Wil je ons iets zeggen dat niet op deze blog moet verschijnen? Mail ons hier.
Mag iedereen het lezen, klik dan op op het gele 'Uw positieve/negatieve reactie hier' onderaan de tekst.
Prioriteiten werkjaar - Startviering parochieteam - Marc
Zesentwintigste zondag A 2008 - Zaterdag 27 en zondag 28 september 2008
Zo hebben we onze visie uitgedrukt:
In onze kerkgemeenschap op Linkeroever zijn alle mensen van goede wil van harte welkom, ongeacht hun leeftijd, geslacht, herkomst of geloof, en nodigen we iedereen uit om, dag na dag, bij vreugde en bij pijn, en met een eigentijdse vorm en taal, samen het leven te vieren omdat we geloven dat we op die manier van het huis van God een warme thuis kunnen maken en een stukje dichter komen bij de ontdekking van de hemel.
Om dit om te zetten in daden, stellen we dit werkjaar volgende prioriteiten:
Verzorgde vieringen: we streven naar een hoge kwaliteit van vorm en inhoud van eucharistievieringen en gebedsvieringen.
Catechese: de ouders ondersteunen mee de catechese voor hun kinderen, en we willen werken aan catechese voor volwassenen
Uitvaart en Rouwen: de begeleiding van wie achterblijft en de zorg voor de uitvaartvieringen is zeer belangrijk.
Dienstbaarheid: onze parochie steunt Welzijnszorg, Broederlijk Delen, de Mazen van het Net. We willen zorg dragen voor de noden van mensen op Linkeroever.
We willen aanwezig zijn bij wat op Linkeroever leeft.
We zijn deel van de bredere kerkgemeenschap: Sint Walburgis, de stadspastoraal, de Federatie
Onze parochie leeft dank zij inspraak en overleg: we willen veel gesprek en contact, en werken aan onze inspraakstructuren.
We hebben aandacht voor de gebouwen waarover we beschikken: een zinvolle vernieuwing van de Sint-Annakerk, de toekomst van de Lucaskerk gaat ons ter harte.
Medewerkers: elke inzet, groot of klein, is meer dan welkom.
Vijfentwintigste zondag A 2008 - Zaterdag 20 en zondag 21 september 2008
Eerste lezing: Jesaja 55,6-9 'Uw gedachten zijn niet mijn gedachten' Evangelie: Mattheüs 20, 1-16a 'Zijt gij kwaad omdat Ik goed ben?'
Waarschijnlijk hebben jullie uit de media wel vernomen dat er weer stakingen op komst zijn. Er wordt stoere taal gesproken, maar gelukkig weten we ook dat men na betogingen en slogans toch aan tafel zal gaan zitten. Stel je nu voor dat een of andere vakbondsdélégué de vergadering zou willen beginnen met een korte bezinning, en hij zou die evangelietekst voorlezen die we net gehoord hebben.... Dat zou pas nieuws zijn... voorstellen dat wie minder werkt evenveel betaald wordt als wie een volle dagtaak heeft... Zal natuurlijk niet gebeuren. Jezus vertelt trouwens al van in het begin van deze parabel, dat hij geen handleiding voor CAOs komt brengen. Het koninkrijk der hemelen..... Daarover wil hij het hebben. Over de gelukkige toekomst die God ons wil geven, de eindbestemming van ons leven, als alle tranen zullen gedroogd worden, zoals staat in het boek der Openbaring. In onze parabel wordt het avond als de werkers uitbetaald worden. Die avond is symbolisch: het leven is voorbij, die toekomst gaat beginnen. En hoe gaat God met ons om, met al die verschillende mensen? Er zijn er die chance hebben gehad, die al vroeg tot de volgelingen van Jezus behoorden en aan de slag zijn gegaan in de wijngaard des heren. Er zijn er anderen die later gekomen zijn. Misschien is de frank laat gevallen. De parabel gaat niet diep in op de mogelijke redenen waarom mensen zo laat in gang schieten. Dat lijkt eigenlijk niet belangrijk te zijn, wat telt is dat ze er uiteindelijk bij zijn, en zich mee inzetten voor dat rijk der hemelen.
Wat blijkt nu? Bij God krijgt iedereen evenveel kansen op die gelukkige toekomst, op de redding uit de onvolkomenheden en de miserie die voor velen dagdagelijkse kost zijn. De landeigenaar betaalt aan iedereen een denarie. Zon denarie was een Romeinse munt, en daar kon een arbeider zijn gezin een dag fatsoenlijk mee onderhouden. Een denarie per dag heb je nodig om te overleven. Al wie dus in de wijngaard van de Heer is komen werken, al wie wil toetreden tot het rijk der hemelen, die krijgt volle levenskansen. God wil het beste, voor iedereen die van goede wil is. En het beste, dat is niet in stukjes te delen. Als men voor iedereen het beste wil, zou het juist niet eerlijk zijn, dat de werkers van het elfde uur maar een twaalfde deel zouden betaald worden. Daar kunnen zij niet van leven, en leven, volop en gelukkig leven, daar is het God om te doen. Dit is dus echt een blijde boodschap. Niemand moet denken: ik kan er niet meer bij, ik ben te laat, er is niets meer aan te doen. God houdt de deur altijd open. Hij is goed en gul.
En daarin is hij gans anders dan mensen. Zijn wegen zijn niet onze wegen, zoals Jesaja zegt inderdaad. Als de heer vraagt: ben je jaloers... omdat ik goed ben?, moeten we dan in eer en geweten niet toegeven, dat er ondanks al onze goed wil ook jaloersheid diep in ons hart loert? Hoe is het met onze gulheid, als het erop aan komt andere mensen nieuwe kansen te geven? Hoe groot is onze bereidheid om onze gemeenschap écht open te zetten voor iedereen, en niet af te wegen wie de goeden zijn en wie de slechten? Het was in Jezus tijd niet anders. De eerste toehoorders van deze parabel waren de welmenende Joden die Jezus ook zagen omgaan met tollenaars en slechte vrouwen, en die zich gepasseerd voelden omdat hij geen onderscheid maakte: iedereen van goede wil was welkom bij hem. En ook zijn leerlingen zullen wel hebben moeten slikken als ze hem dit hoorden vertellen: in hetzelfde hoofdstuk, een tiental regels verder, zal Matteüs vertellen dat de apostelen ruzie begonnen te maken over wie er nu in het rijk der hemelen op de ereplaats mocht zitten. Dat zinnetje op het einde van onze lezing kondigt die passage al aan: Zo zullen de laatsten de eersten zijn en de eersten de laatsten. Het is een sterke manier om samen te vatten wat de heer tegen de mopperende werkers van de vroege uren zei: ik wil de laatste evenveel geven als jou. En toen de evangelist zijn tekst op papyrus zette, enkele tientallen jaren na het optreden van Jezus, was er ruzie onder de eerste christenen over de vraag of de heidenen, de niet-Joden even goede volgelingen van Jezus zouden zijn. Een aantal Joodse christenen hadden bezwaren: zij waren toch de eerste volgelingen van Jezus, hadden zij dan geen voorrang? Matteüs zet zich aan de kant van diegenen die de deur voor iedereen wilden openzetten, dat was de lijn die Jezus had uitgezet in zijn verkondiging.
Het is de opdracht van onze kerkgemeenschap, van de mensen die in die wijngaard van het rijk der hemelen aan de slag zijn, om die gulheid van God ook in ons leven in de praktijk te brengen. Dat is een moeilijke opdracht, want de kleinmenselijkheid in ons stribbelt tegen. Maar elk stapje dat wij in die richting zetten, zal ook het rijk der hemelen, de échte vrede, dichterbij brengen.
Het kruisteken, het kruisbeeld heeft in ons leven altijd al een speciale plaats ingenomen. Het is niet meer weg te denken; overal is het aanwezig. Kom je in deze kerk, dan zie je bijna eerst het klassieke kruisbeeld. In de St Anna ten Drieen kerk is het niet anders, al is het wat moderner. Kom je in deze kerk, dat domineert dit moderne kruisbeeld, in de Lucaskerk is het niet anders, al is het daar wat klassieker.
We vieren vandaag de kruisverheffing. Laat ons daar maar niet te lang bij stil staan, ik zou het liever noemen opkijken naar het kruis.
Alles begint met een oude legende die vertelt dat Helena, de moeder van keizer Constantijn, bij opgravingen in Jeruzalem, Jezuskruis heeft gevonden. Ze mocht daar zeker van zijn want een zwaar zieke vrouw die het aanraakte werd onmiddellijk genezen. Dit kruis kwam in de basiliek van het heilig graf. Op 14 september herdenkt men de inwijding van deze H. Grafkerk.
Volgens een andere legende zag keizer Constantijn in een droom een kruis aan de hemel, met de boodschap: in dit teken zul je overwinnen. Vandaar dat dit kruisbeeld werd afgedrukt op zijn schilden, op vlaggen en wimpels. Dit teken werd gedragen door legers, door de kruisvaarders toen ze op tocht gingen om heilige plaatsen op de Moslims te heroveren.
Je rilt toch wel van dit verhaal, van deze legende? Het is de basis van veel misverstanden, van veel bloedvergieten voor de goede zaak. Achter dit kruis mocht alles. In de geschiedenis werd niet zo veel verschil gemaakt tussen het kruis en het zwaard. Tussen het kruis en het geweer .in de naam van God .
Ik hoop dat wij wijzer zijn.
Dit wil niet zeggen dat we het kruis geen plaats in ons leven moeten geven.
Ik heb hier een kruisje, zelf gemaakt, meer dan 45 jaar geleden. Wij waren destijds op kamp met de chiro en waren 16 jaar. We moesten een soort verbintenis uitspreken, onze belofte voor de toekomst. Daarvoor moesten we alleen in een bos, om 4 uur s ochtends vertrekken. Je moest 4 uur wegblijven en ondertussen op de een of andere manier een kruis maken. Dit heb ik toen gesneden en het hangt nog altijd in mijn bureel. Misschien dan toch waardevol? Of een herinnering aan een belangrijk moment in mijn leven? Al ben ik geen houtsnijder ik kan dit kruisje niet weggooien.
Ik zie in de kerk nog steeds het kruis liggen met Goede Vrijdag. Met bloemen getooid, aangrijpend. Zinvol beeld als herinnering aan Zijn lijden en aan het lijden van zoveel mensen
Wij zijn nog maar pas terug van een vakantie in de bergen. Ongelooflijk hoeveel kruisen daar staan. Op elke top of heuvel staat er een; in het dal langs de weg of gewoon aan de rand van een wei of een alm. Is dit een afbakening of een teken of een vorm van bijgeloof? Ik geloof het niet de mensen die die kruisen geplant hebben deden dit als herinnering aan iets of aan iemand. Misschien als teken van respect voor de schone natuur. Als vraag om bescherming. Als nagedachtenis aan iemand, een dierbare misschien.
Al verschillende jaren doen wij tijdens die bergvakantie - een bepaalde tocht een top van een berg, naar een kruis: met familieleden of vrienden en / of met onze kinderen. Dit jaar mocht zelfs al een kleinkind van 6 zelf klimmen. Een zeer zware wandeling, maar zo deugddoend. We kruipen of klauteren bijna naar het kruis. Het kruis is dan een eindpunt, het doel van de wandeling. Is het omwille van de uitdaging? Of voelen we ons daar misschien een stukje dichter bij de hemel? Bij diegenen die er niet meer zijn ? Of is het een een moment om even stil te staan of zitten, om je heen te kijken en dank je te zeggen. Het kruis als doel Misschien toch niet zo ouderwets?
Ik herinner me levendig dat we ooit op een berg klommen naar een kruis. Met alle broers en zussen en kinderen. Het was voor ons een speciale berg want vele jaren daar voor was onze broer met zijn vriend van diezelfde berg dodelijk in een ravijn gestort. Ons vader en ons moeder waren zo ver meegegaan als ze konden. Ze bleven zitten en keken met een grote verrekijker naar ons. Stapje voor stapje, mekaar vasthoudend, op weg naar het kruis. Daar boven hebben we een tekst neergelegd onder het kruis. Ook dit kruis had voor ons een betekenis; was een herinnering. We zullen die momenten nooit vergeten. Wij geven thuis mekaar nog elke dag een kruisje voor het slapen gaan. Soms is het maar een krabbel, want je bent moe, maar het is een traditie. Het kruisje van de ouders voor hun kinderen, van de grootouders voor hun kleinkinderen. Vroeger zei er een bij ons: in plaats van God zegene en beware u, zei hij tot zegen en bewaren. Dit was nog niet zo verkeerd. Een zegen en een goede conditie gewenst.
En welk gezin draagt niet zijn eigen kruis. Welke zieke, welke alleenstaande draagt niet zijn of haar eigen kruis? O.L.Heer droeg zo ook zijn eigen kruis. Hij is er 3 maal onder gevallen. Ze moesten hem helpen om terug recht te staan. Dit kruis is nog steeds het symbool van lijden, van afzien, van pijn, van verdriet .
Het kruisje van de vormelingen, het kruis aan de schouw, het kruisje van een paternoster in de handen van een afgestorvene, het kruis op een graf, het missiekruisje, het kruis van de kunstenaar, het kruis van de kruisweg, het kruis van de zegen, het rode kruis, het gele kruis, elk kruispunt waar mensen passeren, het kruis is een wegwijzer.
Elk kruis heeft zo zijn waarde. Als we dit maar onthouden van deze viering. En misschien vinden jullie je eigen waarde in één of ander kruisje in huis, of op jouw weg.
Het kruis verbindt altijd de hemel met de aarde en alle mensen met mekaar (kruisteken)
Je ziet, ondanks oubollige teksten die wij vandaag hoorden en die de jeugd uit de kerk houdt, toch nog een teken dat ons aanspreekt. Is het kruis dan niet het teken waaraan men ons kan herkennen? Laat ons dit kruisteken delen met allen die het nodig hebben.
We zijn zonet gewoontegetrouw deze viering begonnen met het kruisteken. Wanneer we het straks aan het einde van de mis weer maken, laat het dan geen routine zijn. We noemen Vader, Zoon en Geest, en doen dat met een herkenbaar teken omdat we niet willen vergeten dat we Gods verlossend werk in herinnering moeten houden.
Op het eerste gezicht gaat het in het evangelie van vandaag bijna over een juridische procedure, waarmee iemand uit de gemeenschap kan worden gestoten. Eerst is er een waarschuwing onder vier ogen, dan worden er getuigen bij geroepen, dan heel de gemeenschap en tenslotte is de uitstoting een feit. Het lijkt wel of er koninklijke bemiddelaars een procedure, een manier van werken hebben voorgesteld. Maar, als we de tekst goed lezen, is hij absoluut niet dwaas of wereldvreemd. Integendeel, hij bevat ook voor ons een wijze les. In elke gemeenschap komen conflicten voor, in elke vorm van samenleving zijn er wel eens mensen die tot de orde moeten worden geroepen. Dat was bij de eerste christenen niet anders.
Matteus schreef zijn evangelie kort na het jaar 70 na Christus. Toen al worstelde die eerste kerk met vragen en problemen. Vragen als: wanneer wordt iemand zijn gedrag heidens? Vanaf wanneer hoort hij er niet meer bij? Matteus geeft zijn vrienden en ons hier een wijze raad: als er een conflict is, hou het dan klein. Hou het conflict klein. Hang het niet onmiddellijk aan de grote klok. Maak er niet meteen een staatszaak van. Haal er niet meteen de hoge raad of het hoogste gezag bij. Neen, probeer het eerst in alle stilte en eenvoud te regelen. Praat eens met de betrokkene. En als hij niet wil luisteren, haal er dan twee of drie getuigen, twee of drie andere mensen bij. Pas als dat allemaal niet lukt, kan het probleem worden voorgelegd aan de kerk, aan de hele gemeenschap. Wij leven in een tijd waarin conflicten zelden klein worden gehouden. Alles wordt meteen breed uitgesmeerd in de media. Zelfs een klein incident wordt gefilmd of gefotografeerd en belandt op het televisienieuws of op het internet. De kans om het conflict in der minne te regelen is dan vaak verkeken.
Moet een politicus aan de schandpaal omdat hij een scheve schaats rijdt in zijn privé-leven? Moet een kandidaat vice-president gewraakt worden omdat haar ongehuwde dochter zwanger is? Moet een wielrenner worden geschorst omdat hij toevallig betrapt werd op cocaïnegebruik? Ik stel de vragen maar, want ik heb geen pasklare antwoorden. En ik wil helemaal niet ontkennen dat de mensen waarover ik het daarnet had iets verkeerd hebben gedaan, dat hun gedrag moet worden goedgepraat. Wat ik wil zeggen is: door meteen alles tot in de details naar buiten te brengen, is het probleem of het conflict uitvergroot. We zijn net een nieuw schooljaar begonnen. Iedereen die in het onderwijs staat, en eigenlijk iedereen die met de opvoeding van kinderen te maken heeft, weet dat er met die kinderen wel eens problemen ontstaan. En dat er soms moet worden opgetreden en ingegrepen. Maar ook hier geldt de regel: als het even kan, hou dan het conflict klein. Praat met de betrokken leerling, ga niet meteen naar de directie, leg geen fotokopies over het probleem in het postvakje van al je collega's.
Er is nog een ander woord belangrijk in het evangelie. Er staat: Wijs uw broeder onder vier ogen terecht. Luistert hij naar u, dan hebt gij uw broeder gewonnen. Verder hoopt Matteus dat hij zal luisteren naar de twee of drie getuigen en tenslotte dat hij zal luisteren naar de kerk. Luisteren is het sleutelwoord. En dan is het merkwaardig dat Matteus zegt: als hij ook naar de kerk niet wil luisteren, beschouw hem dan als een heiden of een tollenaar. En laten dat nu juist de mensen zijn in wier gezelschap Jezus voortdurend te vinden is en uit wie Hij zelfs zijn leerlingen kiest. Want bij een conflict hanteert Jezus ook nog andere normen. En dat brengt ons bij de eerste lezing, uit de brief van Paulus. Liefde vervult de gehele wet, hoorden we daar. Bemin uw naaste als uzelf. Nu is liefde wel een erg groot woord. Als ouders hun kinderen op het matje moeten roepen, is het natuurlijk evident dat zij hun kinderen ook blijven liefhebben. Maar elke naaste beminnen??? Er zijn nu eenmaal mensen die wij sympathieker vinden dan anderen. Iedereen die wij op onze weg tegenkomen echt liefhebben, dat is wel een beetje veel gevraagd.
Maar liefde voor onze naaste kan ook op een andere manier worden verstaan. In de zin van: de ander recht doen, de ander laten zijn wie hij is, de ander als een volwaardige partner, een volwaardig mens beschouwen. Of, zoals het ergens ook heel simpel in de Bijbel staat: doe aan een ander niet, wat je niet wil dat aan jou gedaan wordt. Dat is wat Jezus deed en wat in het evangelie van Matteus een beetje ontbreekt. Matteus klasseerde de mensen die niet wilden luisteren meteen bij de heidenen en de tollenaars. Jezus benadert ook die heidenen en tollenaars met liefde. Voor Hem zijn het in de eerste plaats mensen, volwaardige mensen. Met de benaming heiden of tollenaar wordt niet de hele mens omschreven. Jezus laat ook hen de kans zichzelf te zijn. En zo zien we dat er wellicht nog een ander aspect ontbreekt bij Matteus. Hij wil dat de broeder die gezondigd heeft naar ons luistert. Of naar die twee of drie getuigen, of naar de gemeenschap. Maar het omgekeerde is ook waar. Wij moeten ook goed naar hem luisteren. Zo leert Jezus het ons toch.
Soms moeten mensen worden beoordeeld en terechtgewezen. Wij zijn tenslotte ook mee verantwoordelijk voor elkaar. Maar we kregen in dat verband vandaag toch een belangrijke les. Als het enigszins kan, hou dan het conflict klein. En luister goed naar elkaar. En vooral: benader elkaar met een vorm van liefde. Beschouw elkaar als volwaardige partners. En doe aan een ander niet wat je niet wil dat aan jou geschiedt
In een eucharistie-viering volgt na het evangelie meestal een preek of homilie. In onze parochie bestaat hiervoor (al jaren) een preekploeg. Ze bestaat uit een zestal mensen die, na onderlinge afspraak, geregeld een "preekbeurt" verzorgen. Momenteel zijn dat Ria, Hilda, Marc, Jan, Gie en Fred. Pastoor Herman maakt uiteraard ook deel uit van de preekploeg en komt zelf ook meermaals aan de beurt. De bedoeling van een homilie is niet een universele waarheid te verkondigen die iedereen verplicht moet geloven en zeker niet de mensen terecht te wijzen. In een homilie willen wij de lezingen uit de bijbel een beetje verduidelijken en trachten wij ze in verband te brengen met de actualiteit van vandaag. Dat is niet altijd even simpel en daarom proberen wij elkaar te helpen. Elke maand komen wij samen om de lezingen uit de bijbel te bespreken en elkaar te inspireren bij het opstellen van de preek. In deze blog publiceren wij niet alleen onze homilies, maar staan wij ook open voor uw reacties.