Foto
Blog als favoriet !

O jerum jerum jerum…

Mijn memoires

(2006, 206 p., 17,95 €)

Te bestellen via mail:

kvansteenbrugge@gmail.com

(geen verzendkosten)

Mijn nieuwste boek (Uit het schuim van de zee, 2011) behandelt de hele Griekse mythologie in 136 verhalen (408 pag.) en 18 originele tekeningen. Het is nu reeds aan zijn derde druk toe. Het boek is te bestellen via mail (kvansteenbrugge@gmail.com). Betaling na ontvangst (18,95 euro). Bij bestellingen vóór 1 mei dienen geen verzendkosten betaald te worden. 
Foto

Voor véél meer interessante verhalen: www.bloggen.be/kris

Voor talloze verhalen uit de Griekse mythologie:
www.bloggen.be/dzeus

Het toneelstuk "DE TWISTAPPEL" is een dolle klucht die gaat over de oorsprong van de Trojaanse oorlog. Voor inlichtingen: www.bloggen.be/kris/archief.php?ID=855455  of mail kris.vansteenbrugge@skynet.be .

Inhoud blog
  • Onze God.
  • De voorleesclub (zwanenzang)
  • Simonneke lijdt...
  • Defensie
  • R.I.P. DDG
  • Tezepelumab.
  • Nieuwjaar 2025
  • Charlotje
  • Cattelan en zo...
  • Lisa
  • Duizend bommen en granaten
  • Help, er zijn weer verkiezingen.
  • B.B., onsterfelijk?
  • Kristiaan, veertien jaar.
  • Heksensoep
  • pestgedrag en wapengeweld
  • Uitvindingen
  • Help, ik ga te kwiste !
  • De deur dichtdoen
  • Mundus vult decipi
  • Koning voetbal
  • De Pride maand
  • Doemdenken
  • 't Klein Kasteeltje
  • Mooi zijn alle vrouwen
  • Mijmeren over Purmerend
  • Blauwblomme
  • Gelukwensen aan Joe Biden
  • Kom op tegen teelbalkanker
  • Waarde lezer van mijn blog...
  • Speechen en rode wijn
  • Jerco, B.B. en politiek
  • Nieuwjaar 2024
  • Toneel
  • In memoriam: Roger Tack
  • Lieve Astrid
  • Jumbo
  • Ontdopen.
  • Nostalgie
  • Luchtgitaar
  • Jeroentje
  • Grensoverschrijdend.
  • Kwaliteitskrant
  • De geitenbok van Firmin.
  • Culturele normen.
  • LGBTQIA+
  • Nieuwe mensen.
  • Kop op, Herman!
  • Lange wachttijden
  • Vlaanderens mooiste.
  • Hond kijkt koers.
  • Pief-paf-poef in Amerika.
  • Graaicultuur?
  • Pat, godverdomme.
  • Voor het vaderland...
  • Vermenigvuldigen.
  • Nieuwjaarswens
  • De Griekse goden en de geneeskunde (deel 1)
  • De Griekse goden en de geneeskunde (deel 2)
  • De Griekse goden en de geneeskunde (deel3)
  • Een sesquizygotische tweeling
  • Het jaar van Herakles
  • Daar zijn we weer!
  • Oude liefde roest niet, zegt men...
  • Ode aan Johan
  • Ode aan aan mijn broer
  • Hoera!
  • Met de trein naar Anne en Patershol.
  • Verzuurd
  • Een mnemotechnisch middel.
  • De zaak Sanda
  • Oekraïne, Njora, nostalgie
  • Astrid Joosten
  • Drie procent voor Oekraïne.
  • Een ongeluk komt nooit alleen...
  • Trombose of bloeding?
  • De Anquetil-kamer
  • Quox
  • Delen door zeven voor een bak triple.
  • De vorderingen van de wetenschap.
  • De prijs van het boek
  • Een nieuw boek
  • Een kutjaar.
  • Bij de start van het nieuwe jaar
  • Het plotje
  • De Bobet-kamer
  • Het blauw oog
  • Schaakgrootmeesters
  • Lukske
  • Een somber verhaal.
  • Waarde lezer
  • De Robic-kamer
  • Schaalverstorend
  • Bed en breakfast
  • Middenoorbeluchting.
  • Taalvereenvoudiging
  • Kawakaki en de Overpoort
  • Lezersreacties
  • Acumen
  • Acht frontstrepen.
  • Lodewijk Thuysbaert
  • Actuele kunst en witwas
  • Germaine
  • Fierheid
  • Un raciste qui s'ignore.
  • Discriminerende uitspraak.
  • Een gek idee.
  • Panta rhei
  • Een formidabel tussendoortje
  • Knee Active Plus
  • Songfestival
  • Wij, Heeren van Elsegem...
  • Is er leven na de dood?
  • Taalvernieuwing
  • De oude man.
  • Octavia (2)
  • Octavia (1)
  • Gesprek met P.V. over het geval K.K.
  • Hersenkronkels
  • Goede buren.
  • De Nieuwe Lente
  • Brief aan Firmin over poëzie (3)
  • Brief aan Firmin over poëzie (2)
  • Brief aan Firmin over poëzie (1)
  • Limerick !
  • Ter gelegenheid van de jaarwisseling...
  • Een vloek of een zegen?
  • Rosa Mores overleden.
  • Brief aan Karel over de economie
  • Togenbirger en het virus, P = p.f
  • Vervolg...
  • Hallucinatie.
  • De bezorgdheid van Firmin.
  • Joseph-Louis.
  • Het doemscenario.
  • Rik Vansteenbergen.
  • Eindelijk erkenning voor Kompany
  • Muggenneukerij en mierenzifterij.
  • De doodsmak
  • O tempora!...
  • Waarop kunnen wij hopen?
  • Vaarwel aan de politiek (brief aan Karel)
  • Een medicijn tegen covid-19?
  • Richtlijn
  • Filosofen!...
  • Staat er echt onheil voor de deur?
  • Welbedankt Firmin
  • De wereld in verandering
  • Coronompany.
  • Symphorosa van Puyvelde de Merlevede
  • Doemdenken.
  • De peerdepaternoster
  • Kunst in coronatijd.
  • M. en corona.
  • Anne-Mieke Vandamme.
  • De strijd tegen SARS-CoV-2.
  • Filosofen over corona
  • Creativiteit in coronatijden
  • Coronagesprek met F. Lepoint
  • Het coronavirus.
  • Gelukkig Nieuwjaar!
  • Van oud naar nieuw.
  • Plastische chirurgie.
  • 3 OV's
  • Een groot schrijver is heengegaan.
  • Le coeur a ses raisons...
  • Met een OV op stap (5)
  • Er is geen god...
  • Met een OV op stap (4)
  • Gierigheid bedriegt de wijsheid.
  • Met een OV op stap (3)
  • In de Lunch Garden.
  • Met een OV op stap (2)
  • Professor Paul Vanhoutte
  • Met een OV op stap (1).
  • Onderbroeken.
  • Artikels die beklijven.
  • Pi
  • Addendum
  • Cremco.
  • Het Wiskundeboek
  • Daar is de Tour.
  • Michiel Leenknegt.
  • Na de verkiezingen.
  • Kompany, Day 9 en blauwe maan
  • De verkiezingen van 26 mei.
  • Fiere Margriet
  • De wetenschap staat niet stil
  • Vandaag in 't Nieuwsblad
  • Vondelingen
  • Hashimoto.
  • Staken voor koopkracht.
  • Iljo Keisse.
  • Vermeersch
  • Geen standaardtaal.
  • Q-ratio
  • 2019: wensen en illusies.
  • Politieperikelen.
  • Jozefientje.
  • Over quizzen, mondharpen en trompetviolen.
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    ZEVERARIJ

    FLAUW EN PUBERAAL, MAAR GOED BEDOELD: dit soort verhaaltjes vindt u bij de vleet ('n 200-tal) op www.bloggen.be/kris .......... PICTAIKU'S (de allernieuwste kunstvorm) vindt u op www.bloggen.be/pictaiku
    26-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Facebook, linkedin en profiles.

    Hoera, ik ben op Facebook en op Linkedin! Of liever, ik “zit” op Facebook en Linkedin: dat past immers beter bij mijn leeftijd en “ergens op zijn” lijkt mij taalkundig niet honderd percent kosjer en op zijn minst onelegant. Toegegeven: op die dingen “zitten” lijkt mij ook niet stijlrijk en er moet ongetwijfeld een betere term voor bestaan of anders moet die nog uitgevonden worden…

    Hoe het zover is kunnen komen? Ik zou het écht niet weten – ik weet dat het ongelooflijk klinkt –  tenminste voor wat Facebook betreft. Voor wat Linkedin betreft heb ik een vaag vermoeden. Iemand moet mij gevraagd hebben, via e-mail, of ik vriend met hem wilde worden. En daar ben ik vanzelfsprekend op ingegaan: ik wil wel met iederéén, of toch bijna iederéén, vriend worden en daarenboven zal ik het ongepast gevonden hebben om niet in te gaan op een dergelijk vriendelijk aanbod. En vervolgens moet ik ergens een paswoord ingetikt hebben en een paar toetsen ingedrukt. Het resultaat was verbluffend. Binnen de week kreeg ik honderdnegenentwintig mails van mensen die vriend van mij wensten te worden op Linkedin. Er waren er tientallen die mij aanspraken of opbelden met de vraag wat de bedoeling was van mijn “oproep om vriend te worden”. Tenslotte waren er zeker een dozijn die mij lieten weten dat ze zich aan dergelijk gevaarlijk spel niet wensten te wagen. De laatsten waren, op één uitzondering na, allen 65-plussers. Zou hier een zekere graad van “paranoia” in ’t spel zijn? À propos, er bestaat een Nederlandse term voor dat woord, namelijk “achtervolgingswaanzin”, maar vanwege de langdradigheid gebruik ik in dit geval en ten uitzonderlijken titel liever de meer wetenschappelijke term; en aangezien het hier ongetwijfeld niet om échte paranoia gaat doch hooguit om “paranoïde trekjes” en “achtervolgingswaanzinnige trekjes” wat al te bar zou klinken… Maar om op de vraag te antwoorden: néén, natuurlijk niet. In deze Linkedin-historie gaat het enkel om achterdocht, of – beter nog – een “op zijn hoede zijn”, een voorzichtigheid en da’s een deugd. Een deugd die overigens niet enkel bij bejaarden voorkomt. Zo herinner ik mij een jonge dame van nauwelijks dertig  jaar, die weigerde haar, overigens zeer intelligente, aan dyslexie lijdende dochter te laten behandelen in een revalidatiecentrum, omdat zij daar diende “ingeschreven” te worden. Ze was bang dat het meisje dan al gauw bij de “Untermenschen” zou ingedeeld worden als er ooit weer een Hitler het voor het zeggen zou krijgen.

    Maar hoe dan ook, ik ben blij met Linkedin. Een geschenk uit de hemel! Hoe zou ik anders vriend geworden zijn van de 29-jarige bloedmooie (volgens de bijgevoegde foto) J. M., woonachtig in Los Angeles, en met een profiel om duimen en vingers van af te likken? Neen, beste lezer, “profiel” heeft hier niets te maken met de lichaamsmaten: het is gewoon een ander woord voor “beroep”. Vroeger had men een beroep, nu heeft men een profiel en dan nog liefst een Engels profiel: a profile. Het profiel van mijn mooie Amerikaanse vriendin heet “business development manager”. Wenst u een bloemlezing van profielen van enkele van mijn 129 linkedin-vrienden en -vriendinnen? Ziehier: international sales manager, divisional training manager, pedagogisch adviseur, independant writing and editing professional, technical account manager, planning and procurement supervisor, CEO international united Arab Emirates, independent medical practice professional… en ga zo maar door. Valt het u op beste lezer dat er  nogal  wat managers zijn onder mijn linkedin-vrienden? En zo weinig handwerkslui: geen enkele, om eerlijk te zijn. Een halve eeuw geleden was men bakker, onderwijzer, timmerman, postbode, wever, winkelier, apotheker, landbouwer… Nu heeft men een profiel.

    Vroeger waren er werklieden en pennenlikkers. Ik weet nog goed dat de overgrote meerderheid van ons dorp tewerkgesteld was bij “Lepoutre et fils, tissage” waar niet minder dan achthonderd man tewerkgesteld waren. Naast die achthonderd arbeiders waren er een zestal bedienden, niet méér. En dan was er ook nog meneer Gaston, die over iedereen de baas speelde en wiens functie waarschijnlijk overeenkwam met wat ze nu CEO (of PDG?) zouden noemen. Mijn vader en mijn moeder hadden niet zo’n hoge pet op van die meneer Gaston. Zijn voornaamste functie bestond er volgens hen in te controleren wie van zijn werklui de zondag naar de mis gingen: de “ketters” werden  onverbiddelijk ontslagen! De bedienden, die zij “schrijvers” noemden, waren in de ogen van mijn ouders al even onzalig, want onnuttig. Zij bekeken die schrijvers met minachting en ongetwijfeld ook met enige afgunst. In hun ogen waren het onproductieve luiaards, “blagueurs”, wier handen verkeerd stonden, enkel goed om een pen vast te houden, die heelder dagen rondliepen in een versgestreken wit hemd en das en met een aktentas onder de arm. En die, omdat ze toch niets nuttigs te doen hadden, uitermate veel tijd besteedden aan hun “uiterlijk”. Dat ze zich om de twee dagen – sommigen zelfs iedere dag! – schoren was mijn vader alle mensen te gek: hijzelf deed het hooguit twee keer in de week… “Dat hebben ze van de Engelsen geleerd, tijdens de oorlog” zei moeder. “Wassen en scheren” was kenmerkend voor de Engelsen, zoals het voor de Duitsers “eten en smeren” was, en voor de Belgen “vloeken en zweren”…

    En heden ten dage? Zijn er nog werkers? Zijn ’t nu niet allemaal schrijvers, blagueurs, CEO’s, managers? Beroepen zijn er niet meer. ’t Zijn nu allemaal profielen of liever “profiles”, in ’t Engels. Maar de stoppelbaarden zijn weer “in” en de kale knikkers… O tempora, o mores!   

    26-11-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Taaldag.

    Ze doen besparingen bij de VRT en groot gelijk hebben ze. De taaldag begon dit jaar pas om half twee en ’t was dus in feite maar een halve taaldag. De besparing zat hem vooral in het wegvallen van het nu overbodig en de vorige jaren zo overvloedig “walking dinner” over de middag. Ik was een uur te vroeg op het Flageyplein en met een hongerige maag. Gelukkig staat er aan de andere kant van ’t plein, tegenover het VRT-gebouw, het frietkot “Frit Flagey”. Er stonden tien medemensen in de rij. Het prijsverschil tussen een klein pakje friet en een groot pak was erg klein – 1,90 euro tegenover 2,20 euro – maar ik had algauw in de gaten dat beide porties in feite even groot waren en daarom besloot ik van het maar te houden bij “un petit”, hetgeen ik de tien hongerigen vóór mij ook had horen doen. Omdat het boegbeeld van dit plein toch het machtig gebouw is van de “Vlaamse” Radio en Televisie, waagde ik het om “een kleintje” te vragen, maar de baas van ’t frietkot keek mij zo ongelovig aan dat ik direct overschakelde op “un petit”. En ik bestelde ook nog vijf kippeboutjes op een stokje. De genoemde baas was overigens uitermate vriendelijk, ook tegenover de knappe jongedame die verbluft was over de grootte van haar pak friet en vroeg of hij haar niet, abusievelijk, “un grand” in de handen had gestopt. “Mais non, mademoiselle, c’est pour vous gâter”. De frieten roken heerlijk en ze smaakten navenant. Zo ook de kippeboutjes. Ik heb er een heerlijk “sitting diner” van gemaakt op één van de kletsnatte zitbanken op het plein: ’t had geregend en ik had geen zakdoek bij om een plaatsje droog te vegen. Met een natte broek voor gevolg. Maar ach, wat kan dat een mens schelen als hij jong is.

    Ik heb daar nog wat zitten mijmeren over wat mij overkomen was in de overvolle tram 71 die mij van het centraal station naar het Flageyplein had gebracht. Een vrouwtje van amper een jaar of vijfentwintig kwam recht op mij af, gaf mij een por in de ribben en zei op een vrij bitsige toon: je suis enceinte! Val nu dood met je beste kleren aan! Even flitste het door mijn hoofd: heb ik daar wát mee te maken? Even, zeg ik, één seconde maar, want toen begreep ik dat ze wilde dat ik haar mijn plaats afstond. Hetgeen ik dan ook onmiddellijk deed, onder begeleiding van mijn allervriendelijkste glimlach. Zonder een woord van dank en zonder mij verder een blik te gunnen ging ze zitten, nors voor zich uitkijkend. Het was haar nauwelijks aan te zien dat ze zwanger was. Misschien was het niet eens waar?...

    Wat nu het taalprogramma zelf betreft, is mij een vraag bijgebleven, gesteld door Marcel Vanthilt aan Eric Eljon, een mij onbekende Nederlander: waarom Nederlanders op TV vaak zo snel praten? Vooreerst wil ik u, beste lezer, diets maken dat er in Nederland – een zeldzame keer zult u het ook in Vlaanderen aantreffen – een zekere vorm van stotteren gehanteerd wordt door sommigen, een soort gewauwel, waarmee men, net als met het nonchalant door elkaar haspelen van de “z”, de “s”, de “zj”, de “sj” en de “ch”, meent te moeten aantonen hoe goed men de eigen taal beheerst. Wat Eric Eljon betreft: de inhoud van zijn antwoord is mij ontgaan, maar de vorm waarin het gebracht werd was verhelderend. Eric Eljon is namelijk één van die kunstmatige, wauwelende stotteraars of stotterende wauwelaars, “stauwelaars” dus – woord van het jaar? – die aan ’t begin van iedere zin een aantal seconden stauwelen, waarna ze razendsnel pratend en al struikelend over hun woorden de verloren tijd trachten in te halen…

    Mark Uytterhoeven was er ook. Veertien jaar na mij is hij senior seniorum geweest van de Gentse studenten. Op 16 november viert het seniorenkonvent de jaarlijkse Gravensteenfeesten. Waarom gaat Mark daar nooit meer heen?

    En er is ook weer de zoektocht naar het woord van het jaar. “Stauwelen” vind ikzelf een mooi woord, maar na de slechte ervaring vorig jaar met mijn “gulpbisschop”, dat toen niet eens bij de tien genomineerde was, heb ik mijn ambitie een beetje verloren. Overigens vind ik “gulppremier” – in het licht van de Belgische actualiteit – ook niet mis. Als het een Westvlaming is tenminste. Dat moet dan in de plaats komen van de “vieze premier” (Hollandse uitspraak voor vice premier), want zo’n vieze heeft toch als taak de eerste piet van ’t land te gelpen en bij te staan, nietwaar?

    In de bus, terug naar ’t centraalstation, was geen zitplaats meer vrij. Een man die mijn zoon had kunnen zijn – al niet meer zó jong dus – bood mij zijn plaats aan. Een welopgevoed mens slaat een dergelijk aanbod niet af. Ik heb de man hartelijk bedankt, maar ’t was met een bang hart dat ik op zijn plaats ging zitten. In de bus en met mijn gezicht in de richting die tegengesteld is aan de rijrichting wordt ik meestal misselijk: ik heb last van motion sickness, bewegingsziekte. Dan blijf ik veel liever staan. Maar laten we een gegeven paard niet in de muil kijken: noli inspicere ad dentes equi donati!

    28-10-2011 om 17:12 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ergernis.

    Ik weet het wel, een mens kan zich beter überhaupt niet ergeren, en dan zeker niet aan taal. Er bestaan immers véél ernstiger zaken om zich aan te ergeren: de wereldoverbevolking, de opwarming van de aarde, de economische crisis… En toch – ik mag het u niet verhelen – ben ikzelf een van diegenen die zich ergeren aan taalpietluttigheden. Ik som er enkele op, in willekeurige volgorde, naarmate ze mij te binnen schieten:

    Ten eerste. Het gebruik in Vlaanderen van het woord “terug” in de zin van “weer”, “opnieuw”. Bijvoorbeeld: onze ploeg heeft vorige week goed gespeeld en gisteren hebben ze terug goed gespeeld. Iemand die weer terugkomt komt dan terug terug, nietwaar?

    Ten tweede. Mijn tekstverwerker onderstreept steevast iedere persoonsvorm, in de onvoltooid verleden tijd, die eindigt op –dt. Moeten we dan schrijven “gij had” in plaats van “gij hadt”? Stel nu nog dat we in navolging van onze Noorderburen erin slagen de “gij” helemaal uit te roeien. Wat moeten we dan bij het citeren van Bijbelteksten? P.S. Aan het woord “gij” op zichzelf schijnt mijn tekstverwerker zich alsnog niet te ergeren.

    Ten derde. Een rasechte Westvlaming slaagt erin de zin “hij heeft gelukkig een goed geheugen” uit te spreken met maar één hoorbare medeklinker, namelijk de “l”. Daartegen zeg ik “foei”, al ben ik dan zelf een halve Westvlaming. En “foei” tegen Renaat Landuyt. Leer toch eens een “g” uitspreken, man. Wat is dat toch met die Westvlaamse “g”? Is het onwil? Of niet kunnen? Of zit het in de genen?

    Ten vierde. Die klemtonen! Bij boerenkool moet de klemtoon op de derde lettergreep liggen. Onbegrijpelijk toch. Maar het moét nu eenmaal zo. En evenzo moet het bij boerenbruiloft, boerendochter, boerendorp, boerenerf, boerenknecht, boerenstand, boerenzoon, boerenzweet en nog tientallen andere woorden die met boeren beginnen. Daarentegen wordt de taallogica wél geëerbiedigd in boerenbedrijf, boerenboter, boerenbrood, boerenbuiten, boerengat, boerenjaar, boerenkermis, boerenkost, boerenmarkt en eveneens nog tientallen andere. Ik wed dat zelfs mijn oude vriend professor P.C. Paardekooper niet alle klemtonen juist zou weten te leggen. Zou hij overigens het woord “boerenkoolstronkeradeel” (met klemtoon vooraan!) kennen? Ik kende dat woord zelf ook niet, maar ik vind het in de dikke Van Dale, tussen welgeteld honderdvijfennegentig andere woorden die beginnen met boeren… En zo zijn er nog duizenden woorden waarvan de klemtoonlegging op een ergerlijke wijze indruist tegen alle taalkundige boerenlogica. Tot in de eigennamen toe. Een van mijn kennissen noemt zichzelf Vándecasteele en eenieder die hem Vandecastééle noemt wordt door hem op de vingers getikt. En da’s het enige wat mij ergert aan die man.

    Ten vijfde. De uitdrukking “zeker en vast”. Nederlanders vinden dat belachelijk, want het moet “vast en zeker” zijn. En ik erger mij aan het feit dat Vlamingen dat niet begrijpen. Of zouden ze het zelf niet belachelijk vinden als we de uitdrukking “wis en zeker” gingen verbasteren tot “zeker en wis”? Wis en zeker wel!

    Ten zesde. Die hoge percentages. Een dag of tien geleden hoorde ik de trainer van onze nationale voetbalploeg voor de TV verklaren dat zijn spelers zich voor driehonderd procent zouden inzetten tegen de Duitse ploeg. En één dag later hoor ik onze eerste minister verklaren dat het spaargeld bij Dexia tweehonderd procent veilig is. Onze voetballers hebben de match verloren. En het spaargeld bij Dexia? Ik weet het niet… Ik voel mij meer gerustgesteld door hónderd procent, want met méér dan honderd procent weet je immers nooit waar die bovenste limiet ligt!

    Ten zevende. De slordige nonchalante uitspraak waar de Nederlanders (althans sommigen) zo fier op zijn: een bewijs van perfecte taalbeheersing! Vieze (vice) premier, spésjelist (specialíst), Sjorsj (Georges), Sjaan (Jeanne), srijven (schrijven), boe-e (boer), tuuk (natuurlijk), op geem (op een gegeven moment). En zo zou ik “terug” (!) duizenden voorbeelden kunnen geven. En da’s geen dialect uit een of andere Drentse achterhoek: het is de taal die in Nederland door nieuwslezers en prominente mediafiguren op TV gebruikt wordt en ook getolereerd wordt. Sommige van die slordigheden zijn naar Vlaanderen overgewaaid en worden ook daar officieel aanvaard. “Een hele grote hond” is daar een voorbeeld van: men bedoelt daarmee niet dat de hond er helemáál is (in tegenstelling tot “een halve grote hond”) maar wel dat de hond heel groot is, dat het dus “een heel grote hond is”. En wat gedacht van acazia (acacia), waar de nonchalante uitspraak officieel tot de enig juiste verheven is. Als ik mij niet vergis, tenminste.

    Ten achtste. Die Gentenaars! Als het donker wordt, die doen ze in hun broek. En als de Gentse feesten er zijn, die zijn ze er gêre bij. Maar zelfs als ze die overbodige “die” zouden weglaten, die zouden ze nog herkend worden aan hun uitspraak, hoe zeer ze ook hun best zouden doen. Ik heb een charmezanger gekend die Napolitaanse liederen zong. Bij de aanhef van “o sole mio” was het al voor iedereen duidelijk dat hij Gentenaar was. En geloof nu maar niet dat ik ze niet liefheb, Gent en de Gentenaars…

    En te bedenken dat ik mij vroeger nooit geërgerd heb aan dergelijke futiliteiten. Ben ik dan nu een chagrijnige, muggenziftende, spijkers op laag water zoekende oude man geworden?

     

    18-10-2011 om 12:28 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zeeland.

    Het voorbije weekend heb ik weer eens doorgebracht in Zeeland, meer bepaald op het eiland Noord-Beveland en nog meer bepaald in het wellnesscentrum Kamperduinen in Kamperland: op uitnodiging van mijn goede vriend Hendrik, die ik wel eens “brave Hendrik” durf noemen, vanwege het feit dat hij zo’n doorbrave goeie kerel is. In de rij van mijn beste vrienden stond hij aan ’t begin van ’t jaar op de zevenenveertigste plaats, maar ondertussen is hij, vanwege het overlijden van Jack Vanlichtervelde en mede door deze uitnodiging, opgeklommen tot de vijfenveertigste plaats. Maandag stond het eiland Walcheren op het programma. Van mijn plan om álle molens van dit (schier)eiland op de gevoelige plaat te brengen werd uiteindelijk afgezien: verder dan de molens van Aagtekerke, Gapinge, Middelburg, Oostkapelle, Vrouwenpolder en Veere ben ik niet geraakt, en da’s nog niet de helft van wat Walcheren aan molens te bieden heeft. Ik denk dat ik het maar beter een beetje voor bekeken hou wat windmolens betreft en ik zal u dan ook, beste lezer, niet opzadelen met mijn half dozijn molens. Misschien vinden we ons evenwicht beter op het kerkhof, want daar komt het tenslotte op aan in het leven, nietwaar? Evenwicht.

    Het kerkhof van Veere is er een zonder statige monumenten of grafstenen. Eenvoud en nederigheid: zo hoort het op een kerkhof. En daar heb ik dus bewondering voor en bij deze ken ik de prijs van de nederigheid toe aan de simpele, onooglijke en tussen ’t groen weggedoken grafsteen van ELISABETH LOUISSE-KLEINEPIER, geboren in 1901 en overleden in 1998.




    Het moet hier dus gaan om ene Elisabeth Kleinepier, gehuwd met ene Louisse. Op ’t internet zijn er weliswaar een paar van die Kleinepieren met de voornaam Elisabeth terug te vinden, maar niet één ervan is geboren in 1901. Dan maar het geluk beproefd bij de Louissen… En terechtgekomen bij Christiaan Louisse, wiens voornaam mij bijzonder intrigeert. Stond ikzelf bij de administratieve overheid – of hoe heet dat alweer? – niet geboekt als Chrystiaen, met ypsilon en ae, dan had ik met “Christiaan” misschien kunnen leven, en bestond ik nu niet onder het pseudoniem Kris.    

    Christiaan Louisses oudbetovergrootvader, zijnde de betovergrootvader van zijn betovergrootvader, moet geleefd hebben in de zeventiende eeuw. Zijn voornaam was eveneens Christiaan, maar de familienaam werd toen nog gespeld als “Lowijssen”. Eén van de kinderen van deze Christiaan was Lowijs – Lowijs Lowijssen dus – geboren omstreeks 1670 en gehuwd met Maatje Booft. Maatje schonk Lowijs tien kinderen, waaronder ene Christiaan (geboren te ’s Gravenpolder omstreeks 1697) die huwde met Maetie Burger. Daar sproot weer een Lowijs uit voort (’s Gravenpolder, 1729). Deze Lowijs trouwde met Cornelia Bliek in 1751. De Christiaan die in 1765 te Krabbendijke uit dat huwelijk is gesproten, had vijftien kinderen uit twee huwelijken. Eén van die kinderen, uit het eerste huwelijk (met Johanna van Houten), was Cornelis, geboren te Krabbendijke in 1794. Cornelis is de eerste die geboekstaafd staat met de moderne versie van de familienaam, zijnde Louisse. Cornelis Louisse verwekte elf kinderen bij Neeltje van de Velde, waaronder wéér een Christiaan (geboren te Hoedekenskerke in 1836). Onder de tien kinderen die deze Christiaan Louisse verwekte bij Willemina Goud bevond zich de zoveelste Christiaan, geboren in 1871 te ’s Gravenpolder. Deze laatste huwde met Wilhelmina Lepoeter. Dat huwelijk leverde vier kinderen op: Christiaan (geboren in 1900 te Kapelle), Cornelis (geboren in 1901 te Kapelle), Willem (geboren in 1906 te ’s Gravenpolder) en tenslotte Gerard (geboren in 1909 te Krabbendijke). Vooral met deze laatste heb ik te doen: hij was nog een knaap toen hij het tijdelijke met het eeuwige verwisselde, amper zeventien jaar oud; van beroep was hij winkelbediende…

    Was die allerlaatste Christiaan Louisse nu maar getrouwd met de twee jaar jongere Elisabeth Kleinepier, dan hadden mijn opzoekingen misschien toch ergens heen geleid, maar hij heeft zijn geluk, helaas, beproefd bij Maatje Dek, dochter van Marinus Dek uit Krabbendijke. En de broers van Christiaan hebben het evenmin aangelegd met een Kleinepier…

    Weer een maat voor niets dus. Tegenslag. “Malpruim” zou Jack Vanlichtervelde dat genoemd hebben. In het tegenovergestelde geval, als ’t een meevaller was dus, sprak hij van “reuzepiet”. Misschien had hij in de plaats van “malpruim” ook  “kleinepier” kunnen gebruiken, maar dat woord kende hij ongetwijfeld niet. Wat jammer dat ik hem dat nu niet meer kan leren.


    16-09-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn beste X.

    Ik weet het wel, mijn beste X, gisteren had ik meer voor mijn ideeën moeten opkomen, maar ik ben zo bang mensen die anders denken voor het hoofd te stoten, bang om verkeerd begrepen te worden. Het is daarom dat ik mij op heden schriftelijk tot u wend, en alleen tot u. Dat ik het in de gij- en de u-vorm doe heeft niets te maken met “afstand houden”, maar onder Vlaamse mensen die het levenslicht zagen aan ’t begin van de tweede wereldoorlog klinkt “je” en “jij” en “jou” zo kunstmatig, en dát zou pas “afstand houden” zijn. En als er per ongeluk toch eens een je-tje of een jij-tje of een jou-tje tussendoor glipt, beschouw het dan alstublieft als een “slip of the tongue”: ik heb immers vier jaar in Holland gewoond en ik heb twee kleinkinderen die er in het dagelijks taalgebruik lustig op los jij-en en jou-en.

    De bijeenkomst was zonder meer aangenaam, ondanks de minder vrolijke thema’s die aan bod zijn gekomen. Over de meeste punten waren wij  het overigens roerend eens – P “de groene” wiens vrouw zeven kinderen gebaard heeft niet te na gesproken – : dat er teveel criminaliteit is, dat er harder moet opgetreden worden tegen die criminaliteit, dat het zéér slecht gaat met de economie en tenslotte – als lichtpuntje – dat het allemaal wel zal beteren. En wat dat laatste puntje betreft – het is u misschien ontgaan – heb ik wijselijk gezegd: “ja, ’t zal beteren, als ’t op zijn slechtst geweest is”. Die wijsheid heb ik van tante Irma zaliger en ’t is een waarheid als een koe natuurlijk. Maar eerst moet het nog véél slechter worden en beter dan het nú is zie ik het niet meer worden. We zijn nu echt aan ’t afglijden naar de catastrofe die meer dan tweehonderd jaar geleden door Malthus werd voorspeld, en evenwicht zal er mijns inziens pas komen nadat de mensheid door een diep dal is gegaan, waarbij hongersnood, ziekte en oorlog de wereldbevolking tot overzichtelijke proporties zullen teruggebracht hebben: één miljard volgens  professor Vermeersch. Een gruwelijk lot wat het mensdom te wachten staat? Niet gruwelijker dan het lot dat alle andere levende wezens te wachten staat als zij zich aan “overbevolking” te buiten gaan, volgens de wrede wet van de natuur, die alleen rekening houdt met het “welzijn” van de soort en zich niet kan bekommeren om het welzijn van ieder individu apart. Of men zou moeten vervallen in tegennatuurlijk gedrag: contraceptie via pil of condoom of nog anderszins. Maar zelfs nu, op ’t ogenblik dat de catastrofe al duidelijk begonnen is en het dus eigenlijk al te laat is, zijn er nog een heleboel geestelijke gezagdragers, moraalfilosofen, ethici en dies meer, die verkondigen dat die tegennatuurlijke geboortebeperking er helemaal niet nodig is, aangezien onze moeder aarde nog véél meer mensen zou kunnen voeden dan er nu al zijn – nog wel een veelvoud – als men maar de nodige maatregelen zou nemen. Die redenering loopt helemaal parallel met die van welke-kerkvader-was-het-ook-alweer die vond dat condooms er helemaal niet nodig zijn ter voorkóming van geslachtsziekten aangezien die geslachtsziekten helemaal niet zouden vóórkomen als we ons met zijn allen strikt monogaam zouden gaan gedragen. Voilà! En daarmee is de kous af…

    Het is dus vanwege de aanwezigheid van de kinderrijke “groene” P dat ik gisteren niet al te zeer voor mijn mening uitgekomen ben. Want P is nogal kortzichtig, dunkt me. Hij zou mijn malthusiaanse theorie al te persoonlijk genomen hebben. En ge hoeft maar woorden als “overbevolking” of “geboortebeperking” in de mond te nemen of hij beschouwt u als een racist, of dan toch als een “potentiële racist”. Om het milieu daarentegen schijnt hij zich, terloops gezegd, minder te bekommeren: buren van hem beweren dat hij regelmatig plastic flessen verbrandt in de tuin. Maar omdat ik dat nog niet met eigen ogen gezien heb, moet ik dat alsnog onder het hoofdstuk “roddel” klasseren.

    Ik had de groene P er, eerlijk gezegd, gisteren liever niet bij gehad. Dan had ik mij vrijer in het debat gemengd over de diefstallen door toekomstloze jongeren en de uitbraken uit de gevangenissen. Ziehier de vraag die ik ter discussie zou gesteld hebben: wat zoudt gij doen, beste vrienden, als gij in een land zoudt leven, zonder enige bron van inkomsten, zonder eten en zonder een dak boven het hoofd en zonder uitzicht op enige lotsverbetering? Ik zou het wel weten, ik zou uit stelen gaan: een bank overvallen bijvoorbeeld. Is het immers geen christelijke plicht van eenieder te zorgen voor het eigen lijfsbehoud? En als ik dan een flinke buit zou gemaakt hebben, misschien wel zo groot als de ontslagpremie van een CEO die door al te slechte bedrijfsresultaten aan de deur is gezet, dan zou ik daar tot het einde van mijn dagen royaal van leven en geen vlieg meer kwaad doen. En mocht het al eens dermate tegenvallen dat ik een paar jaar moet brommen in de gevangenis: kost en inwoon zonder te hoeven werken! En als ik vervroegd de wijde wereld in wil: ontsnappen maar! En ontsnappen uit de gevangenis is niet strafbaar. En lukt het mij niet op eigen kracht, dan komen mijn vrienden mij wel helpen, met een helikoptertje of zo. Want iemand uit de gevangenis helpen lijkt mij evenmin een strafbare daad: in de nonnekensschool in Grijsloke heb ik geleerd dat “de gevangenen verlossen” een christelijke daad van barmhartigheid is.

    Wat onlangs in Londen gebeurd is, is mede de schuld van mensen als de groene P, die de waarschuwing die Malthus – een Engelsman! – zo’n tweehonderd jaar geleden gegeven heeft, niet hebben willen begrijpen: dat de wereldoverbevolking tot een totale catastrofe zal leiden. Er zijn nu zeven miljard mensen op de wereld en dat zijn er dus volgens professor Vermeersch zes teveel. Maak u maar geen zorgen, mijn beste X, gij kunt er niets meer aan doen, net zo min als ík trouwens en ál die anderen. De catastrofe is immers ingezet en zeg nu maar gerust met mij: ’t zal míjn tijd wel duren. En zet uit uw hoofd dat gruwelijk beeld van die uitgemergelde kinderen die in Afrika de hongerdood sterven. Er is immers geen nood: er zijn er genoeg die berekend hebben dat onze aarde in staat is om nog wel tien keer zoveel monden te voeden. En ’t gebeurt allemaal ver van ons bed. Hoewel… Londen, da’s niet zo heel ver meer…    

    08-09-2011 om 20:02 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De tijd verslindt de steden
    Tempus fugit.
    Tempus edax rerum.
    De tijd verslindt de steden.
    De tijd gaat snel, gebruikt hem wel.
    Le temps passe vite, heureux qui en profite.

    Dit zijn er maar een vijftal die mij te binnen schieten, van de talrijke spreuken die ons er aan herinneren dat de tijd vliegt. Dertig jaar geleden stonden we aan de wieg van "Dwars door Grijsloke". We waren toen nog in de volle kracht van het leven. Het lijkt wel of het gisteren was.




    Voor alle praktische inlichtingen omtrent de 31e Dwars door Grijsloke: klik hier op www.grijsloke.be .
    Voor een uitgebreid verhaal over de geschiedenis van Vlaanderens mooiste stratenloopwedstrijd en van de populaire Loopclub Grijsloke: klik op www.bloggen.be/kris .

    25-08-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Naar het hart van Italië.

    Je hebt dan Padua bezocht en Verona en Venetië, je hebt gekampeerd aan het Gardameer, je hebt Rome bezocht en Napels zelfs tot tweemaal toe, je hebt twee vakanties doorgebracht in Sorrento, je hebt de Vesuvius gezien en Herculaneum en twee keer ben je ter plaatse de geruïneerde stad Pompeï gaan bekijken, je hebt de tempels van Paestum gezien en je hebt gereisd langs de wondermooie Amalfitaanse kust, je hebt een week doorgebracht op Sicilië en ook op het eiland Capri, en twee weken zomervakantie aan de Adriatische kusten van Rimini en Cattolica, je hebt zelfs een wintervakantie doorgebracht in Alto Adige (Zuid-Tirol, zijnde het Duitssprekende gedeelte van Italië)… en toch… je hebt niéts gezien van Italië, zeggen ze, want je bent niet in Toscane geweest en in Umbrië, je hebt Firenze niet bezocht en Siena, en Assisi en Lucca en Pisa! En wat doet een mens dan? Je wil toch je leven niet beëindigen zonder iets van het arme - want onder schulden gebukt gaande - Italië gezien te hebben…

    We hebben geprofiteerd van de gelegenheid die zich voorgedaan heeft tussen de Vlaamse nationale feestdag op 11 juli en de Belgische feestdag op 21 juli – op die dag vier ik samen met mijn vriend Roger, in dezes woning in Dilbeek, de goede economische band die we hebben met onze Waalse buren en burinnen. En dan is er nog net één dag over voor de Gentse feesten: wat heeft een gepensioneerde het toch allemenselijk druk!

    Op ’t ogenblik dat ik deze regels schrijf, mag ik dus nu met recht en reden zeggen dat ik Italië “gezien” heb: het wondermooie glooiende landschap van Toscane en Umbrië, de kunststeden Firenze, Siena, Assisi, Lucca. Overweldigend en moeilijk met woorden te beschrijven. Ik doe dan ook geen poging. En van de talloze foto’s die ik er genomen heb laat ik u er slechts een viertal zien: ze zijn niet eens indrukwekkend, maar ze zouden kunnen dienen als illustratie van mijn boek “Uit het schuim van de zee” dat rond deze tijd verschijnt…


    Perseus met het afgehakte hoofd van Medusa ("Uit het schuim van de zee", hoofdstuk 27)


    Achilles met het dode lichaam van zijn vriend Patroklos ("Uit het schuim van de zee", hoofdstuk 95)


    Laokoön en zijn zonen, door slangen doodgebeten ("Uit het schuim van de zee", hoofdstuk 99)


    Eros en Psyche ("Uit het schuim van de zee", hoofdstuk 136)


    Onze uitvalsbasis was Pienza, in de Val d’Orcia. In die vallei liggen nog andere schilderachtige historische stadjes als Montepulciano, Montalcino, Chianciano en last but not least San Quirico. Nergens kan men lekkerder eten dan in Al Vecchio Forno in San Quirico: de prijzen zijn er niet overdreven en voor een pintje bier betaalt men er niet meer dan vijf euro, hetgeen weliswaar vijf keer meer is dan in de kantine van Loopclub Grijsloke, maar voor Italiaanse normen heus niet overdreven. Pienza, da’s nu net het echte hart van Toscane en meteen van heel Italië. Hier werd de 18e oktober van het jaar 1405, in een arm landbouwersgezin, paus Pius de tweede geboren als Enea Silvio Piccolomini. Enea bleek uitzonderlijk intellectueel en artistiek begaafd te zijn. Hij werkte zich op tot een belangrijk humanist, diplomaat en schrijver van onder andere… een liefdesroman, “Historia de duobus amantibus”. Hij was paus van 1458 tot aan zijn dood in 1464. Hij staat geboekstaafd als één van de meest geliefde en geëerde pausen ooit. In de reusachtige dom van Siena, alwaar Enea aartsbisschop is geweest, bevindt zich de prachtige Picolomini-bibliotheek, die aan hem is gewijd. En in Pienza is er het Palazzo Piccolomini. Overigens werd Pi-en-za genoemd naar Pius II: “Pi” van Pius, “en” van Enea en “za” ben ik vergeten…; de stad heette vroeger namelijk Corsignano.

    Het hart van Italië is, zoals ik al zei, overweldigend en niet door een eenvoudige pen als de mijne te schilderen. Laat ik mij nu beperken tot het kerkhof van Pienza: indrukwekkend vanwege de vele graven – enkele duizenden. Giulia Flori ligt hier begraven, zonder geboorte- of sterfdatum op de grafsteen, maar wel met een foto. Ongetwijfeld jong gestorven en naar ik vermoed in dramatische omstandigheden: verongelukt of vermoord door een jaloerse minnaar of een wanhoopsdaad, zijnde  de meest voorkomende doodsoorzaken bij jonge mensen. En ze zag er zo gelukkig uit op de foto, ze lachte het leven toe en het leven lachte háár toe! En Giuseppe Fornetani en Emilia Satiro, gestorven in dezelfde week, zij waarschijnlijk van verdriet. Schrijnend… En hartverscheurend is het lot geweest van de vier kinderen Assuero, Piero, Michelino en Geo: omgekomen tijdens de tweede wereldoorlog. Ook bij het graf van Ottorino Grappi heb ik even stil gestaan. Men heeft mijzelf wel eens Ottorino genoemd, vanwege het feit dat in van beroep otorhinolaryngoloog was. Ik had er geen flauw benul van dat die voornaam echt bestáát. En, neem mij niet kwalijk, dát vind ik nu grappi(g).











    En omdat ik het haar beloofd heb, kan ik natuurlijk niet nalaten iets te schrijven over Astrid Van Wylick, die een winkeltje heeft in Pienza en waar ik een mooi boekje gekocht heb met verhalen en gedichten in het Nederlands en het Italiaans en in nog andere talen. Astrid is, zoals de naam al laat vermoeden, niet van Italiaanse afkomst. Ze stond mij te woord in een gutturaal en assertief Nederlands, wat je van een Vlaamse vrouw niet kan verwachten, een Nederlands dat als een klaterende waterval op je afkomt. Ze is dan ook een geboren Nederlandse, van Maastricht. Indertijd gevallen voor de charmes van een knappe Italiaan? Niet te geloven dat deze vlotte frisse verschijning reeds grootmoeder is – van een vrolijk door de straten van Pienza fietsende kleuter.




    25-07-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    11-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De schuldencrisis.

    Er is een schuldencrisis: meer en meer landen gaan gebukt onder een schuldenlast die niet meer af te betalen is. De schuldencrisis dreigt alle landen aan te tasten. Maar... als allen in 't zelfde beddeke ziek zijn, zou dat dan niet de oplossing zijn? Ze kunnen dan toch allemaal elkanders schulden kwijtschelden en dan kan 't leven gewoon weer verder gaan, nietwaar?

    11-07-2011 om 17:46 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weekend-verhalen.

                 Jade Vantyghem


    Tijdens het voorbije weekend was mijn achternichtje Jade bij ons op bezoek. Een actieve peuter van amper twee jaar, die – zoals vaak het geval is met actieve kinderen en zoals nu is gebleken – barst van talent. Schilderstalent. Om Jade rustig te houden heb ik haar wat schildersmateriaal ter hand gesteld. Ze heeft er een prachtig kunstwerk voor haar grootoom mee gemaakt. Helemaal in de stijl van Kim En Joong, de wereldberoemde kunstenaar die ik enkele weken geleden heb leren kennen in Monaco, in de kathedraal waar komend weekend het huwelijk ingezegend wordt van prins Albert van Monaco met Charlene Wittstock. Bij die gelegenheid zal de kathedraal versierd zijn met de kunstwerken van Kim En Joong. Misschien ligt er voor Jade een toekomst open in Monaco?


                 Kim En Joong

    En nu we het toch over Monaco en het voorbije weekend hebben: het Belgisch kampioenschap wielrennen voor beroepsrenners op de weg werd gewonnen door de… Monegask Philippe Gilbert. Zonder enige twijfel is Philippe Gilbert op ’t ogenblik de beste ééndagsrenner van de wereld. Als men het zo bekijkt is zijn overwinning niet meer dan logisch, al kan men de vraag stellen of men inwoners van Monaco mag laten deelnemen aan een kampioenschap van België. Gilbert zal naast de Monegaskische nationaliteit ongetwijfeld ook nog de Belgische nationaliteit hebben. Vandaar. Al heb ik zo mijn bedenkingen bij die dubbele nationaliteit. En dat de beminnelijke grootverdiener Gilbert ons geen centje belastingsgeld gunt, vind ik ook maar zo zo…

    Opmerkelijke uitspraak, dit weekend, kwam van Jef Rademakers, tijdens een radio-interview. De schrijver-fimregisseur werd gevraagd of hij met zijn werk de mensen tot nadenken wilde aanzetten. Zijn antwoord luidde: “In géén geval. Want als de mens gaat nadenken, begint hij zich vragen te stellen over de zin van het leven. En het leven hééft geen zin, want alle leven leidt onverbiddelijk tot het niets, de afgrond, de dood”. Uit het interview kwam anderzijds naar voor dat Jef best lang wil leven, net zoals zijn stokoude moeder, die onlangs een beroerte heeft doorgemaakt en daardoor gedeeltelijk verlamd is. Toen Jef haar vroeg of ze niet liever dood wou zijn, had ze geantwoord: “Nee, hoor, want dood-zijn is óók maar niks”. Ik heb de uitspraak van Jef Rademakers voorgelegd aan een echte filosoof. Ik had de indruk dat die echte filosoof niet opgezet was met de uitspraak. “Natuurlijk niet”, zei de toogfilosoof in Grijsloke, “want als het leven zinloos is en er dus niet langer te zoeken valt naar de zin van het leven, dan is de filosoof uitgepraat en uitgepraat-zijn, da’s wel het laatste wat de filosoof wil”. En dan wil u natuurlijk weten, beste lezer, wat ikzelf denk omtrent de zin van het leven. Welnu, zoals zo vaak, wens ik mij in deze materie niet van de echte wijzen te distantiëren: die weten het niet.

    28-06-2011 om 21:51 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over liegen...

    Er is niets gemener dan liegen, beweert J. Bauwens in de Van Togenbirger – De Waelekens Vertelsels (www.bloggen.be/omskvtdw/archief.php?ID=1160612). Van die uitspraak ben ik wel even geschrokken en ik heb daar zo mijn bedenkingen bij, zeker na hetgeen mij drie dagen geleden overkomen is. Op het Halenpleintje vroeg iemand mij de weg naar de Invalidenlaan en ik zei:

    - Sla hier de 11e novemberlaan in, dan de derde links en dan is het de derde of de vierde straat aan uw rechter kant. ’t Is een kleine kilometer hier vandaan.

    - Vreemd, zei de man, ik dacht dat ik er vlakbij was.

    Hij bedankte mij niettemin vriendelijk en reed de 11e novemberlaan in. Ik zag hem nog rijden toen mijn oog viel op het straatnaambordje “Invalidenlaan”: het was de eerste zijstraat van de 11e novemberlaan.  Het bordje was te lezen vanop de plaats waar de man mij de weg had gevraagd…

    Wat lezen we in de Mechelse catechismus, uitgave 1954, over de zonde tegen het achtste gebod, het “liegen” dus? Liegen is opzettelijk onwaarheid spreken met het inzicht te bedriegen. Onwaarheid had ik gesproken, daar kunnen we niets vanaf doen, maar met het inzicht te bedriegen? God beware mij: ik was er het hart van in toen ik besefte dat ik de man op het verkeerde pad had geleid!

    In zijn artikel over de leugen schrijft J.B. verder: “Als zij liegen, bestaat hun leugen alleen daarin dat zij voorhouden dit met zekerheid te weten, terwijl zij het hooguit geloven”. Toen ik de man de weg wees, geloofde ik met zekerheid te weten waar de Invalidenlaan was. Ik had te goeder trouw gehandeld, het was enkel mijn geheugen dat mij parten speelde en… ben ik daar verantwoordelijk voor? Kan het zijn dat ik in een dergelijke omstandigheid gezondigd heb tegen het achtste gebod?

    In de catechismus is er sprake van “opzettelijk onwaarheid spreken”. En wát als men zaken verkondigt waarvan men niet weet of het waarheid of onwaarheid is? Toen ik een jongetje van een jaar of twaalf was, had ik een vrij hoge dunk van mezelf. Ik dacht dat ik op nagenoeg alles het antwoord wist. Het ging zelfs zo ver dat ik het zinnetje “ik weet het niet” niet over mijn lippen kon krijgen; dat moet zowat een jaar geduurd hebben. Als men mij vroeg wie de juniorenkoers gewonnen had, antwoordde ik telkens als ik het antwoord schuldig had moeten blijven: Julien Schepens! Dat was gelukkiglijk negen keer op de tien juist: Julien Schepens was zo’n verdomd goeie koereur… En als men mij de weg vroeg en ik weer eens het antwoord moest schuldig blijven, dan flapte ik er toch zomaar wat uit. Zo vroeg iemand mij in Anzegem de weg naar de Rijkestraat. Ik had nog nooit van die straat gehoord. Niettemin zei ik:

    - Voorbij de kerk linksaf en dan de eerste links: dat is de Rijkestraat.

    En het wás de Rijkestraat! Al die andere keren zat ik er naast, natuurlijk. Had ik dan enkel die ene keer niet gelogen? Ik maakte daar in ieder geval geen punt van: ik ben daarvoor nooit te biechten gegaan. Wat ik deed was niet “liegen”, vond ik, het was “gokken” en geen “opzettelijk onwaarheid spreken”, want er zat altijd wel een kans in dat mijn uitleg juist was. Het voorval met de Rijkestraat had het bewezen. En als ik beweer dat Eddy Merckx vijf keer de Tour de France gewonnen heeft en het zou blijken niet waar te zijn – ik heb het toch niet met eigen ogen gezien - , heb ik dan gelogen? À propos, wat het “met eigen ogen zien” betreft: ik heb professor Vermeersch horen verklaren dat hij zekerder was van het feit dat god niet bestaat dan van het feit dat de interviewster daar tegenover hem zat, omdat dat laatste wel eens gezichtsbedrog had kunnen zijn. En wat dit betreft wil ik niet geweten hebben dat ik lieg, want zelfs al zou hij dat niet gezegd hebben, toch ben ik er vast van overtuigd dat ik het hem heb hóren – en zién – zeggen.

    “Liegen” of “niet liegen”: de lijn zal wel moeilijk te trekken zijn. Er zal ongetwijfeld wel een schemerzone zijn. En dan is er nog de “leugen om bestwil”. En er zullen wel oneindig veel gradaties zijn. Van de heel kleine onschuldige leugentjes, die met een dagje vagevuur uit te boeten zijn, tot de zware doodzondige leugens die gestraft worden met het helse vuur, ’t is te zeggen: branden tot in der eeuwigheid. Maar da’s wáár ook: hel en vagevuur bestaan toch niet meer! Ze hebben dat toch afgeschaft? Of heb ik het verkeerd voor?

    En dan nog dit… Als ik u vertel, beste lezer, dat ik altijd onwaarheid spreek, ben ik dan een leugenaar? Of ben ik het niet?

    03-06-2011 om 11:32 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    26-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over de kunstschilder Albert Anckaert.

    Vandaag is het precies vijf jaar geleden dat kunstschilder Albert Anckaert overleed, in zijn negentigste levensjaar. Van beroep was hij onderwijzer, in zijn geboortedorp Elsegem: de meest legendarische onderwijzer die er in dat landelijk dorp is geweest. In de eerste maanden na zijn overlijden al werd mij verzekerd dat de gemeente Wortegem-Petegem, waar Elsegem heden ten dage deel van uitmaakt, zinnens was een soort museum over “Meester Anckaert” op te richten. Dat museum is er op de dag van vandaag nog steeds niet, maar kómen doet het er wel: ook de culturele molen draait nu eenmaal langzaam.

    Albert Anckaert begon te schilderen toen hij al een eind in de zeventig was en reeds vele jaren met pensioen. Hij hield er – voorlopig – mee op rond zijn tachtigste, toen zijn echtgenote hem niet langer steunde in de hobby: waarschijnlijk liet hij zijn verfborstels wat te veel rondslingeren, hier en daar… Na haar overlijden in 2003 nam hij het penseel weer op. De schilderijen uit deze tweede periode zijn niet meer zo groot in omvang en ze zijn met iets minder vaste hand geschilderd dan de meesterwerken uit zijn eerste periode. Eén van die latere “kleine” werkjes hangt bij ons thuis in de living, een ander in de veranda. Ik zou ze voor geen Rubens of geen Rembrandt willen ruilen, zelfs voor geen Raveel of geen Kim En Joong.


    Dorpskerkje (in de living)
     
     
    Pomp op het pleintje (in de veranda)

    Als het museum er komt, kunnen ze bij ons terecht voor zijn schildersezel: hij staat in onze inkomhal, samen met één van de grote werken uit zijn eerste periode.

    Hij was mijn schoonvader...

    26-05-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's bij het verhaal van gisteren.


    Affiche expositie B.B.


    Kim En Joong


    De molen van Grimaud


    Bij het graf van Henri Desgrange


    Château Vareilles

    20-05-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    19-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Côte d'Azur.

    Bij dit verhaal horen vijf foto’s: Brigitte Bardot, Kim En Joong, de molen van Grimaud, het graf van Henri Desgrange, het kasteel van Vareilles. Door technische problemen bij de webmaster kunnen die op heden niet gepubliceerd worden, maar morgen staan ze er waarschijnlijk wel…

     

    Met de auto naar de Côte d’ Azur is, lieve lezer, geen sinecuur. Maar als je beroep kunt doen op een uiterst bekwaam  en ervaren chauffeur en dus niet zélf hoeft te rijden, en als je daarenboven een tussenstop inlast in Fleurie, in het hart van de Beaujolais, dan is het zelfs voor een zeventigjarige hartlijder nog te doen. Eindbestemming: Saint-Tropez! In feite is de bestemming Cogolin, maar dat ligt op amper een paar kilometer van Saint-Tropez en geen hond die dát kent.

    Denkt u bij het horen van de naam Saint-Tropez ook direct aan Brigitte Bardot? Dan bent u beslist niet veel later dan tijdens de tweede wereldoorlog geboren ofwel bent u filmhistoricus. Zijn het de gendarmes van Saint-Tropez die u het eerst voor de geest komen dan bent u misschien iets jonger, maar beslist niet meer piep. Wat ieder normaal mens evenwel hoort te weten is dat Saint-Tropez hét trefpunt is van de “high society” van over de hele wereld. In de haven liggen de meest luxueuze boten, alle met hun dek naar de kade gekeerd: wie hier aan wal gaat wil “gezien” worden. Er zijn boten waar de huurprijs voor een verblijf van één nacht (bodyguards inbegrepen) ongeveer gelijk is aan het hele jaarinkomen van een gepensioneerde zelfstandige, het weze – ik noem maar wat – een klinisch bioloog of een sociaal bemiddelaar. Vrijwel alle groten der aarde zijn hier geweest. Tegen de voorgevel van één van de huizen langs de kade prijken hun foto’s. Tevergeefs zoek ik naar een landgenoot: geen Eddy Wally of Piet Huysentruyt…  Ze zullen deze plaats wel bezocht hebben, maar ongetwijfeld te klein uitgevallen om hier vereeuwigd te worden. Vreemd genoeg vinden we ook Brigitte Bardot niet terug tussen deze super-VIP’s, maar dat is niet onverklaarbaar: Brigitte is hier niet gewéést, ze wóónt hier. Een paar kilometer verderop, aan de baai van Saint-Tropez. Haar villa is niet te bereiken via de weg, heeft men mij verteld, doch enkel via een niet overal even begaanbaar en soms nogal steil pad langs de kust. Op mijn zoektocht ontmoet ik een jonge dame en twee al even jonge en weinig spraakzame vissers: Brigitte wie? Nooit van gehoord! Sic transit gloria mundi, zeker? Onverrichterzake zet ik uiteindelijk mijn zoektocht stop. De vrouw ontmoeten die mij een halve eeuw geleden menig natte droom heeft bezorgd, is wellicht te hoog gegrepen, doch met een foto van “huize Bardot” was ik ook al dik tevreden geweest. Helaas! Maar dat men B.B. in Saint-Tropez toch de eer wil geven die haar toekomt, bewijzen de affiches die ik hier en daar opmerk: een grote expositie over “de mooiste vrouw aller tijden”, van 23 juni tot 31 oktober. We zijn een paar maanden te vroeg naar Saint-Tropez gekomen…

    Voor wie aan de Azurenkust verblijft en nog nooit in de ministaat Monaco geweest is, is een bezoek aan het prinsdom een absolute must. Hier wonen enkele gewezen landgenoten, zoals Tom Boonen en Axel Merckx en ook de gewezen Waalse tenniskampioene Justine Henin. En stiekem hoop je er één van tegen het lijf te lopen, maar in feite is die kans zeer gering. Er wonen hier immers zo’n drieëndertigduizend mensen op een oppervlakte van nog geen twee vierkante kilometer. Een drukte van jewelste, zou men geneigd zijn te zeggen, en toch… Zowel Tom, als Axel, als Justine beweren naar hier verhuisd te zijn omwille van de rust die ze hier vinden. En dat ondanks het feit dat een klein appartementje van amper vijftig vierkante meter hier anderhalf miljoen euro kost. Maar alles is relatief natuurlijk: zo’n bedrag kon Justine makkelijk bijeentennissen in één toernooi, en voor zijn rust heeft een mens dan al eens wat over, nietwaar.

    Monaco is een overweldigende stad. Men is volop bezig met de voorbereiding van de grote formule 1 autorace die hier over een paar weken plaatsgrijpt. De tribunes staan al opgesteld. Bijna niet te geloven dat men hier middenin de stad kan racen met auto’s van het allerzwaarste kaliber. En dan zijn er op het plein vóór het prinselijk paleis op de rots, de voorbereidingen voor het huwelijk van het staatshoofd, de prins Albert, die al even in de vijftig is, maar nog steeds vrijgezel, ofschoon reeds vader van een paar kinderen. Het strekt deze Albert echter wel tot eer dat hij, in tegenstelling tot “onze” Albert, zijn buitenechtelijke kinderen als dusdanig erkent. Dit huwelijk zou ongetwijfeld het huwelijk van de eeuw geweest zijn, ware het niet dat we dat reeds gehad hebben een paar weken geleden, in Engeland. De bomen op het plein worden volgehangen met duizenden kleine lichtjes, alle gebouwen rondom krijgen een nieuw laagje verf en alles wat van edel of halfedel metaal is of er zich maar enigszins toe leent, wordt opgeblonken. En dan is er de kathedraal van Monaco, die wat verderop staat, en waar de hele huwelijksceremonie zich zal afspelen voor het oog van de televisiecamera’s en dus van honderden miljoenen kijkers. In de kathedraal lopen we over de grafstenen van prins Rainier en prinses Grace, hét sprookjespaar van de vorige eeuw: griezelig, als je bedenkt dat het allemaal niet eens zolang geleden is… Men is bezig de kathedraal te behangen met meesterwerken van de wereldberoemde Koreaanse kunstenaar, pater Kim En Joong. En geloof het of niet, de kunstenaar zelf is aanwezig en is bereid ons te woord te staan. Als we zeggen dat we Vlamingen zijn wordt hij zelfs enthousiast en hij vertelt ons dat hij onlangs een tentoonstelling gehouden heeft in de Sint-Baafsabdij in Gent en dat hij een intieme vriend is van kardinaal Danneels. Hij laat ons twee boeken zien waarvan hij samen met Godfried Danneels de auteur is. Hij laat ons toe een foto te nemen van hemzelf, staande voor één van zijn schilderijen. Men hoeft geen kenner te zijn om te zien dat dit hoogstaande kunst is. Daar kunnen Rubens en Rembrandt nogal eens een punt aan zuigen, merkt iemand op. Al vind ik dat nu net iets overdreven…

    Wie de Côte d’Azur bereist mag niet nalaten een bezoek te brengen aan Grimaud: zowel het oud Provençaals stadsgedeelte als het nieuwe Port Grimaud. Overal hangen hier spandoeken met “Harley Davidson” of enkel maar de initialen “H.D.” Dit week-end komen de bezitters van een Harley Davidson – een motorfiets, voor wie dát niet zou weten – naar hier afgezakt om met elkaar te verbroederen en feest te vieren. Ze komen vanuit alle landen, met zeventigduizend zijn ze, beste lezer. Zeventigduizend! Daar hoef ik voorzeker geen tekening bij te maken? Teneinde het hels lawaai van de motoren te ontvluchten ga ik het hogerop zoeken, waar nogal verlaten, een oude burcht staat, met ernaast een Romeins theater. En er is een kerkhof en een oude, doch mooi gerestaureerde oude molen, die sprekend lijkt op de molen van Alphonse Daudet in Fontvieille, dewelke ik meerdere keren heb bezocht. De molen is drie- of vierhonderd jaar oud en de restauratie is gebeurd in 1990 door “de vrienden van de Ronde van Frankrijk”. Een en ander wordt mij duidelijk als ik in één van de uithoeken van het vlakbij gelegen kerkhof een grafzerk zie van een man met de initialen… “H.D.”! Het grafschrift luidt: En hommage de Henri Desgrange, fondateur du Tour de France, 1865-1940. De confrontatie met deze man, met wie ik samen gedurende drieënzeventig dagen – van 4 juni tot 16 augustus 1940 – de wereld bevolkt heb, geeft mij een héél apart gevoel. Hoeveel minder opwindend zou mijn prille jeugd eruitgezien hebben zonder de Tour de France! Ik zie ze nog levendig vóór mij, de wielerhelden van weleer: Gino Bartali, Fausto Coppi, Ferdi Kübler, Hugo Koblet, Louison Bobet… Dat ik het graf van Henri Desgrange ontdekt heb! Ik vertel het met het enthousiasme van een kind, in één van de tavernes, wat lager gelegen. Er zitten enkele mensen van middelbare leeftijd, Fransen uit de streek, naar ik vermoed. Henri Desgrange? Nooit van gehoord! De Tour de France? Ja, dát wel…

    Voor wie met de auto van de Côte d’Azur terugkeert naar Vlaanderen, heb ik nog een fijne suggestie. Hou een tussenstop in het dorpje Sommant, nabij de oude stad Autun in het departement Saône-et-Loire. Er wonen amper tweehonderd mensen, maar er staat een kasteel: Château de Vareilles. We hebben er een heerlijke nacht doorgebracht.

    19-05-2011 om 18:21 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een bestseller?

    Een boek schrijven is hard labeur, maar als het achteraf een bestseller blijkt te zijn, smaken de vruchten zoet.
    Of mijn nieuw boek ("Uit het schuim van de zee") tot het bestsellerdom zal toetreden, valt nog af te wachten natuurlijk, maar de sterren staan goed!
    Het boek wordt geacht te verschijnen in de grote vakantie. De absolute nummer één van 't jaar 2011 wordt het natuurlijk niet: daarvoor hebben we in Vlaanderen een paar auteurs die een maatje te groot zijn. Op de eerste plaats zal zonder de minste twijfel het laatste nieuw boek van Piet Huysentruyt komen te staan. Op de tweede plaats mogen we het laatste boek van de weergaloze Herman Brusselmans verwachten ("De preut van tante Sidonie"). Maar die derde podiumplaats zit er misschien wel in...
    Hier alvast een ontwerp voor de cover, maar definitief is 't nog niet... 



    22-04-2011 om 17:58 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    20-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grete Waitz
    Gisteren is de legendarische maratonloopster Grete Waitz overleden, op 57-jarige leeftijd. Aan longkanker. Hoe, in 's hemelsnaam, krijgt zo'n sportieve vrouw longkanker? Ik stelde de vraag aan Jan Bauwens en het antwoord volgde prompt: "Grete Waitz zal in haar 57-jarig leven véél meer lucht geventileerd hebben dan de meeste mensen van 80, vermoed ik, en die lucht zit vol met fijn stof".
    Tsjernobyl, Fukushima, uitlaatgassen, overbevolking, burgeroorlogen... Het duizelt een beetje voor mijn ogen. Ik denk dat de catastrofe nu écht begonnen is.

     Uit het boek "Grijsloke 2000", p. 144

    Ik heb Grete Waitz leren kennen in Griekenland in 1983: één van de pittigste en meest joviale jonge vrouwen die ik ooit heb ontmoet...

    20-04-2011 om 12:33 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een plagiaiku.

    wassen plassen koken

    boterhammen smeren

    stabiliteit

    pure warmte

    een hecht gezin

    Mozes

    ge moest u schamen

    -  HLN 2.4.2011 p8 - 

    05-04-2011 om 03:25 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Filmpje voor AZV.
    Ziehier de uitslag van de interscholenwedstrijd voor het beste clipcupfilmpje voor AZV (Artsen zonder Vakantie):
    1/ Paridaensinstituut Leuven (39% van de stemmen);
    2/ Sint Jorisschool Menen (31%);
    3/ Sint Hendrikschool Deinze (14%);
    4/ KTA1 Atheneum Hasselt (13%);
    5/ Colomaplusschool Mechelen (3%).
    Wenst u de filmpjes van deze vijf laureaten nogmaals te bekijken, klik dan hier: www.azv.be/nl/clipcup .

    28-03-2011 om 03:50 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een band voor het leven.



     

    Van mensen die enkel maar hun krant en nooit eens een wetenschappelijk tijdschrift lezen wil ik mij distantiëren. “UZ Letters”, het driemaandelijks tijdschrift van het Universitair Ziekenhuis Gent, wordt door mij al even gretig gelezen als “Het Laatste Nieuws”. Op dit eigenste ogenblik ligt vóór mij editie nummer 107 (maart-april-mei, jaargang 21) van het onvolprezen universitair ziekenhuisblad. Intrigerend  is het adres van de uitgever: Kuiperskaai, nummer 6. Een halve eeuw geleden was de Kuiperskaai het uitgaanscentrum van de Gentse student. Wat al roemrijke nachtelijke tochten hebben wij niet ondernomen in dit verderfelijk oord: den Don Carlos, den Don Quichotte, de Zolder, de Kelder. In dit laatste etablissement greep in 1962 de eerste studentenmissverkiezing plaats (miss Laetitia!) en een jaar later werd ik daar zelf verkozen tot senior seniorum – een grotere eretitel kan men zich als student nauwelijks indenken. En daar was ook de frituur van Fons.

    “Gekend om zijn pili-pili” staat er in de folder van de Gravensteenfeesten anno 1961, maar vooral bekend om het feit dat de frituur pas om middernacht openging en open bleef tot in de vroege ochtenduren, en ook vanwege het feit dat het wel eens gebeurde dat baldadige studenten de inboedel van Fons, zijnde stoelen en tafels, aan de overkant van de straat in de Leie gooiden. Tot groot jolijt van iedereen… ook van Fons. Maar dat heb ik al uitgebreid verteld in mijn boek “O jerum jerum jerum…” (2006) op pagina 54. En nu? Géén café’s meer in de Kuiperskaai, géén Fons meer, géén studenten meer. Wel woont daar nu de uitgever van “UZ letters”…

    Op pagina 17 van mijn UZ Letters: een boeiende reportage over professor emeritus Herman Mielants, onder de titel “Een band voor het leven”. Er staat ook een foto bij van de professor: een knappe sportieve verschijning. Elegante coiffure, nog niet door grijze haren ontsierd, mooie gebronzeerde, van gezondheid blakende huid, nauwelijks door rimpels doorploegd, ernstig doch ook weer niet té ernstig kijkende blauwe ogen die vertrouwen inboezemen, een lichte rustgevende monkellach om de mond, een kortgemouwd en aan de hals sexy openstaand wit jasje, een vaste hand zonder de ouderdomsvlekken die zo vaak de rug van oudere lieden ontsieren, en met vingers die allerminst tekenen van reuma vertonen. Het lijkt erop dat hij een tekst aan ’t lezen is, op een kritische manier zoals het een wetenschapper betaamt, klaar om er met een blauwe bic aantekeningen bij te maken of verbeteringen aan te brengen. In de borstzak van zijn jasje: een reservebalpen en twee toestelletjes waarvan ik veronderstel dat het ene moet dienen om een dringende oproep te beantwoorden, terwijl het andere wellicht een dictafoon moet zijn. Is het niet onbegrijpelijk dat zo’n man van de ene dag op de andere ontslagen wordt uit zijn professorenambt, enkel en alleen omdat hij de pensioen”gerechtigde” leeftijd heeft bereikt? Hij is nu emeritus, zo noemen ze dat. ’t Is maar dat ze net niet durven zeggen: Mielants is bevorderd van “gewoon professor” tot “professor emeritus”! Maar is het niet even onbegrijpelijk dat ik aan deze Herman Mielants gedurende welgeteld achtenveertig jaar (van 1962 tot 2010) en zonder hem ooit gezien te hebben, een hartsgrondige hekel heb gehad en dan nog wel zonder dat hij mij ook maar iéts misdaan heeft? – Hoe zou het ook kúnnen, want tot op de dag van heden is de professor emeritus zich van mijn bestaan ongetwijfeld niet bewust… En toch is daar een verklaring voor. ’t Is te gek om los te lopen en goed te praten is het allerminst. Alleen mijn allertrouwste lezers zullen nu fijntjes glimlachen…

    Plaats van het gebeuren: Gent, het huis op de hoek van de Afsneelaan (nu Fabiolalaan) en de Aaigemstraat. Er woonde een bejaarde vrouw die op de benedenverdieping een kruidenierswinkeltje had en boven een drietal  studentenkamers verhuurde. Van de zomer 1960 tot de zomer 1962 ben ik daar “op kot” geweest. ’t Was mijn derde kot en ofschoon er geen stromend water was op de kamer en de verwarming enkel bestond uit een armzalig gasvuurtje – niets ongewoons in die tijd – heb ik er de beste herinneringen aan.  Ik zou er waarschijnlijk nooit op eigen initiatief weggegaan zijn. Akkoord, ik had mijn kotmadam de duivel aangedaan en ik heb mijn dwaze kuren netjes opgebiecht in mijn memoires (“O jerum jerum jerum”, 2006). Maar nooit heb ik iets met kwade bedoelingen gedaan, laat staan dat ik haar heb willen pesten. Moest ze mij na twee jaar aan de deur zetten, nu ik geslaagd was in mijn vierde jaar geneeskunde en nu ik mij de laatste maanden toch voorbeeldig had gedragen? Ze deelde het mij zonder omwegen mede: ze had het kot al verhuurd aan een wel opgevoede nette jongen, die evenals ik geneeskunde studeerde: hij heette… Herman Mielants (in mijn memoires noem ik hem abusievelijk Wim Mielants). Ik zei dat ze daar nog spijt van zou krijgen, want dat van de eerstejaarsstudenten in de geneeskunde er amper één op de vier in slaagden het diploma van dokter te halen, terwijl iemand als ik, die dus nu reeds in ’t vijfde jaar zat, vrijwel zeker de eindmeet zou halen. Theoretisch had die Mielants dus één kans op vier. Ik gaf hem nog niet één kans op honderd. Ik haatte die Mielants…

    Maar hoe ánders is het verlopen. De gehate Mielants is professor geworden. En niet zómaar een professor. Eén die grote wetenschappelijke prijzen in de wacht heeft gesleept – de Pfizerprijs en de Sidmarprijs -  voor de ontdekking van de relatie tussen darm en gewrichtsontsteking bij spondylartropathie. En de mooiste onderscheiding die hem dan nog ten deel gevallen is in 2008: de verkiezing tot de beste prof, door de studenten geneeskunde! In UZ Letters staat ook vermeld dat “het grootste deel van de Vlaamse reumatologen eigenhandig werd opgeleid door professor Mielants”. Dat de kotmadam uit de Afsneelaan dit allemaal niet meer heeft meegemaakt, daar ben ik niet rouwig om.

    U kan mij geloven of niet, beste lezer, maar ik zweer u dat het wáár is: ik heb professor emeritus Herman Mielants amper een jaar geleden voor ’t eerst in mijn leven gezien. Tijdens een symposium aan de Gentse universiteit. Op deze blog (www.bloggen.be/pierpont/archief.php?ID=672421) heb ik die “unilaterale” kennismaking beschreven (ook hier heb ik het abusievelijk over WM ofte Wim Mielants…). Ik heb hem toen nul op vijf gegeven voor zijn voordracht en in mijn verhaal heb ik mij wat oneerbiedig uitgelaten over de man. Het lijkt er wel op dat ik mij verkneukelde in het feit dat hij zelf scheen te lijden aan spondylartritis en dat ik hem dat als een zwaar minpunt aanrekende. Alsof een specialist in spondylartritis zélf geen spondylartritis zou kunnen krijgen! Overigens ziet hij er op de foto in UZ Letters veel beter uit en zal er van spondylartritis wel geen sprake meer zijn. Zijn behandeling zal dus wel degelijk gewerkt hebben. En hij beweert gelukkig te zijn dat hij nu meer tijd krijgt voor reizen, sporten en fotografie, nu hij emeritus is. Een echte professor is hij dus niet meer. Ik, daarentegen… maar daarvoor verwijs ik u, dierbare lezer, naar www.bloggen.be/kris/archief.php?ID=269 .

    Maar “eind goed, al goed”. Nu “de gehate vijand” eindelijk een gezicht heeft gekregen, heb ik mij volledig met hem verzoend en ik vraag eerbiedig excuus voor al het onrecht dat ik hem in mijn gedachten heb aangedaan. Zijn foto ligt op mijn bureau. Ik bekijk hem iedere dag en iedere dag vind ik hem sympathieker. Een band voor het leven.

     

    25-03-2011 om 10:18 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een straf van de goden?
      HLN d.d. 16 maart 2011.


    Nu de strijd in Japan verloren lijkt, vragen de slachtoffers zich af: Waarom worden wij zo meedogenloos gestraft door de goden? Wat hebben wij misdreven?

    Niets ongewoons, beweert één van onze Vlaamse filosofen (*klik hier: www.bloggen.be/tisallemaiet/archief.php?ID=1121682 ). De gelovige vertrouwt erop dat alles wat hem ten deel valt “van boven komt”: beloning en straf. Hij weigert te geloven dat een ramp hem onverdiend te beurt valt, zomaar, zonder dat er een macht is, een god, die hem dit onheil laat overkomen. Want dat zou betekenen dat er ofwel géén god bestaat, of dat die god zich van zijn lot niets aantrekt, met andere woorden dat die god onrechtvaardig is. Welnu, leven met de gedachte dat er geen rechtvaardige god bestaat, is voor die gelovige nog ondraaglijker dan het besef dat hijzelf schuldig is en moet boeten.

    Dat verklaart waarom de oude Grieken, die een gelovig volk waren, niet nalieten hun goden te raadplegen, via het orakel, telkens als een ramp hen overviel: epidemieën, massale veesterfte, oorlogen…  Het orakel gaf uitsluitsel, zij het vaak in omfloerste termen. Een ramp was het dat de Grieken met hun oorlogsschepen niet konden uitvaren naar Troje, bij gebrek aan een gunstige wind (*klik hier: www.bloggen.be/dzeus/archief.php?ID=129 ). Het orakel legde de schuld bij Agamemnon, de legeraanvoerder, die de woede van de godin Artemis had opgewekt, door aan alle goden een offer te brengen, behalve aan háár. Die fout kon Agamemnon slechts goedmaken door zijn dochter Iphigineia te offeren. Het was een vergetelheid geweest van Agamemnon, geen opzettelijke fout…

    Wie bij een spoorwegovergang het rood licht negeert, het weze door onoplettendheid, kan daarvoor zwaar gestraft worden, zijnde met de dood. Wie omkomt in een auto-ongeval, zonder schuld te hebben aan het ongeval, wordt gestraft omdat hij niet de trein heeft genomen. En wie omkomt in een treinongeval heeft eveneens de foute keuze gemaakt: indien hij de verplaatsing met de auto had gedaan, was hij wellicht niet omgekomen. Laten we het hier bij houden: rampen overkomen ons door foute keuzes, door onszelf gemaakt of door anderen, al dan  niet opzettelijk.

    De vrome Japanner, die zich via het orakel tot zijn god wendt met de prangende vraag wat zozeer de woede van de godheid heeft opgewekt, krijgt wellicht te horen:

    - Hybris! In uw overmoed hebt gij de wereld overbevolkt. In uw overmoed hebt gij alle uithoeken van de wereld ingepalmd: de woestijnen en de poolgebieden, plaatsen waar uw soort niet gedijt, waar het voor mensen onleefbaar is. Gij gaat er prat op dat gij het enig levend wezen zijt dat op deze wereld alomtegenwoordig is!

    - Is mijn land dan “onleefbaar”? vraagt de vrome Japanner weer.

    - Misschien niet helemáál onleefbaar, maar leefbaar slechts voor honderd keer minder mensen dan nu het geval is. Honderd keer minder mensen zouden er dan omkomen bij een aard- en zeebeving. En kerngeneratoren zouden dan niet eens nodig zijn.

    - En wát dan met de negenennegentig percent anderen?

    - Evacueren! Naar Vlaanderen bijvoorbeeld, waar klimaat en bodemgesteldheid veel geschikter zijn, en de kansen op een kernramp veel geringer.

    - En geraakt Vlaanderen dan niet overbevolkt?

    - Heel zeker wél! Want er zijn niet alleen de Japanners: de Ethiopiërs en de Kenianen, de Tsjetsjenen en de Kosovaren, de Koerden en de Afghanen, de Marokkanen en de Turken, de Ottomanen en de Albanezen, de Tolmeken en de Tolteken, de Birmanen en de Pyromanen, de Irakezen en - nezen, de Azteken, de Beloetsjistanezen…

    - En wordt de ramp dan niet verplaatst naar Vlaanderen?

    - Natuurlijk wél! Vlaanderen wordt dan super-overbevolkt. Het wordt vol gebouwd met wolkenkrabbers om al dat volk een onderdak te geven: de ene wolkenkrabber tegen de andere, óók in Limburg en in de Westhoek. Om al dat volk de nodige energie te geven waarop ze recht hebben, zullen er honderden kernreactoren moeten gebouwd worden. En omdat de mensen allen zo dicht opeengepakt zullen zitten, zal één ontplofte kernreactor misschien wel volstaan om er een paar miljard te liquideren. Maar laten we serieus wezen: we hebben de strijd verloren. We zullen allen gestraft worden door de goden omdat we een verkeerde keuze gemaakt hebben. Malthus had ons nochtans gewaarschuwd…

    - Hebben we dan tóch gezondigd tegenover de goden door niet te doen wat Malthus ons heeft voorgehouden?

    - Welneen! Ik heb mij onvoorzichtig uitgedrukt. Vergeet even de goden en de straf en laat ik het als volgt stellen:

    Een paar honderd jaar geleden heeft Malthus deze ramp voorspeld. Hij heeft de mens voor de keuze gesteld: geboortebeperking of niet. En de mens heeft de verkeerde keuze gemaakt. Dat was geen zonde, want de mens was zich van geen kwaad bewust. Wat nu gebeurt kan dus geen straf zijn van de goden: het is enkel de consequentie van een verkeerde keuze.

    - En hybris…

    - Juist! Ja, ook hybris. Menselijke hybris, het doet de goden huiveren.


    18-03-2011 om 22:36 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    14-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HLN: leuk en minder leuk nieuws.

     

    HLN (Het Laatste Nieuws) bracht dit week-end  niet alleen verslag over de burgeroorlog in Libië en de catastrofe in Japan: er was ook nog ander nieuws, leuk en minder leuk nieuws.

       foto HLN  (12 maart 2011) 

     

    Laten we beginnen met het leuk nieuws: ons koninklijk huis is weer met een eenheid uitgebreid. Er is nog een dochter opgedoken van koning Leopold de derde, een zusje dus van onze koning Albert de tweede en van wijlen koning Boudewijn. Ze heet Ingrid, is zeventig jaar oud en woont in Amerika, in Florida als ik mij niet vergis. Ze is getrouwd met een man die nog steeds iedere dag gaat werken, en dat vindt HLN bijzonder. Maar wat is daar nu zo bijzonder aan? Ook in ons landje is het zogenaamde “bijklussen” schering en inslag. Voorbeelden van bijklussende mannen boven de zeventig zijn legio: Willy Claes, Jean-Luc Dehaene, Wilfried Martens. Een centje bijverdienen ter aanvulling van het ouderdomspensioen, dat, zoals iedereen weet, in ons land nogal aan de magere kant is.

    HLN is dus, in de persoon van Philippe Ghysens, naar Florida getrokken, maar tot een interview met prinses Ingrid is het niet gekomen. De prinses staat namelijk ook niet afkerig tegenover een-centje-bijverdienen: ze vraagt vijfenzeventigduizend euro cash voor een interview en dat kan of wil HLN niet betalen. En, eerlijk gezegd, ik vind vijfenzeventigduizend euro een beetje schrokkerig. Het is bijna het dubbele van wat ikzelf vraag aan het Davidsfonds om een voordracht te houden over de Griekse mythologie. En daar zijn de verplaatsingskosten dan nog inbegrepen, en uren voorbereiding.

    Maar laten we daar niet treurig om zijn. Dat interview komt er ongetwijfeld nog wel. En een extra centje zal Ingrid nu ook wel kunnen inbrengen in ’t huishouden. Als lid van ons koningshuis heeft zij ongetwijfeld recht op een dotatie, en… met terugwerkende kracht.

     

       foto HLN  (12 maart 2011)

    Er is evenwel ook minder leuk, zelfs ronduit droevig nieuws. De vermiste Kortrijkse deken Marc Gesquière is dood teruggevonden in de Leie: dood door verdrinking. Men vermoedt dat het hier een wanhoopsdaad betreft. Terloops gezegd, met “wanhoopsdaad” bedoelt men “zelfmoord”. De laatste jaren worden meer en meer termen en uitdrukkingen gebruikt om de werkelijkheid minder cru te laten klinken: men staakt niet meer voor opslag, maar voor “verhoging van de koopkracht”, een falende minister neemt geen ontslag, maar “hij trekt zijn conclusies”. Aanvankelijk heb ik geen geloof gehecht aan de thesis “zelfmoord”, want zelfmoord, zo heeft men mij in de katholieke school altijd voorgehouden, is een zware doodzonde. Even zwaar als moord. Maar in feite véél erger. Want een moordenaar, zelfs de grootste massamoordenaar kan vergiffenis voor zijn zonden krijgen en aldus de eeuwige straf van het helse vuur ontlopen, als hij maar te biechten gaat, of zelfs maar een oprecht akte van berouw prevelt. En dat is nu net wat een zelfmoordenaar niet kán: na de zondige daad kan hij niet meer te biechten gaan of een akte van berouw bidden, want hij ís er gewoon niet meer. Zelfmoordenaars zijn in feite de enige zondaars, waarvan met zekerheid geweten is dat zij niet “in staat van genade” sterven. Dat is de reden waarom zelfmoordenaars vroeger geen uitvaartdienst in de kerk kregen en in ongewijde grond begraven werden. Voor “gewone moordenaars” lag dat anders. Niemand wist of zij niet tot Onze-Lieve-Heer gebeden hadden om vergiffenis – die zij, gezien Gods oneindige goedheid, uiteraard steeds gekregen hadden – en omdat niemand het dus wist, verdienden zij het voordeel van de twijfel. In mijn kennissenkring  heb ik twee zelfmoordenaars gekend die in ongewijd pierenland zijn terecht gekomen: een jongeman en een vrouw in de menopauze, allebei depressief…

    En ik dacht bij mezelf: wie, beter dan zo'n deken, weet dat hel en eeuwige verdoemenis het enige is wat de pleger van een wanhoopsdaad te wachten staat? Maar nu blijkt – ’t is mijn overbuur, de diaken, die het mij deze morgen heeft gezegd – dat de hel niet meer bestáát, net zo min als de biecht en de doodzonde! Wanneer hebben ze dat allemaal afgeschaft? Is het van de ene dag op de andere gebeurd, of is het geleidelijk gegaan? De diaken weet het ook niet precies. Waarom werd het ons, katholieken die geabonneerd zijn op Kerk en Leven, nooit ondubbelzinnig meegedeeld? Of was het niet belangrijk genoeg, misschien? In eeuwigheid branden in het helse vuur, daar wordt zomaar ineens de spons over geveegd, zelfs zonder te biechten te gaan! Zelfs ’t vagevuur bestaat niet meer! En dat ik dat nú pas te weten kom, nu de nieuwe regel al járen in voege blijkt te zijn!...



    14-03-2011 om 00:00 geschreven door kris vansteenbrugge  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (1)


    Blog als favoriet !

    Foto

    O jerum jerum jerum…

    Mijn memoires

    (2006, 206 p., 17,95 €)

    Te bestellen via mail:

    kvansteenbrugge@gmail.com

    (geen verzendkosten)



    Mijn nieuwste boek (Uit het schuim van de zee, 2011) behandelt de hele Griekse mythologie in 136 verhalen (408 pag.) en 18 originele tekeningen. Het is nu reeds aan zijn derde druk toe. Het boek is te bestellen via mail (kvansteenbrugge@gmail.com). Betaling na ontvangst (18,95 euro). Bij bestellingen vóór 1 mei dienen geen verzendkosten betaald te worden.

    Foto

    Archief per week
  • 19/05-25/05 2025
  • 14/04-20/04 2025
  • 10/03-16/03 2025
  • 03/03-09/03 2025
  • 17/02-23/02 2025
  • 06/01-12/01 2025
  • 30/12-05/01 2025
  • 16/12-22/12 2024
  • 25/11-01/12 2024
  • 18/11-24/11 2024
  • 21/10-27/10 2024
  • 07/10-13/10 2024
  • 23/09-29/09 2024
  • 16/09-22/09 2024
  • 09/09-15/09 2024
  • 22/07-28/07 2024
  • 15/07-21/07 2024
  • 01/07-07/07 2024
  • 24/06-30/06 2024
  • 17/06-23/06 2024
  • 27/05-02/06 2024
  • 29/04-05/05 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 07/11-13/11 2022
  • 03/10-09/10 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 15/08-21/08 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 13/12-19/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 28/12-03/01 2021
  • 14/12-20/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 17/08-23/08 2020
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 20/07-26/07 2020
  • 13/07-19/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 24/09-30/09 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 28/11-04/12 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 30/12-05/01 2014
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 12/12-18/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 06/12-12/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 16/11-22/11 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 02/11-08/11 2009
  • 26/10-01/11 2009
  • 19/10-25/10 2009
  • 05/10-11/10 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 31/08-06/09 2009
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 27/07-02/08 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 06/07-12/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 01/06-07/06 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 04/05-10/05 2009
  • 27/04-03/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 30/03-05/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 09/02-15/02 2009
  • 29/11-05/12 -0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs