Als gij naar mijn woorden luistert. De woorden waarnaar we vandaag mochten luitsteren komen uit de eerste brief van Paulus aan de Korintiërs en uit het begin van het evangelie van Lucas.
Geleerde theologen hebben die twee teksten bij elkaar geplaatst omdat ze er een verband tussen zagen.
Ik wil samen met jullie naar dat verband op zoek gaan.
Het scheelt wel als je weet dat elk jaar tussen 18 en 25 januari in veel christelijke kerken de week van de eenheid van de christenen gevierd wordt. Een klein woordje uitleg.
Tweeduizend jaar geleden vertelde Jezus aan de mensen over zijn droom van een nieuwe wereld, waarin God voor de mensen zorgt als een liefhebbende vader of moeder.
Bij miljoenen mensen in heel de wereld leeft zijn droom nog altijd verder. Maar in de loop van de tijd raakte die grote groep volgelingen verdeeld, door allerlei redenen. Naast katholieken kwamen er protestanten, anglicanen, orthodoxen en nog anderen.
Het is een goed moment om daar precies nu bij stil te staan. In al die kerken werd er zopas nog Kerstmis gevierd. In al die kerken werd ook het bezoek herdacht van de drie Wijzen aan de pasgeboren Koning. Drie wijze mannen die ook alle drie afkomstig waren uit een andere wereld en een andere cultuur. En toch hadden zij "... Zijn ster zien opkomen en zijn gekomen om Hem te huldigen."
Als we de lezingen van vandaag bekijken door de bril van de droom van Jezus, die droom van eenheid onder de christenen, dan wordt het wel duidelijk.
Neem nu Paulus. Hij durft wel eens meer figuurlijk uit de hoek komen. Zo vergelijkt hij, in zijn brief aan de Hebreeën en ook iets eerder in zijn brief aan de christenen van Korinthe waaruit we vandaag lezen, het christelijk geloof met de hardlopers in een wedstrijd.
Vandaag doet Paulus, figuurlijk, aan die christenen van Korinthe, een oproep met handen en voeten, oren, ogen en een mond.
Zijn oproep is duidelijk: lieve vrienden, gelijk van waar wij komen, gelijk van waar we mee bezig zijn, jullie horen er allemaal bij, en we moeten het SAMEN doen. Wij allen samen zijn het lichaam van Christus.
Maar hoe zit het met dat optreden van Jezus waarover Lucas vertelt?
Lucas vindt die gebeurtenis zo belangrijk dat hij er al aan het begin van zijn evangelie over begint, omdat het hem zelf zo getroffen heeft.
Het gaat over het eerste optreden van Jezus in de synagoge van Nazareth, zijn parochiekerk als het ware.
Als we goed opletten, merken we dat ook Jezus het heeft over eenheid. Maar wel op een héél andere manier.
Hij neemt een van die oude bijbelrollen en leest voor uit de profeet Jesaja (Jesaja 61:1-3): "De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven".
Daarna rolde Hij het boek dicht, gaf het terug aan de dienaar en ging zitten. De ogen van allen in de synagoge waren op Hem gericht. Toen begon Hij hen toe te spreken: "Vandaag is het Schriftwoord dat u heb gehoord in vervulling gegaan".
Vrienden, zegt Jezus daarna, dit zijn misschien oude boeken, maar het idee erachter is geen oude brol.
Lieve inwoners van Nazareth, dit is een boek voor alle tijden en de woorden die erin staan moet je lezen met de ogen van nu. Dan zijn die woorden voor jullie, een Goede Boodschap. En die begint vandaag, die begint met Mij.
Lieve parochianen van Linkeroever, zegt Jezus tegen ons, je moet die oude woorden lezen met de ogen van vandaag. Dan houden zij voor jullie, mensen van deze tijd, nog altijd een Goede Boodschap in.
Het is een opdracht voor jullie, en die begint vandaag, steeds weer opnieuw.
We zingen van "Als je naar de woorden luistert". Hoe lang moet het nog duren voor ZIJN woorden ook ONZE woorden worden? Dat Jezus kan zeggen: Het is aan jullie, Ik zend jullie uit om, net zoals Ik, aandacht te hebben voor de armen en kleinen van onze tijd; om verdrukten en mensen die zinloos gevangen zitten, vrijheid te geven; om mensen die blind zijn weer te laten zien.
En doe het samen, want alleen ben je te klein. Wij allen samen zijn het lichaam van Christus.
Amen.