Tweede zondag door het jaar C 2010 - Zaterdag 16 en zondag 17 januari 2010
Eerste lezing: 1 Korintiërs 12, 4-11 - 'Eén en dezelfde Geest, die aan ieder zijn gaven uitdeelt' Evangelie: Johannes 2, 1-12 - 'De bruiloft te Kana in Galilea'
Jullie kennen waarschijnlijk het schilderij de boerenbruiloft van Pieter Breugel. Er is veel volk aan tafel. Er wordt er muziek gespeeld, uitbundig gegeten en gedronken. Maar aan de feesttafel zit onder de luifel alleen
de bruid.
Het trouwfeest dat ons vandaag wordt voorgeschoteld, is ook zon eigenaardig feest. We weten zelfs niet wie er trouwen. Daarover wordt door Johannes met geen woord gerept. Het is een groot feest, waarop de familie, de vrienden en de hele buurt zijn uitgenodigd. Zoals daar gebruikelijk, duurde het feest verschillende dagen en werd er overvloedig gedronken. Het draait, zowel voor Breugel als voor Johannes duidelijk niet om de trouwers, maar om het feest. Breugel maakt er een wondere tekening van,
Johannes wil ons een wonderteken geven. Hij wil ons duidelijk maken dat er méér aan de hand is, en hij doet dat aan de hand van wat wij een wonder, een mirakel zouden noemen. Toch is zijn verhaal over de bruiloft in Kana maar een kapstok om er een teken van Gods tussenkomst bij de mensen aan op te hangen. Wij zouden dus ook een héél ander verhaal kunnen vertellen. Het hoeft niet over een feest te gaan. Het zou zelfs over een ramp kunnen gaan. Maar laten we het tussen mensen houden.
Over een huwelijk bijvoorbeeld. Niet bepaald een huwelijksfeest, maar een huwelijk dat al een aantal jaren loopt, en waar een beetje sleet op komt. De grote liefde is wat bekoeld door de sleur. Tevéél water in de wijn van elke dag. Of juist te weinig water, te weinig spoeling, zodat alles troebel wordt. De echtgenoten, we hoeven ze niet bij naam te noemen, want het zou best een beetje over onszelf kunnen gaan, zien elkaar niet meer zitten. Niet omdat er een ander zou zijn, maar omdat de atmosfeer, het water vervuild is. De filters zijn verstopt geraakt. Het water wordt troebel. Wees gerust, er komen geen politieke instanties aan te pas. Dit is géén Zennewater.
Iemand die het goed met hen meent (in een sprookje zou zij zeker een fee of een petemoei heten, maar bij Johannes is het Maria, de moeder van Jezus) legt de vinger op de wonde. Zij stelt vast dat de relatie is verschraald, verzuurd, verwaterd. Het is geen wijn meer is haar diagnose. Maar is er ook een uitweg, een oplossing? Petemoeien kunnen ook niet alles, en zeker niet alleen. Dus spreekt Maria haar zoon aan. Een gebed dus. Toch krijgt ook zij niet meteen respons, integendeel. Jezus antwoordt dat zijn tijd nog niet gekomen is. Toch is haar gebed het begin van een oplossing. Vol vertrouwen vraagt Maria aan de dienaars: doe maar wat Hij u zegt. En dan gebeurt het. Zij vullen de zes grote kruiken met water. Natuurlijk hadden zij kunnen antwoorden, letterlijk dan: loop zelf naar de pomp. Maar dat doen zij niet. Ook de dienaars hebben blijkbaar vertrouwen in die jonge Rabbi. Hooguit hebben ze binnensmonds gemompeld wij kunnen niet tóveren! Je kent deze spreuk waarschijnlijk wel, al komt ze niet van de Bond zonder naam: Het onmogelijke doen we direct. Wonderen duren iets langer. Op verzoek wordt er ook getoverd. En af en toe gebeurt er zelfs een mirakel
In het Italiaanse Marino, even ten noorden van Rome, is er eerste weekeind van oktober Druivenfestival. Al meer dan 400 jaar is het de traditie dat er dan wijn spuit uit de fontein op het dorpsplein. De inwoners van het plaatsje zien elk jaar reikhalzend uit naar die miraculeuze transformatie. Maar in 2008 liep het anders. Door een verkeerde koppeling stroomde de wijn uit de kranen van de bewoners van het stadje, tot grote vreugde van een groot deel van de bevolking dat snel flessen en emmers met wijn vulde. En terwijl de burgemeester de wachtende bevolking met glas in de hand probeerde te paaien met de woorden het onmogelijke doen we direct, maar wonderen duren iets langer, stroomde bij de propere huisvrouwen, die het gedoe op het dorpsplein juist wilden vermijden, de frisse wijn uit de keukenkraan.
Van water écht wijn maken gaat wel anders. Misschien gaat het niet zo snel als op het bruiloftsfeest bij Johannes. En meestal loopt het niet zo vlot als op het dorpsfeest in Marino. Er is tijd nodig om aan water de kleur en de smaak van wijn te geven. Ongeveer de tijd nodig om de druiven te laten groeien en rijpen om ze daarna te plukken en te laten vergisten.
Een relatie die in de loop van de tijd is uitgeblust, opgedroogd, kan alleen worden gevoed, door ze opnieuw bij de bron te brengen. Een relatie die in de loop van de tijd is vastgeraakt, vastgelopen, kan alleen worden losgemaakt, door er opnieuw tijd in te investeren. Misschien ongeveer de tijd nodig om aan water opnieuw de kleur en de smaak van wijn te geven. Is het méér wonder, naarmate het minder tijd nodig heeft of sneller gaat. Of is het minder wonder, naarmate je er méér tijd in investeert? Mij lijkt het alleszins méér wonder, als het effect ervan wat langer aanhoudt. Het (afval)water van de sleur vervangen door water van frisheid, is dat dan geen wonder? Ook al is het maar water, het eau-de-vie van het leven. Amen.
Inspiratie deels geput uit Het vat (van de liefde) is af door Kris Depoortere in Kerk & Leven van 6 januari 2010.
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|
{START_AUTEUR} {STOP_AUTEUR}
|