Tekst Een oeroude droom van Chantal Leterme verving de eerste lezing
Vandaag is het de tweede zondag van de Advent.
De advent duurt vier weken. Elke week wordt er een nieuwe kaars aangestoken.
Na die vier weken is het Kerstmis.
De advent valt dus in de donkerste tijd van het jaar.
In die donkere weken wordt onze aandacht gevraagd voor mensen die wat minder geluk hebben en voor wie het dus nog wat donkerder wordt.
Die aandacht wordt gevraagd door Welzijnszorg.
En zij roepen ons op tot solidariteit.
Dat is een beetje een moeilijk woord.
Het wil niet zeggen dat we een beetje meer geld in het mandje moeten leggen voor de mensen die het niet zo goed hebben.
Solidariteit gaat veel verder.
Om het duidelijk te maken ga ik een verhaaltje vertellen.
Het is niet zomaar een verhaaltje, het is echt gebeurd. Een aantal jaren geleden in de Verenigde Staten, in Amerika.
Het is gebeurd in de maand juni en op een universiteit, een hogeschool.
Net zoals in de lagere school en in het middelbaar zijn er dan examens.
En in het laatste jaar zijn er de eindexamens, die noemen ze de Graduations.
En die gaan altijd gepaard met een groot feest, waar iedereen wil bij zijn. De studenten die geslaagd zijn krijgen hun diploma en mogen dan op het podium komen en krijgen luid applaus.
Alle ouders zijn ook op het feest uitgenodigd en mogen in de zaal zitten waar de diploma's worden uitgereikt. En iedereen wil dan helemaal in het nieuw staan. Er worden honderden euro's uitgegeven voor nieuwe kleren, zowel door de jongens als door de meisjes. Iedereen gaat naar de kapper en wil zich zo mooi mogelijk maken.
Maar in het bewuste stadje waar het verhaal zich afspeelt was er één jongen die niet durfde te gaan naar dat feest, naar die graduation day. Het was een zekere Eduard en hij wilde niet gaan. Hij was dat jaar in januari ziek geworden, heel erg ziek.
Zijn ziekte heette leukemie en dat is een ander woord voor bloedkanker. En Eduard was daar heel ziek van geworden, maar ze hadden hem wel kunnen helpen en beter maken in het ziekenhuis. Maar daarvoor was hij bestraald en met chemo behandeld en daarvan kan je haar uitvallen. Het gevolg was dat Eduard helemaal kaal was geworden.
En met zo een kaalkop wilde hij niet verschijnen op dat grote feest. En zijn vrienden en zijn leraars probeerden hem te troosten en ze zeiden: "Kom aan, Eduard, je bent nu geslaagd, je hebt je diploma en niemand zal zich storen aan dat kale hoofd." En zijn ouders stelden voor om voor hem een heel mooie pruik te kopen of te laten maken. Maar Eduard was niet om te praten, hij wilde en zou niet naar het feest gaan.
Maar de dag van dat feest zeiden alle andere jongens thuis tegen hun ouders: "We gaan een paar uur vroeger door, want we hebben iets afgesproken, een verrassing voor iedereen en ook voor jullie. Je zal het wel zien als we op het podium verschijnen."
De ouders zaten in de zaal vol spanning te kijken en wat zagen ze: de hele klas kwam het podium op en iedereen zag dat ze naar de kapper waren geweest. Meer nog, ze hadden allemaal hun haar helemaal laten afscheren, ze waren volledig kaal.
En Eduard was erbij, zo fier en blij. Hij straalde omdat hij zijn diploma had verdiend en omdat zijn vrienden zo een bewijs van solidariteit hadden gegeven.