Zesëntwintigste zondag door het jaar C 2016 - Zondag 25 september 2016
--- Kies voor de arme ---
Ik denk aan moeder Theresa. Er was bij haar heiligverklaring ook kritiek te horen. Het was, onder andere, een moeilijk mens. Ook een heilige kan lastig zijn. Pater Damiaan was ook gene gemakkelijke. Niet perfect dus. Maar in al haar onvolmaaktheid toont moeder Theresa ons een van de meeste belangrijke en ongemakkelijke uitdagingen van het evangelie: dat we de armen moeten liefhebben. Omdat God de armen liefheeft. Daar zijn we na 2000 jaar christendom nog niet klaar mee.
En misschien vinden een aantal van die critici haar een moeilijk mens, omdat ze ons ongemakkelijk maakt. Je moet het maar doen: vuile hoopjes miserie van de straat rapen, waar niks meer aan te doen is, behalve stuntelig proberen hun laatste lijden wat dragelijk te maken, als men niets anders meer kan doen dan de lippen van die eenzame mens wat te verfrissen.
Moeder Theresa doet wat in het evangelie staat. Als de arme Lazarus opgenomen wordt in de schoot van Abraham, is dat in de lijn van andere teksten in de Bijbel. Zalig de armen, staat er. Dat is inderdaad een ongemakkelijke en choquerende boodschap. Zij stelt ons voor de vraag: wat doe jij voor de arme?
Wat doe ik voor de arme
..
Het wordt nog ongemakkelijker wanneer we lezen wat er over de rijke man staat. Ook ik kan me aangesproken voelen, als profeten in het Oude Testament te keer gaan tegen de rijken, en als Jezus zegt Wee u, rijken.... Nu kan men zich afvragen bij dit verhaal: wat doet deze rijke man fout, om zo gestraft te worden? Er wordt niet gesproken van uitbuiting, of mishandeling, hij jaagt tenslotte Lazarus niet weg. Maar daar zit het hem. Hij ziet Lazarus niet liggen. De arme voor zijn deur bestaat niet voor hem.
Hij hoort het woord van Mozes en de Profeten niet, dat oproept om zoals God de armen te koesteren. En, zegt het verhaal, als deze man sterft, is het met hem samen met zijn rijkdom ook gedaan. Zijn geld en zijn purperen kleren zijn van geen tel meer. En de troost van Gods ontferming is onbereikbaar geworden, van God heeft hij zich niets aangetrokken.
Wat moeten wij nu, met dit ongemakkelijke verhaal? Want misschien beseffen velen onder ons dat wij toch bij de mensen horen die zich rijk mogen noemen, rijker dan de dompelaars, gelukkiger dan mensen naast ons die door verdriet gebroken worden. Zijn wij slecht, omdat we meeval kennen, omdat we hard gewerkt hebben en de vruchten daarvan plukken, omdat we een fatsoenlijk pensioen hebben en zuinig geleefd hebben?
Het evangelie is geen gemakkelijk boek, het schudt ons wakker, het trapt op onze staart. Maar een van de zekerheden die ik uit die soms verwarrende en tegenstrijdige teksten haal, is dat Jezus ons niet bang wil maken. Hij komt niet om te verwijten. Rijkdom, en de geneugten van het leven, ze zijn geen vloek. Ook de bruiloft van Kana staat in het evangelie, en Jezus had rijke vrienden. Het komt erop aan, als het leven ons goed gezind is en we een fatsoenlijk en gelukkig leven kunnen leiden, wat we daarmee doen. Sluiten we ons op in ons bezit, maken we van geld en goed onze god, of proberen we juist wat we gekregen hebben ook in te zetten voor de nood van de mens naast ons? Steken we tijd, geld, aandacht, geduld in wie minder geluk heeft dan wij?
Als een mens voor onze drempel of in het appartement naast ons in mekaar zakt, doen we dan of we niets gezien en gehoord hebben, of proberen we te doen wat we kunnen, ook als dat niet veel is? Dan, denk ik, neemt God onze onmacht voor lief, en en staat Hij aan onze zijde.
En misschien, als wij bij deze tekst stilstaan, beseffen wij dat wij ook Lazarus zijn.
Niemand is onkwetsbaar voor het noodlot. Rijkdom, macht, succes, het is tijdelijk en zo broos. Ooit zullen wij alles en allen die ons dierbaar zijn moeten loslaten, en arm als Lazarus zal de dood ons meevoeren. Als wij dan geprobeerd hebben te leven naar Jezus woord, door de profeten aangekondigd, dan belooft het evangelie ons dat ook wij door de engelen in de schoot van Abraham zullen gelegd worden. Zo wordt het gezongen in het afscheidslied bij de uitvaart: ten paradijze geleiden u de engelen, zoals eens de arme Lazarus
in paradisum. Jezus komt ons niet verwijten.
Hij wijst ons de weg naar het paradijs.
Uw positieve/negatieve reactie of commentaar hier ({COMMENTAAR_AANTAL})
|