Er is moed nodig om deze
humane visie te handhaven en te verdedigen in tijden waarin Europese
partijen steeds vaker de populistische toer opgaan en hun succes
danken aan een volstrekte immoraliteit: zij pleiten er godbetert voor
om wie voor koppensnellers op de vlucht massaal verdrinken in de
Middellandse Zee, terug te drijven, met prikkeldraad weg te houden en
ook neer te schieten wanneer zij het in de allerhoogste nood alsnog
wagen om het territorium van de 'welvarenden' te betreden.
Er is moed nodig om te
herinneren aan de conventie van Genève: nadat zes miljoen mensen die
er niet in slaagden om te ontkomen aan de nazi's, in
concentratiekampen werden omgebracht, besloten na de Tweede
Wereldoorlog zowat alle landen van de beschaafde wereld om in de
toekomst een herhaling van die catastrofe te voorkomen door de
invoering van het asielrecht. En nu de kersverse E.U., zopas nog
wereldwijd bejubeld als de wieg van de mensenrechten, de historische
kans krijgt om desbetreffend de daad bij het woord te voegen, wordt
Genève door het merendeel van de Europese politici prompt
doodgezwegen ofwel als voorbijgestreefd beschouwd tenminste als
zij daar al weet van hadden.
Het racisme en de
onderliggende haat blijken wereldwijd de groeiende onnadenkende massa
van vreesachtigen binnen het mensdom aan te tasten. Ongetwijfeld ligt
een gebrek aan ontwikkeling mede aan de oorzaak van deze
angstaanjagende trend, maar het gaat dan duidelijk niet om een gebrek
aan technologische of wetenschappelijke ontwikkeling maar wel om de
teloorgang van het waardenbesef dat nochtans het welzijn mogelijk
maakte. Er werd inderdaad kortstondig voor waarden en normen gepleit,
maar alras maakte men er 'onze' waarden en normen van, wat uiteraard
van de zelfzucht het eerste gebod maakte en van de respectloosheid
die nu eenmaal gelijkstaat met de immoraliteit.
Uit alle diepgaande
onderzoekingen gevoerd door maatschappelijk ge-engageerden van
filosofen zoals Karl Marx en Ivan Illich tot undercover-vorsers naar
het model van Günter Wallraff blijkt de in ons kapitalistisch
systeem ingebakken hebzucht als hoofdverantwoordelijke voor
wantoestanden die de wereld in nieuwe en steeds gevaarlijker oorlogen
storten. Goed is wat geld in het laatje brengt en derhalve is het
telen van papaver beter dan het bakken van brood want het eerste
brengt meer op. Misdaad is goed als zij loont en dus als zij de straf
ontloopt, zodat het bedrog wordt verheven tot de hoogste kunst.
Economie en managerschap zijn steeds vaker een wolf in schapenvacht.
En dat het empathische
vermogen van de doorsneeburger steeds vaker faalt wat in feite
betekent dat het aantal psychopaten toeneemt wijst op een
essentieel gebrek dat in feite niemand mag verwonderen, want hoe kan
men verwachten dat wie zich bekwamen in het bedrog, nog enig
inlevingsvermogen koesteren met anderen? Als onze dure opleiding
bestaat in het aanleren van de winstmaximalisatie en dus in het leren
binnenrijven van zoveel mogelijk geld in ruil voor zo weinig mogelijk
inspanningen, dan sluit dit alvast in dat de mede-mens vooreerst een
concurrent is of dus een tegen-mens.
Aan de grond van deze
reeds ingeburgerde psychopathie ligt nu een schromelijke vergissing
die erin bestaat dat wij de maatschappij zijn gaan verwarren met de
natuur: het snijdt immers hout om de natuur te verschalken en om
derhalve bijvoorbeeld met zo weinig mogelijk inspanningen een hoge
berg te beklimmen. Maar waar wij tegenover onze soortgenoten een
gelijkaardige houding aannemen, doen wij aan genosuïcide: wij roeien
onze eigen soort uit. De drang tot zelfbehoud heeft onder de druk van
een ziekelijk gistend egoïsme dergelijke proporties aangenomen dat
de drang tot het soortbehoud er door vernietigd wordt. En zou het
niet zo kunnen zijn dat de zorg voor de eigen soort te lijden heeft
onder nog een andere verlammende vrees: de (foute?) vrees dat de
wereld kampt met een probleem van overbevolking?
(Jan Bauwens, 31
januari 2016)