Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart - 14 en 15 augustus C 2007
In april dit jaar, toen het nog volop zomer was, was ik op een zondagnamiddag in Scherpenheuvel. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
En het verbaasde me dat er nog vele jonge mensen rondliepen. Jonge ouders met peuters en kleuters in de buggy, die een kaarsje kwamen branden, hun kinderen leerden een kaarsje branden... en daarna natuurlijk een trippel of een crèmeke op een terras. Ook dat hoort er bij!
We zien ze niet meer in de kerk, ze kunnen zeker Onze Lieve Vrouw van Vlaanderen niet meer meezingen. Maar toch is er iets in de Mariadevotie dat vele mensen aanspreekt.
Blijkbaar weten veel mensen zich aangetrokken door haar.
Met het aansteken van een kaars en het uitspreken van een gebed, voelen ze zich door Maria meer gekend en begrepen dan elders in de kerk.
Ze voelen aan dat Maria degene is die begripvol en met ontferming luistert, die trouw blijft aan elke mens, die omziet ook naar de geringste en de kleinste.
Zo zong ze het zelf uit in haar Magnificat. Een tekst die we vandaag in een geactualiseerde vorm hebben gelezen.
Het lied geschreven door Maria leert ons veel over haar. De tekst is geen persoonlijk, intiem dagboek. Het is gezongen geschiedenis: Wat een wonder wat ons nu allemaal te beurt valt! Het gaat goed met ons volk. Wat we al eeuwen hadden gehoopt, is geschied. De Messias wordt geboren. En ik mag een stukje zijn in dat grote heilsplan van God! Onrecht en ellende, oneerlijkheid en miserie hebben niet langer het laatste woord. De profeten krijgen eindelijk hun gelijk. De vernederde mens wordt in de hoogte gestoken en de verhevene wordt vernederd. Alles valt in de juiste plooi. Eindelijk!
Dat mocht Maria uitzingen. Ze componeerde haar lied door de mooiste teksten uit de oude boeken op een rijtje te zetten. Ze verzamelde verzen uit Samuël en het boek der psalmen. Zo maakte ze haar gedicht. Ze geeft taal en toon aan een lied voor een heel volk. Maria was geen soliste. Ze zong voor het verzamelde volk van Israël.
Het lied is echter nog meer. Het wordt ook over de grenzen gehoord: 'alle geslachten zullen me voortaan gelukkig prijzen. Het is dus ook voor alle generaties van mensen bedoeld. We zingen het tot op de dag van vandaag. Het wordt als het ware het nationale volkslied van elke christen.
Misschien is dat ook wel de betekenis van het feest dat we vandaag vieren? Ieder mens die deze woorden zingt, ieder mens die vanuit deze woorden leeft, is thuis bij God. Zijn hart gaat open voor elk lied over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, zoals hij die heeft bedoeld. Maria is dus heel welkom op Gods adres. De hemel is haar eigenlijke thuis, haar woonplaats voorgoed.
Dat alles leert ons een dubbele les. Maria is thuis bij de mensen. Ze werd door mensen geadopteerd. Liefde gaf haar duizend namen. Dat lied kennen duizenden Vlamingen. Ze zingen het niet met de tanden op elkaar, zoals onze helden op het voetbalveld. Verder is Maria ook thuis bij God. Ook daar wordt ze aangenomen en opgenomen. In haar voetspoor mogen wij volgen. Het Magnificat zal gezongen worden bij haar intrede.
Moge het ook eenmaal onze bestemming zijn!
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|