Tweede Paaszondag A 2011 - Zaterdag 30 april en zondag 1 mei 2011
We hebben verhalen gehoord over vroeger, over wat er gebeurd zou zijn in de week van de verrijzenis van Jezus. Het waren geluksvogels, die eerste leerlingen, die Jezus in levende lijve hadden kunnen zien en zelfs betasten.
Toch denk ik dat we niet jaloers moeten zijn. Meer nog, het evangelie gaat volgens mij niet zozeer over hen, toen, lang geleden, maar over ons, nu, die Jezus niet zien... en toch geloven.
Wat staat er?
De eerste dag van de week... dat is vandaag. De leerlingen zijn bij elkaar.... dat gaat over ons. De deur is wel niet op slot, maar we zonderen ons toch wel af van de wereld, zeker nu, een wereld waar onze Kerk en over diepe overtuiging onder vuur ligt.
En dan, zegt Johannes, staat de Heer plots in ons midden.
Is het dat niet waarvoor wij naar hier komen? Is het dat niet wat wij proberen te geloven? Dat in het breken van het brood Jezus onder ons is, de verrezene?
In het tweede deel van het verhaal zijn we een week verder. Het is weer zondag. En daarna komt de volgende zondag, de volgende... zolang er leerlingen samen komen om rond Hem hun geloof te vieren, tot en met vandaag.
Johannes wil de leerlingen voor wie hij schreef tientallen jaren na het aards leven van Jezus, duidelijk maken wat er gebeurt als zij samen komen. Dan verschijnt de Heer in ons midden, en Hij zegt ons nu: vrede!. Niet bang zijn dus van de boze wereld buiten, niet treuren omdat Jezus dood is en begraven. En Hij spreekt niet alleen tot ons. Hij geeft ons ook nieuw leven: Hij blaast ons zijn levensadem in, zoals God bij de schepping het leven in de mens blies: Hij blies hem de levensadem in de neus: zo werd de mens een levend wezen.
In de kracht van dat nieuwe leven, als wij daarin kunnen geloven zonder te zien, worden wij gezonden, om dat leven door te geven aan al wie ervoor wil open staan. Wij worden verlossers, Hij zal in ons aanwezig zijn en in ons weldoende rondgaan, want wij zijn bezield door zijn Geest.
Wij krijgen hier dus een Paasverhaal en een Pinksterverhaal, twee voor de prijs van een. De Heer leeft midden ons, en Hij zendt ons, vandaag.
Die zending die we krijgen, is ook een verantwoordelijkheid. In de tekst klinkt het Als jullie iemand zijn zonden vergeven, dan zijn ze ook vergeven; als jullie ze niet vergeven, blijven ze behouden . Dat zijn woorden om over na te denken.
Ik wil u eerlijk zeggen, dat ik er zelf niet uit ben wat ze betekenen. Hoe moet ik omgaan met het kwaad dat mensen elkaar aandoen? Zal onze en Gods barmhartigheid ergens ophouden, of is er voor alles, ook voor het ergste, vergeving mogelijk? Toch durf ik geloven dat er voor ieder mens die tot berouw komt, vergiffenis mogelijk is, ook waar deze wereld niet meer kan vergeven.
Maar deze woorden betekenen ook dat het onze zending is het kwade in deze wereld te bestrijden. En in dit weekend staat er iets in de actualiteit, dat hier goed bij aansluit. Het is op 1 mei niet alleen feestdag van de socialisten, het is ook erfgoeddag.
Het thema klinkt tegenstrijdig: armoe troef.
We kunnen op verschillende plaatsen zien wat armoede vroeger betekende, en hoe men ermee omging. Maar hoe kan men armoe nu een goed noemen? De titel wil ons ook wel wakker schudden, denk ik.
Want armoede is geen goed, armoede is een zonde!
Ook als Kerk hebben wij steken laten vallen in de strijd tegen deze zonde: daarom dat Onze-Lieve-Heer nog altijd met de socialisten is, en het op 1 mei altijd goed weer is. En als we nu, in deze viering, weer uitgezonden worden om Zijn werk verder te zenden, kan die erfgoedzondag een gelegenheid zijn om na te denken over onze verantwoordelijkheid, persoonlijk en als gemeenschap, tegenover de armoede onder ons.
De eerste lezing herinnert ons daaraan. In de ideale voorstelling van de Kerk, die Lucas daar schildert, is geen plaats voor armoede, want zij hadden alles gemeenschappelijk. Dat klinkt ook al socialistisch...
Dit is een ideaal.
Als we ons vandaag open stellen voor ons geloof, zal de Geest ons wel ingeven hoe we kleine stappen kunnen zetten naar dat ideaal. Zo zullen we vreugde en vrede brengen onder mensen, de vreugde die opleeft als de Heer midden tussen zijn leerlingen aanwezig is.
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|