vereist wordt opdat daarin het schone, het ware en het
goede tot leven zouden kunnen komen. Het is en blijft mysterie,
inderdaad, maar het gevaar loert om de hoek dat wij nu gaan vergeten
dat er misschien geen sprake was van geest zonder geheugen, dat wil
zeggen: zonder vlees, en vlees is (levende) stof en derhalve
vergankelijk en tijdelijk. De geest is dat niet omdat hij zich aan de
tijd onttrekt maar hij bestaat alsnog niet zonder tijd. En zo kan men
nog uren doorgaan: uren, dagen, jaren, eeuwigheden.
Heeft
de fictie bij sommigen de plek van de realiteit ingenomen? Is het
verschil tussen die twee fictief en kàn het dat wel zijn? Elk
vertoog hierover lijkt van een louter speculatieve aard en ook de
gedachten van Mattias Desmet hier rond verzameld, kennelijk
inderhaast onder de druk van het pandemische gebeuren, blijven een
hoog Bodifée-gehalte hebben, zij het dan zonder de poëtische én
fysische diepgang die bij deze laatste, in Vlaanderen rond dit thema
bekende maar nergens in dit boek teruggevonden wijsgeer, wél van de
partij zijn. Maar, andermaal: dit zijn geen redenen om Desmet als
gesprekspartner te weren en wie dat alsnog doen, laten prompt in hun
wel bijzonder magere kaarten kijken. Wat zich vandaag allemaal
aandient als publiek podium, blijkt op grond van de daar doorgevoerde
selectie van sprekers niets anders te zijn dan een privaatbedrijf dat
aast op het statuut van het bezit van de waarheid welke dan te koop
wordt aangeboden en waar men deze klok hoort luiden kan men op de
beide oren slapen in de rustige zekerheid dat voortaan alleen nog
ordinair bedrog er de dagorde bepaalt.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
8 maart 2023)
1Mattias
Desmet, De psychologie van totalitarisme, Mattias Desmet en
Pelckmans Uitgevers nv, Kalmthout 2023 (2022), p. 237.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 16: Over de surveillancemaatschappij en de pervertering van controle
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
16: Over de surveillancemaatschappij en de pervertering van controle
Teveel
overheidscontrole is schadelijk, aldus Mattias Desmet. Maar de auteur
van De psychologie van
totalitarisme ziet
kennelijk over het hoofd wat Martin Heidegger heeft onderstreept in
zijn hoger genoemd werk over de techniek, namelijk dat die controle
rechtstreeks en onvermijdelijk want noodzakelijk volgt uit de
vertechnisering van het maatschappelijke leven welke op zich goed is
op voorwaarde dat ze ook goed wordt gebruikt.
De
moderne technologie en in feite de specialisatie in het algemeen
brengt immers met zich mee dat wij vertrouwen moeten kunnen hebben in
de werktuigen die wij gebruiken omdat onze kennis van hun werking
steeds vaker zeer gering is. Wanneer bovendien in een concurrentiële
maatschappij de economie eist dat de productie van technologie
winstgevend is, zal een blind vertrouwen in de aanwending van de
technologie uiteraard uit den boze blijken.
De
bedrijven die winst maken met de bestrijding van computervirussen
zouden wel eens de bedenkers van deze virussen kunnen zijn omdat zij
in de eerste plaats bedrijven zijn, wat in een kapitalistische
samenleving inhoudt dat zij maximale winst moeten nastreven om
overeind te kunnen blijven. En hetzelfde kan dan uiteraard ook worden
verondersteld het geval te zijn met betrekking tot virussen die niet
de werking van onze computers bedreigen maar die van onze lichamen en
dus onze gezondheid.
Daar
blijkt, zoals hoger al geopperd, dat niet de technologie en in casu
de geneeskunde of de farmacie op zich verderfelijk zijn maar dat zij
dat wel dreigen te worden waar hun producten zichzelf noodzakelijk
maken middels het creëren en aanwakkeren van ziekten waarvan de
bestrijding hun winst oplevert. Het probleem van het mes dat
noodzakelijk is voor het leven maar dat tegelijk als moordwapen kan
worden gebruikt, brengt aan het licht dat de efficiëntie van ons
handelen van geringer belang is dan het eumoreel karakter ervan. De
meest gesofisticeerde apparatuur brengt ons geen baat als zij niet
wordt aangewend voor ons welzijn. Beter een traag maar veilig paard
dan een snelle, moordende auto.
Zoals
gezegd is een blind vertrouwen van de kant van de consumenten
onverstandig binnen een kapitalistisch bestel en vandaar wordt het
noodzakelijk om ter compensatie van mogelijke misbruiken voldoende
wantrouwen te koesteren en allerlei controlemechanismen in te bouwen.
Inzake de pandemie situeert het probleem zich daar waar malafide
bedrijven de aandacht afleiden van wat zij in feite uitspoken en zij
doen dat door die aandacht heel sluw te betrekken op de handel en
wandel van hun slachtoffers.
Want
waar corruptie niet langer een vreemde eend is in de bijt, krijgen
zij het gedaan dat de autoriteiten, in plaats van te gaan controleren
waar het virus vandaan komt om dan maatregelen te kunnen treffen bij
de bron, prompt de slachtoffers gaan viseren. Zij gebruiken hen als
bliksemafleiders en richten alle aandacht op hun gedrag als mogelijke
oorzaak van contaminatie, alsof er ook maar een gedrag bestond
waarmee het volk een pandemie kon tegenhouden.
Controle
is noodzakelijk ter compensatie van de vandaag onoverkomelijke
onwetendheid van de consument maar de producent onttrekt zich eraan
als hij erin slaagt die te laten richten op zijn consumenten, de
patiënten, die aldus een tweede keer worden geslachtofferd omdat
controle meteen verdachtmaking is en dus poging tot beschuldiging.
De
dader schuift aldus zijn schuld door naar zijn slachtoffer - nota
bene een tactiek ons welbekend van de in deze tijd sterk onder de
aandacht van de psychologen gebrachte praktijk van het pesten - met
het gevolg dat hij zelf buiten schot blijft voor de hele duur van de
aldus teweeg gebrachte hysterie.
Dat
is ook exact wat misdadigers altijd al hebben betracht en dit
verklaart meteen waarom een groot deel van de gevangenen alom ter
wereld onschuldig vastzitten: slaagt een crimineel erin om zijn
schuld in andermans schoenen te schuiven, dan zal van zodra de ander
veroordeeld is, hijzelf definitief buiten schot blijven. De
surveillancemaatschappij lijkt steeds strenger te worden en lijkt
goed te draaien, al te goed zelfs, maar in werkelijkheid verkapt al
het gedoe van een schijnbaar superieure alertheid het totale gebrek
aan waakzaamheid op uitgerekend die punten die haar reden van bestaan
uitmaken.
Een
ander voorbeeld van schuldverschuiving vindt men waar de zwakke
weggebruiker, bijvoorbeeld de fietser, nadat hij het slachtoffer werd
van een aanrijding door een automobilist, van een rechter te horen
moet krijgen dat hij maar een veiligere weg had moeten kiezen. De
controle in het hele gebeuren van de pandemie moet niet de
slachtoffers - de patiënten - tot voorwerp hebben daar zij
allerminst de producenten van de ziekte zijn maar wel de producenten
van de bestrijdingsmiddelen waarvan de werking immers onmogelijk
gecontroleerd kan worden door jan met de pet. Andermaal Heidegger: de
technologie vergt vertrouwen (terwijl, Marcuse indachtig, vertrouwen
misplaatst is in een wereld die draait om winst) en vereist derhalve
controle. De controlemaatschappij is met andere woorden nodig en
wenselijk maar zij bestaat feitelijk niet omdat hetgeen eruit ziet
als controle, niets anders is dan een verkapte ontsnapping daaraan.
Met
controle op zich is derhalve niets mis maar het zijn niet de burgers
die gecontroleerd horen te worden doch zij die macht uitoefenen over
hen omdat zij het zijn die gewantrouwd moeten worden daar alleen wie
over macht beschikken, die macht ook kunnen misbruiken. Men moet
immers steeds voor ogen houden dat controle deel uitmaakt van de
wetgeving in een rechtsstaat terwijl de wetgeving daar de bescherming
van de zwakkeren op het oog heeft in de strijd die de rechtsstaat
voert tegen de wet van de jungle. Waar niet de machtigen doch de
zwakkeren gecontroleerd worden, kan de wetgeving in dat opzicht
alleen maar contraproductief werken en vaak zijn de zwakkeren zich
daar in hun onmondigheid niet eens van bewust.
De
fietser die het slachtoffer wordt van een aanrijding belooft aan de
rechter om in het vervolg een veiliger parkoers uit te zoeken en de
automobilist die hem aanreed, voelt zich gesterkt in de overtuiging
dat niet hij degene is die een misdrijf heeft gepleegd. De eigenaar
van de pc die uitviel ingevolge een besmetting met een computervirus
krijgt te horen dat hij schuldig is omdat hij niet investeerde in
antivirussoftware, wat in feite de dader die het computervirus heeft
verspreid, vrijpleit van schuld en hem tevens het recht toekent op
bedrog, als ware dit een vorm van superieure intelligentie. Meer nog:
met het oog op zijn eigen voortbestaan binnen de kapitalistische
concurrentiële economie krijgt het er alle schijn van dat hij zelfs
de plicht heeft om dat te doen en in termen van moderne commerce
gelden deze misdaden godbetert inderdaad als sluw of slim.
Het
is ronduit onthutsend om vast te stellen dat mensen die door de
gemeenschap werden aangesteld om wetenschappelijke opdrachten uit te
voeren en dus taken met als uiteindelijk doel waarheid aan het licht
te brengen, niet in staat blijken om het bedrog van de misleiding
door malafide kapitalisten te doorzien of te bestrijden. In plaats
van te gaan pleiten voor meer overheidscontrole in functie van de
handhaving van de rechtsstaat die haar reden van bestaan vindt in de
bescherming van allen en dan in de eerste plaats van de zwakkeren,
laten zij zich voor de kar spannen van de machthebbers en gaan zij
pleiten tegen controle zonder meer, wat zij dan identificeren met een
strijd voor meer 'vrijheid'. Maar de zwakkeren dienen beschermd te
worden: tegen de gesel van het brute wegverkeer, tegen onwetendheid,
tegen ziekten maar vooreerst tegen de sterkeren waar blijkt dat deze
laatsten hun vertrouwen niet verdienen. Een gemeenschap die het lot
van de zwakkeren overlaat aan de willekeur van de sterkeren, verzaakt
aan de humane plichten die haar recht van bestaan funderen.
Vrijheid
en privacy zijn mooie begrippen maar waar mensenrechten in het geding
zijn, kan men zich er niet op beroepen zonder zich te gaan vermeien
in een kwalijk spel. Het snijdt geen hout om helemaal niet te
reageren tegen kinderarbeid in China met het argument dat de Chinezen
hun eigen vrijheid hebben omdat hier niet zozeer Chinezen in het
geding zijn maar in de eerste plaats mensen. De privacy kan geen
recht zijn waar zij andermans rechten schendt, wat bijvoorbeeld het
geval is bij huiselijk geweld, vrouwenbesnijdenis, eremoord en
kinderarbeid. Maar ook met het Amazonewoud doen grootgrondbezitters
ter plekke niet wat ze willen omdat het hier behalve 'eigendommen'
ook de longen van de hele wereld betreft. De klimaatcrisis, het
probleem van de fossiele brandstoffen, het gevaar van
radio-activiteit, de problematiek van de vervuiling en die van de
honger in de wereld, de mensenrechten: deze zaken mogen niet
overgelaten worden aan de willekeur van enkelingen omdat niemand over
andere mensen rechten kan doen gelden. Dat is in de loop van de
geschiedenis weliswaar al te vaak gebeurd en het gebeurt nog steeds.
Zo
bijvoorbeeld zagen de voorstanders van de slavernij met de opkomst
van het abolitionisme hun broodwinning slinken en zij hadden er veel
moeite mee om hun vermeend 'recht' op het bezit en de uitbuiting van
andere mensen zomaar prijs te geven en hetzelfde probleem doet zich
vandaag nog steeds wereldwijd voor, met slavernij, loonslavernij en
ongelijkheid in het algemeen. Het pleidooi voor een liberalisme met
een financiële elite van in moreel opzicht criminele samenzweerders
kan slechts een herhaling zijn van de onnoembare misdaden tegen de
mensheid die de geschiedenis bevlekken in steeds dezelfde
terugkerende verschijningsvormen: feitelijke uitbuiting en genocide
door een gewetenloze minderheid van rovers die zich bedienen van de
nieuwste technologie inzake wapens maar ook inzake retoriek en
jurisdictie (geknoei met wetgevingen), gepaard gaande met een schijn
van heiligheid en zich verbergend achter een masker van waarheid,
schoonheid en goedheid, en zich hullend in een rookgordijn van
educatie en ontwikkeling.
Leopold
II was de eindverantwoordelijke voor een van de grootste misdaden en
genocides in de geschiedenis maar hij genoot wereldwijde faam als
filantroop en als verbreider van de beschaving en van het christendom
in het Afrikaanse continent en nog steeds geniet deze eigenlijk
compleet Victoriaanse figuur van standbeelden en van vele andere
eretekens. Helaas is zijn handel en wandel allerminst uitzonderlijk
maar veeleer representatief voor hoe het er door de band aan toe
gaat, zoals Joseph Conrad dat suggereert in zijn Heart
of Darkness
zelfs zonder eenmaal naar deze koning te verwijzen. Alleen wordt aan
de handel en wandel van figuren die koninklijke titels moeten
ontberen en die geen schijn hebben hoog te houden, lang niet zoveel
ruchtbaarheid gegeven.
Met
betrekking tot de geschiedenis van de jongste pandemie is
ongetwijfeld een gelijkaardig toneel aan de gang en een grondig
onderzoek van het gebeuren is daarom een uiterst dringende noodzaak.
Alleen al om die ene reden is het een heilige plicht jegens de
mensheid om zelfs de meest dissidente stemmen te laten klinken. Wie
pleiten voor spreekverbod (terwijl zij zich op de koop toe vaak nog
uitgeven voor volgelingen van Socrates en voor verdedigers van de
open debatcultuur) verstikken met deze onvervreemdbare vrijheid
tevens de waarheid die zij paradoxaal genoeg geloven in pacht te
hebben en zij doen dat om geen andere reden dan omdat zij de waarheid
te vrezen hebben daar zij zichzelf maar al te dikwijls weten stand te
houden middels leugens en bedrog.
De
zich verlicht achtende geesten maar ook de gelovigen in allerlei
onzinnigheden hebben recht op hun eigen waanzin zolang zij die voor
zichzelf houden en hem niet aan anderen opleggen want niemand kan
rechten over anderen doen gelden omdat alle mensen evenwaardig zijn.
Elkeen mag geloven in het leven of in de dood, in goden, demonen,
elfen en kabouters, in paradijzen, in vakantiereizen en in peperdure
spijzen, zolang men ook alle anderen van diezelfde vrijheden laat
genieten.
Gezondheid
is weliswaar een persoonlijke zaak maar wordt een zaak van
gemeenschappelijk belang waar inzake ziekten besmettelijkheid aan de
orde is. Maar de waarde van gezondheid is niet absoluut: niet
iedereen kan te allen tijde voor de volle honderd percent gezond
willen zijn ten koste van ontelbare andere waarden. Het bepalen van
prioriteiten dient omwille van het algemeen belang in alle openheid
te gebeuren en ook in alle sereniteit.
Het
punt dat Desmet maakt met zijn De
Psychologie van Totalitarisme is
ons inziens dat die vereiste sereniteit onmogelijk gemaakt wordt van
zodra angst in het spel komt waarvan sinds oudsher gezegd wordt dat
die een slechte leermeester is.
Het
is de bijzondere verdienste van de besproken auteur om daaraan te
herinneren en het strekt de man tot eer dat hij met dat edel doel
voor ogen ook zijn nek uitsteekt. Het betoog dat hij brengt en
waarvan de kern zich misschien het beste laat samenvatten in de
boodschap dat angst een slechte leermeester is, blijkt nog veel
dringender dan de noodzaak bij de WHO om een vaccin te vinden tegen
covid-19 en zijn taak blijkt tevens nog veel moeilijker omdat een
enkeling zijn pad naar het publiek eigenhandig en dikwijls in alle
eenzaamheid moet plaveien terwijl voor een wereldomvattende
organisatie die wordt bemand door corrupte toppolitici de weg door de
door hen aan hen onderdanig gemaakte massa's allang en alom geëffend
werd. Alleen al om die reden zijn gebeurlijke onvolkomenheden in dat
betoog menselijkerwijze onvermijdelijk en vergeeflijk. Iets wat men
overigens bezwaarlijk kan zeggen over over de 'onvolkomenheden' van
zekere toppolitici zoals die in de jongste weken aan het licht
kwamen.
Het
gewicht van de autoriteiten is zoals dat van de massa's die hen in
het zadel hielpen. Was het Alexander de Grote die zegde één man te
verkiezen boven een heel leger als hij maar de beste is?
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
7 maart 2023)
06-03-2023
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 15: Wetenschap en waarheid? Leugen en... Kapitalisme!
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
15: Wetenschap en waarheid? Leugen en... Kapitalisme!
Wanneer
Mattias Desmet bij de aanvang van zijn elfde hoofdstuk, Wetenschap
en waarheid,
herhaalt dat de Verlichting aan de basis ligt van het totalitarisme1,
vergeet hij de totalitaire kerk. Zo bijvoorbeeld betoogt O.
Noordenbos: (De
Rooms-Katholieke Kerk) is
een geestelijke macht, want zij beschouwt zich als de enige ware kerk
die door Christus is gesticht. Maar zij is evenzeer een wereldlijke
macht (...). Zij acht zich immers geroepen, ter wille van het eeuwig
heil van het aan haar toevertrouwde mensdom, dat in het leven hier
beneden al wordt voorbereid, ook het leven op aarde te leiden en
te ordenen volgens haar leringen en geboden. Dit betekent dat de kerk
een totalitair karakter heeft.2
De menselijke Rede mag weliswaar niet vergoddelijkt worden maar met
een terugkeer naar het geloof van weleer belanden wij op dat vlak van
de regen in den drop.
Als
zoals Desmet het stelt, nazisme en stalinisme consequenties zijn van
de Verlichting, dan zijn vele eeuwen van kolonialisme en van
slavenhandel alsook de verdrukking van vrouwen en allerlei
minderheden consequenties van de hegemonie van de kerk.
En
wie zich keren tegen de vierde industriële revolutie, vergeten dat
de versmelting van de mens met zijn technologie zo oud is als de
mensheid zelf, alleen al omdat de mens (vaak) gedefinieerd wordt als
'het dier dat werktuigen gebruikt' en werktuigen zijn
'verlengstukken' van het lichaam, ongeacht of het hier een hamer
betreft of een taal.3
Het verlangen naar een wereld zonder pakweg machinale mobiliteit,
bouwkunde, brillen en prothesen is een absurditeit als men niet wil
gaan leven zoals de Amish die zich te paard verplaatsen of de
Jehovah-getuigen die liever hun kinderen laten sterven dan op hen
bloedtransfusies toe te staan.
Kritiek
op de menselijke technologie is weliswaar mogelijk, zoals
bijvoorbeeld bij Martin Heidegger
(1889-1976), in Die Technik und die Kehre uit
1962 waarin
deze filosoof het technische denken bekritiseert waarin activiteit en
controle centraal staan - hij opponeert het aan het bezinnende
denken, gericht op authenticiteit en beleving.4
Tussen haakjes: Hannah Arendt (1906-1975) was een tijdgenote en een
leerlinge van hem. Edoch, zeer zeker is niet zozeer de technologie op
zich verantwoordelijk voor de door Desmet opgesomde ontsporingen maar
wel, zoals Herbert Marcuse in zijn One-dimensional
Man uit 1964
uitvoerig heeft betoogd, het samenspel van wetenschap en techniek met
het kapitalisme, hier te lande ook behandeld door Rudolf Boehm en
later, namelijk als het 'WTK-bestel', door Etienne Vermeersch in zijn
milieu-essay De ogen van de panda
uit 1988.
En
de oorsprong van het kapitalisme moet (andermaal) niet in de
Verlichting worden gezocht maar in de (vooral protestantse) religie:
in zijn werk De protestantse ethiek en
de geest van het kapitalisme legt
Max Weber uit hoe kapitaal en kapitalisme resulteren uit het
samenspel van enerzijds hard labeur en anderzijds de (bijbels
geïnspireerde) afkeer van genot of dus, met twee woorden gezegd, uit
het verdienen van geld dat wordt opgespaard.
(Wordt vervolgd)
(J.B.,
6 maart 2023)
1Mattias
Desmet, De psychologie van totalitarisme, Mattias Desmet en
Pelckmans Uitgevers nv, Kalmthout 2023 (2022), p. 233:
Totalitarisme is het geloof dat het menselijke verstand het
leidinggevende principe kan zijn in leven en maatschappij.
2Dr.
O. Noordenbos in de dertiende jaargang (1965-1966) van het
tijdschrift Maatstaf (Zie de Digitale
Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren) met het artikel
Het katholieke element in de wereldpolitiek : Zie:
https://www.dbnl.org/tekst/_maa003196501_01/_maa003196501_01_0007.php
:
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 14: Fysiek en ethiek!?
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
14: Fysiek en ethiek!?
Mattias
Desmet schrijft dat de stelling volgens welke de materie primeert op
de geest, achterhaald is: de geest is niet een bijproduct van de
hersenen zoals de kwantumfysica volgens de auteur bewijst en daaruit
zou bovendien blijken dat ook de materie in feite geest is.
Edoch,
het (filosofisch) zogenaamde mind-bodyproblem is van een heel andere
orde dan hier door Desmet wordt voorgesteld en het biedt ook een
waaier van filosofisch te onderzoeken mogelijkheden waarbij
doorslaggevende argumenten voor het innemen van welbepaalde posities
alsnog ontbreken. Alleen al de auteur zijn tweedeling van materie en
geest wijst op een volstrekt ongegronde vooringenomenheid en op het
niet vertrouwd zijn met de essentie van het probleem. En de neiging
van de auteur om het belang van de psychologie te onderstrepen of om
hoop te kunnen koesteren op soelaas van de kant van de fysica is
weliswaar begrijpelijk maar op de keper beschouwd is het een
wetenschappelijke uitschuiver. Wanneer hij deze uitschuiver dan
doortrekt om het belang van zijn vak te onderstrepen -het
psychische kan oorzaak zijn van het lichamelijke, eerder dan
omgekeerd1
- en hij geeft het voorbeeld van iemand die in één nacht grijs
wordt ingevolgde angst of verdriet, lijkt het hek wel helemaal van de
dam.
Dat
de vloek van een sjamaan een stamlid kan doden (psychogene dood) en
dat operaties met diepe insneden zonder verdoving of middels
schijnverdoving (placebo-effect) kunnen worden uitgevoerd, zou te
wijten zijn aan een mechanisme dat erin bestaat dat een autoriteit
een krachtige mentale voorstelling opwekt bij zijn subject. Daarop
'smelt' het lichaam zich bij wijze van spreken in die voorstelling:
het lichaam neemt de vorm of de toestand aan van die voorstelling,
dat wil zeggen, het wordt gezond, het sterft, het wordt ziek
enzovoort.2
Zo zal een duif die het beeld van een soortgenoot nooit te zien
krijgt, onvruchtbaar blijven.
Desmet
haalt er opnieuw de negentiende-eeuwse (massapsycholoog) Gustave Le
Bon bij voor de stelling dat overtuigingen van de massa dezelfde
invloed hebben op het lichaam als hypnose en wel in die mate dat
angst voor ziekte en dood bij de massa, zou volstaan om die te
veroorzaken. Een milieu van psychische ontreddering zou immers ook de
weerstand van het biologisch milieu breken. Snijdt het hout wanneer
Desmet er in dit verband Béchamps en Louis Pasteur bij te pas brengt
met hun uitspraak: De
microbe is niets, het is het milieu dat telt3?
Narratieven
(mythen) houden mens en maatschappij in hun greep, aldus Desmet: Het
is niet overdreven te stellen dat ons lichaam volledig geabsorbeerd
en gekoloniseerd wordt door het mythische verhaal waarin we
opgegroeid zijn.4
Er wordt verwezen naar L'efficacité
symbolique van
antropoloog Claude Lévi-Strauss die verhaalt hoe in primitieve
stammen bevallingen ingeleid worden middels suggestieve verhalen. Ook
de Verlichtingsmens is opgevoed in een mythe - die van het
mechanistisch universum waarin de sjamaan nu de medische expert is en
zijn invloed is eigenlijk van dezelfde orde als die van de sjamaan:
het effect van medicijnen zou dan voornamelijk te wijten zijn aan hun
placebo-effect. Desmet geeft de figuur van Grygoriev uit
Solzhenitsyns Goelag
Archipel die
gezond blijft ondanks ouderdom en koude als een van de voorbeelden
van mensen die door zich strikt aan ethische principes te houden, van
de meest verbazingwekkende fysieke veerkracht blijk hebben gegeven.5
Talloze
naar zin zoekende mensen zullen Desmet heel graag geloven en er zal
ongetwijfeld wel een zekere waarheid schuilen in wat hij daar promoot
maar wij zullen beslist niet alleen staan met de sterke indruk dat de
auteur zich hier niet zozeer laat leiden door feiten als wel door
wensen. En paradoxaal genoeg deelt hij deze wensen met zijn
tegenstanders die de Verlichting aanhangen want hun beider ultieme
streven is eender: een uiteindelijk beheersbare
werkelijkheid - in de Verlichting middels de wetenschappen, in het
andere geval middels 'een andere vorm van tovenarij', om het uit te
drukken vanuit het standpunt van Mattias Desmet. En de vraag luidt
dan of de auteur met zijn nieuw mens- en wereldbeeld daadwerkelijk de
rede zal overstijgen ofwel of hij niet veeleer dreigt terug te vallen
in een irrationaliteit die, net zoals in het tijdperk dat voorafgaat
aan de Verlichting, de vrije loop laat aan willekeur en onrecht met
een dan nog bijzonder moeilijk te bestrijden want zeer goed vermomde
wet van de jungle, met in haar verlengde een totalitarisme om u tegen
te zeggen.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 13: Oude wijn in nieuwe zakken
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
13: Oude wijn in nieuwe zakken
In
het derde en laatste deel (de hoofdstukken 9 tot 11) wil Mattias
Desmet een mens- en wereldbeeld aanreiken dat
het universum weer zwanger van zin1
maakt, een ander wereldbeeld dan het mechanistische waarover hij zegt
dat massavorming en totalitarisme er in feite de symptomen van zijn.
Het mechanistisch wereldbeeld (de kosmos als toevallig en doelloos)
is wetenschappelijk achterhaald zoals de kwantummechanica leert maar
gezien de complexiteit daarvan wendt men zich hier tot de
chaostheorie.
Mandelbroth
ontdekte een orde in ruis, chaos. Levende organismen organiseren
zichzelf maar ook de anorganische wereld blijkt aan zelforganisatie
te doen en dat is middels een mechanistisch wereldbeeld
onverklaarbaar: men moet dit beschouwen als creatieve processen. De
beroemde uitspraak van Galilei (1623) 'Het boek van de natuur is
geschreven in de taal van de wiskunde', valt blijkbaar letterlijk te
nemen2Het
chaotische waterrad van Lorenz toont: Ongeacht
hoe chaotisch de bewegingen zijn, ze blijken verrassend genoeg toch
strikt gedetermineerd te zijn.3
(Deterministische onvoorspelbaarheid). Ze doen denken aan irrationele
getallen. Dergelijke
getallen kan men zich inderdaad niet rationeel voorstellen. Dat maakt
dat ze storend zijn in een logisch geordend, rationeel wereldbeeld.
( ) De grenzen van de ratio leiden in eerste instantie altijd tot
onzekerheid, angst en agressie.4
Een meetkundige afbeelding van een chaotisch systeem resulteert niet
in een wolk maar in een regelmatige esthetische figuur,
'Lorenz-attractor' genaamd. Achter de chaos verbergt zich aldus een
sublieme orde die doet denken aan de ideeënwereld van Plato.
Ook
de kwantumtheorie komt tot het besluit dat de kleinste partikeltjes
geen materie zijn doch vormen of ideeën.5
Er is geen rationele maar wel intuïtieve voorspelbaarheid. Het
nastreven van louter logisch begrip kan volgens Pioncaré het juiste
intuïtieve aanvoelen zelfs in de weg staan. (...)
als je je kunt inleven in het rad (van Lorenz) en voeling krijgt met
de diepere ritmiek die in de verscheidenheid van de bewegingen
aanwezig is ( ) , dan ervaar je de tijdloze, creatieve harmonie die
onder de verscheidenheid van de oppervlakkige bewegingen aanwezig is
en wordt het rad een rustgevend fenomeen.6
Dit
is wellicht ook van toepassing op het leven zelf waarvan we de
tijdloze principes moeten leren aanvoelen en ontdekken om de essentie
ervan te kunnen begrijpen en
in contact te staan met het grootste ordenende principe dat uit heel
het universum spreekt7,
aldus Mattias Desmet die hiermee wel bijzonder kort door de bocht
gaat, zo kort dat hij samen met zijn fantasierijke inspiratoren
blijkbaar niet beseft dat zijn conclusie bestaat in het huldigen van
een universum met een volstrekt mechanistisch karakter: de
werkelijkheid beantwoordt weliswaar niet aan simpele wiskundige
wetten maar wel aan een wiskunde die verwijst naar een wat complexere
orde maar nog steeds naar een in wetten te vatten orde, wat het
aloude geloof van de Verlichting spekt, namelijk het geloof in een
principieel
beheersbare werkelijkheid.
Hij gaat dan zowaar een pleidooi ontwikkelen voor de herwaardering
van principes en het verwerpen van de opportunistische moraal om op
die manier opnieuw de zin te kunnen ervaren van het leven, die door
de Verlichting verloren ging omdat zij met haar enge rationaliteit de
menselijkheid vernietigt. Dit
is misschien wel de meest directe en concrete illustratie van de
stelling van Hannah Arendt dat totalitarisme uiteindelijk het
symptoom is van een naïef geloof in de almacht van de menselijke
ratio.8
Desmet verwijst m.b.t. de chaostheorie naar J. Gleich zijn Chaos:
making a new science uit
1987. Een herwaardering van de veronachtzaamde causa
finalis
van Aristoteles is uiteraard wel op zijn plaats inzake de kritiek op
het nu heersende wereldbeeld maar deze zal zich sowieso blijvend aan
alle mogelijke berekeningen onttrekken omdat zij te maken heeft met
de subject-objectspanning en derhalve van een heel andere orde is dan
alle zaken welke geobjectiveerd kunnen worden.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 12: Over het verdoezelen van het complot
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
12: Over het verdoezelen van het complot
Mattias
Desmet beweert dat niet een complot de oorzaak is van bijvoorbeeld
een totalitair systeem maar wel een ideologie. Hiermee zendt hij wie
naar de oorzaak zoeken uiteraard van het kastje naar de muur. Het
smeden van een complot is in wezen immers quasi hetzelfde als het
fabriceren van een ideologie omdat een ideologie een theorie is welke
posities inneemt inzake wat goed en kwaad is of gewenst en ongewenst,
waaruit dan de agenda van de samenzweerders voortspruit en de som van
theorie en agenda vormen de ideologie. Complotteren is in wezen niets
anders dan het maken en vervolgens uiteraard ook het volgen van een
ideologie, waarbij uiteraard de ideologie eerst gefabriceerd dient te
worden, wat gebeurt door een kleine groep, een elite, en vervolgens
gevolgd wordt door een massa mensen die er onder sociale druk mee
'instemmen'. De ideologie gaat weliswaar vooraf aan wat de massa
doet die haar volgt maar uiteraard gaat de ideologie niet vooraf aan
wat een elite
bekokstooft wanneer zij complotteert. In het bestempelen van de
ideologie als oorzaak van (bijvoorbeeld) een totalitair systeem en
het complot als een fata morgana, wordt een bedrieglijke
'vereenvoudiging' van de gang van zaken doorgevoerd met de bedoeling
om elk vermoeden omtrent complotvorming de kop in te drukken. Het is
niet zo dat de ideologie het (totalitair) systeem veroorzaakt: de
gang van zaken is dusdanig dat, in eerste instantie, een elite de
smid is van een complot of de fabrikant van een ideologie en dat de
ideologie op haar beurt, maar dan samen met een zekere sociale druk,
het doen en laten van de massa regelt.
Die
sociale druk is overigens een alles behalve bijkomstig ingrediënt
dat door de genoemde elite met forse middelen dient aangewend te
worden om de ideologie aan de massa te kunnen opdringen en waar dat
eertijds gebeurde door het hanteren van de zweep of de chicotte (uit
het koloniale tijdperk), gebeurt dat vandaag met fikse boetes die
diep in het vlees snijden alsook met allerlei vormen van
excommunicatie, gaande van spreekverbod en boekenverbranding tot
beroepsverbod en (karakter)moord. De aanwending van die tactiek heeft
tijdens de pandemie haar superioriteit en haar efficiëntie andermaal
bewezen.
Dat
de leider louter een uitvoerder zou zijn van de wil van de massa, kan
in dit geval slechts betekenen dat hier uiteindelijk noch mensen noch
ideologieën aan het werk zijn maar wel blinde driften of zuchten,
zoals bij uitstek de hebzucht, de machtshonger en gelijkaardige
lusten. Zo bijvoorbeeld is het in de koloniale geschiedenis van de
Congo overduidelijk hoe (per definitie immer onbevredigbare) lusten
en zuchten koning Leopold II van België en zijn medewerkers hebben
gestuurd om ideologieën na te volgen (zoals het racisme) of om
begane wreedheden (de genocide op naar schatting twaalf miljoen
Congolezen) te verdoezelen, in casu onder de dekmantel van
beschavingswerk en christianisering. Leopold wilde in de gunst komen
van een prostituee (die op haar beurt in dienst stond van de hebzucht
van een pooier) die hij bedacht met kostbare geschenken (onder meer
kastelen), waartoe rijkdom verzameld moest worden, wat gebeurde
middels slavernij en massamoord welke mogelijk werden gemaakt door
bij de uitvoering daarvan de afstand tussen dader en slachtoffer zo
gigantisch te maken dat zelfs vermeden werd dat de opdrachtgever zijn
'slagveld' ooit bezocht zodat hij met het geslachtofferde volk
slechts in contact kwam zoals de bezoeker van een zoo in contact komt
met gekooide dieren achter een plakkaat: Verboden te voederen.
Vergeet
derhalve de ideologie, het complot, de massa en de elite als vaak
genoemde oorzaken van het totalitair systeem of welke andere hel dan
ook: de oorzaak van het kwaad is niet een mens, een mensenmassa, een
gedachte of een theorie maar veeleer de volstrekte afwezigheid
van het persoonlijke en van het menselijke en de volstrekte
afwezigheid van alle
denken en van alle redelijkheid, de afwezigheid
van doelen ook omdat een zucht geen doel kan hebben daar hij
intrinsiek onbevredigbaar moet blijven. Het kwaad, zo formuleerde het
Augustinus van Hippo het reeds in de vierde eeuw, is niet een
entiteit op zich, doch een tekort
aan het goede, een afwezigheid, een leegte.
Insgelijks
is het goede niet een natuurlijke toestand die er spontaan zou zijn
maar wel een met veel inspanningen en zorg ter wereld gekomen
situatie die voortdurend blijvende inspanningen vergt - immers:
Niets schoons werd ooit geboren waarvoor een mens niet
zijn heetste hartebloed gegeven heeft,
zoals de negenennegentig jaar geleden gestorven Adama Van Scheltema
het eenmaal dichtte. Het leven maar ook het menselijk leven en
vervolgens het moreel goede leven zijn geen vanzelfsprekendheden doch
realiteiten die moeten worden opgericht en onderhouden en waar de
inspanningen daartoe, die uiteraard grote offers vergen en
uiteindelijk ook het offer van het eigen leven, ontbreken, neemt het
kwaad bezit van alle zijn, in allerlei gedaanten, waarvan het
totalitarisme er slechts één is.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 2 maart 2023)
01-03-2023
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 11: De verborgen misdaad
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
11: De verborgen misdaad
Het
achtste hoofdstuk van De Psychologie van Totalitarisme
draagt de titel: Complot en
ideologie. De Sierpinski-driehoek is een meetkundige figuur die
geheel ongewild ontstaat wars van onze kennis door toepassing van
enkele eenvoudige regels en op dezelfde manier ontstaat een
complottheorie. Massavorming en complottheorieën houden gelijke tred
en zo worden menners van de massa vaak als complotteurs gezien. De
Protocollen van de Wijzen van Sion is
hier voorbeeldig als (bewezen) verzinsel (met enorme bijval) van de
Russische orthodoxen om het antisemitisme te verantwoorden. Een ander
voorbeeld is de vermeende samenzwering van de Jezuïeten zoals
beschreven in de Monita Secreta in
de haatcampagne tegen deze orde. De benaming 'complottheorie' wordt
vaak onjuist gebruikt maar hij wordt zelden of nooit
toegepast op theorieën die in lijn liggen met het dominante verhaal
en nochtans échte complottheorieën zijn1
(ongeacht of ze waar of onwaar zijn). Vaak geven gedeelde leugens en
roddels de indruk van
een complot, een plan. Er lijkt een plan te zitten achter het
samenstromen van een massa naar één punt maar dat is bedrog: het
(enige) doel (van alle
mensen in de massa) is het zwartste punt - de plek waar de
meeste mensen bij elkaar zijn2
Idem inzake de harmonische patronen gevormd door een zwerm spreeuwen,
door etholoog N. Tinbergen nog een 'superindividu' genoemd. De
moderne massa stuwt altijd in dezelfde richting: de
hypergecontroleerde maatschappij.3
Het 'complot' bevredigt de behoefte aan uitleg bij wie zich niet
laten meeslepen door de massa en daardoor in onduidelijkheid
verkeren: men wil een zondebok om zijn agressie op te richten. Op die
manier vervult het complotdenken dezelfde functie als de
massavorming: de wereld is niet langer absurd maar
logisch4
: het complot geeft een verklaring. Uiteindelijk
ontstaat er een zo fundamenteel wantrouwen dat men ervan uitgaat dat
wat 'de mainstream' als juist beschouwt, zeker verkeerd moet zijn:
als het mainstreamverhaal bijvoorbeeld zegt dat de aarde rond is, dan
moet ze plat zijn.5
Men ontmenselijkt dan bijvoorbeeld de elite van wie men gelooft dat
zij het wereldgebeuren in de hand heeft, wat pure fictie is. Zelfs de
auteur van het boek over totalitarisme werd ervan verdacht
complotteur te zijn, namelijk in de 'controlled
opposition'. Er wordt wel
gestuurd en gemanipuleerd, zegt Mattias Desmet, maar die sturing
gebeurt niet door personen maar door een ideologie en dat is vandaag
de mechanistische: de wereld is een te repareren machine en daar komt
geen ethiek meer aan te pas.
Desmet
wil nu ook de achterdocht ontkrachten die een gevolg is van de
publicatie The Great Reset van
Klaus Schwab: van een geheim complot
is er niet veel sprake, want alle genoemde 'plannen' zijn open en
bloot te vinden op het internet.6
Maar het antwoord op die tegenwerping gaven wij reeds in een tekst
d.d. 5 maart 2021, meer bepaald de eerste paragraaf getiteld:
Nikolaj Stawrogin, Andrej Mysjkin en
het Vierde Rijk
in het hoofdstuk: The great reset:
over schatrijke megalomane barbaren en hun speelgoed in
Panopticum Corona,
7
welke hierna wordt herhaald:
The
Purloined Letter
uit 1844 van Edgar Allan Poe8
toont op een nimmer geëvenaarde wijze hoe de beste plaats om een
misdaad te verbergen de openbaarheid is: niemand zal het in zijn
hoofd halen om wat tot elke prijs verborgen hoort te zijn, te gaan
zoeken in het volle licht. Onder de titel Covid-19. The
Great Reset9
publiceerde op 9 juli 2020 met de assistentie van de neoliberale
econoom Thierry Malleret, de stichter van het Wereld Economisch Forum
(WEF), Klaus Schwab, zijn plan uit 1971 voor een complete omvorming
van niet alleen de economie maar van het hele mensdom. Een omvorming
van het mensdom tot wat?
Het
gaat om een plan dat niet toevallig in de beginfase van de
coronapandemie (in juni 2020) op tafel werd gelegd en wel door
niemand minder dan Zijne Koninklijke Hoogheid de Prins van Wales.
Deze prins van wat nog rest van The British Empire, dat hem
kennelijk achterliet met nostalgie, deed dat samen met de stichter
van het WEF, Klaus Schwab, die het ontwerp al sinds 1971 in de
koelkast had liggen en die ter gelegenheid van de pandemie het
ogenblik aangebroken achtte om het ten uitvoer te brengen. Schwab
stichtte in 1971 namelijk het WEF (toen nog het Europees Management
Forum genoemd) met de bedoeling... de wereld te verbeteren!
Der
Weltverbesserer is de titel van het luttele jaren later (in 1979)
gepubliceerde toneelstuk van Thomas Bernhard over een
wereldverbeteraar. Maar zo diepzinnig en pessimistisch als Bernards
hoofdfiguur is, zo ondoordacht en luchthartig is het plan van prins
Charles en zijn entourage van wereldverbeteraars: een utopie die door
de Deense politica en WEF-medewerkster Ida Auken in Forbes Magazine
van 10 november 2016 gekenschetst werd onder de verbijsterende titel
die ook het motto is van de voortrekkers van deze fabel: Welcome
To 2030: I Own Nothing, Have No Privacy And Life Has Never Been
Better10.
De gruwelijke distopie van een bezitsloos bestaan zonder privacy
wordt de nieuwste utopie van de huidige machthebbers! Deze gemene
streek wordt inderdaad verborgen in het volle licht: het plan om alle
mensen, zoveel als er op de aardbol leven, te beroven van hun bezit
én van zichzelf, want dat is de betekenis van het ontzeggen van een
mens van zijn privacy: wie geen geheimen meer heeft, bestaat niet
langer omdat hij zich niet meer van anderen onderscheidt; hij is
datgene kwijt wat hem uniek maakt en hij wordt gelijk aan ieder
ander. Door de roof van de privacy wordt de bonte mensheid
gereduceerd tot een leger van allemaal eendere, slaafse robots. En
uiteraard volgt daar dan onvermijdelijk uit dat voortaan niemand nog
onvervangbaar zal zijn. De waarde van een mens wordt herleid tot zijn
economisch nut; de mens wordt een voorwerp. Hij is zonder bezit en
kopen doet hij derhalve niet meer: hij is daarentegen zelf koopwaar
geworden. En omdat hij vervangbaar is door principieel ieder ander,
kan hij ook probleemloos worden 'uitgeschakeld' van zodra hij niet
langer nuttig is. Wanneer hij aanklopt bij de overheid om zich erover
te beklagen dat hij als louter koopwaar wordt behandeld, zal zij hem
antwoorden: Excuseer, mijnheer, maar u bestaat niet meer.
Erger
nog dan de misdaden begaan in de concentratiekampen, aldus overlever
van de nazikampen Primo Lévi, is de onverschilligheid. De grote
Russische schrijver Fjodor Michailowitsj Dostojewskij (1821-1881)
verpersoonlijkte die onverschilligheid in de figuur van Nikolaj
Stawrogin in zijn roman Demonen. Stawrogin ervaart het doen
van kwaad als een verrukking; hij beseft zijn laagheid en hij geniet
ervan; hij leeft in een angstwekkende oppervlakkigheid. Maar met de
onverschilligheid van Stawrogin schildert Dostojewskij deze van de
ganse negentiende-eeuwse Russische intelligentsia én de westerse
cultuur: het is een ontworteling, een verlies van de banden met het
levende leven, dat goddeloosheid en gewetenloosheid meebrengt: Wie
geen grond onder de voeten heeft, bezit ook geen God, zo zegt
Andrej Mysjkin in De idioot en Dostojevski laat zien hoe het
verloren gaan van de religieuze dimensie, de diepte onttrekt aan het
bestaan zelf, waardoor alles losser wordt, wat volgens hem de
oorzaak is van het toenemend aantal zelfmoorden in het toenmalige
Rusland en in de hele westerse civilisatie: De mensen verliezen
niet alleen de band met de aarde, maar evenzeer de band met elkaar.
De levende communicatie tussen de mensen onderling heeft aan diepte
verloren. Er voltrekt zich een soort desintegratie, een
versplintering van de waarachtige samen-leving tot ontelbare
geïsoleerde levens.11
Uitgerekend deze door Dostojewskij raak beschreven hel wordt wordt
met een satanisch enthousiasme nagestreefd door de samenzweerders
tegen de huidige mensheid die zich verenigen in het WEF en die
elitaire samenkomsten houden in Davos en op nog andere geheim
gehouden plaatsen. Zij amuseren zich met het treffen van beslissingen
over het leven van ontelbare anderen en op die wijze trachten zij in
hun zieke geestestoestand aan zichzelf de illusie te verkopen dat
zij inderdaad zelf geen mensen zijn doch goden. Zij zijn hoe dan ook
miljardairs en derhalve hogepriesters in de eredienst aan de Mammon.
En zo duur en hoogdravend als zij hun plannen laten uitschijnen, zo
arrogant, oppervlakkig, megalomaan, laaghartig en misdadig zijn ze.
Zij hebben de mond vol over een vierde industriële revolutie en over
transhumanisme maar een overzicht van de inhoud van hun pamflet
verraadt een culturele barbarij die deze van het Derde Rijk naar de
kroon steekt en met in het verschiet een totalitarisme dat de tijd
van Goelags en van concentratiekampen in zijn schaduw stelt.
Tot hier deze
tegenwerping. Dat het wel degelijk vaker om plannen gaat, wordt
behandeld in de daarop volgende paragraaf, getiteld: Een eindeloze
rij van 'wereldverbeteraars'.12
11Lathouwers,
M.A. (1968). Dostojewskij, Desclée De Brouwer,
Brugge/Utrecht 1968, pp. 38-44.
12Zie:
Jan Bauwens, Panopticum Corona, pp. 1013v. Voor de integrale
tekst op het internet, zie: 170161.pdf
(seniorennet.be)
27-02-2023
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 10: De menners van de massa
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
10: De menners van de massa
Een
snood plan achter de menners van de massa moet men niet gaan zoeken:
zij zijn nog het meest van allen onder hypnose. Hiermee waarschuwt
Mattias Desmet tegen het complotdenken waarvan men hem meent te
kunnen beschuldigen. Het kwaad is banaal, zegt Hannah Arendt: er is
veeleer meeloperij dan boosaardigheid; men wordt betoverd door een
ideologie zoals het racisme.
Idem
tijdens de coronacrisis: sommigen willen antivaxers sociaal
discrimineren omdat de cijfers zouden zeggen dat zij het virus
verspreiden en zo ontstaat totalitarisme: zowel Hitler als Stalin
schreven hun gezag toe aan 'genadeloze dialectiek'. Wat
de menners ( ) kenmerkt, is ( ) hun morbide ideologische
gedrevenheid: de realiteit zal en moet worden aangepast aan de
ideologische fictie.1
In
het vervolg van dit (zevende) hoofdstuk volgt Mattias Desmet
voornamelijk Hannah Arendt.De nazi's (bij
uitstek Eichmann) waren in veel opzichten wel degelijk
overtuigd van hun goede bedoelingen (...)2
En Eichmann kon de joden overtuigen wetens en willens mee te werken
aan hun eigen eliminatie: 'Immerzu fahren hier die Leute
zu ihrem eigenen Begräbnis.'3De Duitsers zelf bleven Hitler trouw in zijn plannen,
ook als die inhielden dat er ook onder hen grote zuiveringen zouden
worden doorgevoerd (gepland was de eliminatie van Duitsers met hart-
en longproblemen (...))4
De
massa en haar leiders hypnotiseren elkaar: (...) de
feiten werden aangepast om de cijfers te doen kloppen5,
wat charlatanisme is. Onschuldigen bekennen gedwee schuld om bij de
partij te kunnen blijven. Zelfs eigenbelang wordt blindelings
opgeofferd aan een ideologische fictie alsook de eigen economie.
Experimenteren op mensen is ( ) de ultieme
onderwerping van de realiteit aan de pseudowetenschappelijke,
ideologische fictie.6
Uit
de aanname van de doctrine volgen dan logischerwijs de meest absurde
regels: 'Je kunt geen A zeggen zonder B en C te zeggen,
en zo verder tot aan het einde van het dodelijke alfabet', zei Hannah
Arendt7
De psychologische essentie van totalitarisme: (het) is
een poging om de meerduidigheid van menselijke taal te reduceren tot
de eenduidigheid van een tekensysteem.8
Totalitarisme wil zich van de onzekerheid die uit de menselijke
taalrijkdom voortvloeit, ontdoen of dus taal herleiden tot het vaste
conditionerende signalen waarmee dieren interageren.
De logica van een
totalitair systeem ( ) wordt typisch absurder en absurder. ( ) De
richtlijnen ( ) veranderen voortdurend, er zijn altijd maar nieuwe
reacties op nieuwe bedreigingen nodig. Denk aan de varkens op Animal
Farm die 's nachts nieuwe regels op de muur kalkten.9
Hetzelfde gebeurt met de coronaregels: van flatten the
curve, over crush the
curve, naar prevent
the curve. Strengere maatregelen
maken meer slachtoffers maar ook andersom worden de maatregelen
onmenselijk streng, zoals het idee dat tijdens de
coronacrisis geopperd werd om mensen onder te brengen in
isolatiecentra.10
En zo ontstaat willekeur.
Maar
totalitaire systemen zijn (gelukkig) zelfdestructief: de leider wordt
op zijn beurt geleid door waanzin - de bevrijdende tegenstemmen heeft
hij al geïsoleerd en geëlimineerd. Zoals ook onder Stalin worden
steeds meer 'objectieve vijanden' gecreëerd: mensen die niets hebben
gedaan maar er wel toe in staat geacht worden. De 'grote zuiveringen'
volgen dan de willekeur. Onder Hitler werd (cynisch genoeg) de totale
destructie verhinderd door de oorlog.
Het
totalitarisme onderwerpt de maatschappij aan een ideaalbeeld zoals
raszuiverheid en zowel de massa als de leiders worden er door
meegesleurd.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 9: Liefdevolle verbondenheid of solidariteit?
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
9: Liefdevolle verbondenheid of solidariteit?
De
coronamaatregelen zijn absurd maar de boodschap is
duidelijk: het individu moet op elk moment tonen dat het zich
onderwerpt aan het belang van het collectief door opgelegde
symbolische (rituele) gedragingen te stellen.1
Solidariteit dus. Het groepsdrukexperiment van Asch illustreert de
enorme impact van massavorming op het oordeelsvermogen van het
individu. Als iets apert zwart is maar het gaat bij iedereen door
voor wit, dan zal een enkeling zich daar bijna nooit tegen verzetten
en dat is ook wat gebeurt in het virusverhaal. Het effect van
massavorming is gelijk aan dat van hypnose veroorzaakt door de
vibrerende stem van de leider die alle andere stemmen uitschakelt en
(middels verklikken) zelfs doordringt tot in de privésfeer.
Anderzijds zuivert totalitarisme de privésfeer ook van
alternatieve stemmen door een verregaande sociale fragmentering en
isolering teweeg te brengen.2
Hierdoor zorgt massavorming ook voor het uitschakelen van alle
dissidente stemmen waartoe deze van Mattias Desmet behoort. Het
absurde zegeviert dankzij de vernauwing van het aandachtsveld dat in
de context van de pandemie alleen nog de strijd tegen het virus ziet
en niets van door die strijd aangerichte schade (de zogenaamde
collateral damage) en
alleen wat het verhaal ondersteunt, wordt in grafieken uitgedrukt of
krijgt empathie. De door de massa gevormde fictie is voor de
'massamens' de enige realiteit en dissidente stemmen worden niet
verdragen: wie niet meedoet, is een verrader van het
collectief.3
Meer nog: de massa is geneigd tot wreedheden jegens wie
haar weerstaat en voert die typisch uit alsof het een ethische,
heilige plicht is. ( ) Got mit uns.4
En hier maakt Desmet zijn punt: Dat is uiteindelijk het
verschil tussen de solidariteit van de massa en liefdevolle
verbondenheid: de eerste gaat altijd ten koste van een bepaalde
groep, de tweede niet.5
Dat beweert Desmet. Edoch, hiermee kan men het bezwaarlijk eens zijn
want waar solidariteit geen wet is, ontbreekt de bescherming van de
zwakkeren en zo ook waar men zich vertrouwt op de goedheid van het
volk: liefdadigheid kan de sociale zekerheid niet vervangen en een
witte streep op straat beschermt de zwakke weggebruikers niet.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 8: De ultieme belediging
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
8: De ultieme belediging
Het
achtste hoofdstuk heet: De opkomst van de massa.
In 1784 zet Immanuel Kant de Verlichting in, het tijdperk van de
Rede, maar anderhalve eeuw later verkeert die in haar tegendeel met
in Duitsland het nazisme en in Rusland het Stalinisme, beide
totalitaire staten en dus gegrond in het
maatschappelijk-psychologisch proces van massavorming met als
kenmerken: de bereidheid ( ) om persoonlijke belangen
blind op te offeren voor het collectief, radicale intolerantie ten
aanzien van dissidente stemmen, een paranoïde verklikkersmentaliteit
(in functie van de
staatscontrole), de merkwaardige vatbaarheid voor absurde
(pseudowetenschappelijke) indoctrinatie ( ), ( ) enge logica ( ),
teloorgang van diversiteit en creativiteit ( ), zelfdestructiviteit
( ).1
De massapsychologie is
actueel, zo beweert de auteur, omdat een nieuw soort
(technocratisch) totalitarisme aan het oprijzen is.2
Wij evolueren namelijk naar een surveillancemaatschappij met
verklikking en het verdwijnen van de privacy. Bijvoorbeeld met de
introductie van de QR-code en een eraan gekoppeld experimenteel
vaccinatieprogramma als voorwaarde om toegang te krijgen tot de
publieke ruimte3
In dit vijfde hoofdstuk wordt beschreven hoe de massa zich vormt.
Een massa bestaat
volgens Le Bon uit allemaal uniforme elementen die niet langer
rationeel denken maar zich overgeven aan impulsen wars van rede en
moraal. Massa's bestaan sinds lange tijd en in soorten maar kwamen
fors op sinds de negentiende eeuw en de waarschuwing van Le Bon uit
1895 dat ze konden leiden tot totalitarisme werd bewaarheid met de
opkomst van nazisme en Stalinisme. (Massavorming)
was een logisch uitvloeisel van de effecten van de rationalisering en
de mechanisering (...)4
Desmet vergelijkt de vorming van een massa met de vorming van
convectiepatronen in opgewarmd water: (ze)
veranderen het gedrag van de individuele watermoleculen ( )
volledig ( ).5
In de loop van de geschiedenis werden massa's steeds groter en
vandaag omspant de massa n.a.v. de pandemie de totale
wereldbevolking.
De vorming van grote
massa's beantwoordt aan vier voorwaarden welke nu weer apert aanwezig
zijn: sociaal isolement, gebrek aan zingeving, angst of psychisch
onbehagen en tenslotte ongebonden frustratie en agressie die
nog op zoek is naar een object.6
Dat object van angst wordt gesuggereerd in de publieke ruimte en
wordt tot de gezamenlijk te bestrijden zondebok of vijand, zoals de
joden onder de nazi's of de antivaxers in het pandemietijdperk - de
gezamenlijke vijand is meteen de verenigende vijand waarop de
frustratie wordt afgereageerd, wat de eenzamen weer onderling
verbindt die dit als een roes ervaren, bijvoorbeeld in de samenzang
en de inhoud doet er niet toe, men neemt het meest absurde voor waar
aan. De samenleving is dan plots omgekanteld van rationeel
individualisme naar irrationeel collectivisme met als doel om
het individu aan de groep te onderwerpen.7
Desmet geeft het voorbeeld van de absurditeit van de
coronamaatregelen8
die vaak geen weerstand oproept en dit aperte spreken van de waarheid
vanuit de onaantastbare wetenschap is onvermijdelijk het equivalent
van de ultieme belediging van de leugenachtige gezagsdragers.
Hun enige redding bestaat erin om samen met de waarheid de wetenschap
zelf geweld aan te doen, wat gebeurt in de veroordeling van de
'theorie' van Desmet als zijnde iets volstrekt onwetenschappelijks en
leugenachtig. En jawel, men heeft ongetwijfeld lang moeten zoeken,
maar men heeft een 'leugen' gevonden: Desmet heeft met eigen ogen
geen openhartoperatie onder hypnose zien gebeuren. Om deze zo nijdige
wraak van een vergezocht kwaad volledig onzichtbaar te kunnen maken,
moeten we nu uiteraard ook in alle talen verzwijgen dat in arme
streken waar lachgas of gepaste apparatuur ontbreken, ook de
pijnlijkste operaties onverdoofd gebeuren terwijl een geïmproviseerde
anesthesist de patiënt ledig houdt met een of ander bezwerend lied
of verhaal.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 7: Het verlangen naar een Meester (vervolg)
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
7: Het verlangen naar een Meester (vervolg)
De
Verlichting zou de angst voor ziekte en lijden bestrijden maar dat
gebeurde niet, de mens blijkt minder weerbaar dan ooit voordien, wat
zich bijvoorbeeld uit in pijnstillergebruik en verzekeringsdrift,
waardoor de kuur erger wordt dan de kwaal, zo legt Mattias Desmet uit
en men zou verwachten dat de auteur hier zou verwijzen naar de
opnieuw bijzonder actuele maatschappijcriticus Ivan Illich met zijn
Medical Nemesis
d.d. 1975 waarin het begrip van de iatrogenese (dit wil zeggen: de
ziek makende werking van de geneeskunde) centraal staat maar dat
gebeurt dus niet. Wel komt hij in wat volgt voor de dag met enkele
(volgens sommige sterk betwijfelbare) theorieën uit de
ontwikkelings- en de dieptepsychologie uit het begin van de
voorgaande eeuw en vroeger en teruggaand naar figuren zoals
massapsycholoog Gustave Le Bon die behalve Hannah Arendt ook Sigmund
Freud inspireerde over welke onderzoek verregaand bedrog aan het
licht bracht, met name verzonnen gevalstudies en heel veel fantasie
en dat laatste geldt des te meer voor de zogenaamde dieptepsychologen
uit dezelfde periode die theorieën hebben verzonnen die met een
grote korrel zout dienen te worden genomen. Le Bon werd op zijn beurt
geïnspireerd door de massapsycholoog
Scipio Sighele... een
positivist!
Overbezorgdheid
en controle tasten rechten en vrijheden aan alsook het sociale
weefsel, daar men vreest gevaarlijk te zijn voor elkaar, zoals
tijdens de pandemie, wat leidt tot narcisme en regeldrang, aldus
Desmet en hij bespreekt beide verschijnselen en ziet ze ook opduiken
in de huidige maatschappij.
Wat
betreft narcisme legt hij uit hoe dieren onderling eenduidig tekens
uitwisselen terwijl menselijke taal nooit eenduidig is, wat de
twijfel voedt. Het spiegelbeeld heft die twijfel op: Dat
beeld zegt hem (de baby) in één klap wie het is en moet zijn om het
object van het verlangen van de moeder te kunnen zijn. (Het) lijkt
een antwoord te bieden dat de taal nooit kan bieden ( ) het
archetype van de narcistische ervaring.1
Die eist een tol want die vergt de 'uitschakeling' van alle anderen:
de narcist boet in aan menselijkheid, hij raakt opgesloten in zijn
zelfbeeld en verliest zijn empathisch vermogen, isoleert en
vereenzaamt, wat meteen zelfdestructie betekent. Zo brengt overdreven
investering in uiterlijke schijn, innerlijke leegte mee. Nu neemt het
narcisme in de jongste decennia toe tezamen met onzekerheidsgevoelens
en burn-out.
Regeldrang is een tweede
fenomeen dat samengaat met onzekerheidsgevoelens: het kind wil
(obsessief) de regels kennen die het moet volgen om bemind te worden,
wat nooit eenduidig is en om voortdurende specificatie vraagt (de
'waarom-fase' rond de leeftijd van 3,5 jaar) waarbij van de ouder
geëist wordt dat hij de alwetende meester is. Blijkt dat niet zo,
dan ontstaan oeronzekerheid, oerangst en het gevoel verstoten te zijn
(door de moeder). Het kind verzandt dan in een eindeloos streven naar
mentale perfectie en wordt daarvan pas verlost door de aanvaarding
dat er geen definitief antwoord bestaat.
Ook op maatschappelijk
vlak gebeurt nu iets gelijkaardig, zegt Desmet: regeldrang, zowel
door de overheid als door het volk dat om strengere regels vraagt -
uiteindelijk opnieuw om de onzekerheid te bekampen. En de auteur somt
een aantal voorbeelden op van de nieuwe, hypocriete en hyperstrenge
moraal van de zogenaamde 'woke-cultuur' gaande van de reglementering
van studentendopen, de MeToo-affaires, de Black Lives
Matter-beweging, de bekladding van standbeelden van kolonialen en de
regels ter bescherming van het milieu tot de absurditeiten inzake
looprichting, afstandhouden en 'bubbels' in de coronacrisis. Nu zijn
de problemen die door de Nieuwe Moraal aan de kaak worden gesteld wel
legitiem, aldus Desmet, maar de voorgestelde oplossingen zijn dat
niet, ze zijn vaak contraproductief: regeldwang doet op eieren lopen
en de auteur verwijst naar Freud met de stelling dat het verdrongene
verheftigd terugkeert en dat de nieuwe moraal steeds agressiever
afgedwongen wordt.2
Vroeger waren er ook regels en taboes maar die waren stabieler, zegt
Desmet: vandaag veranderen ze om de haverklap. Maar dat doen
inzichten toch ook?
Desmet wil het euvel
wijten aan toegenomen wantrouwen en controle (bureaucratie en
administratie) die steeds meer tijd en energie opeist van iedereen en
dan nemen de psychische problemen toe. Desmet meent dat
voorrangsregels in het verkeer (zoals het verplichte ritsen) onze
vrijheid beperken maar hij ziet de essentie van de wetten over het
hoofd: zij bevrijden ons immers van de moordende willekeur welke tot
spijt van wie het benijdt sowieso een feit is ingevolge het recht van
de sterkste, de wet van de jungle - met andere woorden: de
wetteloosheid. Neemt Desmet dan vrede met de 'moordstrookjes' voor de
zwakke weggebruikers? Wil hij dan de bescherming van de oudjes
overlaten aan het kroost en het pensioen afschaffen? Wil hij in zijn
wereldvreemheid de sociale zekerheid vervangen door vrijwillige
giften aan de armen? Wil hij de wetten tegen het racisme afschaffen
en de veiligheid van homo's overlaten aan de goedheid van het volk
zoals dat het geval is in het Tsetsjenië van Ramzan Kadyrov? Het
sociale weefsel waar hij zo hoog mee oploopt zal dunkt mij veeleer
zorgen voor sociale uitsluiting van andersdenkenden, gehandicapten of
al dan niet gekleurde buitenlanders. Dijken wij maar tijdig de
zogenaamde 'buurtinformatienetwerken' in en laten wij die taken
verder toevertrouwen aan wel opgeleide politiemensen vooraleer het te
laat is en zich toestanden gaan voordoen met overijverige
burgerwachten en spionnen zoals destijds in Roemenië, in
Oost-Duitsland of in het eigen Vlaamse gewest ten tijde van de VNV,
de Hitlergetrouwen en de slippendragers van de kerkvorsten. Of is het
dan niet verkieslijker dat macho's zich beledigd voelen en
gefrustreerd als de wet hen verbiedt om vrouwen na te fluiten op
straat dan dat vrouwen de straat niet meer op durven uit angst voor
verkrachting? Want alras gaat die wetteloosheid het gelijk voeden van
wie (en dan godbetert nog in universiteiten) uitroepen dat het
huwelijk aan mannen het recht verschaft om vrouwen te verplichten
hun benen open te doen3
alsof het ging om vee maar dan in het tijdperk dat voorafging aan dat
van de dierenrechten. Maar vermoedelijk heeft Desmet helemaal geen
boodschap aan dierenrechten en wil hij een lans breken voor het
rituele slachten en waarom ook niet voor het slachten van de
eerstgeborene, ter bevestiging van de trouw aan Jahweh, de 'jaloerse
god', zoals in het tijdperk dat nog voortduurde tot aan Abraham en
Isaak?
Neen, de wetgeving is
geen schijnoplossing tegen onzekerheid en angst, de geschiedenis zelf
leert ons dat wij op twee oren kunnen slapen als wij aannemen dat
precies het tegendeel het geval is. De ouders zijn niet onwetend en
almachtig maar ook de goden die projecties van de ouders zijn, zijn
dat niet: zij zijn geen goden, of beter: goden bestaan niet. En als
de principes die zij ons opleggen, met hen wegvallen, dan sind
wir selber Götter4
(De
symptomen van regeldwang) komen vooral voort uit de
prangende nood bij de bevolking aan een autoritaire instantie die
richting geeft, die de last van
de vrijheid en de daarmee gepaard gaande onzekerheid van de
schouders neemt5,
zo citeert hij Hannah Arendt, En de overheid vult die vacature
ook gewillig in.6
Desmet vergeet dat de kerk daartoe het voorbeeld heeft gegeven want
hier pleit niemand minder dan de hoger al vermelde grootinquisiteur
van Dostojevski. Moeten wij nu echt terug naar de autoritaire leer
van de kerk met haar index van verboden boeken of kiezen wij resoluut
voor Wikipedia dat, overeenkomstig de essentie van wetenschap en
waarheid, die transparantie is, de encyclopedie is van principieel
iedereen?
3Vrouwen
willen wel privileges, maar willen niet meer hun benen opendoen:
dat zijn letterlijk de woorden van dr. Jeff Hoeyberghs in de Ugent
tijdens een voordracht op 4 december 2019.
4Franz
Schubert, Winterreise (gedichtencyclus
van Wilhelm Müller op toon gezet door Franz Schubert), zang 23,
Mut, laatste strofe:Lustig in die Welt hinein/Gegen Wind und Wetter!/Will kein Gott
auf Erden sein,/Sind wir selber Götter!
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 6: Het verlangen naar een Meester
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
6: Het verlangen naar een Meester
De
mechanistische wereld geeft aanleiding tot recessie, depressie,
ziektes en uiteindelijk ook de totalitaire staat vanuit de
overtuiging dat de eigen fictie de realiteit is en derhalve aan
anderen mag worden opgelegd, zo schrijft Mattias Desmet over de
verlichte wereld die nu de plek inneemt van de kerk van weleer maar
kennelijk vergeet deze auteur dat men in de katholieke
geloofsbelijdenis het totalitarisme terugvindt zoals nergens anders:
Ik geloof in de ene heilige katholieke en apostolische
kerk die 'alleenzaligmakend'
wordt genoemd. De Verlichting daarentegen gelooft in het
(uiteindelijk) bereiken van de waarheid door middel van de Rede,
welke principieel voor alle mensen toegankelijk is en wel met het
eigen verstand dat principieel aan allen gegeven is zonder
onderscheid van rang of stand of huidskleur of nog andere eigenheden.
Daarnaast
is het ook een feit dat het geloof in 'de natuur' of in 'natuurlijke'
dingen een bijzonder vage bedoening is waarbij men alras afglijdt
naar vormen van zogenaamd bijgeloof welke onmiddellijk aanleiding
geven tot waanzin en ten hemel schreiend onrecht. Empathie is een
mooi begrip en ook resonantie klinkt veelbelovend maar wie zal
uiteindelijk bepalen of het de diepste waarheid is ofwel een
ziekelijke waanzin wanneer iemand beweert dat hij of zij aanvoelt dat
een ander 'behekst' is en een gevaar vormt voor de samenleving? De
intrieste geschiedenis van de heksen van Salem, het toeschrijven van
de zwarte huidskleur van mensen aan het vermeende ontbreken van de
ziel, het identificeren van fysieke afwijkingen met menselijke
minderwaardigheid, de discriminatie van zwakkeren, van
minderheidsgroepen of van andersdenkenden: dit zijn geschiedenissen
van volstrekte redeloosheid die zich denken te kunnen verantwoorden
met zekere vormen van een of ander subjectief en oncontroleerbaar
aanvoelen dat jammer genoeg vaker ernstig wordt genomen wanneer het
ontspringt aan personen met sociale invloed en macht en dat dan leidt
tot vervolging, excommunicatie en zelfs terechtstelling van
onschuldigen die er het al dan niet toevallige object van uitmaken.
De
kerk, waarvan de bedienaren tweeduizend jaar lang geïnspireerd
werden door de harddrug alcohol, heeft daardoor altijd fantasie te
over gehad om daarmee haar hellepreken te spijzigen, haar vijanden te
definiëren, de angst van de massa aan te wakkeren voor op de keper
beschouwd tegenstanders van haar macht of gewoon hulpelozen en
onschuldigen. Bij de verovering van het Amerikaanse continent door
Columbus werd de genocide gerechtvaardigd middels een pauselijk
geschrift gericht tot de Indianenstammen en hen bezwerend dat zij als
schepselen van de ene god die werd vertegenwoordigd door de paus van
Rome, absolute gehoorzaamheid verschuldigd waren aan deze laatste en
derhalve ook aan het Spaanse gezag waarmee hij scheep ging
toentertijd. De inboorlingen hadden de keuze: ofwel zich laten dopen
en zich onderwerpen aan de Spaanse kroon ofwel tot slaaf worden
gemaakt of vermoord.
Resonantie,
willekeur, fantasie, tovenarij, het 'diepe aanvoelen' van een 'hogere
werkelijkheid', het voltrekken van de door profeten van hogere
machten vertaalde goddelijke wil: het bleek de tovenaars op het einde
van de rit alleen maar schatrijk gemaakt te hebben en al hun
wreedheden te hebben gerechtvaardigd.
Het vijfde hoofdstuk van
het boek van Mattias Desmet heet Het verlangen naar een
Meester1
en 'Meester' staat er met een hoofdletter, het verwijst onmiskenbaar
naar god zelf. En daar liggen nu de kiemen van het bedrog want god is
onzichtbaar en derhalve ook onhoorbaar, alleen profeten horen wat Hij
zegt en alleen zij hebben het recht en de macht om zijn woorden door
te geven aan het volk dat alleen van hen verneemt of zij al dan niet
tot de uitverkorenen behoren; het volk dat alleen van zekere profeten
verneemt dat god jaloers is en de zijnen bijstaat in de oorlogen die
hen zullen leiden naar het beloofde land.
In 1976 heeft de
Amerikaanse psycholoog Julian Jaynes in zijn boek The
Origin of Consciousness in the Breakdown of the Bicameral Mind
een heel andere uitleg gegeven aan het verschijnsel van de
profetieën: het horen van stemmen, waarvan ook nu nog zekere
geesteszieken last hebben, bleek toentertijd in feite te slaan op het
begin van het denken, het hebben van gedachten, waarvan men meende
dat zij, van buiten uit, de (profeterende) mens te binnen vielen; nog
geheel onvertrouwd met de idee van wat ideeën zijn, schreef men hun
oorsprong toe aan derden, aan goden die ze de profeten influisterden.
Valt die 'onttovering' van het mens- en wereldbeeld dan te betreuren?
Men moet immers weten dat elk volk altijd zijn eigen goden heeft
gehad, zijn eigen profeten ook, over wiens profetieën werd
geredetwist en ook getwist in eindeloze, bloedige oorlogen waaraan
doorheen de geschiedenis van de mensheid talloze gelovigen hun levens
opgeofferd hebben, die ganse beschavingen verwoest hebben en die ook
vandaag nog de wereld in de greep houden van verdrukking en terreur.
Het vijfde hoofdstuk
vangt aan met een overzicht van het voorgaande en een vooruitzicht op
wat komt: hoofdstuk 1 besprak de overgang van (open) wetenschap naar
(dogmatische) ideologie; 2 ging over hoe mensen daardoor van elkaar
en van de natuur geïsoleerd werden; 3 over het levenloos
artificiële; 4 over hoe het absurde geloof in het 'meten is weten'
tot willekeur leidt en 5 zal handelen over de ambitie van de
wetenschapsideologie om zowel de angst weg te nemen als de moraal.
Religie verzuurde het
leven met de angst voor de hel als straf voor zondig genot. De
Verlichting bracht vertrouwen in het menselijk verstand en verwierp
de angst voor de vleselijke lusten: De
liefde werd ontdaan van de plicht tot trouwen en kinderen krijgen, de
seksualiteit werd in ere hersteld en zijn verbanning naar het oord
van zonde en bederf werd ongedaan gemaakt2.
Maar volgens de auteur bereikte men het tegendeel van het beoogde: de
angst voor ziekte en lijden nam toe en er kwamen verwarring en een
wirwar aan regels en regeltjes en een nieuwe, hyperstrenge moraal3
Kennelijk is de auteur
hier ten prooi aan een eigenaardige blindheid want de aanpassing van
de feiten aan de fictie van een totalitair systeem kan bezwaarlijk
meer uitgesproken zijn dan in het hardnekkige vasthouden aan de
fictie ontsproten aan een zekere interpretatie van een oeroud wetboek
dat immers geheel wars van de wetenschappelijke bevindingen
declameert: Man en vrouw schiep Hij hen.
Dient de mens weerstand te bieden aan de werkelijkheid waarmee hij
resoneert en moet hij zich wringen in de dwangbuis van een fictie van
een zesduizend jaar oud ideaalbeeld uit een welbepaalde cultuur die
zich uitverkoren acht boven alle andere beschavingen of is het
daarentegen regelrechte waanzin om een totalitair systeem te gaan
verdedigen terwijl men pretendeert een gladiator tegen het
totalitarisme te zijn? Een wel heel bijzonder psychologisch
mechanisme moet hier werkzaam zijn; het is niet ons vakgebied maar
wij gissen dat het te maken heeft met de angst en het fanatisme welke
men gewoonlijk toeschrijft aan de geatomiseerde subjecten die de
massa vormen in het totalitair systeem van het stuiptrekkende
katholicisme dat nog nagalmt tot in de redevoering van de
oorlogvoerende Russische president Poetin van vandaag, 21 februari
2023, amper enkele minuten geleden, waar hij aan het Westen het
geloof verwijt in een 'genderneutrale god'.4
Inderdaad: Hoe het ook uitdraait, binnen
het dominante verhaal heeft het dominante verhaal altijd gelijk.5
Gezichtsreddingsoperatie voor dictators - een recept
Gezichtsreddingsoperatie
voor dictators - een recept
Omsk Van Togenbirger,
hij wilde er vandoor, deed alsof hij ons niet zag maar kon niet rap
genoeg meer lopen en zo konden wij hem daar op de parking van de
supermarkt nog heel eventjes opzadelen met de vraag hoe hij het
stelde en hoe het met de oorlog gaan zou in de zeer nabije toekomst
want iedereen weet wel dat het nu spannend is gaan worden, nu de
beide potentaten als hanen tegenover elkaar staan en ze allebei hun
gezicht willen redden want daar gaat het hanen om als zij tot vechten
zijn veroordeeld en er geen ontsnappen meer is aan de krijsende kring
van toeschouwers die hoe dan ook bloed willen zien vloeien en liefst
in beken, stromen, zeeën.
OVT: Je weet wat er met
de Roemeense dictator Nicolae
Ceaușescu is gebeurd en met zijn vrouw
Elena, toch? Het volk hield niet op met hulde brengen en applaus maar
toen het koppel gelyncht werd, juichte de massa want zo is nu eenmaal
het volk.
- Heb je het nu over
Poetin?
OVT: Ik heb het over
Europa, mijn beste en dan pas over Poetin, die immers over
'historische momenten' sprak.
- Ik geloof niet dat
ik je nu begrijp...
OVT: Je kent toch de
geschiedenis van het westen dat eeuwenlang de wereld heeft gepluimd?
De Engelse kroon bevat meer diamanten dan een koninklijke nek kan
dragen en tijdens een optreden van Charles bleek een toeschouwer zo
venijnig dat hij er enkele maanden gevangenisstraf voor over had om
ook publiekelijk uit te roepen wat iedereen allang weet: dat het land
zijn rijkdom dankt aan slavernij. Indië, bijvoorbeeld, werd tot op
het bot door de Engelsen kaalgevreten. In China was op een zeker
ogenblik een kwart van de volwassen mannelijke bevolking verslaafd
aan de opium die de Britten aldaar gingen slijten en ze hebben er een
oorlog om gevoerd om met dat handeltje daar door te kunnen gaan, in
the British Empire ging net zoals in het rijk van Alexander de zon
nooit onder. Over Leopold II in de Congo heb ik geloof ik al verteld
en over hoe een meesterlijke nazaat van een Rwandees het westen dat
zich gebaart van krommenaas voor schut zette in een performance met
als decor de 'bogen van de afgehakte handen' van het jubelpark in de
door een der grootste romanschrijvers zo genaamde 'grafstad'?
- Joseph Conrad? Daar
heb je over verteld, ja.
OVT: Ook over Columbus
had ik een verhaal, of liever: twéé verhalen, dat herinner je toch
nog? Eentje over de uitdunning van de Indianen en nog een ander over
de miljoenen zwarte slaven die doorheen de eeuwen opeengepakt in
zeilschepen van Afrika naar de plantages van Amerika versast werden?
Las ik je niet voor uit Barracoon?
- Ook daarover heb je
verteld, ja. Maar wat heeft dat nu te maken met de moord op
Ceaușescu en zijn vrouw?
OVT: Uiteraard kon
binnenkort de hele wereld in de as worden gelegd maar dat wil ik
vooralsnog niet geloven. Maar wat denk je dat er zal gebeuren als in
luttele minuten Europa weggevaagd wordt van de wereldkaart of
misschien alleen maar Engeland? Geloof jij dat dan Afrika en Azië
zullen huilen?
Ik begreep nu vrijwel
onmiddellijk wat Poetin bedoelde met de 'historische
momenten' waarover hij het in zijn speech had: het
eeuwenlang naar gerechtigheid hunkerende hongerige zuiden zal juichen
als zijn wrede onderdrukkers in het westen nu eindelijk hun
welverdiende straf krijgen en zullen dan de resterende mensen, en dat
zijn uiteraard de allerarmsten, zich daarvan nog kunnen weerhouden om
Poetin zelf te vieren als hun grote held?
- Maar nu ga je wel
heel kort door de bocht, meneer Van Togenbirger, zo
antwoordde ik de oude man maar hij zei niets meer en verdween zomaar
tussen de geparkeerde auto's in het niets, er kennelijk van overtuigd
dat zijn gelijk als een paaltje boven water stond.
(J.B., 22 februari
2023)
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 5: Het (on)meetbare universum
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
5: Het (on)meetbare universum
Mattias
Desmet bekampt de Verlichting maar het mechanistisch universum is
geen misvatting van de Verlichting maar een 'onoverkomelijke'
vergissing waarvoor reeds Augustinus waarschuwde in de vierde eeuw:
wij zien het heelal als een constructie omdat wij zelf architecten
zijn die complexere dingen samenstellen uit meer elementaire
bouwstenen: wij projecteren onze creativiteit verkeerdelijk op die
van de Schepper die echter schept uit het niets. En die
kritiek is uiteraard niet alleen van toepassing op het cijfermatige
kennen maar op ongeacht welke vorm van (menselijk) begrip. In die zin
is een kritiek op het meten middels cijfers van toepassing op
ongeacht welke manier om de werkelijkheid af te beelden: de
afbeelding zelf, of dus de kennis als zodanig, kampt met een
onmogelijk weg te werken fundamenteel probleem van de epistemologie:
de finaal onoverbrugbare kloof tussen kenner en gekende of tussen
subject en object. Houdt men met psychologische theorieën die
gebruik maken van begrippen zoals empathie en resonantie dan zichzelf
niet aan het lijntje en belandt men aldus niet in een doolhof dat
reeds lang geleden doorploegd werd door filosofen van allerlei
pluimage die uiteindelijk allemaal in hun eigen gelijk zijn blijven
geloven en die het bovendien vaak tot in het absurde zijn blijven
verdedigen?
Mattias
Desmet vertelt hoe de subjectieve en irrationele verhalen met
gruwelijke consequenties staan tegenover de objectieve en rationele
cijfers die een reductie van het menselijk leed beloven en hoe nu de
coronacrisis de aperte tekorten van die wetenschappelijke
bedrijvigheid op straat gooit. Iedereen wordt geconfronteerd met wat
de replicatiecrisis in 2005 aan het licht bracht: fouten,
slordigheden, geforceerde besluitvorming en fraude1
Zelfs onderlinge tegenspraken onder wetenschappers, grillige
meningsveranderingen, financiële belangen en opzettelijke misleiding
zijn van de partij.
De
coronacijfers waren alles behalve objectief: het aantal besmettingen
bepaald met de PCR-test alsook de evolutie ervan werden foutief
geregistreerd: men rapporteerde het absolute aantal positieve
tests in plaats van de positiviteitsratio.2
Het aantal besmettingen bleek twintig tot zeventig keer lager dan de
in de media vermelde schattingen. Ook de telling van het aantal
ziekenhuisopnames was onjuist: de Schotse telling (die rekening hield
met het al dan niet aanwezig zijn van covid-symptomen) rapporteerde
nog slechts 13 pct. van het oorspronkelijke aantal covid-patiënten.
Een onderzoeksjournalist bracht uit dat zorginstellingen hun aantal
doden kunstmatig verhoogden met het oog op financieel profijt. Het
aantal coronadoden ging ook mank omdat 95 pct. van hen onderliggende
aandoeningen had.
Geen
objectieve cijfers dus maar cijfers die de eigen subjectieve
overtuigingen bevestigen. Sommigen spreken daarom liever van een
griep of zij beweren dat er helemaal niets aan de hand is; het gaat
om tegengestelde meningen die elk een beroep doen op 'objectieve
cijfers'. Maar de maatregelen worden niet bijgestuurd als blijkt dat
de modellen waarop ze gebaseerd zijn radicaal fout zijn: Iets
zorgde dat de maatschappij op dezelfde, krampachtige manier bleef
reageren, alsof ze daar een prangende psychologische nood aan had.3Het epidemiologisch-statistisch
discours klinkt gesofisticeerd en oogt indrukwekkend ( ) maar het
is vooral een indrukwekkende demonstratie van schijnexactheid en
pseudo-objectiviteit.4
De overbelasting van
Intensive Care in ziekenhuizen komt ook voor bij griepepidemieën, de
zware longsymptomen bij corona blijken ook bij griep aanwezig en de
oversterftecijfers zijn multi-interpreteerbaar. Bovendien zijn
duizenden ouderlingen gestorven door eenzaamheid en verwaarlozing
terwijl de hoge sterfte op Intensive Care voor de helft toe te
schrijven was aan massale beademing.
De remedie was de
oorzaak van een aanzienlijk deel van de miserie: angst volgt in
beperkte mate uit reële gevaren maar creëert zelf wel reële
gevaren. Het dominante verhaal vertelt dat vaccinatie helpt maar aan
verhalen die het tegendeel vertellen, wordt geen ruchtbaarheid
gegeven: een Harvard-studie vond geen verschillen tussen landen met
hoge en lage vaccinatiegraad en een andere studie vond bij
gevaccineerde vrouwen acht keer meer miskramen. Verhalen maken
de cijfers, eerder dan dat cijfers de verhalen maken. Daar gaat het
hier om5
en aldus verwijst Mattias Desmet eigenlijk naar Hannah Arendt haar
thesis over totalitarisme waarin een fictie bepaalt wat de feiten
zullen zijn.
Aan nevenschade (aan
bijvoorbeeld de economie en de psychische volksgezondheid) werd geen
aandacht gegeven terwijl die meer slachtoffers maakte dan de
pandemie: de epidemiologen antwoordden dat dit buiten hun expertise
lag. Desmet: (...) we stuiten op een uiterst merkwaardige,
psychische blindheid.6
Aan de cruciale vraag of de remedie niet erger is dan de kwaal, wordt
gewoon voorbijgegaan en die vernauwing van het gezichtsveld is een
effect van massavorming. Hoe het ook uitdraait, binnen het
dominante verhaal heeft het dominante verhaal altijd gelijk.7Ideologische meningsverschillen
maken de cijfers nietszeggend en polariseren de maatschappij errond.
We moeten ons afvragen: bekijken we de mens als een
biochemische machine die technologisch gemonitord en farmaceutisch
bijgestuurd moet worden of als een wezen dat in mystieke resonantie
met de Ander en met de eeuwige vormentaal van de natuur zijn
bestemming vindt?8Iedereen kan cijfers selecteren die aansluiten bij zijn
eigen vooroordelen. ( ) De quasi onweerstaanbare illusie dat
cijfers feiten representeren zorgt ervoor dat men steeds vaster
overtuigd raakt dat de eigen fictie de realiteit is.9
Blijkt
verder dat ook wetenschappelijke onderzoekers onbewust die keuzes
maken die de resultaten opleveren die zij wenselijk achten: het
fanatieke geloof in de objectiviteit van cijfers is onterecht maar
tevens gevaarlijk: een angstige maatschappij kiest die cijfers die
haar angst rechtvaardigen en die cijfers versterken op hun beurt de
angst. Daaruit volgen economische recessie, angst en depressie,
stress en ziekte en uiteindelijk ook de totalitaire staat vanuit de
overtuiging dat de eigen fictie de realiteit is en derhalve aan
anderen mag worden opgelegd. De fictie rechtvaardigt verregaande
maatregelen waar de menselijkheid onder lijdt, een Ministerie van
Waarheid smoort alternatieve stemmen, de meningsvrijheid en het
zelfbeschikkingsrecht worden ingeperkt. Die vlucht in schijnzekerheid
volgt nu uit het gestaag toegenomen onvermogen om onzekerheid te
dragen...
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 4: De kunstmatige maatschappij
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
4: De kunstmatige maatschappij
Zelfs
een slingerbeweging is geen louter mechanische en berekenbare
gebeurtenis, zo is gebleken: slingers opgehangen aan eenzelfde muur
stemmen op de een of andere manier hun bewegingen op elkaar af, zij
blijken een 'sociale' component te hebben. Veralgemeend:
Theoretische modellen vatten nooit alles, ze laten een
onverklaarbare rest over, die de essentie is van het
object, de levende component ervan1
Die is ook merkbaar bij een vergelijking tussen natuurlijke en
kunstmatige producten en het subtiele verschil is cruciaal. Op
gedigitaliseerde menselijke interactie, zoals die in de coronacrisis
gepromoot werd, zit verlies en dat blijkt te leiden tot burn-out, tot
'digitale depressie' want de lichamelijke component is essentieel.
Het taal lerende kind reageert niet op audio of video; het leert een
taal pas aan als de spreker lichamelijk aanwezig is; hij bootst de
klanken en het gelaat van de moeder na en dergelijke synchronisatie
voltrekt zich reeds voor de geboorte. Door die resonantie voelt het
kind ook wat de moeder voelt. Die trillingen en spanningen zetten
zich in het kinderlichaam vast, in het 'lichaamsgeheugen'. Bij het
raken van de gevoelige snaar wordt samen met het lichaam ook de ziel
geraakt - ziek gemaakt of genezen. Ook communicerende volwassenen
voelen elkaar aan via (de uitwisseling van) mimiek en lichaamstaal,
zoals volmaakte danspartners. Digitalisering verstoort dat. Desmet
citeert hier G. Petriglieri: Onze geest wordt er in de digitale
interacties toe misleid om te geloven dat we bij elkaar zijn, maar
onze lichamen weten dat dit niet het geval is; wat er zo uitputtend
is aan digitale gesprekken, is om voortdurend in de aanwezigheid te
zijn van de ander zijn afwezigheid.2
En dat brengt depressie mee: als de (geliefde) ander afwezig is en
niet reageert, bootsen we die na. Digitalisering ontmenselijkt
een gesprek.3Het overbrugt grote afstanden maar houdt de ander op afstand.
Alweer: digitalisering creëert het geatomiseerd subject, Hannah
Arendts elementaire bestanddeel van de massa en van de totalitaire
staat.
Vervolgens
neemt de auteur de verwisseling van feit en fictie onder handen:
Wetenschap past haar theorie aan de werkelijkheid aan,
ideologie past de werkelijkheid aan de theorie aan. Dat geldt ook
voor de mechanistische ideologie: ze wilde de werkelijkheid aanpassen
aan haar theoretische fictie.4
In de mechanistische ideologie is een steriele kunstmatige baarmoeder
beter voor het kind en worden wie daar anders over oordelen onwaardig
geacht voor het ouderschap. Instituten die zich graag
bezighouden met de maatschappij van de toekomst, zoals het World
Economisch Forum, gaan er voetstoots van uit dat we naar een
Digikosmos evolueren - een 'samenleving' waarin het menselijke leven
zich grotendeels online afspeelt.5
En aan het infuus. En dan wordt de romantische natuurmens een gevaar.
Doel is een maatschappij van strikt gecontroleerde cyborgs, die is
namelijk veiliger, onder meer door de praktijk van de genetische
manipulatie en de preventieve geneeskunde die de natuurlijke
weerbaarheid van het lichaam vervangt door met vaccins opgewekte
kunstmatige immuniteit.6
De mechanistische ideologie met haar transhumanisme belooft het
paradijs maar brengt alsnog ziektes en depressie.
Men
trapt in de illusie dat men de ongemakken van het leven kan
wegnemen zonder zichzelf als mens in vraag te moeten stellen.7
Ziekte wordt onterecht herleid tot een mechanische fout, te verhelpen
met een pil. Maar het psychisch lijden neemt toe. Zoals Hannah Arendt
betreurt Mattias Desmet het verdwijnen van de standen- en
klassenmaatschappij onder invloed van de industrialisering. De
onttoverde mechanistische wereld ontneemt de (eertijds door de
religie verstrekte) zin aan het leven en het verdwijnen van de angst
voor de hel bevordert frustratie en agressie.
En
op dit punt lijkt Mattias Desmet een poging te ondernemen om ons
opnieuw de aloude erfzonde als een realiteit te doen aanvaarden en
het menselijke schuldbewustzijn. Zijn pleidooi klinkt gelijkaardig aan
dat van de grootinquisiteur van Dostojevski, die het bedrog van de
roomse kerk rechtvaardigt met de uitleg dat deze leugen het volk van
de moeilijke vrijheid en verantwoordelijkheid bevrijdt door met
blinde gehoorzaamheid aan de kerk, de last van de zonde af te kopen.
De Verlichting met haar tot ideologie verheven wetenschap is met
andere woorden een even gebrekkig alternatief als het geloof van
weleer. Het van overheidswege reguleren van de intieme sfeer
leidt tot psychische ontreddering en uiteindelijk ook tot een verval
van de fysieke gezondheid (...)8,
zo schrijft Desmet, maar hij blijkt niet in te zien dat dit alles de
praktijk van het geloof niet kan vergoelijken omdat het in een nog
veel grotere mate vervreemdend werkt. Immers, net zoals de wetenschap
heeft ook de theologie haar praktische toepassingen in de machinerie
van de kerk welke een mens creëert die een kunstmatige en
desastreuze waanwereld bewoont met een eigen opium waaraan dat van de
Verlichting misschien niet eens kan tippen.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 3: wetenschap en haar aanwending
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
3: wetenschap en haar aanwending
Het
hoger behandelde eerste hoofdstuk in het boek van Mattias Desmet
luistert uiteraard naar de spreuk: Niets nieuws onder de zon.
Een uitgebreide, meer gedetailleerde kritiek op het materialisme
vindt men bij een groot aantal auteurs die wat uitvoeriger behandeld
werden in Trans-atheïsme1,
een publicatie uit 2003 (gebaseerd op een verhandeling uit 1994). De
'spirituele' benadering van de wetenschap en meer bepaald (van de
vooral Kopenhagense interpretatie) van de kwantummechanica werd in
het Nederlandse taalgebied eerder in een gepopulariseerde versie
uitgewerkt door enerzijds Gerard Bodifée en anderzijds reeds door
diens mentor, Max Wildiers, die het voorwoord schreef voor de
integrale uitgave van het werk van Teillard de Chardin, de
wetenschapper-theoloog die als allereerste de brug maakte tussen het
christelijk geïnspireerde geloof en de moderne rede. Teillard de
Chardin en Max Wildiers zijn overigens meteen bijzondere voorbeelden
van 'moed tot waarheid' daar zij met een flink stuk van hun carrière
betaalden voor de openheid waarmee zij deze onderwerpen onder de
aandacht hebben gebracht. Omdat alvast in dit eerste hoofdstuk geen
verwijzingen te vinden zijn naar deze bijzonder verdienstelijke
auteurs zonder welke de onderhavige kritiek op de Verlichting
onbestaande was, kan men voor een summiere synthese van de inhoud van
hun werk alsnog terecht op het internet voor de integrale tekst van
Het goede zoeken.2
Met betrekking tot de verwording van wetenschap tot ideologie en meer
bepaald met betrekking tot de 'wetenschappelijke' aanpak van de
pandemie, verwijzen wij graag naar onze publicatie uit 2021,
getiteld: Panopticum Corona.3
Het
tweede hoofdstuk van het boek van Mattias Desmet draagt de titel:
Wetenschap en haar praktische toepassingen. Wetenschap
brengt beheersing van de natuur, mechanisering en industrialisering,
massaproductie maar ook vervreemding en de vervreemde, vereenzaamde
mens wordt zelf een machine-onderdeel en met de woorden van Hannah
Arendt: een geatomiseerd subject... het elementaire bestanddeel
van de totalitaire staat.
Met
betrekking tot de medische wetenschap die centraal staat in het hele
coronagebeuren merkt Desmet op: Fouten, slordigheden en fraude
zorgen ervoor dat tot 85 pct. van de medische studies tot
twijfelachtige besluiten komt.4
De nevenwerkingen blijken dikwijls desastreus, zoals bij thalidomide
(Softenon), het kunstmatige hormoon DES en de pijnstillers. Een
actueel voorbeeld: Van parcetamol, de meest populaire
pijnstiller die al sinds midden vorige eeuw op de markt is, werd
bijvoorbeeld pas in 2021 ontdekt dat hij kankerverwekkende stoffen
bevat en dat hij schadelijk kan zijn voor foetussen.5Enkel vanuit een naïef mechanistisch denken kan men geloven
dat men via experimenten de effecten van medische interventies
objectief kan bepalen.6
Er is een genadeloze experimenteerdrift die fataal is voor
jaarlijks 200 miljoen proefdieren en ook zinloos, rekening houdend
met het feit dat 85 pct. van de medische studies fout zijn.
Maar
mechanisering en industrialisering kunnen ook worden aangewend om te
vernietigen: oorlogen maken nu tientallen miljoenen doden door
vernietigingsmachines en de chemische industrie produceert vergif met
hetzelfde oogmerk. Monsanto produceerde 76 miljoen liter Agent
Orange, dat in Vietnam uitgesproeid werd om de bomen te ontbladeren
en de Vietcong uit de jungle te verdrijven. Miljoenen Vietnamezen en
ook Amerikaanse soldaten werden er ernstig ziek van (in veel gevallen
tumoren en kankers) en het veroorzaakte bij minstens 150.000 kinderen
misvormingen.7
Wie
geïnteresseerd zijn in een uitgebreide behandeling van de
catastrofale nevenwerkingen van de geneeskunde als zodanig kunnen
uiteraard terecht bij Ivan Illich met zijn Medical Nemesis uit
19758
- sindsdien is de toestand alleen nog verergerd.
(Wordt vervolgd)
(J.B., 19 februari
2023)
1Jan
Bauwens, TRANS-ATHEISME Een christelijk geïnspireerde
verrijzenis uit het hedendaags materialisme (Bijgewerkte versie
van de tekst, gedateerd: JUNI 2003), pp. 27-297. Lees hier de
integrale tekst op het internet: 564.pdf
(bloggen.be) Een meer gevulgariseerde benadering vindt men in:
Jan Bauwens, Schepping. De werkelijkheid is een creatie, geen
constructie, Serskamp 2003. e
2Zie:
Jan Bauwens, Het goede zoeken.
Inleiding
tot een christelijk 'zin-denken',
Serskamp 2003.
8Illich,
Ivan. (1978). Grenzen aan de geneeskunde. Het medisch bedrijf -
een bedreiging voor de gezondheid? Het Wereldvenster, Baarn
1978. (Oorspronkelijke titel en uitgave: Medical Nemesis - The
Expropriation of Health, Marion Boyars, Londen 1975). Zie ook:
https://ratical.org/ratville/AoS/MedicalNemesis.pdf
19-02-2023
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 2: Wanneer wetenschap verwordt tot ideologie
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
2: Wanneer wetenschap verwordt tot ideologie
Het
geloof wordt ingeruild voor het vertrouwen in het eigen verstand, in
de Rede, die voor iedereen eender is en daarom is wetenschap in wezen
openheid van geest. Het universum lijkt geschreven in de taal van de
wiskunde omdat het met wiskunde wordt gemeten. Denken en
waarheidsspreken vereisen de moed om het heersende discours achter
zich te laten: de waarheid spreken is noodzakelijk maar tegelijk
gevaarlijk. Twijfel en onzekerheid zijn voorwaarden voor het denken.
Er zijn geen feiten los van het waarnemend subject en de waarneming
verandert de observatie. Feiten kunnen niet objectief zijn,
kwaliteiten kunnen niet gekwantificeerd worden zonder hun inhoud te
verliezen. Wetenschap is daarom geen zaak van objectief meten maar
wel van inlevingsvermogen, empathie, identificatie, mee-resoneren met
wat men onderzoekt.
Het
logisch-mathematische weten krijgt slechts kennis van een zeer
beperkt deel van de realiteit, de essentie ontsnapt daaraan. Wie
vasthouden aan de meetbaarheid van alles, vervallen in de ideologie
van het micro-reductionisme, het mechanistisch materialisme.
Wetenschap verwordt dan tot machtsmiddel, zoals blijkt uit de
replicatiecrisis in 2005: onderzoeksresultaten worden (in 72 pct. van
de gevallen) verdraaid, zij blijken onstabiel en onbetrouwbaar;
wetenschappelijke kennis is vaak nietszeggend en waardeloos, omdat
kwaliteiten niet in droge cijfers kunnen worden uitgedrukt. Cijfers
lijken exact maar zijn zonder inhoud. In de economie mislukte
replicatie in 50 pct. van de gevallen, bij kankeronderzoek was dat 60
pct., in biomedisch onderzoek 85 pct. en gerenommeerde statistici
schrijven artikels met titels zoals: Waarom het merendeel van
de gepubliceerde onderzoeksresultaten fout zijn.1
Feiten zijn niet in cijfers te wringen.
Specifiek
met betrekking tot de pandemie geldt nu dat de PCR-test
multi-interpreteerbaar is en wisselvallige resultaten geeft. Door
het onmeetbare toch te proberen meten, wordt meten een vorm van
pseudo-objectiviteit. ( ) Het onderzochte object verdwijnt achter
een scherm van cijfers2
De anonimiteit die nodig is voor de objectiviteit bij de beoordeling
van onderzoek blijkt in de praktijk vaak onbestaande zodat de waarde
van wetenschappelijk onderzoek vooreerst afhangt van het morele
gehalte van de expert. Onderzoekers zijn zich vaak niet eens bewust
van deze beperkingen en ten onrechte heeft de massa een blind
vertrouwen in de wetenschap. Het is op dit niveau dat Hannah
Arendt het ideale subject van de totalitaire staat situeert: het
subject dat het verschil niet meer kent tussen
(pseudo)wetenschappelijke fictie en realiteit.3
(Wordt vervolgd)
(J.B., 18 februari
2023)
1Mattias
Desmet, De psychologie van totalitarisme, Mattias Desmet en
Pelckmans Uitgevers nv, Kalmthout 2023 (2022), p. 31.
Mattias Desmet en De psychologie van totalitarisme - Aflevering 1: inleiding
Mattias
Desmet en De psychologie van totalitarisme
Aflevering
1: inleiding
Het
gaat om een boek en zijn auteur over welke dezer dagen veel te doen
is omwille van een controverse: een kennelijk wereldomspannend regime
legt naar eigen zeggen uit veiligheidsoverwegingen in het kader van
een acuut volksgezondheidsprobleem aan de bevolking inderhaast nieuwe
geïmproviseerde, om de haverklap veranderende en uiteindelijk weinig
effectieve regels op terwijl kritische stemmen met onder meer Mattias
Desmet de maatregelen interpreteren als onredelijk en illegaal omdat
veiligheid als drogreden zou worden aangewend, als voorwendsel met
het oog op het vestigen van een totalitair regime.
De
ontstaansgeschiedenis van de totalitaire staat werd welhaast een eeuw
geleden al bijzonder grondig geanalyseerd door de joodse filosofe
Hannah Arendt die haar bevindingen daaromtrent publiceerde als (het
derde deel van) The Origins of Totalitarianism in 1951. Dat
gebeurde naar aanleiding van de geschiedenis rond enerzijds het Derde
Rijk en anderzijds het regime onder de Sovjetleider Jozef Stalin.1
Mattias Desmet lijkt het laken een beetje naar zich toe te trekken
door te vertellen zich op 4 november 2017 te hebben afgevraagd waarom
het totalitarisme ontstond in de eerste helft van de twintigste eeuw
en waarin het verschil bestaat met de dictaturen: het is de
verdienste van Hannah Arendt zich deze twee vragen expliciet te
hebben gesteld, intussen bijna een eeuw geleden. Desmet heeft het dan
wel over psychologische wortels van het totalitarisme zoals het
vandaag zou verschijnen waar hij zegt aangevoeld te hebben hoe onder
de invloed van de terreuraanslagen en de klimaatcrisis de overheid
het privéleven begon te ontnemen aan de burger die nog slechts een
dystopie te verwachten heeft van een wereld geleid door bureaucraten
en technocraten.
Reeds
in 2005 hebben Arendts vertalers in hun inleiding2
haar werk samengevat als handelend over de oorsprong van de
totalitaire staat die de feiten verwisselt met de fictie en die alle
vrijheid en zin vernietigt: terwijl de tiran terreur zaait vanuit
willekeur, acht de totalitaire heerser zich een dienaar van de
(wrede) natuur en van de geschiedenis. De terreur (in de vorm van de
volledige overheersing van iedereen, altijd en overal) is haar eigen
doel geworden; ze minacht de waarheid en reduceert het eigen volk tot
massa. Het regime verbergt zich, dicteert de staat en liquideert zijn
vijanden. Arendts vertalers illustreren de actualiteit van het thema
met verwijzingen naar de almachtswaan ingevolge wetenschap en
techniek die zich bijvoorbeeld toont in de verregaande medicalisering
die slechts afhankelijk maakt en die luttele jaren later toeslaat met
het gebeuren van de pandemie. De democratie wordt bedreigd door een
bureaucratie waarin niemand verantwoordelijkheid draagt en zo
ontstaat het kwaad als banaliteit. Eveneens actueel: in haar woord
vooraf bij de eerste uitgave profeteert de filosofe dat twee
wereldoorlogen geen vrede brachten doch het voorgevoel dat een derde
wereldoorlog dreigt.
Arendt
omschreef de kenmerken (van de opkomst) van het totalitarisme en in
zijn boek meent Mattias Desmet - nota bene professor in de Klinische
Psychologie aan de Universiteit Gent - aan te tonen dat al deze
kenmerken opduiken ter gelegenheid van de politieke constructies
welke opgezet worden - naar verluidt met het oog op de beheersing van
de aan de gang zijnde pandemie.
In
twee woorden vestigt zich een totalitair regime via een welbepaalde
en ondertussen beproefde weg waarbij om te beginnen het weefsel dat
een volk samenhoudt, vernietigd wordt door de mensen te 'atomiseren',
af te zonderen, eenzaam en hulpeloos te maken en volledig afhankelijk
van vadertje staat en wel door middel van het induceren van gevoelens
van angst en onveiligheid. Om die angst te boven te komen, worden
maatregelen genomen die in wezen de vrijheid van de burgers beperken
terwijl zij uiteraard tegelijk de speelruimte van de heersers
uitbreiden tot dictatoriale proporties.
Het
heersende regime dat nu wereldomvattend blijkt, met name als de
Wereldgezondheidsorganisatie die nu volgens zekere critici in feite
wordt gemanipuleerd door een verkapte wereldregering met totalitaire
trekken, probeert haar machtsuitoefening te rechtvaardigen middels
een veiligheidsargument - (wereld)volksgezondheid - maar het met
geweld afdwingen van haar nieuwe en vaak absurde wetten verraadt
uiteraard de onzuiverheid van de door haar voorgewende motieven.
Terwijl het zich loens verbergende en tegelijk steeds meer macht
uitoefenende regime ermee schermt dat een onbehandelde pandemie het
voortbestaan van de mensheid of althans het leven van miljoenen
mensen zou bedreigen, wekt haar werkwijze argwaan bij wakkere burgers
die niet zozeer in de pandemie een bedreiging zien maar wel in de
opgedrongen 'bestrijding' ervan.
Interessant
is Desmets verwijzing naar de (ook in zijn doctoraat behandelde)
vervalsingen in het wetenschappelijk onderzoek die een crisis
veroorzaakten in 2005: tot vijfentachtig percent van de
besluitvorming blijkt fout; de onderzoeksresultaten blijken ficties.
Arendt verbindt dit met de grondstroom van het totalitarisme: het
blinde geloof in cijfers die niet stroken met de feiten, de
minachting voor de waarheid vanuit het enge wereldbeeld van de
Verlichting. En uiteraard jaagt de professor met deze stellingname de
vertegenwoordigers van het heersende paradigma tegen zich in het
harnas.
In
de eerste bladzijden worden wij zelfs geconfronteerd met een ietwat
rancuneuze homofobe uitlating welke nog slechts kan gedijen in
middens van gestagneerde katholieken.3
Wij hopen dat wij ons vergissen wanneer wij menen te bespeuren dat
het oeuvre van Desmet godbetert een zekere heimwee uitwasemt naar de
kerk van weleer maar voor een terugkeer naar het tijdperk van
huichelarij, bedrog met waanzinnige verzinsels en sociale
ongelijkheid waarbij de vos, terwijl hij zijn wijnkelder etaleert, de
passie preekt voor een onder de duim gehouden, hongerig volk in
lompen, bedanken wij feestelijk: een specifieke vorm van
totalitarisme triomfeert nergens zo meedogenloos als in de theocratie
op welker leest ook het geloof van de Verlichting is geschoeid die nu
in navolging van de kerk fataal alle krediet verspeelt. Er zal
inderdaad een totaal nieuw paradigma moeten verzonnen worden.
Desmet
vertelt de historie van de pandemie als een realisatie van het
onvoorstelbare en hij haalt er Orwell bij om de virologen te
vergelijken met de varkens uit zijn Animal
farm: En net als de varkens van Orwell veranderden ze 's nachts
soms ongemerkt de regels.4En wat
verderop:Daar willen de varkens
naartoe: ons herleiden tot een QR-code in een groot
technocratisch-medisch experiment.5Angstwekkende
objecten vereisen controle en controle brengt nog meer angst: een
vicieuze cirkel die uitmondt in de vernietiging van de menselijke
integriteit. Zoals gezegd ziet Desmet de oorzaak in het
reductionistische mens- en wereldbeeld van de Verlichting dat hij zal
bespreken in zijn boek omdat het de voedingsbodem is voor
massavorming en totalitarisme. Het onderwerp wordt nu genuanceerd:
De focus ( ) ligt niet zozeer op
wat men gewoonlijk met totalitarisme associeert - concentratiekampen,
indoctrinatie, propaganda, enzovoort - maar wel op het ruimere
cultuurhistorische proces.6
Desmet belooft soelaas in een nieuw mens- en wereldbeeld (!) met een
herwaardering voor het spreken van waarheid...
(Wordt vervolgd)
(J.B., 18 februari
2023)
1Voor
onze synthese, zie: Hannah Arendt over totalitarisme, in: Het
grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de
totalitaire wereld, pp. 72v.
Zie voor de integrale tekst op het internet als PDF: 93208117591.pdf
(bloggen.be)
2Hannah
Arendt, Totalitarisme, Boom, Amsterdam, vijfde oplage 2021
(eerste druk 2014), in het Nederlands vertaald door Remi Peeters en
Dirk De Schutter. Oorspronkelijk: Totalitarianisme, deel III,
alsook (in een appendix) een gedeeltelijk samengevat negende
hoofdstuk uit deel II, getiteld: The Decline of the Nation-State
and the End of the Rights of Man.
3Mattias
Desmet, De psychologie van totalitarisme, Mattias Desmet en
Pelckmans Uitgevers nv, Kalmthout 2023 (2022), pp. 7-8:
Terroristen, klimaatveranderingen, heteroseksuele mannen en
later ook virussen waren te gevaarlijk om met ouderwetse middelen
aan te pakken.
Wanneer Ben Weyts (en
dan nog op Tv) verontwaardigd uitroept dat hij toch niet met een
Toyota Corolla kan rijden, dan lacht men eens en dan wordt hem dat
vergeven omdat Weyts nu eenmaal minister is en zodoende behoort tot
de geprivilegieerden: Quod licet Iovis, non licet bovis. Om
dezelfde reden kan oud-minister Herman De Croo (eveneens op de buis)
zeggen dat wij Belgen in de Congo toch ook veel goeds gedaan hebben
en in het zog van deze hoogwaardigheidsbekleders streven
parlementairen dan naar een eervol slotakkoord voor de Congocommissie
terwijl sinds het boek van Ludo De Witte en de onthullingen omtrent
de activiteiten van de CIA ter zake iedereen weet dat Lumumba werd
vermoord met het medeweten, de goedkeuring en de actieve hulp van de
westerse beleidsmakers. Na de ontdekking van een massagraf van
kinderen in een door katholieken beheerd internaat komt de paus ermee
weg zijn excuses aan te bieden. Na gedurende verschillende jaren te
zijn aangewend en bij meer dan tienduizend kinderen focomelie te
hebben veroorzaakt, werd in 1961 het door Chemie Grünenthal
geproduceerde Thalidomide (hier het best bekend als Softenon) van de
markt gehaald en de firma vond het zelfs niet nodig zich te
verontschuldigen totdat het middel achtentwintig jaar later ook
werkzaam bleek voor de bestrijding van hiv-complicaties en het
opnieuw geproduceerd moest kunnen worden. De Arabische prinsen
snijden een journalist in stukjes en spoelen de restanten gewoon door
om vervolgens weer op het wereldtoneel te verschijnen alsof er geen
vuiltje aan de lucht is: zij organiseren lustig voetbaltornooien en
wielerwedstrijden en geen haan die ernaar kraait. Koning Charles van
Engeland laat een voorbijganger oppakken en straffen nadat die in het
openbaar heeft uitgeroepen wat iedereen al wist: dat de rijkdom van
de Britse kroon te danken is aan slavernij. En zo kan men nog uren
doorgaan.
Feit is dat er gemeten
wordt met twee maten en twee gewichten want wanneer een man die tegen
de stroomt in vaart door voor de democratie catastrofale misdaden die
in de lijn liggen van de hier boven beschreven feiten, in een dure
talkshow inderhaast iets heeft gezegd dat misschien niet helemaal
klopt, halen de criminelen van zo-even onmiddellijk de stok boven om
de hond die hen ontmaskerd heeft te slaan. En de massa applaudisseert
want men wil altijd bloed zien, het zien van bloed werkt kennelijk
verheugend.
Dat hier allerminst
sprake is van desinformatie, is zo klaar als een klontje. Iedereen en
bij uitstek een professor moet zijn bronnen raadplegen maar iedereen
weet ook dat de perfectie niet van deze wereld is en dan vooral ook
niet wanneer bedrog en listen in het spel zijn. Want wat is er
gebeurd? Mattias Desmet zou met eigen ogen een open hartoperatie
onder hypnose hebben zien plaatsgrijpen.
Er zijn een aantal zaken
die wij allemaal kritiekloos slikken en onder die zaken bevinden zich
de nieuwsberichten. Niemand zal het een ander ooit kwalijk nemen dat
hij dat doet, integendeel: "Het is in het nieuws geweest!"
klinkt als een bewijs. Edoch, enkele jaren geleden hebben narren met
programma's op de staatszenders verklaard dat zij gedurende jaren en
louter voor de lol, tientallen nepnieuwsberichten de wereld hebben
ingestuurd, louter verzinselen: sensatie stuwt de kijkcijfers de
hoogte in en zo ook de winsten. Het gaat om aankondigingen die
verzonnen zijn maar die nog net niet helemaal onmogelijk klinken,
zoals het bericht dat open hartoperaties nu met succes worden gedaan
zonder een andere verdoving dan deze middels hypnose.
Wie nu geïnformeerd
willen zijn, volgen het nieuws van de dag waarvan de waarheidswaarde
niet wordt in vraag gesteld omdat men zich terecht vertrouwt op de
journalisten: men mag veronderstellen dat het nieuws de filter van de
kritiek al gepasseerd is. Het nieuwsbericht wordt beschouwd als even
betrouwbaar als de eigen kritische waarneming. Maar na verloop van
enkele jaren blijkt het vaker zo te zijn dat wel het bericht
nog werd onthouden als zijnde waar terwijl de bron in vergetelheid is
geraakt.
Uiteraard zijn er nog
andere mogelijke oorzaken voor de besproken vergissing maar de zaak
is dat vergissingen menselijk zijn en dat ze met gulheid worden
vergeven aan vrienden en met gramschap worden aangewend om zich van
zijn vijanden te ontdoen. Of zijn zij dan geen vijanden van de
totalitaire staat die haar slinkse handelwijzen op een voortreffelijk
wetenschappelijke manier onthullen?
(J.B., 13 februari
2023)
10-02-2023
'Gaat en vermenigvuldigt u!'
'Gaat
en vermenigvuldigt u!'
Nu
de demografie weer aan de orde is, moet worden herhaald dat sommige
voorstanders van een wereldwijd opgelegde geboortebeperking wel heel
hardhorend zijn daar zij die politici blijven ondersteunen die de
hypocriete houding aanhangen waarbij de schuld voor de
bevolkingsexplosie bij hongerige Afrikanen wordt gelegd en bij
Indiase paria's die, geconfronteerd met armoede in hun oude dagen,
geen andere keuze hebben dan zoveel mogelijk kinderen te kopen.
Bovendien en vooral zijn het allerminst deze armen die het probleem
van de overbevolking veroorzaken omdat dit in wezen een probleem is
van verbruik en afval, ook wel 'ecologische voetafdruk' genoemd:
indien het verbruik en de afvalproductie van de rijke minderheid
werden beperkt tot moreel aanvaardbare proporties, dan kon de aarde
zonder twijfel nog tien keer meer mensen herbergen dan vandaag het
geval is. Het devies 'Gaat en vermenigvuldigt u!' slaat immers niet
op mensen zonder meer doch op mensen die er naar streven om op een
ethisch verantwoorde manier te leven.
(J.B.,
10 februari 2023)
De eeuwige duisternis van de 'verlichte geesten'
De
eeuwige duisternis van de 'verlichte geesten'
Dezer
dagen kon iedereen lezen in het nieuws dat astronomen (ja, degenen
die foto's nemen van een schijfje salami die ze dan aan de
lichtgelovige massa slijten als telescopische beelden van het
heelal!) - astronomen van godbetert de University of Utah - plannen
maken om raketten af te schieten op de maan.
Ze
beelden zich in dat het opgewaaide maanstof op de juiste hoogte en in
de juiste densiteit een scherm zal vormen dat het zonlicht zal dimmen
en zo de klimaatopwarming zal temperen om aldus de aarde weer op de
gewenste temperatuur te brengen. Op de koop toe zouden naar het eigen
zeggen van deze 'geleerden' de zandkorrels van de maan exact de
vereiste grootte hebben voor de job.
Het
probleem is hier kennelijk dat van zodra de 'verlichte massamens' het
woord 'universiteit' hoort weerklinken, hij warempel dubbel plooit
voor een alwetendheid en een onfeilbaarheid die niet langer
toebehoort aan pausen maar die voortaan het monopolie blijkt van
volgelingen van de ellendeling die luistert naar de naam van Auguste
Comte met zijn 'religie van de mensheid' waarvoor hij toentertijd
zelfs een eigen kalender bedacht met een nieuwe tijdrekening - op de
kalender werden de heiligen van weleer vervangen door geleerden
waartoe hij onmiskenbaar ook zichzelf gerekend heeft. De volstrekt
kritiekloze houding tegenover de volgelingen van de genoemde
positivist met in zijn zog het hele santenkraam van de 'Verlichting'
is op zijn zachtst gezegd bijzonder alarmerend.
Maar
die waanzin wordt pas bijzonder moeilijk te bestrijden in combinatie
met een tweede. Utah immers is een staat die geïnspireerd wordt
door een sekte met momenteel wereldwijd zo'n 16,8 miljoen aanhangers
en waarvan het geloof werd gefabriceerd door ene Joseph Smith
(1805-1844). Deze 'profeet' beweerde dat hij visioenen kreeg waarin
God en Jezus Christus aan hem verschenen alsook apostelen en engelen,
met specifieke boodschappen omtrent het lot der mensheid en wat ons
zou te doen staan. Joseph Smith zou zelf ook vrijmetselaar geweest
zijn.
De
godsdienstvrijheid beschermt weliswaar het recht op elk zijn eigen
waanzin maar als waanzinnigen er gewag van maken om raketten af te
schieten op de maan in de bizarre overtuiging als redders van de
mensheid op te treden terwijl zodoende de blauwe planeet die immers
ook door 'ongelovigen' wordt bewoond (en dat zijn er dan amper 16,8
miljoen minder dan 8 miljard) voor eeuwig zal gehuld worden in
duisternis en in onvruchtbaarheid, zou het uitblijven van actie
eigenlijk niet langer als een redelijk te verantwoorden optie mogen
worden beschouwd.
"Ik
schrijf zelf, ik redigeer zelf, ik censureer zelf, ik geef zelf uit,
ik verspreid zelf en ik zit er zelf een straf voor uit."
aldus
definieert de voormalige Sovjet-dissident
Vladimir Boekovski de 'Samizdat': de dissidente geschriften die
clandestien circuleerden in de voormalige USSR. (1)
In
de jaren vijftig van de vorige eeuw was een van die 'Samizdat' De
Goelag Archipel
van de Nobelprijswinnaar voor de Literatuur in 1970, Aleksandr
Solzjenitsyn (1918-2008) die in 1945 gearresteerd werd en in de
strafkampen verdween tot 1953. (2)De Goelag
Archipel verscheen
in Parijs tussen 1973 en 1975 en is een ooggetuigeverslag over die
strafkampen waarin achttien miljoen mensen terecht kwamen zonder
enige vorm van proces omdat zij ervan verdacht werden het
Stalinistische regime (1922-1953) niet genegen te zijn en van deze
gevangenen kwamen er 2.749.163 om. (3)
Na de publicatie van enkele delen van zijn boek werd Solzjenitsyn
opnieuw gearresteerd en uitgewezen in 1974 waarna hij via
Zwitserland nog twee jaar later in Vermont (USA) belandde.
(4)
Over de hallucinante
manier waarop Sovjet-burgers welhaast volkomen willekeurig
gearresteerd werden en (vaak voorgoed) verdwenen achter de muren en
de staketsels waar men achteloos voorbij liep terwijl niemand kon
vermoeden welke hel ze verborgen, handelt het eerste hoofdstuk van
zijn meesterwerk.
Een
arrestatie of een aanhouding is het ontnemen van de bewegingsvrijheid
van een persoon door politiediensten of, in geval van heterdaad, door
burgers.
(4a)
Gearresteerd
worden onder Stalin kon het iedereen overkomen: men werd van zijn
bed gelicht of onder een of ander voorwendsel ergens heen gelokt en
prompt ingerekend; de slachtoffers vermoedden dat het een vergissing
was, maar neen: hun leven bleek op slag voorbij en zou voortaan
alleen nog maar bestaan uit dwangarbeid op een onbekende en
onbereikbare plek. (5)
Men
moet het eerste hoofdstuk over de arrestatie in De
Goelag Archipel van
Aleksandr Solzenitsyn gelezen hebben om een idee te kunnen hebben van
de verschrikkelijke realiteit achter zoveel koele historische data.
Deze literaire meesterwerken ten spijt, blijkt het echter niet te
willen doordringen tot het leeuwendeel van de huidige wereldbevolking
waarvan toch mag aangenomen worden dat zij een zeker
beschavingspeil heeft bereikt dat gelijkaardige mistoestanden van
een mogelijks nog grotere omvang in de huidige tijd schering en
inslag zijn in grote gedeelten van de wereld en dat de betrokken
tirannen door iedereen niet alleen met rust worden gelaten maar
bovendien kunnen rekenen op applaus vanwege de door hen verdrukte
massa, op eretekens vanwege politici en vorsten wereldwijd en op een
oorverdovend stilzwijgen omtrent het ten hemel schreiend onrecht
waarvan zij elk hun handelsmerk hebben gemaakt.
Zo
heeft recentelijk Xi Jinping zichzelf in maart 2018 voor het leven
benoemd tot leider van straks een kwart van de wereldbevolking
zowat anderhalf miljard Chinezen (6)
en hij werd bij die gelegenheid toegejuicht door de Amerikaanse
president Donald Trump: Hes
now president for life. President for life. And hes great ( )
And look, he was able to do that. I think its great. Maybe well
give that a shot some day.(7)
Verheerlijkt de huidige president van het land van de voortrekkers
van de vrijheid en de vooruitgang hier de dictatuur of hebben wij hem
dan fout verstaan? Want in zijn toespraak op het 19de Nationaal
Congres van de Communistische Partij van China, gehouden in oktober
2017, liet Xi er geen twijfel over bestaan dat het hem erom te doen
is met China op het voorplan te treden in de wereldpolitiek, zich te
keren tegen de westerse democratieën en Taiwan alsook Hong-Kong
opnieuw in te lijven. (8)
De mooie beloften om de bureaucratie, de genotzucht, de verkwisting
en de corruptie te bestrijden blijken verkappingen van censuur (van
onder meer het internet) en van grootschalige vervolgingen met
folterpraktijken. (9)
Homoseksualiteit wordt er sinds kort opnieuw beschouwd als een ziekte
(10)
en in dezer steken de Verenigde Staten de communisten zelfs naar de
kroon met de 'verwezenlijkingen' van hun vicepresident Pence die het
als gouverneur van Indiana (althans voor een zekere periode) voor
elkaar kreeg om aan homofobie een wettelijk statuut te verlenen ten
koste van de mensenrechten. (11)
Ook
in Turkije een land met tachtig miljoen inwoners worden de
mensenrechten met de voeten getreden onlangs nog werden duizenden
kritische journalisten gearresteerd en kranten opgedoekt (11a)
en op de jongste gay parade in Istanboel werden de manifestanten
prompt beschoten door de politie (12)
Erdogan loopt in dezer kennelijk in het spoor van de Russische
president Poetin (13)
en van zijn collega Kadyrov van de Tsjetsjeense Russische autonome
republiek die ervan beschuldigd wordt middels folterende en moordende
doodeskaders terreur te zaaien in het ganse land. Het herinnert aan
de joodse filosofe Hannah Arendt die wreedheid koppelt aan een gebrek
aan intelligentie, als men moet vernemen dat Kadyrov de lagere school
niet afmaakte. (14)
En het Internationaal Olympisch Comité blijkt de wortels van de
Spelen wel helemaal vergeten waar het de Russische vijandige
opstelling jegens holebi's en transgenders steunt en atleten bedreigt
met bestraffing als zij het wagen om op de Russische homofobie
kritiek te hebben en de mensenrechten in casu de homorechten
te verdedigen. (15)
En dan hebben we het nog niet gehad over de opvattingen en de
praktijken in Azië, Afrika en de islamwereld.
Sinds
Hitler, Stalin en Mussolini waren er nog vele dictators waarvan men
zich deze West-Europese nog zal herinneren en, andermaal: dit
zijn slechts de droge data; alleen een literair meesterwerk zoals dat
van Solzjenitsyn kan ons hun eigenlijke betekenis onthullen. Er was
Georghiu-Dej die in 1945 de drie maanden geleden op 96-jarige
leeftijd in Zwitserland overleden koning Michaël van Roemenië tot
aftreden dwong en die er aanbleef tot 1965 gevolgd door de paranoïde
Nicolae
Ceaușescu die in 1967 aan de macht kwam en die in 1989 samen met
zijn vrouw werd vermoord (16);
Salazar in Portugal (1932-1968); de drie Griekse dictators Zoitakis,
Papadopoulos en Ghizikis van 1967 tot 1974; de wrede generaal Franco
in Spanje (1939-1975) die zich 'leider
van Spanje bij de Gratie Gods'
liet noemen (17)
en
Jaruzelski in Polen (1981-1990). (18)
In de rest van de wereld herinnert men zich vooral Papa Doc
(1957-1971) en Baby Doc (1971-1986) in Haïti ; Mao in China
(1945-1976); Pol Pot in Cambodja (1975-1979); Idi Amin in Oeganda
(1971-1979); Tito in Joegoeslavië (1953-1980); Vileda in Argentinië
(1976-1981); Marcos op de Filippijnen (1965-1986); Kádár in
Hongarije (1956-1988); Pinochet in Chili (1973-1990); Kim-Il-Sung
(1972-1994) en Kim Jong-il (1994-2011) in Noord-Korea ; Mobutu in
Zaïre (1965-1997) en in zijn spoor Laurent-Désiré Kabila
(1997-2001) en zijn zoon (2001-2018) in de republiek Congo; Soeharto
in Indonesië (1967-1998); Hafiz al-Assad (1971-2000) en zijn zoon
(2000-2018) in Syrië; Miloević
in Joegoslavië (1997-2000);
Saddam Houssein in Irak (1979-2003); Fidel Castro (1976-2008),
opgevolgd door zijn broer Raoel (2008-2018) in Cuba en dan zijn er
nog de tijdens de Noord-Afrikaanse revolutie in 2011 afgetreden
dictators Ben Ali in Tunesië (1987-2011); Moebarak in Egypte
(1981-2011) en al-Qadhafi
in Libië (1967-2011). (19)
Vandaag
zijn er nog de absolute monarchieën van Bruneï, Oman, Bahrein en
Saoedi-Arabië. Dictaturen zijn ook de presidentiële republieken van
Equatoriaal Guinea, Angola, Zimbabwe, Kameroen, Oezbekistan, Tsjaad,
Kazachstan, Eritrea, Soedan, Gambia, Wit-Rusland, Algerije, Djibouti,
Syrië, Rwanda, Congo, Azerbeidzjan, Cuba, Noord-Korea en Turkije.
(19)
Een
dictator blijkt een gestoorde persoonlijkheid: narcistisch,
grootheidswaanzinnig, paranoïde en wreed, dikwijls opgegroeid in een
gezin met een onderdrukkende vader; hij dringt zijn eigen
persoonlijke visie op aan het volk dat hij onderwerpt; hij arresteert
zijn tegenstanders massaal, wat betekent dat hij hen de
bewegingsvrijheid ontneemt in vele gevallen gaat hij over tot
(massa)moord. Leven onder een dictator is bestaan onder een
voortdurende dreiging. Omdat men gearresteerd kan worden van zodra
men zich veroorlooft om alleen nog maar te denken wat men wil, omdat
er in een dictatuur totale willekeur heerst en er derhalve geen reden
hoeft te zijn waarom iemand wordt gearresteerd, leeft iedereen er in
feite in voortdurende gevangenschap, ook al is men niet of nog niet
aangehouden. Solzjenitsyn beschrijft die realiteit ook treffend in
het verhaal over de priester Irakliej die, na acht jaar ondergedoken
geleefd te hebben bij zijn parochianen, zo opgejaagd was dat hij bij
zijn uiteindelijke arrestatie van pure blijdschap de lof zong van de
Heer. Het slachtoffer gaat zijn lot uiteindelijk beminnen omdat
dit nu eenmaal zijn eigenste lot is...
De
dictatuur is verwerpelijk omdat zij mensen verhindert mens te zijn;
zij reduceert mensen tot minder nog dan dieren tot werktuigen van
de alleenheerser. Dictators hoeven niet elke burger feitelijk te
arresteren opdat elkeen ook echt beroofd zou zijn van zijn
bewegingsvrijheid want de dreiging tot arrestatie heeft hetzelfde
effect als de arrestatie zelf ofwel overtreft zij dit effect nog;
tirannen hoeven niet iedereen te vermoorden opdat het volk helemaal
geen mensen meer zou tellen. Maar van zodra het volk kan, grijpt het
zijn kans: de potentaat in rouw die elk van zijn onderdanen kan
dwingen tot het plengen van tranen, wordt van zodra hij de kans
schoon ziet, door dezelfde onderdanen onder luid gejubel in een
ontembare feestvreugde gelyncht.
Arrestatie
of aanhouding betekent letterlijk: afremmen en tot stilstand brengen,
verhinderen om nog voort te gaan, doen stoppen en doen ophouden. Als
we de bijbel mogen geloven zijn er slechts een handvol uitzonderingen
op de regel dat het leven zelf alle mensen vroeg of laat tot
stilstand dwingt. De ouderdom en de kwalen remmen de levensloop af,
zij brengen ons letterlijk tot stilstand, tot stil zitten of tot stil
liggen en zo worden we aan ons bed gekluisterd als we al niet
abrupt uit het leven worden weggeplukt. Het leven zelf rekent ons in
en lijkt wel om verantwoording te vragen zoals de engel aan Job, na
diens klacht, om verantwoording vroeg: Op grond van welk recht
bestaat gij? Gij hebt helemaal geen recht om te bestaan, zegt gij?
Wees dan zo goed mij te volgen! en zo worden wij dan door een
poort geleid en is dat niet de arrestatie bij uitstek? Er staat
geschreven: Voorwaar,
voorwaar, Ik zeg u: Toen gij jonger waart, omgorddet gij uzelf en gij
gingt, waar gij wildet, maar wanneer gij eenmaal oud wordt, zult gij
uw handen uitstrekken en een ander zal u omgorden en u brengen, waar
gij niet wilt.
(Johannes 21, 18) (20)
(J.B.,
13 maart 2018)
Verwijzingen:
(1)
Vladimir
Boekovski, En de
wind keert terug,
autobiografische roman, New York, Хроника, 1978: 126. Vladimir
Boekovski (°1942) [niet te verwarren met Charles Bukovski ook
een dichter] schreef over de dwangbehandelingen in psychiatrische
klinieken die dienst deden als speciale gevangenissen in de USSR.
Zie: https://nl.wikipedia.org/wiki/Vladimir_Boekovski
;
(2)Aleksandr
Solzjenitsyn zat gevangen in de goelag van 1945 tot 1953 (onder
Stalin). Hij schreef De
Goelag Archipel tussen
1958 en 1968. Zie ook: (4). Zie:
https://nl.wikipedia.org/wiki/De_Goelag_Archipel
De nieuwe Securitate - Aflevering 9: De Securitate vandaag in België: doceren onder toezicht van de staatsveiligheid
De
nieuwe Securitate
Aflevering
9: De Securitate vandaag in België: doceren onder toezicht van de
staatsveiligheid
Dat
de realiteit de stoutste fantasie overtreft en wel in niet geringe
mate, blijkt vandaag andermaal: het lesmateriaal van professor in de
klinische psychologie, Mattias Desmet, wordt door de Belgische staat
in beslag genomen, verboden, in feite verbrand, en de hoogleraar
staat nu tijdens het lesgeven onder toezicht van de staatsveiligheid,
die erover waakt dat hij tijdens het doceren 'wetenschappelijk'
blijft! (1) Blijkbaar zit er in de staatsveiligheid een persoon die
de klinische psychologie beter kent dan professor Desmet zelf en die
eigenlijk allang in diens plaats les had moeten geven, alleen weten
wij niet wie dat dan wel mag zijn. Wij vermoeden dat het gaat om een
afgevaardigde van een hogere macht!
De nieuwe Securitate Aflevering 8: Andere voorlopers van het Buurtinformatienetwerk: de Gestapo, de KGB en de RKK
De
nieuwe Securitate
Aflevering
8: Andere voorlopers van het Buurtinformatienetwerk: de Gestapo, de
KGB en de RKK
Over
de Geheime Staatspolizei
die werd opgericht in het Duitsland van 1933 leest men: Alhoewel
de Gestapo geen grote eenheid was, had het een uitgebreid netwerk van
informanten die massaal overgingen tot het verklikken van iedere
mogelijke vijand van het Hitler-regime. Ontegensprekelijk kwamen
personen zonder enige blaam of schuld aan hoogverraad met deze
terreurtactiek in de vele concentratiekampen. (1)
In
de Sovjet-Unie was er de KGB, (...)
belast met spionage, het ontfutselen van geheime informatie uit
niet-communistische landen (met name de VS), de liquidatie van
niet-communistische personen (...) en het uitbannen van
anticommunistische elementen. (...)
(2) Zij voerde een
ware staatsterreur tegen dissidente schrijvers, intellectuelen,
geleerden en andersdenkenden (waaronder joodse, katholieke en
orthodoxe religieuzen) en anti-stalinistische marxisten.
(2) Alles was goed om hen het
leven zuur te maken, te achtervolgen, te vermoorden of thuis binnen
te vallen voor een 'onderzoek' naar staatsgevaarlijke activiteiten.
Wie ( .) weigerde zich te conformeren ( ) kon opgesloten worden
in een psychiatrische kliniek.
(2) (...) Zes
afdelingen
(van het tweede hoofddirectoraat) waren
belast
met het corrumperen van Westerse diplomaten."
(2) Een ander directoraat
"(...) was verantwoordelijk voor het ontwikkelen van wapens,
chemicaliën, en vergiften die tegen politieke opponenten werden
ingezet."
(2) In de surveillance "(...)
werden agenten opgeleid in het schaduwen van personen."
(2) Bekende KGB-ers zijn Vladimir Poetin, oud-president Joeri
Andropov en de vermoorde KGB-er en dissident Aleksandr Litvinenko.
(2)
Edoch,
qua spionage spant De RKK de kroon daar alle
leden van deze machtsgroep informanten zijn en daar deze informanten
bovendien zichzelf
moeten verraden, namelijk in het sacrament van de biecht. De
burgemeester, de pastoor en de huisdokter samen beschikken over alle
mogelijke en onmogelijke informatie van alle leden (dopelingen) van
de Kerk van Rome. Er wordt zelfs gegarandeerd dat de macht van de
kerk groter zal zijn dan die van de staat, daar de kennis en derhalve
de macht van de pastoor deze van de rechter zal overtreffen krachtens
de zogenaamde paasplicht. (3)
De nieuwe Securitate - Aflevering 7: Een voorloper van het Buurtinformatienetwerk: de burgerinformanten van de Stasi in de DDR
De
nieuwe Securitate
Aflevering
7: Een voorloper van het Buurtinformatienetwerk: de burgerinformanten
van de Stasi in de DDR
Bij onze Noorderburen bestaat het 'burgernet' al
langer en onder de kop Veiligheid schrijft Joost van der Wegen
in Vrij Nederland over burgernet: Burgernet?
Rechtspsycholoog Peter van Koppen heeft er nog nooit van gehoord.
Maar als hij op verzoek enkele rapporten doorneemt, wordt hem snel
duidelijk waar het om gaat. De hoogleraar: Dit is weer zon
project dat op twee gedachten hinkt: mensen zich veiliger laten
voelen, wat het project niet doet. En boeven vangen, wat het project
in beperkte mate doet.
(1)
Wat
burgernetwerken wél blijken te doen, is het leven van medeburgers
vernietigen. Vooral uit vijandige regimes zijn ons de tactieken
bekend. Voor de hereniging van Duitsland na de val van de muur in
1989 was het land opgedeeld in (het ons vijandige communistische)
Oost-Duitsland (DDR) en West-Duitsland. Aan de Staatsveiligheid
(Ministerium
für Staatssicherheit of Stasi) van
de DDR werkten 1 op de 50 inwoners mee (91.000 voltijdse medewerkers
en 200.000 Inoffizielle
Mitarbeiter ofburgerinformantenwiens
voornaamste taak het was om politieke tegenstanders het leven zuur te
maken (Zersetsung)
middels loense tactieken. (2) In Wikipedia leest men hier over het
volgende:
Tegen
personen werden tactieken gebruikt als het verspreiden van valse
geruchten, chantage en het organiseren van mislukkingen in het
beroeps- en privé-leven. In oppositionele groepen werd getracht
tweedracht te zaaien via infiltratie en door het stimuleren van
onderlinge rivaliteit. De mensenrechtengroep Initiative
für Frieden un Menschenrechte
die aan de basis stond van de oppositiepartij Verbond
90 (Bündnis 90)
bleek voor de helft uit Stasi-medewerkers te bestaan.
(3)
Na
de val van de muur werden de kantoren van de Stasi bestormd en toen
bleek dat
vrienden, collega's, partners en familieleden regelmatig aan de Stasi
rapporteerden.
Ook kwam aan het licht dat de Stasi heimelijk terroristen steunde
zoals de Rote
Armee Fraktion of
de Baader-Meinhofgroep.
(3)
De nieuwe Securitate - Aflevering 6: Achterdocht, roddel, karaktermoord, moord, volkerenmoord
De
nieuwe Securitate
Aflevering
6: Achterdocht, roddel, karaktermoord, moord, volkerenmoord (Met
enkele
fragmenten uit "Verborgen massamoord"1
over onder meer de Rwanda-genocide)
Ten
tijde van het Derde Rijk maar ook reeds in de daaraan voorafgaande
jaren sinds 1933 bestond in Vlaanderen het Vlaams Nationaal Verbond
(VNV)
onder de leiding van Staf De Clercq, dat in 1936 zestien zetels
behaalde in de Kamer en dat aanleunde bij de Duitsers met het blad
Volk en Staat dat
vanwege het Duits Propagandaministerie (Promi) van de NSDAP een
toelage ontving van 800 Reichsmark - toentertijd een bom geld dat
door o.m. De Clercq werd opgehaald. In 1939 werd de subsidie zelfs
vervijfvoudigd naar 4000 RM per maand. Dat bedrag liep op tot
tenminste 40.800 RM. In totaal zou Volk en Staat tussen 1937 en 1939
meer dan 1.200.000 F Nazigeld ontvangen hebben.2
Het VNV-jeugdblad Deltakamp
kreeg sinds april 1937 maandelijks 100 RM van het Promi.3
Extreem Duitsgezinde nationaal-socialisten verenigden zich in de
NSVAP onder de toen 18-jarige August Segers, geruggensteund door de
Nederlandse nazi Van Rappard. De geschiedenis is complex maar vast
staat dat de hier genoemde en nog andere Hitlergezinden onder het
eigen volk gingen spioneren voor de Duitsers die hen financierden.
Een van de meest schrijnende vormen van een dergelijk 'burenverraad'
voltrok zich in het Roemenië van Ceaușescu
maar de best bestudeerde geschiedenis van moordende achterdocht
betreft de Rwandese volkerenmoord zoals ontleed door Abram de Swaan.
In
zijn Compartimentering
en vernietigingschrijft
sociologieprofessor de Swaan4:
De
geleerden zijn vrijwel unaniem van mening - een zeldzaamheid in de
menswetenschappen - dat niets in de persoonlijkheid van de daders hen
méér dan anderen voorbestemt om hun wandaden te begaan ( ): de
daders zijn 'gewone zelfs doodgewone mensen'.(dS,
26)
En
dat is hier nu precies het punt: gewone mensen geven hun buren aan
bij malafide bezetters, goed wetende dat die hen dan oppakken en
vervolgens worden zij massaal omgebracht - ten tijde van het Derde
Rijk ging het om zes miljoen mensen. Geen sadisten, helemaal geen
criminelen maar gewone mensen, naaste buren, laten zich door
enerzijds geld en anderzijds angst makkelijk reduceren tot
handlangers van massamoordenaars en aldus moeten alle burgers voor
hun medeburgers op hun hoede zijn.
De
moordmachine begint pas goed te draaien van zodra men gaat beseffen
dat men zichzelf het beste kan beveiligen door zich zo snel mogelijk
bij de moordenaars te voegen. Men gaat kwaadspreken om zelf niet
gedemoniseerd te worden want op karaktermoord volgt meestal ook
moord. In Rwanda leidde dat tot een volkerenmoord met zo'n miljoen
Tutsi-slachtoffers.
Uit
Milgram's gehoorzaamheidsexperiment, opgezet vanuit de ontzetting
voor de realiteit van het kwaad, blijkt dat twee derden van de mensen
gehoorzamen zonder geweten, maar de Swaan benadrukt dat Milgram
evenzeer bewees dat alle anderen óngehoorzaam zijn of zich dus
verzetten. (dS,
31-32) Het al dan
niet moorddadige gedrag blijkt tenslotte afhankelijk van
omstandigheden zoals sociale druk en nabijheid van de bevelhebbers en
van de slachtoffers. (dS,
33) In dezelfde
lijn is het Stanford Gevangenisexperiment van Philip Zimbardo een
open vraag gebleven, al lijkt het ook aan te tonen dat het impact van
de situatie op ons gedrag groot is. (dS,
38-39) Edoch,
situaties die van gewone burgers beulen maken, werden gecreëerd door
genocidale regimes en de vraag luidt hoe die dan konden ontstaan:
gaat het om een terugval in de barbarij of daarentegen om een gevolg
van de moderniteit? De Swaan laat Michael Mann aan het woord:
Moorddadige
zuivering is modern omdat het de duistere kant van de democratie is.
(dS,
50) Met hun
populisme scheppen politici verdeeldheid maar anderzijds blijken de
moordpartijen in dictatoriale regimes onovertroffen. Ook komen
dictaturen vaak uit democratieën voort. Er
is iets aan de moderniteit dat dit bijzondere kwaad op een massale
schaal los maakt.
(dS,
46-53)
Hoe
ontstaat polarisatie? Een
genocidaal regime kiest een bepaalde volksgroep uit als voorwerp van
massahaat gevolgd
door een intensieve haatcampagne aansluitend op reeds bestaande
meningen en gevoelens. (dS,
56-57) Maar het
'wij-zij'-denken gebeurt
altijd in een dynamiek van concurrentie:
emoties veronderstellen belangen en vergezellen ze, zegt Nico Frijda.
En Freud had het over 'projectieve identificatie': men
loochent zijn gevoelens en men projecteert ze
(middels 'geruchten'
- cf. D.L. Horowitz) op
de ander en aldus wordt het slachtoffer als dader afgeschilderd.
H.F. Stein spreekt over 'antagonistische symbiose': het vijandsbeeld
versterkt de cohesie van de eigen groep. (dS,
57-59)
Volgens
J. Huizinga kunnen de emoties van een volk zich in een bepaalde
richting ontwikkelen. Norbert Elias toont aan hoe beschaving volgt
uit historische processen gespreid over 500 jaar waarbij een terugval
in barbarij mogelijk blijft, zoals in het nazisme en waarbij
onderlinge afhankelijkheid voor eendracht zorgt. Het begint met
verwantschap en nabijheid maar met de vorming van staten worden de
groepen ('wij' en 'zij') groter. Identificatie en desidentificatie of
dus polarisatie komt in de plaats van een nog grotere barbarij,
namelijk die van de onwetendheid en de onverschilligheid. (dS,
73-75)
De
moderniteit heeft wellicht genocides gecombineerd met nieuwe
ideologieën of met nieuwe technologieën, maar het fenomeen zelf is
waarschijnlijk zo oud als de beschaving zelf.
(dS, 82) De
geschiedschrijvers in Oudheid en Middeleeuwen verhaalden met wellust
over de massaslachtingen van onder meer de Kruisvaarders en de
Mongolen, zij bezongen de heldendaden van de massamoordenaars en
monumenten werden voor hen opgericht. De Azteken hadden geen verweer
tegen het bloedbad dat de Spaanse veroveraars aanrichtten met
miljoenen doden. In Afrika werden tien miljoen zwarten als slaven
verkocht voor de Amerikaanse plantages maar dit gold als uitbuiting,
niet als genocide, al was er ook (ongeremde en ongestrafte) genocide
op 'minderwaardigen' door kolonialen (ver van huis!) zoals de Duitse
Keizer in Namibië en Kenia, de Tsaar in Centraal-Azië en de
Kaukasus en Leopold II in de Congo. Er waren boerenopstanden zoals in
1850-1864 in de Taiping-opstand in Zuid-China waar 20 miljoen doden
vielen en de daarop volgende plunderingen zorgden voor hongersnood.
Administratieve capaciteit, logistieke middelen,
militaire technologie en propaganda hebben het potentieel van de
staat voor het uitvoeren van genocidale campagnes enorm vergroot
(dS, 83-88)De
staat is de grootste mensendoder in de moderne wereld maar zij wist
de sporen van haar vernietiging samen met haar documenten uit. ( )
De meeste slachtoffers ( ) zijn ongewapende burgers
met als doelgroepen ras, etnie, geloof, nationaliteit, klasse of
politieke overtuiging ofwel werd lukraak terreur gezaaid. (dS,
89-92) Staan we even stil bij de exemplarische Rwandese genocide.
De
massavernietiging van Tutsi's (T) (aristocraten) en verdachte Hutu's
(H) (boeren) door de Hutu-Power-beweging in Rwanda in het voorjaar
van 1994 (voorafgegaan door wederzijdse slachtingen in 1959 [door H
op T] en in 1962 [door T op H]) gebeurde met machetes maar bleek
zorgvuldig voorbereid. De VN onttrok zich aan haar
beschermingsplicht. H en T werden door de kolonisten bestempeld als
verschillende rassen - een puur verzinsel. (dS,
93-100) (...) de fanatiekste voorstanders van een
erfelijk onderscheid tussen T en H waren geobsedeerd door de
mogelijkheid dat T zich als H konden voordoen om zo
verwarring en verdeeldheid te zaaien (dS,
100) - de referenties zijn identiteitskaarten... waarmee
mogelijkerwijze geknoeid werd en er zijn ook veel gemengde
huwelijken. Toch doodden de Hutu-Power-moordcommando's talloze
Rwandezen puur op verdenking van Tutsi-herkomst of connecties, of
enkel vanwege veronderstelde loyauteit aan Tutsi's. (dS,
100) Uiterlijke kenmerken zoals lichaamslengte hebben
aanvankelijk niets met ras te maken, wel met rijkdom, met al dan niet
doorvoed zijn. Op gelijkaardige wijze werd foutief een onderscheid
verondersteld tussen Khmer en Vietnamezen en tussen zuivere Ariërs
en andere Duitsers.
In
Rwanda leidde de strijd tussen vermeend andere rassen in 1994 tot een
genocide met tot een miljoen Tutsi-slachtoffers. H mogen geen
medelijden hebben met T die 'kakkerlakken' worden genoemd - zij
vertegenwoordigen het absolute kwaad en haat wordt emotieloze
vernietigingsdrang (desidentificatie); H moeten andere H als broeders
beschouwen (identificatie) - deze berichten worden onophoudelijk via
de radio onder de H verspreid. Een radicalisering van deze aldus
reeds
bestaande gevoelens
leidde uiteindelijk tot de genocide van 1994 met als startsein de
dood van de Rwandese president Habyarimana na de aanslag op het
vliegtuig waarop ook de Burundese president zat. De T van het
Rwandees Patriottisch Front (RPF) werden geholpen door de Fransen die
vruchteloos probeerden het moorden te voorkomen. De T vielen
Oost-Congo binnen en Mobutu werd er vervangen door Kabila, waarna
burgertwisten 20 jaar lang miljoenen slachtoffers maakten terwijl de
wereld toekeek. De
doelbevolking van een genocidale haatcampagne hoeft niet een 'reële'
dreiging te vormen: dat was niet zo in het geval van de joden in
Duitsland; de Koelakken in de Sovjet-Unie hadden onteigend kunnen
worden in plaats van uitgeroeid; en het is moeilijk voor te stellen
dat de slachtoffers van de Culturele Revolutie in China een
bedreiging waren voor het Chinese communistische regime. In dit
opzicht wordt de betrekkelijke autonomie van de collectieve fantasie
nog eens bevestigd, vooral als die aangewakkerd wordt door de
propaganda van het regime.
(dS,
100) Binnenlandse instabiliteit, onzekere internationale relaties,
economische recessie, tekort aan landbouwgrond, bevolkingsexplosie en
navenante concurrentie maakten de toestand explosief. De
moordenaars werden door de overheid heimelijk gesteund maar de
polarisatie was allang voorbereid. Velen
werden gedwongen mee te doen om niet vermoord te worden.
(dS,
111)(Het
was dus mee moorden met de medestanders of door hen vermoord worden.)
Er waren 100.000 tot 200.000 daders, de moordpartijen gebeurden in
een
sfeer van afschuw en opwinding maar ook van een wreedaardig
carnaval.(dS,
114) Alles
was erop gericht de kring van medeplichtigen uit te breiden(dS,
114) De
doelstellingen van het genocidale regime: een schoolvoorbeeld van
collectieve regressie in dienst van het regime(dS,
115) De
Rwandese genocide was een geval van autodestructieve destructie,
omdat de genocidairs druk waren met het uitmoorden van ongewapende en
ongeorganiseerde Tutsi's, maar nauwelijks verzet boden aan het zwaar
bewapende en goed georganiseerde RPF dat naar Kigali optrok: 'Wij
waren geen partij voor voor de RPF soldaten. Wij vochten alleen tegen
mensen die we wel aankonden'
(dS,
115) Het was een
delirium van vernietiging [aangemoedigd via de radio] in het aanzicht
van de militaire nederlaag.
(dS,
115) En de Rwandese genocide is in dit opzicht niet uniek. De
moordenaars creëerden gezamenlijk een mobiel, tijdelijk
moordcompartiment waarin alles geoorloofd was, waar morele geboden
niet meer golden, en waarin zij elkaar opzweepten tot een razernij
die ze tot doden dreef, tot de moord die hun razernij nog weer verder
opstookte. Aan het eind van de dag gingen de moordenaars naar huis en
hielden zich bezig met de dingen van alledag. De volgende dag konden
ze evengoed weer meegaan in de koortsige opwinding van de moordbende.
( ) Hierin lijken ze op sportfans die, gezamenlijk en tamelijk
onschuldig, een sfeer van extase en overgave creëren. ( ) Ze
opereerden ( ) binnen een compartiment van woeste wreedheid dat zij
zelf hadden opgetrokken op instigatie en onder dwang van het
heersende regime.
(dS,
117)
1Abram
de Swaan,
The Killing Compartments. On genocidal regimes and their
perpetrators, 2014. (Nederlandse
vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014), in de tekst afgekort als 'dS'.
Voor
een synthese, zie: J.B., Verborgen
massamoord,
Serskamp 2017. Zie: 330786.pdf
(bloggen.be)
2Maurice
De Wilde, De Nieuwe Orde, De Nederlandsche Boekhandel,
A'pen/A'dam (Tweede druk), 1982, pp. 9-12.
4Abram
de Swaan,
The Killing Compartments. On genocidal regimes and their
perpetrators, 2014. (Nederlandse
vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014), in de tekst afgekort als 'dS'.
Voor
een synthese, zie: J.B., Verborgen
massamoord,
Serskamp 2017, hoofdstuk 3. Zie: 330786.pdf
(bloggen.be)
01-02-2023
De nieuwe Securitate - Aflevering 5: Bergoglio , de onfeilbare geschiedenisherschrijver
De
nieuwe Securitate
Aflevering
5: Bergoglio, de onfeilbare geschiedenisherschrijver
Spionage,
inlichtingen, burenverraad of, anders gezegd, de zaak van het beheer
van informatie en de productie van desinformatie vormen de kern van
de oude en de nieuwe Securitate waarin de zich onfeilbaar noemende
pausen een rol van formaat spelen en, zoals bekend inzake de
verantwoordelijkheid van het Vaticaan ten tijde van het Derde Rijk en
vooral met betrekking tot haar onderdanigheid aan de omerta, kennen
we ook vandaag nog de beproefde methode van krommenaas die onlangs
nog het nieuws haalde naar aanleiding van de reclame die Kerk en
Leven (het zogenaamde parochieblad) maakte voor de publicatie Sodoma
van Frédérick Martel uit 2019. Uitgerekend vandaag haalt paus
Franciscus opnieuw het nieuws met de krantenkop: "Blijf
met je handen van Afrika!": Paus Franciscus waarschuwt voor
hebzucht tijdens zijn bezoek aan Congo. En het VRT-nieuws
stipuleert: Na
de onafhankelijkheid in 1960 werd de Kerk steeds meer een politieke
en sociale stoorzender.
(1)
Of
dat zo is, valt nog te bezien want een heel andere uitleg dringt zich
op samen met de machtswissel in verband met de exploitatie van de
bodemschatten die immers niet langer het monopolie is van westerse
belanghebbenden, nu ook China daar sinds kort aan 'ontwikkelingshulp'
is gaan doen en China kan niet bepaald een medestander van het westen
heten in het licht van de nieuwe machtsverhoudingen ingevolge de
actuele oorlog in Europa. Dat de kerk vroeger alles behalve een
stoorzender was van de uitbuitende machten maar daarentegen de eerste
medewerker, staat geheel buiten kijf.
Reeds
in het tiende hoofdstuk van zijn publicatie The
Crime of the Congo,
waar hij enkele katholieke getuigenissen laat aan bod komen, schrijft
Arthur Conan Doyle dat de kerk in de zaak van de Congo nagelaten
heeft haar stem te verheffen tegen de onmenselijke praktijken waarvan
zij zonder twijfel moet van op de hoogte geweest zijn, precies zoals
zij decennia later over de nazi's zweeg waar zij, zoals Dirk
Verhofstadt aantoonde, de best geïnformeerde instelling ter wereld
was over de genocide op de joden. Maar de kerk excelleerde niet
alleen in het doodzwijgen van het kwaad.
The
Crime of the Congo
werd gepubliceerd in 1909 maar vele jaren later, na de dood van
Leopold II en onder het bewind van de aartsbisschop van
Elisabethville van 1932 tot 1958, leek zij met de onmenselijke
praktijken van foltering en moord ten bate van de uitbuiting en het
geldelijk gewin gewoon door te gaan. In De
Geest van koning Leopold II en de plundering van de Congo
schrijft de Amerikaanse historicus Adam Hochschild:
Tientallen
jaren na Leopolds dood kwam er een merkwaardige legende tot stand in
de Congo. Men geloofde dat de koning helemaal niet dood was maar in
zijn voormalige kolonie was komen wonen. Hij had een
gedaanteverwisseling ondergaan en was nu een Belgische geestelijke,
Jean de Hemptinne, de politiek gezien invloedrijke en zeer
uitgesproken katholieke aartsbisschop van Elisabethville. (De legende
was duidelijk aangewakkerd door de grote witte baard en de rijzige
gestalte van De Hemptinne, die beide van Leopoldiaanse afmetingen
waren). De Hemptinne was de reïncarnatie van Leopold, zei men, of
misschien was hij de onwettige zoon van de koning en vervulde hij op
cruciale momenten de rol van een schimmige figuur achter de schermen,
die de politie bevel gaf het vuur te openen op stakende mijnwerkers
in één beruchte episode, of een rechter opdroeg streng te zijn voor
een aangeklaagde gevangene in een andere.
(2)
Op
het internet kan men nog de doodsbrief terugvinden van de geestelijke
Jean Felix de Hemptinne, (3) in Wikipedia vermeld met alleen maar
zijn tweede voornaam: Félix
de Hemptinne (1876-1958), Benedictijn en apostolisch vicaris van
Katanga
(Belgisch-Kongo)die
kennelijk een telg is uit het Gentse adellijke geslacht van onder
meer vooraanstaande politici, medici en pedagogen (de stichters van
de Sint-Lucasscholen) maar ook van industriëlen en textielbaronnen,
onder meer medeoprichters van de Union Cotonnière of de UCO, met
activiteiten in de Belgische kolonie.
(2)
Adam
Hochschild, De
geest van koning Leopold II en de plundering van de Congo,
Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse vertaling door Jan Willem
Bos). (Oorspronkelijk: King
Leopold's Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial
Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 301.
De nieuwe Securitate - Aflevering 4: De mens is gezien
De
nieuwe Securitate
Aflevering
4: De mens is gezien
Ofschoon
men niet mag vervallen in simplificaties, is het een onmiskenbaar
feit dat het beroepsverleden van de huidige Russische president
Vladimir Poetin als spion voor de USSR een aanzienlijke rol speelt in
het ontstaan en in het verloop van de huidige oorlog tussen Rusland
en de Oekraïne welke reeds geëscaleerd is tot een wereldwijd
conflict dat alleen nog alom in geweld hoeft uit te barsten om een
nieuwe wereldoorlog te kunnen worden.
Een
spion of een geheimagent verzamelt op wettige maar ook op onwettige
wijze informatie voor zijn opdrachtgever die de staat kan zijn of een
privébedrijf maar men vergeet dikwijls de derde mogelijke werkgever,
namelijk: verborgen machtscentra die precies weten wat ze willen en
die van de regeringsleden stromannen maken die niet lijken te weten
wat ze willen omdat wat ze voorhouden te doen niet overeenkomt met
wat ze in feite onder de druk van geheime potentaten moeten trachten
te realiseren.
Cruciaal
voor een goed begrip van de handelwijze van spionnen is de wetenschap
dat hun handelen (onvermijdelijk) finaal gestuurd wordt door
achterdocht:
een spion die de mensen welke hij onderzoekt ook vertrouwt, wordt
beschouwd als volstrekt onbekwaam en is derhalve onbestaande. Om te
beginnen opereert een spion in het geheim, wat wil zeggen dat niemand
weet dat hij spioneert en dus wantrouwt.
Maar dat betekent op de keper beschouwd dat waar spionage aan de orde
is, elke weldenkende burger elke andere burger moet beschouwen als
een mogelijke spion. Uiteraard verantwoordt zich de praktijk van de
spionage door de staat middels het argument dat wie legaal handelen,
helemaal niets hoeven te vrezen en dus maar kunnen doen alsof zij
niet bespioneerd kunnen worden omdat dat voor hen uiteindelijk geen
enkel verschil uitmaakt. Uiteraard liggen de zaken anders waar
spionnen opereren in functie van verborgen machtscentra welke
aansturen op een totalitair regime waarvan de regels immers vloeken
met de legaliteit van dat ogenblik.
Nochtans
blijft het nemen van vrede met een toestand waarin men de ander als
een mogelijke spion moet beschouwen een bijzonder precaire
aangelegenheid, in de eerste plaats omdat het argument dat wie legaal
handelen niets te vrezen hebben pas geruststellend kan zijn waar
alles loopt zoals het moet, terwijl iedereen heel goed weet dat
uiteindelijk niets loopt zoals het hoort. De zenuwachtigheid die dit
gegeven meebrengt is vergelijkbaar met het ongemak dat gepaard gaat
met het bezit van atoom- en andere wapens ter verdediging van de
eigen mensen omdat men ook daar nooit met zekerheid kan zeggen dat ze
zich niet keren tegen wie ze zich als verdediging hebben aangeschaft.
Wapendracht kan nog geduld worden ter verdediging tegen wie het eigen
territorium aanvallen en dat zijn dan vijanden uit het buitenland
maar bevinden de vijanden zich onder het eigen volk dan wordt
wapendracht een stukje van een wel bijzonder moeilijke puzzel die
sterk verwant is aan de puzzel waarmee het gevaar van het terrorisme
ons behept. Precies hetzelfde geldt nu voor spionage: waar zij
mogelijkerwijze eigen mensen op het oog heeft, moet iedereen ervoor
vrezen in het vizier te lopen of achtervolgd te worden. Niemand kan
bevroeden of de staat al dan niet van binnenuit ondermijnd wordt door
vijanden zoals terroristen, fundamentalisten, maffiosi, sekten en nog
andere groepen die heimelijk de eigen wetten boven die van de staat
stellen en die er naar streven om de staat omver te werpen door de
eigen wetten in de plaats te stellen van de gangbare. Wantrouwen
tegenover de vijand maakt bewapening noodzakelijk en ook spionage
maar wapenbezit en wapendracht veronderstelt vertrouwen binnen de
eigen kring, waarbij dan onvermijdelijk de kwestie rijst waar de
grens ligt tussen wat eigen is en wat vreemd is of vijandig.
Waar
samenwerking het devies is terwijl tevens wantrouwen wordt vereist,
wordt gevraagd dat er een geest tot stand komt welke in staat is om
deze twee ogenschijnlijk elkaar tegenstrevende gesteldheden te
verenigen: samenwerking én wantrouwen. En de twee zijn kennelijk
verenigbaar, namelijk in de realiteit van de concurrentie.
Concurrentie
komt van het Latijnse voorzetsel 'con', dat 'samen' betekent en het
werkwoord 'currere' dat wil zeggen 'lopen' of 'rennen'. 'Concurrere'
is 'samen
rennen' maar dan tegen
elkaar;
het is competitie (van 'con' en 'petere' dat betekent 'begeren' of
'verlangen'): men streeft samen
naar
de overwinning die slechts één van allen ten deel kan vallen en
derhalve streeft men alsnog tegen
elkaar.
Alle deelnemers hebben dezelfde vijand, namelijk het verlies, en die
gemeenschappelijke vijand verenigt
hen ondanks het feit dat ze elkaar bestrijden.
Ze hebben ook allemaal hetzelfde doel, namelijk de winst, terwijl het
tevens zo is dat de winst voor de ene het verlies betekent voor de
ander. Maar door zich een abstracte vriend en vijand voor ogen te
houden - respectievelijk de zege en het verlies - voltrekt de strijd
zich alsnog als een gezamenlijk engagement.
Het
dulden van spionage brengt een ongemak mee of een spanning welke
verwant is met de spanning eigen aan de competitie; het is de
ongemakkelijke geest van de concurrentie. Deze geest dankt zijn
draaglijkheid aan een geestesgesteldheid die de sportiviteit wordt
genoemd, welke de ethos is van de sport. Het woord 'sport' is verwant
met het Latijnse werkwoord 'disportare' dat betekent 'zich
verstrooien', 'zich vermaken', 'zich ontspannen' of 'spelen'. Het
spel staat tegenover de ernst en op die manier krijgt de strijd van
de concurrentie of de competitie een speels karakter omdat de ernst
ervan gerelativeerd wordt.
Terwijl
een strijd in ernst fysiek wordt gevoerd op leven en dood, verkrijgt
de competitie of de concurrentie een speels karakter doordat deze
activiteit die zich afspeelt in de 'harde' werkelijkheid zich laat
doordringen van de 'zachte' droom. Concurrenten bestrijden elkaar
niet met dodelijke wapens maar met papieren geld, met dingen die hun
waarde ontlenen aan hun schaarste, met schone dingen of met kennis
waarmee zij kunnen pronken. Het winnaarschap vereist niet dat de
vijand wordt gedood, hij wordt alleen vernederd, hij krijgt een plek
in de pikorde die harde realiteit is maar tevens spel omdat zij op
afspraken steunt. Hier wordt het brute geweld overstegen door de
mogelijkheid
van geweld, de dreiging, het recht, de handel, de economie. De ernst
van de oorlog daarentegen ligt alleen maar in het verlengde van de
economie en hij wordt vooralsnog door het spel van de economie
vermeden.
De
activiteit van de spionage vindt zijn oorsprong in het wantrouwen dat
echter geduld wordt zoals de concurrentie wordt geduld of de
competitie. Spionage bewerkstelligt tevens dat wie weten dat zij er
het object van zijn, de spontaneïteit van hun handelwijze gaan
inruilen voor acteerprestaties waarmee zij hun achtervolgers op het
verkeerde been trachten te zetten terwijl zij anderzijds genoodzaakt
worden een draaiboek te volgen dat van de hand van hun achtervolgers
is omdat wie gade geslagen worden zich onzichtbaar trachten te maken
door te doen wat van hen wordt verlangd door wie hen controleren. De
puzzel van de sociale interactie wordt ingewikkeld en mondt
uiteindelijk uit in een fatale verwarring die pas middels bruut
geweld kan worden beëindigd.
Op
die manier is elke vrede uitstel van oorlog en kent elke cultuur of
beschaving een opgang maar onvermijdelijk ook een ondergang. Spionage
bespoedigt de ondergang omdat zij danig enerverend werkt en
verstorend voor de normale interacties welke immers op vertrouwen
stoelen. De spanning opgeroepen door het naast elkaar bestaan van
noodzakelijk vertrouwen en onvermijdelijke achterdocht is gedoemd om
op te lopen en te exploderen. Het installeren van spionage intern in
een maatschappij is de inductie van sociale suïcide. Communistische
regimes gaan eraan ten onder zoals de Sovjets onder Stalin en
Roemenië onderCeaușescu
maar ook het zogenaamd vrije, op de kapitalistische economie
gebaseerde maatschappijmodel wordt erdoor bedreigd ingevolge de
onvermijdelijke monopolievorming met in haar zog allerlei vormen van
dictatuur. Zij maken de religie die het vertrouwen propageert
('religie' betekent immers 'overgave') onwerkbaar maar ook de
humanistische ethiek en met het verdwijnen van de ethiek, rest alleen
nog de conditionering als regelaar van het gedrag, waardoor mensen
volkomen manipuleerbaar worden en moeiteloos kunnen worden herleid
tot de tentakels van een totalitair apparaat.
Als
aldus het menselijke uit de mens gebannen wordt, blijft alleen een
robot over die nog weinig verschil lijkt te vertonen met de computer:
hij is dan programmeerbaar, inzetbaar en perfect vervangbaar en
reproduceerbaar, persoonlijk waardeloos of gewoon in het niets
verdwenen. Hier is dan zoals in de roman van Joseph Conrad het Hart
der Duisternis, waarmee de wetteloze jungle wordt bedoeld, nadat het
werd veroverd, tot ons eigen hart geworden dat aldus harteloos werd,
want dat is de betekenis van wantrouwen. Drieëndertig jaar na de
dood van Ceaușescu met zijn Securitate zijn de Roemenen nog altijd
getraumatiseerd. Waar mensen zichzelf gereduceerd hebben tot elkaars
spionnen omdat naast de pandemie van de camera's uiteindelijk ook de
burgers zelf tot camera's werden herleid, is de onvoorstelbare
realiteit van een hel bevolkt met demonen springlevend. Het
oerwoud heeft zijn plaats afgestaan aan de beschaafde stad maar die
beschaafde stad wordt op haar beurt geregeerd door de cultuur van de
jungle.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
30 januari 2023)
29-01-2023
De nieuwe Securitate - Aflevering 3: Hannah Arendt, totalitarisme, geheime politie en burentoezicht
De
nieuwe Securitate
Aflevering
3: Hannah Arendt, totalitarisme, geheime politie en burentoezicht
In
haar Totalitarisme
legt
Hannah Arendt uit hoe een eenpartijsysteem altijd onzichtbaar blijft
en opereert in het geheim achter de façade van een normaal bestuur.
De regering lijkt dan bijvoorbeeld democratisch maar zij wordt op
haar beurt geregeerd door een niet verkozen kliek die de feitelijke
macht bezit. (...)
de macht van de partij berust (dan) op een monopolie, gewaarborgd
door de staat, en de partij bezit niet langer haar eigen
machtscentrum.
(1) Maar een totalitaire macht is nog veel radicaler: Boven
de staat en achter de façades van de ogenschijnlijke macht, in een
doolhof van menigvuldige diensten, aan de basis van alle
gezagsverschuivingen en temidden van een chaos van inefficiëntie,
ligt de machtskern van het land: de superefficiënte en
supercompetente diensten van de geheime politie (GP).
(2) En het klinkt ons niet langer onbekend in de oren waar Hannah
Arendt dan wat verderop vervolgt: Voor
iemand die 'gevaarlijke gedachten' koestert wordt een buurman in deze
fase geleidelijk een gevaarlijker vijand dan de officieel benoemde
politieagenten.
(3) Jawel: (Het)
eindigt met de liquidatie van elke georganiseerde vorm van openlijke
en geheime weerstand (4)
En Arendt geeft twee voorbeelden: (...)
in Duitsland gebeurde dit rond 1935 en in Rusland bij benadering in
1930.
(5) Een van de meest schrijnende vormen van 'burentoezicht' voltrok
zich vanaf 1948 in Roemenië met de beruchte Securitate onder de
dictatuur van Nicolae
Ceaușescu en de wrede toestand hield aan tot op de dag dat de
potentaat en diens vrouw (die hoofd was van de Securitate) op
kerstmis 1990 werden gelyncht nadat het volk zich tegen hen had
gekeerd.
In
de beginfase van de totalitaire staat worden wie weerstand bieden
geliquideerd en pas nadat de uitroeiing van vijanden een feit is,
komen de terreur en de totale overheersing. "Praktisch
gesproken gaat de totalitaire heerser te werk als een man die
hardnekkig iemand anders beledigt, tot iedereen weet dat de laatste
zijn vijand is, zodat hij met een zekere geloofwaardigheid zijn gang
kan gaan en hem kan doden uit zelfverdediging. Dit is bepaald grof,
maar het werkt - zoals iedereen weet die ooit heeft gadegeslagen hoe
succesvolle carrièrejagers mededingers elimineren." (6)
Totalitaristen spreken ook over 'objectieve vijanden' die ideologisch
gedefinieerd worden. De GP, gedefinieerd als 'een staat in de staat',
ontleent haar macht aan de geheime informatie waarover zij beschikt
en zij is onderworpen aan de wil van de leider, die de te liquideren
vijanden aanduidt en die de GP ["bemand
door agenten die elkaar niet kennen"
(7)] daarom als enige vertrouwt.
De
GP voert geheel blindelings haar opdrachten uit; blindelings, want
"de
voor het totalitarisme centrale veronderstelling dat alles mogelijk
is, leidt (...) tot de absurde en vreselijke consequentie dat elke
misdaad die de heersers kunnen bedenken, bestraft moet worden,
ongeacht of die misdaad al dan niet gepleegd werd."
(8) "Onder
totalitaire regimes wordt provocatie - vroeger alleen de specialiteit
van de geheime politie - een methode om met zijn buurman om te gaan,
en iedereen wordt er, gewild of ongewild, toe gedwongen deze methode
te gebruiken. Iedereen is in zekere zin de agent provocateur van
ieder ander (...)."
(9) "In
een systeem van alomtegenwoordige spionage, waar iedereen
politieagent kan zijn en elk individu zich constant geobserveerd
voelt - in omstandigheden bovendien waar carrières uiterst onzeker
zijn en waar het dagelijkse kost is dat iemands ster op de meest
spectaculaire wijze rijst, om morgen alweer te vallen -, wordt elk
woord dubbelzinnig en vatbaar voor retrospectieve 'interpretatie'."
(10) De medeplichtigheid van tewerkgestelden door het regime
garandeert hun loyaliteit. (11)
De
moeilijkste taak van de GP bestaat erin de sporen te laten verdwijnen
van de door hen geliquideerden. De Ochrana vond een klasseersysteem
uit met de namen van principieel alle burgers waarbij middels
speciale tekens hun onderlinge relaties aanschouwelijk werden:
vriendschapsrelaties, vijanden, kennissen, enzovoort. [En ziedaar de
voorloper van 'facebook', dat op dat vlak vandaag aan zijn beheerders
uiteraard quasi eindeloze mogelijkheden biedt.] Arendt zegt erover
dat als zo'n perfecte kaart ooit bestond, ze het "wellicht
mogelijk zou maken om mensen zonder enig spoor uit te wissen, alsof
ze helemaal niet hadden bestaan."
(12) Dat laatste is dan ook de grootste zorg van de GP nadat ze hun
slachtoffers hebben laten verdwijnen. "Het
enige strikt bewaarde geheim in een totalitair land (...) betreft de
operaties van de politie en de omstandigheden in de
concentratiekampen."
(13)
De
grootste misdaad bestaat erin over die geheimen te spreken. Edoch,
"aangezien
een mens voor zijn kennis afhankelijk is van de bevestiging en het
begrip van zijn medemensen, verliest deze algemeen gedeelde, maar
individueel bewaarde, deze nooit besproken informatie haar
werkelijkheidskarakter, en wordt ze een pure nachtmerrie. Alleen zij
die in het bezit zijn van [die] strikt geheime kennis (...) zijn in
staat met elkaar te communiceren over wat in feite de werkelijkheid
van allen uitmaakt. Dat is hun geheim, en om dit geheim te bewaren
vormen ze een geheime organisatie (...)" (14)
Het
geheime genootschap wordt opgericht "met
de bedoeling om het onfatsoenlijke experimentele onderzoek naar de
grenzen van het mogelijke te kunnen uitvoeren."
(15) Arendt besluit dit hoofdstuk als volgt: "(...)
het is haast onmogelijk om te weten hoeveel van deze mensen, wanneer
ze verder blootgesteld worden aan (...) werkloosheid, blij zullen
berusten in een 'bevolkingsbeleid' dat bestaat in een regelmatige
eliminatie van het surplus aan mensen, en hoeveel onder hen, wanneer
ze hun groeiend onvermogen ervaren om de lasten van het moderne leven
te dragen, zich blij zullen conformeren aan een systeem dat, samen
met hun spontaniteit, hun verantwoordelijkheid elimineert. Met andere
woorden (...) weten we niet hoe goed (...) het geheim van deze GP
tegemoet komt aan de geheime verlangens en de geheime
medeplichtigheden van de massa's in onze tijd."
(16)
Buurtinformatienetwerken
op zich lijken uiteraard mijlenver verwijderd van een politieapparaat
dat in het geheim opereert maar zij vormen wel reeds de ready-made
tentakels van een monster dat vooralsnog sluimert en dat pas
verschijnt in vol ornaat op het ogenblik dat de ondermijning van de
legale macht voltooid zal zijn en dat wil zeggen: van zodra het
verborgen programma wet geworden is.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
29 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Hannah
Arendt,Totalitarisme,
Boom, Amsterdam, vijfde oplage
2021 (eerste druk 2014), in het Nederlands vertaald door Remi Peeters
en Dirk De Schutter. Oorspronkelijk: Totalitarianisme,
deel III, alsook (in een appendix) een gedeeltelijk samengevat
negende hoofdstuk uit deel II, getiteld: The
Decline of the Nation-State and the End of the Rights of Man,
p. 237. Voor een synthese, zie: Jan
Bauwens, Het
grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de
totalitaire wereld,
Serskamp 2022, pp. 103-107 (Dit is paragraaf 10, getiteld: De
geheime politie en facebook, experimenten en
liquidaties.)
Waar toepasselijk werden enkele paragrafen uit deze eigen tekst hier
quasi integraal (ingekort of aangevuld) weergegeven.
(2)
Hannah Arendt, o.c.,
p. 238.
(3)
Ib., p. 240.
(4)
Ib., p. 240.
(5)
Ib., p. 240.
(6)
Ib., p. 243.
(7)
Ib., p. 245.
(8)
Ib., p. 247.
(9)
Ib., pp. 250-251.
(10)
Ib., p.
251.
(11)
Ib. p. 252-253.
(12)
Ib. p. 255-256.
(13)
Ib., p.
258.
(14)
Ib., p.
258.
(15)
Ib., p.
259.
(16)
Ib., p.
261.
28-01-2023
De nieuwe Securitate - Aflevering 2: De heksenprocessen van Salem achterna
De
nieuwe Securitate
Aflevering
2: De heksenprocessen van Salem achterna
Informatie
begint met waarneming en waarneming is selectief. Die selectiviteit
staat in functie van het beoogde maar zij kan ook voor een stuk een
gevolg zijn van conditionering, manipulatie of zinsbegoocheling, om
maar iets te zeggen.
Vooreerst
geldt de regel dat men vindt wat men zoekt of, correcter uitgedrukt,
dat men niet vindt wat men niet zoekt: men moet met
andere woorden oog hebben voor zekere dingen om ze te kunnen zien. De
waarneming wordt bovendien niet alleen gekleurd door wat men weet:
ook emoties spelen een rol en zo bijvoorbeeld zullen mensen met
specifieke angsten ook zaken registreren die daarmee te maken hebben.
Maar
de waarneming wordt niet alleen geaccentueerd door wat we al in ons
hebben en door wat we vrezen en wensen: zij wordt daardoor ook op het
verkeerde been gezet en wel in die mate dat we niet alleen dingen die
er zijn, helemaal niet zien omdat we er geen oog voor hebben maar ook
dat we dingen gaan zien die er helemaal niet zijn.
En
dan hebben we het nog niet gehad over de kloof tussen onze
waarnemingen en het verslag dat wij daarover uitbrengen, niet alleen
omdat het geven van een exacte beschrijving van het waargenomene op
zich al uiterst moeilijk is, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het
problematisch karakter van diagnostisering, proces-verbaal of
kennisextractie maar omdat bovendien de mogelijkheid van het al dan
niet bewuste liegen om de hoek komt kijken, zoals bijvoorbeeld bij
selffulfilling prophecy, bij het liegen om bestwil en bij het
minimaliseren of het overdrijven van de 'feiten'. Want wat zijn
tenslotte feiten?
Het
is een feit dat het negroïde ras minder intelligent is dan het
blanke, zo beweerde men ooit vanuit de 'rassenleer' die inmiddels
allang naar de prullenmand werd verwezen omdat mensenrassen nu
eenmaal helemaal niet bestaan. Het is een feit dat mensen van adel
edelmoediger zijn, zo werd het volk ooit voorgehouden door
gezagsdragers, totdat aan het licht kwam dat het misschien wel eens
net andersom kon zijn: toen de Titanic zonk, sloten de opvarenden van
eerste klas de hekkens van de verdiepingen van de lagere klassen
zodat die mensen verdronken en wat later kieperden de mannen uit
eerste klas ook hun vrouwen en kinderen uit de reddingssloepen
overboord, zoals blijkt uit de cijfers welke pas werden vrijgegeven
nadat alle 'daders' overleden waren: de sloepen bleken vrijwel
uitsluitend bevolkt met volwassen mannen.
Met
het feit van de onfeilbaarheid van de paus en de geloofspunten van de
kerk wordt inmiddels zelfs de spot niet meer gedreven omdat de
gevolgen van deze flagrante leugens al te veel slachtoffers hebben
gemaakt en nog steeds maken en zo zou men de doop allang een bij wet
verboden praktijk moeten zijn omdat zij weerloze kinderen inlijft bij
een sekte opgericht door zelfverklaarde heiligen en
hoogwaardigheidsbekleders die de geest van een groot deel van de
mensheid manipuleren en die via die weg ook heersen over de mensen
hun wil, hun lichamen, hun daden en hun bezittingen welke zij zich
ostentatief toe-eigenen om daarmee 's werelds meest exuberante
luxehotel Vaticaan op te smukken terwijl zij tegelijk geheel
schaamteloos bij het door hen beroofde volk de armoede propageren -
nota bene praktijken die in geval van secularisering lustig worden
verdergezet door politici.
De
waarneming op zich is geen sinecure, zoals de biologie ons leert en
daarna ook de psychologie, de sociologie en ga zo maar door. Zonder
microscoop ziet men de microben niet die echter een letaal karakter
kunnen hebben maar even dodelijk zijn de 'waarnemers' van wie door
hen bestempeld worden als een bedreiging omdat zij een andere taal of
huidskleur hebben of omdat zij een al te povere indruk maken en dat
leert ons de geschiedenis waarvoor de historie van de heksen van
Salem exemplarisch is. Het gaat om heksenprocessen in het Amerikaanse
Salem in 1692 en 1693 waarbij tenminste vierentwintig onschuldigen
werden terechtgesteld - zij werden beschuldigd van hekserij.
Ingevolge
wetteloosheid of het recht van de sterkste keert een meerderheid zich
tegen een minderheid en omdat zij bij die minderheid geen kwaad
kunnen vinden, nemen zij hun toevlucht tot valse beschuldigingen
waaraan zij geloofwaardigheid trachten te doen toekennen middels het
demoniseren van hun slachtoffers. De vreemde taal wordt 'gebrabbel'
genoemd, wat de betekenis is van 'barbarij', waaruit dan alras wordt
afgeleid dat het gaat om geestloze en derhalve onechte mensen. De
zwarte huidskleur wordt uitgelegd als een teken van het ontbreken van
de ziel en algauw neemt men aan dat het om dieren gaat die in bezit
genomen kunnen worden en slavernij krijgt dan de vrije hand. Armoede
lijkt zoals in het Bijbelse boek Job een goddelijke straf voor
aangericht kwaad zodat armen rap doorgaan voor bozen en hetzelfde lot
delen 'lelijkaards', kreupelen, blinden en doofstommen alsook allen
die kampen met rampspoed en die aldus twee keer onschuldig worden
gestraft zonder hoop op ook maar enige vorm van zelfverdediging in
een proces.
Het
proces dient overigens voor een groot stuk om vast te leggen wat in
feite werd waargenomen, wat de getuigen echt hebben gezien en
gehoord, of de afgelegde verklaringen de analyse van de verzamelde
alibi's kunnen doorstaan, of zij niet onderling tegenstrijdig zijn of
überhaupt mogelijk. Waar echter zoals in de buurtinformatienetwerken
dat alles onder de mat dreigt te worden geveegd, lijkt iets
gelijkaardigs aan de gang als in de politieke benoemingen waarbij
immers diploma's en opleidingscertificaten het onderspit moeten
delven voor de willekeur in het nepotisme van politici wiens
onbekwaamheid pas aan het licht komt tijdens hun ambtstermijn en voor
hun verkiezingssucces wordt geen enkele andere competentie vereist
dan voor dat van een venter wiens welslagen, dat gelijkstaat aan
financiële winst, louter afhangt van de mate waarin hij de kunst
beheerst om met liegen en bedriegen spullen te slijten die hun geld
niet waard zijn. Maar dit zijn nog lang niet de gevaarlijkste kapers
op de kust.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
28 januari 2023)
26-01-2023
De nieuwe Securitate - Aflevering 1: Verkrachters van de waarheid
De
nieuwe Securitate
Aflevering
1: Verkrachters van de waarheid
Een
democratisch bestel verzamelt informatie in het algemeen belang en
als zij de privacy niet schendt en de andere rechten van de burgers,
dient die informatie uiteraard openbaar te zijn. Waar
informatie wordt geheim gehouden of dus daar waar
transparantie ontbreekt, wordt zij sowieso misbruikt: zij dient dan
niet het algemeen belang maar wel dat van particulieren en dat zijn
bij uitstek leden van de heersende klasse die de info aanwenden in
het eigen voordeel en uiteraard ten nadele van het volk - waaruit
godbetert op de koop toe vaker informanten worden gerekruteerd - een
in wezen illegale handelwijze die echter van een leien dakje gaat
lopen van zodra voldoende verdeeldheid werd gezaaid om het verklikken
aantrekkelijk te maken. Dat de betrokken machthebbers het gemunt
hebben op het inbinden van de vrijheid van wie zij beheersen,
is een evidentie en met dat oogmerk wakkeren zij dan ook de
onveiligheidsgevoelens bij de massa aan die angstig is en daarom
onnadenkend en, paradoxaal en contraproductief genoeg, ook
onvoorzichtig.
De
ultieme garantie voor de veiligheid én de vrijheid of dus voor de
rechten van alle burgers wordt in de eerste plaats geleverd
door de wet. En in een democratisch bestel gestemd door de
wetgevende macht, ontleent de wet haar kracht aan haar naleving
waarover gewaakt wordt door daartoe tot bekwaamheid opgeleide en
middels beëdiging tot betrouwbaarheid gedwongen en dus tot
onafhankelijkheid gevormde agenten die de rechterlijke macht
vertegenwoordigen welke sinds Montesqieu strikt gescheiden dient te
zijn en te blijven van de wetgevende (en de uitvoerende) om de
eenvoudige reden dat daar waar ze allemaal in handen zijn van een en
dezelfde instantie, corruptie uiteraard de vrije teugel krijgt. Een
burgemeester aan wie rechterlijke macht zou worden toegekend zou
uiteraard veel meer nog dan nu jammer genoeg reeds via allerlei
clandestiene wegen het geval is, zichzelf ontzien en hij zou het zijn
concurrenten in de verkiezingsstrijd kunnen bemoeilijken. Maar
uitgerekend de zo belangrijke scheiding van de wetgevende,
uitvoerende en rechterlijke macht wordt feitelijk teniet gedaan waar
onder allerlei voorwendsels gejongleerd wordt met informatie en met
informanten, met rechten en met plichten, met vertrouwen en met
wantrouwen, met samenwerking en met concurrentie, met veiligheid en
met dreiging, met vrijheid en met de beteugeling daarvan.
Het
voor de democratie zo belangrijke principe van de scheiding der
machten is onbestaande in een theocratie zoals de islamstaten of de
(katholieke) keizerrijken van weleer maar ook in landen met een
eenpartijstelsel of dus dictaturen zoals bijvoorbeeld China. Daar zet
de overheid gewone burgers in om inlichtingen te winnen die geheim
gehouden worden omdat uit de openbaarmaking ervan zou blijken dat ze
niet het algemeen belang dienen maar de bestendiging en de
uitbreiding van de macht van de dictator. Jammer genoeg delen ook de
westerse mogendheden in de algemene tendens naar een toename van
machtsconcentratie die de democratische principes feitelijk
ondermijnt en een bespoedigende factor is de intensivering en de
uitbreiding van allerlei controlemechanismen. Niets aan de hand waar
het gaat om machinale controle of om toezicht uitgeoefend door
beroepsmatige beschermers van de wet maar waar gewerkt wordt met
'informanten' zonder opleiding, betrouwbaarheid of verloning kan
slechts desinformatie worden verwacht omdat de machthebbers dan als
het ware de beschikking krijgen over een grabbelton aan inlichtingen
waarmee zij de waarheid vanzelfsprekend makkelijk naar hun hand
kunnen zetten door daaruit met voorbedachten rade te gaan kiezen -
wat hier uiteraard betekent: selecteren en manipuleren. Hier wordt de
waarheid zonder meer verkracht en elk verschil met ordinaire leugens
is dan louter fictie. En we hebben het hier uiteraard over de modieus
en onschuldig klinkende zogenaamde buurtinformatienetwerken.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
26 januari 2023)
25-01-2023
Die Winterreise (film)
Die Winterreise (Film)
Schubert Winterreise Der Wegweiser
Schubert Winterreise Der Wegweiser
Prokofiev Dance of the knights
Prokofiev Dance of the knights
Rafaël Krux
Rafaël Krux
Galina USTVOLSKAYA Pianoconcerto (1946)
Galina USTVOLSKAYA (1919-2006): Concerto voor piano, volledig strijkersorkest en pauken (1946)
24-01-2023
CONGO : de Lumumba à Mobutu, quel est le rôle de la Belgique ?
CONGO : de Lumumba à Mobutu, quel est le rôle de la Belgique ?
Zinzen, de tanden van Lumumba en de VRT-Congoberichtgeving - Ludo De Witte
Zinzen, de tanden
van Lumumba en de VRT-Congoberichtgeving:
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 25: De hardnekkigheid van het kwaad: kersverse doofpotoperaties in de eenentwintigste eeuw
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
25: De hardnekkigheid van het kwaad: kersverse doofpotoperaties in de
eenentwintigste eeuw
Congo-Vrijstaat,
de Congo als persoonlijk bezit van Leopold II, bestond van 1885 tot
1908. Leopold 'schonk' zijn persoonlijk bezit aan België en Belgisch
Congo bestond van 1908 tot 1960. In 1960 werd Congo onafhankelijk -
zogezegd, want de democratisch verkozen eerste premier van de Congo,
Patrice Lumumba, werd vermoord en met steun van het westen kwam via
een staatsgreep Mobutu aan de macht om gedurende nog eens ruim dertig
jaar (van 1965 tot 1997) de westerse (Europese en Amerikaanse)
belangen in hun 'goudmijn' Midden-Afrika te verdedigen. Het was de
Vlaamse socioloog Ludo De Witte die in 1999 bij Van Halewyck De
moord op Lumumba publiceerde waarin hij beschrijft hoe deze moord
(op 17 of 18 januari 1961) gebeurde met de steun van de
leidinggevende Belgische kringen. In het Belgische parlement werd
naar aanleiding daarvan een onderzoekscommissie opgericht en in juli
2002 gaven de Verenigde Staten documenten vrij waarin de rol van de
CIA in deze moord werd onthuld.
Maar
plotseling - in 2010 - wordt de bijzonder rijk gedocumenteerde
publicatie uit 1998 van de Amerikaanse historicus Adam Hochschild,
King
Leopold's Ghost: A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial
Africa,
afgeschilderd als 'eenzijdig' door een aantal figuren met een rechtse
signatuur in het zog van publicist David Van Reybrouck met zijn boek:Congo:
een geschiedenis.
Dat boek werd de hemel ingeprezen door Andy Morgan in de
rijkeluiskrant The
Independent, het
kreeg
tal van onderscheidingen en werd een kassucces. Het doet warempel
denken aan de witwasoperaties van koning Leopolds bedrieglijke
onderzoekscommissie (2) nadat Roger Casement en andere
mensenrechtenactivisten de moorddadigheid van dit regime aan het
licht hadden gebracht. Over Van Reybroucks boek merkt de auteur van
De
moord op Lumumba,
Ludo De Witte, op: "Bladzijden
die de Belgische autoriteiten in een kwaad daglicht kunnen plaatsen,
lijken wel uit het boek gescheurd."
(2) De verwijzing naar mondelinge bronnen wordt terecht als ongegrond
beschouwd, er wordt immers verwezen naar informanten en analyses van
auteurs die
het neokoloniale perspectief genegen zijn.
(2) Van Reybrouck zijn werk zou aldus kaderen in het nieuw soort
geschiedschrijving dat een kritische kijk op kolonialisme en
neokolonialisme negativistisch acht, onproductief en al te links. (2)
Opgemerkt
moet echter worden dat de nieuwe geschiedschrijving door opmerkelijk
rechts
gekleurde figuren wordt gevoerd. David Van Reybrouck heeft katholieke
wortels en is de zoon van een medewerker aan de Congolese
spoorwegmaatschappij Bas-Congo-Katanga in het toenmalige Jadotstad
(heden: Likasi). Van Reybrouck veegt de kritiek op de
misdaad welke begaan werd in de Congo door koning Leopold van België
en zijn volgelingen als de grootste die ooit werd opgetekend in de
annalen van het mensdom (3)van
tafel als postkoloniale
zelfkastijding (2).
Wat hij aldus doet wordt exact verwoord door Adam Hochschild waar hij
schrijft dat de dader zich gaat verweren door in de slachtofferrol te
kruipen: Terwijl
de ovens laaiden in Brussel, gingen er bevelen uit van het paleis
naar de Congo om opdracht te geven tot vernietiging van de stukken
daar. ( ) Hetzelfde soort opzettelijk vergeten vond plaats in de
gedachten van de mannen die gestalte gaven aan het regime. Het
vergeten van je eigen deelname aan massamoord is niet iets passiefs;
het is een actieve daad. Wanneer we kijken naar de opgetekende
herinneringen van de vroege blanke veroveraars in Afrika, kunnen we
soms getuige zijn van de daad van vergeten op het moment dat deze
plaatsvindt. Het is niet het moment waarop hij wordt uitgewist maar
waarop de zaken op hun kop worden gezet, het merkwaardige omdraaien,
waarbij degene die slachtoffers heeft gemaakt zichzelf geestelijk
verandert in slachtoffer. (4)
Hetzelfde
gebeurt overigens door de medeplichtigen aan de actuele massamoord op
de ouderen in zogenaamde zorginstellingen, uitnemend geïllustreerd
in de Finse opera Covid
fan Tutti
naar aanleiding van de recente pandemie: de burgers die hun oudjes in
deze instellingen hebben opgesloten, klagen dat ze hen nu van voor
het venster buiten in de regen moeten staan toewuiven. In deze
'linkse' opera wordt de
hypocrisie aan de kaak gesteld waarbij onze weggegooide bejaarden
plotseling blijken te kunnen worden gebruikt in een toneel waarbij
zij worden opgevoerd als de te sparen zwakkeren omwille van wiens
welzijn een vreemde reeks autoritaire en onsamenhangende
volksgezondheidsmaatregelen opgelegd worden die in een mum van tijd
de wereldeconomie ondermijnen zoals geen enkele oorlog dat tot nog
toe vermocht te bewerken. Echter, de op het eerste gezicht
ontzagwekkende empathie met de ouderlingen staat in fel contrast met
de egoïstische samenleving die almaar driester de zwakkeren uitsluit
terwijl zij meedogenloos het recht van de sterkste huldigt.
Geconfronteerd met een dergelijk grotesk voorwendsel kan het gewoon
niet verwonderen dat het volk beweert wel degelijk gegronde redenen
te hebben om haar leiders te wantrouwen. Dit volstrekt gegronde
wantrouwen gekoppeld aan de natuurlijke zelfzorg - de
verantwoordelijkheid voor zichzelf en voor de naaste medemensen -
ligt aan de basis van de algemene neiging tot ongehoorzaamheid aan
een gezag dat zich niet langer het algemeen welzijn behartigt maar
nog slechts de eigen macht welke met dwangmaatregelen wordt
uitgeoefend tot het zich voltrekken van een fascistisch regime.
(5)
Over dit grotesk voorwendsel andermaal Arthur Conan Doyle in 1909:
(...)nooit
voordien is er zo'n mengeling geweest van grootschalige plunderingen
en grootschalige moordpartijen die zich allemaal voltrokken hebben
met de meest platvloerse commerciële motieven onder de verfoeilijke
dekmantel van menslievendheid. Het gemene van de hele affaire
gekoppeld aan die vettige schijnheiligheid maakt dat de horror van
deze misdaad zijn gelijke niet kent.
(3)
(J.B.,
24 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Zie: De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910. Aflevering
18: De Commissie van Onderzoek en de dood van de koning. Zie:
(4)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), pp. 295-296.
Arthur Conan Doyle, Woord Vooraf tot The Crime of the Congo, aanvang en oorspronkelijke integrale tekst
Aldus
begint Arthur Conan Doyle zijn Woord Vooraf tot het
boek The Crime of the Congo uit
1909:
"Velen
onder ons in Engeland beschouwen de misdaad welke begaan werd in de
Congo door koning Leopold van België en zijn volgelingen als de
grootste die ooit werd opgetekend in de annalen van het mensdom.
Persoonlijk is dat ook mijn eigen stellige overtuiging. Ooit zijn er
grote plunderingen geweest zoals die van de Noormannen in Engeland of
die van de Engelsen in Ierland. Er werden volkeren afgeslacht zoals
de Zuid-Amerikanen door de Spanjaarden of de naties die door de
Turken zijn onderworpen. Maar nooit voordien is er zo'n mengeling
geweest van grootschalige plunderingen en grootschalige moordpartijen
die zich allemaal voltrokken hebben met de meest platvloerse
commerciële motieven onder de verfoeilijke dekmantel van
menslievendheid. Het gemene van de hele affaire gekoppeld aan die
vettige schijnheiligheid maakt dat de horror van deze misdaad zijn
gelijke niet kent.
De
getuigen van die misdaad zijn van alle nationaliteiten en de feiten
kunnen niet in twijfel getrokken worden. (...)"
LEES HIER DE OORSPRONKELIJKE INTEGRALE TEKST:
A. Conan Doyle, The Crime of the Congo
21-01-2023
A. Conan Doyle
A. Conan Doyle
20-01-2023
Joseph Conrad
Joseph Conrad
Vooruitgang
Vooruitgang
België
heeft het dichtste spoorwegennet ter wereld en qua autowegen kan de
dichtheid van het verkeersnet ook wel tellen. Het klinkt ongelooflijk
maar niet langer dan een enkele eeuw bleek nodig om de hele wereld
met een dicht autowegennet te overspannen: de meest ijverige spinnen
zouden er gewis jaloers om worden. Volgens recente tellingen bedraagt
het aantal auto's op de wereld momenteel zowat anderhalf miljard (1)
en zeer in tegenstelling tot vogels en gepote dieren kunnen mensen
met van wielen voorziene voertuigen zich maar moeilijk ofwel helemaal
niet voortbewegen over moerassen en akkers en doorheen wouden. Vissen
dan hebben alleen maar water nodig maar auto's behoeven speciaal
verharde wegen en dat zijn meestal dijken in het met grachten
geïrrigeerde moeras.
Een groot
probleem met het autowegennet is dat dit netwerk dat bedoeld is om
verplaatsingen te vergemakkelijken of dus om de ruimte te beheersen,
in feite in het tegendeel van dit oogmerk uitmondt. Autowegen zijn
immers zoals muren omdat men er evenmin overheen kan zonder
gebruikmaking van speciale tuigen. Over muren heen klauteren doet men
met ladders en autowegen dienen met bruggen te worden overspannen om
de hinder die zij veroorzaken enigszins te reduceren. Bruggen,
tunnels, verkeerslichten die het verkeer dan weer ophouden, rotondes
en veel meer kan men momenteel blijkbaar niet bedenken. Maar het
autoverkeer brengt nog veel andere problemen mee.
Naast het
versnipperen van de ruimte en het daadwerkelijk ontoegankelijk maken
van de hele wereld, brengen auto's die bedoeld zijn om het leven
stukken aangenamer te maken, elke dag weer een massa doden mee en
overlevenden van aanrijdingen en ongevallen wiens lot vergelijkbaar
is met dat van frontsoldaten die nipt een oorlog hebben overleefd en
die zich voortaan op wielen moeten voortbewegen of met behulp
van krukken. Mensen wiens ledematen werden afgerukt, die brandwonden
opliepen die hen onherkenbaar maken, die voortaan door het leven
moeten met een witte stok of ook nog doof en noem maar op. Wij
schuwen oorlogen met explosieven en raketten maar als wij er zelf mee
rond razen als dwazen, gebaren wij eensgezind allemaal van
krommenaas. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie sterven elke dag
weer drieduizendenvijfhonderd mensen in het verkeer (2) en overlijdt
aldus één mens op tweehonderd aan de gevolgen van een
verkeersongeval (3) waarvan 30 percent automobilisten en maar liefst
43 percent zwakke weggebruikers - fietsers en voetgangers. (4) Het
aantal gewonden, vaak met blijvend letsel of handicap, is daar
uiteraard een veelvoud van.
Wel te
verstaan zijn de calamiteiten die sinds de uitvinding van de auto het
gebruik van dit voertuig begeleid hebben en die het in feite hebben
getransformeerd tot een van de meest effectieve moordwapens ooit,
louter bijwerkingen zoals ook alle andere vruchten van de vooruitgang
deze onvermijdelijk met zich meebrengen, waaronder luchtvervuiling en
alle ziekten die daarmee gepaard gaan en de snelle uitputting van
zowat alle grondstoffen. Edoch, bijwerkingen zijn niet meer dan
normaal en zij zijn uiteraard de laatste zaken aan welke men kan
toestaan dat zij roet in het eten gooien. Het kan nooit de bedoeling
zijn dat de menselijke grootsheid die zich met het wonder van de
vooruitgang tooit, zich ooit zou laten kortwieken door
onvolmaaktheden en wel omdat de perfectie nu eenmaal niet van deze
wereld is.
Zij is een
begaafde pianiste en haar naam is juffrouw X. Reeds op heel jonge
leeftijd bleek zij talentvol en haar ouders stuurden haar naar een
muziekschool waar zij haar gaven tot volle ontwikkeling kon brengen.
Sinds kort treedt zij ook op in zalen waar zij klassieke stukken
uitvoert voor steeds meer mensen. De mensen zijn verstandiger
geworden, zo zegt men, en zij nemen geen vrede meer met tijdverdrijf
zoals televisiekijken en naar voetbalmatchen gaan. Juffrouw X wordt
gevierd en men zegt dat het een goede zaak was mocht de regering
inspanningen doen om er voor te zorgen dat er meer juffrouwen waren
zoals zij en uiteraard ook jongeheren. Helaas is er iets misgelopen:
bij een routinecontrole van de gezondheidsinspectiedienst werd bij de
juffrouw in kwestie een bijzondere afwijking vastgesteld. Niet
alarmerend, zo susten experten de bezorgde ouders, maar toch ook niet
om helemaal niet naar om te zien. Geen paniek, zo zegden de doktoren
in het hospitaal, want dankzij de geneeskunde die in het zog van de
snelle vaart van de computers en het internet in de jongste jaren
zevensmijlslaarzen heeft gekregen, kan de zaak omzeggens in een
handomdraai worden genormaliseerd. Bij navraag naar de afwijking als
zodanig werd gewag gemaakt van een abnormaliteit en kreeg ik een
onverstaanbare want blijkbaar Latijnse term voorgeschoteld die, als
ik mij niet vergis, als volgt luidt: Abnormalitas Longitudinis
brachiorum. In het Nederlands: een Abnormaliteit inzake de Lengte
van de Armen. De afwijking van juffrouw X bestaat erin dat de lengte
van haar beide armen nogal afwijkend is van de normale armlengte bij
juffers van haar leeftijd en gestalte. De juffrouw in kwestie gelooft
weliswaar zelf geen last te hebben van haar kwaal maar zij brengt
kennelijk niet in rekening dat het nu eenmaal zo is dat ongeacht
welke abnormaliteit een mens ook buiten diens medeweten en stoutste
vermoeden aardig parten kan spelen in het latere leven. Het kwam er
dan vooreerst op aan, aldus de specialisten, om juffrouw X bewust te
maken van het feit dat zij een niet te veronachtzamen kwaal te pakken
had en dat een ingreep absoluut noodzakelijk was indien zij niet
wilde dat haar leven helemaal overhoop gegooid zou worden. Met de
welwillende medewerking van de ouders die middels de juiste
psychiatrische begeleiding op haar hebben ingepraat, heeft de
juffrouw uiteindelijk zonder veel morren een behandeling aanvaard
waarvan de experten haar verzekerd hebben dat het de allerbeste van
het ogenblik is en zij werd dan ook briljant uitgevoerd zonder
complicaties en met alle succes. Toch was er wat kritiek vanwege de
patiënte die wat overreageerde op de bijwerkingen waar omtrent wij
haar hebben trachten te overtuigen dat die absoluut normaal zijn
omdat er nu eenmaal geen behandelingen zonder bijwerkingen bestaan,
zoals ook een medaille zonder keerzijde alleen in sprookjesland
mogelijk is. Integendeel ware een behandeling zonder
bijwerkingen een abnormaliteit. Verder hebben wij de juf geïnformeerd
over het gewisse feit dat het wennen aan de bijwerkingen louter een
kwestie is van tijd. Een esthetisch chirurg, en niet de minste, heeft
er verder voor gezorgd dat niet meer het geringste litteken zichtbaar
is. De misnoegdheid van de patiënte over haar behandeling kan
overigens helemaal niets te maken hebben met resterende
onvolkomenheden omdat de armen van de juffrouw nu perfect even lang
zijn als de armen van de gemiddelde jongedame van haar leeftijd en om
rechtszaken te voorkomen werden van de bewuste ledematen beelden
genomen van 'voor' en 'na' waarbij de arm gefotografeerd werd naast
een meetlat die elke mogelijke twijfel omtrent de armlengtes voor en
na de behandeling uitsluit. De misnoegdheid betreft kennelijk enkel
en alleen de dan toch wat overtrokken vrees van de juffrouw met
betrekking tot haar pianospel. Omdat zij beweert dat zij het vak
waarvoor zij gestudeerd heeft niet langer kan uitoefenen, hebben wij
voor haar een overigens kosteloze psychologische begeleiding geregeld
van één uur wekelijks en dat gedurende zeven weken, met het oogmerk
haar van die nare en irrationele angsten te bevrijden. Bovendien zal
zij ook worden overtuigd van het feit dat mensen hun tijd zonder de
minste problemen evengoed kunnen doorbrengen met televisiekijken en
met het bijwonen van voetbalmatchen dan met het zitten op harde
stoelen in een zaal in afwachting dat het nare getingel dat door een
zeker type van afwijkelingen bestempeld wordt als kunst, eindelijk
wil ophouden. Ik vertelde u zeker al dat ook juffrouw X nu de
draagster is van twee armen van perfect normale lengte, zoals
iedereen en dit ingevolge een chirurgisch hoogstandje waarbij de
beide armen werden ingekort tot aan de polsen.
(J.B.,
20 januari 2023)
Bijwerkingen
Bijwerkingen
19-01-2023
Mevrouw X
Mevrouw
X
Intussen
enkele jaren geleden kreeg de tachtigjarige mevrouw X van de
toenmalige huisarts te horen dat haar bloeddruk van 150/70 die zij al
sinds haar kindertijd had, volgens de algemene normen te hoog
was.
Zij
wierp tegen dat zij zich niet alleen perfect gezond voelde maar dat
zij dat bovendien ook was, tenminste wanneer het klopt dat het
fysieke prestatievermogen een goede parameter voor de gezondheid is:
zij kon niet alleen moeiteloos al haar werk doen maar bovendien
fietste zij vrijwel dagelijks enkele uren, tot vaak 70 km, louter
voor het plezier.
De
behandelende arts waarschuwde echter dat men een hoge bloeddruk niet
kan voelen en dat die precies daarom een 'stille doder' wordt
genoemd: als mevrouw X medicatie weigerde, zou dit voor haar ernstige
risico's meebrengen, zoals hartinfarct en hersenbloeding.
Mevrouw
X kreeg een medicijn voorgeschreven dat de kringspieren die rond de
bloedvaten zitten, een beetje verlamt, wat begrijpelijkerwijze
resulteert in een verlaging van de bloeddruk.
De
aanvankelijke hoeveelheid van het medicijn (10 mg Coversyl) diende al
na enkele dagen gehalveerd te worden omdat die resulteerde in een
veel te lage bloeddruk met als gevolg totale futloosheid.
Het
lichaam vecht tegen spierverlammers door de prikkeldrempel te
verlagen en de spieren kweken een intensere bezenuwing in een poging
om de verlamming te compenseren. Immers, na korte tijd had het middel
geen enkel effect meer. De teruggekeerde bloeddrukwaarden 150/70
werden voortaan beschouwd als bevredigend.
Maar
kennelijk bleef het lichaam zich verzetten, het overreageerde en de
bloeddruk klom boven de waarden 150/70.
Daarop
werden bijkomende medicijnen voorgesteld, zoals plaspillen en
bètablokkers.
Het
lichaam reageert tegen de bètablokkers middels de aanmaak van meer
receptoren. Die conclusie moet men immers trekken als men kan
vaststellen dat mettertijd het effect van het medicijn verzwakt.
De
plaspillen verkleinen het bloedvolume en daardoor uiteraard ook de
bloeddruk omdat het zoutbinders zijn: zij voeren de
(vochtaantrekkende) zouten af die echter anderzijds noodzakelijk zijn
voor de goede werking van de zenuwen want zij zijn de essentie van de
zogenaamde natriumkaliumpomp. De prikkelgeleiding wordt verstoord, in
de spieren en derhalve ook in de hartspier.
De
ganse 'aanpassing' wordt automatisch geregeld door de hersenen die
spontaan reageren tegen het tekort aan zuurstof dat een gevolg is van
de door de bewuste medicamenten geforceerde verlaging van de
bloeddruk.
(Het
ten berde brengen van de steeds vaker geopperde kritiek van
specialisten dat ouderen eigenlijk een wat hogere bloeddruk mogen
hebben ter spontane, door de hersenen geregelde compensatie van de
vaak wat minder doordringbare bloedvaten, wordt vaak niet
geapprecieerd.)
Spierverlammers,
bètablokkers en plaspillen lijken te hebben geresulteerd in een
paniekerige, plotse en dus ongeordende aanmaak van meer zenuwen in de
spieren en in een verstoring van de prikkelgeleiding. Kweekt de
hartspier ongecontroleerd zenuwen en slaat dan het hartritme op hol?
Cardioversie,
bloedverdunners, Cordarone: het wordt dan uiteraard een moeilijke
puzzel en de vraag rijst of men zo nodig aan iemand die zich goed
voelt en die ook goed presteert, medicamenten moet opdringen, louter
en alleen omdat de bloeddruk van die persoon een beetje afwijkt van
de bloeddruk van de doorsneemens. Wordt er in de behandeling wel
voldoende rekening gehouden met de eigen aard van elk individu? En
bloeddruk is weliswaar één zaak maar consumptiedruk is nog een
andere.
Mensen
met een hogere bloeddruk hebben een groter risico op zekere
aandoeningen maar misschien is niet de bloeddruk daarvoor
verantwoordelijk doch een verborgen factor waarvan de bloeddruk
slechts een symptoom is of, godbetert, een poging om die factor wat
te milderen?
De
bloeddruk van mevrouw X is nu in orde maar de patiënte voelt zich
moe en is tot niets meer in staat. Maar dat resultaat wordt nu
bevredigend genoemd.
Het
lijkt er sterk op dat, in luttele jaren, zogenaamde preventieve
therapieën gezonde mensen zoals mevrouw X doodziek maken. En
farmareuzen steenrijk.
(J.B.,
2 november 2022)
18-01-2023
Meneer X
Meneer X
Meneer X is een
krachtpatser, hij kan met gemak een zak cement van 50 kilogram boven
zijn hoofd steken en dat kan hij zelfs verschillende keren naeen. Hij
is ermee geboren en het brengt hem ook geluk want zijn uitzonderlijke
fysieke kracht gekoppeld aan zijn hulpvaardigheid maakt hem overal
tot een graag geziene gast. Maar een tijd geleden vernam ik van een
vriend dat meneer X werd opgenomen in een ziekenhuis. Bij een
routine-onderzoek zou zijn gebleken dat X een afwijking vertoonde, en
op zijn zachtst gezegd geen kleine. De abnormaliteit is danig
uitgesproken dat overleg gepleegd moest worden onder specialisten om
een manier te bedenken die het mogelijk zou maken om de gevonden
afwijking te reduceren tot normaal of dan toch tot een benadering van
het normale. De geneeskunde is vandaag de dag tot heel veel in staat
en de specialisten hebben zich dan ook bijzonder hoopgevend
uitgesproken over het lot van meneer X. Een reeks van operaties
gekoppeld aan een specifieke medicamenteuze behandeling zou alles
alsnog in acceptabele banen kunnen leiden. De abnormaliteit zou
weliswaar niet geheel gespeend van littekens en restverschijnselen
alsnog tot zeer aanvaardbare proporties kunnen worden teruggebracht.
Ik was bovendien zo vrij om te informeren naar de aard van de
afwijking in kwestie die de opname en de behandeling van meneer X
noodzakelijk maakte en men heeft mij gezegd dat het zou gaan om een
zekere spierziekte: de skeletspieren van meneer X zouden zowat het
drievoudige volume hebben van de spieren van een normaal of gezond
persoon. Om er enigszins normaal uit te zien, werd gekozen voor een
behandeling waarbij de grootte van meneer X zijn skeletspieren tot
ongeveer de helft zou worden teruggebracht. Intussen zijn die
operaties achter de rug en zij bleken zo succesvol dat de
medikamenteuze behandeling beperkt zou kunnen gehouden worden. Dat is
ook wenselijk omdat zich reeds een aantal overigens geheel
onverwachte bijwerkingen hebben voorgedaan, waarvan de meest in het
oog springende de afname is van de fysieke kracht van meneer X. Die
bijwerking mag wel bijzonder vervelend heten in het licht van de
wetenschap dat uitgerekend deze eigenschap van meneer X een alom
graag geziene man maakte. De hulpvaardigheid van meneer X heeft
weliswaar standgehouden maar zij levert hem nog weinig op nu het hem
geheel ontbreekt aan de fysieke kracht van weleer. Zo kost het de
heer X nu heel veel moeite om een halve emmer water van de grond te
tillen. Al bij al concluderen de behandelende artsen dat het
resultaat van hun chirurgische hoogstandjes zeer bevredigend mag
heten aangezien het beoogde resultaat met brio werd bereikt: het
volume van de skeletspieren van meneer X verschilt nu nog nauwelijks
van dat van de gemiddelde man. Terecht is meneer X zijn geneesheren
dankbaar en over de weldaad van de wetenschappen hoort men hem alleen
maar spreken in superlatieven. Een goede bekende van mij die zelf in
de paramedische sector werkzaam is, heeft mij overigens verteld dat
men tegenwoordig niet alleen afwijkingen van de skeletspieren
corrigeert: met hetzelfde succes laat men mensen met een afwijkend
hersenvolume hun intrede doen in de wereld van de normaliteit. Mensen
met een veel te scherp gehoor, mensen met een abnormaal sterk
gezichtszintuig, mensen met een exuberante tastzin, al te gevoelige
mensen, mensen met een afwijkende intelligentie en noem maar op: geen
van hen allen hoeft voortaan nog onbehandeld te blijven. Ja, de
toekomst van de geneeskundige wetenschappen is er kennelijk eentje om
u tegen te zeggen. Dankzij de snelle evolutie van onze kennis
verwachten wij reeds in de zeer nabije toekomst elke mogelijke
abnormaliteit te zullen mogen beschouwen als behorend tot de voltooid
verleden tijd. De gelijkheid onder alle mensen wordt een feit.
(J.B., 18 januari
2023)
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 24: Mensenrechten bedreigen de gevestigde orde
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
24: Mensenrechten bedreigen de gevestigde orde
Verslag
uitbrengen over wantoestanden in verre landen of in lang vervlogen
tijden is weliswaar noodzakelijk maar het is tevens al te gemakkelijk
om daar vrede mee te nemen: de uitdaging is het aanklagen van
misbruik en slavernij bij de deur.
Joseph
Conrad klaagde de horror in de Congo aan, Roger Casement en Edmund
Morel sloten zich samen met andere activisten bij hem aan, Conrad
weigerde dan weer zich aan te sluiten bij de intellectuelen die voor
de vrijlating van Casement ijverden toen die opgehangen zou worden
omdat deze naar zijn mening niet uit grootsheid maar uit ijdelheid
zou gehandeld hebben, (1) Jules Marchal was van 1948 tot 1960
koloniaal in Belgisch Congo en als districtscommissaris in Lisala
bracht hij nog zelf zweepslagen toe aan de zwarten maar hij beweerde
tot de jaren zeventig niet op de hoogte te zijn geweest van de
misbruiken, waarna hij zelf de wantoestanden ging aanklagen in zijn
geschriften. (2) Nog vele anderen spelen voor mensenrechtenactivist
vanuit vet betaalde jobs bij staatsinstellingen die alleen al door te
bestaan de wantoestanden camoufleren. En zo willen allen helden zijn
daar waar zij helemaal niks te verliezen hebben doch er in tegendeel
nog grof geld aan verdienen. De aangehaalde slotzin van Adam
Hochschild in zijn Congoboek illustreert het probleem van het vrije
woord: Ten
tijde van de Congocontroverse honderd jaar geleden vormde het idee
van volledige - politieke, sociale en economische - mensenrechten een
ernstige bedreiging voor de gevestigde orde van de meeste landen op
aarde. En dat is vandaag de dag nog steeds zo.
(3)
De
gevestigde orde weet zich bedreigd door wie opkomen voor de
mensenrechten en om die reden kunnen mensenrechtenactivisten de
gevestigde orde niet anders opvatten dan als een bedreiging - die aan
velen van hen het leven blijft kosten. Maar wat is de gevestigde
orde?
Het
voorbeeld bij uitstek hier te lande is de moord op veearts-keurder
Karel Van Noppen: omwille van het correct uitvoeren van zijn job werd
de man op 20 februari 1995 nabij zijn woning in Wechelderzande met
drie geweerschoten om het leven gebracht en op één na werden de
vier verdachten intussen allemaal weer vrijgelaten. (4)
De
gevestigde orde of het establishment
zijn degenen die de
factum de
macht hebben - over anderen uiteraard - en dat zijn in het hier
gegeven voorbeeld zogenaamde maffiosi (de 'hormonenmaffia') of
criminelen maar niet alleen in het hier gegeven voorbeeld is dat zo.
Men moet immers opmerken dat met de gevestigde orde niet het
staatsapparaat bedoeld wordt want het staatsapparaat trekt aan het
kortste eind waar machtsmisbruik eerst mogelijk en vervolgens
feitelijk is. Inzake de moord op Karel Van Noppen moet onder de
gevestigde worden verstaan: de vier schurken die de veearts-keurder
bedreigd hebben om hem daarna koelbloedig te vermoorden en die
handelden als vertegenwoordigers van een niet te tellen aantal
bandieten die in eigen kringen doorgaan voor eerbare lui die hun
vermeende rechten en die van hun medestanders (degenen met wie zij
samenzweren) verdedigen - rechten, die in feite gestolen voorrechten
zijn waarmee zij op louche wijze anderen benadelen en beschadigen.
Het gaat om een criminele orde die ondergronds gevestigd is en die
haar vestiging bestendigt middels dreigementen en, als die niet
helpen, door het voltrekken van moorden, waarbij zij de hele staat
het zwijgen oplegt middels het doden van een of meer van haar
agenten.
Omdat
het kwaad zich van het goede onderscheidt in zijn bijzondere
eigenschap van lichtschuwheid, moet hierbij eerst opgemerkt worden
dat daar waar de gevestigde orde gevreesd moet worden, zij zich per
definitie ophoudt in de duisternis terwijl aan het werk van
mensenrechtenactivisten geen enkel motief kan toebedacht worden om
zich aan het daglicht te onttrekken, het voltrekt zich immers in het
belang van ongeacht welke mens aan wie immers van nature uitgerekend
die rechten toekomen waarvan het bezit door de bewuste activisten
wordt verdedigd.
In
zijn Hart
der Duisternis maakt
Joseph Conrad duidelijk dat mensen gedreven worden door een
irrationaliteit met een afgrijselijk gezicht welke ook maakt dat
beschaving niet anders dan hypocriet kan zijn. De beschaving toont
een orde die op de keper slechts een schijnorde is omdat zij in het
verborgene gefnuikt wordt door een feitelijke macht die zich er
echter voor hoedt in het voetlicht te treden. Hormonenhandelaars
opereren ondergronds en nemen daar ook vrede mee omdat zij aldus
alsnog hun wil doordrijven en hun profijt doen terwijl de in feite
door hen beheerste politiek de andere kant op kijkt. Vooraleer het
Derde Rijk zich in alle openbaarheid vestigde, traden de agenten
ervan reeds op in den duik en gingen zij hun gangen, aldus de staat
in feite ondermijnend, hetzij binnen de perken van de legaliteit,
hetzij op andere ongeziene of niet te bestraffen manieren. Schurken
zijn in de regel tevreden met de verborgenheid waarin zij hun
handeltje kunnen voeren en daarom streven zij ook niet naar openbare
politieke macht die sowieso de eigenlijke motieven van hun
handelwijze aan het licht zou brengen (en die op de keper beschouwd
ook nog een mogelijkheidsvoorwaarde vormt voor de criminaliteit en
derhalve voor hun winsten). Edoch, onder de invloed van zekere
omstandigheden gebeurt zulks alsnog, wat altijd catastrofaal zal
uitdraaien voor een beschaving omdat dan, paradoxaal genoeg, de
voordien verborgen want criminele ondergronds gevestigde orde als
zodanig in de openbaarheid treedt daar het daarna niet langer
onwettig is om er bepaalde ideeën en praktijken op na te houden. De
voordien verborgen gevestigde orde gaat zich politiek manifesteren,
wat wil zeggen dat zij in de openbaarheid treedt nadat een nieuwe
ideologie haar praktijken heeft gewettigd. Zolang iedereen gelijk is
voor de wet, worden de joden alleen maar gepest maar hypocrisie is
niet langer nodig waar iedereen het er krachtens nieuwe ideeën en
navenante wetten over eens geworden is dat de joden ratten zijn en
dat zij dienen uitgeroeid te worden in het teken van het algemeen
welzijn. Wettige bestraffing neemt de plaats in van de pesterijen van
weleer en de pesters worden nu functionarissen van de staat die de
massamoorden voltrekken met het gevoel van comfort dat het volbrengen
van de burgerplicht begeleidt. En dat is uiteindelijk ook de
betekenis van de immer aangehaalde beruchte uitvlucht welke de vlucht
voor verantwoordelijkheid betekent: "Befehl
ist Befehl!"
Wij moorden net zoals voorheen maar dan met dat cruciale verschil dat
we dat nu in alle openbaarheid (kunnen) doen: wij worden er niet
langer scheef voor bekeken, laat staan gestraft; wij worden er voor
geëerd en betaald. Allen
willen helden zijn daar waar zij helemaal niks te verliezen hebben
doch er in tegendeel nog grof geld aan verdienen en eer voor
opstrijken maar ook
andersom
achten zij die carrière maken en eerbewijzen in de wacht slepen
zichzelf helden, ook al is het moorden wat zij doen.
Mensenrechtenactivisten
bedreigen de verborgen gevestigde orde, die de feitelijke macht is,
doordat ze het aan het licht komen van haar malafide praktijken
forceren. Karel
Van Noppen handelde in de legaliteit, zijn moordenaars handelden in
de illegaliteit en dat doen zij vandaag nog steeds: zij oefenen macht
uit over de legaliteit en die macht continueert zich quasi
onverstoord, getuige het opgeblazen vee in het weiland alom.
Veekeurders moeten dansen naar de pijpen van de hormonenmaffia zolang
de dreiging van de laatst genoemden reëel is en die realiteit wordt
geconstitueerd door het feit dat de bestraffingen die maffioso
opleggen om hun willetje door te drijven, afschrikwekkender zijn dan
deze die de wet hanteert om de misdaad in te perken - veekeurders en
ook alle andere agenten wiens job het is ervoor te zorgen dat de
wetten worden nageleefd. Bij uitstek mensenrechtenactivisten ijveren
ervoor dat die wetten worden nageleefd waarvan elk weldenkend mens
wenst dat zij door allen nageleefde wetten zijn of zouden worden.
Mensen
daarop attent maken dat zij de wetten dienen na te leven is sowieso
mensen (bij uitstek op heterdaad) betrappen op wetsovertredingen of
deze aan het licht brengen en criminelen weten dat zijn hun gangetje
kunnen gaan zolang zij niet betrapt worden, zodat zij er een sport
van maken om hen door wie zij vrezen betrapt te worden, uit te
schakelen. En waar niet zomaar rechten doch mensenrechten in het
geding zijn, jagen criminelen die immers vaak binnen de perken van de
wet ageren doch niets ontziend de mensenrechten schenden, met des te
meer furie op hun tegenstrevers.
Dat
mensenrechten de gevestigde orde bedreigen betekent tevens niets
anders dan dat de mens een bedreiging vormt voor de mammon (en
uiteraard ook omgekeerd). Mens en geld - die twee sluiten elkaar uit
omdat zij gedoemd zijn om te vechten om de heerschappij: ofwel moet
het geld in dienst staan van de mens - het is tenslotte bedoeld als
werkmiddel - ofwel staat de mens in dienst van het geld. Is dat
laatste het geval, dan moet hij maar verdwijnen waar hij de economie
niet langer tot nut is. En dat is het lot van een wereld waarin het
wilde kapitalisme heerst want zo'n wereld is de duisternis waarover
meer dan honderd jaar geleden de Oekraïner Joseph Conrad schreef dat
zij niet alleen de duisternis is die zich openbaart in de brousse
maar tevens die welke zich verbergt in het hart van de beschaafde
mens. En uitgerekend haar verborgenheid maakt van haar een ongeziene
en niet in te schatten bedreiging.
(J.B.,
18 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
In Het Parool van 4 september 1998 schrijft Kees Tamboer:
Casement wilde de wereld wakker schudden en zocht (in 1896)
voor zijn campagne (tegen de misbruiken in de Congo) steun bij
Conrad. ( ) Toen Casement in 1916 (...) opgehangen zou worden,
weigerde Conrad een campagne van intellectuelen voor zijn vrijlating
te ondersteunen. Een man die zich puur door emoties laat leiden,
oordeelde hij, een tragische figuur, geen spoor van grootsheid,
allemaal ijdelheid. En Conrad brengt Casement onder bij de
'beschavingszeloten'. Zie:
https://web.archive.org/web/20010311151142/http://www.parool.nl/boeken/100/34mooi.html
(3)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 307.
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 Aflevering 23: Hart der Duisternis
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
23: Hart der Duisternis
In
zijn nawoord vat de vertaler de roman samen in één zin: Marlow, aan
boord van de Nellie op de Theems, vertelt aan zijn gezelschap over
zijn tocht per stoomboot op de Congo om de ontspoorde handelsagent
Kurtz te vinden. Conrad schrijft in zijn dagboek, aldus Bas Heijne:
Het is ervaring die vergeleken bij de feitelijke gebeurtenis
iets is aangedikt (en maar een klein beetje), met het naar mijn
mening volledig gerechtvaardigde oogmerk het goed tot het hart en het
hoofd van de lezer te laten doordringen. (1) Het gaat om de
duisternis van Afrika maar tevens om de duistere leegte van het hart,
zegt Heijne, en die is afschrikwekkend omdat wij onszelf erin
herkennen. (p. 154) Op het einde van de roman blijkt Kurtz een
erudiet ambtenaar die naar de brousse werd gestuurd om voor de
overheid een rapport te maken over de Onderdrukking van de Barbaarse
Praktijken. Maar hij blijkt een ivoorverzamelaar, de meest
succesrijke van allemaal, dankzij zijn onmenselijkheid. Volgt hier
het verhaal.
Varend
in de avond op de monding van de Theems, die uitgeeft op de
grootste en voornaamste stad ter wereld (2), zoals Conrad het
Londen van 1899 typeert en waarover Marlow zegt: ook dit is een
van de duistere oorden op aarde geweest (3), denkt hij aan de
komst van de Romeinen in het barbaarse land van de wilden dat
Engeland lang geleden was. Het gaat om het veroveren van de
aarde, wat meestal betekent dat ze wordt afgenomen van mensen met een
andere huidskleur of met iets plattere neuzen dan wij. (4)
Marlow vertelt hoe hij als kind ontdekkingsreiziger wilde worden en
vooral de Congo trok hem aan. Als jongeman stak hij dan het Kanaal
over en arriveerde in een stad die me altijd aan een
gepleisterd graf doet denken. (5) Hij begaf zich naar de
kantoren van de Compagnie: Ze gingen een overzees rijk
bestieren en bergen geld verdienen aan handel. (6) Marlow
tekent een contract waarin hij zich akkoord verklaart geen
handelsgeheimen te zullen prijsgeven, een arts neemt zijn pols en
meet zijn schedel op. (7)
Wat
later vaart hij mee op een kleine zeestomer. Iemand heeft zich
verhangen en mensen, naak en zwart, lopen af en aan als mieren
wanneer ze arriveren bij een handelspost van de compagnie waar ze een
spoorweg aan het aanleggen zijn. Een licht gerinkel achter mij
deed me omkijken. Zes zwarte mannen kwamen in een rij zwoegend het
pad op. Ze liepen traag en rechtop, volle mandjes aarde op hun hoofd
balancerend, en het gerinkel hield maat met hun tred. ( ) Ik kon
hun ribben tellen, hun gewrichten waren als knopen in een touw. Elk
van hen droeg een ijzeren halsband om hun nek en ze zaten allemaal om
elkaar vast met een ketting die ritmisch rinkelend tussen hen heen en
weer zwaaide. ( ) Ze liepen rakelings langs mij heen, zonder opzij
te kijken, met die volslagen doodse onverschilligheid van ongelukkige
wilden. (8) Wat verderop:Zwarte gedaanten kropen, lagen,
zaten tussen de bomen ( ) En hier was de plek waar een aantal
knechten zich had teruggetrokken om te sterven. (...) Vanuit alle
uithoeken ( ) hier naartoe gebracht met alle wettigheid van een
tijdelijk arbeidscontract, verloren in een wezensvreemde omgeving,
gevoed met onbekende kost, waren zij ziek en onbruikbaar geworden en
mochten zij vervolgens wegkruipen en rusten. Deze stervende schimmen
waren zo vrij als lucht - en bijna zo dun. (9) Aan de
handelspost ontmoet Marlow de boekhouder, een elegante blanke heer.
Zeker, hij zag eruit als een pop in een kapperszaak, maar te
midden van de algehele ontaarding in dit land bleef hij zijn
uiterlijk verzorgen. Dat getuigt van ruggengraat. ( ) Bovendien
was hij vreselijk aan zijn boeken gehecht, die piekfijn in orde waren
( ) Al het andere in de handelspost was ontregeld. (...) Een stroom
fabrieksgoederen, voddige katoentjes, kralen en koperdraad verdween
de diepste duisternis in en in ruil daarvoor sijpelde kostbaar ivoor
binnen. (10) Op een dag zei hij zonder op te kijken: 'In
het binnenland zult u ongetwijfeld meneer Kurtz ontmoeten - een
voortreffelijk agent. ( ) Stuurt hier evenveel ivoor naartoe als
alle anderen bij elkaar. (11) O, hij zal het daar ver
schoppen, heel ver. ( ) Zij daarboven - de Raad van Beheer in
Europa, weet u - hebben dat met hem voor. (12)
De
volgende dag vertrekt Marlow voor een voettocht van tweehonderd mijl.
Ze lopen door een verlatenheid, iedereen is op de loop voor de
gewapende nikkers die zwarten oppakken om hen als dragers te laten
werken. Ook de huizen zijn verdwenen. Marlow, met achter hem de
karavaan: Kamp opslaan, slapen, opbreken, lopen. Zo nu en dan
een dode drager, gestorven in het harnas, te rusten gelegd in het
hoge gras bij het pad, met naast hem een lege kalebas en zijn lange
staf. (13) Op zijn pad het lichaam van een neger van
middelbare leeftijd met een kogelgat in zijn hoofd. (14)
Op
een gegeven ogenblik is er averij aan de stomer, Marlow ontmoet de
administrateur. Er gingen geruchten dat een heel belangrijke
post gevaar liep, en dat het hoofd, meneer Kurtz, ziek was.
(15) Op die plek zwierven ze rond met hun absurd lange stokken
in hun hand als een stel ongelovige pelgrims, die door hekserij
binnen een verrotte omheining werden gehouden. Het woord 'ivoor' hing
in de lucht. ( ) Alles daar was doortrokken van imbeciele hebzucht,
als van een lijkenlucht. (16) Een schuur met katoentjes en
kralen brandde uit, er werd een neger afgetuigd, de stomer wordt
gerepareerd in ruil voor enkele manden kralen. Een neef van de
administrateur heeft de Expeditie ter Exploratie van Eldorado
opgezet. (17)
De
stomer vaart weer de jungle in. Het opvaren van de rivier was
als een reis naar het vroegste begin van de wereld, toen planten de
aarde overwoekerden en grote bomen koningen waren. (18) Op de
stomer werkt een neger waarover Marlow zegt: Eigenlijk had hij
op de oever moeten staan klappen met zijn handen en stampen met zijn
voeten (zoals de wilde stammen die ze passeerden) maar in
plaats daarvan was hij hard aan het werk, een slaaf van vreemde
toverij, vervuld van verheffende kennis. Hij was nuttig omdat hij was
onderwezen. (19)
Onderweg
worden ze beschoten met pijlen. Marlow realiseert zich dat hij deze
hele reis maakt, alleen om meneer Kurtz te vinden, die bergen ivoor
verzamelt: Alles behoorde hem toe ( ) maar het ging erom te
weten waartoe hij behoorde, hoeveel machten der duisternis hem
opeisten als de hunne. (20) Eenzaam in de wildernis is men
alleen en moet men terugvallen op de eigen innerlijke kracht, op het
eigen vermogen trouw te blijven aan zichzelf. Kurtz was een erudiet
en Marlow vertelt: Heel Europa had bijgedragen aan de wording
van de heer Kurtz en na verloop van tijd kwam ik te weten dat,
toepasselijk genoeg, het Internationale Genootschap ter Onderdrukking
van Barbaarse Praktijken hem had opgedragen een rapport te schrijven
als leidraad voor toekomstig beleid. (21) Het begon met
de stelling dat wij blanken, gezien het peil dat onze ontwikkeling
bereikt had, 'hun (de wilden) noodzakelijkerwijs wel moest voorkomen
als waren wij bovennatuurlijke wezens ( ). 'Door eenvoudig
wilsvertoon kunnen wij een praktisch onbeperkte macht ten goede
uitoefenen.' ( ) Het slotbetoog was schitterend. ( ) Dit was de
onbegrensde macht der welsprekendheid. ( ) aan het eind van dat
ontroerende appel ( ): 'Uitroeien die beesten!' (22)
De
stomer arriveert bij de handelspost van Kurtz. Vlakbij het huis
stond nog een zestal dunne palen op een rij, ruw bewerkt en vanboven
versierd met ronde, van houtsneewerk voorziene bollen. (23)
Een knecht van Kurtz wenkt en zegt dat hij daarboven is en dat hij er
slecht aan toe is. Wanneer Marlow nogmaals met de verrekijker de hut
in ogenschouw neemt, ziet hij dat op de palen geen houten bollen
staan maar uitgedroogde mensenhoofden. Hoofden van rebellen. (24)
Dan
ontmoet Marlow meneer Kurz, hij ligt op een veldbed, ziek, quasi
stervende. Marlow: Ik zag het onvoorstelbare raadsel van een
ziel die geen enkele beteugeling kende, geen geloof, en geen angst,
en die niettemin blind met zichzelf worstelde. (25) Kurtz
laatste gedachten gaan uit naar zijn 'aanstaande', zijn handelspost,
zijn carrière, zijn ideeën. Hij verlangde bij zijn terugkomst
uit een of ander afschuwelijk Niemandsland, waar hij grootse dingen
zou verrichten, op het treinstation opgewacht te worden door
koningen. 'Je toont hun dat je iets in je hebt dat hen werkelijks
iets oplevert, en dan kent hun erkentelijkheid voor je capaciteiten
geen grenzen meer', placht hij te zeggen. (26) Kurtz sterft,
kortstondig aanschouwt hij de waarheid en zijn laatste woorden zijn:
Afgrijselijk! Zo afgrijselijk!
Terug
in de dodenstad ergert Marlow zich aan de aanblik van de mensen
die zich door de straten haastten om elkaar wat geld af te gaan
troggelen, om hun afschuwelijk eten te verorberen, om hun ongezonde
bier naar binnen te gieten, om hun onbeduidende en onnozele dromen te
dromen. (27) Marlow gaat bij de commissie het rapport indienen
van meneer Kurz die daar door iedereen wordt geloofd maar hij
herinnert zich alleen een schaduw met een onvoorstelbare dorst
naar schone schijn. (28) Tenslotte ontmoet Marlow Kurtz'
aanstaande, wiens familie haar toentertijd verhinderde met hem te
huwen om financiële redenen, en als zij hem naar de laatste woorden
van haar geliefde vraagt, ziet Marlow zich genoodzaakt haar in haar
illusie te laten en hij antwoordt: Het laatste woord dat hij
uitbracht, was - uw naam. (29)
Ten
slotte
Nog
niet zo heel lang geleden was het zo dat het oerwoud met zijn eigen
wetten, de wetten van de natuur, de wetten van de jungle of kortom de
wetteloosheid, zich uitstrekte over de hele aardbol. Alleen was er
hier en daar een enclave, een nederzetting van mensen, een beschaving
waarin wetten golden die tegen de wetten van de jungle in gingen
omdat deze 'onmenselijk' werden geacht. Het wilde oerwoud van de
wetteloosheid met daarin hier en daar een tamme of een door
mensenwetten geregelde stad.
De
mens lijkt op zijn minst 'niet zonder meer natuurlijk', om niet te
zeggen 'onnatuurlijk', 'tegennatuurlijk' of 'bovennatuurlijk': hij
voert wetten in waar er voorheen geen waren. Hij legt zichzelf
beperkingen op. Op de keper beschouwd doen ook meer ontwikkelde
dieren dat. Men betreedt het territorium van een ander niet omdat men
kan anticiperen op een reactie die het eigen leven in het gedrang
brengt. Wetten hebben te maken met anticipatievermogen en
anticipatievermogen is denkkracht. Wetten zijn producten van
groepswezens die beschikken over denkkracht. En denkkracht heeft te
maken met de grote hersenen. Zoals de grote hersenen de kleine
overwoekerd hebben, zo overwoekerden de beschavingen het oerwoud van
weleer.
Vandaag
wordt de hele aardbol overwoekerd met zogenaamd beschaafd volkeren en
het oerwoud van weleer werd gereduceerd tot hier en daar nog een
kleine enclave - een museum - middenin een volledig geciviliseerde
wereld.
Edoch,
wij weten hoe die strijd meestal verloopt in oorlogen en
veroveringen: het sterkere land onderwerpt het zwakkere maar al te
vaak blijkt de cultuur van het zwakkere sterker en wordt zij door het
land dat is gaan heersen, overgenomen. Kennelijk is precies hetzelfde
gebeurd in de genoemde evolutie: het oerwoud heeft zijn plaats
afgestaan aan de beschaafde stad maar die beschaafde stad wordt nu op
haar beurt overheerst door de cultuur van de jungle. Wij zijn met
andere woorden beland in een beschaving van wetteloosheid.
De
grote hersenen triomferen over de hersenstam waar het gemoed zich
situeert en de instincten maar op de een of andere manier hebben de
instincten op hun beurt de grote hersenen voor zich weten te winnen
en stellen zij het denken in hun dienst. De beschaving heeft de aarde
overwoekerd, zij heeft vrijwel alle plekken ingenomen die eertijds
toebehoorden aan het oerwoud of de jungle maar in het hart van de
beschaving heerst voortaan de wet van de jungle.
De
oerinstincten uit de hersenstam van weleer regeren over de
rationaliteit van de overwoekerende grote hersenen. En dat zij dat
doen, blijkt uit het ontstaan van een bijzondere discrepantie, met
name de kloof tussen redenen en drijfveren. Dat onze
beschaving hypocriet is, betekent dat zij zich voordoet als menselijk
terwijl zij dat allerminst is: haar rationaliteit heeft volstrekt
irrationele gronden. En de nieuwe jungle waarin wij heden beland
zijn, blijkt afgrijselijker dan het oerwoud van weleer.
Wellicht
ligt daar de betekenis van de slotzin in het nawoord van Bas Heijne,
de vertaler van Conrad's Heart of Darkness naar het
Nederlands: Als hij (Joseph Conrad) ons in Hart der
Duisternis iets verteld heeft, is het dat ze diep in onszelf
ligt. (30)
(J.B.,
16 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Joseph Conrad, Hart der Duisternis, L.J. Veen Klassiek, Atlas
Contact Amsterdam/Antwerpen (dertiende druk) 2021 (1994), p. 153-154.
(Oorspronkelijk: Heart of Darkness, Blackwood's Magazine,
London/Edinburgh1899 (in drie delen verschenen) en in 1902
gepubliceerd in boekvorm.
(2)
O.c., p. 5.
(3)
O.c., p. 9.
(4)
O.c., p. 12.
(5)
O.c., pp. 17-18.
(6)
O.c., p. 18.
(7)
O.c., p. 25.
(8)
O.c., p. 29.
(9)
O.c., pp. 31-32.
(10)
O.c., pp. 33-34.
(11)
O.c., p. 35.
(12)
O.c., p. 36.
(13)
O.c., p. 37.
(14)
O.c., p. 38.
(15)
O.c., p. 42.
(16)
O.c., p. 44.
(17)
O.c., p. 58.
(18)
O.c., pp. 64-65.
(19)
O.c., p. 71.
(20)
O.c., p. 94.
(21)
O.c., p. 96.
(22)
O.c., p. 97.
(23)
O.c., p. 101.
(24)
O.c., p. 114.
(25)
O.c., pp. 129-130.
(26)
O.c., p. 133.
(27)
O.c., p. 138.
(28)
O.c., p. 142.
(28)
O.c., p. 150.
(30)
O.c., p. 157.
15-01-2023
Joseph Conrad: Hart der Duisternis
Joseph Conrad: Hart der Duisternis
12-01-2023
The Long History of Russian Brutality - by Adam Hochschild
(Om te lezen: kopieer en plak de link in het zoekvenster)
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 22: Addendum 2: Zo brengt de nar de wereld in een stupor
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
22: Addendum 2: Zo brengt de nar de wereld in een stupor
Wanneer
een haas op de vlucht geen uitweg meer ziet, probeert hij alsnog zijn
belagers te verschalken met zijn laatste redmiddel: hij brengt
zichzelf in een toestand van 'stupor': hij laat zich vallen, trekt
zijn rug krom en beweegt niet meer, zodat het eruitziet alsof hij
dood is, waarvandaan de uitdrukking: 'zich van krommenaas gebaren'.
Wie zich van krommenaas gebaren, doen alsof zij even niet bestaan;
zij weigeren halsstarrig te zien of te horen wat er van de kwestie
is, zij houden zich voor dood, zij willen er niet bij zijn, zij pogen
zich aan hun verantwoordelijkheid te onttrekken. En dat kan heel ver
gaan. Bij de publicatie van Frédéric Martels schandaalboek over het
Vaticaan, getiteld: Sodoma. Het geheim van het Vaticaan, (1)
publiceerde Kerk en Leven, alias het parochieblad, een bespreking van
het boek en bovendien kon het werk van Martel aldaar worden besteld,
zodat het leek alsof de kerk helemaal niets te maken had met haar
schandalen. (2) Overigens typeert het moordenaars dat zij hun misdaad
nooit bekennen. Nazi's volharden in het kwaad en houden het been
stijf, zij houden voet bij stuk dat ze niets anders deden dan hun
plicht, waar vandaan het beruchte gezegde: Befehl ist Befehl.
Tijl Uylenspiegel liet een hele hofhouding applaudisseren voor een
leeg doek en ook de nieuwe kleren van de keizer illustreren de kramp
waarin de hypocrieten zichzelf brengen om te ontsnappen aan
schuldbekentenis, spijtbetuiging, excuus, schadeloosstelling en
straf.
Met
de gelijkluidende titel van het slothoofdstuk van zijn King
Leopold's Ghost (3) merkt Adam Hochschild op dat het grote
vergeten met betrekking tot het Belgische koloniale verleden
de verdoezeling zijn genocidaal bewind door Stalin nog wordt
overtroffen. De Belgische monarchie en het land België gebaren alsof
er over haar vroegere kolonie die de Congo is, helemaal niets te
vertellen valt dat haar in een kwaad daglicht kon plaatsen. Het
Tervurense museum met zijn twintig zalen rept met geen woord over de
massamoord op twaalf miljoen Congolezen in de periode van pakweg 1890
tot 1910.
De
gruwelijke geschiedenis wordt verteld door Joseph Conrad die daar op
reis ging, die alle calamiteiten minutieus optekende en ze in 1899 in
romanvorm publiceerde met zijn Heart of Darkness (4) alsof het
over een fictief land ging.
In feite is hij de hoofdfiguur van zijn roman en worden zijn
werkelijke ervaringen nauwgezet beschreven. Op de zesde pagina van
het eerste deel steekt hij het Kanaal over en komt in een niet nader
genoemde stad die hem doet denken aan een witgekalkt graf.
Witgekalkte graven, zo worden de farizeeën genoemd door Christus,
die daarmee hun hypocrisie aan het licht wil brengen. Hij bezoekt
daar de kantoren van de 'compagnie' waar men niet naast kan kijken
omdat ze gigantische bouwwerken zijn, een compagnie die handel drijft
met een overzees gebied dat leeggeroofd zal worden:
I
flew around like mad to get ready, and before forty-eight hours I was
crossing the Channel to show myself to my employers, and sign the
contract. In a very few hours I arrived in a city that always makes
me think of a whited sepulchre. Prejudice no doubt. I had no
difficulty in finding the Companys offices. It was the biggest
thing in the town, and everybody I met was full of it. They were
going to run an over-sea empire, and make no end of coin by trade.
(Joseph Conrad, Heart
Of Darkness, deel I, pag 6).
Conrad
is het Kanaal overgevaren, de stad die hem altijd doet denken aan een
witgekalkt graf, is onmiskenbaar Brussel; de Compagnie waarvan sprake
is de Congo-compagnie van Leopold II, waarvan de kantoren gehuisvest
zijn in één van de gigantische bouwwerken van de megalomane koning;
het niet nader genoemde overzeese rijk is uiteraard de Congo en de
handel die gedreven wordt is, zoals E.D. Morel, toentertijd werkzaam
als klerk in de Antwerpse haven, opmerkte, helemaal geen handel doch
roof middels dwangarbeid, slavernij, gruwelijke martelingen en
massamoord.
Die
'handel' heeft uiteindelijk aan twaalf miljoen zwarten het leven
gekost, Conrad trof hun vergane lijken aan langs zijn pad overgroeid
met mos ofwel werden zij gedumpt in massagraven. Met de opbrengsten
van die handel bouwde de grootheidswaanzinnige vorst onder meer het
groteske Jubelpark in de Europese hoofdstad, met monumentale
beeldhouwwerken, die Emile Vandervelde in 1905 aan de kaak stelde in
het Belgische parlement:
Monumentale
bogen die men op een dag de Bogen van de Afgehakte Handen zal
noemen. (5)
De
geschiedenis gaat haar gang, wandaden worden in de doofpot gestopt
maar 'al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel'
en zij doet dat middels haar goede bondgenoot die de zotskap is of de
artiest, de nar die onder goddelijke bescherming altijd onbestrafbaar
blijven zal. Verwijzend naar het 'fictief land' van Joseph Conrad
wordt bij de aanvang van de videoclip Fils de Joie van Stromae
aangekondigd:
Dans
un pays imaginaire, l' état organise les funerailles d'une
travailleuse de sexe défunte (6)
Want
op uitgerekend die plek in de 'grafstad' laat Stromae, in zijn
nummer, een 'fils de joie' zijn moeder begraven die, net zoals de
minnares van Leopold, sekswerkster was. De kunstenaar zelf is de zoon
van een Belgische moeder en een afwezige zwarte vader die omkwam in
de Rwandese genocide en naar wie verwezen wordt in het nummer
Papaoutai ('Papa ou t' es?'). Rwanda is een voormalige Duitse
kolonie die evenwel in 1916 door de Force Publique van Belgisch-Congo
werd gecontroleerd en waar de vorst ook aandelen had voor de winning
van rubber. In 1994 vond in het deels door België gecontroleerde
land een genocide plaats in een (volgens het principe divide et
impera) opgezette strijd tussen Hutu's en Tutsi's. (7)
Kennelijk
werd ook deze nar, ja, zeg maar kunstenaar, geen strobreed in de weg
gelegd om te onthullen wat niemand ooit wil zien en wat derhalve
iedereen slaat met de blindheid eigen aan de hoger beschreven
verkramping. De artiest kreeg alle faciliteiten van de Belgische
overheden om zijn ding te doen en inderdaad niemand legde expliciet
de link met het gruwelijke koloniale verleden van het land. De
ontmenselijkte mens die zowat twaalf miljoen mensen met een
gelijkaardig lot vertegenwoordigt, krijgt een eeuw na datum een
staatsbegrafenis in het monumentale 'witgekalkte graf' - Christus'
typering van de farizeeërs - dat overigens, cynisch genoeg, tegen
heug en meug door henzelf werd bekostigd.
Het
westen gebaart zich unaniem van krommenaas, geen samenzwering onder
misdadigers mag immers worden verklapt, daar immers geldt de strenge
omerta, de zwijgplicht die het ondenkbare mogelijk maakt. Maar de nar
spreekt, hij zingt, hij buldert het uit. En alle krommenaas ten spijt
staan de raketten uit het oosten reeds klaar voor de kers op deze
wansmakelijke taart, door de bakkers zelf te verorberen, zoals ooit
de buitenechtelijke Henry
Morton Stanley aan
zijn hond de eigen staart van het beest te verslinden gaf.
(J.B.,
12 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Frédéric Martel, Sodoma.
Het geheim van het Vaticaan,
Balans 2019. (Oorspr.: Sodoma.
Enquête au cur du
Vatican,
Editions Robert Laffont, Paris 2019.)
(3)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998).
(7)
Zie: Abram de Swaan, Compartimenten
van vernietiging,
in: Jan Bauwens, Verborgen
massamoord, deel
3:330786.pdf
(bloggen.be) . In twee woorden:
De massavernietiging van Tutsi's (T) (aristocraten) en verdachte
Hutu's (H) (boeren) door de Hutu-Power-beweging in Rwanda in het
voorjaar van 1994 (voorafgegaan door wederzijdse slachtingen in 1959
[door H op T] en in 1962 [door T op H]) gebeurde met machetes maar
bleek zorgvuldig voorbereid. De VN onttrok zich aan haar
beschermingsplicht. H en T werden door de kolonisten bestempeld als
verschillende rassen een puur verzinsel.( ) Dit leidde
uiteindelijk tot de genocide van 1994 met als startsein de dood van
de Rwandese president Habyarimana na de aanslag op het vliegtuig
waarop ook de Burundese president zat. De T van het Rwandees
Patriottisch Front (RPF) werden geholpen door de Fransen die
vruchteloos probeerden het moorden te voorkomen. De T vielen
Oost-Congo binnen en Mobutu werd er vervangen door Kabila, waarna
burgertwisten 20 jaar lang miljoenen slachtoffers maakten terwijl de
wereld toekeek. Zie ook: Abram de Swaan, o.c.,
93v.
11-01-2023
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 21: Addendum: Over het goochelen met contexten. (In het kader van het tijdperk van de leugen).
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
21: Addendum: Over het goochelen met contexten. (In het kader van het
tijdperk van de leugen).
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 20 (slot): Het verleden wordt uitgewist, de gruwel gaat door
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
20 (slot): Het verleden wordt uitgewist, de gruwel gaat door
Het
grote vergeten, aldus luidt de titel van het slothoofdstuk uit
Adam Hochschilds boek over de Congo van Leopold II. Het Moskouse
Museum van de Revolutie toont honderden foto's en schilderijen van
revolutionairen maar niet één prent van de 20 miljoen Sovjetburgers
die stierven in executiekelders, kunstmatige hongersnoden en de
goelag. Inzake het uitwissen van het verleden wordt Stalin alleen nog
overtroffen door Leopold II van België: (...) in geen van de
twintig grote toonzalen van het (Tervurense) museum (voor Afrikaanse
kunst) is er de minste of geringste aanwijzing dat miljoenen
Congolezen op onnatuurlijke wijze aan hun einde zijn gekomen. Er zijn
nergens in Brussel aanwijzingen hiervoor (1), aldus Adam
Hochschild. En men zou hier andermaal kunnen aan toevoegen dat de
Congocommissie het een eeuw na de aanvang van de gruwel in alle ernst
heeft over haar hoop op een 'eervol slotakkoord'. (2)
Een
deel van de skyline van de stad wordt gedomineerd door de meest
grandioze met Congowinsten gefinancierde extravagantie van allemaal,
de reusachtige Jubelboog, overladen met heroïsche beeldhouwwerken;
hij ziet eruit als een opgeblazen combinatie van de Arc de Triomphe
en de Branderburger Poort, met gebogen vleugels eraan toegevoegd. De
compacte stenen en betonnen massa van de boog doet denken aan Conrads
beschrijving van de niet nader genoemde Europese hoofdstad in Heart
of Darkness als 'de grafstad'. Maar van de miljoenen Afrikanen
wier inspanningen voor dit alles hebben betaald en die als gevolg
daarvan in een graf van ongemarkeerde aarde zijn terechtgekomen,
ontbreekt ieder spoor. (3) Maar Leopolds Congo is
slechts één van die stiltes in de geschiedenis. (4)
In
Brussel brandden de ovens acht dagen na elkaar, zodat het
grootste deel van de overheidsstukken van de Congo tot as en rook in
de lucht boven Brussel werd veranderd. (5) Leopold zei: 'Ze
hebben niet het recht om te weten wat ik daar heb gedaan'? (6)
De koning beval om ook de stukken in de Congo ter plekke te
vernietigen. Dat gebeurde naar het zeggen van Kolonel Strauch
omwille van overwegingen van een hogere orde. (7)
Hetzelfde
soort opzettelijke vergeten vond plaats in de gedachten van de mannen
die gestalte gaven aan het regime. Het vergeten van je eigen deelname
aan massamoord is niet iets passiefs; het is een actieve daad.
(8) De daad van vergeten is niet het moment waarop hij wordt
uitgewist maar waarop de zaken op hun kop worden gezet, het
merkwaardige omdraaien, waarbij degene die slachtoffers heeft gemaakt
zichzelf geestelijk verandert in slachtoffer. (9)
In
heel Afrika schreven de kolonialen de schoolboeken; gecombineerd met
de wijd verspreide praktijk van het verbieden van boeken en van de
perscensuur zorgde dit voor vergetelheid van het geschreven woord.
(10)
Tientallen
jaren na Leopolds dood dachten de zwarten dat de koning
gereïncarneerd was in Jean de Hemptinne, de Belgische aartsbisschop
van Elisabethville: hij was een schimmige figuur achter de
schermen, die de politie bevel gaf het vuur te openen op stakende
mijnwerkers ( ) of een rechter opdroeg streng te zijn (voor een
aangeklaagde gevangene). (11)
De
belangrijkste erfenis uit het koloniale tijdperk die Europa Afrika
naliet, was niet democratie ( ) het was autoritair bewind en roof.
(12)
In
1959 kwamen in de Congo massabetogingen die bloedig onderdrukt werden
door de Force Publique. Koning Boudewijn van België kwam naar
Leopoldville om de Congo, officieel en paternalistisch, zijn vrijheid
te verlenen. Hij zei: 'Het is nu aan u, heren, te laten zien dat u
ons vertrouwen waardig bent.' (13) Er volgde een boze reactie
door Lumumba die een maand eerder democratisch tot premier verkozen
was. Lumumba wilde niet alleen politieke maar ook economische
onafhankelijkheid maar Belgische, Britse en Amerikaanse bedrijven met
grote investeringen in de Congolese industrieën (koper,
kobalt,diamanten, goud, tin, mangaan, zink...) vreesden voor hun
gigantische winsten en zij negeerden Lumumba, die dan maar
aansluiting zocht bij de Sovjet-Unie.
Minder
dan twee maanden nadat hij was aangesteld als de eerste democratisch
verkozen premier van de Congo gaf het subcomité voor geheime
operaties van de Nationale Veiligheidsraad van de Verenigde Staten
( ) toestemming voor een moordaanslag op Lumumba. (14) De
baas van de CIA zei later dat de president het liever anders had
aangepakt. Alternatieven ( ) werden overwogen, waaronder
vergif (waarvan een voorraadje naar het hoofd van de CIA-post in
Leopoldville werd gestuurd), een lange afstandsgeweer en
huurmoordenaars. (15) Ze lieten de klus uiteindelijk klaren
door Lumumba's politieke vijanden onder leiding van de toen jonge
Mobutu, stafchef van het leger en oud gediende bij de Force Publique
die de westerse belangen in de Congo zou behartigen.
In
januari 1961 werd Lumumba gearresteerd, mishandeld en in het geheim
doodgeschoten in Elisabethville. Uiteindelijk zou een CIA-agent
door de stad rondrijden met het lichaam van Lumumba in zijn
kofferbak, op zoek naar een plaats waar hij zich ervan kon ontdoen.
( ) Net als miljoenen Congolezen voor hem eindigde hij gedumpt in
een anoniem graf. (16)
Het
westen zette haar dictatuur voort in de persoon van Mobutu die in
1963 van president Kennedy een privévliegtuig cadeau kreeg bemand
door leden van de Amerikaanse luchtmacht. Aangemoedigd door de
Verenigde Staten voerde Mobutu in 1965 een staatsgreep uit waardoor
hij de dictator van het land werd. (17) Tot 1997. Van de V.S.
alsook van Europese mogendheden ontving hij ruim een miljard dollar.
In de media werd hij de gids en de messias genoemd. De presidenten
Reagan en G. Bush ontvingen hem met eer. Zijn persoonlijk vermogen
werd geschat op vier miljard dollar. Hij kreeg aandelen in elk
westers bedrijf in de Congo en beschouwde het bezit van het land als
het zijne.
Adam
Hochschild benadrukt twee wapenfeiten van de beweging ter hervorming
van de Congo onder Morel, Casement en hun medestanders: de noodzaak
om de waarheid vast te leggen en het vermogen tot verontwaardiging.
Het hele verhaal gaat om mensenrechten als rechten waarop alle mensen
van bij hun geboorte aanspraak kunnen maken. De slotzin van het boek
luidt: Ten tijde van de Congocontroverse honderd jaar geleden
vormde het idee van volledige - politieke, sociale en economische -
mensenrechten een ernstige bedreiging voor de gevestigde orde van de
meeste landen op aarde. En dat is vandaag de dag nog steeds zo.
(18)
(J.B.,
10 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 294.
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 19: Martelaarschap, het lot der helden
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
19: Martelaarschap, het lot der helden
Leopold
was dood maar zijn geest bleef bestaan, vooreerst waar hij dicteerde
wat er met de rest van zijn fortuin, dat werd geschat op veertig
miljard Belgische frank, moest gebeuren: het zou via de regering
vooral geïnvesteerd worden in bouwwerken; zijn dochters ontvingen
niets.
De
beweging voor de hervorming van de Congo wierp uiteindelijk maar
weinig vruchten af. Het afhakken van handen leek te stoppen maar dat
kwam enerzijds omdat nu met gecultiveerde rubber werd gewerkt en
anderzijds omdat de dwangarbeid bleef, en zij nu enkel op een andere
methode berustte: belastingheffing dwong mensen te gaan werken
op de plantages of te helpen bij het oogsten van katoen, palmolie en
andere producten - en bleek eveneens een doelmatige manier om het
verzamelen van de nodige wilde rubber voort te zetten. (1) En
tijdens de eerste wereldoorlog werd dwangarbeid met geweld ingevoerd
door de Force Publique in Duits Oost-Afrika (nu: Tanzania). Enorme
aantallen Congolezen werden ingelijfd als soldaten en dragers (die)
werden gedwongen zich dood te werken of stierven aan ziekte. Er
heersten hongersnoden. ( ) De jaren na de oorlog zagen een groei
van de koper-, goud- en tinwinning. Als altijd vloeiden de winsten
het gebied uit. (2) Uit archieven blijkt dat in de eerste
helft van 1920 aan de bovenloop van de Uele 26.579 zweepslagen werden
uitgedeeld, dat is 9 per Afrikaan per dag. Het ronselen van
mijnslaven gebeurde zoals ten tijde van Leopold: Het opperhoofd
( ) stuurde hen aan elkaar gebonden bij de nek naar de
bestuurspost. Daarvandaan werden ze in ketenen naar het hoofdkantoor
van het district gestuurd. ( ) Opperhoofden kregen tien frank
betaald voor iedere rekruut. Als een arbeider op de vlucht sloeg, kon
een lid van zijn gezin gevangen genomen worden (...). (3) In
de kopermijnen en smelterijen in Kartanga kwamen duizenden slaven om
het leven. Het aantal doden bij de heraanleg met dwangarbeid van de
spoorwegen tussen 1921 en 1931 overtrof dat van de jaren 1890 en dat
liep nog op in W.O.II. Meer dan tachtig procent van het uranium
in de bommen die werden uitgeworpen boven Hiroshima en Nagasaki kwam
uit de zwaar bewaakte Congolese mijn in Shinkolobwe. (4) Er
was ook meer rubber nodig voor de militaire voertuigen.
Met
tien miljoenen doden lijkt de Congo de meest moorddadige plek in de
Europese strijd om Afrika maar dit is helaas niet erger dan wat
zich in de buurlanden heeft afgespeeld. (5) Quasi eenzelfde
onmenselijke plundering met een bevolkingsverlies van telkens meer
dan 50 percent speelde zich af in de kolonies van Frankrijk (ten
noodwesten van de Congo), Portugal (Angola) en Duitsland (Kameroen),
tot grote tevredenheid van de effectenmakelaars. Grafieken tonen hoe
in Salanga tussen 1904 en 1907 de maandelijkse stijging en
daling van de rubberproductie bijna volkomen evenredig was aan de
stijging en daling van het aantal kogels dat werd gebruikt door
'wachters' van het bedrijf - bijna vierhonderd in een drukke maand.
(6) Ook de Franse kolonialen bleken niet vies van gruweldaden en zij
wisten even ijverig de sporen ervan uit. In het Duitse
Zuidwest-Afrika (nu: Namibië) was sprake van regelrechte
volkerenmoord door Lothar von Trotha op de Herero's die rebelleerden
in 1904. Van de ( ) 80.000 Herero's ( ) waren er in 1906
minder dan 20.000 ( ) overgebleven. De overigen waren de woestijn
ingejaagd om van dorst om te komen (de Duitsers hadden de waterpoelen
vergiftigd), doodgeschoten of - om kogels te besparen - met
bajonetten of geweerkolven afgemaakt. (7) Daarover alleen
internationale stilte. Leopold II bleek overigens een belangrijke
aandeelhouder te zijn van de Franse Congo alsook van het Duitse
Kameroen. Tegelijkertijd decimeerden de V.S. de Amerikaanse Indianen
en voerden zij een bloedige contraguerrilla in de Filipijnen waarbij
gemarteld werd en dorpen werden platgebrand (met 20.000 doden) en
evenmin kregen de Engelsen kritiek voor het uitmoorden van de
Aboriginals in Australië. (8) Conrad zei het 't best: 'Alle
Europeanen hebben bijgedragen aan het maken van Kurtz.' (9)
In
1913 nam mensenrechtenactivist Roger Casement ontslag als Brits
consul, hij streed voortaan voor de vrijheid van zijn Ierland.
Tijdens W.O.I leunde hij voor bewapening aan bij de Duitsers die
Ierland's onafhankelijkheid voorstonden maar hij werd opgepakt,
beschuldigd van hoogverraad en opgesloten. In zijn beroemde
redevoering verklaarde hij: 'Zelfbestuur is ons recht. Iets wat
bij onze geboorte in ons is geboren; iets wat evenmin aan ons kan
worden toebedeeld of van ons afgenomen door andere mensen als het
recht op leven zelf - als het recht de zon te voelen of de bloemen te
ruiken, of van onze medemens te houden. ( ) Wanneer mannen met
ingehouden adem moeten smeken om het recht in hun eigen land te
leven, hun eigen gedachten te denken, hun eigen liederen te zingen,
de vruchten van hun eigen inspanningen te plukken ( ) dan is het
stellig een dapperder, verstandiger en waarachtiger iets om rebel te
zijn. (...) (10) Casement kreeg eenzame opsluiting in de
Pentonvillegevangenis in Londen. Men vond zijn dagboeken met
aantekeningen over zijn (toen verboden) homoseksualiteit en men
maakte die openbaar zodat de kritiek achterwege bleef tot hij op 3
augustus 1916 werd opgeknoopt.
Intussen
voerde Morel een soort pacifistische verzetsstrijd tegen de waanzin
van de oorlog (die achteneenhalf miljoen doden maakte) en hij werd
afgeluisterd en belaagd. In 1917 werd hij gearresteerd voor
het overtreden van een obscure wet die het sturen van
antioorlogsliteratuur naar neutrale landen verbood
(11) en veroordeeld tot zes maanden dwangarbeid. (12) Geheel
ondervoed stortte hij na zijn vrijlating in, hij kreeg hartaanvallen,
ging alsnog in de politiek maar stierf op 12 november 1924,
eenenvijftig jaar oud. (13)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
10 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 279.
(2)
O.c., p. 279.
(3)
Ib., p. 280.
(4)
Ib., p. 280.
(5)
Ib., p. 281.
(6)
Ib., p. 281.
(7)
Ib., p. 283.
(8)
Ib., pp. 283-284.
(9)
Ib., p. 284.
(10)
Ib., p. 287.
(11)
Ib., p. 290.
(12)
Ib., p. 290.
(13)
Ib., pp. 291-292.
09-01-2023
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 18: De Commissie van Onderzoek en de dood van de koning
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
18: De Commissie van Onderzoek en de dood van de koning
Omdat
het werken met een commissie reeds bevredigend was gebleken voor
Leopold, vormde hij een nieuwe commissie, de Commissie van Onderzoek,
ter plekke in de Congo. Edoch, bedoeld als een schijnvertoning om
zijn naam te zuiveren, draaide alles uit op een echt onderzoek waarin
de aantijgingen zoals geformuleerd door Casement en Morel punt na
punt werden herhaald. Om ook dit te camoufleren, (...) kregen
alle belangrijke kranten in Engeland een document met een
begeleidende brief waarin werd uitgelegd dat dit een 'volledige en
authentieke samenvatting van het rapport' betrof. Deze ( ) werd
geleverd door de West-Afrikaanse Missievereniging, wat zonder meer
betrouwbaar klonk. ( ) in het Engels. (1) Weken na
publicatie van de samenvatting in Engeland en in de V.S. werd
duidelijk dat de zogenaamde samenvatting weinig had uit te staan met
het rapport. Telkens werden belangrijke punten in het rapport eruit
gelicht en 'samengevat' tot er niets meer overbleef. (2) En de
West-Afrikaanse Missievereniging... bleek een uit één vertrek
bestaand kantoor ( ) met een pas geverfd bord op de deur. De enige
persoon daarin was een portier. (3)
De
Commissie van onderzoek, die maakte dat een gouverneur-generaal zich
met een scheermes de keel doorsneed en die een rechter in tranen deed
uitbarsten, (4) stond bol van getuigenissen van de ergst denkbare
gruweldaden bij honderden ( ) de stemmen van de Congolezen
zelf. (5) Niemand las ze echter. Ondanks de kritische
conclusies van het rapport, werden de verklaringen van de Afrikaanse
getuigen nooit rechtstreeks geciteerd. Het rapport van de Commissie
verwoordde algemeenheden. De verhalen werden niet afzonderlijk
gepubliceerd en evenmin mochten ze door derden worden ingezien. Ze
kwamen terecht in de gesloten afdeling van het staatsarchief in
Brussel. Pas in de jaren tachtig van deze eeuw (i.e. de
twintigste eeuw) mochten mensen ze uiteindelijk vrij lezen en
kopiëren. (6) Leopold zou de Congo nog tijdens zijn leven als
kolonie aan België overlaten, of beter: verkopen, en voor veel geld.
Geld dat uit de Congo zelf zou worden gehaald.
Intussen
echter stelden de zwarte Amerikaanse missionaris William Sheppard en
de blanke dominee William Morrison de wreedheden in de Congo verder
aan de kaak en er kwam rebellie maar de aanklagers werden in
Leopoldville berecht voor smaad. Morel zorgde ervoor dat zij met brio
verdedigd werden door de Belgische socialist Emile Vandervelde. Maar
een spitsvondige rechterlijke uitspraak maakte dat Sheppard
onschuldig werd bevonden, zonder dat de Compagnie du Kasai (de
geweldplegers in kwestie) schuldig werd bevonden. (7)
In
december 1909, minder dan twee maanden na de rechtszaak tegen
Sheppard, werd de vierenzeventigjarige koning ernstig ziek.
(8) Leopold
huwde nog met zijn minnares en kort na een darmoperatie stierf hij, nadat hij zijn fortuin aan
zijn Caroline had nagelaten en binnen het jaar hertrouwde zij met
haar pooier van weleer. (9)
Roger
Casement vergeleek de onderdrukking van zijn Ierland door de Engelsen
met deze in de Congo. Hij werd naar het Putumayogebied in Peru
gestuurd waar hij een gelijkaardig onderzoek voerde naar de
wreedheden tegen de Indianen door functionarissen van de Peruviaanse
Amazone Rubbercompagnie. (10) Hij vernam dat hij geridderd zou worden
(...)maar toen de dag van de feitelijke ceremonie - die van hem
zou hebben verlangd dat hij knielde voor de Britse koning - aanbrak,
gaf hij voor ziek te zijn. (11)
Intussen
ijverde Morel verder voor de zaak van de mensenrechten. In
1909, tientallen jaren zijn tijd vooruit en in scherpe tegenstelling
tot de zelfgenoegzame stemming om hem heen, schreef hij een
scherpzinnige waarschuwing voor de 'verstrekkende gevolgen voor de
algemene lotsbestemming, niet alleen van Zuid-Afrika maar van heel
zwart Afrika' die zouden voortkomen uit het feit dat Groot-Brittannië
de nieuwe, onafhankelijke Unie van Zuid-Afrika had opgezet met een
uitsluitend uit blanken bestaande volksvertegenwoordiging.
(12)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
9 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 252.
(2)
O.c., p. 252.
(3)
Ib., p. 253.
(4)
Ib., p. 251.
(5)
Ib., pp. 254v.
(6)
Ib., p. 256.
(7)
Ib., p. 266.
(8)
Ib., p. 266.
(9)
Ib., pp. 266-267.
(10)
Ib., pp. 268-270.
(11)
Ib., p. 271.
(12)
Ib., p. 274.
04-01-2023
De plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910 - Aflevering 17: De koning-omkoper
De
plundering van de Congo en de genocide van 1890 tot 1910
Aflevering
17: De koning-omkoper
De
titel van het zestiende hoofdstuk in Hochschilds Congoboek,
'Journalisten geven u geen kwitanties', verwijst uiteraard
naar het ontbreken van betalingsbewijzen voor ontvangen
steekpenningen.
(...)
Stanley was ongelukkig over de gruwelkamer die de Congo was geworden
maar hij bleef Leopold verdedigen. Zijn gezondheid ging achteruit,
waarschijnlijk verergerd door de drommen al te enthousiaste doktoren
die hun beroemde patiënt maar al te graag de allernieuwste
behandelingen lieten ondergaan: strychnine-injecties, ammonia, ether
en elektrische schokken. (1) Hij stierf in 1904 en werd
drieënzestig. Leopold werd nu langs alle kanten aangevallen en hij
beschouwde Morel, Casement en hun aanhangers als leden van een
internationale samenzwering tegen hem. Daarop lanceerde hij een
geheime missie naar Brits Afrika om onderzoek te doen naar misstanden
die overeenkwamen met degene die Casement in de Congo had ontdekt.
(2) Hij kocht kranten- en tijdschriftenredacteuren om: zij schreven
stukken zoals 'De opium in Brits-India' ( ), geselingen in
Zuid-Afrika, mensenoffers in Nigeria ( ). (3) Hij chanteerde
sir Alfred Jones om de Britse kritiek te temperen: deze stuurde twee
reizigers voor 3000 £ naar de Congo die er dan positief over
schreven: in 1906 schreef burggraaf William Mountmorres in zijn
Congoboek over een goede en humane regering aldaar: 'Het is een
bijzondere ervaring getuige te zijn van de oprechte ijver waarmee de
ambtenaren ( ) zich aan hun werk wijden. (4) De reisauteur
Mary French Sheldon kreeg alleen het aantrekkelijke van het land te
zien en zij schreef: 'Ik ben getuige geweest van meer
wreedheden in de straten van London dan ik ooit in de Congo heb
gezien' (5) De koning zette haar vervolgens bij hem op
de loonlijst voor 1500 frank per maand ( ) om te lobbyen onder
parlementsleden. (6) Hij maakte ook gebruik van
tussenpersonen om zijn sporen uit te wissen. (7)
Leopolds public relations-campagne werd uitgevoerd door een
uitgebreide staf. (8) Binnen een jaar of twee rolden er
nieuwe pro-Leopoldboeken van de persen. Het persbureau (van
Leopold (9)) subsidieerde in het geheim verscheidene Belgische
kranten en een in Edingburgh verschijnend tijdschrift genaamd New
Afrika - The Truth on the Congo Free State. (10) Het
persbureau werkte ondergronds met smeergeld. De agenten ervan
overhandigden in het geheim contanten aan redacteuren en
verslaggevers in alle delen van Europa; rond 1907 ontvingen de
correspondenten in Brussel van zowel de Times of London als de
Duitse Kölnischer Zeitung steekpenningen. Twee redacteuren
( ) ontvingen de tegenwaarde van wat nu (i.e.: in 1998)
140.000 gulden zou zijn (11) De krant Corriere della
Sera weigerde een groot omkoopbedrag en stelde in plaats daarvan
een onderzoek in. (12) Een aanvankelijk kritische Duitse krant
schetste een enthousiast portret van een welvarende Congo: In
1907 werd de hoofdredacteur gedecoreerd door de koning. (13)
Maar: Lezers merkten soortgelijke mysterieuze koerswijzigingen
op in andere Duitse kranten. (14)
Morel
wees nu ook de V.S. op hun verantwoordelijkheid daar ze de Congo als
eerste hadden erkend. (15) en op uitnodiging van president Roosevelt
sprak hij op een mensenrechtenconferentie in Boston wat leidde tot de
oprichting van de Amerikaanse Vereniging voor de Hervorming van de
Congo waarvan Mark Twain een van de voortrekkers was en die schreef
aan Morel: (...) dat de zaak van de Congohervorming in de
Verenigde Staten een 'gigantische onderneming was ( ) (die) een
organisatie als U.S. Steel vereist. (16) Zijn pamflet uit
1905, King Leopold's Soliloquy, is een denkbeeldige monoloog
door Leopold waarin hij geërgerd zegt: In deze twintig jaar
heb ik miljoenen uitgegeven om de pers van de twee halfronden stil te
houden en toch blijven er dingen uitlekken. (17) Zijn
'kodak', zo klaagt hij, is de enige getuige ( )
die ik niet kon omkopen. (18)
Leopolds
propagandamachine reageert met An Answer to Mark Twain. (19)
Leopold engageerde sprekers tegen Morel en richtte zich tot onder
meer (...) senator Nelson W. Aldrich van Rhode Island, ( )
een multimiljonair, kaartpartner van J. Pierpont Morgan, de
schoonvader van John D. Rockefeller jr. ( ) een grootmeester in
machtsspelletjes. (20) Aan allen beloofde hij een aandeel in
de buit. (21) Zijn strategie blijkt uit een adviesbrief van en van
zijn Amerikaanse agenten: 'Stel een strook land dwars door de
Congo ( ) open ten gunste van Amerikaans kapitaal. Grijp de huidige
concessionairs zo nodig bij de keel en dwing hen hun privileges met
de Amerikanen te delen. Op deze manier zult u een Amerikaans belang
tot stand brengen in de Congo dat het gekef van de Engelse opruiers
en de Belgische socialisten vergeefs zal maken.' (22) Leopold
deed een schenking van meer dan drieduizend kunstwerken aan het
Amerikaans Museum voor Natuurlijke Historie waarvan J.P. Morgan
bestuurslid was, wat de gewenste uitwerking had. (23) Leopold speelde
ook de slachtofferrol van de (door protestanten) vervolgde katholiek
en het Vaticaan steunde hem via kardinaal Gibbons die luidruchtig
voor Leopold pleitte en dan van hem het Grootkruis van de Orde van de
Kroon ontving. (24) Via zijn lobbyisten gelukte het de koning een
nieuw Engelstalig tijdschrift over de Congo te stichten en Frederick
Starr van de universiteit van Chicago, overtuigd van de
minderwaardigheid van primitieve volkeren, schreef vijftien lovende
artikelen over Congo in de Chicago Daily Tribune (ook verschenen als
boek, getiteld Waarheid over de Congo Vrijstaat) in ruil voor
talloze medailles en een door Leopold betaalde rondreis van een jaar
in de Congo. (25) Ook Henry W. Wack, jurist bij een bedrijf in
gepatenteerde geneesmiddelen, schreef een vleiend Congo-boek dat in
alle bibliotheken te vinden was. De instructies vanuit Brussel
luidden dat Wack 'moest doen alsof hij niet in dienst van de Staat
was, maar louter een onafhankelijke publicist'. (26)
(Wordt vervolgd)
(J.B.,
4 januari 2023)
Verwijzingen:
(1)
Adam Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering
van de Congo, Meulenhoff/Kritak 1998 (in een Nederlandse
vertaling door Jan Willem Bos). (Oorspronkelijk: King Leopold's
Ghost. A Story of Greed, Terror and Heroism in Colonial Africa,
Adam Hochschild 1998), p. 236.
(2)
O.c., pp. 237-238.
(3)
Ib., p. 238.
(4)
Ib., p. 238.
(5)
Ib., pp. 238-239.
(6)
Ib., p. 239. Het bedrag komt overeen met 300.000 Belgische frank in
1998.
(7)
Ib., p. 239.
(8)
Ib., p. 239.
(9)
Ib., p. 239.
(10)
Ib., p. 240.
(11)
Ib., p. 240.
(12)
Ib., p. 240.
(13)
Ib., p. 241.
(14)
Ib., p. 241.
(15)
Ib., p. 242.
(16)
Ib., p. 242. U.S. Steel of de
United States Steel Corporation werd opgericht in 1901 door John
Pierpont Morgan.
(17)
Ib., p. 243.
(18)
Ib., p. 243.
(19)
Ib., p. 243.
(20)
Ib., p. 244.
(21)
Ib., p. 244.
(22)
Ib., p. 244.
(23)
Ib., pp. 244-245.
(24)
Ib., p. 245.
(25)
Ib., p. 245.
(26)
Ib., p. 245.
02-01-2023
'Einstein on the Beach' en het martelaarschap
'Einstein
on the Beach' en het martelaarschap
De
auteur van het interessante artikel over geneeskunde en Griekse
mythologie (beginnende met de zin: Theologische
beschouwingen leiden tot de opvatting dat de ziekte (en andere rampen
die de mens overkomen) een straf is van de goden" (1))
laat iemand ergens in een van zijn andere teksten beweren dat
gehuwden, indien zij op hun huwelijk zouden kunnen zien welke
moeilijkheden hen ingevolge de trouwpartij te wachten staan, op
staande voet weer naar huis zouden lopen. Edoch, hoe vanzelfsprekend
de beide standpunten ook klinken: velen denken daar heel anders over.
Of kan men zich dan niet
voorstellen dat op een trouw de twee verloofden, wanneer ze elkaar
voor het jawoord in de ogen kijken, in een flits hun toekomst zien
passeren met al het lief maar ook met al het soms onnoemelijke leed?
Men hoeft helemaal niet te beschikken over de fantasie van een
romanschrijver om zich dat te kunnen voorstellen. Maar kan men zich
ook voorstellen dat gedurende die flits het koppel zou ontkoppeld
worden van de roes en van de romantiek van dat zo zalige moment van
trouwen en dat elk van beiden heel bewust, rationeel en nuchter zou
kunnen beslissen over het al dan niet voortzetten van de op til
zijnde ceremonie?
De vraag die zij dan elk
voor zich te stellen hadden, luidt uiteraard: zie ik de ander graag
genoeg om naast het zoete geluk ook al dat te verwachten leed erbij
te nemen waarvan, krachtens die bliksemschicht van helderziendheid,
de komst voortaan een feit is dat ons verhindert om te hopen dat het
alsnog anders zal uitdraaien? Ja, stel nu eens dat zij op voorhand
konden kiezen.
On the Beach
(in het Nederlands vertaald als De laatste
oever) is een roman uit 1957 van de naar
Australië uitgeweken Brit Nevil Shute, behorende tot de
post-apocalyptische fictie en handelend over de mensheid die, ten
prooi aan radioactieve straling, haar nakende einde tegemoet ziet na
een vernietigende kernoorlog. De roman is wellicht geïnspireerd op
het gedicht The Hollow Men
van T.S. Elliot: In this last of meeting
places/ We grope together/ And avoid speech/ Gathered on this beach
of the tumid river / This
is the way the world ends/ This is the way the world ends/ This is
the way the world ends / Not
with a bang but a whimper. In
Shute's verhaal stelt de regering zelfmoordpillen ter beschikking
waarmee de laatste overlevenden zich euthanaseren om niet te hoeven
lijden.
De
opera Einstein on the Beach van
Philip Glass (met teksten van Christopher Knowles, Samuel M. Johnson
en Lucinda Childs)lijkt
naar deze roman te verwijzen maar vertelt dan toch
weer een ander verhaal. Het zandstrand van de verliefden lijkt te
verwijzen naar de woestijn waar de eerste kernproef plaatshad (met op
de achtergrond Max Wildiers' bezinning Afscheid
van Los Alamos) en zo zijn daar naast het
romantische koppel ook aanwezig: het metafysische koppel van de
liefde en de dood, maar nu elk in hun oneindigheidsdimensie want
elkaar onophoudelijk versterkend.
De opera van Philip
Glass begint als volgt: "Two lovers sat
on a park bench with their bodies touching each other, holding hands
in the moonlight. There was silence between them. So profound was
their love for each other, they needed no words to express it."
Een
van beiden verbreekt de stilte: ""Do
you love me, John?" she asked. En
hij antwoordt: "You know I love
you, darling, I love you more than tongue can tell. You are the light
of my life, my sun, moon and stars. You are my everything. Without
you I have no reason for being.""
Opnieuw
valt een stilte en zij stelt de volgende vraag: "How
much do you love me, John?" En
het antwoord luidt: "How much do I
love you? Count the stars in the sky. Measure the waters of the
oceans with a teaspoon. Number the
grains of sand on the seashore.
Impossible, you say. Yes and it is just as impossible for me to say
how much I love you. My love for you is higher than the heavens,
deeper than Hades, and broader than the Earth. It has no limits, no
bounds. Everything must have an ending except my love for you."
Edoch,
zowel het eerste als het tweede antwoord is er een van woorden:
"Words, words, words." In het
Bijbelse boek Job
wordt om een antwoord van een heel ander kaliber gevraagd: de duivel
eist daar dat de naar zijn smaak al te dure woorden worden gewogen
middels daden en derhalve staat de Schepper toe dat de duivel de
condities wegneemt die volgens zijn kwade trouw maken dat Job al
te dure woorden spreekt. En Job wordt
gemarteld.
"Zou
je met mij in het huwelijk getreden zijn indien je had geweten dat ik
je ongewild ging laten lijden?" En dezelfde vraag stelt zich met
betrekking tot het krijgen van kinderen, over wie men immers kan
veronderstellen dat zij aan hun ouders ooit de vraag stellen: "Zou
je mij gehouden hebben mocht je geweten hebben dat ik je ongewild
ging laten lijden?" In een hedendaagse versie is dat uiteraard
ook een door velen nog onontgonnen vraagstuk van de
abortusproblematiek.
Geliefden
zweren in hun romantiek dat ze elkander meer beminnen dan dat er
zandkorrels op het strand zijn of sterren aan het uitspansel. Dat
klinkt heel poëtisch maar de werkelijke vraag luidt of de liefde
inderdaad zo groot is dat zij ook het meest onnoemelijke leed in haar
schaduw stelt: is de liefde groot genoeg om de dood te overwinnen? En
is zij ueberhaupt nog liefde als zij dat niet kan?
Het
zal altijd vreemd blijven klinken in de oren van wie het wel horen
doch niet vatten kunnen maar pas daar waar de proef op de som genomen
wordt, manifesteert de liefde zich om te beamen: "Ja, jij bent
het allemaal waard."
Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie: