Gedachtenisviering
In dit evangelie staan ongeloofwaardige dingen.
Over die schulden, bijvoorbeeld.
Een schuld van tienduizend talenten, ik bespaar jullie de berekening, dat is een fenomenaal bedrag, zo'n slordige zes miljard. Daglonen. Ik laat de slimmeriken uitrekenen hoeveel euro dat ongeveer zou zijn.
Die sukkelaar met zijn 100 denariën, dat is al wat redelijker. Want een denarie is een dagloon, dus honderd daglonen. Dat is iets, maar niet uitzonderlijk.
Maar die zeventig maal zeven keer vergeven, hoe realistisch is dat? Wie is daartoe in staat?
Er staan in het evangelie nog veel meer van die uitdagende teksten. Ofwel leg ik die naast me neer. Ofwel laat ik me toch uitdagen. Want het zijn geen teksten te nemen of te laten. Van af het allereerste begin van de christelijke gemeenschappen is er over de boodschap van Jezus gediscussieerd.
Het is belangrijk deze tekst in verband te brengen met de rest van het evangelie. En dan is het voor mij duidelijk dat, als Jezus over onze plicht om te vergeven spreekt, het ook altijd gaat over het vergeven van iemand die berouw heeft, die inziet dat er fouten gemaakt zijn. Denk maar aan de verloren zoon.
Maar het is ook duidelijk dat Jezus de lat heel hoog legt. Onmenselijk hoog. Goddelijk hoog. Want er staat in het verhaal dat het de koning is, God, die bereid is de grootst mogelijk schuld te vergeven. En die van ons hetzelfde verwacht.
Daar valt veel meer over te zeggen dan mogelijk is in een preekje. Ik pik er maar één detail uit: dit verhaal vertelt ons dat we nederig moeten zijn. Want wijzelf staan ook zwaar 'in schuld', tegenover de Vader. Alles hebben we van hem gekregen.
Als we het geluk hebben om een eerbaar leven te leiden, is dat omdat we daar de mogelijkheden toe hebben gekregen. Ook dat karakter, die deugdzaamheid, die wilskracht, ook ons verstand, ook ons lichamelijke en geestelijke kracht, we hebben het gekregen. Als we in een andere wieg hadden gelegen, wie weet wat voor mens we nu zouden zijn...
Als we dat beseffen, kunnen we in staat zijn om anderen veel te vergeven. Zo kunnen we een tegengewicht zijn, een tegenstroom, in een wereld die geen fouten verdraagt, perfectie eist, onbarmhartig weigert om een echte nieuwe kansen te geven aan wie in de fout gaat.
De lat ligt hoog. Ook Jezus weet dat we dikwijls de lat niet halen.
Maar hij heeft vertrouwen in de mens, ook in ons.
En hij zal ons altijd een nieuwe kans geven.