Wil je ons iets zeggen dat niet op deze blog moet verschijnen? Mail ons hier.
Mag iedereen het lezen, klik dan op op het gele 'Uw positieve/negatieve reactie hier' onderaan de tekst.
Evangelie: Lucas 24, 13-35 - 'Herkend bij het breken van het brood'
--- Breken en zien ---
Het troostende verhaal van de Emmaüsgangers. Het werd verteld bij de bijeenkomsten van de prille christen gemeenschappen, ook in tijden van vervolging. Ik stel me voor hoe ze nu in het Nabije Oosten, waar het toen allemaal begonnen is, dat verhaal nog voorlezen, en dat die mensen het op een beangstigende manier avond voelen worden.
Zij delen mee in de klappen en de bommen die daar vallen, zoals zovelen die daar wonen, zij ondervinden aan den lijve wat het is om te moeten lijden. Zo hebben leerlingen van Jezus door de eeuwen naar de verhalen over de opstanding geluisterd: de woorden kregen hun volle betekenis als die over hen gingen, over hun eigen hoop en vrees.
Zo heeft ook Felix Timmermans dit verhaal gelezen. Hij heeft er een gedicht over geschreven, letterlijk in de avond van zijn leven. Hij was niet alleen dodelijk ziek, hij was zeer hard aangepakt bij de repressie na de Tweede Wereldoorlog. En in die periode schrijft hij het gedicht over Emmaüs dat jullie op de misblaadjes vinden (zie onderaan).
Hij was een oude mens. De zon gaat dan onder.
En ben ik fout, als ik zeg dat het niet verwonderlijk is wanneer men in zijn oude dag vecht tegen ontgoocheling? We hadden gehoopt zegt een van die twee tegen die vreemde man. We hadden gehoopt maar wat is ervan terecht gekomen? Hoeveel illusies liggen niet aan diggelen, als oudere mensen op hun leven terugkijken? Was het dat maar?
Hebben we daarvoor zoveel moeite gedaan, zoveel dromen gekoesterd? Waar is de energie en de hoop waarmee onze idealen gevolgd zijn? En het lijden dat velen door moeten, waar hebben we dat verdiend ?
De Emmaüsgangers lopen in de ondergaande zon van de moedeloosheid. Ze gaan weg van Jeruzalem, de grote stad, het bruisend leven, ze trekken naar een onbekend nest om gerust gelaten te worden. Maar het valt me wel op in het evangelieverhaal, dat ze zich niet opsluiten in bitterheid. Daar komen ze een vreemdeling tegen, ze beginnen ermee te praten, ze vertellen wat hun op het hart ligt. En ze willen nog naar hem luisteren: de ontgoocheling heeft hen nog niet afgestompt.
Dan begint het gedicht van Timmermans. Die twee nodigen de vreemde man uit. Ze zijn gastvrij, ze zijn erom bekommerd dat ook hij, in de nacht, onderdak moet vinden, ze bieden hem het avondbrood, das Abendbrot zoals ze dat zo mooi in Duitsland zeggen. En ik ben er zeker van dat er bij velen in de kerk een lichtje is gaan branden, als ze hoorden: hij brak het brood het evangelie vertelt over de wekelijkse wekelijkse samenkomst van de eerste christenen, s avonds, als ze brood braken en deelden met elkaar. Jezus is erbij, zoals hij gezegd heeft, waar twee of drie in zijn naam verenigd zijn: bij die twee in Emmaüs, bij die Koptische christenen die moeten schuilen, bij ons hier die zijn brood delen.
Dit verhaal zegt: als wij open staan voor anderen, als wij luisteren en ons niet laten opsluiten in onze ontgoocheling, als wij, naar zijn woord, onderdak geven en delen wat we hebben, dan kan zijn licht in ons opgaan en de vallende duisternis verdrijven, want hij laat ons niet alleen. Ja, dit is het wonder, staat in het gedicht: hij verdwijnt door ons heen, en toch blijft zijn licht in ons branden.
Timmermans heeft dit kunnen schrijven, praktisch op zijn sterfbed. Het zijn de laatste verzen in die kleine bundel Adagio, die na zijn dood is uitgegeven. Het is een geloofsbelijdenis, tegen alle wanhoop in.
Het is nog tijd voor Paaswensen.
Ik wens dat jullie en ik dat licht hier kunnen vinden, en naar Jeruzalem terug kunnen gaan, het Jeruzalem waar de mensen leven die ons nodig hebben. En dat we samen dat licht van hoop kunnen ontsteken bij elkaar en bij de velen, die de zon zien ondergaan.
Tien dagen geleden vierden wij in deze kerk Witte Donderdag. We hebben toen geprobeerd ons een beetje in de plaats te stellen van de leerlingen die met Jezus aan tafel zaten. Ze waren met twaalf, twaalf verschillende mensen met uiteenlopende karakters en persoonlijkheden.
Vandaag zitten in het evangelie die leerlingen opnieuw samen.
Tien dagen geleden waren ze dus nog met twaalf. Er waren er een paar bij met ambities, ze waren er misschien op uit de eerste of de belangrijkste plaats in te nemen. Er waren ook een paar meelopers. Er was een onstuimige figuur als Petrus, driftig en voortvarend. Er was ook een scepticus, een twijfelaar, iemand met de naam Thomas.
En tijdens die laatste maaltijd deed Jezus een paar dingen die de leerlingen niet echt begrepen. Om te beginnen, Hij waste hun voeten. Dat vonden ze heel ongewoon en Petrus zelfs ongepast. Voeten wassen gebeurde door een slaaf, door een ondergeschikte. Hoe kon Jezus nu zoiets doen?
Maar dan gaf Hij zijn leerlingen een opdracht. Ook zij moesten in de toekomst elkaars voeten wassen. Leerlingen van Jezus kregen de opdracht dienstbaar en nederig te zijn. Zij moesten zich niet te schoon of te goed voelen voor welke taak of voor welke opdracht dan ook. Petrus protesteerde en Thomas keek niet begrijpend en ongelovig toe.
En later tijdens de maaltijd deed Jezus nog iets dat ze maar moeilijk konden begrijpen. Hij brak het brood en deelde het rond en Hij liet ook de beker met wijn rondgaan in de kring. En ook hier was er een opdracht bij: blijf dit doen, zei Jezus, om Mij nooit te vergeten. Leerlingen van Jezus breken het brood, delen het met elkaar en laten de wijn van vreugde rondgaan. Ook nu keek Thomas allicht onbegrijpend en ongelovig toe.
We zijn vandaag tien dagen verder en intussen is er heel veel gebeurd. Jezus is verraden door één van zijn leerlingen en door de anderen in de steek gelaten. Hij is gestorven aan het kruis, maar nu doet het gerucht de ronde dat Hij verrezen zou zijn. En weer zitten de leerlingen bij elkaar, angstig en besluiteloos. Ze weten niet goed hoe het nu verder moet. En Thomas is er deze keer niet bij.
En dan staat Jezus plots in hun midden. En Hij begroet hen met de voor hen zo bekende begroeting: Sjaloom! Gods vrede kome over u. En weer begrijpen zij het niet. Hij staat plots binnen, ook al was de deur op slot. En Hij was toch gestorven aan het kruis. Hoe kan Hij dan opnieuw in hun midden zijn, met hen praten en door hen worden gezien?
En opnieuw geeft Jezus hen een opdracht mee. Na de begroeting Sjaloom zegt Hij: Ontvang de heilige Geest. Daarmee maakt Hij duidelijk wat zij niet begrijpen. Hij is wel degelijk gestorven aan het kruis, maar zijn geest is nog levend, zijn geest is nog onder hen, zijn geest is nog in hun midden. Tenminste, als zij trouw blijven aan zijn opdracht en aan zijn voorbeeld.
En Hij voegt er nog aan toe: Als jullie iemand zijn zonden vergeven, dan zijn zij ook vergeven. Vaak worden die woorden uitgelegd als zou Jezus daar het sacrament van de biecht hebben ingesteld. Als zou Hij zijn leerlingen de bevoegdheid hebben gegeven om zonden te vergeven in zijn naam. Maar misschien is het veel simpeler dan dat. En dan is het opnieuw een opdracht die in de lijn ligt van die twee opdrachten tijdens het laatste avondmaal.
Leerlingen van Jezus zijn namelijk mensen die elkaar kunnen vergeven. Leerlingen van Jezus wensen elkaar niet alleen de vrede, het zijn ook vredestichters, mensen die vrede brengen. Leerlingen van Jezus zijn bereid elkaar nieuwe kansen te geven, telkens weer. Om het met een beeld te zeggen dat ook onze vormelingen en eerste communicanten begrijpen: leerlingen van Jezus hangen een geel lint in de eikenboom.
Dat is de nieuwe opdracht die Jezus geeft.
En de leerlingen begrijpen het onmiddellijk. Thomas was er niet bij tijdens die ontmoeting met Jezus, en aanvankelijk gelooft hij hen niet. Thomas blijft de scepticus die hij was. Maar de leerlingen geven Thomas een nieuwe kans. Hij wordt niet scheef bekeken of uitgesloten uit de groep. Hij krijgt de kans om te groeien in geloof.
De opdracht van Jezus is niet: zorg dat je tot het juiste geloof, tot de juiste kring of groep behoort. Daarvoor, bij de discussie over het juiste geloof, is er al genoeg onheil aangericht. Er zijn oorlogen voor gevoerd en moorden gepleegd. De opdracht van Jezus heeft niets te maken met een dogma of een theorie of een geloofskwestie.
De opdracht is: vergeef elkaar, breng vrede naar elkaar, geef elkaar nieuwe kansen. Zo kunnen wij elkaar blijven begroeten met de wens Sjaloom zoals in het bekende liedje:
Sjaloom! Gods vrede kome over u!
Sjaloom! Gods vrede kome over u!
Sjaloom! Breng Gods vrede bij de mensen om je heen!
Ik ben heel blij met wat wij zojuist gezongen hebben: Alleluia.
Lieve mensen : alleluia dat is toch een woord uit de duizend en jullie zingen dat ook zo gemakkelijk zeker omdat het veel meer klinkers heeft (5) tegenover maar 3 medeklinkers .
En wat betekent nu dat klankrijke heldere woord?
Het is in één woord de samenvatting van ons Paasfeest.
Als wij straks elkaar een zalige Pasen toewensen in een stevige handdruk of met een tedere omhelzing, wat laten wij dan aan elkaar voelen en wat drukken wij dan letterlijk uit?
Dat zit in dat éne woord alleluia.
Namelijk, laten wij God in het licht plaatsen, in de helderheid van zijn licht.
Want Jezus is toch het licht van deze wereld !
Maar die wereld heeft er nooit van willen weten maar wij toch wel, denk ik .
Want wij zijn hier toch hé en voor ons zou het gene Pasen zijn als wij hier niet in deze mooi verlichte, verwarmde , schitterende kerk elkaar niet zouden ontmoet hebben bij het brandende licht van de paaskaars.
En de lezingen vertellen ons over die blijvende strijd tussen het schitterend licht van Christus en de doffe duisternis soms van deze wereld.
Het begint met Maria Magdalena : Vroeg in de morgen, het was nog donker staat er . Dat is meer beeldspraak om te zeggen : Maria tast nog in het duister. Ofschoon zij veel van Hem hield, staat ze nog niet in het licht van haar Meester die zelf gezegd heeft het licht van de wereld te zijn.
En in een ander verhaal vindt ze een man van wie ze denkt dat hij de tuinman is.
Heeft u mijn dode weggedragen ?', vraagt ze aan die gestalte en pas als hij haar antwoordt, merkt ze dat het Jezus was.
En een ander historie vertelt van twee jonge mannen op weg naar Emmaüs.
Onderweg treffen ze een vreemdeling, die merkt hoe triestig ze zijn en met hen spreekt over de hoop in het leven, die Jezus voor hen betekende. Pas als ze aangekomen zijn en met die vreemdeling hun brood delen, merken ze plots dat het Jezus is.
Je moet je minstens afvragen: is Jezus in zijn nieuw leven acteur geworden, meester in vermomming die als jonge man, als hovenier, als wandelaar die de schriften goed kent, als vreemdeling bij de mensen komt.
Waarom al die verschillende gedaantes?
Hij kwam zeker niet met een grote stralenkrans en een heilig hart die meteen aan iedereen zouden duidelijk maken : daar zie, dat is hem.
Neen, hij kwam in verhulling, vermomming, incognito.
Hij kwam om zijn bedroefde vrienden te troosten, maar het herkennen gebeurde altijd pas wanneer zij op één of andere manier zelf iets ondernamen:
hem toespreken zoals Maria: dwz met mensen over je verdriet spreken
met hem wandelen : dwz met mensen in vriendschap op weg gaan
met hem brood delen : dwz een stuk van wat je hebt aan een ander gunnen
kortom : iets doen om samen iets beleven, wat dat ook moge wezen, als het maar echt samen is
Pas dan konden ze plotseling zien: Hij was er.
Hij was dus niet dood te krijgen !
Dat echte intense leven van samen , dat ze met Hem zo vaak hadden meegemaakt , dat was er op die momenten terug. Dus Hij leefde want ze beleefden dat soort samen-leven terug.
Heeft Jezus dat zelf niet gezegd ?
Ik ben gekomen opdat ze leven zouden hebben en nog wel leven in overvloed.
Het probleem voor niet-christenen is dat niet dat ze aan ons christenen niet genoeg kunnen zien dat Hij verrezen is, d.w.z. dat wij ons niet echt riskeren om te leven en
Zeker niet om ten volle te leven.
Als we de kranten lezen , krijgen we het allemaal te zien met fotos en statistieken hoe er met het leven dagelijks wordt omgesprongen : ik zie vier categorieën van mensen
mensen doden elkaar sowieso
mensen doden zichzelf ook
de massa van de mensen leven : gelukkiglijk..
laatste categorie : mensen leven ten volle , in overvloed , enthousiast van tijd, zot-gelukkig, soms, gemakkelijk is dat niet en het is ook niet meerderhed maar dat is toch wel het echt leven, waarvoor Jezus zijn leven heeft voor gegeven.
Kennen wij dat verschil voldoende tussen het gewone leven waar de massa vrede mee neemt en dan de keuze voor het volle leven ? Ik denk dat we dat weten. Ik zou denken dat wij dat hier als christenen komen zoeken en willen beleven.: voor minder komen we toch niet naar een eucharistieviering als deze morgen is het Pasen : Wij zingen het uit!
Wij gaan dat aan mekaar wensen ( Alleluia) en willen we dat ook eens beleven , het ook doen , ons riskeren om dat eens te proberen , het moet niet lukken , proberen is al genoeg samen iets willen beleven: straks in de communie : wat zou je voortaan liever samen beleven ?
Daarover gaat het : Pakt iets gemakkelijk.
Aan iemand, waar je dicht bij staat en waarbij het een beetje klikt, zeggen : ik ben blij dat ik u ken.
Op een uitvaart naar iemand gaan die het moeilijk heeft en vragen gaat het een beetje. Ik ken mensen die bidden : prachtig toch , heb je al ooit eens aan iemand voorgesteld waarvan je weet dat die ook bidt, om dat eens samen te doen. Hebt ge al eens aan iemand die je goed kent gevraagd : geloofde gij nog ?
Weet één ding : al wat ik gezegd heb: het moet niet.
Er moet niets. Met Pasen iets proberen om samen te beleven dat mag .
Op deze zondag herdenken we het lijdensverhaal van Christus in aanloop naar de goede week en het paasgebeuren.
In heel het verhaal ging mijn aandacht uit naar het volk van Jeruzalem en naar Petrus. Petrus de vertrouwensfiguur van de Jezus en de rots van de Jezus beweging geeft zich over aan de regels van de gevestigde orde tot drie maal toe. Dat is menselijk. Het druist tegen zijn innerlijke stem in om tegen Jezus zijn leer te gaan.
Maar hij buigt voor het gezag van bovenaf, de regels van de gevestigde orde. Hoewel het botst met het eigen gevoel. Het volk van Jeruzalem dat elke vorm van verandering afwijst en kiest voor de zekerheid van de bestaande orde.
Maar wat dit verhaal ons leert, wat Jezus ons leert is net hoe belangrijk het is om tegen de stroom in te blijven gaan. De wereld is constant in beweging, mensen zijn constant in verandering. Dat is nu zeker zo, maar dat was vroeger niet anders. Jezus kan een oproerzaaier zijn, of iemand met andere ideeën die beter bij de tijd paste. Mensen hebben altijd schrik wanneer verandering zich aandient.
Wanneer Jezus zijn nieuwe ideeën vertolkt en ingaat tegen het gangbare, grijpt het volk van Jeruzalem terug naar de heersende machten want dat brengt stabiliteit, en dus rust veiligheid. Kijk maar naar wat er hier met Trump gebeurd, en de vreemdelingencrisis.
Met de goede week herdenken we dat Jezus is gestorven voor onze zonden. Maar dat vind ik zwaar klinken. Je zou kunnen zeggen dat Hij stierf als statement. Zijn ideeën wijzen in de juiste richting.
Het verhaal van Palmzondag laat zien bekrachtigen dat idee door aan te geven dat zijn ideeën en leer niet zo maar eender wat is, maar goddelijke inspiratie. Moest hij niet zijn gestorven en net zoals Petrus hebben gezegd van goh ja zo belangrijk is het allemaal niet. Werden zijn ideeën en die nieuwe weg al snel niets meer over en bleef alles zoals het was. Natuurlijk helpt het ook om volgelingen te hebben die na de dood van Christus verder verspreiden en laten landen in meanstream wereld.
Een van Jezus belangrijkste leringen is dat hij de weg naar onze innerlijke stem toonde. Hij leerde ons inzien dat gangbare regels niet altijd de juiste regels hoeven te zijn. In een veranderende wereld kunnen regels en ideeen veranderen. Het plaatst de bestaande orde onder kritiek zonder ze onderuit te halen. Dat is enorm krachtig. Hij zet ons aan tot discussie, tot denken en handelen.
Ik las artikel van Lennert Hofman een Nederlandse journalist. In Centraal Afrika leven op dit moment 20 miljoen dat is tweemaal België in acute hongersnood. Niet alleen Burkina Faso leeft onder de kwel van klimaatverandering. Dat wil zeggen dat er op dit moment in Zuid-Soedan, Somalië, Jemen en het grensgebied tussen Noordoost-Nigeria, Niger, Tsjaad en Kameroen.
20 miljoen volwassenen en kinderen zijn die letterlijk geen eten hebben. De grootste hongersnood sinds de tweede wereldoorlog. Om het wat in perspectief te plaatsen, in de burgeroorlog in Syrie zijn er 450 000 mensen gestorven. Deze hongersnood was al eerder voorspeld door de klimaatverandering, politieke onrust in het gebied, hulporganisaties die worden tegengehouden en genegeerd, corruptie enz.
Jemen waar 17 miljoen van de 24, 7 miljoen mensen acute honger hebben maakt het journalisten bijzonder moeilijk om naar het land af te reizen, omdat de machthebbers van de Al-Islah partij pro Saoedische regering niet willen dat mensen weten dat er zoveel mensen acute honger hebben. Zij hebben alle ambtenaren die visums aan journalisten willen geven in de ambassades vervangen door ambtenaren van hun eigen partij.
Ik vreesde wat om dit aan jullie te komen vertellen vandaag. Hoe komt het dat wij hier zo weinig over weten?
Honger in Afrika is geen nieuws meer en we weten niet wat we er tegen kunnen doen? Als geld voor voedselhulp al niet tot de mensen geraken. Toch past dit verhaal als start van de goede week. Heel het paasgebeuren is een wake up gebeuren.
Werken naar verrijzenis, de dingen vanuit een ander perspectief beleven. Van hieruit kunnen wij niet veel doen misschien. Maar bewust worden van wat er gebeurd, niet akkoord gaan met de gangbare regels zoals bij Jezus lijdensverhaal is al een eerste stap. En kunnen we elkaar inspireren door kleine stappen. Wat geduldiger tegen pas gearriveerde vluchtelingen, ogen en oren openhouden voor de achtergrond van mensen, luisteren naar de innerlijke stem van Christus. Het lijkt simpel maar het is al een hele stap voorbij. Ik nodig u graag uit om deze week aan de start van de goede week om die innerlijke stem te laten verrijzen,
--- Kom naar buiten --- Wegwijzerviering, viering gericht op gezinnen
Ik heb een beetje moeite met verhalen als dat van Rainata uit Burkina Faso. Rainata doet vanalles. Al voor ze naar school gaat, heeft ze al allerlei klusjes gedaan. Op school zingen de kinderen samen en is er rekenles. Mama maakt eten klaar; Rainata helpt. Haar oom is bezig met de geiten. Ze eten met zijn allen samen onder het afdakje en praten dan over alles en nog wat. Ze gaan water halen bij de waterput. Enzovoort
Er is zoveel tegelijkertijd aan de hand, dat je het bos van de bomen niet meer ziet. Dat je mist waar het in het verhaal eigenlijk om draait.
Mensen gaan altijd op zoek naar de anekdote, naar de spannende gebeurtenis. Maar die is er niet altijd. Dan heb je de neiging om te gaan roepen: waar gaat het nu eigenlijk over?, wat heb je me te vertellen?, wat is de clou van het verhaal?
Gelukkig wordt dat er op het einde bij vermeld: mani ni taba, wat betekent iedereen doet mee.
Waarschijnlijk gebeurt er met het verhaal van Lazarus ongeveer hetzelfde. Lazarus, een goede vriend van Jezus, is ziek. Zijn zussen Martha en Maria laten Jezus roepen. Onze vriend Lazarus slaapt, zegt Jezus. Dus wacht Hij nog twee dagen, voordat Hij met zijn leerlingen naar Judea gaat. Jezus zegt dat bij Hem iedereen veilig is en dat Hij zijn vriend Lazarus zal wakker maken. Maar Lazarus is al vier dagen begraven!
De zussen Martha en Maria klagen, ieder om beurt, dat hun broer niet zou gestorven zijn, als Jezus erbij was. Jezus troost hen en zegt dat hun broer zal opstaan. Dan gaat Hij naar het graf en roept: kom naar buiten Lazarus.
Er is zoveel meer aan de hand, dat je mist waar het verhaal eigenlijk om draait.
Dus gaan wij, als mensen, op zoek naar de spannende gebeurtenis, naar het spektakel. In dit geval is dat de overleden Lazarus die uit zijn graf komt.
Bij Johannes, de evangelist, is dat niet de bedoeling. Bij wonderbare gebeurtenissen of genezingen als deze, heeft Johannes het altijd over tekenen. God/ de Heer/ Jezus geeft ons een teken.
Over die tekenen schreef hij zelf het volgende (Joh. 20:30-31): Jezus heeft nog veel meer tekenen gedaan, toen Hij bij zijn leerlingen was, die niet in dit boek zijn opgeschreven. Maar deze zijn speciaal uitgekozen, opdat jullie geloven dat Jezus de Christus is, de Zoon van God. Door te geloven in Jezus, heb je leven in Zijn Naam.
Johannes heeft deze tekenen dus beschreven, om duidelijk te maken dat wij zouden geloven, dat Jezus de Zoon van God is.
Het wondere, het spectaculaire is voor Johannes blijkbaar niet zo belangrijk. Hij wil ons vooral laten aanvoelen hoe Jezus is. Daarom benadrukt Johannes hoe Jezus mensen kansen geeft.
Jezus maakt mensen wakker, geneest ze, door te zorgen dat ze opnieuw mogen meetellen. Want wie meetelt, lééft mee. Dood zijn is: aan je lot overgelaten worden, niet (meer) mee mogen doen.
Daarom laat hij Jezus steeds opnieuw herhalen dat onze vriend Lazarus slaapt. Verder laat hij Jezus drie dingen zeggen: Neem die steen weg, Lazarus, kom naar buiten en Maak hem los en laat hem gaan.
Dat een steen wegnemen héél bevrijdend werkt, ondervond ikzelf enkele weken geleden toen bij mij een paar nierstenen werden weggenomen. Dat was letterlijk een echte bevrijding van pijn.
Lazarus, kom naar buiten, kom in het licht en lééf. Maar ook Martha, kom naar buiten of Maria, kom naar buiten en blijf niet steken in je verdriet. Want wie in Mij gelooft, zegt Jezus, wie zich aan Mij toevertrouwt, zal leven, zal aan het licht komen, zal aan zijn angst voorbij leven.
Tenslotte zegt Jezus: Maak hem los en laat hem gaan. Dat is een vraag naar de anderen toe. Die moeten helpen, een duwtje in de rug geven.
De kinderen hebben samen brood gemaakt. Zij houden seffens samen een broodmaaltijd. Wij mogen meedoen, want Jezus zit mee in onze kring.
Dus tellen die drie opdrachten ook voor ons: mens, kom naar buiten, neem de steen weg en maak hem los en laat hem gaan .
Vorige week hadden de vormelingen hun beloftenviering. Tot hen speciaal zegt Jezus: jongedame, jongeman, kom naar buiten met wat je beloofd hebt. Laat zien dat je Mij wil volgen, dat je een echte christen wil zijn!
Een steen is iets dat in de weg ligt.
Hoe dikwijls gebeurt het niet dat er tussen ons iets in de weg ligt. Een steen, een kleine of een grote hindernis, een kleine of een grote ruzie.
Dan is er die laatste opdracht: Maak hem los en laat hem gaan. Dat is een vraag naar ons allemaal toe. Ook wij moeten helpen, een duwtje in de rug geven aan wie hulp nodig heeft.
Nu begrijp ik beter het verhaal van Rainata: ook al is er maar weinig in Burkina Faso, als iedereen, van groot tot klein, meedoet en meehelpt, mani ni taba, dan komt alles goed.
Wie meetelt, lééft mee.
Amen.
Het verhaal van Rainata
Zullen we even op bezoek gaan bij Rainata en haar familie in Burkina Faso? Zijn jullie ook nieuwsgierig hoe het leven daar is?
Kijk, daar staat Rainata op de koer, het pleintje waarrond de hele familie woont in 4 kleine huisjes. Rainata vertrekt net naar school. Ze heeft vanmorgen al heel wat klusjes gedaan: de afwas gedaan, de koer geveegd en meel gemalen. Er is heel wat werk op de koer en dus kan mama haar hulp goed gebruiken. Maar nu is het hoog tijd om naar school te vertrekken. Anders komt ze te laat en vandaag mag zij de vlag hijsen! Elke schooldag begint immers met het hijsen van de Burkinese vlag. Ze zingen dan samen een lied waarin ze hun ouders en leerkrachten bedanken omdat ze naar school kunnen. Daarna is er rekenles. Rekenen is Rainatas lievelingsvak.
Als het middag is, krijgen alle kinderen een portie gierstpap. Daarmee vertrekken ze terug naar huis. Daar staat mama al in de kookpot te roeren. Op de koer kookt ze het middageten voor de hele familie. Rainata pakt meteen de grote lepel over en begint te roeren. Hier op de koer is ze graag. Er is altijd wat te beleven. Haar oom is ginds bezig bij de geiten. Waar is Abbas? Haar neefje komt haar meestal meteen begroeten als ze van school komt. Alle kinderen die rond de koer wonen zijn als broers en zussen van mekaar. Ze doen heel veel samen. Rainata is erg blij met haar grote familie. Haar papa heeft 2 vrouwen, maar dat is helemaal geen probleem, want iedereen wordt gelijk behandeld. Yaaba, de grootmoeder van Rainata woont ook op de koer, in het huisje naast hen. Rainata gaat haar even opzoeken. Ze heeft net bonen gepeld. Die liggen nu te drogen in de zon.
Tijdens het eten zitten ze allemaal samen onder het afdakje, want op de middag is het erg heet. De grote schalen staan gewoon op de grond en iedereen neemt wat met zijn handen. Ondertussen wordt er heel wat af gepraat, meestal over het werk op het veld. Zolang er genoeg regen valt, kan daar heel wat groeien. Maar tijdens het lange droge seizoen van meer dan 8 maanden, geraakt het eten op en komen ze soms te kort.
Op de koer is iedereen een beetje de baas. Als er beslissingen genomen moeten worden of de taken moeten worden verdeeld, krijgt iedereen de kans om zijn mening te zeggen.
Na het middageten loopt Rainata naar de waterput. Daar heeft ze met haar vriendinnen afgesproken. Water is heel kostbaar in Burkina Faso. Daar moeten ze heel zuinig mee zijn. Als Rainata de bidon met water op haar hoofd naar de koer heeft gedragen, gaat ze meehelpen op het veld waar de vrouwen aan het werk zijn. Ze bouwen dijkjes met grote stenen zodat het water tijdens de zware regenbuien in het regenseizoen de vruchtbare grond en de jonge plantjes niet wegspoelt.
Op zaterdag verkoopt Rainata kleine gefrituurde visjes en garnalen op de markt. Daarmee kan ze wat extra geld verdienen voor haar familie. Zo gaat dat in haar land, iedereen helpt mee, van groot tot klein Mani ni taba! zeggen ze in Burkina Faso. Dat betekent Iedereen doet mee!
In een eucharistie-viering volgt na het evangelie meestal een preek of homilie. In onze parochie bestaat hiervoor (al jaren) een preekploeg. Ze bestaat uit een zestal mensen die, na onderlinge afspraak, geregeld een "preekbeurt" verzorgen. Momenteel zijn dat Ria, Hilda, Marc, Jan, Gie en Fred. Pastoor Herman maakt uiteraard ook deel uit van de preekploeg en komt zelf ook meermaals aan de beurt. De bedoeling van een homilie is niet een universele waarheid te verkondigen die iedereen verplicht moet geloven en zeker niet de mensen terecht te wijzen. In een homilie willen wij de lezingen uit de bijbel een beetje verduidelijken en trachten wij ze in verband te brengen met de actualiteit van vandaag. Dat is niet altijd even simpel en daarom proberen wij elkaar te helpen. Elke maand komen wij samen om de lezingen uit de bijbel te bespreken en elkaar te inspireren bij het opstellen van de preek. In deze blog publiceren wij niet alleen onze homilies, maar staan wij ook open voor uw reacties.