Wil je ons iets zeggen dat niet op deze blog moet verschijnen? Mail ons hier.
Mag iedereen het lezen, klik dan op op het gele 'Uw positieve/negatieve reactie hier' onderaan de tekst.
Tijdens de kruishulde 's avonds om 20 uur op Goede Vrijdag, werden een aantal getuigenissen voorgelezen. We brengen ze hier op onze blog.
De 5 afleveringen van 1 op 10 - Armoede
aflevering 1 (regie: Klara Van Es)
Antwerpen. Michael staat op een keerpunt in zijn leven: hij is net begonnen aan zijn eerste job. Tijdens zijn schoolloopbaan is één en ander misgelopen: als slachtoffer van het waterval-effect moet hij zich tevreden stellen met een baantje in een beschuttende werkplaats. Maar hij heeft ambities. Is hij sterk genoeg om zich in de samenleving staande te houden en zich een leven op te bouwen?
aflevering 2 (regie: Ellen Vermeulen)
Leuven. Tanja is een jonge, hard werkende, alleenstaande moeder, met schulden uit een recent verleden, die werden opgebouwd omwille van de zorg om haar intussen overleden moeder. In haar pogingen om de werkloosheidsval te ontlopen, houdt ze nauwelijks tijd over voor het grootbrengen van haar twee zoontjes. Terwijl ze haar schulden probeert af te betalen, cijfert ze zichzelf weg om voor haar zoontjes een betere toekomst op te bouwen.
aflevering 3 (regie: Joke Nyssen)
Tongeren. Guido, gescheiden en werkloos door een fabriekssluiting, en Heidi, weduwe en opgezadeld met schulden van haar overleden man, worden verliefd op elkaar en willen samen een nieuw samengesteld gezin stichten. Ze wikken en wegen elke dag hun uitgaven. Ze komen rond maar extras kunnen er niet af. En ze zijn creatief om hun kinderen toch iets meer te bieden. Maar in het dagelijks gecijfer, ondervinden ze dat samenwonen ook een prijs heeft.
aflevering 4 (regie: Annabel Verbeke)
Poperinge. Gilbert is een gepensioneerd ondernemer, die al zijn spaarcenten is kwijtgeraakt bij een bedrieglijke transactie. Samen met zijn vrouw tracht hij de situatie het hoofd te bieden, en zijn schulden terug te betalen. Het einde van de schuldbemiddeling komt in zicht. Maar dan wordt zijn vrouw ziek
aflevering 5 (regie: Fabio Wuytack)
Antwerpen. De Afghaan Jawid en de Kosovaarse Dashurije hebben elkaar gevonden in het Klein Kasteeltje. Nu eens getolereerd, dan weer over de grens van de illegaliteit, leveren ze een voortdurend gevecht voor de juiste papieren. Als Dasjurije zwanger blijkt te zijn, maakt hun ongeboren kind de vicieuze cirkel van armoede rond.
Geboorte van mijn kostbare leegte (C.H.)
Het was een drukke dag en belooft een fijne avond. Onze dochters S. en H. gaan naar de turngroep en nadien logeren zij bij een vriendin. Onze zonen S. en V. gaan elk uit met hun vrienden.
Wijzelf hebben een afspraak met vrienden.
Na een ontspannen avond volgt een ontspannen nacht.
Tot ik om half zeven s morgens met een schok gewekt word door de deurbel. Mijn badjas fladdert als ik de trap afren. Het schemert lichtjes, ik steek het licht aan. Ik zie door het raam boven de voordeur een politiecombi staan. Twee agenten wachten me op voor de deur. Ik wil G. roepen voor ze me vertellen waarover het gaat. Ja, mevrouw. Ga gerust je man wekken. We wachten wel even. Ze volgen ons naar de huiskamer . Ze laten ons eerst plaatsnemen aan tafel voor ze hun verslag doen.
Ernstig auto-ongeluk. Ziekenhuis. Reeds geopereerd. Naam en nummer van de geneesheer. Intensieve. Niet wachten om te bellen. Ernstig, zeer ernstig .
Aankleden. V waarschuwen. V gaat mee. Afrit? Waarheen? Spoed. S.Sch. Wachten in de dokterskamer.
Wachten. We willen bij hem zijn. Gewoon bij hem zijn. Zijn hand kunnen vasthouden
Een streling op je voorhoofd, een kus op het gezwollen gezicht. Ik zet me bij jou, je hand in de mijne. Mijn ogen sluiten, we zeggen je naam. Je naam, onze mooie naam die je reeds kreeg voor je werd geboren, zelfs voor ik zwanger van je was. Je bent bij me, heel dicht. Je bent bij ons, heel dicht. .
We volgen het proces van ontglippen. ..
Er blijkt een weg te zijn die gevolgd moet worden. Er zijn geen mogelijke zijstraten, enkel een grote laan met het licht voor jou aan het einde. Voor ons het punt dat we niet meer kunnen zien en waar we je moeten loslaten. Jouw weg, van jou alleen, we kunnen je niet volgen of je hand nog langer vasthouden .
Een geheel nieuw gegeven is in ons leven gekomen. De leegte is geboren.
De geboorte van mijn kostbare leegte.
Getuigenis over Syrië
Ze willen ons dood ! Roept Yamen
Het maakt niet uit hoe: met bommen, messen, geweren
We moesten Syrië verlaten, wilden we blijven leven, zegt Yamen, netjes gekleed, leraar Engels. Hij heeft een kindje van 1 maand bij. Hij moet uren lang aanschuiven voor voedsel, het kind is ziek, er zijn geen medicijnen.
3000 vluchtelingen komen per dag aan in het kamp ZA ATRI. Dit kamp werd opgericht op 29 juli. Er was plaats voor 5000 mensen.
De laatste 1,5 maand is de toestroom fel gestegen. Het Kamp kan 70.000 mensen aan en er zitten 120.000 mensen. Het is een kamp van YNHCR.
Het kamp is klein begonnen, de voedselvoorziening was centraal gelegen. In principe had / heeft iedereen toegang tot water, voedsel, sanitair. Er wordt nu 2.000.000 l water per dag aangevoerd en dit is niet voldoende.
Het dagelijks leven gaat door: er is kinderopvang, speelruimte, een 3e school 6 van de 10 vluchtelingen zijn immers minderjarig.
Maar alle hulp geraakt niet tot bij de mensen, vertelt dezelfde Yamen. Ik kom hier naartoe en moet 4 dagen wachten op een tent. Yamen komt uit Damascus.
De toegangspoorten tot het vluchtelingenkamp is zeer druk. Mannen moeten aanschuiven en wachten.
Velen zijn gevlucht omdat hun familie en vrienden weden gedood of gevangen gezet: voor ons geldt inderdaad maar 1 ding: vluchten of sterven.
Shargi komt zijn moeder in het kamp vertellen dat zijn grootmoeder is overleden. Hij blijft niet maar gaat terug naar het front: vechten tegen Assad. Het gaat er zeer heftig aan toe, vertelt hij. Of ik al mensen heb gedood? Vraagt hij: 3 zegt hij grijnzend.
Jonathan Campble werkt in het kamp en vertelt het volgende: De voedselvoorziening is ondertussen achter een prikkeldraad gezet met een dubbel hek voor. Iedereen wil een plaatsje dicht bij de basisvoorzieningen. Maar hoewel de hulporganisaties aan decentralisatie werken is dit voorlopig nog niet mogelijk.
Hulpverleners en journalisten die in het kamp komen, worden aangevallen omwille van hun mooie kledij enz.
De Syriërs in het kamp komen uit een relatief welvarende positie. Ze zijn een trots volk met een rijke geschiedenis en cultuur en ze moeten hun standaarden heel erg aanpassen. Dit is totaal anders dan in heel veel vluchtelingenkampen elders in de wereld.
Ik heb al op heel veel plaatsen in de wereld gewerkt in vluchtelingenkampen. Deze is toch wel de moeilijkste, zegt hij. In het kamp zie je mensen rondlopen met een petje van Hugo Boss of een koptelefoon van WESC, het hype merk Deze mensen lijken uit Europa te komen en nu zitten ze hier in een Jordaanse woestijn, in een tent.
In januari vernielde sneeuwstormen heel wat tenten en infrastructuur. De winter zit er nu bijna op. Binnenkort is het zomer in de hete woestijn. En wat dan?
Tijdens de viering van Palmzondag werd de homilie ingepast in de verschillende lezingen. Het werden korte bezinningsteksten gelezen na onderdelen van het passieverhaal, volgens Lucas.
Na het hoofdstuk van de intrede in Jeruzalem
Meester, ik stond ook aan de kant van de weg, ook ik schreeuwde mijn keel schor en zwaaide de tak ,die iemand mij in de hand duwde, wild heen en weer. Ook ik was begeesterd en vol vreugde.
Nu zou het gebeuren!
Plots zag ik dat je me aankeek, het roepen stokte in mijn keel, ik zag je ogen en ik wist dat het niet was wat ik dacht, en ik zag dat Jij het ook wist. Ik ging in droefheid heen, de tak nog steeds in mijn hand.
Na de tekst van het laatste avondmaal
Weer was ik erbij! Ik zat aan de tafel en hoorde het gekrakeel rondom mij. Wisten ze het nu nog niet dat voor Jou andere dingen belangrijk zijn? Maar ook ik, wou zou graag dicht bij Jou zijn, ik wou ook graag in die zogenaamde glorie delen , in dat toekomstige koninkrijk.
De woorden die Je tot Petrus sprak raakten mij diep. Ik ben ook geen held , zou ik Je ook ,bij gevaar de rug toekeren? Ik hou ook van Jou maar , ben ik sterk genoeg in mijn geloof ?
Na de voorleiding door Pilatus
Ik stond, met zoveel anderen op het plein waar Je werd voorgeleid. Weer hoorde ik het geschreeuw , maar het klonk anders nu, hatelijk was het, opgezweept.
Ik keek om mij heen: waar was het vrolijke , het blije en verwachtingsvolle van gisteren gebleven?
Door droefheid overmand ging ik weg.
Na de kruisiging
Weer zag ik het allemaal gebeuren. Ik stond naast het kruis en zag hoe Je gebroken lichaam voorzichtig werd losgemaakt en zachtjes naar beneden gleed in de armen van wie Je liefhad. Ik zie de kruisafname van Rogier van der Weyden en ik ben de vrouw in het blauwe gewaad, Je moeder met het gelaat vertrokken en bleek van smart. De speer die in Jouw lichaam ging, doorboorde ook mijn hart.
Wat rest mij nog, ik ga naar huis om te wenen en te bidden. Drie jaar heeft het geduurd, 3 korte jaren maar om te luisteren naar Je woord, te hopen dat het anders zou worden. Zou het toch nog kunnen, mag ik toch nog op Pasen hopen?
Ik heb een beetje geaarzeld voor ik aan de preek voor vandaag begon. Omdat het lijkt alsof de lezingen tegenstrijdige signalen uitzenden.
Enerzijds bij Johannes, waar een vrouw ter sprake is, betrapt op ontrouw, op overspel, terwijl Jezus schijnbaar alles wat op zijn beloop laat en maar wat in het zand staat te schrijven.
Anderzijds bij Jesaja, waar de Heer aankondigt iets nieuws te gaan beginnen.
De laatste maanden, om niet te zeggen jaren, wordt ook de katholieke kerk, of vooraanstaande leden ervan, betrapt op ontrouw, op overspel. De tv-schermen en de krantenkoppen gonzen van de schandalen, terwijl de kerk alleen maar alles lijkt te willen toedekken met de mantel der liefde. Met als gevolg dat heel wat mensen die kerk de rug toe keren.
Pas zeer recent lijkt daarin verandering te komen. De voorbije weken haalde de kerk de krantenkoppen met heel ander nieuws. De oude paus die terugtreedt en het college van kardinalen dat in conclaaf bijeenkomt om een opvolger te kiezen.
Het lijkt wel alsof de kerk, net als de Heer bij Jesaja, aankondigt iets nieuws te gaan beginnen.
Een paar weken geleden, bij mijn vorige preek, deed Jezus opmerken: de mens leeft niet van brood alleen. Ik maakte toen een link naar het Onze Vader: eerst uw Rijk kome en daarna geef ons heden ons dagelijks brood. Zoek eerst het Rijk Gods en al het overige wordt er zomaar bovenop gegeven.
Vandaag is in het evangelie een ander thema uit het Onze Vader ter sprake: Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven .
Jezus staat daar niet zijn tijd te verdoen en wat in het zand te schrijven. Integendeel, Hij blijft zich niet blind staren op wat vroeger gebeurd is.
Ook nu weer ligt Jezus kracht in het zwakke en het kleine. Hij maakt duidelijk: niemand is zonder zonden, niemand hoeft stenen te werpen. God wil goed zijn voor ons allemaal, en wij hebben allemaal zijn vergevende goedheid nodig.
Ook zeggen ik veroordeel u niet, is een nieuw begin maken. Het is de steen (van veroordeling) in je zak laten zitten.
God wil wel degelijk iets nieuws beginnen. Hij wil met ons opnieuw beginnen.
Natuurlijk moet ik vandaag ook iets te zeggen over de nieuwe Paus.
Het lijkt inderdaad alsof de kerk, net als de Heer bij Jesaja, aankondigt iets nieuws te gaan beginnen.
Ik las dat deze paus een boek heeft geschreven, uiteraard in het Spaans, met als titel Sobre el Cielo y la Tierra, Over de Hemel en de Aarde. Ook hier herklinkt een thema uit het Onze Vader: (Uw wil geschiede) op Aarde zoals in de Hemel.
Paus Franciscus. Whats in a name?
Toen Johannes XXIII zaliger destijds zijn naamkeuze bekend maakte, zei hij: Ik zal Johannes heten omdat die naam mij dierbaar is. Het is de naam van mijn vader. Het is ook de naam van de parochie waar ik gedoopt werd en het is de naam van onze kathedraal, de basiliek van Sint-Jan van Lateranen. Ik hou van de naam Johannes, omdat hij gedragen werd door twee mannen die Christus heel nabij waren, Johannes de Doper en Johannes de Evangelist.
En nu kiest de nieuwe paus voor de naam Franciscus.
Hij verwijst daarmee naar de heilige Franciscus van Assisi, omdat hij veel liefde heeft voor de armen. Tegelijkertijd is het zeker een verwijzing naar Franciscus Xaverius, de medeoprichter van de jezuïetenorde.
Direct na zijn naamkeuze riep Paus Franciscus de Argentijnen op om niet naar Rome te komen voor zijn plechtige inhuldiging volgende dinsdag. Hij vroeg zijn landgenoten om het geld dat ze aan die reis zouden besteden, in plaats daarvan aan een goed doel te schenken. Daarmee zit hij meteen in de lijn van Franciscus van Assisi.
Van paus Franciscus weer terug naar het slot van het evangelie van vandaag.
"Ga en zondig niet meer" zegt Jezus tegen de vrouw.
Zijn antwoord is niet vrijblijvend. Zeker niet wat betreft huwelijks- en partnertrouw. Jezus heeft de huwelijksband altijd sterk benadrukt. Ook in de Bergrede. Hij wil zich nu niet tegenspreken.
Zo goedkoop is Gods barmhartigheid ook niet dat ze alles oogluikend toelaat. Gods goedheid vraagt dat wij in zijn barmhartigheid binnenstappen, door met zijn genade uit de zonde te willen stappen.
"Ga en zondig niet meer" geldt ook voor onszelf. Het gelijkt op de oproep die we al de hele veertigdagentijd op verschillende wijzen uitspreken: "zet de hak erin, woel jezelf om, stel je eigen gedrag in vraag, bekeer u.
Zich bekeren geeft opnieuw inhoud. Bekering is opnieuw gaan leven.
De parabel van de verloren zoon is toch wel een van de bekendste themas uit het evangelie.
Hoeveel maal zou dit thema al niet geschilderd, gespeeld, verfilmd, verteld geweest zijn?
Het gekke is ook dat we het verhaal meestal maar half lezen. We breken het af bij het happy end, als de jongste zoon weer thuis is en als het feest begonnen is. In de stijl van En ze leefden lang en gelukkig.
Het gekke is ook dat er enkel sprake is van een vader en zijn 2 zonen in het verhaal. Juist in de week van de nationale en internationale vrouwendag wordt er over een moeder niet gesproken. Tekenend voor onze kerk.
Toch wil ik u vandaag wijzen naar de houding van de zogezegd voorbeeldige oudste zoon.
Vooraf zou ik graag eens met een loopmicro tot bij ieder in de kerk komen en je de vraag stellen, niet welke van die 2 zonen vind je de braafste of de beste?, maar wel Wie van de 2 vind je de meest sympathieke?
De uitslag van de stemming zou wellicht heel uiteenlopend zijn. Ik probeer even te raden waarom je voor de oudste of de jongste kiest.
Sommige mensen hebben ongetwijfeld last met het gedrag van de jongste zoon.
Terecht!
Wat hij gedaan heeft is verschrikkelijk. Hij eiste van zijn vader niet alleen de verdeling van de erfenis, maar zelfs het vruchtgebruik ervan, wat je normaal pas krijgt als je ouders gestorven zijn. Zijn verzoek betekent dat hij de dood van zijn vader wil. Dat gebeurt op onze dagen nog: kinderen die het bezit van hun ouders opeisen vooraleer ze gestorven zijn. Of mag ik dat niet zeggen?
Maar bij die jongste zoon is er nog meer: Hij vertrok naar een ver land, staat er in het evangelie. Dat verre land is de wereld waar alles wat thuis als heilig werd beschouwd, geminacht wordt. Het is het land waar de waardes van thuis, de fundamentele normen, niet aanwezig zijn en waar je uitgebuit wordt totdat uw geld op is.
Terecht hebben vele mensen in de kerk niet gekozen voor die jongste zoon.
Toch ben ik ervan overtuigd dat velen een zekere sympathie hebben voor die jongste, voor die losbol, die nochtans een schande was voor zijn goed menende vader en zijn brave oudste broer. Waarom die sympathie?
Omdat de jongste op een bepaald moment tot het besef kwam dat zijn wangedrag tot niets dan doffe ellende leidde, hij keek zelfs hongerig naar het eten van de varkens, voor de joden de meeste onreine dieren die je niet mag aanraken, laat staan naar hun eten uitkijken. We voelen sympathie omdat hij tot oprechte inkeer en berouw kwam en aan zijn vader vergeving vroeg. In zijn verlorenheid steekt inderdaad nog iets sympathieks.
Het verloren-zijn van de oudste zoon is moeilijker thuis te brengen. Hij deed immers alles wat goed en verstandig was. Hij was gehoorzaam, plichtbewust en hij werkte hard op de boerderij van zijn vader. De mensen prezen hem om zijn voorbeeldig gedrag. Naar buiten toe was hij zonder fouten.
Maar, geconfronteerd met de vreugde en vergevingsgezindheid van zijn vader bij de terugkeer van zijn losbandige broer, barstten duistere krachten in hem los. Hij trok een lip op omdat er iets goeds gebeurde.
Dit is eigen aan ons, mensen, we trekken te snel een lip op en kunnen niet blij zijn als mensen iets goed doen.
De oudste zoon trok een lip omdat hij niet verdragen kon dat zijn vader aan zijn losbandige broer vergeving schonk en een nieuwe kans gaf. Wrok en vreugde gaan nooit samen.
De oudste zoon trok een lip op uit misnoegdheid omdat hij meende dat anderen niet dankbaar waren voor zijn voorbeeldig leven. Misnoegde mensen zijn altijd onsympathiek.
Er was ook een zekere jaloersheid. Hij was een beetje jaloers op zijn jongste broer die van het leven tenminste geprofiteerd had.
Daarom kan ik me best voorstellen dat bij een stemming in de kerk over wie van de 2 zonen de sympathiekste is, de oudste misschien niet zo hoog zou scoren. Terecht!
Of de oudste zoon op het feest van zijn jongere broer aanwezig was, vertelt het evangelie niet. Ik vrees dat hij met zijn pruilmondje buiten bleef staan. Dat is jammer.
De grote vraag is: Wie ben jij? De jongste zoon met zijn liederlijk verleden, maar bewust van zijn stommiteiten? Of de zelfgenoegzame oudste met zijn dikke onderlip?
En dan komen we terug naar de realiteit van vandaag. In Oeganda, in onze vastenactie, wordt er niet gesproken over te twist tussen de zonen, neen, het zijn de vrouwen die vooraan staan en het land bewerken.
Zij waren het slachtoffer van een verspillende levensstijl. Niet alleen van individuen maar van een verzetsleger waartegen men 20 jaar lang strijd gevoerd heeft. Strijd om zogezegd een staat op te richten gebaseerd op de bijbelse 10 geboden.
Maar ze waren ook slachtoffer van landen die té rijkelijk gebruik gemaakt hebben van hun aarde, hun ondergrond, en het voortbestaan ervan bedreigen.
De hak er in, niet alleen voor het onkruid maar ook voor de mentaliteit. De ommekeer bij hen, maar ook een kans om de wereldgemeenschap te herstellen.
Financiële solidariteit is delen van wat ons rijkelijk gegeven is. Dat kunnen we straks bewijzen.
En dit alles zonder vooringenomenheid voor iemands afkomst of uitzicht. Ik verduidelijk mij met een laatste vergelijking.
Een bekende spreker toonde aan zijn toehoorders een briefje van 50 vóór hij zijn conferentie begon vraagt hij: Wie heeft dit graag?
Iedereen stak zijn hand op.
Toen zei hij:
Ik ga dat briefje van 50 aan iemand van jullie geven.
Maar laat mij er eerst nog wat mee doen.
Hij verkreukelde het biljet en vroeg: Wie wil dit briefje nog?
De handen gingen in de lucht.
Goed, akkoord!
Maar wat zeg je als ik er dit mee doe?
Hij gooide het biljet op de grond, vertrappelde het zo erg met zijn voeten, dat het helemaal besmeurd was.
Toen vroeg hij: Wie wil dit biljet nog?
Vanzelfsprekend stak iedereen de hand op!
Toen zei hij:
Vrienden, onthoud uit wat ik met dit briefje gedaan heb, deze les.
Je wilt dat briefje nog altijd.
Omdat het besmeurd is, is het niet van waarde veranderd.
Dit is met mensen ook zo: meerdere keren in uw leven wordt ge gekrenkt, afgeschreven, vertrapt door de mensen, of door de gebeurtenissen in je leven.
dan heb je de indruk dat je niets meer betekent.
Maar in de ogen van wie je liefhebben ben je niet veranderd . (de liefde voor het 50 briefje verandert ook niet)
Welnu, de waarde van een mens hangt niet af van wat je doet of niet doet.
Je kunt altijd herbeginnen en uw doel bereiken omdat je in wezen blijft wie je bent.
Zo stond ik deze week, op een koude ochtend, in de lift van voetgangerstunnel naast een man met een versleten muts op, een versleten jas en een nog meer versleten broek. Hij droeg sloefen waar ik thuis mee rondloop, zonder kousen. Een schamele fiets en 1 plastiek zakje. Waarschijnlijk al zijn bezittingen.
Ik dacht, maar dit is de verloren zoon .daar moet ik zondag over preken. Hij is hier bij ons. Hij loopt hier rond.
Ik heb hem niet aangesproken, maar wel een glimlach gegeven, en dat deed hem zichtbaar goed.
Toch deze conclusie:
Er zijn zo veel verloren zonen in onze omgeving maar gelukkig zijn er ook goede vaders en moeders die hen terug opvangen.
Heilige grond - 3e zondag veertigdagentijd C 2013 - Fred
Derde zondag veertigdagentijd C 2013 - Zaterdag 2 en zondag 3 maart 2013
Eerste lezing: Exodus 3, 1-15 - 'Hij die is, zendt mij tot u'
Evangelie: Lucas 13, 1-9 - 'Geduld met de onvruchtbare vijgenboom'
Het evangelie begint vandaag met een verwijzing naar een nogal luguber tafereel.
Pilatus had het bloed van Galileeërs vermengd met bloed van offerdieren. Natuurlijk wordt dit druk besproken en becommentarieerd. Het roept weerzin op bij de mensen. Het is van een heel andere orde dan rundvlees gaan mengen met wat paardenvlees in diepvriesmaaltijden.
Waarschijnlijk is het zelfs een gruweldaad geweest van Pilatus, bedoeld om terreur te zaaien.
Het was immers zo dat in de Paastijd op het tempelplein in Jeruzalem heel wat lammeren werden geslacht. Bij dat gebeuren moet dan een opstand zijn uitgebarsten, die door Pilatus bloedig werd neergeslagen. Een aantal rebellen werd door de soldaten gedood en hun bloed werd dus vermengd met het bloed van offerdieren. Allicht wilde Pilatus daarmee het volk angst aanjagen en zo zijn macht verstevigen.
Terreur heet dat.
En onmiddellijk bijna rijst bij de Israëlieten de vraag wie schuld heeft aan het gebeuren. Waarom zijn juist deze mensen de slachtoffers van die gruweldaad? Wat hebben zij verkeerd gedaan? Waarvoor moesten zij gestraft worden? Jezus blokt die vragen meteen af. Zij hebben niet meer fout gedaan dan anderen, ze zijn niet meer zondaar dan jullie allen.
En laten we maar niet te meewarig of neerbuigend kijken naar de mensen uit die tijd. Ook wij zijn heel snel geneigd anderen met schuld of verantwoordelijkheid te overladen, als het misloopt in hun leven. Eigen schuld dikke bult, zeggen we dan. Ze hebben het zelf gezocht. Wie zijn gat verbrandt moet op de blaren zitten. Boontje komt om zijn loontje. Wie niet horen wil moet voelen.
Het zijn zinnetjes die we te pas, maar vaak ook te onpas gebruiken bij het opvoeden van kinderen, thuis en op school. En bij het beoordelen van anderen. Als iemand faalt, als een plan of een project mislukt, zal het wel hun eigen schuld zijn.
Jezus vertelt in dat verband een gelijkenis.
Over een vijgenboom die al drie jaar geen vruchten meer voortbrengt. En de eigenaar wil hem dan maar omhakken. Zijn geduld met die vijgenboom is op. Er moet maar een andere boom of plant in de plaats komen. Die boom heeft geen nut meer, brengt niets meer op, is economisch niet rendabel, heeft kansen genoeg gehad. Hak hem dan maar om.
We durven het ook doen met mensen. Het is niet meer zo wreed en meedogenloos als vroeger, toen leerlingen die lastig deden, meteen maar werden geschorst of van school gestuurd. Er is een probleem met een leerling, dus we verwijderen die leerling dan maar. Dat doen we niet zo gemakkelijk meer, maar toch horen we meer en meer de vraag naar repressief optreden.
Meer en meer wordt er gepleit om mensen maar snel en definitief uit de maatschappij te verwijderen. Om geen nieuwe kans meer te geven. Om geen gehoor te geven aan de overweging dat iedereen een tweede kans verdient.
Maar in de gelijkenis uit het evangelie dringt de wijngaardenier toch weer aan op een nieuwe kans. En het is niet eens meer de tweede kans waarvoor hij pleit. De vijgenboom brengt al drie jaar geen vruchten meer voort. Hij heeft dus al een paar keer een nieuwe kans gekregen.
En, laten we eerlijk zijn, steeds maar opnieuw nieuwe kansen geven, daar hebben wij het ook moeilijk mee. Er lopen af en toe processen, die uitgebreid aan bod komen in de media. En daar kunnen wij terecht de vraag stellen of de betrokkene daar echt nog wel een nieuwe kans verdient. Een kans die bijvoorbeeld zijn slachtoffers niet krijgen.
Het is in de realiteit niet zo gemakkelijk om evangelisch te blijven denken en handelen. Om in de taal van de gelijkenis te blijven: heeft die vijgenboom wel het recht om de grond van zijn heer te blijven uitputten? Zonder resultaat?
We kunnen dezelfde vraag stellen over de werkers van het elfde uur: hebben zij wel recht op een volledige dag loon? Heeft de verloren zoon recht op de vergeving van zijn vader en op het feest dat die voor hem wil geven? Heeft de overspelige vrouw recht op vergiffenis en nieuwe kansen?
En het gaat niet alleen daarom.
De wijngaardenier wil niet alleen de vijgenboom sparen. Hij wil ook de grond rond de boom opnieuw bewerken en bemesten. Hij wil de hak erin zetten. Hij wil niet alleen de boom aanpakken, maar ook de omgeving.
Wellicht moeten wij dat met mensen die problemen hebben of opleveren ook doen. Niet alleen de mens aanpakken en proberen te veranderen, maar ook de omgeving, de grond er omheen. Misschien zit daar het probleem. Breng de mensen in een ander milieu, geef ze nieuwe kansen in een nieuwe omgeving. Zoals in de televisiereeks rond de Bleekweide gebeurt.
Als we de grond degelijk bewerken, wordt het misschien ook heilige grond. En daarmee zitten we bij de eerste lezing van vandaag.
Waar Mozes in de woestijn de kudden van zijn schoonvader aan het hoeden is. De woestijn is een belangrijk bijbels beeld dat hoort bij de vasten. De woestijn staat voor leegte en daar houden wij niet zo van. Wij zijn drukte gewoon en daden en actie. Leegte en stilte maken ons onwennig en onzeker. Dat bleek een paar dagen geleden nog eens toen een praatprogramma op televisie werd onderbroken voor liefst twee minuten stilte. Het deed op zijn minst vreemd aan.
Maar in de leegte en de stilte van de woestijn komt Mozes God tegen.
En God noemt zichzelf: ik ben die is.
Ik zal er zijn voor u.
Ik zal er zijn ook voor die onvruchtbare vijgenboom.
Ik zal er zijn ook voor die mens die dreigt uitgesloten te worden.
Misschien moeten we ook proberen zo vaak mogelijk die houding aan te nemen: ik zal er zijn voor u
In een eucharistie-viering volgt na het evangelie meestal een preek of homilie. In onze parochie bestaat hiervoor (al jaren) een preekploeg. Ze bestaat uit een zestal mensen die, na onderlinge afspraak, geregeld een "preekbeurt" verzorgen. Momenteel zijn dat Ria, Hilda, Marc, Jan, Gie en Fred. Pastoor Herman maakt uiteraard ook deel uit van de preekploeg en komt zelf ook meermaals aan de beurt. De bedoeling van een homilie is niet een universele waarheid te verkondigen die iedereen verplicht moet geloven en zeker niet de mensen terecht te wijzen. In een homilie willen wij de lezingen uit de bijbel een beetje verduidelijken en trachten wij ze in verband te brengen met de actualiteit van vandaag. Dat is niet altijd even simpel en daarom proberen wij elkaar te helpen. Elke maand komen wij samen om de lezingen uit de bijbel te bespreken en elkaar te inspireren bij het opstellen van de preek. In deze blog publiceren wij niet alleen onze homilies, maar staan wij ook open voor uw reacties.