Dit weekend, tijdens de zondagmis in St.Walburgis, weerklonk heel hoorbaar op het einde van de viering, het zachte frazelen van een baby, daar op de laatste rij.
Met op de achtergrond die vreselijke moordpartijen in Gaza, vertolkte dit kreunen van welbehagen en aandacht vragen, wat de diepste zin van het leven is: zorg dragen voor elkaar.
Want het is toch wonderlijk hoe een mens geboren wordt met dichtgeknepen vuistjes.
Je wordt maar mens als je gedragen wordt door zoveel onbaatzuchtige liefde.
Liefde die handjes leert openen om te ontvangen, en dan stilaan tot de ontdekking komen dat je innerlijke vreugde nog veel groter wordt als jij, op jouw beurt, durft te geven en delen.
Enkele weken terug, mocht ik ook Elza zalven.
Haar open handen werden innig gestreeld door haar kinderen en kleinkinderen.
We zalven je handen Mama op dit moeilijke moment van afscheid.
We zegenen jou, Moeke: het beste van jezelf heb je ons steeds geschonken.
En dat je, wanneer je tijd gekomen is, ze uiteindelijk in vrede zou mogen vouwen om ons met jouw nieuwe handen in alle eeuwigheid te zegenen.
Toen is iedereen afzonderlijk dicht bij haar gaan staan in die grote kring.
En elkeen heeft in haar oor gefluisterd wat men wellicht nooit daarvoor had toevertrouwd.
Het was een diep ontroerend, zalvend, dankbaar, zegenend en sprekend aanraken.
Er ligt toch wel een gans leven tussen de gesloten knuistjes van n kraaiende baby en de wijd geopende handen, van een mens die alles gegeven heeft.
Zichzelf gegeven en klaar om nieuwe toekomst te ontvangen.
Misschien dat we deze dagen wat woordeloos naar het kerkhof gaan, een bloempot laten spreken of een summier bloemetje bij de urnenmuur.
Een haastig geslagen kruis, een gegeneerd gepreveld gebed of een gedachteloos staren naar de gebeitelde tekst op de steen We zouden eens wat koper poets moeten meebrengen voor die letters zeggen we dan.
Wat moet je al zeggen met een kramp in je hart.
Tussen het geboortejaar en het sterfjaar staat alleen een heel klein tussenstreepje, een koppelteken tussen moederschoot en graf.
Een gedachtestreepje noemen ze dat.
Hadden we misschien in steen moeten beitelen:
ridder in de kroonorde Stichteres van de firma Ten laken
Je kan een mens toch niet vatten in zijn titels. Hij is toch veel meer dan zijn prestaties.
Known unto God Alleen door God gekend staat er op duizenden zerkjes van ongekende Britse soldaten in de Westhoek Known unto God
Misschien is het meest merkwaardige van gans de bijbel het zoeken van God naar de mens, en niet omgekeerd.
Hij wil ons kennen zoals alleen de liefde doet.
Maar dan moet je bereikbaar zijn, zegt Jezus, je laten aanraken.
En Hij schonk ons de zaligsprekingen.
Hoe wordt die gesloten vuist een opengespreide hand?
Waar in onze lezing het woordje zalig staat vertaalt de Franse, Palestijnse Jood Chouraqui: En marche Vooruit, je zit goed
Je bent bereikbaar voor God, je zit goed, zei Jezus, als je opkomt voor zachtmoedigheid en gerechtigheid.
Als je leven verder reikt dan je eigen horizon, en je naar menselijke maatstaven een beetje onnozel bent, arm van Geest, omdat je nabij wil zijn voor wie troost hard nodig heeft of omdat je je hart zuiver wil houden.
Dan zit je goed.
Je staat open voor God als je steeds weer vrede nastreeft, ondanks verdachtmaking, als je een mens van barmhartigheid tracht te zijn,
want in dat woordje klinkt nog het begrip baarmoeder door, liefdevolle zorg voor het leven. Barmhartigheid.
Een berm maken omdat elk leven heilig is.
Misschien lachen ze je uit, maar voor mij zit je goed.
De finale nederlaag van de dood zal geen mens ontlopen, hoe de samenleving dit ook probeert te verdoezelen.
Maar misschien zou er op de gedenksteen een tweede gedachtestreepje mogen staan, niet alleen tussen geboortejaar en sterfdatum, maar ook na deze laatste.
Het streepje van Gods geheugen over tijden heen, known unto God, zijn ja over de grenzen van tijd en ruimte.
Een babytje frazelt van contentement in een kerk.
En het is waar: de diepste zin van het leven, is zorg dragen voor elkaar.