Als je uitkijkt naar iets of iemand die gaat komen, dan wordt je geduld (danig) op de proef gesteld.
Denk maar aan de kinderen die weken lang hebben uitgekeken naar de komst van de Sint. Het joodse volk, de Israëlieten, kijken al eeuwen lang uit naar de komst van de Messias.
Jacobus (we weten niet over welke Jacobus het gaat) heeft het in de eerste lezing over geduld. Zoals de boer wacht op de vruchten van zijn land, zo moeten wij ook wachten.
Vorige zondag hoorden we Lucas in het evangelie (Luc. 3. 1-6) nog vertellen over Johannes die in de Jordaanstreek begon met dopen en op te roepen tot bekering. In het evangelie van Mattheus vandaag, vernemen we dat diezelfde Johannes de doper in de gevangenis is beland, en zich van daaruit afvraagt of Jezus de Man is die we moeten verwachten.
Laten we eens luisteren naar het antwoord van Jezus: Ga aan Johannes vertellen wat je hoort en ziet: blinden zien weer en kreupelen lopen, melaatsen worden rein en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de goede boodschap verkondigd. Gelukkig degene die geen aanstoot aan Mij neemt.
Jezus wist ook dat zijn toehoorders geen schriftgeleerden waren. Daarom geeft hij aan zijn leerlingen wat meer uitleg over Johannes:
Waarom zijt ge naar de woestijn gegaan? Wat zijt ge daar gaan zien? Toch niet naar het riet dat beweegt met de wind? Waarom dan wel? Om iemand in verfijnde kleren te zien? Mensen in verfijnde kleren vind je in de paleizen van de koningen. Maar waarom ging u dan? Om een profeet te zien? Ja, zeg Ik u, zelfs meer dan een profeet.
Hij is het over wie geschreven staat: zie Ik zend mijn bode voor u uit, om voor u de weg te banen.
Omdat zijn toehoorders geen schriftgeleerden zijn, gaat Jezus zelf in de Schrift op zoek naar voorbeelden, die Hij dan met hand en tand aan hen uitlegt.
Blinden zien weer en kreupelen lopen, melaatsen worden rein en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de goede boodschap verkondigd, is Zijn antwoord aan de leerlingen van Johannes.
Die tekst komt eigenlijk uit de profeet Jesaja (Jes. 35, 1-6a.10) en Jezus las hem al voor bij zijn allereerste confrontatie met de schriftgeleerden in de synagoge van Nazareth (Lucas 4,16-30). We kunnen gerust stellen dat het Jezus' lievelingsstukje uit de Bijbel is, want ook vandaag leest Hij het weer opnieuw.
Juist omdat zijn toehoorders geen schriftgeleerden zijn, begint Jezus aan de bouw van het Rijk van God, niet door grote kuis te houden, niet door te veroordelen en te liquideren wat Hem in de weg staat.
Maar door aandacht en zorg te hebben voor de kleinen en de zwakken, de armen en de zieken, de gekwetsten en de hulpelozen, voor al die eenvoudigen, die óók moesten meekunnen in zijn verhaal..
Dat is Zijn manier om de Blijde Boodschap te verkondigen.
Misschien zijn de schriftgeleerden van toen wel zoals de computerdeskundigen van vandaag.
Ik weet ook dat jullie, op een enkele uitzondering na, géén computerdeskundigen zijn. Dat jullie niet allemaal een GSM hebben en zeker geen computer, en dat er bij die smartphone of met die computer ook bij jullie wel eens iets mis loopt. Maar je moet daarvoor niet bang zijn, en je er zeker niet voor schamen.
Ook ik vergeet wel eens een wachtwoord. Ook mijn computer raakt wel eens helemaal geblokkeerd. Ook ik heb me wel eens geld laten aftroggelen door een vals mailtje van oneerlijke mensen. Ondertussen weten we dat, zelfs bij diensten die het zouden moeten weten, zoals bij de politie van Zwijndrecht twee weken geleden of vorige dinsdag nog bij de stad Antwerpen, wel eens iets misloopt met de beveiliging. De IT-experten hebben misschien nog tot het eind van de maand nodig om alles terug in orde te krijgen.
Maar ook de computerdeskundigen van vandaag zijn, zoals de schriftgeleerden van toen, blijkbaar niet altijd verstandig of slim genoeg.
Iedere keer als Jezus aan zijn leerlingen verscheen waren zijn eerste woorden: Vrede zij met jullie! Het is onze intentie om de boodschap van Jezus te vertalen naar onze tijd, altijd weer opnieuw. Daarom klinkt er ook bij ons, net als bij Jezus, telkens weer een vredeswens.
Daarom willen ook wij aandacht blijven houden voor de kleinen en eenvoudigen, zelfs met de jongeren die hier meestal niet talrijk aanwezig zijn.
Daarom juist is er die zorg voor het ecologische en andere zaken waarvan ook de jonge mensen wakker liggen.
Daarom is onze parochie niet bang om moderne middelen te gebruiken: alle teksten worden geprojecteerd, er staan zonnepanelen op het dak, er is ledverlichting en airco in onze kerk, de parochie heeft een website en alle documenten, vieringen, preken, worden opgeslagen op een centrale computer.
Maar ondanks al die dingen, weten we dat een heleboel mensen géén digi-taal spreken, géén internet gebruiken, géén computer of smartphone hebben. Misschien omdat ze er een beetje bang voor zijn. Toch heb je vandaag een GSM of computer nodig om je bankverrichtingen op te volgen of overschrijvingen te doen, om te solliciteren naar een job, om afspraken te maken bij de dokter of op het gemeente-huis, of om je belastingen in te dienen via Taks-on-web.
We weten dat we er nog ver van af zijn. In deze adventstijd vraagt Welzijnszorg onze aandacht voor de digitalisering die voor vele mensen een drempel vormt. En drempels houden mensen klein. We zijn misschien niet allemaal vertrouwd met de pc, maar in de coronaperiode werd het gemis van een pc een échte drempel omdat het vaak de enige manier was om contact te houden met vrienden en familie. De gevolgen kunnen ver reiken, vooral wie het niet breed heeft. Het wordt een digitale doolhof waarin mensen verloren lopen en uitgesloten worden.
Die digitale drempel kan ook worden toegepast op de woorden van Jesaja. Met een beetje hulp kunnen mensen weer moed vatten en ook digitaal weer zien, weer genezen, weer horen, en een betere toekomst krijgen. Met onze inzet kunnen we uitsluiting bestrijden. Onze inzet kan zich financieel vertalen met steun aan Welzijnszorg. Zij zetten zich in voor een samenleving zonder armoede en uitsluiting. Daarom vandaag die omhaling of die mandjes op deze derde zondag van de advent.
Aan mensen weer inzicht en uitzicht geven, ook dat is een Blijde Boodschap.
Amen.