Pinksteren C 2007, 26 en 27 mei 2007xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
(Eerste lezing - Handelingen 2, 1-11)
(Evangelie - Johannes 20, 9-13)
Pinksteren, het sluitstuk van de feesten rond de persoon van Jezus. Pasen, de opstanding, Hemelvaart, het woord zegt het zelf en nu Pinksteren waar de belofte die Jezus aan zijn volgelingen deed, bewaarheid wordt. De belofte dat Hij een helper zal zenden die er voor zal zorgen dat ze zullen begrijpen wat er gezegd en gebeurd is.
De viering van de dag van Pinksteren, nl. de 50ste dag na Pasen, vinden we in het Oude Testament terug en dit op verschillende plaatsen. Joden vierden die dag het Oogstfeest: ze offerden vrijwillig de eerste vruchten van het veld. Later werd op diezelfde dag herdacht dat Jahweh neerdaalde op de berg Sinaï en een verbond sloot met Zijn volk.
Ook toen was er sprake van wind en vuur. Pelgrims die naar Jeruzalem kwamen om dit feest te vieren, kenden er de betekenis van. Wanneer ze, uitgerekend op die dag de leerlingen horen spreken, verstaan zij ieder in hun eigen taal wat gezegd wordt. Ze waren immers bereid te luisteren. Zo werden zij één groep, bezield met dezelfde Geest en hetzelfde verlangen wereldwijd één te zijn.
De apostelen, tot dan toe slechts leerlingen of volgelingen van Jezus, worden ook gegrepen door hetzelfde verlangen om die Boodschap uit te dragen.
Waar ze aanvankelijk dachten dat de Blijde Boodschap alleen bestemd was voor de Joden, werden ze door een innerlijke kracht zo begeesterd, dat ze uit hun vertwijfeling los komen en tot verbazing van iedereen een boodschap brengen, zo enthousiast dat iedereen het wel begrijpen moest.
Lucas vertelt ons de uiterlijke verandering die plaats vindt. Zij zijn geen twijfelaars meer, ze zijn apostelen geworden: gezondenen!
Door Gods Geest bezield, verdwijnt hun twijfel en angst en trekken vol geestdrift de wereld in. Aan ieder die luisteren wil, spreken ze over de heerlijkheden van God die het welzijn en het geluk van de mensen wil en hoe zijzelf daaraan kunnen en moeten werken.
Het feest van Pinksteren herinnert er ons aan dat het een stil feest is, maar dat telkens opnieuw gebeurt zowel in de kerk als in ons eigen hart. De Geest, die de Twaalf begeesterde, werkt nog steeds. Hij is als de wind die alles in beweging zet. Het is Gods adem die alles in leven houdt, die lucht en veerkracht geeft.
Het is de Geest die maakt dat wij als Christenen toch een beetje een andere kijk hebben op de wereld, de mensen om ons heen, kortom op het hele leven. Wij weten ons van de aarde waarop we leven maar tegelijk weten we ons burgers van hemel!
Dat weten en geloven we door de Geest ons door Jezus nagelaten en door de Vader ons ingeblazen.
Tot besluit een prachtig citaat en doordenkertje van een mij onbekende auteur:
Doorheen Jezus zie je de Vader
Maar door de Geest zie je wie Jezus was.
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|