Het is vandaag reeds de tweede zondag in de vastentijd.
Een periode die voor ons, Christenen een periode van bezinning en voorbereiding op Pasen moet zijn! Juist in deze periode horen wij iedere zondag een straf verhaal , zowel uit het oude als uit het nieuwe testament.
Het valt niet altijd mee aan deze teksten een duiding te geven die ze voor ons, nu, een waardevolle inhoud geeft. Voor mij springen twee woorden uit de beide teksten naar voren: bij Abraham hoor ik het woord vertrouwen en bij Jezus hoor ik bidden.
Blijven we even bij Abraham.
Dit verhaal, dat we hoorden in de eerste lezing, laat ons zien wat geloven is, nl. zich toevertrouwen aan Gods stem, wegtrekken uit vastgeroeste situaties en gaan op de weg die God ons voorhoudt, naar het land dat God zal tonen.
God wordt ervaren als een stem die opklinkt, die een oproep is. En Abraham stelt geen vragen maar doet wat hem gezegd wordt. Voor mij is dit een ultiem bewijs van vertrouwen in God en dus een onvoorwaardelijke wijze van geloof.
Kan dat? Zich zo ten volle overgeven aan Gods woord?
Het is niet iedereen gegeven. Wij laten ons te dikwijls gebonden voelen door de eisen van ons sociaal leven. Het is moeilijk om tijd te maken om bij onszelf en bij die innerlijke stem stil te staan en te luisteren, om te kunnen horen wat God ons misschien te zeggen of te vragen heeft.
Wij gaan niet naar de woestijn, om bij onszelf alleen te zijn. We klimmen niet op de hoogste berg om te bidden, we bewonderen het uitzicht en gaan voldaan terug naar beneden, blij om de prestatie die we geleverd hebben.
Zo komen we bij het tweede woord dat uit de verhalen tot ons komt: bidden.
Bidden maakt anders lees ik bij de auteur van het gelijknamige boek van J. Lescrauweat. Met drie van zijn leerlingen bestijgt Jezus een berg om daar alleen te kunnen zijn.
In de bijbel is een berg een locatie rijk aan symboliek, het is de plaats waar men God ontmoet. Ook Mozes werd geroepen op de berg van God, Abraham leerde op de berg Moria dat God geen kinderoffers eist. De berg is niet alleen de plaats waar men God ontmoet, het is een plaats waar men nieuwe inzichten krijgt. Wie een berg beklimt laat het alledaagse leven achter zich en kan vanop de top veel verder zien.
Petrus, Jakobus en Johannes zien Jezus daar op een andere manier dan hoe ze Hem kenden. Zij krijgen inzicht op de weg die Jezus zal gaan. Zij hebben daar een topervaring: zij horen de stem van God die hen beveelt naar Jezus te luisteren.
Het verhaal van Jezus gedaanteverandering is vergelijkbaar met wat we vorige zondag hoorden: de bekoring in de woestijn. Het is een teken van zijn heerlijkheid die gedurende zijn leven plaats vond, maar door de leerlingen pas na zijn dood en verrijzenis ten volle zal begrepen worden.
Wij kunnen ons nu wel indenken dat Jezus zich even wou bezinnen en voor zichzelf een keuze maken: ga ik ermee door met de moeilijke weg die God voor mij bereid heeft en neem ik het lijden erbij?
Of stop ik ermee en keer ik terug naar mijn vroeger bestaan? Is het zo dat het bidden en het contact met Elia en Mozes die verandering in Hem teweegbracht? Zeker is dat de leerlingen weinig zullen begrepen hebben van wat zich voor hun ogen afspeelde. Jezus dringt er bij hen op aan dat ze over het gebeuren zouden zwijgen. Hij wist maar al te goed dat het door niemand zou begrepen worden en dat het de tegenstand die Hij ondervond maar zou vergroten.
De twee teksten die we vandaag hoorden moeten voor ons een aansporing en een voorbeeld stellen: het vertrouwen van Abraham in de almacht van zijn God en de kracht van het gebed zoals we bij Jezus zien. Een gebed dat voor ons een rustig gesprek moet zijn waarin we vooral luisteren naar de stem die in stille momenten in ons klinkt en ons aanspoort om de goede weg te gaan, erop vertrouwend dat God altijd daar is, wanneer we Hem plaats geven in ons leven.
Ik wens U allen een zinvolle vastentijd toe.
Ik wil U nog graag een korte bezinning meegeven, beschouw het als een persoonlijk gebed:
Misschien ben ik geen mens met diepe inzichten,
ben ik niet begiftigd met wijsheid en kennis.
Maar ik hoop dat het mij nu en dan gegeven wordt
te zien en te horen waarheen mijn weg zal gaan:
dat ik mensen mag ontmoeten die mij brengen
waar ik volop mens kan worden naar Uw beeld.
Amen.
M.J.Janssens en G.Zuidberg