In de eerste lezing nodigt God Abraham uit om eens naar de hemel te kijken en de sterren te tellen. In een droom laat God aan Abraham zien hoe het verder zal gaan met zijn nakomelingen.
In het evangelie trekt Jezus met Petrus, Johannes en Jakobus een berg op om te bidden. Terwijl Hij aan het bidden is, zijn daar opeens Mozes en Elia, in een schitterende omgeving. Ze praten met Jezus over wat er binnenkort in Jeruzalem gaat gebeuren.
In feite gebeurt dit ook in een droom, want Petrus en de twee anderen zijn in slaap gevallen. In de droom die ze dromen zien ze hun Jezus stralend tussen die twee mannen die bij Hem stonden.
En Petrus, we weten hoe Petrus is, wil meteen van dat schitterende moment een eeuwigheid maken. Hij zegt enthousiast tegen Jezus: "Meester, goed dat wij hier zijn, laten we drie tenten bouwen, één voor U, één voor Mozes en één voor Elia". Terwijl hij nog aan het spreken is, komt er een wolk voor de zon, komt alles in de schaduw.
Ik kan vandaag niet anders dan denken aan die ene droom, van dominee Martin Luther King, op 28 augustus 1963: "Ik heb een droom dat het op een dag... vanzelfsprekend zal zijn dat alle mensen gelijk geschapen zijn... dat op een dag de zonen van voormalige slaven en die van de voormalige slavenhouders samen kunnen aanschuiven aan een tafel van broederschap. Ik heb een droom dat op een dag... mijn kinderen zullen leven in een land waar zij niet beoordeeld zullen worden op de kleur van hun huid, maar op de inhoud van hun karakter. Die droom heb ik vandaag".
En terwijl ik die woorden van Martin Luther King herhaal, hoor ik opnieuw de woorden uit de eerste lezing: "Kijk eens naar de hemel, Abraham, en tel de sterren als je dat kunt."
Daarbij denk ik aan de hemel boven Oekraïne. Een hemel met donkere wolken, die alles overschaduwen. Een hemel zonder sterren, met enkel luide knallen en explosies, waarvoor mensen alleen bang kunnen wegkruipen.
Martin Luther King moest zijn droom 5 jaar later bekopen met de dood.
Ook Jezus moest zijn droom, misschien maar 5 maanden later, bekopen met de dood aan het kruis.
Vraag is hoeveel mensen de droom van een agressieve macho wereld-mis-leider, nog geen 5 weken later, met hun leven zullen moeten bekopen.
Intussen staan of zitten wij hier, even verbouwereerd als die drie apostelvrienden van Jezus. Wat kunnen wij doen?
Drie tenten bouwen is even weinig zinvol als wat Petrus wou doen.
Mee gaan vechten is nog veel minder zinvol.
Maar lijdzaam afwachten nog het minst.
In deze vasten vraagt Broederlijk Delen onze steun voor Colombia. Een zelfde soort broederlijke steun betuigen aan het Consortium 12-12 voor Oekraïne, lijkt mij alvast een goed alternatief.
Aan het begin van deze viering zei ik: "telkens opnieuw laat God zich zien: aan Abraham in een droom, aan Jezus' leerlingen op de berg, waar Jezus in gebed is". In en met dat gebed kunnen we meer bereiken dan we wel denken.
Ook wij kunnen bidden. Daarbij telt niet de hoeveelheid maar wel de intensiteit van ons gebed.
Zullen we, als we straks het Onze Vader bidden of zingen, niet alleen denken aan 'ons' dagelijks brood, niet alleen aan 'onze' schulden, maar, nog meer dan anders bidden om verlossing van het kwade?
Een paar weken geleden, toen wij deze viering in elkaar staken, was er in Oekraïne nog geen vuiltje aan de lucht. Op z'n minst zagen wij dat vuiltje niet zitten. En plots is het conflict, dat er misschien al jaren bestond, geëscaleerd en uitgegroeid tot een echte oorlog. Een koude oorlog is voor onze ogen ontploft in een verschroeiende brandende strijd, die pijn doet aan het oog en aan het hart.
Wat is het probleem met Colombia? De Colombianen op het platteland willen in vrede leven en genieten van de opbrengst van hun grond. Maar ongeveer de helft van de landbouwgrond is in het bezit van rijke grondeigenaars. En die willen niet liever dan hun gronden aan transnationale bedrijven in concessie gegeven voor mijnbouw. Onder de groene heuvels zit namelijk goud.
Dan wordt moeilijk. Want die mijnbouw is enorm belastend voor mens en milieu. Het verontreinigt de bodem en het water, met nefaste gevolgen voor de lokale gemeenschappen. Hun omgeving wordt onleefbaar en hun rechten worden met de voeten getreden. Er bestaan nochtans gemeentelijke akkoorden die mijnbouw verbieden. Maar het mijnbouwbedrijf respecteert die niet en doet verder.
Ik weet niet welke van die twee oorlogen het meest schrijnend is, de oorlog tegen de honger in Colombia of de oorlog voor de macht in Oekraïne, die beiden een strijd zijn van een kleine David tegen een grote Goliath.
Ik weet wel dat er, bij gelijk welke oorlog, geen winnaars zijn, alleen verliezers.
Abraham kon zich enkel vasthouden aan die belofte voor de toekomst om weg te trekken uit slavernij en ballingschap. Jezus vraagt aan zijn leerlingen om het even los te laten, om terug af te dalen naar de dagdagelijkse realiteit.
Want met alleen dromen voor je ogen, zie je die realiteit misschien onvoldoende.
Een realiteit die conflicten en oorlogen inhoudt en ons meer dan ooit doet hunkeren naar vrede en ons aanzet tot solidariteit met alle mensen die door die oorlog worden getroffen. Een realiteit die ook klimaatveranderingen inhoudt en die ook bij ons zichtbaar en voelbaar wordt in overstromingen, branden en grondwaterschaarste.
Ook voor ons is het hoog tijd om te luisteren naar Moses en Elia, naar de wet en de profeten en om, zoals Jezus, ernaar te handelen.
Laten wij het met hen in gedachten even heel stil maken...
God van Abraham, God van Jezus, God van Martin Luther (en in betere momenten zelfs de God van Vladimir Poetin), maak Uw belofte van vrede waar met een plaats voor alle mensen die zoeken naar leven.
Doe ons groeien in bereidwilligheid en vastberadenheid om onze talenten in te zetten voor een wereld waarin recht gedaan wordt aan kwetsbaren, waarin water, voedsel, vrede en vrijheid is voor iedereen.
Amen.