In ieder mensenleven, in iedere samenleving of maatschappij komen wel eens dagen of periodes voor die minder leuk, minder fraai en ronduit ook minder gelukkig zijn. En dan hebben we vaak de neiging om in de put te gaan zitten, omdat we onze eigen tegenslag of zelfs ons ongeluk gaan uitvergroten. En dan klinkt wel eens de uitroep: dat is een ramp!
Sommige mensen gebruiken dat woord ramp misschien iets te gemakkelijk. Het is helemaal geen ramp als je soep overkookt, je aardappelen aanbranden of je cake mislukt. Het is ook geen ramp als een proef of examen tegenvalt, zelfs heel zwaar tegenvalt. Het is vaak niet echt een ramp als je van werk moet veranderen, al kan dat lastig zijn. Het is ook geen ramp dat je een paar dagen ziek bent, of zelfs een paar weken of maanden.
Maar het kan zijn dat niet alleen één examen tegenvalt, maar een hele reeks en dat je hele jaar er dreigt bij in te schieten. En het kan ook dat je geen ander werk meer vindt, hoezeer je ook je best doet. En wat zeg je tegen iemand die niet alleen een paar maanden ziek is, maar intussen van de dokter krijgt te horen dat hij nooit meer echt beter zal worden?
En een echte ramp is het als zo een ziekte een grote groep van een bevolking treft, zoals bij een uitbraak van het Ebola-virus in Afrika. Of wanneer een fabriek sluit en honderden mensen hun job verliezen van de ene dag op de andere. Of als bosbranden tientallen mensen plots uit hun huizen jagen. Of wanneer we zien hoe miljoenen mensen moeten vluchten of de dood vinden in brutaal en voortdurend oorlogsgeweld. Dan hebben we het over mensen die het echt niet meer zien zitten, die de moed dreigen te verliezen.
De lezingen van vandaag gaan ook over zulke moeilijke en duistere tijden. De zon wordt verduisterd, de maan geeft geen licht meer, de sterren verdwijnen. Alles wankelt, maar dan wordt de komst beloofd van de Mensenzoon en die zal het licht voor iedereen weer laten schijnen.
Is het allemaal zo simpel? Komt er een oplossing uit de hemel voor die vele werklozen, voor die ontelbare slachtoffers van natuurrampen en oorlogsgeweld? Voor die mensen ver van hier die lijden onder vreselijke epidemieën en vergeefs wachten op hulp? Of ook dichter bij ons: voor mensen die onlangs een dierbare hebben verloren en met dat gemis verder moeten en opnieuw houvast zoeken in hun leven? Is het allemaal zo simpel?
Laat ik eens twee heel concrete rampen in herinnering brengen, we zijn ze zeker nog niet vergeten. Parijs: 13 november 2015: 5 aanslagen in een paar uur tijd, van het stade de France, over een paar cafés en restaurants tot de concertzaal Bataclan. Resultaat: 129 doden en 350 gewonden en ontelbaar meer mensen die in rouw en verslagenheid achterbleven.
En amper een paar maanden later: Brussel op 22 maart 2016. Spijkerbommen ontploffen in Brussels Airport en metrostation Maalbeek. Ook hier 35 doden en ruim 340 gewonden. En ontreddering bij zoveel gezinnen en families. Het woord ramp is hier wel op zijn plaats.
Bij deze twee recente gebeurtenissen, die we ons heel zeker nog herinneren, werd twee maal op dezelfde manier gereageerd. Mensen kwamen samen, massaal en in grote groep, en in heel sterke verbondenheid. En hun boodschap werd op vele manieren verwoord, maar kwam altijd hierop neer: wij moeten ervoor zorgen dat het kwaad niet zegeviert, dat wij positief blijven en samen blijven geloven in de toekomst.
Want het ging hier niet om natuurrampen, maar om rampen door de mens veroorzaakt en tot stand gebracht. En dan is het ook de mens die zijn verantwoordelijkheid moet nemen.
Vorige week zagen we iets gelijkaardig gebeuren. T
er gelegenheid van de honderdste verjaardag van de wapenstilstand, na één van de gruwelijkste periodes uit de voorbije eeuw waren er overal massaal bijgewoonde plechtige herdenkingen en altijd en overal klonk de roep: nooit meer oorlog!
In het evangelie is er het beeld van de vijgenboom, waarmee getoond wordt dat voor de natuur altijd een nieuwe zomer in aantocht is. Ook wij kunnen, na een zware en donkere periode ons leven weer in handen nemen. Elke genezing na een ziekte of een depressieve periode begint met een kleine aanraking. En bij een zwaar verlies zoeken mensen steun bij elkaar en vinden ze die ook vaak. Dat is zo bij een ziekte of overlijden in de familie, dat is zo bij een collectieve ramp. Na de aanslagen in Parijs en Brussel liepen mensen ook hand in hand door de straten, of kwamen gearmd en elkaar omhelzend samen.
Belangrijk is dat mensen de hoop bewaren en blijven geloven in de toekomst, wat er ook gebeurt.
We begonnen deze viering niet toevallig met een citaat van de oosterse wijsgeer Rabindranath Tagore: Het geloof is een vogel die zingt als de nacht nog donker is…