Zevende zondag door het jaar B 2009 - Zaterdag 21 en zondag 22 februari 2009
Eerste lezing: Jesaja 43, 18, 19, 21-22, 24b-25 - 'Ik vergeef uw ongerechtigheid' Evangelie: Marcus 2, 1-12 - 'Uw zonden zijn vergeven'
Ze kwamen een verlamde bij Hem brengen, door vier man gedragen hoorden we zojuist in het evangelie. En Jezus? Hij schenkt iets heel anders dan er van Hem verwacht wordt. Hij geeft vergiffenis van zonden. Daardoor begeeft Hij zich op een gevaarlijk terrein in de joodse traditie
Hij eigent zich iets toe wat eigenlijk alleen God toekomt: zonden vergeven . En zo komt Hij in conflict met de Farizeeërs. Het verhaal van de genezing van de lamme, neergeschreven door Marcus, is het eerste in een reeks van 5 twistgesprekken tussen Jezus en de Farizeeën. Iemand die het evangelie niet kent zou kunnen zeggen: het kan hier nog spannend worden.
Dragen, verdragen, meedragen, naartoe dragen, laten dragen. Daarover gaat dit evangelie: Dragen, al kan de persoon zelf geen stap meer verzetten. Mensen dragen mensen en mensen worden gedragen. Al voor we geboren waren, werden we gedragen in de warmte van de moederschoot, en nadien tot we als kind onze eerste stappen konden zetten. De bruidegom draagt de bruid binnen in zijn huis. Als we oud zullen zijn en te verlamd om nog op eigen benen te staan, zullen het weer mensenhanden zijn die ons van de rolstoel naar ons bed zullen dragen of uit het bed helpen en in de stoel zetten. Andere mensen zullen ons naar het graf dragen.
Het gaat vandaag niet alleen om de verlamde. Onze aandacht gaat ook naar de dragers. Wie waren de dragers die de verlamde naar Jezus brachten? Hun geloof in Jezus moet toch wel heel sterk geweest zijn. Ze wringen zich door de massa - die staat te drummen om een glimp van Jezus op te vangen - en langs de buitentrap klimmen ze op het dak, breken het open, en laten hun vriend zakken tot net voor de voeten van Jezus. Ze vertrouwen erop dat Jezus hem zou helpen en genezen
Toch wel sterk, mensen met zon geloof, met zon doorzettingsvermogen.
Ik wou dat wij allemaal zon dragers waren
Maar zijn we dat soms niet? Wij kennen toch ook verhalen over het dragen van mensen! Zij die de zieken bezoeken, hen troosten, aanmoedigen, naar hen luisteren, met hen naar de bibliotheek gaan, op burenbezoek gaan, gewoon bij een zieke gaan zitten als het zeer stil is rond hem, gewoon samen een klein wandelingetje doen
om maar eens buiten te zijn.
Zij die de mensen bezoeken die rouwen om iemand die ze verloren hebben. Hen een troostend woord toespreken, gewoon luisteren naar hun verhaal, naar hoe erg ze hem of haar missen
Mensen die gewoon eens aanbellen en vragen: gaat het? Dat zijn toch de dragers van onze tijd ! Ook zij geloven in wat ze doen en helpen anderen in hun miserie.
Sedert eind december hebben wij in onze parochie al moeten afscheid nemen van héél veel mensen en worden heel veel nabestaanden gedragen door hun omgeving. Vorige week nog, droeg men in onze kerk een kindje van 6 jaar naar voor om er afscheid van te nemen. Hoeveel mensen hebben niet helpen dragen? De juffen van de school, de leiding van de scouts, de kinderen van de klas, de buren, vrienden, familie.. en zoveel anderen. Soms zijn wij allemaal al eens drager. En soms moeten we ook al eens gedragen worden. Het is goed om dan voor mekaar klaar te staan.
De vrienden van de lamme in ons verhaal vertrouwden erop dat Jezus hen zou helpen, hun vriend zou genezen
Maar wat doet Jezus? Hij vergeeft hem zijn zonden ! Hun eerste reactie moet geweest zijn: daar zijn we toch niet voor op dit dak geklommen he!. Ze willen dat Jezus hun vriend weer op de been helpt. Maar Jezus weet blijkbaar, dat die man ook van binnen genezing nodig heeft, en dat hij misschien zelfs verlamd is, door zijn tekorten en zijn kleinheid, zijn zondigheid.
VRIEND, zegt Hij tegen hem je zonden worden je vergeven ! En dan horen we de bedenkingen van de schriftgeleerden: Wie anders dan God kan zonden vergeven? Maar juist de vergeving van zijn zonden wordt een kracht, die hem weer op de been helpt en hem DOET GAAN ! IK ZEG JE, STA OP, neem je bed en GA naar huis.
Wij hoorden in het evangelie dat het gemakkelijker is een verlamde te genezen dan iemands zonden te vergeven. Ook voor ons is het misschien gemakkelijker iemand een schouderklop te geven of moed in te spreken zodat hij of zij zich kan herpakken en er weer tegenaan kan. Het is veel moeilijker om iemand die ons werkelijk gekwetst heeft te vergeven, of iemand die werkelijk iets verkeerd gedaan heeft, te vergeven, of een hand uit te steken en te zeggen: zand er over of laten wij het weer goed maken
Goede vrienden, misschien herken je wel jezelf in die lamme. Misschien heb al eens dat gevoel, dat je geen stap meer vooruit geraakt. Op vele wijzen kunnen wij immers door het leven verlamd worden. Pijn of verdriet kunnen je adem afsnijden. Zogenaamde VRIENDEN kunnen je zo diep kwetsen of ontgoochelen, dat je aan alles en iedereen begint te twijfelen.
Hopelijk vinden we op zon momenten dan ook enkele DRAGERS, Dragers die ons optillen uit onze onmacht en ons voor een tijdje op hun schouders willen nemen. Dank zij het sterke geloof van de dragers kon de lamme tot bij Jezus geraken. Dank zij de dragers werd hij genezen.
Beste mensen, ik hoop dat we mensen die verlamd zijn mogen en kunnen dragen en dat we als we zelf verlamd zijn, gedragen worden door anderen
We hebben dus mekaar meer dan nodig, klein, onopvallend zichtbaar voor.. wie wil kijken. Zoals de eerste lezing zegt: Het begin is er al, ziet ge het nog niet? In deze verlammende tijd van economische crisis, wereldwijd, kunnen wij christenen tekenen zijn van veerkracht. We moeten ons geloof en ons vertrouwen aanscherpen. Ons niet laten verlammen, maar dragers te zijn. Daarom zegt Hij tegen ieder van ons: neem je bed op en ga, zodat de eigenlijk verlamden zeggen: zoiets hebben we nog nooit gezien.
Jan Van Noten , geïnspireerd door R. De Brandt en Frans Gheysen
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|
{START_AUTEUR} {STOP_AUTEUR}
|