Marcuse's eendimensionale mens - Aflevering 2: Nieuwe vormen van controle
Marcuse's
eendimensionale mens (1)
Aflevering
2: Nieuwe vormen van controle
Eendimensionaliteit
is er zowel in de samenleving (deel 1) als in het denken (deel 2)
maar er zijn alternatieven (deel 3). Op het vlak van de
eendimensionele samenleving bespreekt Marcuse eerst de nieuwe vormen
van controle.
De
technologie is erin geslaagd de slavernij comfortabel te maken
middels behoeftecreatie en bevrediging, terwijl het evengoed ten
dienste kon gesteld worden van de individuele vrijheid. De heersers
hebben zich het productieapparaat toegeëigend (2) en houden geen
rekening met individuele belangen. Wij moeten streven naar
economische, politieke of intellectuele vrijheid en "Het
feit dat dit alles niet realistisch klinkt is een aanwijzing niet
voor het utopisch karakter ervan, maar voor de geweldige krachten
die de verwerkelijking ervan tegenhouden." (3)
Onechte
behoeften worden ons opgedrongen: "'Onecht'
zijn die [behoeften] welke aan het individu worden opgedrongen door
bepaalde sociale belangengroeperingen die gebaat zijn bij zijn
onderdrukking: de behoeften die zware arbeid, agressiviteit, ellende
en onrechtvaardigheid laten voortbestaan. De bevrediging ervan mag
dan hoogst aangenaam zijn voor het individu (...)" ze
bestendigt de ellende. "( ) Dit soort behoeften bezit een
maatschappelijke inhoud en functie, welke bepaald worden door externe
krachten waarover het individu geen zeggenschap heeft. ( ) toch
blijven ze wat ze oorspronkelijk waren: voortbrengselen van een
samenleving waarvan het voornaamste belang onderdrukking vereist. Het
overheersen van behoeften die onderdrukking in de hand werken is een
voldongen feit." (4) Echte behoeften daarentegen hebben te
maken met de bevrediging van levensbehoeften, zoals voeding, kleding
en onderdak. (5) "Voor ieder bewust levend mens, voor ieder mens
met een geweten, voor ieder mens met levenservaring, die het
heersende maatschappelijk belang weigert te accepteren als de hoogste
wet voor zijn denken en zijn gedrag, is de gevestigde orde van
behoeften en hun bevrediging een feit, waarover hij zich vragen
behoort te stellen vragen naar wat
echt en onecht is."
(6)
Echter,
zolang men gemanipuleerd en geïndoctrineerd wordt, kan men die vraag
niet beantwoorden. (7) Bevrijding wordt bovendien moeilijker naarmate
rationaliteit, productiviteit en techniciteit toenemen. Men moet
eerst weten dat
men in slavernij leeft vooraleer men zich kan pogen te bevrijden. "In
deze samenleving vereist het netwerk van sociale controle een
overweldigende behoefte aan productie en consumptie van overbodige
rommel; een behoefte aan afstompende arbeid terwijl daar geen
noodzaak meer voor bestaat; een behoefte aan een soort ontspanning
die op een aangename wijze dit afstompingsproces voortzet; een
behoefte om bedrieglijke vrijheden in stand te houden (...)."
(8) "Vrije verkiezing van de meester schaft noch de meesters noch de
slaven af." (9) "Kan men
werkelijk verschil maken tussen de auto als plaag en als comfort?"
(10)
"( ) één van
de hinderlijkste aspecten van de hoogindustriële beschaving [is] het
rationele karakter van haar irrationaliteit. Haar productiviteit en
haar doeltreffendheid; haar vermogen het comfort te vergroten en te
verspreiden, overbodige rommel tot voorwerp van behoefte en
vernietiging tot opbouw te maken" (11) - dit is vervreemding.
Edoch: "In de
huidige periode echter schijnt het netwerk van
technologische controle de redelijkheid zelf te zijn ten bate van
alle sociale groeperingen en belanghebbenden - en wel in zon hoge
mate, dat iedere tegenspraak irrationeel en iedere tegenwerking
onmogelijk schijnt."
(12)
De
technologische werkelijkheid van massaproductie en massadistributie "[is] in de
'privé-ruimte' binnengedrongen en heeft haar steeds kleiner
gemaakt."
(13) Maar aldus wordt het kritisch vermogen ondermijnd. (14) De
oppositie verstomt. (15) Er is een "ingrijpende
verandering van al onze denkgewoonten". (...) "Ze helpt
ideeën en doeleinden in overeenstemming te brengen met die welke
door het heersende systeem worden geëist, ze in het systeem een
plaats te geven en die welke niet met het systeem zijn te verenigen
af te stoten." (16)
De
manieren van protest worden door het systeem zelf geboden en aldus
onschadelijk gemaakt. "Eendimensionaal denken wordt systematisch
bevorderd door de bedrijvers van politiek en hun leveranciers van
massa-informatie. Hun terminologie wemelt van hypothesen die zichzelf
geldig verklaren en die, doordat men ze onophoudelijk herhaalt en
tegelijk alle andere mogelijkheden doodzwijgt, hypnotische definities
of decreten worden." (17) "De
samenleving weert rigoureus een bepaald soort oppositionele
handelingen en gedragingen; bijgevolg worden de begrippen die erbij
horen illusoir of nietszeggend." (18)
"De 'list der Rede' werkt, zoals zij al zo vaak deed, in het belang
van de heersende machten." (19) "De hoogindustriële samenleving begint het stadium te naderen,
waarin een verdere vooruitgang een radicale ommekeer zou vereisen
m.b.t. de ingeslagen richting en organisatie der vooruitgang." (20)
Er is een "historisch alternatief ( ) voor een wereld
die voortleeft op de rand van een algehele wereldoorlog ( ) Het
huidige verzet tegen dit historische alternatief vindt een stevige,
massale basis in de onderworpenen. Het vindt zijn ideologie in het
feit, dat het denken en handelen streng georiënteerd zijn op de
gegeven feiten. De status-quo - bekrachtigd door de prestaties van de
wetenschap en technologie, gerechtvaardigd door zijn groeiende
productiviteit - tart iedere transcendentie." (21) "Wanneer de volledig ontwikkelde industriële samenleving zich
geconfronteerd ziet met de mogelijkheid tot pacificatie op grond van
haar technische en intellectuele prestaties, sluit zij zichzelf af
voor dit alternatief." (22)
"Een
organisatie gericht op vrede verschilt van een organisatie gericht op
oorlog." (23) "Het
leven als doel verschilt kwalitatief van het leven als middel."
(24) Maar "Een kwalitatieve omwenteling houdt eveneens in
een omwenteling in de technische basis waarop deze samenleving rust"
(25)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
7 januari 2022)
Verwijzingen:
(1)
Herbert Marcuse, De
eendimensionale mens. Studies over de ideologie van de
hoogindustriële samenleving,
uitg.
Paul Brand, 1968.
Oorspr.:One Dimensional
Man - Studies in the Ideology of Advanced Industrial Society,
Beacon Press Boston 1964.
(2)
Pag. 21: "Tegenwoordig
doet politieke macht zich gelden door haar macht over het
gemechaniseerde productieproces en over de technische organisatie van
het apparaat. De regeringen van ontwikkelde en hoogindustriële
samenlevingen kunnen alleen dán zich handhaven en veilig stellen,
wanneer zij erin slagen de technische, wetenschappelijke en
gemechaniseerde productiviteit die ter beschikking staat van de
industriële beschaving op gang te brengen, te organiseren
en te exploiteren."
(3)
O.c., pag. 22.
(4)
O.c., pag. 24.
(5)
O.c., pag. 24.
(6)
O.c., pag. 24.
(7)
O.c., pag. 24.
(8)
O.c., pag. 26.
(9)
O.c., pag. 26.
(10)
O.c., pag. 27.
(11)
O.c., pag. 28.
(12)
O.c., pag. 28.
(13)
O.c., pag. 29.
(14)
O.c., pag. 30.
(15)
O.c., pag. 30.
(16)
O.c., pag. 33.
(17)
O.c., pag. 34.
(18)
O.c., pag. 35.
(19)
O.c., pag. 36.
(20)
O.c., pag. 36.
(21)
O.c., pag. 37.
(22)
O.c., pag. 37.
(23)
O.c., pag. 38.
(24)
O.c., pag. 38.
(25)
O.c., pag. 38.
06-01-2022
Marcuse's eendimensionale mens - Aflevering 1
Marcuse's
eendimensionale mens (1)
Aflevering
1
We
maken het vandaag opnieuw mee: dit keer onder het voorwendsel van de
pandemie, verandert de wereld in een panopticum, de privacy wordt
vernietigd, de leugen regeert, de waanzin van het fascisme
schuimbekt, een totalitaire wereldregering verbergt zich en in de
ochtend van deze eindtijd verrijst aan de kim gelijk een zwarte zon
een afzichtelijke dystopie.
Kritiek
wordt niet langer geduld, de oppositie is zoek, meningen die het
'officiële nieuws' weerspreken, zijn uit de media weggeplukt, de
boekverbranding is terug, het internet filtert de critici en de
klokkenluiders eruit en op karaktermoord volgt alras moord zoals een
eeuw geleden de dichter Heine waarschuwde: waar men boeken verbrandt,
zal men uiteindelijk ook mensen verbranden.
De
zieners van weleer zijn derhalve opnieuw actueel: de grondlegger van
de dystopische roman Jevgeni Zamjatin (Wij, 1920), Oswald
Spengler (De ondergang van het avondland, 1918 en 1922) die
reageert op het vooruitgangsgeloof en de Verlichting, die aldus het
irrationeel karakter van de rationaliteit aan het licht brengt en die
betreurt dat de mens verworden is tot een door het geld
geconditioneerde burger, Aldous Huxley (Brave New World, 1932)
die de apathie aanklaagt, Charley Chaplin (Modern Times,
1936), Max Horkheimer (Traditionele en kritische theorie,
1937), die samen met Max Horkheimer De dialectiek van de
Verlichting schreef (1944-1947), George Orwell (1984,
1948), Hannah Arendt (Totalitarisme, 1951), Herbert Marcuse
(De eendimensionele mens, 1964).
Allen
zijn ze uiteraard schatplichtig aan eerdere denkers zoals Charles
Dickens die in Hard Times (1854) de loonslavernij aanklaagt,
Karl Marx (Het Kapitaal, 1867) maar ook de feitelijke
antimarxist Fjodor Dostojevski (De grootinquisiteur van Sevilla,
een raamvertelling in De gebroeders Karamazov, 1879 en
1880) en zelfs Friedrich Nietzsche die immers de kuddegeest
veroordeelt (Aldus sprak Zarathustra, 1885). Want terwijl Marx
de bourgeoisie tegenover het proletariaat plaatst, maken anderen
duidelijk dat de massamens zelf schuld heeft aan de maatschappelijke
malaise.
Hedendaagse
critici voegen in feite weinig toe aan wat deze denkers allang aan
het licht brachten, er is immers niets nieuws onder de zon, na de
industriële revolutie en het computertijdperk, schakelt met de
ingang der biowapens de demonische aanslag op de 'kroon van de
schepping' alleen maar naar een versnelling hoger.
De
studentenprotesten van 1968 maakten van Herbert Marcuse de meest
populaire aanklager van de systematische ontmenselijking en zijn
Eendimensionele mens verdient het daarom om opnieuw gelezen te
worden.
Herbert
Marcuse (1898-1979) maakt deel uit van de Frankfurter
Schule,
een groep maatschappijkritische denkers die door de
Nazi's uit Duitsland werden verjaagd en naar de VS vluchtten.
In
de inleiding van het genoemde hoofdwerk legt Marcuse meteen de vinger
op de wonde: het grootste kwaad schuilt in de afwezigheid van
maatschappelijke oppositie en kritiek.
De
tweede wereldoorlog werd beëindigd met de eerste atoombommen, door
de Amerikanen gedropt op Hiroshima en Nagasaki: met de technologie
bestemd om de natuur te temmen, wordt de massa overmeesterd. Deze
dreiging die nooit meer zal wijken, verlamt voortaan alle mensen.
Maar
we moeten ervan uitgaan dat het leven de moeite waard is, zegt
Marcuse, en we moeten ons inspannen om het te verbeteren want ook het
door Marx aangeklaagde onrecht is geïnstitutionaliseerd en men
berust erin. Onder dwang geeft men zich over aan de heersende machten
wiens extreme rationaliteit zelf irrationeel is. (Daarover schreef
ook Hannah Arendt, die in de realiteit van de concentratiekampen de
onafwendbare consequentie van de 'rationaliteit' van de nazi's zag).
Heersers
maken dat mensen handelen tegen hun eigen wensen en belangen in waar
zij zich onechte behoeften (en hun te kopen bevrediging) laten
aanpraten. "De
mensen moeten het tenslotte zelf leren
zien en zo zelf hun weg leren kiezen van onecht naar echt bewustzijn,
van hun onmiddellijk naar hun werkelijk belang."
(pag. 7) "Dat
kunnen zij alleen als zij de behoefte voelen om hun
leven te veranderen, het positieve te ontkennen, weerstand te bieden.
Juist deze behoefte weet de gevestigde samenleving des te beter te
onderdrukken, naarmate zij beter in staat is goederen te leveren
op grote schaal en de wetenschappelijke overmeestering der natuur te
gebruiken voor
de wetenschappelijke overmeestering van de mens." (pag. 7)
De
privacy wordt opgeheven: "In
deze samenleving heeft het productieapparaat de neiging totalitair te
worden; en wel in die mate, dat zij niet alleen de voor de
samenleving noodzakelijke beroepen, vaardigheden en mentaliteit
bepaalt, maar ook de individuele behoeften en verlangens. Zo wist zij
de tegenstelling tussen het privé bestaan en het openbare leven,
tussen de individuele en de sociale behoeften uit. (pag. 9) We
kunnen de technologie niet meer los denken van de wijze waarop zij
wordt gebruikt; de technologische samenleving is een systeem van
overheersing dat reeds op de opzet en structuur der technieken
zijn invloed uitoefent." (pag. 9)
(Wordt
vervolgd)
(J.B.,
Driekoningen 2022)
Verwijzingen:
(1)
Herbert Marcuse, De eendimensionale mens. Studies over de
ideologie van de hoogindustriële samenleving, uitg. Paul Brand,
1968. Oorspr.: One Dimensional Man - Studies in the Ideology of
Advanced Industrial Society, Beacon Press Boston 1964.
04-01-2022
Herbert Marcuse, De eendimensionale mens, 1964 (citaat)
Herbert Marcuse, De eendimensionale mens, 1964 (citaat)
Volgens de
Nederlandse onafhankelijke nieuwssite voor
financieel-economische onderzoeksjournalistiek (1) FTM
(Follow The Money) die onder meer de voetbalfraude aan het
licht bracht (1) en die zich tot doel stelt onderzoek te doen
naar mensen ( ) die zich, vooral financieel-economisch, misdragen
of de samenleving zwaar benadelen (1) ontduikt het Amerikaanse
bedrijf Pfizer via belastingparadijzen zoals Nederland waarschijnlijk
miljarden aan belastinggeld: de miljarden aan subsidies van de
overheid alsook de miljarden die buit worden gemaakt met vaccins. Uit
een onderzoek van de UvA bleek begin dit jaar dat ook andere
Amerikaanse bedrijven deze praktijk delen. Zo versluisde Google in
acht jaar tijd 128 miljard euro via Nederland naar Bermuda. (2) In
enkele uitzendingen van het Nederlandse televisieprogramma Zembla
wordt uitgelegd hoe multinationals geheime belastingdeals sluiten met
Nederland. (3)
Men
herinnere zich de uitspraken van de Vlaamse meester van de
tragie-komedie, Dirk Biddeloo, over het tweetal misdaad en
kampioenschap. Als misdaden maar groot genoeg zijn, worden zij alras
beschouwd als heldendaden; het gaat dan immers niet langer om
criminelen doch om kampioenen in de misdaad. Zo worden
massamoordenaars zoals Nero, Napoleon, Gengis Khan en Mao nog steeds
vereerd met standbeelden en naamplaatsen, dure alcoholische dranken;
bonbons en restaurants worden naar hen vernoemd. Pfizer maar wellicht
ook vele andere farmareuzen passen in hetzelfde plaatje. Via corrupte
politici bestelen zij in dit tijdperk zonder meer iedereen terwijl
zij het klaarspelen om door te gaan voor filantropen en voor helden.
Dat is uiteraard alleen mogelijk dankzij de kuddegeest en het geweld
van de conditionering die ervoor zorgen dat quasi allen braafjes
belijden dat ze uitkijken naar de volgens 'prik' of booster', dat ook
kinderen tot proefkonijn kunnen worden herleid en dat de beloofde
weldaad van de vaccinatie uitblijft of resulteert in haar tegendeel.
En collega-kampioenen in de belastingontduiking, meer bepaald de
eigenaren van het internet, zijn nu de nieuwe kampioenen in de
boekverbranding: zij zorgen er wel voor dat door de burgers via het
internet opgezette opstanden zoals enkele jaren geleden in het
Noord-Afrikaanse continent, zich niet meer zullen herhalen. Andermaal
de dichter Heinrich Heine: Dort
wo man Bücher verbrennt, verbrennt man auch am Ende Menschen."
(4)
Een zekere kwestie inzake de verplichting van vaccinatie
Een
zekere kwestie inzake de verplichting van vaccinatie
Iedereen
kent wel het verhaal van de man die onder de lantaarn naar zijn
sleutelbos staat te zoeken. Een voorbijganger vraagt hem waar hij de
sleutels verloren heeft. De man wijst naar een plek, een tiental
meter verderop. Maar waarom zoek je dan hier? - zo vraagt de
passant. En de man antwoordt: omdat het hier onder de lantaarn klaar
is.
Inzake het
zoeken naar maatregelen voor het indijken van staatsgevaarlijke
toestanden (zoals de huidige pandemie of wat daarvoor moet doorgaan)
gedragen heel wat regeringen zich op een gelijkaardige manier, in die
zin dat zij naar meer veiligheid zoeken waar zij die sowieso niet
kunnen vinden terwijl zij andere plekken waar mits relatief
eenvoudige maatregelen grote veiligheidsproblemen onmiddellijk
oplosbaar zijn, links laten liggen.
Zekere
regeringen gaan heel vaak ongegrond selectief te werk bij het bepalen
van die domeinen die als eerste in aanmerking moeten komen voor
regelvorming ter bevordering van goederen zoals staatsveiligheid en
volksgezondheid. Meer bepaald blijkt er dikwijls een niet
onaanzienlijke wanverhouding te bestaan tussen enerzijds geplande
maatregelen (en de te investeren middelen) en anderzijds de navenante
effecten. Zo krijgen somtijds die domeinen waar van doortastende
(vrijheidsbeperkende) maatregelen slechts een geringe impact kan
verwacht worden, de voorrang boven domeinen waar middels relatief
eenvoudige ingrepen ontelbare levens kunnen gered worden en
onnoemelijk leed vermeden.
Is het
verantwoord dat de verkoop en het gebruik van de harddrug alcohol
aangemoedigd wordt terwijl het gevaar daarvan voor het leven van
niet-gebruikers (aangetoond) gigantisch is? Alcohol, tabak en andere
drugs?
Tegelijk
wordt van regeringswege eindeloos getalmd waar het erop aankomt om de
productie en de lozing in het milieu van vergiften (verantwoordelijk
voor een alsmaar groeiend aantal 'kankerkinderen') aan banden te
leggen, als het al niet zo is dat deze vergiften niet als zodanig
kunnen worden erkend omdat het voorzichtigheidsprincipe, dat zegt dat
iets als schadelijk moet worden beschouwd zolang zijn
onschadelijkheid onbewezen is, door wie alleen uit zijn op gewin
geperverteerd werd tot een gedrocht, namelijk: dat iets onschadelijk
is zolang zijn schadelijkheid onbewezen blijft!
De
bewijslast wordt hier geheel schaamteloos in de schoenen geschoven
van de partij van de slachtoffers die uiteraard onschuldig zijn,
terwijl het in de rechtspraak een heilig principe is dat iemand als
onschuldig moet worden beschouwd zolang zijn schuld onbewezen blijft.
Bovendien geldt alom het zogenaamde voordeel van de twijfel om een
onrechtmatige veroordeling uit te sluiten.
Getuigt het
van een verantwoordelijk beleid dat ondanks de vele verkeersdoden,
het verstrekken van veilige accommodatie en maatregelen voor zwakke
weggebruikers (zoals de aanleg van veilige fietspaden en
oversteekplaatsen en het verbod op de verkoop van alcohol) achterwege
blijft?
Of die
selectieve aanpak te wijten is aan onkunde of aan corruptie is een
vraag maar een vaststelling is alvast dat hij feitelijk is in de
schoot van zekere regeringen. Echter, waar een selectieve aanpak
apert ongegrond is omdat met betrekking tot het individuele handelen
dat schadelijk kan zijn voor derden, vrijheidsbeperkende maatregelen
alles behalve in verhouding staan tot hun effecten (wat het geval is
telkenmale dringender en relatief makkelijk oplosbare kwesties ter
zake onbehandeld blijven) moet geconcludeerd worden tot onbekwaamheid
en/of onwil (mogelijkerwijze in gevolge corruptie) van regeringswege,
en in dat geval betreft het wel degelijk onkunde of onwil die met
mensenlevens moet worden betaald!
Kortom, een
regering die niet in staat blijkt om inzake deze kwesties selecties
te maken met maximale efficiëntie, verspilt haar middelen ten koste
van vele mensenlevens en moet derhalve met hoogdringendheid worden
afgevoerd terwijl haar leden moeten worden veroordeeld voor
uitgerekend datgene waarvoor zij anderen, en dan nog zonder grond,
wensen te veroordelen.
In de
zopas verschenen tekst van
het 'Belgisch Raadgevend Comité voor Bio-ethiek',
getiteld:'Advies
nr. 80 van 13 december 2021 betreffende de ethische uitdagingen van
een verplichte vaccinatie van de volwassen bevolking (18 jaar en
ouder) tijdens een pandemie' (1),
komt deze ons inziens fundamentele kwestie niet aan bod. Onwil of
onkunde? Of is het gewoon de verblinding ingevolge de massapsychose?
Wie zal het zeggen!
Het
atomiseren van mensen teneinde hen te kunnen reduceren tot de
partikels van een massa die vervolgens kan worden uitgebaat gebeurt,
zoals Hannah Arendt beschrijft, door hen van elkaar te isoleren en
dus door hun onderlinge communicatie te bemoeilijken of zelfs
onmogelijk te maken. Dat kan middels gevangenzetting en afzondering,
zoals dat vandaag wereldwijd gebeurt in het kader van de zogenaamde
pandemie, maar het is ook mogelijk om dit doel te bereiken met alleen
maar een psychosociaal en politiek instrumentarium dat zich dan
vertaalt in een aantal voorschriften welke verplicht moeten worden
nageleefd en waarvan de zwijgplicht of het spreekverbod niet alleen
als de omerta onder misdadigers wordt toegepast maar ook de regel is
in kloostergemeenschappen en in nog tal van andere al dan niet
geheime genootschappen, politieke verenigingen, holdings en
industrieën en wel in die mate dat het zich bezondigen aan spreken
er beschouwd zal worden als verraad, vals spel of spionage.
Naast
het spreekverbod, kunnen ook het lees- en schrijfverbod genoemd
worden of eerder nog het bevorderen van zaken zoals het analfabetisme
en de onderontwikkeling in het algemeen: alle hebben zij tot doel de
waarheid te doden en hem te vervangen door elkaar overstelpende
leugenachtigheden.
Ook
het onderling verdelen van de individuen om te vermijden dat zij
vriendschappelijke banden zouden smeden en dat zij zich zouden
verenigen, is een beproefde methode lang voorafgaand aan het in voege
treden van het Latijnse gezegde: Divide
et impera!
Dat gezegde drukt in feite kort en bondig uit wat Hannah Arendt zo
gedocumenteerd doceert in haar Totalitarianism:
de isolering van mensen welke hun eendracht breekt en daardoor ook
hun weerstand tegen vreemde overheersers.
Mensen
die behoren tot dezelfde groep staan van nature helemaal niet
vijandig tegenover elkaar omdat hun bezit evenals hun werk een zaak
is van de gemeenschap maar de installatie van het privaatbezit
gecombineerd met het schaars houden van de goederen die men in bezit
kan nemen, verdelen de oorspronkelijke gemeenschap in allemaal
individuen die dan niet langer samen werken maar die plotseling een
bijzonder onnatuurlijk gedrag gaan vertonen: zij proberen elk
afzonderlijk zoveel mogelijk bezit naar zich toe trekken, vandaag
meestal in de vorm van geld, waarmee ze bij de overheid of althans
bij de door de overheid bestuurde en gecontroleerde organen zaken
kunnen aanschaffen waarmee ze hun individuele noden kunnen lenigen.
Het concurrentiële karakter van de economie is een alom ingeburgerde
hefboom welke de gezagsdragers faciliteert in het geatomiseerd houden
van de massa's die dan als menselijk vee tot hun beschikking staan.
De
methodes om de productie van massamensen op te drijven zijn legio.
Het aan mensen ontnemen van hun moedertaal en de verplichting tot het
gebruik van een vreemde taal die zij echter nooit voldoende zullen
kunnen beheersen om zich in alle spontaniteit uit te drukken, maakt
de communicatie danig gebrekkig dat men er vanzelf van afziet
teneinde de frustraties die dergelijke folteringen meebrengen, te
kunnen ontlopen.
Het
induceren van allerlei tegennatuurlijke plichtplegingen,
beleefdheidsregels en protocollen of juist het afschaffen of het
verbieden ervan kan de communicatie stremmen en zelfs stopzetten,
zoals dat het geval is na de invoer van de nieuwste
hoogtechnologische 'communicatiemiddelen' die beschouwd moeten worden
als een vooruitgang terwijl zij precies het tegendeel bewerken
aangezien zij directe gesprekken van mens tot mens in de vlotste taal
en ondersteund door spontane mimiek en gebaren, vervangen door sterk
vertraagde, vervormde en gecodeerde mededelingen via instrumenten
welke bediend worden door een klavier dat pas middels bijzonder
tegennatuurlijke en ziekmakende bewegingen te bespelen valt. In wezen
gaat het hier allerminst om communicatiemiddelen maar wel om precies
het tegendeel: isoleringsmiddelen.
De
persoonlijkheid wordt weggewist mét het lichaam, het natuurlijke
communicatie-instrument bij uitstek waarin de mededeling en de
mededeler in een perfecte harmonie coëxisteren. De stem, het gelaat,
de mimiek, de gebaren, de bewegingen en de uitingen van het hele
lichaam dat daar waar communicatie aan de orde is, vereist wordt,
doch de grote afwezige is.
De
stemverheffingen zijn voortaan onhoorbaar en daarmee wordt ook niet
langer de ernst van het gezegde aan de lijve ondervonden; het
gefluister dat als een saus over de geheimen lag en dat ons de oren
deed spitsen in het verlangen naar een weten dat voor ons de
toegangspoorten tot de wereld opende, behoort al tot een ver
verleden. De productie van onpersoonlijke standaardlettertekens via
het getik op een standaardklavier is de doodsteek aan het handschrift
dat naast betekenisdrager ook tekening was of persoonlijke
illustratie, dat kanttekeningen toeliet, vergissingen en
verschrijvingen.
Naar
het geslacht van de gespreksgenoot moet voortaan expliciet worden
gevraagd, hij of zij kan de ander voor de gek houden, de leeftijd
blijft verborgen, de bibber of de vaste hand, de stemming, het
karakter, de voorzichtigheid of de hoogdringendheid, de schaamte, het
gevaar: alle persoonlijke nuances worden opgeofferd aan een
standaardtype waartoe elke mens herleid wordt.
De
belediging van het lichaam en die van het gevoel is moordend en van
de mens schiet niets meer over dan een afgietsel van een
standaardvorm dat dan ook vervangbaar is en derhalve overbodig. Het
zal worden teruggebracht tot een beheersbaar getal dat zo nodig
vermenigvuldigd kan worden ofwel gedecimeerd. De vraag rest echter:
waartoe bestaat het dan nog allemaal? Zal wat overschiet van wat eens
mensen waren, in die eindeloze ellende van zichzelf beroofd, dan niet
streven naar een spoedig einde aan het on-leven waarin het hopeloos
gevangen zit?
Het
volstaat om zich een ogenblik te bezinnen over het wonder van het
menselijk lichaam om zonder de geringste twijfel te kunnen inzien dat
de vervanging en derhalve de uitschakeling ervan door middel van
instrumenten die men de mensen doet begeren en waarvoor zij moeten
werken totdat zij er hun gezondheid bij inschieten en hun geluk,
zonde is. Steeds groter wordt de massa van degenen die het helemaal
niet erg meer vinden om in het eigen lichaamsvet gevangen te zitten
als zij maar de beschikking hebben over een Porsche om zich mee te
verplaatsen en te vertonen.
De
auto, de machine, het instrument dat gemak belooft maar wel in ruil
voor dikwijls onomkeerbare verminking, verblindt en vermoordt de mens
als zodanig en wat rest van de mens van voorheen is, paradoxaal
genoeg, een louter instrument, een ding, een onderdeeltje van de
massa die gehoor geeft aan een vreemd bevel, die zich in huiver
schikt naar de hem voorgeschreven regels, die zelfs niet meer van
vrijheid dromen kan omdat hij zich niet langer onderscheidt van de
werktuigen die hij hanteert met precisie volgens de voorschriften van
vreemde heersers. Hij is verdwenen 'zoals een gelaat in het zand aan
de grens van de zee'.1
(BRON:
Jan Bauwens, Het
grote interview met Omsk Van Togenbirger en andere teksten over de
totalitaire wereld, pp.
127v.)
Strijders voor eerlijke landbouw worden gecriminaliseerd terwijl aan het licht komt dat genetisch gemanipuleerde gewassen een gevaarlijk virus bevatten - zie: