Tweede zondag van de Advent C 2009 - Zaterdag 5 en zondag 6 december 2009
Eerste lezing: Filippenzen 1, 3-6,8-11 - 'Onberispelijk op de dag van Christus' Evangelie: Lucas 3, 1-6 - 'Heel de mensheid ziet Gods redding'
Het is voor mij elk jaar een grote opluchting als rond 15 november de heilige man van zijn boot stapt aan het Steen. Dan weet ik dat hij dit weekend weer Piet bij mij de schouw instuurt, want van één ding ben ik zeker: hij mag mij nog altijd bij de brave kinderen rekenen... dat hoop ik toch...
Nu is er verleden jaar een rel losgebarsten rond het hoofd van de brave Sint. Er waren boze stemmen opgegaan om te eisen dat het kruis van de mijter van Sinterklaas moest verdwijnen. Want de kindervriend was de vriend van alle brave kinderen, en die zijn niet alleen katholiek, maar ook humanist of Joods of moslim. En ook dit jaar is daarover ruzie gemaakt. Verwijten vlogen rond van onze kant naar de andere, de inquisitie werd weer van stal gehaald, de godsdienstvrijheid hoog in het vaandel geschreven, de christelijke wortels van onze westerse beschaving opgegraven, enfin, een stevig stukske ruzie waarbij katholieken en niet-katholieken dapper over en weer schoten.
Tot er ergens iemand - van de katholieke kant, geloof ik - schuchter zijn vinger opstak en beleefd zei dat het waarschijnlijk allemaal om een misverstand ging. Want dat er op de mijter van de katholieke bisschoppen nooit een kruis gestaan had. En dat Klaas, toen hij nog bisschop van Myra was, zelfs geen mijter had gedragen, want dat dat toen de mode nog niet was. Einde discussie.
Aan deze discussie moest ik denken, als ik las wat er vandaag in de brief aan de Filippenzen staat: dat uw liefde steeds rijker wordt aan ware kennis en fijngevoeligheid in alles, om te kunnen onderscheiden waar het op aan komt. Waar het op aankomt... we maken ons dikwijls druk over dingen ook in zake geloof en zeden waar het niet zo op aan komt, denk ik. In de warboel en de conflicten waarin wij en onze samenleving leven, is het niet zo eenvoudig om te weten waar het op aan komt. Vele profeten trompetteren hun groot gelijk uit, links en rechts.
In tijden van Sinterklaas en kerstballen zouden we gaan denken dat het erop aan komt de grootste cadeaus te kopen niet voor niets stond er op de kruisloze mijter van sinterklaas een soort dollarteken... Om te weten waar het op aan komt, moeten we de stilte in, zoals Johannes de Doper de woestijn in is getrokken.
Advent is zo'n woestijntijd. We herinneren ons nog misschien de iets ouderen onder ons dat we dat ook als een soort vastentijd beleefden. In de stilte horen we misschien zijn stem, die ons oproept tot bekering. Onze kromme wegen, die slingeren tussen gekwetste ijdelheid en machtsdrang en schijnwaarden, kunnen recht getrokken worden, recht naar het geluk dat God ons wil geven.
Dat geluk, aan de einder van de advent, komt tot ons in de kwetsbare, lieve gestalte van een kind, met zijn arme moeder en vader overgeleverd aan de willekeur van een harde maatschappij. Soms hoor ik mezelf en anderen zeggen: kerstmis is veel te zacht, te romantisch, al dat engelengezang en kaarsjes. Ik denk dat dit fout is gedacht. Kerstmis is een lief feest. Kerstmis wordt het feest van de zachte, kwetsbare liefde. Het mysterie waarin wij proberen te geloven is groot, wij kunnen niet heel zijn betekenis in één begrip of in één feest samenvatten. Pasen is geweldig, de triomf over de dood, een feest van overwinning. Maar hetzelfde mysterie dat ons in leven houdt, is ook zachtheid, begrip, liefde, kwetsbaarheid. Een kwetsbaarheid die niet zal ten onder gaan, dat is Gods belofte.
Over die kwetsbaarheid spreekt Paulus in de brief aan de Filippenzen. Het is maar als wij fijngevoelig worden in de liefde, dan we weten waar het op aan komt. Alleen dan vinden we de gerechtigheid die komt van Jezus Christus. In die gerechtigheid wordt het leven mens-waardig, voor iedereen, ook voor de kleinen, de zwakken, de mensen op de dool, de mensen die onderaan de ladder gevallen zijn in de strijd om het recht van de sterkste.
Dat prediken, is prediken in de woestijn. Die boodschap roeit tegen de stroom in, tegen het recht van de sterkste, het vechten om het eigen belang, ook ons eigen belang. Onze samenleving heeft die tegendraadse roeiers echter hard nodig. Laten we samen in ons wankel bootje tegen de stroom in blijven roeien. Ons einddoel is de kwetsbare zachtheid van een pasgeboren kind. Die zachtheid is sterker dan alles wat in deze wereld de fijngevoelige liefde dreigt te verstikken.
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|
{START_AUTEUR} {STOP_AUTEUR}
|