Er was eens
een schaap, meer bepaald een ram, die tot gisteren goed in de wol zat. Toen we
er deze morgen langs gewandeld kwamen zagen we dat ie zijn jas ergens kwijt
geraakt was. Ook Phaido, die ondertussen goede relaties heeft opgebouwd met
ongeveer elk dier dat we op ons vaste wandelparcours regelmatig tegenkomen, was
zichtbaar verrast. Ik versta geen schaaps en ook al geen honds maar ik kan me
zo voorstellen dat het gesprek tussen beiden als volgt ging
Phaido: Amai maat, wat is er met jou gebeurd?
Schaap: Da zie je toch, ze hebben me
in mijne blote gezet
Phaido: Allee seg
Schaap: Ja jong, ze hebben me geschoren, en ze hebben er begot nog flink
ingehakt ook
Dan komt Josee er even tussen: Kom hier sukkelaar ik zal jou ook even een
snoepje geven.
Phaido: Ah neen he, dat zijn mijn snoepjes !
Ik weet natuurlijk niet zeker dat het exact in deze bewoordingen gezegd is, wat
Josee betreft wel, maar de lichaamstaal van de viervoeters leek er in ieder
geval op dat het ongeveer zo moet geklonken hebben.
|