We kennen Luc al van lang voor hij in rusthuis Hoevezavel
kwam wonen. En omdat wij daar bijna wekelijks als vrijwilliger met de bewoners
gaan wandelen hebben wij ook kunnen volgen hoe hij onherroepelijk afgleed van
guitige voortrekker in de levensvreugde tot de suffende, hulpbehoevende, apatische
oude man die we nu meestal zien zitten in de rustzetels in de hall bij de
ingang van de cafetaria. Ooit was hij haantje de voorste om tijdens de kermis
in de rappe rups te gaan met de verpleegsters, hij was Prins Karnaval voor de
bejaarden en de twinkel in die pretoogjes was altijd daar. Ik meen dat ik die twinkel nog wel eens een
beetje zie maar hij is toch elke keer iets verder weg. Er zijn niet voldoende
vrijwilligers om alle bewoners elke week mee uit wandelen te nemen, maar
vandaag was het de beurt aan Luc. Ik vermoed dat hij het leuk vond, maar hij
kon dat niet meer vertellen met zoveel woordenÂ… Luc is moe. Dat doet ons pijn.
|