Het evangelie dat we zonet beluisterden is geschreven in de taal van toen. We moeten het hertalen om beter te kunnen begrijpen.
Op deze manier zal het zeker gemakkelijker zijn om er iets van op te steken. Voor sommige teksten moet je theoloog zijn om ze te kunnen begrijpen. Laat staan voort te vertellen, laat staan: er iets mee kunnen doen.
Het start met de woorden van Jezus
mannekes kom eens hier, ik ga jullie wat wijze raad geven voordat jullie vertrekken, de wereld intrekken.
Er staat Verkondig op je tocht: Het koninkrijk der hemelen is nabij
Nu zouden we beter zeggen:
Zeg tegen de mensen dat ze moeten streven naar een situatie dat het leven hier op aarde een hemel wordt. Dat alle mensen mekaar begrijpen, lief zijn voor mekaar, dat er geen haat meer is, enkel liefde.
En vooral: dat er vrede heerst. Vrede tussen volken, tussen etnische groepen, vrede onder de verschillende godsdiensten, vrede in uw straat, in uw familie
.
We lazen ook: Neem geen goud- zilver- of kopergeld, of een reiszak, sandalen en een stok
mee.
Dit kunnen we hertalen als:
Ik zou eigenlijk zo goed als geen bagage meenemen
. Want waar je ook naar toe gaat met dit goede nieuws, gaan we er van uit dat je overal welkom bent.
Dat wanneer je ergens werkt, de werkgever u voldoende zal geven dat je er van kunt leven, dat je u kunt kleden en ja, dat je zelfs op vakantie kunt gaan. (stok?)
En dan komt voor mij de belangrijkste zin uit dit zendingsevangelie.
Als het huis het waard is dat jullie er binnengaan
moge dan de vrede over dit huis komen. Maar als het huis jullie niet waard is
dan zou je zeggen: dan zit het er tegen, dan is het
deur gesloten
Maar dat zegt hij niet: hij zegt: moge dan de vrede naar jullie terugkeren
Ga verder met een vredig gezicht, met een vredige houding, oordeel niet, sla de deur niet toe en zeker, dreig niet en gebruik absoluut geen geweld om mijn boodschap te verkondigen.
Dit is in de geschiedenis wel anders verlopen.
Al moet ik zeggen. Ik ben 70 jaar en heb nog nooit een oorlog meegemaakt.
Wij leven hier al een beetje als in het rijk der hemelen
Ik geloof niet in een God die deze oorlogen wil. Ik geloof niet in een God die wil dat er voor zijn idee gevochten en gemoord wordt.
Ik geloof niet in een God die voor de oorlog van '14-'18, die we vandaag gedenken, wil dat er miljoenen sneuvelen in de meest erbarmelijke omstandigheden.
Ik denk niet dat er God is die wil dat mensen of volken mekaar uitmoorden.
Wij kennen de beelden van een kapotgeschoten Ieper. Geen steen staat nog op een andere. Geen huis staat nog intact.
Wij kennen de beelden van de stad Aleppo in Syrië, 100 jaar later. Geen steen staat nog op een andere, Geen huis staat nog intact.
Duzend en duzend soldaten. Altijd iemands vader, altijd iemands kind.
Of nog erger in Syrië: duzend en duzend burgers. Vaders, moeders, kinderen.
Onschuldig vermoord, na een erbarmelijk leiden.
Is het dan een troost te zeggen: Het koninkrijk der hemelen is nabij?
Neen, dan is er eerst nog heel veel werk te doen.
Laat ons beginnen met te gedenken.
Soms zijn er dingen die meer zeggen dan woorden.
Ik wil nu, tijdens dit herdenkingsmoment, gebruik maken van het kleinste orgeltje in deze kerk.
Een eerbetoon aan die miljoenen gesneuvelden. Een last post voor hen.
Met maar 1 vraag: nooit meer oorlog.
Muziek: Last Post
God zegen en beware hen allen.