Mijn nieuwste boek (Uit het schuim van de zee, 2011) behandelt de hele Griekse mythologie in 136 verhalen (408 pag.) en 18 originele tekeningen. Het is nu reeds aan zijn derde druk toe. Het boek is te bestellen via mail (kvansteenbrugge@gmail.com). Betaling na ontvangst (18,95 euro). Bij bestellingen vóór 1 mei dienen geen verzendkosten betaald te worden.
FLAUW EN PUBERAAL, MAAR GOED BEDOELD: dit soort verhaaltjes vindt u bij de vleet ('n 200-tal) op www.bloggen.be/kris .......... PICTAIKU'S (de allernieuwste kunstvorm) vindt u op www.bloggen.be/pictaiku
02-01-2019
Q-ratio
Curatio is
Latijn en het betekent genezing. Het betekent ook verzorging, hetgeen niet
helemaal hetzelfde is: het zal u niet onbekend zijn dat vele kwalen genezen
zonder verzorging, en dat anderzijds niet iedere verzorging leidt tot genezing.
Curatio is ook de naam van het trimestrieel tijdschrift van de provinciale raad
van West-Vlaanderen van de Orde der artsen, de vroegere Orde der geneesheren,
een naam die onhoudbaar was sedert de afstuderende vrouwen zwaar in de
meerderheid zijn tegenover hun mannelijke collegas. Een zeer toepasselijke
naam inderdaad. Het feit dat op het titelblad de naam Qratio prijkt dient wellicht slechts geïnterpreteerd te worden als
een spitsvondigheidje.
Sedert een
dag of tien ligt de Qratio van het
laatste trimester van t voorbije jaar op mijn schrijftafel. Iedere dag kijk ik
met het grootste welbehagen naar de foto op de voorpagina. Het is een foto van
de afgestudeerde artsen van de lichting 2018, de laatste lichting dus.
Dat de jongedames in de meerderheid zijn moge duidelijk wezen. En onder die jongedames, op de voorste rij, heb ik mijn muze gevonden en dat is nu net waarom ik het niet kan laten om iedere dag naar die foto te kijken. Ik heb haar Elena genoemd, naar Helena van Sparta, ook bekend als Helena van Troje, die de mooiste vrouw aller tijden genoemd werd tot de komst van Brigitte Bardot. Zon zestig jaar geleden hing de foto van B.B. op mijn studentenkamer en was zij de muze die mij succesvol doorheen mijn jeugdjaren heeft geloodst.
De Brigitte Bardot uit mijn studentenjaren...
Moge de jonge Elena mij nu succesvol naar mijn einde loodsen. Is zij immers niet het evenbeeld van Brigitte, dezelfde adembenemende schoonheid, een reïncarnatie? Dé schoonheid zal altijd blijven bestaan, de schoonheid van Helena van Troje, van Brigitte, van Elena. De schoonheid wordt doorgegeven van de ene generatie naar de volgende. Géén god is er ooit in geslaagd iemand de eeuwige jeugd te schenken. De eens zo machtige Zeus verleende ooit de onsterfelijkheid aan een Trojaanse prins Tithonos, op verzoek van Eos, de godin van de dageraad, die smoorverliefd was op de mooie jonge prins. Maar de eeuwige jeugd? Neen, dat ging zelfs de macht van Zeus te boven. Toen zijn tijd gekomen was schrompelde Tithonos geleidelijk ineen tot hij eruit zag als een krekel Het toont aan dat niemand gebaat is met het eeuwig leven als hij er niet bij krijgt, hetgeen enkel voorbehouden is aan goden en godinnen: de eeuwige jeugd. En toch kan ik mij nauwelijks voorstellen dat het met mijn Elena net zó zal vergaan.
Het doet mij terugdenken aan de foto van de lichting 1965. Valt het u op dat alle promovendi in smoking waren, behalve die ene, die een vrouw was, Claudine? Eén vrouw op de vierenvijftig. Wat waren wij toen verstoken van vrouwelijk schoon! Daar kwam nog bij dat de geleerdsten onder ons een cordon sanitaire rond Claudientje gesmeed hadden. Dat cordon werd slechts doorbroken op de dag van de plechtige eedaflegging, de dag waarop onze wegen voor de meesten definitief uit elkaar zijn gegaan. Bekijk die foto van toen: wie staat daar rechts van Claudine? Precies! En achter Claudine en mij? Mijn beste vriend Raymond Creus, die welhaast vijf jaar geleden is heengegaan Hoe onbarmhertig snijdt toch de tijd!
In de Qratio wordt verder veel aandacht besteed aan de huldiging (de laudatio) van de jubilerende artsen van de Orde van West-Vlaanderen, t is te zeggen de artsen van de lichting 1968 (goud) en de lichting 1958 (diamant). Van de lichting 1948 blijkt er helaas niet één meer over te zijn. Vijf mannen van 58, achttien van 68. Geen vrouw. Alle drieëntwintig staan ze met hun foto in het blad, en met hun levensverhaal. Ze zijn allen blij dat ze het beroep van arts gekozen hebben en als ze het zouden overdoen deden ze het weer. Sommigen oefenen zelfs nú nog de geneeskunde uit. Omdat ze het zo graag doen, omdat ze het niet kunnen laten Het wederwoord is van Marcel Toye. Een ernstig wederwoord. Drie jaar geleden viel mij de eer van het wederwoord te beurt. Mijn wederwoord was minder ernstig. Ludiek! Al de jubilarissen hebben er zich goed mee geamuseerd. De meesten schuddebuikten van het lachen. Sommigen hielden zelfs hun buik vast, vanwege dat schuddebuiken. Toen waren er wél een paar vrouwen. Eén onder hen: Claudine! Ik zag ze voor t eerst terug, na vijftig jaar. Ze was nog niets veranderd. Zij schuddebuikte niet, maar ze lachte fijntjes. Over zeven jaar zal ik bij de club van de diamanten jubilarissen horen. Wellicht zullen ze mij dan niet meer vragen voor het wederwoord. Niet in de laatste plaats omdat ik de enige ben sinds mensenheugenis die urbi et orbi verklaart dat hij nooit meer het artsenberoep zou kiezen als het te herdoen was. Maar wat zeg ik daar? Over zeven jaar! Hoe zere vallen zaf dichtte Guido Gezelle. Maar toch, ik denk dat ik het haal. Met de hulp van mijn muze, Elena. Ik blijf iedere dag die God mij schenkt uw foto bekijken, Elena, op de voorpagina van de Qratio. Das beloofd.
Gordelcriminaliteit
wordt het woord van het jaar. In dezelfde sfeer en al even schitterend als het
woord van t voorbije jaar (moordstrookje). Gordelcriminaliteit is het niet
dragen van de veiligheidsgordel in de auto. Er zijn twee soorten: de zware vorm
waarbij de gordel over lange afstanden (of helemaal) niet gedragen wordt, en de
lichtere vorm waarbij de gordel pas aangeklikt wordt nadat de auto gestart is
en er al enkele meters gereden zijn. Tot onze scha en schande moeten we
bekennen dat twee leden van onze loopclub in 2018 betrapt zijn op
gordelcriminaliteit, zij het de lichte vorm, en daarvoor flink beboet zijn. Zij
hebben hun lesje geleerd en ze hebben
zich voorgenomen zich in de toekomst behoorlijk te gedragen. De politie maakt
zich sterk dat tegen eind 2019 de gordelcriminaliteit volledig uitgeroeid zal
zijn door algehele prioriteit te geven aan dit probleem, t is te zeggen door
de pakkans te vergroten door het inzetten van nog meer manschappen en cameras,
en door het drastisch verhogen van de boetes.
De
kranten zullen hun best doen om de discrepantie die bestaat in de berichtgeving
tussen de verschillende sporten geleidelijk aan weg te werken. Tegen het eind
van het jaar zullen niet méér paginas aan voetbal gewijd worden dan aan alle
andere sporten samen. Fifty-fifty en nog steeds een wanverhouding dus, hoor ik
u zegggen, en daar ben ik het met u eens, maar toch al wat evenwichtiger dan de
toestand zoals ie op dit ogenblik is: 75% voor het voetbal, 25% voor al de
rest!
In
de loop van het jaar worden over de hele wereld de inkomens van alle mensen
gelijkgeschakeld, van het loon van de CEO tot dat van de Chileense mijnwerker.
Ofschoon deze laatste misschien een extra premie zou kunnen claimen vanwege een
hoger gevaren- en gezondheidsrisico en een lagere arbeidsvreugde...
Er
komt een drastische aanpak van de jurisprudentie. Criminelen, en in t
bijzonder de witteboordcriminelen, zullen hun straf niet langer ontlopen door
verjaring, procedurefouten, en andere advocatenspitsvondigheden. De superrijken
en de gewone rijken zullen niet langer aan belastingontduiking kunnen doen door
fiscale trucs, zijnde witwasserijen en legale optimalisatiepraktijken.
In
2019 wordt een eind gemaakt aan elke vorm van discriminatie. Gelijkheid voor
alle mensen. Bij alle openbare diensten (onderwijs, ministeries, openbaar
vervoer, gezondheidszorg, politie, leger ) worden mensen enkel nog geselecteerd
op basis van bekwaamheid en niet meer op basis van geslacht, afkomst,
huidskleur, haarkleur, kleur van de ogen, sexuele geaardheid, en dies meer. Eén
uitzondering: de federale verkiezingen in het voorjaar. Hier wordt nog even
vastgehouden aan het seksistisch principe: evenveel mannen als vrouwen op de
lijst - transgenders vallen voorlopig wellicht nog uit de boot.
In
2019 zal de massale kindersterfte door hongersnood die in de wereld heerst,
serieus aangepakt worden. Te beginnen met het grote continent Afrika, alwaar de
vreselijke hongerdood, als nergens elders toeslaat in de zovele onherbergzame
gebieden: de helft crepeert en de andere helft blijft verder leven in
erbarmelijke omstandigheden, verdrinkt in de Middellandse Zee of gaat een vaak
onzekere toekomst tegemoet in een land waar ze soms maar half welkom zijn en
daardoor niet zelden verzinken in de criminaliteit. Dat alles heeft te maken
met o.a. de bodemgesteldheid in het geboorteland, het gebrek aan water en niet
in het minst het ontzettend hoog geboortecijfer dat wellicht gesteund wordt
door het principe hoe meer wij er op de wereld zetten, hoe groter de kans dat
we er tenminste enkele overhouden en ook door het feit dat geboortebeperking
door anticonceptie een zware zonde is. Hoe zal dit probleem aangepakt worden?
Luister Alle kinderen en ook volwassenen die dreigen te verhongeren zullen,
voor zover ze ter plaatse niet kunnen geholpen worden, op een veilige manier
getransporteerd worden naar leefbare landen op de wereld. Deze landen zullen
ervoor zorgen dat deze immigranten goed gevoed en gehuisvest worden. Als ze
zich tenminste behoorlijk gedragen en hun gordel dragen. In Afrika zelf zullen
niet méér mensen achterblijven dan het continent kan dragen. Hun zal
aangeraden worden anticonceptie toe te passen omdat het anders dweilen wordt
met de kraan open. De doem van hel en zonde zal wegvallen want ondertussen
hebben de leiders van alle grote wereldgodsdiensten beslist dat hun goden voortaan
het verwekken van tot de hongerdood veroordeelde kinderen als een véél groter
misdrijf zullen aanrekenen dan het niet verwekken ervan. Onze paus Franciscus heeft het overigens eerder al verwoord: "kweken als de konijnen" hoeft niet meer.
Van
mijn kant beloof ik u voor 2019 bij leven en welzijn! veel leesgenot op
mijn blog (www.bloggen.be/pierpont) met om de maand een paar cursiefjes die
ik geneigd ben neuzelarijtjes te noemen, omdat de neus nogal vaak centraal
zal staan (in een vorig leven ben ik rhinoloog geweest). Het is overigens niet
onmogelijk dat we langs deze weg tegen het einde van het jaar een techniek
zullen vinden om onze gemiddelde levensduur met enkele jaartjes te verlengen.
De moeite dus om de blog in de gaten te houden. Ook op De Druivelaar blijf ik u
tot minstens eind 2021 bestoken met verhaaltjes uit de Griekse mythologie. Een
verslaving die ik overgehouden heb aan Grijslokes Olympiade.
En
wat zijn mijn wensen voor Loopclub Grijsloke? Hij blijve groeien en bloeien en
grote kampioenen voortbrengen. Het hoeft niet eens in de loopsport te zijn: in
het veldrijden of in the voice? En voor onze koers? Zij blijve VLAANDERENS
MOOISTE, hetgeen overigens de titel zal zijn van het boek over de geschiedenis
van DDG dat in 2019 verschijnt.
Met deze
brief breng ik u en uw corps mijn beste wensen over voor het nieuwe jaar 2019.
Misschien zult u dit een beetje vreemd vinden als u weet dat ik een zestal
maanden geleden door uw diensten een verkeersboete heb gekregen waarmee ik
het in feite niet eens was. Ik ben onmiddellijk ingegaan op de uitnodiging
tot betalen van de boete en ik heb dit laten samengaan met een begeleidende
brief van 11 juni 2018, waarvan hier een kopie in bijlage (ik had nog gehoopt
op een reactie van uwentwege op de brief). Over het gebeurde had ik dezelfde
avond al een verhaaltje geschreven. Dat is mijn manier om dingen die mij
getroffen hebben van mij af te schrijven. De verhaaltjes worden dan meestal
gepubliceerd op één van mijn blogs, maar in dit geval heb ik dat niet gedaan
omdat ik bang was om jullie, die doorgaans toch zeer nuttig werk verrichten,
voor het hoofd te stoten.
Maar waarom
ik u rond de jaarwisseling deze brief schrijf? Omdat u (ik bedoel uw corps) het laatste half jaar
nog geen dag uit mijn gedachten geweest bent. Ziehier Zoals uit mijn verhaal blijkt ben ik bij het
verlaten van de caravan van de chef op het trapje gestruikeld over iets dat
daar niet op zijn plaats stond. Ik heb daar een enkel verzwikt, maar dat
was na een paar dagen over. De dag na het incident echter is een zeurende
knagende pijn ontstaan in mijn linker knie, een pijn die tot op heden niet is
overgegaan en mij iedere dag kwelt, van bij het ontwaken tot het slapen gaan.
Daarvóór had ik ook al reeds een pijnscheutje gehad, in mijn knieën, maar dat
was sporadisch en van een heel andere aard en niet uitzonderlijk voor iemand
van 78 jaar die vele marathons gelopen heeft. Hoeft het verwondering te baren
dat ik bijna iedere dag aan uw team denk en dat ik het niet kan laten u rond
deze tijd van het jaar in kennis te brengen van mijn blijvend ongemak?
Gaarne zou ik
wel de naam willen kennen van de man die in de caravan achter de schrijftafel
het PV zat op te maken. Niet dat ik rancuneus ben of zo, of enig verhaal wil
halen, alleen hij kent mijn naam en misschien mag ik ook de zijne kennen? Hij
was een beetje kortaf en er was iets dat hij verkeerd begrepen had, maar ik heb
daar alle begrip voor: het was daar ook zó druk, er stonden naar mijn gevoel
wel tien politieagenten en al evenveel autos waarvan de bestuurders een boete
kwamen betalen. En om het nu eens grappig uit te drukken: die winkel draaide
goed. En ongetwijfeld zal die man, die best een aardige man kan zijn, en die ik
wellicht ten onrechte als commissaris bestempeld heb, mijn lichtjes
ongecontroleerde reactie na mijn struikelpartij (waarvoor ik mij bij deze
verontschuldig) en dus ook de struikelpartij zelf, herinneren en willen
bevestigen. Hij hoeft zich daarbij geen zorgen te maken en ik neem niemand iets
kwalijk voor het struikelincident. En nogmaals, het is ook absoluut niet mijn
bedoeling enig verhaal te halen en ik besef overigens maar al te goed dat een
oorzakelijk verband tussen het incident en de aandoening onmogelijk is aan te
tonen. Met enige erkenning voor mijn leed zou ik trouwens al tevreden zijn en met de wetenschap dat uw corps nu begrijpt
waarom ik nog dagelijks aan hen denk.
Een mens gaat
zich al gauw afvragen: waarom ben ik weer de pieneut, waarom ben ik weer het
zwart schaap? En dan doet het, lieve lezer, ik zeg het zonder schaamte echt
deugd als blijkt dat men niet het enige zwart schaap is, dat er ergens nóg een
schaap rondloopt, het weze er maar één, dat even zwart en zo mogelijk nóg
zwarter is dan jijzelf. Zeker als dat schaap een kennis is, een buur, een
vriend of zelfs een familielid, de allernaaste zielsverwanten misschien niet te
na gesproken Hoe wáár zijn de woorden van de Franse schrijver Jules Romains:
Maladie de voisin réconforte et même guérit. Dat ander zwart schaap diende te
stoppen voor een politiecontrole: t was in de streek van Oudenaarde, een paar
weken na míjn misdrijf. Ik doe u het verhaal uit de doeken zoals het
slachtoffer het mijzelf heeft verteld Een jongeman van rond de vijftig, een
van mijn vrienden uit de loopclub, die nooit ook maar één glas alcohol drinkt
als hij moet autorijden en voor zover mij bekend altijd in orde is met alle
regels van de grond- en andere wetten ik noem hem voor de gelegenheid Nard. Veiligheidsgordel losgemaakt, teneinde op een
comfortabele manier zijn portefeuille uit de binnenzak van zijn jas te kunnen
halen. Identiteitskaart en rijbewijs in orde. Met de boordpapieren was het al
even goed gesteld: aankoopfactuur, inschrijvingsbewijs, gelijkvormigheidsattest,
verzekeringsbewijs, betalingsbewijs van rijbelasting, keuringsbewijs, bewijs
van goed gedrag en zeden, en zo meer En niet te vergeten: de alcoholtest.
Negatief natuurlijk. OK, u mag verder rijden, mijnheer. Nard zette zijn auto
in achteruit, reed ook effectief enkele meters achteruit en klikte ondertussen
zijn veiligheidsgordel vast. HALT! 116 euro boete om zonder gordel te rijden.
Maar net zo min als ik is Nard wrokkig op de politie. Of hij met even weinig
tegenzin als ikzelf de boete betaald heeft, is mij niet duidelijk. Ikzelf kan
dat wel relativeren: hoe vaak zou ik in mijn leven al niet de maximaal
toegelaten snelheid overschreden hebben, zonder daar ooit een boete voor
gekregen te hebben? Dan komen die 116 euro best nog voordelig uit!
Nog even dit
meegeven: dit is pas mijn eerste verkeersboete en de confrontatie met zon
regiment politiemensen in uniform was nogal indrukwekkend. Overigens is het
niet mijn eerste eerder vervelend contact met de politie. De vorige keer is
zon twintig jaar geleden. Ik woonde toen in Kortrijk. Er was een ernstige
inbraak gepleegd in mijn woning met nogal wat schade aan deuren en kasten en
nogal wat ontvreemding van waardevolle zaken. De zaak is nooit opgehelderd en
ik voelde mij door de politie meer als dader dan als slachtoffer behandeld.
Maar dat was niet de ploeg van MIRA. Met die van u was ik toen wellicht beter
af geweest
En als u nog
even tijd hebt Denk nu maar niet dat ik alleen maar negatieve ervaring heb met
de politie. t Was een jaar of dertig geleden. Ik kwam, in t holst van de
nacht, terug van een acute operatie in het ziekenhuis. Op een kruispunt op de
Grote Markt van Kortrijk reed ik door groen licht: een spectaculaire botsing
met een auto (een Dauphine) met daarin twee jonge Portugezen. Zij waren door t
rood gereden. Maar: geen getuigen. Hun auto zag er perte totale uit en ze
waren niet in staat verder te rijden. Mijn auto léék onbeschadigd. Ze bekenden
geen schuld, maar verklaarden zich niettemin bereid mij mille francs te
betalen als ik wilde ophoepelen. En daar stond plots, als reddende engel, als
deus ex machina de politie! Hoe zij erin geslaagd zijn de Portugezen in géén
tijd te laten bekennen dat zij door t rood gereden waren is mij nog steeds een
raadsel. Ik blijf er de politie eeuwig dankbaar voor. De reparatie aan mijn
auto heeft zevenentachtigduizend francs gekost. Alles terugbetaald door de
Portugese verzekering.
En dan is er
nog een ouder verhaal. Ik was nog in militaire dienst. Met een deux-cheveautje
reed ik naar de kazerne tussen Oudenaarde en Gent. In de buurt van Mullem reed
ik achter een vrachtwagen die volgeladen was met zware kasseien. Een kassei donderde naar beneden
met als resultaat een serieuze schade aan de voorkant van mijn dierbaar
autootje waar ik toentertijd zo fier op was. Ik had de tegenwoordigheid van
geest om de nummerplaat van de vrachtwagen te noteren en naar de politie te
bellen. Ze waren snel ter plaatse. Ik kon slechts bij benadering zeggen waar
het gebeurd was. Die lieve heren van de wet wilden per se het corpus delicti
vinden. En ze hébben het gevonden, na een half uur zoeken: een grote kassei, in
de graskant. Hoeveel die reparatie toen gekost heeft weet ik niet meer, maar
dank zij de politie was het voor mij weer een gelukkige nul-operatie. En wat
mijn legerdienst in de Leopoldskazerne betreft: enkel de vlagge(n!)groet heeft
het die dag zonder mij moeten doen
Hartelijk
dank om met zoveel geduld dit epistel te lezen en nogmaals mijn gemeende gelukwensen
voor 2019 en ook de jaren daarna.
(dit verhaal werd geschreven de avond na het delict)
De politie,
mijn vriend.
Dat ik mij
een beetje getraumatiseerd voel zult u, lieve lezer, begrijpen na het lezen van
dit verhaal, dat voor de volle honderd procent met de waarheid overeenstemt
dat zweer ik op het hoofd van al mijn dierbaren. Ik was met de auto weggereden
van een kleine parking in de Kerkstraat. Hooguit een paar honderd meter afgelegd
of ik werd door een vriendelijk lachende politieagente uitgenodigd om een
pleintje op te rijden: controle! Ze was er niet alleen: ik denk dat er acht
politiemensen stonden misschien waren het er wel tien. Het stemde mij
vreugdevol: nu zou eindelijk eens officieel vastgesteld worden hoe perfect ik
wel was in het verkeer! Vóór mijn vertrek had ik nog mijn boordpapieren
gecheckt, ik had mijn rijbewijs en identiteitskaart bij, had geen druppel
alcohol in mijn bloed (heb ik overigens nooit als ik rijd), mijn snelheidsmeter
was niet boven de veertig gegaan (ik rij overigens nooit te rap) en ik had mijn
veiligheidgordel om. Wat kon er mij dus gebeuren?
Ik parkeerde
mijn auto en een ernstig kijkende politieman kwam op mij af:
- Dit is een
controle van de boorddocumenten.
De papieren
bleken in orde te zijn.
- En nu nog
uw rijbewijs en uw identiteitskaart.
- De
identiteitskaart is nagelnieuw, eergisteren pas gehaald op het
gemeentesecretariaat, zei ik naar waarheid, in een poging om de man wat op te
vrolijken. Een vergeefse poging.
- Nu nog de
alkoholtest, zei hij.
- Een jonge
vrouwelijke dienaar van de wet daagde op met een piepklein mondmaskertje waarin
ik diende te blazen. Op een afstand van een tiental centimeters.
- In orde,
zei ze.
- k Wil u
geloven, lachte ik, of anders was uw toestel defect.
Mijn opmerking,
die weer bedoeld was om grappig te zijn, lokte een kleine glimlach uit. Een
beleefdheidsglimlach.
Toen kwam er
weer een agent op mij af en ik weet niet eens meer of het de man was die mijn
papieren had gecontroleerd:
- Hebt gij uw
veiligheidsgordel om?
- Ja, zei ik,
dat ziet gij toch.
- Ja, maar
een agent heeft u daarnet zien rijden zonder gordel.
- Ik heb
amper honderd meter gereden, ik kom van een parkeerplaats hier even verder. En
ik heb geen agent gezien.
- Ga daar
maar binnen in de caravan. Het zal u honderd en zestien euro kosten. Betaalt ge
contant?
Die incognito
(?) agent moet alleszins een beter gezichtsvermogen gehad hebben dan deze agent
die niet eens had gemerkt dat ik mijn gordel omhad. Omdat iemand mij ooit heeft
gezegd dat men beter een politieagent nooit in t ongelijk tracht te stellen,
zei ik nog, in een poging om de kool en de geit te sparen:
- Het zou
kunnen zijn dat ik mijn gordel pas omgedaan heb na het starten van mijn auto en
na enkele tientallen meters gereden te hebben. En contant betalen zal niet gaan
want zóveel heb ik niet bij en ook geen visa-kaart.
- Als ge
weigert te betalen wordt een proces-verbaal naar huis opgestuurd en dan zult ge
wel zien wat er van komt, zei de man achter het bureau in de caravan. Een
simpele agent zal het wel niet geweest zijn. Misschien iemand met de graad van
commissaris, alleszins iemand met strepen, en op die strepen daar stond ie op.
Ik wilde nog
zeggen dat ik niet weigerde te betalen, maar dat ik het niet stante pede kón. Maar
zwijgen leek mij nu het beste. Ik had overigens al veel te veel
tegengestribbeld naar de zin van de commissaris, hij vond mij erg brutaal en ik
deed er maar best aan snel van onder zijn ogen te verdwijnen.
In mijn haast
om de caravan te verlaten struikelde ik over een koffertje dat een van de
agenten achteloos op het trapje had neergezet. Er viel van alles uit het
koffertje en er was gerinkel van brekend glas. Overmaat van ramp!...
Ik was
daardoor een heel klein beetje over mijn toeren. Ik keerde mij nog om naar de
commissaris en zei op een toon die venijniger moet geklonken hebben dan ik het
bedoeld had:
- En schrijf
nu alstublieft niet in uw verslag dat ik dit koffertje met opzet heb omvergestampt.
Ik droop af.
De agenten stonden in een rijtje en ze groetten mij. De vrouwtjes-agenten en
ook één van de mannelijke collegas glimlachten vriendelijk. Ik had even het
gevoel dat het uitlachen was, maar dat zal maar een gevoel geweest zijn, denk
ik
De
politie, mijn vriend.
(op deze brief, geschreven op 11 juni 2018, had ik heimelijk op een
antwoord gehoopt)
Elsegem, 11 juni 2018.
Geachte
Mevrouw, Mijnheer,
Zopas heb ik
de boete betaald. Ik wil geen betwistingsformulier invullen omdat iemand die heel goed van dit soort zaken op
de hoogte is, mij verzekerd heeft dat het er enkel zou kunnen toe leiden dat ik
een zwaardere boete krijg. Immers, zo zegt hij, de mensen van de politie (in
casu Veerle DHaene en Bart Vandevoorde) zijn beëdigd (en worden dus op hun
woord geloofd) en gij niet. Anderzijds zou het zo zijn dat het betalen van de
boete betekent dat ik schuld beken en dat wil ik eigenlijk evenmin. Daarom dus
deze brief.
In bijlage
het cursiefje dat ik de avond na het misdrijf geschreven heb, met mijn versie
van de feiten. Ziehier waarom ik mij moeilijk bij de beschuldiging kan
neerleggen
Ik geef toe
dat het een enkele keer gebeurt dat ik mijn gordel pas vastklik als ik al
enkele tientallen meters aan t rijden ben en het signaal in mijn auto mij
verwittigt. Maar dat het ditmaal het geval is geweest kan ik moeilijk geloven
aangezien ik mij dat vervelend signaal ongetwijfeld nog zou herinnerd hebben op het ogenblik dat ik, nog geen minuut
later, door Veerle DHaene aan de kant werd gezet.
Mag ik
terloops opmerken dat ik steeds een fervent voorstander geweest ben van het dragen
van de autogordel. Dat komt o.a. omdat ik tijdens mijn loopbaan van
keel-neus-oorarts (ik ben 78 en al 13 jaar met pensioen) meer dan eens
geconfronteerd ben geweest met een gebroken neus, als gevolg van het niet
dragen van de gordel.
En dan nog
dit In mijn verhaaltje had ik het over mijn struikelpartij over het koffertje
dat op het trapje van de politiecaravan stond. Ik moet mijn voet omgeslagen
hebben, maar op t ogenblik van de feiten voelde ik geen pijn. s Avonds is de
pijn komen opzetten en dat heeft mij enkele slapeloze uren bezorgd. s
Anderendaags was de enkel zelfs een beetje gezwollen. Gelukkig waren die
klachten na een dag of drie (en met de hulp van Brufen) verdwenen en het zal u
ongetwijfeld plezier doen dat te horen. De pijn in mijn linkerknie (t.g.v.
artrose?) is sindsdien echter duidelijk toegenomen
Ik had mijn
loopbaan als autobestuurder willen afsluiten zonder boete dit was mijn
eerste, voor zover ik weet en in de hoop dat deze brief er mij geen tweede
oplevert, groet ik u
Mijn nieuwste boek (Uit het schuim van de zee, 2011) behandelt de hele Griekse mythologie in 136 verhalen (408 pag.) en 18 originele tekeningen. Het is nu reeds aan zijn derde druk toe. Het boek is te bestellen via mail (kvansteenbrugge@gmail.com). Betaling na ontvangst (18,95 euro). Bij bestellingen vóór 1 mei dienen geen verzendkosten betaald te worden.