We hoorden het in het openingswoord en de mensen die al meer dan een halve eeuw meegaan, kennen het nog. Elke week naar de kerk gaan was vroeger een zondagsplicht. Wie 's zondags geen mis bijwoonde beging een zware zonde. En vijftig, zestig jaar geleden werd de mis op zaterdagavond ingevoerd. En die was evenwaardig aan de zondagsmis. Ze telde dus ook, zoals dat toen heette.
Ik herinner mij dat één van mijn nonkels de humorist in de familie er iets op gevonden had. In dat jaar viel Allerheiligen een verplichte feestdag - op een zaterdag en we moesten dus twee dagen na elkaar naar de mis gaan. Maar toen waren er in Ekeren twee missen op zaterdag, één om zes uur en één om zeven uur. Wat deed mijn slimme nonkel? Hij ging om zes uur naar de mis, ging buiten en maakte een kleine wandeling en ging de kerk weer binnen. Zo had hij twee maal zijn zondagsplicht vervuld en kon hij toch nog uitslapen.
Het leidde tot discussies in de familie. Telt dat wel? Was hij in orde of had hij toch gezondigd? We kunnen er nu eens mee lachen en het leidt bij ons niet meer tot gewetensproblemen. Maar eigenlijk gaat het hier ook om het verschil tussen de letter van de wet en de geest van de wet. En gaat het dus over de thematiek van de lezingen van vandaag.
Nemen we bijvoorbeeld onze eigen houding en gedrag in het verkeer. We weten allemaal dat we geen alcohol mogen drinken als we nog moeten rijden, dat we ons aan de toegelaten snelheid moeten houden, dat we geen GSM mogen gebruiken, dat we altijd veilig vastgeklikt moeten zijn. Maar onze belangrijkste zorg is eigenlijk: was er geen controle? We hadden een glas op, we reden te snel, maar oef: we zijn niet gepakt.
Ik las ergens de reactie van een bestuurder die werd tegengehouden omdat hij het rode licht had genegeerd in een verlaten straat. De agent vroeg hem: "Had je niet gezien dat het licht rood was?" "Jawel", zei de man, "maar ik had jou niet zien staan". Het zou helpen als we ons altijd bewust zouden zijn van de zin en de noodzaak van verkeersreglementen. We gebruiken geen GSM achter het stuur, niet omdat het niet mag en ons een boete kan opleveren, maar omdat het ronduit gevaarlijk is. Hetzelfde geldt voor alcoholgebruik, het negeren van verkeersborden en overdreven snelheid.
Maar het gaat natuurlijk niet alleen over verkeersovertredingen. In zijn evangelie heeft Jezus het over strikte verboden in de Joodse wet, die eigenlijk vanzelfsprekend lijken. Je mag niet doden, je mag anderen niet bedriegen, je mag je vrouw niet verstoten, je mag geen meineed plegen. Natuurlijk mag dat niet, dat wisten toen alle Joden in het publiek al lang. Maar Jezus gaat nog een stap verder, of een heleboel stappen. En daarvoor is het belangrijk dat we een onderscheid kunnen maken tussen de geest en de letter van de wet.
Je mag niet doden, zegt Jezus, dat vinden we natuurlijk allemaal. Iemand doden wordt door niemand goedgepraat. En ook fysiek geweld keuren de meesten af. Maar je moet je broeder ook niet uitschelden of vernederen. Je kan mensen het leven heel zuur of zelfs onmogelijk maken, zonder hen lichamelijk te kwetsen of te doen lijden. Soms kan een reeks twitterberichten voor mensen veel pijnlijker zijn dan echte vuistslagen.
Maar die twitterberichten zijn moeilijk te controleren of in regeltjes te vatten. En dan zijn we meestal heel goed in het vinden van een uitleg of een uitvlucht voor ons gedrag. Ik bedoelde het zo niet, er zijn toch ergere dingen, hij is eigenlijk begonnen, wij worden altijd geviseerd enzovoort.
En heel vaak is dit onze insteek: als het niet uitdrukkelijk door de wet verboden is, dan mag het. Zo is vaak onze redenering. En meestal kunnen we nog gelijk halen ook, als we ons beperken tot alleen maar de letter van de wet.
Als we kijken naar de geest van de wet, moet onze vraag zijn: wat is eigenlijk de zin van deze voorschriften? Wat is het nut of het voordeel ervan voor andere mensen om ons heen? En dan komen we weer bij de titel van deze viering: het zit in het hart.
Wie probeert te leven naar de geest van de wet, leeft niet volgens theoretische voorschriften, die gemakkelijk te betwisten of anders uit te leggen zijn. Wie probeert te leven naar de geest van de wet, draagt die wet in het hart. En zal een zegen zijn voor andere mensen.
Ik wil om te eindigen nog even terugkeren naar de eerste lezing. Die kwam uit het boek van de wijsheid van Jezus Sirach. Een wijsheid die niet gebaseerd is op ingewikkelde wetten en voorschriften. Een wijsheid die we niet kunnen betwisten en toch in al haar eenvoud wordt geformuleerd. God heeft niemand bevolen te zondigen en aan niemand toelating gegeven om kwaad te doen.