Alle rechten voorbehouden Een variant van deze blog is te vinden op seniorennet op het volgende adres: http://blog.seniorennet.be/tisallemaiet/
10-12-2017
Verborgen massamoord (deel 6)
Verborgen
massamoord (deel 6)
Massamoordpartijen
gebeuren onttrokken aan het oog van de burger in speciaal daartoe
opgerichte compartimenten die fysiek bestaan ofwel virtueel de
concentratiekampen met de onzichtbare muren en in dat laatste
geval is de misdaad veel moeilijker te detecteren, hij is zeer lastig
te bestrijden en maakt om die reden nog veel meer slachtoffers. Tot
die slachtoffers behoren in de eerste plaats de dertigduizend
hongerdoden per dag omdat zij de kinderen zijn van slaven die immers,
teneinde hun oude dag te verzekeren, geen andere keuze hadden en
hebben dan een zo groot mogelijk kroost. Dertigduizend hongerdoden
per dag, dat zijn er jaarlijks een slordige elf miljoen of per eeuw
zowat een miljard en dat is het dertigvoudige van het aantal
oorlogsslachtoffers in dezelfde tijdspanne.
In
het rijke noorden krijgen wij ze niet te zien, de hongerdoden, tenzij
nu en dan in een of andere show met inzamelacties en luid applaus
voor ons, heldhaftige gulle schenkers, die alweer een nieuw record
gaan vestigen. Evenmin krijgen wij de slaven te zien die de ouders
zijn van deze hongerdoden: ook zij leven of sterven ver van
ons bed, ofschoon daarin nu toch verandering dreigt te komen met de
massale volksverhuizing een verplaatsing dus van het probleem
naar de plek van oorsprong, naar de spreekwoordelijke vleespotten van
Egypte, een boemerangeffect, en het moet gezegd: wat wij daarvan tot
nog toe meemaakten, is slechts het prille begin de apocalyps zal
geen jaren op zich laten wachten.
De
slaven leefden, stierven, maar vooral: werkten in het voorbije
millennium op veilige afstand van hun uitbuiters en zowel hun
aantallen als de routes van de trafieken werden minutieus in kaart
gebracht. Vooral vanuit de westelijke kusten van Afrika en vanuit
Mozambique werden zij met miljoenen verscheept deels naar Europa
maar vooral naar de plantages op het Amerikaanse continent waar
producten zoals koffie, katoen, suiker en tabak werden geteeld
een buit die dan verscheept werd naar de thuislanden van de
slavendrijvers en waarmee dezen dan hun profijt deden.
En
nog doen, want de werkkampen in eigendom van rijke noorderlingen
situeren zich nog altijd in ontwikkelingslanden ver hier vandaan,
slavernij en kinderarbeid garanderen een heel zacht prijsje en een
royale winstmarge. In 2014 telt India 14,3 miljoen slaven, in 2015:
18,4 miljoen of 1,4 percent van de bevolking, China telt er 3,2
miljoen, Pakistan 2 miljoen, Oezbekistan 1,2 miljoen, voor het
merendeel dwangarbeiders in de katoenindustrie, in Rusland telt men
onder de migranten 1 miljoen dwangarbeiders, in Nigeria verrichten
834 duizend kinderen gedwongen arbeid, in Congo-Kinshasa 763 duizend,
in Indonesië 714 duizend, Bangladesh 681 duizend, Thailand 475
duizend ziedaar de wereldtop tien. Verder in de lijst staan
landen waar wij graag onze vakantie doorbrengen zoals Egypte (394
duizend slaven), Algerije (188 duizend), Marokko (158 duizend) en
Haïti (238 duizend, vooral kinderen). In Mauretanië, waar de
slavernij al duizend jaar bestaat, is 4 percent van de bevolking
slaaf (156 duizend), gevolgd door Congo-Kinshasa, Sudan en noem maar
op. In Noord-Korea bestaan geen wetten tegen de slavernij en is er op
grote schaal dwangarbeid door het regime (1,1 miljoen slaven) en
hetzelfde liedje in Iran, Syrië, Eritrea enzovoort.
Dichter
bij de deur in de gewezen Oostbloklanden worden goedkope werkkrachten
gerekruteerd of te werk gesteld in westerse fabrieken aan een
hongerloon; er bestaat vaak geen sociale bescherming en de quasi
afwezigheid van milieuwetten maakt de winstmarges voor gewetenloze
uitbuiters nog groter. Deze laatsten werken de zo moeizame evolutie
van de humaniteit vierkant tegen: in plaats van sociale wetten te
introduceren in de bewuste ontwikkelingslanden, profiteren ze van de
afwezigheid ervan en bewerkstelligen zij zodoende een scheefgetrokken
concurrentie die resulteert in het verdwijnen van de minimumlonen en
de stelselmatige ondermijning van de sociale wetten in de eigen
thuislanden in het westen.
Wereldwijd
leven vandaag 46 miljoen mensen in slavernij en een vierde van hen
zijn minderjarig. In India worden werknemers verleid met een vals
voorschot dat zij onmogelijk kunnen terugbetalen, hoe lang ze ook
werken. Wie zich proberen te onttrekken aan de bedrieglijke
praktijken, worden achternagezeten en fysiek en psychisch mishandeld.
In feite is het westerse model voor het ketenen van arbeiders op een
gelijkaardige leest geschoeid het hele circus van leningen en
afbetalingen zodat de echte slavernij ook hier bij ons niet veraf
kan zijn van zodra het sociale zekerheidsstelsel ingevolge de
uitbuiting van de derde en de vierde wereld instort.
(Wordt
vervolgd)
J.B.,
10 december 2017
Verwijzingen:
Heirman,
Mark, 1000
jaar slaaf. De vloek van Zwart-Afrika,
Houtekiet 2016.
geschiedenis-van-hongaarse-slavenarbeid/
met een verwijzing naar: Rozett,
Robert. Conscripted
Slaves: Hungarian Jewish Forced Laborers On The Eastern Front during
the Second World War.
Jerusalem: Yad Vashem Publications, 2014.
Genocide
komt nooit uit de lucht vallen: in een maatschappij ontstaat
polarisatie van de eigen groep tegenover de anderen, vervolgens
worden de anderen gedemoniseerd of geïdentificeerd met het kwaad
zelf zodat tenslotte hun opruiming een must is voor het
welzijn van iedereen. Er worden speciale compartimenten opgericht
waar men de 'veroordeelden' naartoe kan brengen en waar ze,
onttrokken aan het zicht van allen, vernietigd kunnen worden. De
massamoord is een publiek geheim, er wordt over gezwegen, het is een
lastig karwei dat nu eenmaal geklaard moet worden en de uitvoerders
hebben er nadien kennelijk helemaal geen moeite mee: ze doen alsof er
niets gebeurd is en zullen mogelijke beschuldigingen in alle
toonaarden ontkennen. (1)
Maar
er wordt ook massamoord gepleegd op andere manieren dan zoals door
sociologen zoals de Swaan gesteld middels deportatie naar
concentratiekampen en gaskamers: er zijn ook compartimenten die men
vrijwel niet kan ontwaren en daden die men slechts moeilijk als
massamoord kan duiden en deze onzichtbare concentratiekampen en
moordpartijen zijn daarom ook de allergevaarlijkste want de meest
succesrijke en zij maken veruit de meeste slachtoffers.
Misdaden
die gepleegd worden in de openbaarheid en met getuigen, worden aldus
spontaan als zodanig erkend en hun slachtoffers zijn slechts één
keer slachtoffers, hun daders worden berecht, recht geschiedt,
straffen worden uitgevoerd en genoegdoening volgt in de mate van het
mogelijke. Dit alles wordt een stuk moeilijker wanneer in een
genocide de massa medeplichtig wordt gemaakt door gedwongen toe te
kijken of deel te nemen aan de moorden, zodat alle getuigen die niet
werden vermoord, tot daders werden en derhalve zwijgen. Maar
massamoord kan zich afspelen in een nog veel grotere duisternis en
vrijwel onttrokken aan het oog van allen zodat zij volledig wordt
miskend en men zich van haar bestaan pas heel laattijdig in de
geschiedenis of gebeurlijk nooit ofte nimmer bewust zal worden.
Ook
op microniveau zijn er vormen van misdaad en van moord die bijzonder
moeilijk als zodanig te detecteren zijn en men kan hier denken aan
gevallen van moord waarbij de daders zich hebben ingespannen om hun
misdaad op zelfmoord te doen gelijken, hetzij door het ensceneren van
een suïcide, hetzij door het in de hand werken van een zelfmoord
middels doorgedreven pesterijen. In dat laatste geval wordt aan de
slachtoffers twee keer kwaad berokkend omdat naast het kwaad van de
eigenlijke misdaad, de daders er tevens voor zorgen dat de zaak niet
aan het licht kan komen en dat het geschieden van recht zal
uitblijven. Het pesten op zich is reeds zeer lastig te bewijzen omdat
zich daar sowieso de laffe crimineel verbergt door het scheppen van
virtuele maar effectieve compartimenten waarbij het kwaad kan
geschieden wars van mogelijke getuigen en zelfs met de al dan niet
bewuste of gewilde hulp van de slachtoffers zelf.
Zo
bijvoorbeeld bestaat de meest elementaire maar ook meest drastische
vorm van uitsluiting uit de groep in het negeren van welbepaalde
anderen, waarbij getuigenissen vrijwel uitgesloten zijn omdat het
hier niet zozeer het stellen van daden betreft maar wel het nalaten
ervan, zoals bij het niet groeten van welbepaalde anderen, het
niet meetellen, het niet vernoemen, het vergeten, het
niet opmerken en zo verder. Gebeuren deze 'ondaden'
systematisch en vormen de daders tevens een groep terwijl het
slachtoffer een enkeling is of, in geval van meer slachtoffers, dezen
geen onderling contact hebben, dan is het impact maximaal. Ook neemt
het impact toe in de mate dat de sociale druk tot het voldoen aan
allerlei plichtplegingen groter is en zo bijvoorbeeld ziet men niet
toevallig een stijging van het aantal zelfdodingen ten tijde van
allerlei feestdagen.
Eender
inzake massamoorden hebben zich sinds oudsher quasi niet te
bestrijden manieren van compartimentering gevormd welke het mogelijk
maken dat enorme delen van de bevolking quasi onopgemerkt doch
genadeloos worden uitgeroeid. Een sinds relatief korte tijd
(gedeeltelijk) aan het licht gebracht voorbeeld is dat van de
hardnekkig aanhoudende en geïnstitutionaliseerde veroordeling van
mensen op grond van hun seksuele voorkeur door de uitoefening van
druk vanwege religieuze, politieke of nog andere machten. In een
maatschappij waarin homofilie taboe is, kunnen in het
godsdienstonderwijs aan schoolkinderen, homo's bestempeld worden als
'handlangers van de duivel' zonder dat zij beschikken over
mogelijkheden om daartegen te reageren: opvoedelingen die per
definitie openstaan voor de autoriteit van de 'pedagogen' aan wie zij
werden toevertrouwd, slikken het verwijt dat zich transformeert tot
een zelfverwijt en in hun onmacht om de eigen aard te veranderen,
ontstaat een toenemende frustratie waarin zij zichzelf beschuldigen,
veroordelen en tenslotte ook bestraffen, zodat zelfs in het westen
een op de vier homo's een zelfmoordpoging ondernemen. In een xenofobe
maatschappij waarin hoogwaardigheidsbekleders vrijelijk communiceren
over het 'opruimen' van asielzoekers en tegelijk in functie kunnen
blijven alsof er niets gebeurd was, worden de bewuste slachtoffers
veroordeeld en gestraft op een manier die zich quasi perfect onttrekt
aan het oog van alle anderen omdat de anderen nu eenmaal niet
geviseerd worden zodat hun empathisch vermogen in de slaapmodus
blijft verkeren. In een maatschappij waarin men het normaal gaat
vinden dat voor automobilisten allerlei voorzieningen worden
getroffen terwijl aan de veiligheid van fietsers en voetgangers
nauwelijks aandacht wordt besteed om maar te zwijgen over de
ontoegankelijkheid van de openbare weg voor bijvoorbeeld
rolstoelgebruikers hebben al deze zwakke weggebruikers behalve
met de fysieke bedreigingen en gevaren ook nog eens af te rekenen met
de vernedering in een barbaarse pikorde en met het onbestraft blijven
van het navenante onrecht. In een maatschappij waarin aan ouderen
euthanasie wordt opgedrongen met de smoes dat het om een ultieme
pijnstiller gaat, dreigen massa's mensen geslachtofferd te worden aan
het krankzinnige mensbeeld van een kapitalistische dystopie. In een
wereld die de slavernij als eigenlijke oorzaak van de hongerdood van
dagelijks twintigduizend mensen miskent en die deze oorzaak op
malafide wijze verwisselt met religie vanwege het verbod aldaar op
voorbehoedsmiddelen, worden alle slaven een tweede keer gestraft
omdat zij niet alleen worden uitgebuit maar ook nog eens beroofd van
de hoop op een beëindiging van het onrecht van de slavernij.
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
8 december 2017)
Verwijzingen:
(1)
Abram de Swaan, The Killing Compartments. On genocidal regimes and
their perpetrators, 2014. (Nederlandse vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014).
06-12-2017
Verborgen massamoord (deel 4)
Verborgen
massamoord (deel 4)
Mensen
zoeken bescherming voor de dreiging die het regime met zo veel succes
heeft opgeroepen, en eisen dus drastische maatregelen tegen de
boosdoeners die het regime zelf heeft aangewezen. (de Swaan, 134)
Een
staat behoudt zich het alleenrecht op geweldsmiddelen of wapens, wat
de binnenlandse vrede in de hand werkt en ontwikkeling en
beschaving mogelijk maakt maar ook de onderdrukking van de eigen
bevolking en uiteraard vergroot dan de dreiging tussen de staten
onderling. De staat maakt de reikwijdte van insluiting en uitsluiting
groter. Massavernietiging komt in de 19de en 20ste eeuw meer voor in
sterk gecompartimentaliseerde samenlevingen. Geweld tegen weerlozen
geschiedt meestal in de schaduw van een oorlog door reeds afgestompte
soldaten die zinnen op wraak en die de 'rotte appels' uit de mand
willen verwijderen. Staatsvorming beschermt de burgers maar sluit
tegelijk hele categorieën van burgers van bescherming uit: die
doelgroep wordt geregistreerd, geïsoleerd en ontmenselijkt en de
rest wordt tegen ze opgezet middels desidentificering door
propaganda, provocaties, vernederingen en beschuldigingen, zoals in
de schijnprocessen onder Hitler en Stalin. Meer compartimentalisatie
betekent meer onverschilligheid tegenover de doelgroep en ook
demonisering en buitensluiting via institutionalisering
'apartheid'. Deportatie, onderbrenging in kampen, verwijdering uit
het oog van de overige bevolking en tenslotte marteling en
uitroeiing. Dat alles is publiek geheim, er wordt over gezwegen uit
angst. Voorbeelden zijn nazi-Duitsland, Indonesië en Rwanda. Omdat
een beschaafd volk geweld verafschuwt, moet het aan het zicht
onttrokken worden door compartimentalisatie. Het lot van de
gedeporteerde joden werd geheim gehouden en bij de bevrijding
trachtte men de sporen van de genocide alsnog uit te wissen. In
Rwanda daarentegen werden omstaanders betrokken in geïmproviseerde
compartimenten ter plekke: het was mee moorden ofwel vermoord worden.
Alle andere burgers kijken de andere kant op en blijven onaangeraakt.
Getuigen van de Bosnische genocide hebben het over verkrachtingen,
massa-executies en verminkingen onder invloed van alcohol het
gaat om een decivilisatie door het regime ingekapseld in speciale
compartimenten met bovendien gecompartimentaliseerd gedrag: stapt men
een ander compartiment binnen, dan neemt men een ander gedrag aan
alsof er niets gebeurd was. (1) De
consument van varkensvlees weet hoe er gekweekt en geslacht wordt
maar slaagt erin om dat tijdens de maaltijd te vergeten. Abattoirs,
prostitutiehuizen, gevangenissen en andere gestichten vormen aparte
compartimenten. (2)
Angst
kan agressie veel effectiever legitimeren dan haat, als de
tegenstander niet als slachtoffer maar als dreiging afgeschilderd
wordt. De daders presenteren zich graag als de slachtoffers van hun
slachtoffers. (3) Mensen zoeken
bescherming voor de dreiging die het regime met zo veel succes heeft
opgeroepen, en eisen dus drastische maatregelen tegen de boosdoeners
die het regime zelf heeft aangewezen. (4) De doelgroep
wordt voortdurend belast, het regime en zijn aanhangers profiteren
daarvan en zo bijvoorbeeld palmden de Turken de gronden in van de
door hen uitgeroeide Armeniërs. (5) de
vernedering van de doelgroep vermaakt en verheft de mensen van het
regime. (6) Het lijkt voor hen dan alsof zij werken aan een
betere wereld en daartoe zijn de helden tot alles bereid, zelfs tot
het beëindigen van het leven uiteraard het leven van ánderen.
In de 20ste eeuw kreeg deze waanzin het wetenschappelijk omhulsel van
een waanzinnige rationaliteit. (7)
In
zijn boek over genocide beschrijft de Swaan vier vormen van
massavernietiging: de razernij van de
veroveraars, de heerschappij door terreur (schrikbewind), de triomf
van de verliezers, en de razernij van de menigtes (megapogroms).
(8) In alle gevallen is het regime betrokken. (9) Ten slotte volgt
het laatste hoofdstuk Genocidale regimes en
de compartimentalisering van de persoonlijkheid (10) de
auteur concludeert. Genocidale daders
functioneren in een sociale en fysieke omgeving die ze niet zelf
gemaakt hebben, maar die het genocidale regime voor hen heeft
opgezet. Zij doen hun werk met alle steun, zelf onder dwang van de
omgeving. (11) Het regime stuurt de genocide, er is een
collectieve mentaliteit en ook de individuen hebben een aandeel. Dat
is een heel andere conclusie dan die van Hannah Arendt en Stanley
Milgram, die echter algemeen aanvaard worden. De nadruk moet volgens
de Swaan meer liggen op die minderheid die weigert om mee te
doen met massamoord. Modern is niet de
massamoord maar de schaamte erover (12) maar dat kennen
de genocidairs zelf niet: zij hebben een gebrek aan empathie en
verliezen zich in fantasieën van almacht. (13) Het
meeste wat over massavernietiging bekend is komt uit rechtszaken.
Voor hun rechters ontkenden de genocidairs de beschuldigingen waar
mogelijk en als de feiten onweerlegbaar waren, wezen zij de
verantwoordelijkheid voor hun daden af en deden zichzelf zo
onbeduidend, nietszeggend en passief voor als ze konden.
(14)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
6 december 2017)
Verwijzingen:
(1)
Abram de Swaan, The Killing Compartments. On genocidal regimes and
their perpetrators, 2014. (Nederlandse vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014), 129.
(2)
Ibidem, 118-132.
(3)
Ibidem, 134.
(4)
Ibidem, 134.
(5)
Ibidem, 135.
(6)
Ibidem, 135.
(7)
Ibidem, 136-137.
(8)
Ibidem, 137.
(9)
Ibidem, 145-200.
(10)
Ibidem, 200-247
(11)
Ibidem, 248
(12)
Ibidem, 254
(13)
Ibidem, 263
(14)
Ibidem, 258-259
04-12-2017
Verborgen massamoord (deel 3)
Verborgen
massamoord (deel 3)
De
tientallen miljoenen in de oorlog gesneuvelde soldaten wegen niet op
tegen de minstens 100 miljoen burgerslachtoffers van door onze
regimes zelf geplande en geheim gehouden massamoordpartijen (1)
door onder meer uithongering honger wordt ingezet als
oorlogswapen. (2)
Er is meer dan genoeg voedsel maar het komt niet terecht. (3) Door de
slavernij het ontbreken van sociale rechten proberen derde
wereldarbeiders hun toekomst te verzekeren met een groot gezin (zij
schuwen dus sterilisatie en voorbehoedsmiddelen) en zo ontstaat
honger uit honger. Naast honger is ook sterilisatie een wapen om de
slavernij te bestendigen. (4)
In
zijn Compartimentering
en vernietiging schrijft
sociologieprofessor de Swaan: De
geleerden zijn vrijwel unaniem van mening een zeldzaamheid in de
menswetenschappen dat niets in de persoonlijkheid van de daders
hen méér dan anderen voorbestemt om hun wandaden te begaan ( ):
de daders zijn 'gewone zelfs doodgewone mensen'.
(5) Anders dan Hannah Arendt gelooft de Swaan niet dat
nazi-kopstukken zoals Adolf Eichmann onder deze noemer vallen: bij
hen was het kwaad niet zomaar een kwestie van banaliteit ('Befehl ist
Befehl') ofschoon het aldus wel door Eichmann's advokaat Servatius in
diens verdediging werd gebanaliseerd. (6)
Uit
Milgram's gehoorzaamheidsexperiment, opgezet vanuit de ontzetting
voor de realiteit van het kwaad, blijkt dat twee derden van de mensen
gehoorzamen zonder geweten, maar de Swaan benadrukt dat Milgram
evenzeer bewees dat alle anderen óngehoorzaam zijn of zich dus
verzetten. (7) Het al dan niet moorddadige gedrag blijkt tenslotte
afhankelijk van omstandigheden zoals sociale druk en nabijheid van de
bevelhebbers en van de slachtoffers. (8) In dezelfde lijn is het
Stanford Gevangenisexperiment van Philip Zimbardo een open vraag
gebleven, al lijkt het ook aan te tonen dat het impact van de
situatie op ons gedrag groot is. (9) Edoch, situaties die van gewone
burgers beulen maken, werden gecreëerd door genocidale regimes en de
vraag luidt hoe die dan konden ontstaan: gaat het om een terugval in
de barbarij of daarentegen om een gevolg van de moderniteit? De Swaan
laat Michael Mann aan het woord: Moorddadige
zuivering is modern omdat het de duistere kant van de democratie is.
(9a) Met hun populisme scheppen politici verdeeldheid maar anderzijds
blijken de moordpartijen in dictatoriale regimes onovertroffen. Ook
komen dictaturen vaak uit democratieën voort. Er
is iets aan de moderniteit dat dit bijzondere kwaad op een massale
schaal los maakt. (10)
Hoe
ontstaat polarisatie? Een genocidaal regime
kiest een bepaalde volksgroep uit als voorwerp van massahaat
gevolgd door een intensieve haatcampagne aansluitend op reeds
bestaande meningen en gevoelens. (11) Maar het 'wij-zij'-denken
gebeurt altijd in een dynamiek van
concurrentie: emoties veronderstellen belangen en
vergezellen ze, zegt Nico Frijda. En Freud had het over 'projectieve
identificatie': men loochent zijn gevoelens en men projecteert
ze (middels 'geruchten' cf. D.L. Horowitz) op de ander en aldus
wordt het slachtoffer als dader afgeschilderd. H.F. Stein spreekt
over 'antagonistische symbiose': het
vijandsbeeld versterkt de cohesie van de eigen groep. (12)
Volgens
J. Huizinga kunnen de emoties van een volk zich in een bepaalde
richting ontwikkelen. Norbert Elias toont aan hoe beschaving volgt
uit historische processen gespreid over 500 jaar waarbij een terugval
in barbarij mogelijk blijft, zoals in het nazisme en waarbij
onderlinge afhankelijkheid voor eendracht zorgt. Het begint met
verwantschap en nabijheid maar met de vorming van staten worden de
groepen ('wij' en 'zij') groter. Identificatie en desidentificatie of
dus polarisatie komt in de plaats van een nog grotere barbarij,
namelijk die van de onwetendheid en de onverschilligheid. (13)
De
moderniteit heeft wellicht genocides gecombineerd met nieuwe
ideologieën of met nieuwe technologieën, maar het fenomeen zelf is
waarschijnlijk zo oud als de beschaving zelf. (14)
De geschiedschrijvers in Oudheid en Middeleeuwen verhaalden met
wellust over de massaslachtingen van onder meer de Kruisvaarders en
de Mongolen, zij bezongen de heldendaden van de massamoordenaars en
monumenten werden voor hen opgericht. De Azteken hadden geen verweer
tegen het bloedbad dat de Spaanse veroveraars aanrichtten met
miljoenen doden. In Afrika werden tien miljoen zwarten als slaven
verkocht voor de Amerikaanse plantages maar dit gold als uitbuiting,
niet als genocide, al was er ook (ongeremde en ongestrafte) genocide
op 'minderwaardigen' door kolonialen (ver van huis!) zoals de Duitse
Keizer in Namibië en Kenia, de Tsaar in Centraal-Azië en de
Kaukasus en Leopold II in de Congo. Er waren boerenopstanden zoals in
1850-1864 in de Taiping-opstand in Zuid-China waar 20 miljoen doden
vielen en de daarop volgende plunderingen zorgden voor hongersnood.
Administratieve
capaciteit, logistieke middelen, militaire technologie en propaganda
hebben het potentieel van de staat voor het uitvoeren van genocidale
campagnes enorm vergroot (15)
De staat is de grootste mensendoder in de moderne wereld maar zij
wist de sporen van haar vernietiging samen met haar documenten uit.
( ) De meeste slachtoffers ( ) zijn ongewapende burgers met
als doelgroepen ras, etnie, geloof, nationaliteit, klasse of
politieke overtuiging ofwel werd lukraak terreur gezaaid. (16) Staan
we even stil bij de exemplarische Rwandese genocide.
De
massavernietiging van Tutsi's (T) (aristocraten) en verdachte Hutu's
(H) (boeren) door de Hutu-Power-beweging in Rwanda in het voorjaar
van 1994 (voorafgegaan door wederzijdse slachtingen in 1959 [door H
op T] en in 1962 [door T op H]) gebeurde met machetes maar bleek
zorgvuldig voorbereid. De VN onttrok zich aan haar
beschermingsplicht. H en T werden door de kolonisten bestempeld als
verschillende rassen een puur verzinsel. (17) (...)
de fanatiekste voorstanders van een erfelijk onderscheid tussen T en
H waren geobsedeerd door de mogelijkheid dat T zich als H konden
voordoen om zo verwarring en verdeeldheid te zaaien (18)
de referenties zijn identiteitskaarten... waarmee mogelijkerwijze
geknoeid werd en er zijn ook veel gemengde huwelijken. Toch
doodden de Hutu-Power-moordcommando's talloze Rwandezen puur op
verdenking van Tutsi-herkomst of connecties, of enkel vanwege
veronderstelde loyauteit aan Tutsi's. (19)
Uiterlijke Kenmerken zoals lichaamslengte hebben aanvankelijk
niets met ras te maken, wel met rijkdom, met al dan niet doorvoed
zijn. Op gelijkaardige wijze werd foutief een onderscheid
verondersteld tussen Khmer en Vietnamezen en tussen zuivere Ariërs
en andere Duitsers.
In
Rwanda leidde de strijd tussen vermeend andere rassen in 1994 tot een
genocide met tot een miljoen Tutsi-slachtoffers. H mogen geen
medelijden hebben met T die 'kakkerlakken' worden genoemd zij
vertegenwoordigen het absolute kwaad en haat wordt emotieloze
vernietigingsdrang (desidentificatie); H moeten andere H als broeders
beschouwen (identificatie) deze berichten worden onophoudelijk
via de radio onder de H verspreid. Een radicalisering van deze aldus
reeds
bestaande gevoelens
leidde uiteindelijk tot de genocide van 1994 met als startsein de
dood van de Rwandese president Habyarimana na de aanslag op het
vliegtuig waarop ook de Burundese president zat. De T van het
Rwandees Patriottisch Front (RPF) werden geholpen door de Fransen die
vruchteloos probeerden het moorden te voorkomen. De T vielen
Oost-Congo binnen en Mobutu werd er vervangen door Kabila, waarna
burgertwisten 20 jaar lang miljoenen slachtoffers maakten terwijl de
wereld toekeek. De
doelbevolking van een genocidale haatcampagne hoeft niet een 'reële'
dreiging te vormen: dat was niet zo in het geval van de joden in
Duitsland; de Koelakken in de Sovjet-Unie hadden onteigend kunnen
worden in plaats van uitgeroeid; en het is moeilijk voor te stellen
dat de slachtoffers van de Culturele Revolutie in China een
bedreiging waren voor het Chinese communistische regime. In dit
opzicht wordt de betrekkelijke autonomie van de collectieve fantasie
nog eens bevestigd, vooral als die aangewakkerd wordt door de
propaganda van het regime.
(19) Binnenlandse instabiliteit, onzekere internationale relaties,
economische recessie, tekort aan landbouwgrond, bevolkingsexplosie en
navenante concurrentie maakten de toestand explosief. De moordenaars
werden door de overheid heimelijk gesteund maar de polarisatie was
allang voorbereid. Velen
werden gedwongen mee te doen om niet vermoord te worden. (20)(het
was dus mee moorden met de medestanders of door hen vermoord worden)
Er waren 100.000 tot 200.000 daders, de moordpartijen gebeurden in
een
sfeer van afschuw en opwinding maar ook van een wreedaardig
carnaval.
(21) Alles
was erop gericht de kring van medeplichtigen uit te breiden
(22) De
doelstellingen van het genocidale regime: een schoolvoorbeeld van
collectieve regressie in dienst van het regime
(23) De
Rwandese genocide was een geval van autodestructieve destructie,
omdat de genocidairs druk waren met het uitmoorden van ongewapende en
ongeorganiseerde Tutsi's, maar nauwelijks verzet boden aan het zwaar
bewapende en goed georganiseerde RPF dat naar Kigali optrok: 'Wij
waren geen partij voor voor de RPF soldaten. Wij vochten alleen tegen
mensen die we wel aankonden' (24)
Het was een
delirium van vernietiging [aangemoedigd
via de radio]
in het aanzicht van de militaire nederlaag. (25)
En de Rwandese genocide is in dit opzicht niet uniek. De
moordenaars creëerden gezamenlijk een mobiel, tijdelijk
moordcompartiment waarin alles geoorloofd was, waar morele geboden
niet meer golden, en waarin zij elkaar opzweepten tot een razernij
die ze tot doden dreef, tot de moord die hun razernij nog weer verder
opstookte. Aan het eind van de dag gingen de moordenaars naar huis en
hielden zich bezig met de dingen van alledag. De volgende dag konden
ze evengoed weer meegaan in de koortsige opwinding van de moordbende.
( ) Hierin lijken ze op sportfans die, gezamenlijk en tamelijk
onschuldig, een sfeer van extase en overgave creëren. ( ) Ze
opereerden ( ) binnen een compartiment van woeste wreedheid dat zij
zelf hadden opgetrokken op instigatie en onder dwang van het
heersende regime.
(26)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
4 december 2017)
Verwijzingen:
(1)
Abram de Swaan, The
Killing Compartments. On genocidal regimes and their perpetrators,
2014. (Nederlandse vertaling: Compartimenten
van vernietiging. Over genocidale regimes en hun daders,
Prometheus, 2014), 9-13.
(5)
de Swaan, 26. Dit evenwel onder voorbehoud dat, zoals de Swaan
vermeldt, 3 percent van de (Amerikaanse) mannen en 1 percent van de
vrouwen een totaal gebrek aan empathie vertonen. (de Swaan, 26 en
266)
(6)
Ibidem, 27-29. Arendt bedoelde eigenlijk de banaliteit van de dadersvan
het kwaad. (de Swaan, 29-30)
Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie: