We vieren vandaag het feest van twee grote meneren, Petrus en Paulus. En de vakantie is begonnen. Dus gaan wij op stap met die Petrus en Paulus. Zij beschermen ons niet tegen stakende luchtverkeersleiders, files of andere reisziekten. Maar zij zijn wel ervaringsdeskundigen. En dat toch wel op een redelijk spectaculaire manier.
Denk aan het bevrijdingsverhaal van Petrus, dat wij vandaag hoorden in de eerste lezing. Op een werkelijk miraculeuze wijze wordt hij gered uit de gevangenis: een engel verschijnt, zijn boeien vallen af, wachters vallen in slaap, deuren gaan open en Petrus staat buiten, vrij.
Ook het leven van Paulus zit vol verhaal. Het spektakel begint al met het verhaal van zijn roeping, op de weg naar Damascus. Door een licht uit de hemel verblind, valt hij van zijn paard op de grond. Hij hoort een stem: Saul, Saul, waarom vervolg je mij? Paulus antwoordt: Wie bent u, Heer? Waarop de stem: Ik ben Jezus, die jij vervolgt. Hij wordt letterlijk door Jezus overdonderd.
Het is ongelooflijk wat er gebeurt als je besluit om met Jezus op pad te gaan.
Eigenlijk was Simon maar een eenvoudige visser, die met zijn familie leefde in Kafarnaüm, een dorpje aan het meer van Galilea. Het vissen heeft hij waarschijnlijk van zijn vader geleerd. Hij zal wel regelmatig naar de synagoge gegaan zijn. We weten dat hij getrouwd was. Zijn grootste kwaal is, dat hij nogal ondoordacht spreekt. En in zijn handelen is hij al even onbesuisd. Zo wordt verteld dat hij, bij Jezus gevangenneming, het oor afhakte van Malchus, een Romeinse soldaat.
En erg onfeilbaar blijkt hij ook al niet te zijn. Hij vergist zich nogal eens en een leugentje om eigen bestwil is hem niet vreemd. Maar geen haan die daar over kraait. En toch noemt Jezus hem vandaag Petrus. Dat betekent: steenrots!
Aan de buitenkant veranderde er waarschijnlijk niet zo veel. Voor zijn omgeving blijf hij gewoon wie hij was. Geen enkele medeapostel heeft er ooit aan gedacht om hun vriend Simon plots Petrus te gaan noemen.
Het is niet te geloven wat er gebeurt als je besluit om je door Jezus te laten leiden.
Saul was wel een geleerde jongen. Hij kwam uit Tarsis in Zuid-Turkije en was al jong naar Jeruzalem gekomen, om daar bij de geleerden de Schrift en de Wet te bestuderen. Hij wordt een gewetensvol Schriftgeleerde. Terecht is hij fier op zijn naam: Saul, zoals die grote koning van Israël.
Tot hij Jezus leert kennen. Van dan af heeft hij nog maar een doel in zijn leven: zijn zending voor die Christus ten uitvoer brengen, tot hij eens in Gods koninkrijk voorgoed met zijn Heer verbonden is.
Hij is niet langer de grote Saul. Niet ik leef, maar Christus leeft in mij, klinkt het nu. Van dan af aan noemt hij zichzelf Paulus. Dat betekent: de kleine, de geringe.
Zowel Petrus als Paulus hebben met, door en vóór Jezus heel wat doorstaan.
Petrus heeft Jezus live meegemaakt. Hij groeit in die tijd uit van visser tot visser van mensen, van trouwe leerling tot strijdvaardige leider. Om te eindigen met de marteldood aan het kruis.
Paulus groeit van felste vervolger tot felste verdediger. Hij overleeft allerlei tegenslagen, geselingen, een slangenbeet en een schipbreuk. Om te eindigen met de marteldood door het zwaard.
Ze hebben er ook allebei een andere naam aan overgehouden. Simon werd Petrus, Saul werd Paulus.
Twee heel verschillende mensen. Twee heel verschillende achtergronden. En toch zoveel gelijkenissen: ze zijn allebei door Jezus uitgekozen. Zij zijn allebei getuige van Jezus. Zowel Petrus als Paulus hebben als taak meegekregen om lief te hebben en te bemoedigen.
Petrus en Paulus, twee heel gewone mensen die, ieder op hun manier, soms klein en machteloos waren. Twee kleine mensen die geleidelijk gegroeid zijn in het liefhebben en ondersteunen van mensen.
Het is op dergelijke kleine, onvolmaakte mensen dat Jezus zijn kerk wil bouwen. Precies omdat ze klein, niet de grootste, willen zijn.
Het is met dergelijke mensen dat wij vandaag op vakantie, op reis, op stap trekken.
Aan alle Simons en Simonnekes, alle Sauls en Saulusen, maar ook aan alle Pieters, Pierres, Petras en andere Petrussen, Pauls, Paulas en andere Pollekes wens ik vandaag een zalig naamfeest en aan iedereen een fijne vakantie.
Amen.